You are on page 1of 28

Nieuwsbrief van de

Jaargang 2 - Nummer 4 - December 2009


                           

INHOUD

1 Editoriaal B. Declercq
2 Excursiekalender
2 Educatieve bijeenkomsten
5 Het Lila plooirokje - Plooirokjes bekennen kleur G. Tilkin
7 Egelzwammetjes te Diest R. De Ceuster
10 Cursief G. Buelens
11 Ruwe aardster te Herent G. Buelens

14 Enkele bijzondere vondsten in een ongewoon A. de Haan


droge periode
16 Vlaamse Mycologendag 2010 te Gent
17 KVMV-vierdaagse 2010 te Dworp
17 ANKONA-ontmoetingsdag
18 Verslag KVMV-uitstap Olens Broek L. Deceuninck
20 Afdelingsnieuws AMK

21 Afdelingsnieuws ZWAM
21 Bib-nieuws P. Holemans e.a.
23 Nieuwtjes uit de recente tijdschriften R. Steeman/W. Veraghtert

                           
1

Editoriaal
Jaargang 2, nummer 4
December 2009

Geachte leden,
NIEUWSBRIEF VAN DE KONINKLIJKE VLAAMSE MYCOLOGISCHE VERENIGING

De natuur slaat nooit zonder ook te zalven. Dit stond te lezen in het editoriaal van
vorig nummer. En zie, na een ongewoon droge zomer en herfstaanvang, waarbij de
zwammen bij wijze van spreken op één hand te tellen waren, breide de natuur er een
uitzonderlijk zachte en vochtige late herfst aan waarbij zwammen bij bosjes nog uit
het vallend loof te voorschijn kwamen. Maar ook de voorbije droge periode gaf aan-
leiding tot interessante vondsten. We gaan hier verder in dit tijdschrift nader op in.

Inmiddels blijft het brandplekkenproject voor verrassingen zorgen. Opnieuw werd


een tot voorheen in ons landje onbekende ascomyceet waargenomen, die deze keer
Octospora bridei heet. We zijn ervan overtuigd dat de brandplekken in Vlaanderen
nog veel meer zeldzame taxa herbergen en dat een volgehouden inspanning vroeg of
laat beloond wordt.

Het mycologisch herfstweekend was een succes. Na de prachtaccomodatie van vorige


jaren was het voor dit jaar even afwachten, maar de midden in de natuurgebieden ge-
legen J-club in De Panne was een meevaller. Vooral de combinatie mycologiezaal-
zithoek-bar-projectiezaal bleek een voltreffer te zijn. Niettegenstaande het gebrek aan
neerslag in de voorafgaande weken, viel de oogst toch mee zodat alle deelnemers aan
hun trekken konden komen. Nogmaals dank aan hen die voor deze realisatie in-
stonden.

Voor de komende jaren wil het bestuur op een meer systematische manier aan
projecten werken. Hierdoor hopen we enerzijds de broodnodige subsidies veilig te
kunnen stellen, maar anderzijds ook onze hobby op een meer zinvolle manier uit te
oefenen. Het bestuur is ook de mening toegedaan dat we het bezoek van een grotere
variatie aan biotopen, nog meer gespreid over het volledige kalenderjaar waar zinvol,
moeten nastreven, eerder dan onze lievelingsbiotopen verder uit te kammen. Dit lijkt
Sporen

ons de beste benadering in ons streven naar kennis omtrent het voorkomen en de ver-
spreiding van zwammen en is een stap in de goede richting met betrekking tot latere
eventuele karteringsprojecten.

Niettegenstaande het winterseizoen voor de deur staat, zijn er nog heel wat activitei-
ten gepland, zoals je verder in dit tijdschrift kan nalezen. We rekenen, zoals steeds,
op jullie talrijke en enthousiaste aanwezigheid. Verder wens ik jullie een sfeervol
eindejaar.

Bernard Declercq
voorzitter KVMV

                           

2009/4 Sporen
2

D = dagexcursie, V = voormiddag, N = namiddag

Voor AMK is het uur van samenkomst steeds 9.45 uur, vertrek om 10 uur, tenzij anders vermeld! Deelname
aan een activiteit geschiedt op eigen verantwoordelijkheid. De aangeduide reisweg geldt bij vertrek vanuit
Antwerpen. Enkel deelnemen aan de namiddagexcursie is mogelijk na afspraak met de contactpersoon.

Voor OVMW is het uur van samenkomst bij excursies steeds 9.30 uur, tenzij anders vermeld!
Voor ZWAM is de afspraak ter plaatse telkens 9.30 uur (D) of 14.00 uur (N).

Weekexcursies van de AMK-Werkgroep Mycologie

Om de twee weken gaat de werkgroep op excursie, telkens op donderdagvoormiddag. De leden worden per
mail, of telefonisch op vraag, verwittigd van de excursieplaatsen. Geïnteresseerden kunnen contact opnemen
met Lieve Deceuninck: 03/455 01 27 of lieve.deceuninck@skynet.be. (uitleg werking: zie Sporen nr. 1-2)

Reeds door de afdelingen vastgelegde excursies tot eind maart

zondag 17-01-2010 - ZWAM (N) 13.30 u. op de parking aan het Kasteel van Bokrijk,
Genk (tegenover het Koetshuis).
Meerdaalbos, Bierbeek. Afspraak parking begin Krom-
Contact: Jos Tuerlinckx (089/35 10 79)
me Dreef. Komende uit de richting Leuven via de
Naamsesteenweg, bij het uitkomen van het ecoduct, 

eerste afslag rechts. Parking na 100 meter. Wintersoor- zondag 06-03-2010 - ZWAM
ten met nieuwjaarsgroet.
Algemene vergadering te Boutersem. Welkom vanaf
Info: Georges Buelens (0471/20 50 14)
12.30 u. in “Buitenverwachting” Pastoriestraat 92.

Vooraf inschrijven is noodzakelijk. Zie aankondiging in
zondag 24-01-2010 - Mycolim (N) dit nummer op p. 21.
⊳ 
Provinciaal domein Bokrijk, Genk. Samenkomst om

De bijeenkomsten in Gent gaan door om 10.00 u. in het Laboratorium Plantkunde van de Universiteit Gent,
K.L. Ledeganckstraat 35, 2e verdieping. Ingang gemakkelijkst via de plantentuin.

De bijeenkomsten in Antwerpen gaan door in de Bioruimte van de UA, Groenenborgerlaan 171 te 2020

                           

Sporen 2009/4
3

Antwerpen; aanvang telkens om 20.00 uur, tenzij anders vermeld. Vóór iedere vergadering (behalve bestuur-
lijke vergaderingen) is er vanaf 19.30 uur gelegenheid om boeken uit de bibliotheek te ontlenen. Het op-
stellen van de microscopen voor praktijklessen en mycologische werkgroepavonden wordt bij voorkeur vóór
20 uur gedaan zodat de sessies vlot kunnen beginnen. De bib is steeds gesloten de 4e dinsdag van de maand.

