You are on page 1of 16

Maak werk van je uitkering!

Alles wat je moet weten over de werkloosheidsuitkering en re-integratie

pag. 1 van 16
Inhoudsopgave

1. Met wie krijg je te maken?


- UWV
- WWplus
- Stichting Pensioenfonds ABP

2. Je financiële situatie bij werkloosheid


- WW–uitkering
- Bovenwettelijke werkloosheidsuitkering

3. Wat zijn je verplichtingen tijdens een uitkering


- Solliciteren
- Wijzigingen in situatie doorgeven
- Inkomsten doorgeven
- Passend werk
- Beschikbaar zijn voor passend werk
- Vrijwilligerswerk
- Proefplaatsing
- Opleiding
- Stage
- Mantelzorg
- Een eigen bedrijf starten
- Re-integratiebegeleiding

4. Je financiële situatie bij een nieuwe baan


- Een nieuwe baan
- Loonsuppletie
- Pensioenopbouw
- De nieuwe baan eindigt

pag. 2 van 16
1. Met wie krijg je te maken?

Vanaf het moment dat je werkloos wordt, krijg je, behalve met OMO, ook met
verschillende andere instanties te maken. Hieronder lees je welke instanties
dat zijn en wat zij voor je kunnen betekenen.

UWV
Als je werkloos wordt, schrijf je je in als werkzoekende bij UWV en vraag je een
WW-uitkering aan. Je regelt dit op www.werk.nl. Voor het inloggen op deze
website heb je jouw DigiD nodig.

Wat doet UWV?


- UWV bepaalt de hoogte en de duur van de werkloosheidsuitkering.
- UWV betaalt jouw uitkering en factureert de kosten ervan aan ons.
- UWV controleert of je aan jouw sollicitatieplicht voldoet.

Wat doe jij?


Je geeft alle wijzigingen in je persoonlijke situatie door aan UWV. Denk hierbij aan een
nieuwe baan, ziekte, zwangerschap, vakantie, opleiding of vrijwilligerswerk. Ook als
een van deze situaties zich voordoet voor de uitkeringsperiode en de verwachting is
dat dit doorloopt tijdens de uitkeringsperiode moet je dit melden.
Daarnaast moet je ook al jouw sollicitaties doorgeven en maandelijks het
inkomstenopgaveformulier van UWV invullen.

Let op! Het maandelijks invullen van het inkomstenopgaveformulier is verplicht; ook als je in die
maand geen verdiensten hebt! Doe je dat niet, dan ontvang je geen uitkering. Meer informatie
over het doorgeven van wijzigingen, inkomsten en sollicitaties, vind je in hoofdstuk 4 van deze
brochure.

En verder?
- Zolang je een werkloosheidsuitkering ontvangt, geeft UWV alle informatie die
voor jouw uitkering van belang is door aan ons en aan WWplus.
- Voor de re-integratiebegeleiding heb je alleen met OMO
(managementconsulenten personeel) te maken. Je krijgt dus geen
(e-)werkcoach van UWV om je te begeleiden bij jouw re-integratie.
- UWV biedt een aantal korte cursussen en workshops aan, die je kunt volgen.
Deze cursussen en workshops zijn voor iedereen vrij toegankelijk.
- Het controleren van jouw sollicitatieplicht gebeurt door UWV en indien van
toepassing ook door WWplus (kwantitatief).

WWplus
Als je recht hebt op een WW-uitkering, dan heb je in sommige gevallen ook recht op
een bovenwettelijke uitkering. Meer informatie over deze uitkeringen vind je in
hoofdstuk 3.

Wat doet WWplus?


- WWplus beoordeelt of je recht hebt op een bovenwettelijke uitkering en kent deze
ook toe.
- WWplus keert de bovenwettelijke uitkering aan je uit en factureert de kosten
ervan aan ons.
- WWplus controleert, zolang je de bovenwettelijke aansluitende uitkering ontvangt,
of je voldoet aan jouw sollicitatieplicht.

pag. 3 van 16
- Als je een nieuwe baan vindt, kun je recht hebben op loonsuppletie. WWplus keert
die loonsuppletie uit. Meer informatie over loonsuppletie vind je in hoofdstuk 4.

Wat doe jij?


Vanaf het moment dat je een bovenwettelijke/aansluitende uitkering ontvangt, geef je
WWplus alle wijzigingen in jouw persoonlijke situatie door. Bijvoorbeeld een nieuwe
baan, ziekte, zwangerschap, vakantie, opleiding en vrijwilligerswerk. Daarnaast moet
je ervoor zorgen dat je als werkzoekende ingeschreven blijft bij UWV. Als je
loonsuppletie ontvangt, hoef je alleen wijzigingen die betrekking hebben op jouw loon
door te geven.

Stichting Pensioenfonds ABP


Als medewerker in het onderwijs ben je aangesloten bij de Stichting Pensioenfonds
ABP (hierna ABP). Ook tijdens de werkloosheidsuitkering blijf je daar pensioen
opbouwen. Er verandert alleen wel iets in de opbouw.

Wat doet het ABP?


