You are on page 1of 77

Argumenteren

Auteur Marcia Jans


Laatst gewijzigd 8 maart 2020
Licentie CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie
Webadres https://maken.wikiwijs.nl/157785/

Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét


onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

Pagina 1 van 1 Argumenteren


Inhoudsopgave
Welkom! ............................................................................................................................................... 2
0. Basis (herhaling) .............................................................................................................................. 3
Opdracht 1 ...................................................................................................................................... 4
Opdracht 2 ...................................................................................................................................... 6
Opdracht 3 .................................................................................................................................... 11
Opdracht 4 .................................................................................................................................... 12
1. Argumenten, tegenargumenten en weerleggingen ................................................................. 14
Feitelijke en waarderende argumenten .................................................................................... 14
Opdracht ....................................................................................................................................... 15
Tegenargument en weerlegging ................................................................................................. 17
Opdracht ....................................................................................................................................... 18
2. Argumentatiestructuren (blokjesschema's) .............................................................................. 20
Hoe vul je een blokjesschema in? .............................................................................................. 24
Opdracht 1 .................................................................................................................................... 25
Opdracht 2 .................................................................................................................................... 26
Opdracht 3 .................................................................................................................................... 27
Meer oefenen? .............................................................................................................................. 28
3. Argumentatieschema's ................................................................................................................ 30
Opdracht 1 .................................................................................................................................... 32
Opdracht 2 .................................................................................................................................... 33
Opdracht 3 .................................................................................................................................... 34
Opdracht 4 .................................................................................................................................... 35
Meer oefenen? .............................................................................................................................. 36
4. Drogredenen ................................................................................................................................. 38
Drogredenen in de praktijk ......................................................................................................... 41
Opdracht 1 .................................................................................................................................... 42
Opdracht 2 .................................................................................................................................... 60
Opdracht 3 .................................................................................................................................... 61
Opdracht 4 .................................................................................................................................... 62
Meer oefenen? .............................................................................................................................. 63
5. Aanvaardbaarheid van argumentatie ........................................................................................ 65
Meer oefenen? .............................................................................................................................. 66
6. Soorten argumenten .................................................................................................................... 68
Opdracht 1 .................................................................................................................................... 69
Opdracht 2 .................................................................................................................................... 70
Meer oefenen? .............................................................................................................................. 71
Varia .................................................................................................................................................... 73
Over dit lesmateriaal ........................................................................................................................ 75

Pagina 1 van 76 Argumenteren


Welkom!
In allerlei situaties willen mensen vertellen wat ze vinden. Ze geven hun mening en
onderbouwen die met argumenten, om zo anderen te overtuigen.
Als anderen het er niet mee eens zijn, kunnen ze ertegenin gaan
met hun eigen argumenten. Dit kan mondeling, in een discussie
of debat, maar het kan ook schriftelijk, zoals in een betoog of op
een forum op internet.

Argumenteren wordt steeds belangrijker en ook op school is het


een belangrijke vaardigheid. Je moet betogen kunnen schrijven en
analyseren, discussies of debatten kunnen houden, en niet geheel
onbelangrijk: je moet argumentatie kunnen analyseren en
beoordelen, ook als onderdeel van je examen.

Op deze site vind je uitleg en oefeningen over argumenteren. Als


basis is Nieuw Nederlands 6e editie gebruikt; het boek waar je bij
Nederlands mee werkt. Daarnaast zijn er filmpjes met uitleg. Let op: sommige termen zijn
veranderd in 2017. Daarvoor is er een extra filmpje gemaakt: Argumenteren - de vernieuwde
versie. Bij ieder onderdeel waar het van toepassing is, zal dit filmpje ook staan, met een
vermelding naar het moment waarop het betreffende onderdeel wordt besproken.

Pagina 2 van 76 Argumenteren


0. Basis (herhaling)
In cursus 1 'Basis' heb je de basisbegrippen van argumenteren al geleerd. Hoe zat dat nou
ook alweer?

https://www.youtube.com/embed/zELHb87K89Q

Als je een standpunt over iets inneemt, dan geef je je mening over die zaak.

Voorbeelden van standpunten:

• Ik denk dat we beter niet naar het gala kunnen gaan.


• Zonder begeleiding in zee gaan duiken is volgens mij erg onverstandig.
• Ik vind dat de meeste mensen geen verstand van muziek hebben.

Je kunt een standpunt meestal aan de volgende signaalwoorden herkennen: ik vind, volgens
mij, ik denk dat, mijn conclusie is dat, dus, daarom, kortom.

Positief, negatief en twijfel

Er zijn drie soorten standpunten:

• een positief standpunt: Ik vind dat we als voorbereiding op het examen meer oude
examens moeten maken.

• een negatief standpunt: Volgens mij moeten we als voorbereiding op het niet meer
oude examens examen maken.

• een standpunt van twijfel: Ik ben er nog niet uit of het goed is dat we als
voorbereiding op het examen meer oude examens moeten maken.

Met argumenten kun je je eigen standpunt verdedigen of het standpunt van een ander
aanvallen. Met een weerlegging ontkracht je een (tegen)argument. Een argument kan
vóór of áchter het standpunt staan. Voorbeelden:

• De meeste politici zijn niet te vertrouwen (argument), dus ik ga in de toekomst niet


meer stemmen (standpunt).

• Ik vind dat prostitutie niet gelegaliseerd moet worden (standpunt), want veel
vrouwen worden ertoe gedwongen (argument).

Je kunt argumenten vaak herkennen aan signaalwoorden als want, omdat, namelijk,
aangezien en immers.

Pagina 3 van 76 Argumenteren


Samengevat

Oefening met soorten standpunten op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-standpunten/

Opdracht 1

Oefening

Standpunten
https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5846134

Lees de vier teksten en klik telkens aan wat het standpunt is.

Tekst 1

Wetgeving die ertoe leidt dat voorbeeldig geïntegreerde migranten tot ongenoegen van een
groot deel van de bevolking worden uitgewezen, ondermijnt het respect voor de

Pagina 4 van 76 Argumenteren


wet. Natuurlijk kan de rechtsstaat niet in alle particuliere wensen voorzien. Maar als een
strikte toepassing van de wet leidt tot een procedure die zelfs het geweten van de betrokken
minister belast, is de wet volgens mij toe aan revisie.

de Volkskrant, 29 oktober 2011

Tekst 2

'Allochtone agenten stuiten vaak op wantrouwen bij collega's', l uidt de kop van het artikel
naar aanleiding van een onderzoek van Sinan Cancaya. Zij werkte als adviseur bij de politie
en gaat nu promoveren op de beleving van allochtone agenten (Binnenland, 19
oktober). Toen ik het las vond ik het een ontzettend eenzijdig stuk. Cancaya heeft hen niet
gevraagd hoe allochtone agenten tegen agenten van Nederlandse komaf aankijken. Wat zijn
hun verwachtingen vooraf, voordat ze in het corps komen? Heeft Cancaya hen die vraag ook
voorgelegd?

Naar: Brenda Reyerse, de Volkskrant, 24 oktober 2011

Tekst 3

Alleen met voldoende opgeleide ingenieurs kunnen we uitblinken in onze topsectoren en


een internationaal concurrerende kenniseconomie blijven. Daarom vraagt de
studentenvertegenwoordiging van de Technische Universiteit Delft het kabinet om bèta's te
steunen. Volwaardige ingenieurs zijn immers een fundament waar niet alleen de
Nederlandse dijk, maar ook de Nederlandse kenniseconomie op rust.

Hester van der Waa en Mariska Heidema, NRC/Handelsblad, 12 januari 2012

Tekst 4

In Nederland wordt de volksgezondheid ernstig bedreigd, doordat mensen te veel en te vet


eten. Deze ongezonde gewoonte wordt aangemoedigd door het 24 uur per dag verkrijgbaar
zijn van snoepwaren. Naar mijn mening gaat Connexxion een bedenkelijk pad op met het
aanbieden van deze zoetwaren in de bus. Want dat zelfs tijdens het maken van een busrit de
behoefte aan snoep moet worden bevredigd, is bewust meewerken aan de
volksongezondheid.

Naar: Dirk Kuijper, de Volkskrant, 30 januari 2012

Pagina 5 van 76 Argumenteren


Opdracht 2

Oefening

Standpunten en argumenten
https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5846066

Bij deze oefening krijg je 8 redeneringen te zien. Eerst krijg je de vraag om het standpunt en
wat het argument aan te geven. Daarna krijg je de vraag of je te maken hebt met een positief
standpunt, een negatief standpunt of een standpunt van twijfel te maken hebt.

We kunnen beter een particulier beveiligingsbureau voor school inhuren. Er zijn inmiddels
meer dan genoeg lap-tops verdwenen.

