You are on page 1of 2

De Zwarte Man

Koen Meulenaere

DE TIJD - 25 februari 2020 

Iemand nog een mening over Joden en het carnaval in Aalst? Laat maar komen
anders: opinie at tijd punt bee ee. Onze chef opinie zal blij zijn.

Zelf hebben wij carnaval altijd van een stuitende onnozelheid gevonden.
Hoogfeest van wansmaak en beschavingsgebrek. Maar waar die stoeten in
steden als Rio nog baden in een sfeer van kleur en muziek, waarbij dansers en
danseressen hun schaarse kleding in de plaatselijke pluimveekwekerij halen,
gaan de feestvierders zich in steden als Aalst te buiten aan spot en vernedering,
wat men beter voorbehoudt aan daartoe opgeleide vaklui als cartoon- en
columnisten.

In Aalst wordt de neiging om een ander te beledigen via de moederborst


ingegeven, daarna bestendigd per paplepel, en vervolgens versterkt door een
breed gamma toxische gassen die uit de Dender opstijgen. Een Aalstenaar is een
dwarsligger en een ambrasmaker, dat kan omfloerster worden omschreven,
maar waarheid gaat voor op tact. Als een Aalstenaar geen Dendermondenaar
tegenkomt om ruzie mee te maken, begint hij wel tegen een andere Aalstenaar,
of tegen zichzelf.

In de jaren negentig woonden wij, zuiver beroepsmatig, geregeld


voetbalwedstrijden van Eendracht Aalst bij. De tijd van Gilles De Bilde, Leo Van
der Elst en Yves Vanderhaeghe, met de Caje als trainer. Daar werden op het
vipterras gemenere schoppen uitgedeeld dan op het veld. We hebben ooit
verslag moeten uitbrengen van de basketbaltopper tussen Okapi Aalst en
Oostende in Het Forum, uitgerekend de zaterdagavond van het
carnavalweekend. Okapi won met een driepunter in de laatste seconden. En
Annie De Maght zat voor ons in de tribune. Nooit gezien zoiets, ook niet in een
film.

Het schijnt nog een verschil te maken of je van de linkse of de rechtse oever van
de Dender bent, want uptown en downtown worden in Aalst door het water
gescheiden. Piet Van Eeckhaut weidde in de rechtszaal graag uit over zijn eigen
afkomst, maar aan welke kant die zich situeerde zijn we vergeten. Wij hebben
hem er altijd van verdacht die oever aan te passen aan de cliënt voor wie hij
pleitte. En als het hem uitkwam was hij met verve daensist.

Je kunt dus honderd procent gelijk hebben dat kwetsende Joodse karikaturen
niet thuishoren in een optocht, dat pleidooi heeft in Aalst alleen een averechts
effect. Er is maar één keer een groep uit de stoet gezet: in 1984, een bende
lolbroeken die verkleed als penis door de straten stapte. Volgens de christelijke
burgemeester Raymond Uyttersprot was dat openbare zedenschennis. Dat was
een jaar of twintig voor zijn eigen dochter aan het begrip openbare
zedenschennis een extra dimensie toevoegde bovenop een toeristische toren in
Navarra.

Die torenseks was dan wel niet op een praalwagen in de carnavalstoet, maar ze
had het zeker gedurfd. Tenslotte was Mieke Maaike ook van Aalst.

You might also like