Het ABP zorgt ervoor dat jouw pensioenopbouw tijdens de werkloosheidsuitkering
doorloopt en factureert deze pensioenkosten aan ons.
Het bedrag dat je opbouwt, is echter wel minder dan toen je nog werkte. Tijdens de
WW, de aansluitende uitkering en/of extra aansluitende uitkering bouw je namelijk
maar 50% op van de verplichte pensioenopbouw zoals die was bij de laatste
werkgever. Jouw pensioenopbouw tijdens WW en bovenwettelijke WW loopt maximaal
door tot het moment dat je AOW krijgt. Daarna stopt de opbouw.

Wat doe jij?


Omdat je tijdens de werkloosheid minder pensioen opbouwt, kun je ervoor kiezen om
zelf extra pensioen op te bouwen. Dat kan tot maximaal 100%. Dat kun je
rechtstreeks regelen met het ABP, maar je kunt eventueel ook zelf geld sparen.

pag. 4 van 16
2. Jouw financiële situatie tijdens werkloosheid

Je hebt een werkloosheidsuitkering. Uiteraard wil je weten waar je financieel aan toe
bent. Hoelang duurt jouw uitkering, hoe ontwikkelt de hoogte van jouw uitkering zich
en wat zijn de gevolgen voor jouw pensioen? In dit hoofdstuk lees je daar meer over.

WW-uitkering
Als je je baan verliest en aan de voorwaarden van de WW voldoet, dan heb je recht op
een WW-uitkering. Dat recht is minimaal 3 maanden. In de eerste twee maanden
ontvang je 75% van het WW-dagloon. Vanaf de derde maand krijg je 70% van het
dagloon. Voor dit dagloon geldt een wettelijk bepaald maximum, dat wordt
bepaald door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Is jouw WW-
dagloon hoger dan het maximum dagloon? Dan gaat UWV bij het berekenen van jouw
uitkering uit van het wettelijk maximum dagloon. Je vraagt een WW-uitkering
aan via www.werk.nl.

Bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen
Ben je in het voortgezet onderwijs werkzaam geweest, dan heb je op grond van de
Werkloosheidsregeling onderwijspersoneel voortgezet onderwijs (WOVO) recht op
bovenwettelijke uitkeringen.
Deze uitkeringen krijg je in aanvulling op de WW-uitkering. Een bovenwettelijke
werkloosheidsuitkering vraag je aan bij WWplus.
Er bestaan een aantal bovenwettelijke uitkeringen:
 de reparatie-uitkering;
 de aanvullende uitkering (AVU);
 de aansluitende uitkering (ASU);
 de extra aansluitende uitkering.

WOVO voor bijzonder en openbaar onderwijs (tot 1 juli 2021)


Voor het bijzonder en openbaar onderwijs gelden per 1 juli 2016 andere Cao-afspraken
en op een aantal onderdelen ook verschillen in de uitkeringen.
In de volgende paragrafen worden op hoofdlijnen enkele belangrijke verschillen
beschreven tussen uitkeringen voor bijzonder of openbaar onderwijs.
Voor meer informatie over WW-uitkering en het berekenen van de hoogte van de
uitkering kun je terecht op de website van UWV.

De WOVO en de WW kennen allebei een ander maximumdagloon. Voor de WOVO


is deze vastgelegd in de CAO VO. Het plafond voor de WW wordt bepaald door het
ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

OMO is een vereniging van scholen voor voortgezet onderwijs op katholieke grondslag.
Daarom geldt voor jou de WOVO bijzonder onderwijs.

Werknemers in het bijzonder onderwijs die uiterlijk per 30 juni 2021 ontslagen
worden, kunnen nog kiezen voor de WOVO-regeling van het openbaar onderwijs. Hier
gelden wel voorwaarden voor, onder andere dat het dienstverband beëindigd moet zijn
met een vaststellingsovereenkomst.

Overgangsbepaling
Is jouw uitkering voor 1 juli 2016 ingegaan? Dan heb je mogelijk recht op verlenging
van jouw uitkering. De ASU wordt niet langer gemaximeerd tot de 65-jarige leeftijd,
maar loopt door tot aan de AOW-gerechtigde leeftijd. Wanneer je een ASU toegekend

pag. 5 van 16
hebt gekregen voor tenminste 5,5 jaar en recht hebt op een uitkering tot jouw 65e
verjaardag, dan wordt deze uitkering verlengd tot de AOW-leeftijd.
Voorwaarde is dat de uitkering op 1 juli 2016 lopend is of dat de uitkering vóór 1 juli
2016 is geëindigd en kan herleven. Dit geldt niet als de duur van 5,5 jaar is
verstreken. De hoogte van de uitkering, gerekend vanaf het einde van de
oorspronkelijk toegekende ASU tot AOW-leeftijd is 65% van het gemaximeerde
WOVO-dagloon.

Uitkeringen voor bijzonder onderwijs/Reparatie-uitkering


De versobering van de WW wordt in de Cao VO hersteld in duur en opbouw
naar maximaal 38 maanden. De werknemer wiens WW-uitkering die is toegekend voor
een kortere duur dan zou hebben gegolden op grond van de WW zoals die luidde op
31-12-2015, heeft recht op een reparatie-uitkering. De reparatie-uitkering gaat in
zodra de einddatum van de WW-uitkering is bereikt. De hoogte van de
reparatie-uitkering is gelijk aan de hoogte van jouw WW-uitkering (als die niet zou zijn
geëindigd), plus de hoogte van de aanvulling daarop, die je ontvangen zou hebben als
de WW- uitkering niet eerder zou zijn geëindigd.