De ZWAM-bijeenkomsten in Diest gaan door van 19.30 u. tot 22.00 u. in het Natuurcentrum van Provinciaal
domein Halve Maan, Omer Vanoudenhovelaan 48 te Diest.

dinsdag 05-01-2010 - AMK (Antwerpen) Determinatieavond. Breng uw vondsten/exsiccaten mee


en we determineren ze gezamenlijk.
Nieuwjaarsreceptie (zie aankondiging in deze Sporen).



zaterdag 30-01-2010 - BRAKONA


zaterdag 09-01-2010 - OVMW (Gent)

Nieuwjaarsreceptie: overzicht van het seizoen 2009 Jaarlijkse studiedag van de Brabantse Koepel voor Na-
door Peter Verstraeten; afwerking van de planning voor tuurstudie in het Provinciehuis te Leuven, vanaf 9.30 u.
de excursies van 2010; suggesties door de leden. Meer informatie op www.brakona.be.



dinsdag 12-01-2010 - AMK (Antwerpen) maandag 01-02-2010 - ZWAM (Diest)

Determinatieavond. Thema: Russula, onder leiding van Mycologische werkgroep. Breng uw vondsten mee en
Guy Le Jeune. Vanavond komt de sectie Polychromae we proberen ze samen op naam te brengen.
aan bod; deze bloemen onder de paddenstoelen tonen 

dat ze ook vanbinnen mooi zijn. (Er is ook mogelijkheid dinsdag 02-02-2010 - AMK (Antwerpen)
om andere vondsten te determineren met begeleiding).
Open bibliotheekavond. Lucy De Nave leidt ons rond in

de prachtige verzameling mycologische boeken en tijd-
zaterdag 16-01-2010 - Mycolim (Diepenbeek) schriften die onze vereniging rijk is. Dit is ook een uit-
Contactdag LIKONA. Provinciaal domein Bokrijk, stekende gelegenheid om eens te komen kijken welke
Hangar 58, Genk. Aanvangsuur : 9 uur. Parkeren op de tweedehandsboeken er te koop aangeboden worden.
grote parking aan de Oude stad nabij de spoorweg. 

Programma en routebeschrijving vanaf 15 december op dinsdag 09-02-2010 - AMK (Antwerpen)


de website van Likona.
Mycologische werkgroep: microscopische technieken.

Gelijktijdig hiermee houdt de redactieraad van Sporen
maandag 18-01-2010 - ZWAM (Diest) haar vergadering.

Mycologische werkgroep. Breng uw vondsten mee en
we proberen ze samen op naam te brengen. maandag 15-02-2010 - ZWAM (Diest)

Mycologische werkgroep. Breng uw vondsten mee en
dinsdag 19-01-2010 - AMK (Antwerpen) we proberen ze samen op naam te brengen.

AMK-stuurgroep. Enkele van de agendapunten zijn: de 

bespreking van het brandplekkenproject en de invulling dinsdag 16-02-2010 - AMK (Antwerpen)


van de educatieve avonden.
Jaarvergadering 2009-2010. Lieve Deceuninck geeft een

overzicht van de voorbije activiteiten met foto’s van
dinsdag 26-01-2010 - AMK (Antwerpen) mycologen in actie en de planning voor 2010. Iedereen

                           

2009/4 Sporen
4

die foto’s heeft of een korte mededeling wenst te doen, we proberen ze samen op naam te brengen.
gelieve contact op te nemen met Lieve Deceuninck 
(lieve.deceuninck@skynet.be).
dinsdag 16-03-2010 - AMK (Antwerpen)

Mycologische werkgroep: microscopische technieken.
zaterdag 20-02-2010 - OVMW (Gent)

Presentatie asco’s door Bernard Declercq; merkwaardi-
ge vondsten. zaterdag 20-03-2010 - KVMV (Gent)
 Vlaamse Mycologendag; organisatie: OVMW. Zie aan-
dinsdag 23-02-2010 - KVMV (Antwerpen) kondiging in dit nummer op p. 16.

KVMV-bestuursvergadering.
dinsdag 23-03-2010 - AMK (Antwerpen)


maandag 01-03-2010 - ZWAM (Diest) Laboulbeniales in de praktijk, met André De Kesel. Een
tweede dinsdagavond over de Laboulbeniales (de eerste
Mycologische werkgroep. Breng uw vondsten mee en was in 2007). We herhalen de basics over de morfologie
we proberen ze samen op naam te brengen. en de ecologie van deze insectparasitaire ascomyceten.
 Je krijgt een korte introductie over het verzamelen en
dinsdag 02-03-2010 - AMK (Antwerpen) zoeken naar geïnfecteerde insecten en hoe je ze zelf
moet screenen en determineren. Deze keer gaat er heel
Determineren van Corticiaceae onder leiding van Karel
wat tijd naar het afprepareren, bewaren en identificeren
Van de Put. Hij zet ons op de goede weg bij de determi-
van Laboulbeniales. Er wordt gedemonstreerd en nadien
natie van korsten. Als door extreme weersomstandighe-
mag je ook zelf een kans wagen. Iedereen welkom!!
den geen vers materiaal voorhanden is, dan wordt dit

een determinatieavond met exsiccata van Agaricales.
 maandag 29-03-2010 - ZWAM (Diest)
dinsdag 09-03-2010 - AMK (Antwerpen) Mycologische werkgroep. Breng uw vondsten mee en
we proberen ze samen op naam te brengen.
Chris en Johan Paulussen-Janssens stellen vanavond een
mooie reeks brandplekpaddenstoelen voor. Een lichtjes 

aangebrande presentatie om duimen en vingers af te lik-


dinsdag 30-03-2010 - AMK (Antwerpen)
ken.

Bijzondere vondsten van 2009 met Wim Veraghtert.
Kom meegenieten van deze reeks interessante en mooie
maandag 15-03-2010 - ZWAM (Diest)
paddenstoelen die vorig jaar hun kopjes hebben opge-
Mycologische werkgroep. Breng uw vondsten mee en stoken.

Congres ‘Russulales’
Het Congres ‘RUSSULALES - 2010’ wordt georganiseerd door de ‘Association des Mycologues
Francophones de Belgique’ (AMFB) te Massembre (België), van 7 tot 12 september 2010. De tweede
nieuwsbrief hierover is zojuist verschenen. Deze bevat met name het gedetailleerd wetenschappelijk
programma en informatie over de verschillende aanreismogelijkheden naar de congresplaats. De
nieuwsbrief, evenals het inschrijvingsformulier, zijn beschikbaar op volgende URL :
http://www.amfb.eu/russulales-2010.htm

                           

Sporen 2009/4
5

Het Lila plooirokje - Coprinus lilatinctus Bender & Uljé


Plooirokjes bekennen kleur
Gut Tilkin - driesen.tilkin@pandora.be


Op 29 augustus 2009 stond de Kevie te Tongeren heid van velum op de hoed, het voorkomen van
op de Mycolim-agenda. Dit reservaat had in het een intenser gekleurd centraal schijfje dat vrij staat
verleden al voor heel wat mooie vondsten gezorgd van de lamellen en de gelijkenis met een geplooid
en ook deze keer lagen de verwachtingen hoog, rokje. Het voordeel bij het determineren van plooi-
ondanks de eerder droge periode. Het pad langs de rokjes is dat de lamellen niet vervloeien en dat je
oude spoorlijn, vroeger moeilijk begaanbaar om- ze dus niet onmiddellijk na een excursie microsco-
pisch moet onderzoeken. Een ander voordeel is dat
het soortenaanbod binnen die groep relatief klein is
en dat ze ook via de sporen nog te determineren
zijn.