We kunnen beter een particulier beveiligingsbureau voor school inhuren. Er zijn inmiddels
meer dan genoeg lap-tops verdwenen.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Pagina 6 van 76 Argumenteren


Een standpunt van twijfel

Ik weet nog niet of ik voor of tegen de verkorting van de zomervakantie ben: ik weet er eerlijk
gezegd nog te weinig vanaf.

Ik weet nog niet of ik voor of tegen de verkorting van de zomervakantie ben: ik weet er eerlijk
gezegd nog te weinig vanaf.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Een standpunt van twijfel

Bij de vorige James Bondfilm spatte het bloed van het scherm af, zo veel geweld kwam erin
voor: ik denk niet dat ik meega naar de nieuwe Bondfilm.

Pagina 7 van 76 Argumenteren


Bij de vorige James Bondfilm spatte het bloed van het scherm af, zo veel geweld kwam erin
voor: ik denk niet dat ik meega naar de nieuwe Bondfilm.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Een standpunt van twijfel

Er komt geen poes! Ik ben daar al jaren allergisch voor, en dat weet je.

Er komt geen poes! Ik ben daar al jaren allergisch voor, en dat weet je.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Pagina 8 van 76 Argumenteren


Een standpunt van twijfel

Ik heb alleen nog maar het slotstukje van de eerste aflevering van The Killing gezien. Ik kan
nu echt nog niet zeggen wat ik ervan vind.

Ik heb alleen nog maar het slotstukje van de eerste aflevering van The Killing gezien. Ik kan
nu echt nog niet zeggen wat ik ervan vind.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Een standpunt van twijfel

In februari is de kans op sneeuw in Zuid-Duitsland veel groter dan in december. Je kunt dan
ook beter pas in de krokusvakantie gaan skiën en niet al met Kerstmis.

Pagina 9 van 76 Argumenteren


In februari is de kans op sneeuw in Zuid-Duitsland veel groter dan in december. Je kunt dan
ook beter pas in de krokusvakantie gaan skiën en niet al met Kerstmis.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Een standpunt van twijfel

Ik ga nooit meer naar Lowlands. Ik ben na de laatste keer meer dan een week hartstikke ziek
geweest.

Ik ga nooit meer naar Lowlands. Ik ben na de laatste keer meer dan een week hartstikke ziek
geweest.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Pagina 10 van 76 Argumenteren


Een negatief standpunt

Een standpunt van twijfel

De vorige vergadering waarbij Ben voorzitter was, liep behoorlijk uit: de vergadering van
vanmiddag zal ook wel niet op tijd afgelopen zijn.

De vorige vergadering waarbij Ben voorzitter was, liep behoorlijk uit: de vergadering van
vanmiddag zal ook wel niet op tijd afgelopen zijn.

Met wat voor een soort standpunt heb je te maken?

Een positief standpunt

Een negatief standpunt

Een standpunt van twijfel

Opdracht 3
Opdracht

Pagina 11 van 76 Argumenteren


Lees tekst 1, een fragment uit Ape, nut, Mies. 'De verdwijning van een taal vormt dan ook een
onherstelbaar cultuurverlies.' (Abram de Swaan, NRC Handelsblad, 19 januari 2004).

Wat is het standpunt van Hans van den Bergh over de mogelijke verdwijning van de
Nederlandse taal, gelet op alinea 15 en 16 van de tekst 'Ape, nut, Mies'? Licht zijn standpunt
toe met een door hem gebruikt argument. Gebruik maximaal 25 woorden.

Tekst 1 Ape, nut, Mies

(15) Een kleine taal als het Nederlands zal waarschijnlijk in de loop van de huidige eeuw een
streektaal worden; en ook al zullen wij die nu leven, allemaal aan het Nederlands
vasthouden, toch zal die taal daarna - omdat alle ontwikkelingen altijd sneller gaan dan we
denken - wellicht een dode taal zijn, die alleen nog in geschrifte voort-bestaat.

(16) Maar een prachtige taal die zomaar verdwijnt - dat mág en kan toch niet? Lieve hemel, er
verdwijnt wel meer dat ons dierbaar was. Typisch Nederlandse gebruiken zijn veelal al
uitgestorven. Zo ook de trekschuit en de plaggenhut, de el, het mud en de bunder, het
handzetten en het kievitseierenrapen, de klompendans en het midwinterblazen, de
neteldoek en de neepjesmuts. Veel nostalgische gebruiken slijten uit, samen met veel
narigheid die daarbij hoorde.

naar: Hans van den Berg (oud-hoogleraar in de Nederlandse letterkunde), HP/De Tijd, 15 oktober 2004.

Examen 2007, tijdvak 1 (regel 218 t/m 241)

Opdracht 4
Opdracht

Lees tekst 2, een fragment uit Scharrelwild. In deze tekst wordt een andere opvatting over de
jacht naar voren gebracht dan de ecologen of de anti-jachtlobby hebben (zie alinea 8).

1. Formuleer het gemeenschappelijke argument van ecologen en de anti-jachtlobby


tegen de jacht. Baseer je antwoord op gegevens uit alinea 8. Gebruik maximaal 10
woorden.

Pagina 12 van 76 Argumenteren


2. Formuleer het argument vóór de jacht. Baseer je antwoord op gegevens uit alinea 8.
Gebruik maximaal 15 woorden.

Tekst 2 Scharrelwild

Een wolf die al te grote schade aanricht, kun je laten schieten door een rijke Amerikaan of
Italiaan. De opbrengst van dit jagersgenot kan weer in het potje voor kwetsbare lokale
natuur.

(8) Maar zover is het helaas nog lang niet. Want volgens ecologen hebben jagers geen recht
van spreken. Die zouden enkel uit onderbuikgevoel en onkunde handelen. Er zijn echter
maar weinig natuurbeschermers die fatsoenlijk kunnen uitleggen waarom een jager geen en
een roofdier wel wild mag oogsten. De anti-jachtlobby vindt blijkbaar dat ons complete
kerstdiner uit de bio-industrie moet komen en niet uit het eigen Europese bos. De 'handsoff'-
mentaliteit, in wezen een mensvijandige kijk op de natuur, domineert. Alleen een door
mensen totaal verlaten gebied, ongerept en bevroren in een toestand van vlak na de ijstijd,
zou goed genoeg zijn. Bij dit paradijsverlangen wordt voorbijgegaan aan het feit dat 'natuur'
een nogal rekbaar begrip is. Bovendien is de natuur meer met haar tijd meegegaan dan veel
dierenbeschermers. Want wie tussen de ecologische treurwilgen door kijkt, ziet dat er zelfs in
ons eigen kleine bos een overvloed aan wild is.

naar: Rypke Zeilmaker, HP/De Tijd, 18 november 2005.

Examen 2008, tijdvak 1 (regel 113 t/m 144)

Pagina 13 van 76 Argumenteren


1. Argumenten, tegenargumenten en
weerleggingen

Feitelijke en waarderende argumenten


Als je je mening geeft, onderbouw je je mening met argumenten. Die argumenten kunnen te
controleren zijn, dan spreek je over feitelijke argumenten. Denk hierbij aan feiten,
onderzoeksresultaten, uitspraken van autoriteiten, etc. Over feitelijke argumenten kun je
niet van mening verschillen, omdat de juistheid ervan te controleren is.

Voorbeeld:

S: Er moeten minder insecticiden worden gebruikt,

A: want er zijn veel dode buizerds gevonden. (feitelijk argument)

Zijn de argumenten niet te controleren, maar geven ze aan of iets (on)wenselijk, (on)gepast,
goed of slecht, mooi of lelijk is, dan heb je te maken met waarderende argumenten. Over
waarderende argumenten kun je van mening verschillen. Een waarderend argument moet
vaak ondersteund worden door bijvoorbeeld feiten.

Voorbeeld:

S: Ik wil elk jaar wel naar Frankrijk op vakantie,

A: omdat je er zo lekker kunt eten. (waarderend argument)

https://www.youtube.com/embed/Oa83clH1_aY

Vanaf 0.22 gaat het over feitelijke en waarderende argumenten.

Oefening met feitelijke en waarderende argumenten op


Cambiumned
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/feitelijke-en-waarderend
e-argumenten/

Pagina 14 van 76 Argumenteren


Oefening met feitelijke en waarderende argumenten op Taalboom
https://taalboom.nl/oef-feitelijke-en-waarderende-argumenten/

Opdracht

Oefening

Feitelijke of waarderende argumenten?


https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5846055

Bij deze oefening krijg je 5 redeneringen te zien. Geef aan of je met een feitelijk of een
waarderend argument te maken hebt.