Aanvullende uitkering (AVU)


Zolang je recht hebt op een WW-uitkering, heb je ook recht op de aanvullende
uitkering (AVU). De aanvullende uitkering vult gedurende de eerste 6 maanden de
WW-uitkering aan tot 75% van het ongemaximeerde WW- dagloon.
Voor de resterende duur van de WW vult de aanvullende uitkering de WW aan tot 70%
van het ongemaximeerde dagloon.

Aansluitende uitkering (ASU)


Na afloop van de WW-uitkering inclusief een eventuele reparatie-uitkering kun je recht
hebben op een aansluitende uitkering. De duur van de ASU hangt af van je leeftijd en
de onderwijsdienstjaren op je eerste werkloosheidsdag.

Let op! Als je een onderbreking hebt in jouw dienstjaren in het onderwijs, dan kan dat gevolgen
hebben voor de duur van jouw aansluitende uitkering.
Voor meer informatie hierover kun je contact opnemen met de helpdesk van WWplus.

Let op! WWplus heeft voor het bepalen en toekennen van jouw bovenwettelijke uitkering onder
andere jouw WW-beschikking van UWV nodig!

pag. 6 van 16
3. Wat zijn je verplichtingen tijdens een uitkering

Zolang je een WW-uitkering en een bovenwettelijke uitkering ontvangt, heb je te


maken met een aantal regels. In dit hoofdstuk zetten we de belangrijkste voor je op
een rij.

Solliciteren
Heb je recht op een werkloosheidsuitkering? Dan ben je verplicht om te solliciteren.
Ook tijdens de re-integratie of als je tijdelijk en/of gedeeltelijk werkt.
Je moet gemiddeld één keer per week solliciteren, maar liever nog meer. Solliciteer je
te weinig, of kunt je niet laten zien dat je hebt gesolliciteerd? Dan kan het zijn dat je
minder uitkering of helemaal geen uitkering meer krijgt. Alleen als je op de eerste
WW-dag binnen een jaar de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, of als jouw
werkloosheidsuitkering volledig is beëindigd, heb je geen sollicitatieplicht meer.

Tijdens de WW-uitkering
Het is belangrijk dat je jouw sollicitaties op tijd doorgeeft aan UWV. Dat doe je via
Mijn UWV/Werkmap op www.uwv.nl. Op basis daarvan controleert UWV of je
voldoende solliciteert. De bewijsstukken van jouw sollicitatieactiviteiten moet je
minimaal twee jaar bewaren.

Tijdens de aansluitende uitkering


In de periode dat je een aansluitende uitkering ontvangt, controleert WWplus of je
voldoende solliciteert. Je vult je sollicitatieactiviteiten in op het digitale
informatieformulier dat je op de portal van WWplus kunt vinden. Ook hier is het
belangrijk dat je alle bewijsstukken van de sollicitatieactiviteiten minimaal twee jaar
bewaart. Hoe meer verschillende activiteiten, hoe groter jouw kansen op de
arbeidsmarkt.

Voorbeelden van sollicitatieactiviteiten


Sollicitatieactiviteit Zo toont je dat aan
Sollicitatie op een vacature Bewaar een kopie van jouw brief of e-mail
Open sollicitatie Bewaar een kopie van jouw brief of e-mail
Sollicitatiegesprek Bewaar de uitnodiging en de reactie van de
werkgever op het gesprek
CV plaatsen op een vacaturewebsite Bewaar de e-mail met de bevestiging van jouw
inschrijving
Inschrijven bij detacheringsbureau, Noteer wanneer je zich hebt ingeschreven, met wie
arbeidspool of (onderwijs) invalpool je hebt gesproken en wat de functie van deze
persoon is
Telefonisch solliciteren bij een werkgever Noteer met welk bedrijf je hebt gebeld, wanneer dat
was, met wie je hebt gesproken en wat de functie
van deze persoon was
Mondeling solliciteren bij een werkgever Noteer bij welk bedrijf je bent langsgegaan,
wanneer dat was, met wie je hebt gesproken en wat
de functie van deze persoon was
Solliciteren via een uitzendbureau of Bewaar de e-mail met de ontvangst- bevestiging
vacature- website van jouw sollicitatie
Assessment of test als onderdeel van een Bewaar de uitnodiging voor het assessment of de
sollicitatieprocedure test

pag. 7 van 16
Wijzigingen in jouw situatie doorgeven
Wanneer je een werkloosheidsuitkering ontvangt, moet je alle belangrijke wijzigingen
in jouw persoonlijke situatie doorgeven. Heb je een WW-uitkering? Dan hoef je die
wijzigingen alleen door te geven aan UWV. WWplus krijgt de wijzigingen dan
automatisch van het UWV. Ben je langdurig ziek en krijgt je van UWV een
Ziektewetuitkering, dan moet je dit wél zelf doorgeven aan WWplus. Dat geldt ook als
jouw Ziektewetuitkering eindigt. Krijg je alleen een aansluitende uitkering of een
loonsuppletie van WWplus, dan geef je de wijzigingen in jouw situatie door aan
WWplus en aan je ex-werkgever.