’s Anderendaags was er dan tijd voor het microsco-


pisch onderzoek. Een preparaat van de hoedhuid
zorgde al onmiddellijk voor een verrassing. Bijna
alle sferopedunculate hoedhuidcellen waren gevuld
met een gelige, korrelige substantie (foto 1).
Foto 1: hoedhuidcellen met inhoud (G. Tilkin)
Onderzoek van de lamelrand lukte niet meer, maar
de zijkant van de lamellen leverde ook een aardig
wille van de zware lemige modder, was nu bedekt
plaatje op. In de basidiën/basidiolen was die gele
met een dikke laag snipperhout. Op het pad zelf
vonden we al vlug heel wat exemplaren van de
Geaderde leemhoed (Agrocybe rivulosa), het Ha-
zenpootje (Coprinus lagopus) en de Fluweelher-
tenzwam (Pluteus podospileus). Vlak naast het pad
onder aan de helling van de spoorwegberm stond
een gesloten plooirokje met een bleek grijsroze
kleur, tussen hennepnetels en andere ruigtevegeta-
tie. Van deze groep binnen het genus Coprinus had
ik vroeger al regelmatig exemplaren meegenomen.
Op het terrein zijn plooirokjes te onderscheiden
van andere kleine inktzwammen door de afwezig- Foto 2: bovenzicht op basidiën en pseudoparafysen (G. Tilkin)

                           

2009/4 Sporen
6

inhoud eveneens aanwezig, terwijl de pseudopara-


fysen, die als bloemblaadjes rond de basidiën ston-
den, die korreling niet vertoonden (foto 2). De spo-
ren waren donker bruinrood van kleur, 5- of 6-
hoekig tot hartvormig in vooraanzicht en afgeplat.
Ze hadden een afgeronde top, een excentrische
kiemporie en een apicale papil (foto 3) en volgende
sporenmaten: 9,2-12 × 9,2-10 × 6,2-7,5 µm.

Met de sleutel van Uljé uit FAN 6 kwam ik vlot uit


Foto 3: sporen in vooraanzicht (G. Tilkin)
bij Coprinus lilatinctus, het Lila plooirokje. Vol-
gens de beschrijving van de soort zouden heel wat geregistreerd geworden.
soorten cellen deze gekorrelde inhoud, vermoede- Jammer genoeg had ik geen foto van deze zeldza-
lijk oliedruppeltjes, bevatten. me vondst. Dus terug naar de Kevie, waar als ge-
En inderdaad, ook de cellen van het steeloppervlak volg van de droogte geen enkele Coprinus op of
vertoonden deze insluitingen. naast het pad te vinden was. In de week die volgde,
regende het gelukkig een beetje en enkele dagen na
Een blik in de Standaardlijst bracht me nog even
zo’n buitje had ik meer succes.
aan het twijfelen: geen vermelding van Coprinus
lilatinctus en dus een nieuwe soort voor Vlaande- Langs hetzelfde pad op ongeveer dezelfde plaats

Foto 4: Coprinus lilatinctus - Lila plooirokje (G. Tilkin) Foto 5: C. lilatinctus - opengeplooid (G. Tilkin)

ren. Een telefoon naar Jos Volders en het doorstu- stonden enkele gesloten plooirokjes met een rozig
ren van de microscopiegegevens en -foto’s zorgden schijfje bovenaan (foto 4). Wat verder vond ik een
voor een bevestiging van de determinatie. Deze klein opengeplooid exemplaar, mooi radiair ge-
soort was trouwens door hem al gevonden in 1993 groefd (foto 5).
in het Rivierenhof te Antwerpen, maar is toen niet De gesloten hoedjes hadden een hoogte van 8-12

                           

Sporen 2009/4
7

mm en een breedte van 9-11 mm, heel wat kleiner fen op paden met houtsnippers op zwaardere gron-
dus dan de afmetingen opgegeven in FAN 6. Het den.
opengeplooide exemplaar was 11 mm breed en 10
Ondertussen gaf Jos Volders voor de afdelingen
mm hoog. De dunne, bleek doorzichtige steeltjes
ZWAM en AMK een boeiende voordracht over het
waren aan de basis wat verdikt en hadden daar een
genus Coprinus en de subsectie Glabri in het bij-
duidelijk roze zweem. Hun lengte varieerde van 50
zonder. Hierdoor kon ik een aantal microscopische
tot 75 mm en de breedte van 1,5 tot 2 mm aan de
beelden beter interpreteren. Na zijn enthousiaste
top en 2 tot 3 mm aan de basis. Voor alle zekerheid
oproep zullen de plooirokjes volgend jaar zeker in
werden ze opnieuw microscopisch nagekeken,
de mode zijn in mycologisch Vlaanderen en zal de
want met die plooirokjes weet je maar nooit. Eén
nieuwe lilakleur niet ontbreken in het aanbod.
blik op de hoedhuid en de sporen volstond voor de
determinatie.

Waarschijnlijk is de soort tot nog toe over het Literatuur

hoofd gezien want tijdens een donderdagexcursie Knudsen, H. & Vesterholt, J. (eds) (2008). Funga Nor-
op 22 oktober in Lanaken (Lepelvorm) trof ik ze dica. Kopenhagen, Nordsvamp, 965 p.

opnieuw aan in de randvegetatie van een verstoord Uljé, C.B. (2005). Coprinus Pers. In: Noordeloos, M.E.,
pad langs een camping. Ook in Nederland wordt de Kuyper, Th.W. en Vellinga, E.C. (red.), Flora agarici-
soort als zeldzaam genoteerd en vooral aangetrof- na neerlandica 6: 22-109. Boca Raton.

Egelzwammetjes (Phaeomarasmius erinaceus) te Diest


Robert De Ceuster - robert.de.ceuster@scarlet.be


Tijdens de wekelijkse inventarisatiewandelingen op dinsdag in en rond het provinciaal domein “Halve


Maan” te Diest werd het Egelzwammetje gevonden. Voor de meesten onder ons was dat een eerste kennis-
making met een soort die grootte en standplaats niet mee heeft om op te vallen.

Op 2 juni 2009 waren 4 mensen van Team Leuven onmiddellijk als het Egelzwammetje, Phaeomaras-
in het Webbekomsbroek aan het inventariseren. Bij mius erinaceus (Pers.) Scherff. ex Romagn.. Enkel
het meest zuidelijke deel van wat men het binnen- Jos had die soort ooit al gezien! Dit is niet verwon-
bekken (overstromingsgebied) noemt, vond Eddie derlijk, gezien het zwammetje zo klein is, bruin
Lavreys een klein bruin zwammetje op de dorre van kleur en bovendien hoog op de takken van een
takken van een wilg. Jos Monnens herkende het boom groeit. De ogen van een amateurmycoloog

                           

2009/4 Sporen
8

ben toen zelfs een trapladder meegeno-


men om de mooiste zwammetjes, die te
hoog stonden, te kunnen fotograferen.
Niets is te gek voor mycologen!