De kans is erg klein dat je iets wint bij de Postcodeloterij. Je kunt er beter niet aan
deelnemen.

feitelijk argument

waarderend argument

Ik denk dat Mark Rutte de verkiezingen gaat winnen. Hij is immers veruit de beste in de
debatten.

feitelijk argument

Pagina 15 van 76 Argumenteren


waarderend argument

Omdat je met een scooter een grotere kans loopt op een ernstig ongeluk dan op een fiets,
lijkt het mij verstandig om scooters te verbieden.

feitelijk argument

waarderend argument

Mobieltjes moeten tijdens de les verboden worden. Leerlingen kunnen er echt geen nuttige
dingen mee doen.

feitelijk argument

waarderend argument

Je wordt er toch beroerd van als je die heftige berichten over ontgroeningen leest. Ze
moeten het ontgroenen gewoon helemaal verbieden.

feitelijk argument

waarderend argument

Pagina 16 van 76 Argumenteren


Tegenargument en weerlegging
Als iemand iets zegt, en je bent het er niet mee eens, dan kun je argumenten tegen het
standpunt inbrengen en/of weerlegging van de argumenten geven.

Met een tegenargument ontkracht je een standpunt; met een weerlegging ontkracht je een
argument.

Voorbeeld

Er moet op school meer aandacht besteed worden aan vaderlandse geschiedenis (=


standpunt), want jongeren moeten leren trots te zijn op ons verleden (= argument).

• Meer aandacht voor vaderlandse geschiedenis zal ten koste gaan van de tijd voor
wereldgeschiedenis. (= tegenargument, want het ontkracht het standpunt)

• Er is anders weinig in ons verleden waar we trots op kunnen zijn. (= weerlegging,


want het ontkracht het argument)

https://www.youtube.com/embed/Oa83clH1_aY

Vanaf 0.58 gaat het over tegenargument en weerlegging.

https://www.youtube.com/embed/0OeSi8XExUQ

Pagina 17 van 76 Argumenteren


Opdracht

Oefening

Tegenargument of weerlegging?
https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5846069

Bij deze oefening krijg je 5 redeneringen (a) met een reactie (b) te zien. Geef bij iedere
redenering aan of er sprake is van een tegenargument of van een weerlegging.

a: Volgens mij kun je beter blijven zitten, want dan slaag je over twee jaar met hogere cijfers.

b: Maar dat kost me wel een heel jaar.

tegenargument

weerlegging

a: Omdat er nauwelijks werk voor afgestudeerde neerlandici te vinden is, lijkt het mij niet
verstandig om Nederlands te gaan studeren.

b: Dat verbaast me: de afgestudeerde mensen die ik ken, hebben inmiddels allemaal een
baan gevonden.

tegenargument

weerlegging

Pagina 18 van 76 Argumenteren


a: Roken bekort het leven met acht jaar. Roken moet helemaal verboden worden.

b: Mensen moeten zelf weten of ze roken of niet.

tegenargument

weerlegging

a: Het boek Merdeka! staat bomvol met gewelddadige oorlogsscènes. Als je daar niet zo van
houdt, kun je het beter niet lezen.

b: Zoveel staan er ook niet in; misschien dat er op 30 van de meer dan 300 pagina's
gevochten wordt.

tegenargument

weerlegging

a: Omdat er helemaal geen alcoholische versnaperingen te krijgen zijn, is Iran geen geschikt
vakantieland voor levensgenieters.

b: Als je de juiste kanalen kent, kun je er heus wel bier en wijn kopen.

tegenargument

weerlegging

Pagina 19 van 76 Argumenteren


2. Argumentatiestructuren
(blokjesschema's)
Argumenten kunnen op verschillende manieren het standpunt ondersteunen. Er zijn vier
basisstructuren van argumentatie:

1. enkelvoudige argumentatie
2. onderschikkende argumentatie
3. nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten
4. nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten

Hieronder komen ze alle vier aan bod. Daarnaast is er nog de 'mix', die ook wel meervoudige
argumentatie wordt genoemd. Die hoef je niet te kennen voor je examen, maar het is goed
te weten dat deze mengvorm er ook nog is. Daarom wordt deze structuur ook even getoond.

Verder vind je helemaal onderaan deze pagina nog twee filmpjes met uitleg over de
argumentatiestructuren.

Enkelvoudige argumentatie

Bij enkelvoudige argumentatie is er één argument (A) dat het standpunt (S) ondersteunt.
Voorbeeld:

Pagina 20 van 76 Argumenteren


Onderschikkende argumentatie

Bij onderschikkende argumentatie wordt een argument ondersteund door een ander
argument. Het eerste argument heet het hoofdargument (HA); het argument dat daaronder
zit, heet een subargument (SA). Voorbeeld:

Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

Twee of meer argumenten staan naast (neven) elkaar en ondersteunen onafhankelijk van
elkaar het standpunt. Argumenten zijn onafhankelijk als ze ieder op zich, zelfstandig het
standpunt ondersteunen. Dit houdt in dat je ze ook los van elkaar kunt gebruiken.
Voorbeeld:

Pagina 21 van 76 Argumenteren


Nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten

Twee of meer argumenten staan naast (neven) elkaar en ondersteunen afhankelijk van
elkaar het standpunt. Argumenten zijn afhankelijk als ze alleen in combinatie met elkaar
werken. Ze zijn dan samen nodig om het standpunt te ondersteunen; los van elkaar
ondersteunen ze het standpunt niet. Dit houdt in dat je ze niet los van elkaar kunt gebruiken.
Voorbeeld:

Pagina 22 van 76 Argumenteren


Meervoudig onderschikkende argumentatie

Meervoudige argumentatie is een mengvorm van bovengenoemde argumentatiestructuren.


Hieronder zie je een voorbeeld. Deze structuur hoef je dus niet te kennen, maar het is
handig dat je van het bestaan weet.

Pagina 23 van 76 Argumenteren


https://www.youtube.com/embed/qERc61OzLfM

https://www.youtube.com/embed/Oa83clH1_aY

Vanaf 2.24 gaat het over argumentatiestructuren

Hoe vul je een blokjesschema in?


Hieronder zie je een filmpje waarin Arnoud Kuijpers aan de hand van twee vragen uit een
examen uitlegt hoe je argumentatiestructuren (blokjesschema's) moet invullen. Voor
degenen die het ook graag op papier hebben: de twee vragen waar hij het over heeft, staan
(inclusief de desbetreffende tekstgedeelten en de antwoorden) in het word-bestand

Pagina 24 van 76 Argumenteren


hieronder.

Bijlage bij 'Argumentatiestructuren' van Arnoud Kuijpers

Argumentatiestructuren in het examen Nederlands

Opdracht 1
Benoem van de onderstaande tekst iedere zin.

(1) Nederland moet een republiek worden. (2) Het is veel democratischer als ons staatshoofd
net als de volksvertegenwoordigers gekozen wordt. (3) Daarnaast kost een president de
overheid veel minder dan ons koningshuis. (4) De overheid hoeft dan immers maar één
persoon te onderhouden in plaats van een hele familie. (5) Anderzijds staat het koningshuis
ook in een prachtige traditie, die in stand gehouden dient te worden. (6) Ook vervult de
koninklijke familie een belangrijke functie in het onderhouden van relaties en contacten met
het buitenland.

(1) Nederland moet een republiek


worden.
a tegenargument

(2) Het is veel democratischer als


ons staatshoofd net als de
volksvertegenwoordigers gekozen
b tegenargument

wordt.

(3) Daarnaast kost een president de


overheid veel minder dan ons c standpunt
koningshuis.

(4) De overheid hoeft dan immers


maar één persoon te onderhouden d argument
in plaats van een hele familie.

Pagina 25 van 76 Argumenteren


(5) Anderzijds staat het koningshuis
ook in een prachtige traditie, die in e argument
stand gehouden dient te worden.

(6) Ook vervult de koninklijke


familie een belangrijke functie in
het onderhouden van relaties en
f subargument

contacten met het buitenland.

Opdracht 2
Plaats de argumenten a t/m h in de juiste volgorde volgens het schema.

Argumenten:

1. Als je uitgaat, kun je niet met de fiets, maar moet je een taxi nemen.
2. Je reageert minder snel.
3. Elk glas alcohol dat je gebruikt vernietigt 100.000 hersencellen.
4. Het is slecht voor je gezondheid.
5. Alcoholische consumpties kosten meer dan frisdrank.
6. Het kost veel geld.
7. Het is gevaarlijk in het verkeer.
8. Het is slecht voor je lever.

a Het is slecht voor je gezondheid.

Pagina 26 van 76 Argumenteren


b Het is gevaarlijk in het verkeer.

c Alcoholische consumpties kosten meer dan frisdrank.

d Als je uitgaat, kun je niet met de fiets, maar moet je een taxi nemen.

e Het kost veel geld.

f Het is slecht voor je lever.

g Je reageert minder snel.

h Elk glas alcohol dat je gebruikt vernietigt 100.000 hersencellen.

Opdracht 3
Zet argumenten in de juiste volgorde, op basis van de nummers in de hokjes.