Je geeft een wijziging door als:


• jouw adres wijzigt;
• je ziek bent, of weer beter;
• je weer (geheel of gedeeltelijk) gaat werken;
• jouw baan eindigt;
• je jouw uitkering wilt stopzetten;
• je vakantiedagen wilt opnemen;
• je zwangerschapsverlof wilt opnemen;
• je vrijwilligerswerk gaat doen;
• je een opleiding gaat volgen;
• je mantelzorg gaat verrichten;
• je stage gaat lopen.

Wijzigingen voor UWV geeft je door via www.uwv.nl via Mijn UWV/Werkmap.
Wijzigingen voor WWplus geef je door via www.wwplus.nl. Meer informatie over
vrijwilligerswerk, opleiding, mantelzorg, stage en proefplaatsing vind je verderop in dit
hoofdstuk.

Inkomsten doorgeven
De hoogte van jouw WW-uitkering wordt berekend op basis van de door jou
doorgegeven inkomsten. Is je inkomen uit werk minder dan 87,5% van je WW-
maandloon, dan trekt het UWV jouw inkomen af van dit maandloon. Over dit nieuwe
maandloon ontvang je 70% van UWV. Daarnaast heb je dan jouw inkomen uit het
werk. Jouw WW-uitkering stopt als de inkomsten uit werk per maand hoger zijn dan
87,5% van het WW- maandloon.

Om de hoogte van de WW-uitkering te kunnen bepalen, moet je maandelijks je


inkomsten opgeven via het inkomstenopgaveformulier van UWV. Je kunt dat formulier
downloaden op uwv.nl. Je stuurt het vervolgens ingevuld en getekend naar UWV op.
Ook als je in een maand geen verdiensten hebt. Doe je dat niet, dan ontvang je geen
uitkering! Het doorgeven van de maandelijkse inkomsten geldt ook bij WWplus.
Daarvoor vul je maandelijks het digitale informatieformulier in.

Passend werk
Zolang je een werkloosheidsuitkering ontvangt, moet je iedere passende baan
aannemen. Doe je dat niet, dan kan dat gevolgen hebben voor je uitkering.

De eerste zes maanden


In de eerste zes maanden van de werkloosheid betekent passend werk: ‘werk dat past
bij je ervaring, opleidings- en salarisniveau’. Dat wil zeggen: werk dat voldoet aan
alledrie de volgende voorwaarden:
 werk met hetzelfde opleidingsniveau als jouw vorige baan;

pag. 8 van 16
 werk met een salaris van minimaal 70% van jouw laatstverdiende salaris;
 werk met een reistijd van max. twee uur per dag.

Als je een tijdelijke baan krijgt aangeboden die passend voor je is, dan moet je deze
baan accepteren. Ook als het gaat om werk voor zeer korte tijd.
Reisde je in je oude baan al meer dan twee uur per dag? Dan gaat UWV ervan uit dat
je die reistijd voor een nieuwe baan ook geen bezwaar vindt. Heb je al een nieuwe
baan gevonden, maar kun je niet direct beginnen? Dan is in de tussentijd arbeid op
een lager niveau ook passend.

Na zes maanden
Heb je na 6 maanden nog geen baan gevonden, dan worden alle banen als passend
beschouwd. Passend is dus ook:
 een baan met een salaris dat lager is dan jouw WW-uitkering en dus lager dan
70% van je laatstverdiende salaris
 tijdelijk werk.
 een baan met een reistijd van drie uur per dag. Als je een baan kunt krijgen in
een andere regio, dan moet je die baan in de meeste gevallen accepteren.
Zelfs als je daarvoor moet verhuizen.

Beschikbaar zijn voor passend werk


Tijdens de periode dat je een werkloosheidsuitkering ontvangt moet je beschikbaar
zijn voor werk, ook voor dagen waarop je voorheen niet werkte. In ieder geval voor
het aantal uren dat je werkloos bent. Je moet voor die uren dus meteen aan het werk
kunnen, als je passend werk krijgt aangeboden door een werkgever.

Toestemming aanvragen!
In de onderstaande situaties heb je vooraf altijd toestemming nodig van UWV of
WWplus. Heb je een WW-uitkering, dan regel je die toestemming rechtsreeks via UWV
middels de daarvoor bestemde formulieren op de website van UWV. Ontvang je een
aansluitende uitkering, dan kun je bij WWplus terecht.

Vrijwilligerswerk
Heb je een werkloosheidsuitkering en wil je vrijwilligerswerk doen? Dat kan. Belangrijk
is dat het vrijwilligerswerk jouw re-integratie niet in de weg staat. Je moet je dus
blijven houden aan de verplichtingen die horen bij een werkloosheidsuitkering: je blijft
solliciteren en je blijft beschikbaar voor werk en re-integratieactiviteiten. Als dat nodig
is, stop je ook met je vrijwilligerswerk als je een baan vindt. Je kunt toestemming
krijgen om vrijwilligerswerk te doen als:
• het om werk gaat dat normaal gesproken niet als betaalde baan wordt gezien;
• je werkt voor een organisatie met een ANBI- of SBBI-status;
• je het werk niet voor de ex-werkgever doet.

