You are on page 1of 4

Uitgegeven door: Uitgeverij Nieuwezijds, Amsterdam

Vormgeving: Roald Triebels, Amsterdam

© tekst: Edward van de Vendel en Ionica Smeets, 2021


© illustraties: Floor de Goede, 2021

isbn 978 90 5712 518 8


Edward van de Vendel &
nur 210 Ionica Smeets
www.edwardvandevendel.nl
www.ionica.nl
Floor de Goede
Met illustraties van
www.doyouknowflo.nl
2 022
DE LEZERSPRIJS VAN DE
www.nieuwezijds.nl KINDERBOEKENWEEK

Bij de productie van dit boek is gebruik-


gemaakt van papier dat het keurmerk van
de Forest Stewardship Council (FSC) mag
dragen. Bij dit papier is het zeker dat de pro-
ductie niet tot bosvernietiging heeft geleid.

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en /of openbaar gemaakt
door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband, elektronisch of
op welke andere wijze ook en evenmin in een retrieval system worden op-
geslagen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
7 Het vuurtje
10 Oké

14 Iedereen de boom in: de vraag van Mano


25 Een bad om in te schuilen: de vraag van Romée
38 Een toetje voor zeven personen: de vraag van Diede
47 Facetimen met papa: de vraag van de ene Patrick
55 Egoïstjes: de vraag van de andere Patrick
67 Op een troon: de vraag van Roos
82 Zo kalm: de vraag van Sven
95 Een sinterklaasgedicht: de vraag van Maan
105 Groene bloemen: de vraag van Pijke
Inhoud 1 15 Zo’n soort toekomst: de vraag van Saya
127 Wimperdrama: de vraag van Chiara
139 Een muur: de vraag van Jens
147 Het een-tweetje: de vraag van Kuzey
1 6 1 Als je mij een vingertje wijst: de vraag van Mirelva
173 Dieren zijn betere mensen: de vraag van Tessa
185 Zeeeeker weeeeten?: de vraag van Benthe
194 Huh?!: de vraag van Fabio
204 Cookie-ijs: de vraag van Ahmed
2 1 4 Citroenijs: de vraag van Nille
229 De laatste bladzijde: de vraag van Tim
239 Schoolreisje!: de vraag van Mick
2 5 1 De laatste vraag: de vraag van Roman

262 Het jaar


269 Het feest
2 72 Rekenen
2 75 Leven
HET VUURTJE
Je weet toch hoe een vuurtje begint?
Er moet eerst spul zijn dat kan branden. Houtwol of zaagsel. Stro of droog
papier.
Je zou kunnen zeggen dat de kinderen van groep zeven van Basisschool De
Rover Hoepsika die houtwol waren, dat stro.
Niet echt natuurlijk. Er kwamen heus geen vlammen aan te pas, en het is ook
niet zo dat ze dom waren, dat ze zaagsel in hun hoofd hadden. Maar toch – op
een dag laaide er een vuur op, en de kinderen van groep zeven van de Hoepsi-
ka-school waren daar eigenlijk al een paar weken klaar voor.

Dat kwam zo: ze hadden een leuke juf en een lieve meester. Die van voorlezen
hielden en van kwisjes en van gymmen en van grappige verjaardagsliedjes.
Maar ze hielden niet van rekenen.
Echt, de meester en de juf zelf hadden een hekel aan sommen.
Nee nee, dat is eigenlijk niet waar. Ze hadden een hekel aan de rekenboeken.
Die waren saai en heel erg oud. Er stonden rijtjes in en nog meer rijtjes en de
getallen leken op mieren die liepen te kriebelen.
De kinderen van groep zeven van de Hoepsika-school vonden dat ook, maar
ze wisten niet dat de juf en de meester de dagelijkse lesjes net zo vervelend
vonden als zij. Dat verwacht je toch ook niet van meesters en juffen? Meesters
en juffen hebben die boeken toch altijd in hun binnenzak? Ze praten toch ook
in sommen, ’s avonds, bij hun vrouw en bij hun man?

Dat dachten de kinderen van groep zeven. Totdat Mano (die eigenlijk Moha-
med heette, maar Mano genoemd wilde worden) een keertje na moest blijven
en hij de juf en de meester – die hem vergeten waren – tegen elkaar hoorde
zeggen: ‘Kunnen we die rekenboeken niet door de wc spoelen, bladzijde voor
bladzijde? Wat een ouderwetse toestand zeg, pf ff.’ En toen zeiden ze ‘ssst’
want opeens herinnerden ze zich weer dat Mano in de leeshoek strafwerk zat
te maken.

7
17

You might also like