Pagina 27 van 76 Argumenteren


a D Jongens willen meer doen dan meisjes

b A Jongens en meisjes leiden elkaar af

B Jongens en meisjes moeten op een verschillende manier de lesstof


c gepresenteerd krijgen

d G Meisjes willen meer leren dan jongens

e F Meisjes halen hogere cijfers dan jongens op proefwerken

f H Meisjes worden eerder volwassen dan jongens

g C Jongens vinden school niet zo belangrijk als meisjes

h I Meisjes zijn verder in hun geestelijke ontwikkeling dan jongens

i E Jongens zijn met een zes al tevreden en meisjes niet

Meer oefenen?
Hier vind je nog enkele opdrachten om het invullen van argumentatiestructuren
(blokjesschema's) te oefenen.

Pagina 28 van 76 Argumenteren


Argumentatiestructuren (blokjesschema's)

e
1. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (5 editie) paragraaf 3 over
argumentatiestructuren (blz. 159-162).
e
2. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) paragraaf 3 over argumenteren (blz.
368-369).
e
3. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) hoofdstuk 6.2 over
argumentatiestructuren (blz. 197-204).
4. Maak van het stencil Nieuw Nederlands argumenteren hoofdstuk 2.2 over
argumentatiestructuren (blz. 12-14).

Oefening invullen blokjesschema - Biologisch is beter

Oefening argumentatiestructuren op Cambiumned (1)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/argumentatiestructuren/

Oefening argumentatiestructuren op Cambiumned (2)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/argumentatiestructure
n-2/

Pagina 29 van 76 Argumenteren


3. Argumentatieschema's
Het geheel van argumenten en standpunt wordt een argumentatie genoemd (in
informatie van voor 2017 wordt dit een redenering genoemd). De aard van het
verband tussen argument(en) en standpunt noemen we argumentatieschema.

Er zijn verschillende argumentatieschema's. De argumentatie kan gebaseerd zijn op:

• oorzaak en gevolg
• kenmerk of eigenschap
• voor- en nadelen
• voorbeelden
• vergelijking
• autoriteit

Eerst wordt alle theorie uitgelegd. Helemaal onderaan de pagina vind je nog twee filmpjes
met uitleg.

Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg

Bij dit type argumentatie wordt ervan uitgegaan dat een feit of een gebeurtenis zal leiden tot
een ander feit of andere gebeurtenis. Voorbeelden:

• Zijn vader is onlangs overleden (oorzaak en argument). Daardoor is voor hem op dit
moment zijn examen van minder belang (gevolg en standpunt).

• Het zou mij niet verbazen als we straks allemaal buikpijn hebben (gevolg en
standpunt). Het vlees was namelijk nog helemaal rood van binnen, zo slecht
doorbakken was het (oorzaak en argument).

Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap

Aan dit type argumentatie ligt de volgende gedachte ten grondslag: als alle onderdelen van
een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan heeft één onderdeel van die groep dat kenmerk
ook. De gedachte die aan deze argumentatie ten grondslag ligt, wordt meestal niet expliciet
vermeld. Voorbeelden:

• Jeroen is eigenlijk nog een groot kind (standpunt), want het liefst speelt hij nog met
zijn piratenlego (argument).

• Russische leiders zijn niet gewend om kritiek te krijgen en kunnen daar niet goed
mee omgaan (argument). Niet verwonderlijk dus dat Poetin zo heftig op die bloggers
reageert (standpunt).

Argumentatie op basis van voor- en nadelen

Bij dit type argumentatie wordt er een afweging gemaakt: de voordelen worden vergeleken

Pagina 30 van 76 Argumenteren


met de nadelen en op basis van de uitkomst daarvan wordt er een oordeel uitgesproken.
Voorbeelden:

• Als je 4 havo overdoet, dan krijg je wel een goede basis om in 5 havo met goede
cijfers te slagen. Daar staat tegenover dat je het weliswaar heel zwaar krijgt als je
overgaat naar 5 havo, maar dat je toch ook een kans hebt dat je meteen slaagt
(argumenten). Als ik jou was, zou ik het proberen in 5 havo (standpunt).

• Zonder parlement kan een regering veel sneller beslissingen nemen en zijn we
bovendien verlost van een geldverslindende instelling. Aan de andere kant: enkelen
krijgen het dan alleen voor het zeggen en willen misschien zelfs andersdenkenden
het zwijgen opleggen. Dat laatste weegt toch het zwaarst (argumenten). Laten we dus
het parlement maar niet afschaffen (standpunt).

Het kan zijn dat iemand alleen voordelen óf alleen nadelen als argumenten noemt. Er is dan
sprake van argumentatie op basis van voordelen dan wel van argumentatie op basis van
nadelen. Voorbeelden:

• Je moet zonnecellen op het dak plaatsen (standpunt): dat is goed voor het milieu en
goed voor je portemonnee (argumenten).

• Je moet niet te vaak fast food eten (standpunt). Je krijgt dan veel te weinig
verschillende voedingsstoffen binnen en het is ook nog eens slecht voor je gewicht
(argumenten).

Argumentatie op basis van voorbeelden

In het geval dat een standpunt wordt ondersteund door argumenten die voorbeelden zijn,
spreken we van een argumentatie op basis van voorbeelden. Voorbeelden:

• Je kunt absoluut niet op hem rekenen (standpunt). Zo kwam hij gisteren zonder af te
bellen niet opdagen en toen hij dat verjaardagscadeautje zou kopen, was hij dat ook
vergeten. (argumenten).

• Spanje kampt met grote jeugdwerkloosheid, Italië heeft een enorme staatsschuld en
Griekenland blijft alleen financieel overeind dankzij Europese steun (argument). Het
is duidelijk dat die Zuid-Europese landen economisch in de problemen zitten
(standpunt).

Argumentatie op basis van vergelijking

Van dit type argumentatie is sprake als er een vergelijking wordt gemaakt tussen twee
gevallen en er een overeenkomst wordt geconstateerd: omdat het in het ene geval zo is, zal
het bij het andere ook

wel zo zijn. Voorbeelden:

• Als Geert meegaat, dan krijgen we vast ruzie (standpunt). De vorige keer dat hij
meeging, liep het ook uit de hand (argument).

Pagina 31 van 76 Argumenteren


• De Eerste Kamer heeft het verbod op de rituele slacht tegengehouden (argument).
Het wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren over de vleestaks zal het dus ook niet
halen (standpunt).

Argumentatie op basis van autoriteit

Als een standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige of een
uitspraak uit een gezaghebbende bron, heet dat argumentatie op basis van autoriteit.
Voorbeelden:

• Je moet voortaan twee keer in de week vis eten (standpunt). Laatst bleek opnieuw uit
onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen dat regelmatig vis eten goed is voor
hart, bloedvaten en geheugen (argument).

• Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een negatief reisadvies voor de Krim
gegeven (argument). Ik zou als ik jou was niet op vakantie gaan naar de Krim
(standpunt).

https://www.youtube.com/embed/GoPNAYB6hEk

Let op: in de video gaat het over redeneringen. Dat zijn de argumentatieschema's.

https://www.youtube.com/embed/Oa83clH1_aY

Vanaf 1.41 gaat het over argumentatieschema's (voorheen redeneringen genoemd)

Opdracht 1
Lees de onderstaande tekst en beantwoord de vragen.

Tekst 1

Scheiden moet niet duurder gemaakt worden . Als de advocaat- en notariskosten verhoogd

Pagina 32 van 76 Argumenteren


worden, zal dat betekenen dat minder ouders gaan scheiden. Dit zal ervoor zorgen dat de
kinderen in een huishouden zitten waar elke dag geruzied wordt.

Voordat mijn ouders gescheiden waren, was het niet fijn thuis. Elke dag geschreeuw en
gescheld, inslapen terwijl er beneden geruzied wordt. De sfeer was altijd gespannen, altijd
was er de angst voor meer ruzie. Ik huilde veel.

Naar: Maaike Haagen, de Volkskrant, 20 september 2011

Opdracht: klik het standpunt aan.

Van welke twee argumentatieschema's is hier sprake? Van een argumentatie op basis van

autoriteit

kenmerk of eigenschap

oorzaak en gevolg

vergelijking

voorbeelden

voor- en nadelen

Opdracht 2
Lees de onderstaande tekst en beantwoord de vragen.

Tekst 2

Pagina 33 van 76 Argumenteren


In een evaluatie van het proces-Wilders pleit de commissie-Van Rooy voor meer tv-
registraties van rechtszaken . Rechtspraak moet zich in het openbaar afspelen. In een
mediasamenleving betekent openbaarheid niet alleen vrije toegang tot de rechtszaal, maar
ook zichtbaarheid in de media. Dus dit voorstel moet worden overgenomen, mits de privacy
van de verdachten, getuigen en slachtoffers wordt gerespecteerd .

Naar: Peter Giesen, de Volkskrant, 27 oktober 2011

Opdracht: klik het standpunt aan.