Nadien hebben wij natuurlijk met meer


aandacht naar wilgen met dorre takken
gekeken, maar we hebben geen Egel-
zwammetjes meer gevonden.

Enkele weken later kreeg ik dan de me-


dedeling van Eddie dat Lieve Deceu-
ninck samen met hem het Egelzwam-
Mycologen in actie! (J. Van Roy)
metje eveneens gevonden had tijdens
een AMK-wandeling in het Grootenbos in Gierle.
speuren meestal de bodem af en kijken zelden om-
hoog. Alhoewel het al een paar dagen droog weer Voorkomen
was en de meeste zwammetjes er een beetje ver-
Alleen of in groepjes op afgestorven, hangende of
droogd bij stonden, bleven er toch nog enkele
liggende takken van wilg of berk. In de zomer.
mooie exemplaren op deze boom te ontdekken.
Daarvan werden door Jos Van Roy enkele mooie Beschrijving
foto’s gemaakt.
In de populaire determinatiewerken wordt het
Op een paar meter afstand bevonden zich nog 2 Egelzwammetje zeer weinig of helemaal niet ver-
andere wilgen met verdorde afgestorven takken en meld. Alleen in Breitenbach (Band 5) staat er als
ook daarop stonden weer vele Egel-
zwammetjes. Deze vondst was wel de
mooiste van die dag.

Zelf ben ik een week later, na overvloe-


dige regen, terug gaan kijken en als bij
wonder stonden er nu enkele honderden
exemplaren in volle glorie op de drie
wilgen. Er was er zelfs eentje bij met
een diameter van 1,5 cm. Dit werd ge-
meld aan de collega’s zodat ook zij de
mogelijkheid kregen om dit mooie
zwammetje te zien. De vrijdag erna zijn
we dan opnieuw gaan kijken. We heb- Phaeomarasmius erinaceus - Egelzwammetje (J. Van Roy)

                           

Sporen 2009/4
9

allerlaatste soort een foto met beschrijving. Vrij soïed tot amandelvormig, lichtgeel. Sporee rood-
vertaald wordt hier het volgende vermeld. bruin.

Hoed 5-10(15) mm, jong halfbolvormig, later con- Afbeelding: Breitenbach, Band 5 (2000): 331.
vex tot vlak met naar onder gebogen rand; opper-
Verspreiding in Vlaanderen
vlakte vezelig geschubd. Lamellen jong crème-
beige, daarna toenemend roodachtig bruin, breed Zoals we kunnen zien op het verspreidingskaartje,

aangehecht; snede glad tot fijn gekarteld, plaatse- is het Egelzwammetje nauwelijks te vinden in

lijk witachtig. Steel 4-10 mm × 1-1,5 mm, cilin- West- en Oost-Vlaanderen en in Vlaams-Brabant

drisch, naar de basis toe verbreed, vast en hol, bo- slechts in 2 uurhokken tussen 1980 en 1990 en in

venaan de top wit berijpt, daaronder tot aan de ba- slechts één uurhok sinds 1991!

sis roodbruin en dicht met scherpe vezelige schub-


jes bezet. Vlees lichtbruin, dunvlezig, reukloos; Literatuur

smaak mild. Droge vruchtlichamen leven bij voch- Breitenbach, J. & Kränzlin, F. (2000). Pilze der Schweiz
tigheid terug op. Sporen 9-13 × 6,5-9 µm, ellip- (Band 5). Blätterpilze 3.Teil, 330-331.

Reagentia voor KVMV-leden

Sinds kort zijn de belangrijkste reagentia, gebruikt bij de determinatie van zwammen, opnieuw ver-
krijgbaar tijdens de AMK-dinsdagavondactiviteiten in de bioruimte van de UA te Antwerpen.

Praktische info kan je steeds bekomen bij Flory de Haan, 03 666 91 34 of andre.de.haan@skynet.be.

                           

2009/4 Sporen
10

Gezwans noch gezwam...




Paddenstoelen en lange warme zomers

Een mens “met zwammen in het bloed” kijkt er naar uit: het paddenstoelenseizoen. Tenminste, voor zover
dat bestaat, want een doorgewinterd mycoloog is wel het ganse jaar rond bezig met paddenstoelen. De
voorbije zomer was lang, warm en vooral erg droog. Dan begint een mens al te denken dat het best eens zou
onweren met de nodige neerslag, want dat is immers in het belang van de ontwikkeling van fungi. Nu ja, de
regen komt niet op bestelling en een regendans schijnt ook al niet meer te helpen. Dus afwachten is de
boodschap. De excursiekalender is lang geleden opgemaakt en natuurlijk met de meest optimistische gedach-
ten in het hoofd. Maar wat doe je als het niet wil regenen? De wandeling laten doorgaan en klagen, zeker?

Wat blijkt nu heel vaak het geval te zijn? Menig paddenstoelenkenner heeft het al over zijn, of haar, lippen
laten vloeien: “Speciale soorten dit jaar, vind je niet?” Of het wat met die droogte te maken heeft? Wie zal
het zeggen, hoe kom je aan gegevens of statistieken om één en ander te weerleggen of te bevestigen? En toch,
je hoort het vaker dan je zou verwachten: “weer een zeldzame soort gevonden!” Het kan toch geen toeval
meer zijn. Een normaal mens zou bij zoiets de gedachtenstroom zijn gang laten gaan… Evenwel, bewijzen
zijn er niet.

Het zou wel eens kunnen:

> dat juist zeldzame paddenstoelen worden waargenomen die met een lange droge zomer hun voordeel
doen en juist dán vruchtlichamen gaan vormen;

> dat die paddenstoelen misschien een meer mediterraan klimaat verkiezen maar hier toevallig zijn te-
rechtgekomen en het dáárom juist goed doen bij langere droogteperioden;

> dat het minder uitgroeien van concurrerende zwamvlokken, deze soorten meer kansen biedt;
> dat er hopeloos gezocht wordt en daarom juist deze soorten nu opvallen.
Zoveel keer …. “het zou wel eens kunnen dat …”

Neem nu die ene vondst van de Ruwe aardster te Herent, niet alledaags, dat is zeker, en enkel mogelijk bij
iemand met een neus voor zwammen die op het juiste moment op de juiste plaats kwam.

De Knolzwavelkop te Geetbets, in een kurkdroog domein, op een (te warme) dag waarop er amper iets te
vinden was (een derde vondst voor Vlaanderen).

De Heideaardster te Pellenberg, toevallig gevonden in een biotoop dat reeds vroeger in de belangstelling
stond.

De Gelobde pruikzwam te Diest, ontdekt door regelmatig een gebied te bewandelen voor inventarisatie, wat

                           

Sporen 2009/4
11

de kans op dergelijke waarnemingen vergroot.

Het waarom zullen we nooit achterhalen; de natuur geeft niet alle geheimen prijs. Misschien komt het
eenvoudig omdat de echte paddenstoelenliefhebber extra inspanningen doet en vurig hoopt op een mooie
afsluiter van een tot dan toe mager seizoen...

