Format Toelichting lesontwerp

Student: Nikki van de Sande Docent: Karin van Grunsven

Vakgebied: Kunstzinnige orintatie Groep: 6
Klas: PEH16VD
Welke keuzes heb ik hier gemaakt?
(denk hierbij met name kernbegrippen uit (vak-) specifieke theorie)

Kennis over (kinderen Om tot een goede beginsituatie te komen heb ik gebruik gemaakt van de
in) de groep is sociogram die ik heb afgenomen in de klas, gesprekken met mijn mentor, n op
nadrukkelijk verwerkt n gesprekken met de kinderen en het leerlingvolgsysteem. Er zijn een aantal
in de omschrijving van kinderen die buiten de groep vallen. Dit komt omdat deze kinderen binnen de
de beginsituatie van groep stiller zijn en dus minder erg opvallen. Doordat ik een klassikale les geef
de groep, zowel in hoop ik dat de kinderen tijdens het maken van de vogels aan elkaar gaan vertellen
pedagogische zin wat zij gemaakt hebben. Ik laat aan het einde van de les de kinderen reageren op
(gedrag, elkaars werk. De kinderen hebben al vaker met de materialen gewerkt die ik
groepsverhoudingen, gebruik voor de les (schaar, lijm, tijdschriften). Het vak beeldende vorming krijgen
groepsdynamiek) als ze n keer per week op vrijdag.
in didactische zin
(vakspecifieke
beginsituatie).
De lesdoelen zijn De kinderen zijn bekend met de voorwerpen die ik ga gebruiken. De lesdoelen
afgestemd op de heb ik afgestemd op Tule. Aan het einde van de les kunnen de kinderen door
beginsituatie. In de middel van beelden gevoelens ermee uitdrukken (Tule, kerndoel 54). De kinderen
formulering ervan kunnen aan het einde van de les reflecteren op hun eigen werken en dat van
wordt zichtbaar dat anderen (Tule, kerndoel 55). De kinderen mogen tijdens de les van mij kletsen om
kennis van hun vogels aan elkaar te laten zien en te vertellen hoe zij hun vogel gemaakt
vakdidactiek en hebben.
leerlijnen op een
logische manier is
verwerkt.
Werk- en De kinderen krijgen als hele klas dezelfde opdracht. De kinderen kunnen aan het
groeperingsvormen einde van de les dus op elkaars werk reflecteren. Ze kunnen dit natuurlijk ook op
zijn afgestemd op hun eigen werk doen. Doordat de kinderen niet alleen met hun eigen werk bezig
specifieke kenmerken zijn maar ook met die van anderen zal er een groepsgevoel ontstaan. Ze vertellen
van de groep n op hun ervaringen aan elkaar. De kinderen stellen elkaar een aantal vragen. Wat
specifieke kenmerken straalt jouw vogel uit? Waarom heb je die vormen gebruikt bij je vogel? De
van vakdidactiek. kinderen kunnen elkaars werk bekijken en tips of tops geven.
De kinderen krijgen verder een gezamenlijke instructie van de les. Dit doe ik met
een PowerPoint. In die PowerPoint laat ik vogels van kunstenaars zien ter
inspiratie voor de kinderen.
Werk- en Ik start de les met een gezamenlijke introductie. Ik gebruik de PowerPoint om te
groeperingsvormen vertellen wat we gaan doen. In de PowerPoint staan voorbeelden van vogels die
zijn functioneel kunstenaars hebben gemaakt. Ik gebruik deze afbeeldingen als inspiratie voor de
ondersteunend bij het kinderen. Door inspiratie te geven aan de kinderen gaan ze nadenken hoe zij een
behalen van de originele vogel gaan maken zonder het voorbeeld na te maken. Hier past kerndoel
lesdoelen. 55 weer mooi bij. Het leren reflecteren op het eigen werk en dat van anderen.
(Tule, kerndoel 55).
Een aanzet tot De kinderen gaan aan het einde van de les reflecteren op hun eigen werk en het
samenwerkend leren werk van de anderen. Ik stel een aantal vragen aan de kinderen. Wat drukt deze
krijgt op een logische vogel uit? Welke vormen zijn er gebruikt? Wat vind je van de kleuren?
wijze plek in het
lesontwerp.*
Een aanzet tot De kinderen ontdekken door middel van vormen hoe ze de vogel een specifieke
ontdekkend leren krijgt uitstraling kunnen geven. De kinderen zijn bezig met het reflecteren op hun eigen
op een logische wijze werk.
plek in het lesontwerp*
De proces- en Aan het einde van de les stel ik een aantal reflectievragen. Ik laat de kinderen
productdoelen worden vertellen over hun eigen vogel. Ook worden een aantal vogels klassikaal
expliciet gevalueerd besproken. We gaan dan dieper in op de vorm van de vogel, de kleur en wat voor
met de kinderen. gevoel ze bij de vogel krijgen.
De werkvormen die De nabespreking doe ik gezamenlijk. Ik heb alle vogels op grote blauwe A3 vellen
worden gehanteerd bij geplakt. Ik leg deze vellen op de instructietafel zodat alle kinderen er omheen
evaluatie zijn kunnen staan en de vogels kunnen zien. Ik probeer de kinderen die niet worden
passend bij gekozen in het sociogram meer bij de groep te betrekken. Ik vraag deze kinderen
vakdidactiek en naar hun meningen over de vogels en wat zij zien.
sluiten aan op
specifieke kenmerken
van de groep.
*bij tenminste 3 lesontwerpen
** bij tenminste 1 lesontwerp