Van welk argumentatieschema is hier sprake? Van een argumentatie op basis van

kenmerk of eigenschap

oorzaak en gevolg

vergelijking

voorbeeld

Opdracht 3
Lees de onderstaande tekst en beantwoord de vragen.

Tekst 3

In sommige gevallen is het beter om een zwangerschap te voorkomen . In mijn praktijk ben
ik het volgende geval tegengekomen: een moeder die verslaafd is aan de cocaïne en die twee
jongetjes heeft . Beiden zijn gehandicapt en liepen een hersenbeschadiging op door de
verslaving van hun moeder . Zij zijn nu bij een pleeggezin ondergebracht en nu verwacht hun
moeder een derde kind. De pleegmoeder kan het derde kind niet meer verzorgen, omdat zij
haar handen al vol heeft aan die twee jongens .

Naar: Ella Kalsbeek, NRC Handelsblad, 10 maart 2011

Pagina 34 van 76 Argumenteren


Opdracht: klik het standpunt aan.

Van welk argumentatieschema is hier sprake? Van een argumentatie op basis van

kenmerk of eigenschap

nadeel

vergelijking

voorbeeld

Opdracht 4
Lees de onderstaande tekst en beantwoord de vragen.

Tekst 4

In het kader van de strijd tegen de vrouwenhandel zou de overheid het bezoek aan een
prostituee strafbaar moeten stellen. Niet de prostituee, maar de klant, de hoerenloper, moet
aangepakt worden. Je zult zien dat het aantal slachtoffers van gedwongen prostitutie lager
zal worden, net zoals dat in Zweden het geval was nadat daar de bezoekers van prostituees
strafbaar werden.

Simon Prins, Hollands Dagblad, 4 januari 2012

Opdracht: klik het standpunt aan.

Van welke twee argumentatieschema's is hier sprake? Van een argumentatie op basis van

autoriteit

Pagina 35 van 76 Argumenteren


kenmerk of eigenschap

oorzaak en gevolg

vergelijking

voorbeelden

voor- en nadelen

Meer oefenen?

Oefening met argumentatieschema's op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-redeneringen/

Oefening met argumentatieschema's op Cambiumned (1)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/redeneringen/

Oefening met argumentatieschema's op Cambiumned (2)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/redeneringen-2/

Pagina 36 van 76 Argumenteren


Redeneringen / argumentatieschema's

e
1. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (5 editie) paragraaf 2 over redeneringen (blz.
156-158).
2. Maak van het stencil Nieuw Nederlands argumenteren hoofdstuk 2.1 over
argumentatieschema's (blz. 8-11).
3. Neem uit de Examenbundel vwo 2014-2015 paragraaf 9 over redeneringen en
argumentaties door (blz. 32-33; geen oefeningen).
e
4. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) paragraaf 3 over argumenteren (blz.
365-367).
e
5. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) hoofdstuk 6.3 over
argumentatieschema's (blz. 205-208).

Pagina 37 van 76 Argumenteren


4. Drogredenen
De twaalf drogredenen die je moet kennen voor het eindexamen Nederlands

Als iemand zijn standpunt en argument(en) geeft, vraag je dan af of de argumentatie klopt.
Als dat niet zo is, dan is er sprake een drogreden. Dit kan bedoeld of onbedoeld voorkomen.
Het (her)kennen van drogredenen heeft als voordelen dat je zelf minder fouten in je
argumentatie maakt en dat je eerder de zwakke punten in de argumentatie van een ander
ziet.

Je moet 12 soorten drogredenen kunnen (her)kennen. Deze zijn onderverdeeld in twee


groepen:

1. Onjuist gebruik van argumentatieschema's


2. Overtreden van discussieregels

Eerst wordt alle theorie uitgelegd. Helemaal onderaan de pagina vind je nog twee filmpjes
met uitleg.

Groep 1: Onjuist gebruik van argumentatieschema's

1. Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Er zijn drie varianten van deze drogreden (ook wel: onjuist beroep op causaliteit). Bij de
eerste variant is de in het argument genoemde oorzaak niet voldoende om tot het
voorspelde gevolg te leiden. Voorbeeld:

• Jeroen zal nooit zijn vwo-diploma halen (standpunt), want bij hem thuis hebben ze
nog steeds geen internet (argument).

Een andere variant van deze drogreden is dat het genoemde gevolg andere oorzaken kan
hebben dan de oorzaak die genoemd wordt. Voorbeeld:

• Het is logisch dat hun relatie op de klippen is gelopen (standpunt); zij is immers altijd
in de weer met haar carrière (argument).

Het beroep op een oorzaak-gevolgschema is ook onjuist als er tussen twee zaken die
gelijktijdig of kort na elkaar gebeuren, een oorzaak-gevolgrelatie wordt gelegd, terwijl die
relatie er niet is. Voorbeeld:

• Het is een drama dat Mark Rutte aan de macht is (standpunt), want sinds die tijd gaat
het steeds slechter met de euro (argument).

2. Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Pagina 38 van 76 Argumenteren


Als aan een bepaald kenmerk veel betekenis wordt toegekend terwijl diverse andere
relevante kenmerken worden genegeerd, is er sprake van een onjuist gebruik van het
kenmerk- of eigenschapsschema. Voorbeeld:

• Meneer Van Dam kan heel goed met pubers opschieten (argument), dus hij zal vast
een prima leraar zijn (standpunt).

3. Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Als de gevolgen van een handeling heel erg worden overdreven, is dat een onjuist beroep op
het voordelenschema (of het nadelenschema). Voorbeeld:

• Je moet af en toe eens gaan hardlopen (standpunt). Als je dat doet, zul je merken dat
je veel fitter wordt, je geheugen er met sprongen op vooruitgaat en je waarschijnlijk
de honderd wel haalt (argument).

4. Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Als er een situatie zo wordt voorgesteld dat er maar twee - elkaar uitsluitende -
mogelijkheden zijn, terwijl er veel meer mogelijkheden zijn, heet dat een vals dilemma.
Voorbeeld:

• Je moet op de SP stemmen (standpunt), tenzij je graag een rechtse regering wilt


(argument).

5. Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Bij een overhaaste generalisatie wordt er op basis van één of enkele gevallen een conclusie
getrokken voor een heel grote groep of zelfs voor alle gevallen. Die conclusie is op zijn minst
voorbarig. Voorbeeld:

• In Spanje worden nog altijd stierengevechten gehouden (argument). Daaraan kun je


wel zien dat Zuid-Europeanen geen enkel respect voor dieren hebben (standpunt).

6. Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Bij deze drogreden worden twee dingen met elkaar vergeleken en van die vergelijking kun je
je afvragen of die wel terecht is. Voorbeeld:

• In de trein hoeven geen toiletten te zitten (standpunt). In de bus zijn er immers ook
geen wc's (argument).

7. Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Zich beroepen op een autoriteit kan een standpunt ondersteunen. Soms is een autoriteit
echter onbetrouwbaar, omdat hij belangen bij de zaak heeft, of omdat hij geen autoriteit op
het betreffende gebied is. Voorbeeld:

• Het lijkt mij veel beter dat we de Olympische Spelen niet in Nederland houden
(standpunt). Zowel Johan Derksen als Wilfred Genée vindt dat ook (argument).

Pagina 39 van 76 Argumenteren


Groep 2: Overtreden van discussieregels

De tweede groep drogredenen wordt gevormd door die gevallen waarbij iemand zich niet
houdt aan discussieregels. Deze drogredenen worden hoor je het vaakst in discussies en
debatten, maar ze kunnen ook in geschreven teksten voorkomen.

8. Persoonlijke aanval

Van een persoonlijke aanval is sprake wanneer iemand niet ingaat op de argumenten van
zijn tegenstander, maar in plaats daarvan de tegenstander beschuldigt van onkunde,
onbetrouwbaarheid of andere slechte eigenschappen. Er wordt op de man gespeeld: de
persoon wordt aangevallen, niet zijn standpunt. De tegenstander wordt als gesprekspartner
dus niet serieus genomen. Voorbeeld:

• De mensen die het achterlijke Nederlandse omroepstelsel goed vinden, zijn allemaal
van die types met designbrillen uit de Amsterdamse grachtengordel.

9. Ontduiken van de bewijslast

Bij deze drogreden beweert iemand iets om vervolgens van de andere partij 'bewijs voor het
tegendeel' te vragen. Ook als iemand in een discussie of debat geen argumenten voor zijn
standpunt wil geven, heet dat ontduiken van de bewijslast. Voorbeeld:

• De visserij op de Noordzee moet onmiddellijk stoppen. Laat die vissers eerst maar
eens aantonen dat er nog genoeg vis overblijft.