Georges Buelens

Ruwe aardster te Herent


Georges Buelens, Boskouterstraat 41, 3370 Boutersem
Niels Ryckeboer, Processieweg 1, 3210 Lubbeek


De waarneming van Ruwe aardster (Geastrum campestre Morgan) te Herent is de vierde waarneming voor
ons land en de eerste voor Vlaams-Brabant. In deze bijdrage vragen we aandacht voor een bijzonder biotoop
onder coniferen.

Weer een nieuwe soort Het was namelijk bij een rij van dergelijke bomen,
nu ja, doorgeschoten haag zeg maar, dat hij enkele
Een telefoontje van Niels Ryckeboer is altijd wel
jaren geleden te Lubbeek de Bloemaardster (Geas-
speciaal. Dit keer werd er direct met de deur in
trum floriforme) heeft gevonden (zie de bijdrage in
huis gevallen: “Georges, ik heb een nieuwe aard-
Sporen nr. 1 van 2008). De Bloemaardster werd er
ster gevonden, de Ruwe aardster, denk ik. Allé, ik
vergezeld van enkele Baretaardsterren (Geastrum
ben zeker, maar moet het nog eens nakijken; het
striatum) en later vond hij er nog de Gewimperde
bolleke is toch ruw”.
aardster (Geastrum fimbriatum). Die grote conife-
Niels was genodigde op een feestje met een niet
ren trokken hem ook hier aan; je weet maar nooit!
alledaagse locatie: een nonnenklooster te Herent.
Geluk: speurneuzen voorbehouden
Daar loop je normaal gesproken niet zo in en uit.
Maar goed dat hij er was, want een echte speurneus Stond onder zulk een conifeer toch wel iets dat op

als Niels hou je bij goed weer niet binnen. Zeker een aardsterretje leek zeker! Aanvankelijk dacht hij

niet op een locatie als dit: een oud park met ver- aan Baretaardster, maar dat plaatje leek toch niet

schillende, fantastisch uitgegroeide oude bomen, helemaal te kloppen.

van platanen over linden en kastanjes tot coniferen. Omdat Niels in het bezit is van het boekje “De

Het waren de coniferen die ditmaal voor een ver- aardsterren van Nederland en België” van Jalink,

rassing zorgden. was het maar even wachten tot hij thuis was om

                           

2009/4 Sporen
12

zekerheid te krijgen. Met het boekje in de hand De groeiplaats te Herent onder een vrij oude coni-
kwam hij bij de Ruwe aardster terecht. Maar een feer kan worden bestempeld als: zuur, droog, zan-
soort die je voor het eerst ziet, blijft altijd een dig, humusarm, beschut en warm. Kan het nog toe-
beetje een vraagteken zolang je er met niemand val zijn dat twee jaar na elkaar door dezelfde pad-
over hebt kunnen spreken. De vraag bij Niels was denstoelenliefhebber en telkens onder coniferen,
dan ook: “hoe ruw is ruw voor dat bolletje?” Toen zulke zeldzame soorten aardsterren werden gevon-
hij me enkele dagen later de exemplaren kon be- den? Ieder van ons kent wel de bodem onder een
zorgen voor een goede foto, was alle twijfel al lang rij oude coniferen maar er wordt onvoldoende naar
weg. Hij had het grondig na-
gekeken en alles bleek te klop-
pen.

Beschrijving

Een kleine aardster met een


gesteeld, wrattig, ruw bolletje
of endoperidium (bekijken
met loep), grijsachtig, met
apophyse; dit is een uitzak-
king van de wand van het bol-
letje bij de overgang naar de
steel en enkel te zien bij oude
exemplaren.
Geastrum campestre - Ruwe aardster (J. Van Roy)
De mondzone is gevoord-ge-
plooid, vaak scherp afgezet met een ringvoor. De gekeken. Dat juist op deze plaats zulke zeldzaam-

slippen (7 tot 10) zijn subhygroscopisch (ze krullen heden worden gevonden, zegt vermoedelijk ook

bij drogen maar bedekken het bolletje niet) en met veel over de kwaliteit van het biotoop, maar vooral

vastgegroeide aarde aan de onderzijde. over het gevoerde beheer.

Biotoop Dergelijke plaatsen zijn in de eerste plaats onkruid-


vrij. Er dient dus niet gewied te worden of ge-
Volgens Jalink (1995) op droge, zonnige en be-
sproeid met herbiciden. Bovendien worden ze niet
schutte standplaatsen, meestal in duingraslanden en
belopen, maar blijven vooral ook lang onaange-
mosrijke vegetaties in het open duin, maar ook wel
roerd.
onder Meidoorn of op open plekken in loof- of
naaldbos; relatief vaak in (brede) bermen langs Een rij coniferen kan gemakkelijk 30 jaar en meer
bospaden. Op kalkarm of oppervlakkig ontkalkt, blijven staan zonder dat er iemand aankomt en zo
humus-arm duinzand. komen we weer bij een ongewild langdurig volge-
Oproep tot observatie van een nieuw biotoop! houden beheer. Solitaire coniferen in oude parken

                           

Sporen 2009/4
13

Verspreidingskaart: Roosmarijn Steeman, Natuurpunt

kennen een zelfde situatie. De Ruwe aardster is zowel in Nederland als bij ons
een zeer zeldzame Rode Lijstsoort, in categorie 3,
Tot slot nog een oproep van Niels: loop die conife-
dus kwetsbaar, voor Vlaanderen.
ren niet voorbij! Steek je neus even in de strooisel-
laag. Ruwe aardster werd waargenomen in 1984 en 1994
in de Westhoek te De Panne en één keer in 1998 in
Nieuw voor Vlaams-Brabant?
Han-sur-Lesse.
Ook deze aardster was nieuw voor de provincie en
zeker geen alledaagse vondst.
Literatuur
Het was dan ook even wachten op de resultaten
van wat er in de databank zat. Maar Mil Vandeven Jalink L. M. (1995). De aardsterren van Nederland en

bracht dan het verlossende bericht: drie waarne- België. Coolia 38, Supplement. 64 pp.

mingen voor ons land. Vandeven M., Funbel databank KVMV

Lidgeld 2010
Het lidmaatschap voor 2010 bedraagt nog steeds 18,00 euro (20,00 euro voor een gezinslidmaatschap). De
leden worden verzocht het lidgeld voor 2010 zo vlug mogelijk te betalen door overschrijving op rekening-
nummer 737-0187576-21 van de Koninklijke Vlaamse Mycologische Vereniging vzw te Antwerpen. Voor de
betaling kan men het bijgevoegde overschrijvingsformulier gebruiken. De Belgische leden vragen wij om bij
hun betaling te vermelden bij welke afdeling (AMK, ZWAM, OVMW, MYCOLIM) ze wensen te behoren.
Buitenlandse leden betalen 20,00 euro (gezinslidmaatschap 22,00 euro). IBAN-nummer BE17 7370 1875
7621, BIC-code KREDBEBB. De eventuele bankkosten worden gedragen door de opdrachtgever.