Proefplaatsing
In de periode dat je een werkloosheidsuitkering ontvangt, mag je maximaal twee
maanden op proef werken bij een nieuwe werkgever. Tijdens deze proefplaatsing kun
je samen met je nieuwe werkgever kijken of de werkzaamheden ook echt bij je
passen. Jouw nieuwe werkgever hoeft je hiervoor geen salaris te betalen en je behoudt
je werkloosheidsuitkering. Ook hoef je voor het aantal uren dat je werkt niet te
solliciteren naar een andere baan. Voorwaarde is wel dat jouw nieuwe werkgever de
intentie heeft om je een dienstverband aan te bieden, als blijkt dat het werk goed bij
je past. Dat wil zeggen: voor een gelijk aantal uren en voor minimaal zes

pag. 9 van 16
maanden. Je dient voor een proefplaatsing altijd toestemming te vragen aan Ons
Middelbaar Onderwijs.

Opleiding
Je kunt ook een opleiding volgen terwijl je een werkloosheidsuitkering ontvangt.
Voorwaarde is wel dat de opleiding je beschikbaarheid voor passend werk niet in de
weg staat. Je moet je dus gewoon blijven houden aan de sollicitatieplicht. Vind je een
baan, dan kan het zijn dat je met jouw opleiding moet stoppen.

In sommige gevallen is het noodzakelijk dat je je omschoolt. Bijvoorbeeld omdat je


niet meer in je oude functie in het onderwijs kunt werken, of omdat jouw afstand tot
de arbeidsmarkt (te) groot is geworden. Je kunt dan voor de uren waarin je je
omschoolt een tijdelijke ontheffing van jouw sollicitatieplicht krijgen. Die ontheffing
kun je via de oud-werkgever bij UWV aanvragen als je voldoet aan de volgende drie
voorwaarden:
• de opleiding is noodzakelijk voor jouw re-integratie, en;
 de opleiding vergroot aantoonbaar jouw kansen op de arbeidsmarkt, en;
• de opleiding biedt voldoende kansen op betaald werk, en;
• de opleiding duurt in totaal niet langer dan een jaar.

Let op! Er is geen opleidingsbudget. Heb je een WW-uitkering van UWV en wil je je kansen op de
arbeidsmarkt vergroten? Dan kom je mogelijk in aanmerking voor de scholingsvoucher van UWV.
Dit is een vergoeding voor een opleiding of omscholing. Ben je ouder dan vijftig jaar en heb je
een WW-uitkering? Dan kom je mogelijk ook in aanmerking voor een scholingsvoucher voor de
werkzoekende 50-plusser. Kijk voor meer informatie hierover op www.uwv.nl.

Stage
Wil je graag meer werkervaring opdoen? Dan mag je maximaal drie maanden
stagelopen bij een bedrijf of organisatie. Tijdens de stage ontvang je geen salaris,
maar je kunt wel een stagevergoeding krijgen. Deze wordt echter in mindering
gebracht op jouw uitkering. Het is niet toegestaan om meerdere keren stage te lopen
bij dezelfde organisatie; de stage is immers bedoeld voor het opdoen van nieuwe
werk-
ervaring. Tijdens de stage kun je geen ontheffing van je sollicitatieplicht krijgen.
Daarnaast moet je beschikbaar blijven voor de arbeidsmarkt.

Mantelzorg
Je bent mantelzorger als je de verzorging van een zieke of gehandicapte in je naaste
omgeving op je hebt genomen. Het is zorg die niet in het kader van een hulpverlenend
beroep wordt gegeven en dus niet wordt betaald. Mantelzorg bestaat vaak uit
verpleging, verzorging, het regelen van voorzieningen of vervangende zorg. Als je
toestemming krijgt om mantelzorg te geven, dan moet je je wel gewoon blijven
houden aan de verplichtingen die horen bij een werkloosheidsuitkering.

Dat wil zeggen, je blijft solliciteren en je blijft ook beschikbaar voor de arbeidsmarkt.
Is de mantelzorg die je geeft onmisbaar? En is de zorg zo intensief dat je die niet
(langer) kunt combineren met je sollicitatieplicht of jouw beschikbaarheid voor de
arbeidsmarkt? Dan kun je in aanmerking komen voor tijdelijke sollicitatieplicht-
ontheffing.

pag. 10 van 16
Sollicitatieplichtontheffing aanvragen
Ons Middelbaar Onderwijs is verantwoordelijk voor jouw re-integratie. Wij kunnen
echter niet beslissen over een tijdelijke ontheffing van de sollicitatieplicht.
Na het indienen van een ontheffingsverzoek geven wij advies aan de
uitkeringsinstantie die erover beslist. Bij een WW-uitkering is dat UWV. Bij een
aansluitende werkloosheidsuitkering is dat WWplus.
Een tijdelijke ontheffing kun je alleen krijgen bij:
• noodzakelijke scholing
• noodzakelijke intensieve mantelzorg
• een noodsituatie
• een proefplaatsing
• een onderzoek/ startperiode.