10 Cirkelredenering

Bij een cirkelredenering wordt het standpunt ondersteund door het herhalen van datzelfde
standpunt, maar dan anders geformuleerd. Voorbeeld:

• Op zondag werken is niet zo effectief, want als je het goed bekijkt, zie je dat er dan
niet zo veel uit je handen komt.

NB Als iemand geen andere argumenten noemt, maakt hij zich behalve aan een
cirkelredenering ook nog schuldig aan het ontduiken van de bewijslast.

11. Vertekenen van het standpunt

Bij het vertekenen van het standpunt wordt het standpunt of een argument van de
tegenstander onjuist weergegeven. De tegenstander wordt dan een standpunt of argument
in de mond gelegd dat hij niet heeft ingenomen. Dat is dan meestal een uitspraak die niet zo
makkelijk te verdedigen is. Voorbeeld:

• Het LAKS beweert dat de exameneisen veel zwaarder zijn geworden, maar eigenlijk
wil het gewoon dat iedereen op zijn minst een havodiploma kan halen zonder zich
daarvoor in te spannen.

12. Bespelen van het publiek

Pagina 40 van 76 Argumenteren


Als een spreker een beroep doet op de emoties van het publiek om het te winnen voor zijn
standpunt, heet dat bespelen van het publiek. Soms formuleert iemand zijn standpunt zó dat
het moeilijker wordt om ertegen in te gaan. Op deze manier probeert iemand een
afwijkende mening te voorkomen. Voorbeeld:

• Iedereen met gezond verstand en oren aan zijn hoofd zal het met me eens zijn dat
klassieke muziek veel mooier is dan de herrie waar de jeugd van tegenwoordig naar
luistert.

https://www.youtube.com/embed/EBEZJm3ozIA

https://www.youtube.com/embed/Oa83clH1_aY

Vanaf 3.08 gaat het over drogredenen

Drogredenen in de praktijk
Ook tijdens de debatten in de Tweede Kamer worden soms drogredenen gebruikt. In dit
filmpje zie je Geert Wilders en Mark Rutte met elkaar in debat, waarbij Rutte Wilders erop
wijst dat hij debattrucs / drogredenen gebruikt. Welke drogredenen herken jij allemaal?

https://www.youtube.com/embed/QyGW1A08nuY

Een andere drogreden, het bespelen van het publiek, zie je ook in dit filmpje van een Duitse
cabaretier. Bij hem is het gelukkig als grap bedoeld, maar helaas zien we in sommige
situaties dat er meer bewust gebruik wordt gemaakt van deze drogreden ("Willen we meer of
minder...?").

Pagina 41 van 76 Argumenteren


https://www.youtube.com/embed/vxQAEEY90MM

Opdracht 1

Oefening

Drogredenen
https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5846184

Geef per uitspraak aan van welke drogreden er sprake is.

Marcel Proust en Gerard Reve behoren tot de top 10 van Europese schrijvers. Zie je nu wel
dat homoseksuelen veel artistieker zijn dan anderen?

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Pagina 42 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Iedereen weet dat alle literaire prijzen onderling verdeeld worden onder de schrijvers die
ook jurylid zijn.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Pagina 43 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Voor wiskunde heb je talent nodig, want je kunt nog zoveel oefenen, bijles nemen, noem
maar op, uiteindelijk moet je het in je hebben.

Pagina 44 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Pagina 45 van 76 Argumenteren


Bespelen van het publiek

Als jij sympathiseert met die dierenactivisten die 's nachts nertsboerderijen overvallen om de
nertsen vrij te laten, ben je in wezen tegen alles wat we in het vrije westen als beschaafde
samenleving hebben opgebouwd.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Pagina 46 van 76 Argumenteren


Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Hij kan wel zoveel beweren over de multiculturele samenleving; hij laat zijn dochters wel met
een hoofddoek over straat gaan.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Pagina 47 van 76 Argumenteren


Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Die griepprik is natuurlijk volslagen onnodig. Laat ze eerst maar eens bewijzen dat hij echt op
grote schaal werkt.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Pagina 48 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Volkswagen heeft met behulp van sjoemelsoftware de waarden van de CO2-uitstoot veel te
gunstig voorgesteld. Zie je nu wel dat die autofabrikanten ordinaire bedriegers zijn.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Pagina 49 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Jij wilt gewoon de stemming met Kerstmis verpesten door te zeggen dat je het liefst een
vegetarisch kerstdiner wilt.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Pagina 50 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Pagina 51 van 76 Argumenteren


Je zegt nu wel dat je tegen het gebruik van geweld bent, maar zeg nu zelf, als je een
vuurwapen bij je hebt en je wordt overvallen, schiet je dan je aanvaller neer of laat je je
beroven?

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Pagina 52 van 76 Argumenteren


Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Natuurlijk kun je beter vegetariër zijn. Maarten 't Hart is het ook niet voor niets, en die is
behalve schrijver bovendien nog bioloog!

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Pagina 53 van 76 Argumenteren


Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Ik vind dat je die beugel wel moet nemen. Als je volwassen bent en dan je glimlach laat zien,
zullen alle vrouwen om je vechten.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Pagina 54 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Het huwelijk in een verouderd instituut. Het stamt uit de tijd dat publieke onthoofdingen en
slavernij gewoon waren. Ook die hebben we al lang afgeschaft.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Pagina 55 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Adrie wordt een groot schrijver, want hij heeft heel veel gelezen en bovendien Nederlands
gestudeerd.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Pagina 56 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Bij hen thuis gaan ze er prat op dat ze zo weinig televisie kijken. Ze zullen zich wel ver boven
anderen verheven voelen.

Pagina 57 van 76 Argumenteren


Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Pagina 58 van 76 Argumenteren


Bespelen van het publiek

Geen enkel weldenkend mens zal bij de komende verkiezingen op een kleine partij
stemmen.

Onjuist beroep op het oorzaak-gevolgschema

Onjuist beroep op het kenmerk- of eigenschapsschema

Onjuist beroep op het voor- en nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Onjuist beroep op het voor- of nadelenschema: vals dilemma

Onjuist beroep op het voorbeeldschema: overhaaste generalisatie

Onjuist beroep op het vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking

Onjuist beroep op het autoriteitsschema

Persoonlijke aanval

Ontduiken van de bewijslast

Pagina 59 van 76 Argumenteren


Cirkelredenering

Vertekenen van het standpunt

Bespelen van het publiek

Opdracht 2
Opdracht

Lees het fragment uit tekst 1 'Ape, nut, Mies'. Niet alle lezers zullen het met het beweerde in
alinea 16 eens zijn. Welk bezwaar zouden zij tegen de redenering in deze alinea kunnen
maken?

Tekst 1 Ape, nut, Mies

(15) Een kleine taal als het Nederlands zal waarschijnlijk in de loop van de huidige eeuw een
streektaal worden; en ook al zullen wij die nu leven, allemaal aan het Nederlands
vasthouden, toch zal die taal daarna - omdat alle ontwikkelingen altijd sneller gaan dan we
denken - wellicht een dode taal zijn, die alleen nog in geschrifte voort-bestaat.

(16) Maar een prachtige taal die zomaar verdwijnt - dat mág en kan toch niet? Lieve hemel, er
verdwijnt wel meer dat ons dierbaar was. Typisch Nederlandse gebruiken zijn veelal al
uitgestorven. Zo ook de trekschuit en de plaggenhut, de el, het mud en de bunder, het
handzetten en het kievitseierenrapen, de klompendans en het midwinterblazen, de
neteldoek en de neepjesmuts. Veel nostalgische gebruiken slijten uit, samen met veel
narigheid die daarbij hoorde.

naar: Hans van den Berg (oud-hoogleraar in de Nederlandse letterkunde), HP/De Tijd, 15 oktober 2004.

Examen 2007, tijdvak 1 (regel 218 t/m 241)

De bewijslast wordt ontdoken

Pagina 60 van 76 Argumenteren


Er wordt een overhaaste conclusie getrokken

Er wordt een twijfelachtige vergelijking gemaakt

Het standpunt van de tegenstanders wordt vertekend

Opdracht 3
Opdracht

Het volgende citaat is afkomstig uit de tekst We leven veel te snel. Je kunt de vraag
beantwoorden zonder de tekst te lezen.

'We weten allemaal dat sommige dingen alleen langzaam kunnen worden gedaan.' (Regels
181-183) Welk type drogreden komt in dit citaat voor?

Tekst 3 We leven veel te snel

(1) Stel, je moet de geschiedenis van de afgelopen honderd jaar weergeven in één woord
waarmee die periode glashelder wordt samengevat. Welk trefwoord zou je dan kiezen?
Oorlog? Technische ontwikkeling? Mondialisering? Bevolkingsgroei? Milieucrisis? Ik zou het
woord 'versnelling' kiezen. Vrijwel elke vorm van menselijke activiteit is de laatste eeuw
immers enorm versneld. Versnelling lijkt zelfs een wezenskenmerk van de moderne tijd te
zijn.