                           

2009/4 Sporen
14

Enkele bijzondere vondsten in een ongewoon droge periode


André de Haan - andre.de.haan@skynet.be


Een “oude mycologenwijsheid” zegt dat er na een droge en warme zomer veel paddenstoelen verschijnen.
Maar dat er tijdens deze droge zomer en begin herfst toch nog bijzondere vondsten werden gedaan, was ook
voor mij een verrassing. Tijdens elke zoektocht werden er telkens wel één of enkele vondsten gedaan die wij
ofwel al heel lang niet hadden gezien of zelfs nog nooit. Hierbij enkele daarvan.

Het is een kleine satijnzwam (foto 1) met een veze-


lig, trechtervormig, donker grijsbruin hoedje, wat
aflopende, grijsroze plaatjes en een staalblauw,
glanzend steeltje.

Microscopisch zijn kenmerkend de gemengd twee-


en viersporige basidiën, de grote, hoekige sporen
(foto 2) en de verbrede eindcellen van de hoed-
huidhyfen.
Foto 1: Entoloma huijsmanii - Tweesporig staalsteeltje
Dit is de tweede melding in Funbel van deze soort
voor Vlaanderen. Louis Imler vond ze, in 1940
 Entoloma huijsmanii Noordel.
reeds, in de Staatsbossen van Ravels. In Europa is
Tweesporig staalsteeltje
ze wel wijd verspreid, maar overal zeer zeldzaam.
Werd gevonden tijdens onze excursie in de Natio-
nale Plantentuin te Meise. Een drietal exemplaren
van dit staalsteeltje werd verzameld door Karel
Van de Put, langs de wegrand van het wandelpad,
in het tamelijk vochtige bronbosje achteraan de
tuin. In hetzelfde bosje werden ook talrijke exem-
plaren gevonden van Gyrodon lividus (Elzenbo-
leet).

Entoloma huijsmanii werd in 1984 beschreven


door M. Noordeloos naar een collectie uit Buren Foto 2: E. huijsmanii - sporen
(Nederland). De soort was voordien al gekend als
Rhodophyllus griseorubellus sensu J. Lange, wat  Entoloma sphagneti Naveau
echter een verkeerde interpretatie van deze soort Grote veenmossatijnzwam
bleek te zijn. Deze zeldzame satijnzwam werd aangetroffen in

                           

Sporen 2009/4
15

een drooggevallen wilgenbroek te Meerhout: één Het is een zeldzame soort die voorkomt in vochtige
exemplaar, groeiend vanonder een wortel van Wilg broekbossen, meestal tussen levend of dood veen-
met in de buurt wat half verdroogd veenmos. mos. De soort werd voor het eerst beschreven in
1923 door de Antwerpse botanist-bryoloog-myco-
loog Raymond Naveau, naar aanleiding van een
vondst uit Lichtaart. Hoewel de soort al enkele
malen in Vlaanderen is aangetroffen, was het voor
mij de eerste maal dat ik ze ontmoette.

 Flammulina fennae Bas – Zomerfluweelpootje


Dat men deze soort vooral in een droge en/of war-
me periode kan aantreffen, kan men afleiden uit de
Foto 3: Entoloma sphagneti - Grote veenmossatijnzwam
Nederlandse naam. Toch is het Zomerfluweelpoot-
je ook in die periode ver van algemeen. Flammuli-
Entoloma sphagneti is een vrij forse soort (foto 3).
na fennae werd pas in 1983 voor het eerst beschre-
Ons exemplaar had een hoeddiameter van 50 mm.
De hoed was vlak met een ronde umbo, donker-
bruin met zwartbruin centrum, de hoedhuid glad en
zijdeachtig glanzend. De plaatjes waren smal aan-
gehecht, met een tandje aflopend en de snede sterk
golvend als geërodeerd (foto 4). De steel mat 120 ×
7 mm, was bleek grijsbruin en duidelijk overlangs

Foto 5: E. sphagneti - sporen

ven door de Nederlandse mycoloog Cees Bas op


basis van een collectie uit Voorschoten (NL). Mo-
gelijk werd ze vroeger verward met een witte vorm
van Flammulina velutipes (Gewoon fluweelpoot-
je). Ofwel mag men veronderstellen dat het een
Foto 4: E. sphagneti - plaatjes
inwijkeling is, vermits ze daarna ook in verschil-
gestreept. De soort heeft een sterke, onaangename lende andere landen in Europa werd aangetroffen.
geur en de smaak van ranzige olie. Frans Thevissen bezorgde mij deze collectie, die
Microscopisch vallen vooral de grote, langwerpige hij verzamelde in het Zevenbergenbos te Ranst.
sporen op met talrijke ronde bulten (foto 5). Flammulina fennae (foto 6) verschilt van F. veluti-

                           

2009/4 Sporen
16

pes (Gewoon fluweelpootje) door de bleekgele


hoed met rossige vlekken en de kortere sporen.
Verder heeft ze dezelfde bleekgele plaatjes en
een steel die donker roodbruin is en bezet met
donkere opstaande haartjes. In dit laatste ver-
schilt ze van de witte vorm van het Gewoon
fluweelpootje waarbij ook de steel wit is.
F. fennae is ook bij ons zeer zeldzaam en werd
voordien een vijftal maal gemeld, vooral uit
Limburg.
Foto 6: Flammulina fennae - Zomerfluweelpootje


Eens te meer ondervond ik dat voorspellen wat men gaat aantreffen op een wandeling (gelukkig) onbegonnen
werk is. Een veelbelovende excursie kan sterk ontgoochelen en een ontmoedigende, warme en droge periode
kan toch nog juweeltjes opleveren.

19e VLAAMSE MYCOLOGENDAG op 20 maart 2010 in Gent




In 2010 wordt de Vlaamse Mycologendag georganiseerd door de OVMW aan de Universi-


NOTEER NU REEDS DEZE DATUM IN UW AGENDA !!

teit Gent, Laboratorium voor Plantkunde, K.L. Ledeganckstraat 35. Ingang via de Planten-
tuin.
Bereikbaarheid
Alle informatie over hoe u de Plantentuin kunt bereiken via het openbaar vervoer of per
wagen vindt u op: http://www.plantentuin.ugent.be/bezoek/bereikbaarheid.html
OPGELET: In de onmiddellijke omgeving van de Plantentuin is er uitsluitend betalend
parkeren. Een andere parkeermogelijkheid (eveneens betalend) is er in de ondergrondse
parking op het Sint-Pietersplein.

Zodra het programma afgerond is, zal het worden bekendgemaakt. Iedereen die een myco-
logische presentatie wil houden, kan zijn naam en het onderwerp opgeven aan:
> Prof. Dr. Mieke Verbeken: 09/264 50 70 of via e-mail: mieke.verbeken@ugent.be
> Peter Verstraeten: 09/385 41 74 of via e-mail: verstraeten.peter@skynet.be

De presentaties beginnen om 10.00 uur. Vanaf 9.30 uur zal er koffie te verkrijgen zijn.
Na de middagpauze houdt de KVMV haar jaarlijkse Algemene Vergadering.

