Beroepscompetentie 7 Reflecteren

Omschrijving
Een Pedagoog beschikt over het vermogen om zijn handelen in relatie tot zijn
eigen
rol/functie/ taken kritisch te bekijken, te beoordelen en het handelen op
basis daarvan vorm te geven.
Bij:
het kritisch bekijken en beoordelen van het handelen in relatie tot zijn eigen
rol/functie/ taken en het vormgeven van het handelen op basis daarvan.
gaat het om:
Generieke indicatoren
Beroepshouding
1. het beoordelen en toepassen van concepten en
theorien achter
de beroepspraktijk
op relevantie
2. het
functioneren vanuit
een basis van integriteit,
creativiteit en empathie
3. een onafhankelijk denkende opstelling

X
X

X
X

Reflecteren
4. verantwoordelijkheid voor het eigen beroepsmatig
X
handelen,
daarop reflecteren en sturing geven aan de verdere
ontwikkeling
5. het
hanteren verschillende modellen en technieken X
bij
reflecteren
6. het reflecteren op het eigen aandeel in de
samenwerkingsrelatie
(vooroordelen, projectie, discongruentie,
tegenoverdracht)
en deze constructief
ombuigen
7. het
benutten van evaluatiegegevens
voor
kritische
reflectie
8. het kritisch onderzoeken van eigen reacties op de
clint en het
nut daarvan bepalen voor het hulpverleningsproces
Leren
9. het tijdig herkennen van eigen valkuilen en deze
corrigeren
10. het openstaan voor feedback van betrokkenen in
het licht van competentie-ontwikkeling
11. het verwerven van nieuwe competenties en
verrijken van
bestaande
competenties
vanuit een
12. werken vanuit een ontwikkelingsgerichte
beroepshouding

X
X
X

Samen leren
13. het (wederzijds) consulteren binnen een team met
het oog op
14. kwaliteitsverbetering
het bij conflicten onderscheiden van inhouds- en
betrekkingskant.

X
X

zodat:
de persoonlijke kwaliteit van de pedagoog steeds hoger wordt.

Feedbackgever: Eveline Baumgartner

Functie: Student
Datum: Roze = begin van het jaar, paars het einde.

Beoordelingsschaal: Propedeutisch niveau

0 = geen
1 = georinteerd op
aandacht
kennisniveau
gehad
2 = geoefend

Major niveau
Afstudeerniveau
3= toegepast in niet5= zelfstandig
complexe situatie
toegepast in
complexe
4 = zelfstandig toegepast 6 = creatief
vernieuwend
in
toegepast
niet-complexe situatie.