Een eigen bedrijf starten


Een eigen bedrijf beginnen kan een heel goede manier zijn om weer aan de slag te
gaan. Je kunt gebruikmaken van de zogenaamde ‘Onderzoeks- en startperiode’. Je
vraagt deze onderzoeks- en/of startperiode aan bij de schoolleiding van de school
waar je het laatst hebt gewerkt. OMO geeft vervolgens advies aan UWV of WWplus
over het wel of niet toekennen van de periodes. De uiteindelijke beslissing ligt dus bij
UWV of WWplus. Hieronder lees je meer over de onderzoeks- en startperiode.

Onderzoeksperiode
Tijdens de onderzoeksperiode onderzoek je de haalbaarheid van jouw bedrijfsidee en
werk je de plannen uit in een ondernemingsplan. Deze periode duurt maximaal zes
weken. Je houdt je uitkering en je hoeft in deze periode niet te solliciteren. Zo kun je
je volledig richten op je plannen. In de onderzoeksperiode mag je bijna alle
voorbereidende activiteiten verrichten. Alleen acquisitie of promotionele activiteiten,
zoals een website of reclame maken, zijn niet toegestaan. Ook inschrijven bij de
Kamer van Koophandel mag nog niet. Besluit je na de onderzoeksperiode om
inderdaad te starten met je eigen bedrijf. Dan heb je twee mogelijkheden: je kiest
voor een startperiode, of je stopt jouw uitkering voor de uren die je als zelfstandige
gaat werken.

Startperiode
Wil je daadwerkelijk starten met je eigen onderneming, maar wil je niet dat alle uren
die je aan de onderneming besteedt direct in mindering worden gebracht op jouw
uitkering? Dan kun je onder voorwaarden gebruikmaken van de startperiode. Deze
duurt 26 weken en je hebt hiervoor vooraf toestemming nodig van Ons Middelbaar
Onderwijs en UWV (of WWplus).
Na toekenning van de startperiode mag je voor betalende klanten gaan werken en
jouw bedrijf, jouw product of dienstverlening promoten. Bijvoorbeeld via een eigen
website of social media. Je kunt je tijdens de startperiode volledig op jouw eigen
bedrijf richten: je hoeft niet te solliciteren of werk in loondienst aan te nemen. Wel
wordt/ worden tijdens de startperiode jouw uitkering(en) met 29% verlaagd.

Besluit je na de startperiode om door te gaan met je bedrijf? Dan moet je het aantal
uren dat je voor je bedrijf werkt, doorgeven aan UWV. Dat doe je met het wijzigings-
of inkomstenformulier op uwv.nl. UWV berekent vervolgens op basis van de gewerkte
uren een zogenoemd fictief inkomen. Dat gebeurt door het dagloon om te rekenen
naar een bedrag per uur. De uitkomst daarvan vermenigvuldigt UWV met het aantal
uren dat je per maand als zelfstandige werkt.

pag. 11 van 16
Let op! Als je tijdens de WW-uitkering gebruik maakt van de startperiode, dan moet je dit zelf
doorgeven aan WWplus. Daarnaast kan de startperiode niet tussentijds worden beëindigd.
Dat betekent dat de uitkering 26 weken lang blijvend wordt verlaagd. Ook als je tussentijds stopt
met het bedrijf!

Re-integratiebegeleiding
Zodra UWV een beslissing heeft genomen over de hoogte en de duur van de uitkering
in de vorm van een WW-beschikking, kun je worden uitgenodigd voor een
intakegesprek door een managementconsulent personeel van OMO (mcp). Het doel
van dit gesprek is zicht krijgen op jouw kansen op de arbeidsmarkt. Je wordt gevraagd
om bij het intakegesprek de cv mee te nemen en de mogelijk al verzonden
sollicitatiebrieven. De uitkomst van het intakegesprek bepaalt welke re-
integratieactiviteit(en) je gaat ondernemen. Je kunt ook zelf contact opnemen met
mcp of ProMotion (het interne loopbaancentrum van OMO) als je hulp wilt bij jouw
sollicitatieactiviteiten.
Vervolgens ga je concreet zelf aan de slag met deze activiteiten. Tijdens deze fase
blijft mcp het eerste aanspreekpunt. Eens per vier tot zes weken neemt mcp
telefonisch contact met je op om te vragen naar de stand van zaken en om te
vernemen of er nog (meer of andere) hulp nodig is. Ook kun je worden uitgenodigd op
het OMO bureau in Tilburg voor een gesprek.

Einde van re-integratiebegeleiding


In de volgende gevallen eindigt de re-integratiebegeleiding:
 Als alle fasen van de re-integratiebegeleiding zijn doorlopen
 Als er geen recht meer is op WW of BWW
 Als je een nieuwe baan hebt gevonden
 Als je afstand doet van jouw recht op WW/ BWW