(2) Begin 19de eeuw maakten de toenmalige intellectuelen zich ongerust over de
psychologische gevolgen van die nieuwe uitvinding, de stoomkoets - of de trein, zoals we
hem tegenwoordig noemen. Ze dachten dat deze een reissnelheid mogelijk maakte die
schadelijk was, omdat de reiziger zijn blik niet meer vrij en op zijn gemak over het
omringende landschap kon laten dwalen. De gemiddelde snelheid van de eerste treinen was
zo'n 25 kilometer per uur. Die zou al snel toenemen. De meeste dingen die mensen deden,
gingen immers steeds sneller. Met de bijna gelijktijdige introductie van het stoomschip en de
telegraaf in de jaren dertig van de 19de eeuw, versnelde de communicatie enorm. De
productie versnelde met de industrialisatie en, veel later, met de automatisering. De oorlog
versnelde dankzij de tank, het gevechtsvliegtuig en de middellangeafstandsraket. Ter
illustratie: nog maar honderd jaar geleden stond de snelheid van de oorlog gelijk aan de
snelheid van een goed getraind paard.

Pagina 61 van 76 Argumenteren


(3) De opvallendste vormen van versnelling in onze huidige maatschappij hebben te maken
met informatie en communicatie.

naar: Thomas Hylland Eriksen, NRC Handelsblad

Examen 2008, tijdvak 2 (regel 1 t/m 45)

cirkelredenering

onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

ontduiking van bewijslast

overhaaste generalisatie

Opdracht 4
Opdracht

'Er is eenvoudig geen goede manier om de invloed van al die "risico's" wetenschappelijk vast
te stellen.' (regels 189-192) In welk opzicht is het argument waarmee deze stelling
onderbouwd wordt onaanvaardbaar?

Tekst 5 Bemoeiziek

(12) Alle voorspellingen die worden gedaan over de invloed van het gedrag van een
zwangere vrouw op de kwaliteit van de baby na de geboorte, zijn slagen in de lucht. Er is
eenvoudig geen goede manier om de invloed van al die 'risico's' wetenschappelijk vast te
stellen. Het gedrag van een moeder tijdens een zwangerschap vormt maar een flintertje in
het hele spectrum van omgevingsinvloeden

naar: Beatrijs Ritsema, HP/De Tijd, 12 oktober 2007

Pagina 62 van 76 Argumenteren


examen 2009, tijdvak 2 (regel 186 t/m 195)

De argumentatie berust op een onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

De argumentatie berust op een verkeerde vergelijking

De argumentatie bestaat uit onjuiste feiten

De argumentatie mist afdoende bewijsvoering

Meer oefenen?

Oefening met drogredenen op Cambiumned (1)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/drogredenen/

Oefening met drogredenen op Cambiumned (2)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/drogredenen-2/

Oefening met drogredenen op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-drogredenen/

Pagina 63 van 76 Argumenteren


Drogredenen

1. Maak uit de Examenbundel vwo 2014-2015 paragraaf 10 over drogredenen (blz.


34-35).
e
2. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (5 editie) paragraaf 4 over drogredenen (blz.
163-167).
e
3. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) hoofdstuk 6.4 over drogredenen (blz.
209-215).
e
4. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) paragraaf 3 over argumenteren (blz.
374-377).

Pagina 64 van 76 Argumenteren


5. Aanvaardbaarheid van argumentatie
Bij het beoordelen van een betoog of een betogend tekstgedeelte moet je kijken naar
de aanvaardbaarheid van de argumentatie. Argumenten zijn meestal bedoeld om te
overtuigen, soms worden ze ter overweging aangeboden.

Tekstsoorten en argumentatie

Argumenten komen voor in betogende teksten (of tekstgedeelten), maar ook in


beschouwende teksten (of tekstgedeelten).

• In een betogende tekst wordt een standpunt ingenomen dat in die tekst
beargumenteerd wordt. Het betoog heeft als doel de lezer van het standpunt te
overtuigen.

• In een beschouwing worden interpretaties, verklaringen en opinies ter overweging


aangeboden. De beschouwing heeft als doel de lezer over een kwestie te laten
nadenken. Een beschouwing kan ook de argumenten voor en tegen een of meer
standpunten behandelen, maar is er niet op gericht de lezer van een van die
standpunten te overtuigen.

• In een uiteenzettende tekst wordt iets uitgelegd, beschreven, verklaard of


meegedeeld. De lezer moet geïnformeerd worden over een stand van zaken of een
gang van zaken. In een uiteenzetting zullen nauwelijks argumentaties voorkomen.

Een betoog beoordelen

Voordat een betoog op aanvaardbaarheid beoordeeld kan worden, moet de argumentatie in


kaart worden gebracht:

• Welke argumenten worden er gebruikt?


• Zijn het feitelijke of waarderende argumenten?
• Hoe worden de argumenten ondersteund?
• Zijn de argumenten geen drogredenen?
• Worden er tegenargumenten genoemd?
• Zo ja, worden die tegenargumenten dan (afdoende) weerlegd?

Argumentatie is aanvaardbaar als de argumenten

• op zichzelf aanvaardbaar zijn, en


• relevant zijn, en
• onderling consistent zijn, en
• samen toereikend zijn voor het ingenomen standpunt.

De argumenten zijn op zichzelf aanvaardbaar

Als het argument een waarderende uitspraak is, is het een aanvaardbaar argument wanneer

Pagina 65 van 76 Argumenteren


het in overeenstemming is met de kennis en de opvattingen van de lezer.

Als het argument een feitelijke uitspraak is, is het argument aanvaardbaar voor de lezer als
het

• in overeenstemming is met zijn kennis van de wereld, of

• direct controleerbaar is en daarbij waar blijkt te zijn, of

• afkomstig is uit een betrouwbare bron.

Een bron is betrouwbaar als deze

• deskundig is, en
• geen belang heeft bij de kwestie, en
• zichzelf niet tegenspreekt.

De argumenten zijn relevant

Als een standpunt aannemelijker wordt door een argument, dan is dat argument relevant.
Als er een drogreden wordt gebruikt, is dat geen relevant argument.

De argumenten zijn onderling consistent

Argumentatie is consistent wanneer de geleverde argumenten elkaar niet tegenspreken.

De argumenten zijn samen toereikend voor het ingenomen standpunt

Argumentatie is toereikend (voldoende) wanneer de argumenten samen het standpunt


aanvaardbaar maken.

https://www.youtube.com/embed/Oa83clH1_aY

Vanaf 4.53 gaat het over de aanvaardbaarheid van argumentatie

Meer oefenen?

Pagina 66 van 76 Argumenteren


Argumentatie beoordelen / alles in één

e
1. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (5 editie) paragraaf 5 over argumentatie
beoordelen (blz. 168-171).
e
2. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (5 editie) paragraaf 5 over vragen over
argumentatie (blz. 351-358).
e
3. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) hoofdstuk 6.5 over aanvaardbaarheid
van argumentatie (blz. 216-222).
e
4. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) paragraaf 3 over argumenteren (blz.
370-374).
e
5. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) paragraaf 3 over argumenteren (blz.
378).
6. Maak van het stencil Nieuw Nederlands argumenteren hoofdstuk 2.4 over
aanvaardbaarheid van argumentatie (blz. 21-25).

Pagina 67 van 76 Argumenteren


6. Soorten argumenten
In een redenering kan je verschillende soorten argumenten gebruiken. Hieronder
staan de belangrijkste soorten.

Feit

Feiten zijn controleerbaar en dus waar of onwaar. Voorbeeld:

• De iPhone 6 kan je het beste bij Tele2 kopen daar is hij volgens IphoneDeals het
goedkoopst.

Onderzoek of wetenschap

In je argumentatie verwijs je naar resultaten van wetenschappelijk onderzoek. Voorbeeld:

• Energiedrankjes moeten verboden want uit onderzoek blijkt energiedrankjes


hartritme- stoornissen veroorzaken bij jongeren.

Normen en waarden

Men beroept zich algemeen aanvaarde normen en waarden. Voorbeeld:

• Iemand die steelt van zijn baas moet een taakstaf krijgen. Je gaat toch niet stelen als
je vindt dat je te weinig verdient.

Vermoedens

Een vermoeden ondersteunt een standpunt. Voorbeeld:

• Ajax wordt volgens mij dit jaar geen kampioen. Ik kan me niet voorstellen dat dat met
dit elftal mogelijk is.

Geloof of overtuiging

Iemand beroept zich op zijn levensbeschouwelijk overtuiging. Voorbeeld:

• Laat dat maar staan want dat soort vlees mag ik van mijn geloof niet eten.

Gezag of autoriteit

Om zijn mening te ondersteunen haalt men een autoriteit / gezaghebbend persoon op een
bepaald gebied aan. Voorbeeld:

• De nieuwe roman van Tommy Wieringa is een grootse roman die knettert van
ambitie volgens de recensent van de Volkskrant.