Iedereen is van harte welkom!




                           

Sporen 2009/4
17

KVMV-vierdaagse te Dworp (21-10 tot 24-10-2010)




Volgend jaar zal het werkweekend van de KVMV doorgaan in het Provinciaal Vormingscentrum
Hanenbos, gelegen in een 15 ha groot natuurgebied in Dworp, Vlaams-Brabant.

We hebben een optie voor 20 personen in 1- of 2-persoonskamers (met lavabo) en voor een ruime
microscopiezaal. Om tijdig de nodige kamers te reserveren vragen we de leden die willen deelnemen,
vóór 31 januari een briefje of een mailtje te sturen naar Gut Tilkin, Kruisheideweg 31, 3520 Zonhoven
of driesen.tilkin@pandora.be. Gelieve hierbij te vermelden of men kiest voor een 1- of 2- persoons-
kamer en of men de kamer wenst te delen met een andere deelnemer.

De inschrijving wordt bevestigd na storting van 50 euro per deelnemer op het rekeningnummer van de
KVMV: 737-0187576-21. De totale prijs van het verblijf is 120 euro voor 3 overnachtingen in vol-
pension, huur van het lakenpakket en verzekering inbegrepen. Er is geen toeslag voor de éénpersoons-
kamers.

Het excursieprogramma wordt opgesteld in samenwerking met Roosmarijn Steeman en de Padden-


stoelenwerkgroep Zuidwest-Brabant. Dit programma, de routebeschrijving en verdere inlichtingen
over het verblijf worden later aan de deelnemers bezorgd, evenals een uitnodiging voor de betaling
van het restbedrag.

Iedereen van harte welkom!

Organisatoren: Lieve Deceuninck en Gut Tilkin.

13e ANKONA-ontmoetingsdag op zaterdag 13-02-2010

Thema ‘Countdown 2010: Wetenschappelijk onderzoek en soortenbescherming’


(Groenenborgerlaan 171, Antwerpen – UA-Campus ‘Groenenborger’)

De diverse infostands van verenigingen zijn doorlopend te bezoeken.

Deelname is gratis, maar vooraf inschrijven is verplicht en kan t.e.m. 6 februari 2010.

Meer info (vanaf begin december):


www.ankona.be (in de rubriek ‘Ontmoetingsdagen’ en ‘Kalender’)

                           

2009/4 Sporen
18

Verslag KVMV-uitstap Olens Broek op 12 september 2009


Lieve Deceuninck - lieve.deceuninck@skynet.be


Op 12 september namen negentien KVMV-leden en twee


NMV-leden deel aan de excursie naar het Olens broek -
Langendonk, georganiseerd door AMK. Eddy Vercammen,
beheerwachter in dit Vlaams natuurreservaat, en Jos Vol-
ders leidden ons langs een eiken- en elzenbroekbos, zand-
ruggen, vennen en vochtige hooilandjes. Er wordt in dit
prachtige gebied nog volop geplagd tot op het historische
bodemprofiel. Door het verwijderen van de humusrijke bo-
venlaag komt een mozaïek van o.a. leem en ijzerzandsteen
vrij te liggen. Dit verhoogt de biologische diversiteit van het
gebied. Hier was de droogte van de laatste weken een mee-
valler voor het plaggen. Door het extra lage waterpeil ver-
liep het afgraven gemakkelijker. Het beheer van dit gebied
gebeurt door ANB in samenwerking met plaatselijke bewo-
ners en Natuurpunt.
Grote soorten moesten we niet verwachten in deze droge
septembermaand, waardoor we al blij waren met Parelama-
niet (Amanita rubescens), Gewoon eekhoorntjesbrood (Bo-
letus edulis), Berijpte russula (Russula parazurea), Gewone
en Grauwgroene hertenzwam (Pluteus cervinus en P. salici-
nus). Verder ook enkele vezelkoppen, fopzwammen, melk-
zwammen en een Spikkelplooiparasol (Leucocoprinus bre-
bissonii). De vondst van een Gladstelige glimmerinktzwam
(Coprinus cf. truncorum) werd aangegrepen om het groepje
rond Coprinus, subsectie Micacei toe te lichten. Een subsec-
tie met op de hoed velum dat gemakkelijk te verwijderen is
en dat bestaat uit gladde, ronde elementen. Tussen Pitrus en
Veldrus vonden we een Witgeringd mosklokje (Galerina
jaapii) en bij een laagven een Veenvlamhoed (Gymnopilus
fulgens). Door de droogte kregen de liggende takken extra
belangstelling en werden er o.a. volgende soorten gevon-

                           

Sporen 2009/4
19

den: Bloedende buisjeszwam (Physisporinus sanguinolen-


tum), Zakjestrilzwam (Ascotremella faginea), Bruinzwarte
stekelkorstzwam (Mycoacia fuscoatra) en Bosnetje (Ceri-
poria reticulata). Verder nog een ongewone verschijnings-
vorm van een Gewone franjezwam (Telephora terrestris).
In het elzenbroekbos was de Plooirokmycena (Mycena rhe-
nana) veelvuldig aanwezig op de elzenproppen en -bla-
deren. Ook de Suikermycena (Mycena adscendens) was er
goed vertegenwoordigd. Tussendoor speurde Jos naar roes-
ten en meeldauwen en vond zo ook de ascomyceet Gras-
zwartkorstje (Phyllachora graminis) op blad van Glansha-
ver (Arrhenaterum elatior).

Vlak vóór het beëindigen van het voormiddaggedeelte lie-


pen we nog langs een prachtig hooilandje waar Klimop-
klokje en Draadrus voorkomen.

In de namiddag trokken we naar Langendonk en het Ferra-


risbos van Herentals. Op een zandrug staat het oorspronke-
lijke bos zoals reeds aangegeven op de Ferrariskaart van
1775. Dalkruid en Meiklokje bloeien er in het voorjaar. Op
weg naar de heuvelrug kwamen we langs een elzenbroekbos
met o.a. Koperrode gordijnzwam (Cortinarius uliginosus),
Bleke moeraszwavelkop (Hypholoma elongatum), Moeras-
bundelzwam (Pholiota myosotis), Ranzige elzensatijnzwam
(Entoloma caccabus) en Gewone hertenzwam (Pluteus cer-
vinus). Ook Tabakborstelzwam (Hymenochaete tabacina),
Kransbekerharskorstje (Hyphoderma praetermissum) en
Melig dwergkorstje (Trechispora farinacea) kwamen op de
lijst. Henk Gremmer vond een groen zwammetje op nat
hout, het bleek het Bleekgroen geleischijfje (Clausseno-
myces prasinulus) te zijn.

Ondanks het beperkte aanbod van grote paddenstoelen was het een interessante en gezellige excursie.

(Foto’s: Lus Rijmenams en Lieve Deceuninck)

                           

2009/4 Sporen
20

Mycologische werkgroepavonden
In de periode januari – april zullen, op de aangekondigde werkgroepavonden (zie lijst educatieve bijeen-
komsten p. 2-4), onderwerpen behandeld worden die bij het uitsleutelen van Agaricales-collecties regelmatig
problemen opleveren. Deze werkgroepavonden kunnen beschouwd worden als een aanvulling op de cur-
sussen microscopie en zijn dan ook bedoeld voor die leden die bij hun determinaties de microscopische
kenmerken betrekken of het voornemen hebben dit in de toekomst te doen.