Niet meewerken aan re-integratietraject


Als je niet (voldoende) meewerkt aan het re-integratietraject kan het UWV een sanctie
opleggen. De standaardsanctie is een korting van 25% van jouw uitkering gedurende
vier maanden. Redenen die UWV hanteert voor het opleggen van een sanctie aan een
ex-medewerker zijn:
 Het niet verschijnen op afspraak t.b.v. de intake;
 De weigering informatie te geven die het re-integratiebedrijf (mcp) nodig heeft
voor het uitvoeren van de gevraagde activiteiten;
 De weigering informatie te geven die voor het vaststellen van competenties
noodzakelijk is;
 Het niet verschijnen op de afspraak bij scholing/ werkervaringsplaats/ andere
bemiddeling;
 Het onvoldoende inspannen bij het zoeken naar passende vacatures;
 Het voor het einde stoppen met scholing, opleiding of training;
 Het niet starten met de overeengekomen opleiding;
 Het onvoldoende meewerken om een goed resultaat te behalen;
 Het niet maken van huiswerkopdrachten;
 Het tussentijds beëindigen van re-integratietraject (motivatie);
 Het niet beschikbaar zijn om werk aan te nemen (stellen van aanvullende eisen);
 Het onvoldoende uitvoeren van opdrachten van de re-integratiebegeleider;
 Het stellen van eisen met betrekking tot aanbod re-integratiemiddel;
 Het weigeren van aanbod van een werkgever/ re-integratiebedrijf;
 Het op een andere manier niet meewerken aan de re-integratie.

Let op: UWV wordt door mcp op de hoogte gesteld van het onvoldoende meewerken aan re-
integratie. Zorg ervoor dat je er alles aan doet om nieuw werk te vinden en te houden.

pag. 12 van 16
5 Je financiële situatie bij een nieuwe baan

Je bent weer aan het werk. Misschien is dat maar voor een aantal uren, of voor een
lager salaris. Ook is het mogelijk dat je in een andere sector bent gaan werken.
In dat geval wil je waarschijnlijk weten waar je financieel aan toe bent. Krijg je nog
een uitkering? Krijg je compensatie voor jouw lagere salaris? En wat zijn de gevolgen
voor jouw pensioen? In dit hoofdstuk lees je daar meer over.

Een nieuwe baan


Als je een nieuwe baan vindt, dan heeft dat gevolgen voor de hoogte van de
werkloosheidsuitkering. Je kunt dan bijvoorbeeld te maken krijgen met
inkomstenaftrek. Bij inkomstenaftrek wordt de hoogte van de WW-uitkering
vastgesteld door het verrekenen van de inkomsten. Is je inkomen uit werk minder dan
87,5% van het WW-maandloon, dan trekt UWV het inkomen af van dit maandloon.
Over dit nieuwe maandloon ontvang je 70% van UWV. Daarnaast heb je dan jouw
inkomen uit het werk. Je krijgt dan dus een gedeeltelijke uitkering naast loon. Ga je
minder uren werken dan de uren waarop jouw uitkering is gebaseerd, dan gelden voor
de uren die je werkloos blijft de bestaande verplichtingen.
Jouw WW-uitkering stopt als de inkomsten uit werk per maand hoger zijn dan 87,5%
van het WW-maandloon. Wil je berekenen wat een nieuwe baan betekent voor jouw
inkomsten? Maak dan gebruik van de rekenhulp op de website van UWV.

Loonsuppletie
Vind je een nieuwe baan met een lager salaris dan jouw oude salaris, dan kan het zijn
dat je recht hebt op loonsuppletie. Loonsuppletie is een aanvulling op het salaris, die
je kunt aanvragen bij WWplus. Om loonsuppletie te kunnen krijgen, gelden drie
voorwaarden:
 het nieuwe dagloon is lager dan uw oude dagloon én;
 je hebt recht op een aanvullende uitkering of een (extra) aansluitende
uitkering (of je zou dit recht hebben gehad als je aansluitend op de vorige
baan geen nieuwe baan had aanvaard) én;
 de einddatum van de bovenwettelijke uitkering(en) zoals vastgesteld op de
eerste werkloosheidsdag is nog niet verstreken.
Tijdens de eerste helft van jouw werkloosheidsuitkering kunt je een aanvulling krijgen
tot maximaal 100% van jouw WOVO-dagloon (ongemaximeerd). Tijdens de tweede
helft is dat maximaal 90% van jouw WOVO-dagloon (ongemaximeerd). De
loonsuppletie wordt per maand achteraf betaald. Op de betaling van de loonsuppletie
zijn de bepalingen uit de WW over de betaling, terugvordering en verrekening van de
uitkering van toepassing.

Sollicitatieplicht
Zolang de werkloosheidsuitkering nog (gedeeltelijk) tot uitbetaling komt, heb je nog
een sollicitatieplicht. Ook als je voor het volledig aantal uren van jouw uitkering werkt
tegen een lager salaris. Duurt het werk naar verwachting langer dan 3 maanden, dan
heb je de eerste 3 maanden die je werkt in je nieuwe baan geen sollicitatieplicht. Deze
vrijstelling wordt 1 keer verleend gedurende jouw werkloosheidsrecht. Meer informatie
over de sollicitatieplicht vind je op www.uwv.nl.

Pensioenopbouw
Voor de pensioenopbouw is het vaak gunstig om een nieuwe baan te accepteren. De
reden daarvoor is dat je dan meestal weer volledig pensioen opbouwt.

pag. 13 van 16
Je vindt een baan bij de overheid of in het onderwijs
Als je aan het werk gaat bij de overheid of in het onderwijs, dan kom je weer in
aanmerking voor volledige pensioenopbouw bij het ABP. Als pensioengevend salaris
wordt dan uitgegaan van het nieuwe loon. Ontvang je naast je nieuwe loon nog een
gedeeltelijke uitkering dan loopt de pensioenopbouw bij het ABP door voor het
gedeelte waarvoor je werkloos bent.