Nut

Bij een bepaalde uitspraak komt men met argument waarmee op het (on)nut wordt

Pagina 68 van 76 Argumenteren


gewezen. Voorbeeld:

• Was regelmatig uw handen want het voorkomt infecties.

https://www.youtube.com/embed/7zfVOTFObxI

Opdracht 1
Opdracht
Tekst 4 Hoera! Een nieuw klimaat

(10) Het veranderende klimaat veroorzaakt heus niet alleen ellende, het biedt ook kansen.
Het lijkt soms bijna een taboe om het onderwerp vanuit die invalshoek te bezien. In
Nederland gaan gelukkig steeds meer stemmen op om de klimaatverandering niet
uitsluitend als een continue dreiging te zien. Kort geleden bracht de VROM-raad een rapport
uit met de titel 'De hype voorbij'. Daarin wordt gepleit voor een omslag in het denken over
het adaptatiebeleid. Adaptatie is het sleutelwoord: we moeten ons bij het maken van nieuwe
plannen simpelweg aanpassen aan een veranderend klimaat. Uitsluitend ertegen strijden
door bijvoorbeeld onze kooldioxide-uitstoot te verminderen is niet genoeg. Adaptatie is
overigens geen capitulatie, oordeelde de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid
onlangs. "Aanpassing aan een veranderend klimaat vermindert of voorkomt latere schade.
Dat is geen nederlaag, maar juist aantrekkelijk. De vruchten van de lokale inspanning worden
3)
immers ook lokaal genoten, terwijl dat bij emissiereductie slechts in zeer geringe mate het
geval is."

naar: Mark Traa, HP/De Tijd, 6 juli 2007

Examen 2010, tijdvak 1 (regel 226 t/m 255)

noot 3) emissiereductie: vermindering van uitstoot van broeikasgassen

Opdracht

In alinea 10 verwijst de auteur naar een rapport van de VROM-raad om zijn standpunt te
ondersteunen. Van welk type argumentatie maakt hij daarbij gebruik?

Argumentatie op basis van:

Pagina 69 van 76 Argumenteren


autoriteit

feiten

geloof

voordeel - nadeel

Opdracht 2
Opdracht
Tekst 3 We leven veel te snel

(1) Stel, je moet de geschiedenis van de afgelopen honderd jaar weergeven in één woord
waarmee die periode glashelder wordt samengevat. Welk trefwoord zou je dan kiezen?
Oorlog? Technische ontwikkeling? Mondialisering? Bevolkingsgroei? Milieucrisis? Ik zou het
woord 'versnelling' kiezen. Vrijwel elke vorm van menselijke activiteit is de laatste eeuw
immers enorm versneld. Versnelling lijkt zelfs een wezenskenmerk van de moderne tijd te
zijn.

(2) Begin 19de eeuw maakten de toenmalige intellectuelen zich ongerust over de
psychologische gevolgen van die nieuwe uitvinding, de stoomkoets - of de trein, zoals we
hem tegenwoordig noemen. Ze dachten dat deze een reissnelheid mogelijk maakte die
schadelijk was, omdat de reiziger zijn blik niet meer vrij en op zijn gemak over het
omringende landschap kon laten dwalen. De gemiddelde snelheid van de eerste treinen was
zo'n 25 kilometer per uur. Die zou al snel toenemen. De meeste dingen die mensen deden,
gingen immers steeds sneller. Met de bijna gelijktijdige introductie van het stoomschip en de
telegraaf in de jaren dertig van de 19de eeuw, versnelde de communicatie enorm. De
productie versnelde met de industrialisatie en, veel later, met de automatisering. De oorlog
versnelde dankzij de tank, het gevechtsvliegtuig en de middellangeafstandsraket. Ter
illustratie: nog maar honderd jaar geleden stond de snelheid van de oorlog gelijk aan de
snelheid van een goed getraind paard.

(3) De opvallendste vormen van versnelling in onze huidige maatschappij hebben te maken
met informatie en communicatie.

Pagina 70 van 76 Argumenteren


naar: Thomas Hylland Eriksen, NRC Handelsblad

Examen 2008, tijdvak 2 (regel 1 t/m 45)

Opdracht

'Versnelling lijkt zelfs een wezenskenmerk van de moderne tijd te zijn.' (regel 11-13)

Met welk soort argumentatie wordt deze bewering onderbouwd?

Argumentatie op basis van:

deskundigheid

feiten

geloof

gezag

Meer oefenen?
Soorten argumenten

e
1. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (5 editie) paragraaf 1 over soorten argumenten
(blz. 153-155).
2. Maak uit de Examenbundel vwo 2014-2015 paragraaf 8 over standpunten en
argumenten (blz. 30-31).
3. Maken Workshop standpunten en argumenten (map).
e
4. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) paragraaf 3 over argumenteren (blz.
361-364).
e
5. Maak uit Nieuw Nederlands 5/6 vwo (6 editie) hoofdstuk 6.1 over argumenten,
tegenargumenten en weerlegging (blz. 193-196).

Pagina 71 van 76 Argumenteren


Oefening met soorten argumenten op Cambiumned
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/soorten-argumenten/

Pagina 72 van 76 Argumenteren


Varia
Deelonderwerpen CSE Nederlands

Bij het onderdeel Argumenteren wordt er natuurlijk ook van je verwacht dat je het onderdeel
Leesvaardigheid beheerst. Mocht je toch met wat
deelonderwerpen wat moeite hebben, dan kun je
hier nog wat informatie en uitleg aan de hand
van enkele filmpjes vinden. De deelonderwerpen
zijn ingedeeld op basis van de examenbundel.

Signaalwoorden /signaalzinnen

• Signaalwoorden / -zinnen
• Alinea- en tekstverbanden

Tekstsoort, schrijfdoel, intentie van de schrijver

• Schrijfdoelen en tekstsoorten

• Tekstindeling en tekststructuren

Hoofdgedachte, hoofdvraag

• Onderwerp en hoofdgedachte (a.h.v. havo 2011-1)

Functies van tekstgedeelten

• Functiewoorden in het examen Nederlands

Argumenteren

• Argumenteren - de vernieuwde versie


• De basis
• Argumentatiestructuren
• Soorten argumenten
• Redeneringen
• Drogredenen

Alles in één

• Over het vernieuwde examen (1)


• Over het vernieuwde examen (2)
• Lezen in drie rondes (a.h.v. havo 2011-1)
• Examentips Nederlands (1)

Pagina 73 van 76 Argumenteren


• Examentips Nederlands (2)
• Bespreking tekst met vragen 2013-1 (oude stijl)
• Bespreking tekst met vragen 2015-1

Taal

• De meest gemaakte taalfouten in het examen

Argumentatie in het centraal examen Nederlands (Levende Tale


n Magazine)

Pagina 74 van 76 Argumenteren


Over dit lesmateriaal
Colofon

Auteurs Marcia Jans


Laatst gewijzigd 8 maart 2020 om 15:45
Licentie De Internationale Creative Commons 4.0 licentie waarbij de gebruiker
het werk mag kopiëren, verspreiden en doorgeven en afgeleide werken
mag maken onder de voorwaarde: Naamsvermelding, zie
http://creativecommons.org/licenses/by/4.0/.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie
licentie.

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Leerniveaus HAVO 4, VWO 6, HAVO 5, VWO 4, VWO 5


Leerinhoud en Lezen van zakelijke teksten (Nederlands), Nederlands, Argumentatieve
doelen vaardigheden, Leesvaardigheid
Eindgebruiker leerling/student

Bronnen

Oefening met soorten standpunten op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-standpunten/

Oefening met feitelijke en waarderende argumenten op Cambiumned


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/feitelijke-en-waarderende-argumenten/

Oefening met feitelijke en waarderende argumenten op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-feitelijke-en-waarderende-argumenten/

Argumentatiestructuren in het examen Nederlands


https://youtu.be/_arngXyPpCw

Oefening argumentatiestructuren op Cambiumned (1)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/argumentatiestructuren/

Oefening argumentatiestructuren op Cambiumned (2)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/argumentatiestructuren-2/

Oefening met argumentatieschema's op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-redeneringen/

Oefening met argumentatieschema's op Cambiumned (1)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/redeneringen/

Oefening met argumentatieschema's op Cambiumned (2)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/redeneringen-2/

Pagina 75 van 76 Argumenteren


Oefening met drogredenen op Cambiumned (1)
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/drogredenen/

Oefening met drogredenen op Cambiumned (2)


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/drogredenen-2/

Oefening met drogredenen op Taalboom


https://taalboom.nl/oef-drogredenen/

Oefening met soorten argumenten op Cambiumned


https://www.cambiumned.nl/oefeningen/soorten-argumenten/

Pagina 76 van 76 Argumenteren

You might also like