Je vindt een baan buiten de overheid of het onderwijs


Ga je aan het werk buiten de overheid of het onderwijs, en heeft je nieuwe werkgever
een pensioenregeling? Dan bouw je weer pensioen op. Ontvang je nog een
gedeeltelijke uitkering, dan loopt de pensioenopbouw bij het ABP door voor het
gedeelte waarvoor je werkloos bent.

Krijg je geen werkloosheidsuitkering meer, dan is het belangrijk dat je onderzoekt of


er waardeoverdracht van jouw pensioen mogelijk is. Waardeoverdracht is het
overhevelen van de opgebouwde pensioenaanspraken bij je oude werkgever naar je
nieuwe pensioenuitvoerder.

Je vindt een baan via een uitzendbureau


Of je in aanmerking komt voor een pensioenregeling is iets wat je zelf met het
uitzend- of detacheringsbureau moet bespreken.

Let op! In de praktijk pakt waardeoverdracht voor iedereen anders uit. Dat komt omdat alle
pensioenregelingen verschillend zijn. Je moet het verzoek tot waardeoverdracht na de
beëindiging van uw ABP-deelnemerschap indienen bij het pensioenfonds van de nieuwe
werkgever. Je krijgt hierover informatie van je nieuwe werkgever.

Jouw nieuwe baan eindigt


Jouw nieuwe baan stopt binnen 26 weken. Jouw recht op de werkloosheidsuitkering
herleeft als je binnen 26 weken opnieuw werkloos wordt. De duur van de
werkloosheidsuitkering wordt dan verlengd met het aantal weken dat je tijdens jouw
baan geen uitkering hebt ontvangen. Ontving je naast je baan nog een
werkloosheidsuitkering? Dan heeft de werkhervatting geen effect op de totale duur van
jouw werkloosheidsrecht.

Voorbeeld
Je hebt met ingang van 1 juli een WW- uitkering voor 36 uur per week voor de duur
van 24 maanden. Met ingang van 1 augustus bent u 36 uur gaan werken en is je
werkloosheidsuitkering beëindigd. Na 20 weken werken stopt de nieuwe baan. Jouw
WW-uitkering wordt dan hervat en de maximale einddatum wordt met de gewerkte 20
weken verlengd.

Jouw nieuwe baan stopt na 26 weken


Heb je 26 weken of langer gewerkt en word je opnieuw (gedeeltelijk) werkloos, dan
heb je in de meeste gevallen een nieuw WW- recht opgebouwd. Je kunt dan een
nieuwe WW-uitkering aanvragen bij UWV.

Garantiedagloon UWV
Verdiende je met jouw nieuwe baan een minder dan met jouw oude baan? Dan krijg je
meestal een lagere werkloosheidsuitkering. Dat komt omdat je nu een lager dagloon
hebt. Alleen onder bepaalde voorwaarden krijg je van UWV toch een WW-uitkering die
net zo hoog is als de eerdere uitkering. De uitkering wordt dan berekend op basis van
het oude (hogere) dagloon.

pag. 14 van 16
Meer informatie over de voorwaarden daarvoor vind je op www.uwv.nl.

Nieuw bovenwettelijke recht (WOVO)


Ben je opnieuw werkloos geworden vanuit een baan in het voortgezet onderwijs en
heb je met jouw nieuwe baan een nieuw WW-recht opgebouwd? Dan heb je vaak ook
opnieuw recht op een bovenwettelijke uitkering (WOVO). Is dit nieuwe bovenwettelijke
recht korter dan het oude recht? Dan kun je in aanmerking komen voor de garantie-
uitkering. Hierbij herleeft de duur van jouw oude recht. De hoogte van het oude recht
kan hierbij niet herleven.

Ben je opnieuw werkloos geworden en heb je géén nieuw bovenwettelijk


uitkeringsrecht (bijvoorbeeld omdat je in een andere sector werkte)? Of heb je een
nieuw WW-recht met een lager dagloon? Dan kun je in sommige gevallen in
aanmerking komen voor een garantie-uitkering (of herleving van je oude
bovenwettelijke uitkering). De hoogte en duur van die garantie-uitkering is dan
gebaseerd op de eerdere bovenwettelijke uitkering. Je moet de garantie-uitkering zelf
aanvragen bij WWplus. Voor meer informatie over de garantie-uitkering en de
bijbehorende voorwaarden, kun je contact opnemen met de helpdesk van WWplus.

pag. 15 van 16
Meer weten?
Heb je nog vragen na het lezen van deze brochure, dan kun je terecht bij jouw ex-
werkgever (mcp of de laatste OMO-school waar je werkzaam bent geweest).

Belangrijke organisaties:

UWV
0900 – 9294
www.uwv.nl of www.werk.nl

WWplus
088 – 605 51 20
www.wwplus.nl

ABP
045 – 579 60 70
www.abp.nl

Managementconsulenten personeel
OMO
013- 595 53 45
mcp@omo.nl

ProMotion
013-595 53 05
Promtion@omo.nl

Maak werk van jouw uitkering!

Managementconsulenten personeel
pag. 16 van 16 9 juni 2021

You might also like