Een vast schema kunnen wij niet opstellen, omdat sommige onderwerpen mogelijk meer dan één avond
zullen vergen. Volgende onderwerpen komen aan bod:
> opzoeken en herkennen van microscopische kenmerken bij: sporen, cystiden, hoed- en steel-
bekleding, hyfen
> meten met microscoop (analoog en digitaal)
> kleurstoffen en reagentia
> macro- en microfotografie
> tekenen met microscoop
> maken van en werken met exsiccata
> praktische oefeningen uitsleutelen (bespreken en gebruik van verschillende Agaricales-sleutels).
Deze avonden worden opgevat in de vorm van praktische oefeningen onder begeleiding van ervaren leden en
starten telkens om 19.30 u. Ze worden in de activiteitenkalender aangekondigd als ‘Mycologische werk-
groep: microscopische technieken’.
Alle geïnteresseerde leden met een minimum aan microscopie-ervaring zijn welkom.


! AMK-Nieuwjaarsreceptie
n
da
t Alle KVMV-leden zijn van harte welkom
To
op de AMK-Nieuwjaarsreceptie
die doorgaat in de bioruimte van de UA
op dinsdagavond 5 januari 2010.
Drank en versnaperingen worden voorzien;
voor de ambiance mag U zorgen.
Wij verwachten u om 20.00 uur.

                           

Sporen 2009/4
21

Algemene ledenvergadering
De leden van de ZWAM worden uitgenodigd op de algemene ledenvergadering die op zaterdag 6 maart
2010 zal doorgaan in
Gasthof “Buitenverwachting”
Pastoriestraat 92, 3370 Boutersem (Butsel)
Tel. 016/73 52 90
De bestuursleden verwelkomen u graag met een aperitief om 12.30 uur.
Om 13.00 uur wordt een warme maaltijd opgediend: minestronesoep, aardappelgratin, varkensgebraad
met groentenkrans en als afsluiter koffie met gebak.
Dit alles voor 25 euro per persoon. Overige dranken zijn voor eigen rekening.
Deelname doorgeven naar Rik Vranckx (016/40 29 84) of per e-mail naar jos.monnens@telenet.be +
storting van 25,00 € op rekening 979-4338661-50 van Raf Leysen, Heidebergstraat 96, 3010 Kessel-Lo.

Gasthof “Buitenverwachting” is een gezellig kleinschalig familiebedrijfje, waar de gastvrouw aan het
kookfornuis staat. Omwille van de kleinschaligheid is er slechts plaats voor 40 personen. Dus niet tal-
men met inschrijven! De uiterste inschrijvingsdatum is 20 februari 2010.
Parkeren is mogelijk in de nabijheid van de kerk van Butsel, gelegen op 100 m afstand.


De schoenmakers zijn het slechtst geschoeid, zegt men. De mycologen mogen niet dezelfde weg opgaan.
Daarom werd onze ‘Startcursus Mycologische Microscopie’, opgemaakt door Judith De Keyser in 2005 (Aux
022) aan de bib toegevoegd, samen met ‘AMK, Vertaling Franse mycologische woorden’ (Aux 021). INBO
heeft ons ‘Bosreservaat Pruikenmakers (Meerdaalwoud) Monitoring 2009’ (Toe 036r) toegezonden. Via onze
vriend-mycoloog Marcel Lecomte kregen we ook ‘Microscopie générale van AMFB, 2009’ (Aux 023). De
reeks ‘Atlas des Cortinaires - Bidaud, Moënne-Loccoz, Reumaux & Carteret 2009’ (Atl 007u) werd aange-
vuld met deel 18, evenals de reeks ‘Fungi Europaei’ met ‘Conocybe & Pholiotina’ van Anton Hausknecht
2009 (Atl 013/11).


Na goed 10 jaar fungeren als bibliothecaris heb ik besloten mijn taken door te geven aan andere leden van
onze vereniging. Tijdens die periode zijn er over de 2500 uitleningen geweest; de bib is meer dan 330 boeken
rijker geworden en dan durf ik de tijdschriften nog niet te tellen. Het is een hele belevenis geweest. Vechten

                           

2009/4 Sporen
22

voor plaats tijdens de hectische avonden met microscopiecursus. Op een bepaald moment dacht ik zelfs om
nummerkes in te lassen zodat de leden wat serener konden aanschuiven. Freddy Vermeulen was toen mijn
hulp om alles wat onder controle te houden. Een groot aantal van de boeken waren schenkingen en kwamen
in dozen binnen. Dan was het een kwestie van schuiven om de boeken in de rekken te krijgen. Als het wat
rustiger was, werden de archief- en materiaalkasten herschikt om plaats te toveren. Elk jaar vergrootte het
aantal van onze publicaties en die stock zit evenzéér in die kasten. Dan hebben we eens één jaar een kalender
gedrukt en verkocht, later ook T-shirts. Beheren van de tijdschriften, uitlenen en aankopen van boeken, uitge-
putte AMK-Mededelingen of Sporen laten bijmaken en nog veel meer - noem maar op - stil zitten was er niet
dikwijls bij. De Open-Bibavonden zijn door de jaren heen ook geëvolueerd. Niet alleen kon iedereen eens
naar hartelust in de kasten snollen, de laatste aanwinsten werden in de kijker gelegd. Enkele jaren geleden
hebben we dit evenement gecombineerd met een tweedehands-boekenmarkt. Eén groot voordeel had het wel
om bibliothecaris te zijn: ik heb contact gehad met iedereen. Bij deze wil ik ook van de gelegenheid gebruik
maken om iedereen te bedanken
voor de toffe samenwerking.

Lucy Snoeck-De Nave zal jullie


met haar mooie glimlach verder
helpen op de dinsdagavonden. Ik
wens haar alvast veel succes!
Tot zwams
Pascale Holemans

Lucy


KVMV-bibliothecaris… bedankt Pascale, welkom Lucy!

Pascale Holemans werd in 1999 onze bibliothecaris. Op het einde van dit jaar geeft ze de fakkel door aan
Lucy De Nave.
Tien jaar lang heeft Pascale zich ingezet voor de waardevolle bibliotheek. Velen zullen haar kennen van de
uitleningen in de bioruimte. Daarnaast hield ze de elektronische registratie stipt bij. Ook de organisatie en
coördinatie van de tijdschriften was een deel van haar taak. Ze bekommerde zich om de praktische beslom-
meringen van ruimte voor en onderhoud van de boeken. Regelmatig bracht ze de leden op de hoogte van
nieuwe boeken en tijdschriften via AMK-Mededelingen en Sporen. Jaarlijks stelde ze het verslag op voor het
subsidiedossier en van de algemene vergadering.
Kortom, Pascale heeft haar taak als bibliothecaris steeds plichtsbewust en met de grootste zorg volbracht. We
willen haar dan ook van harte danken voor haar inzet in de voorbije jaren en hopen haar als KVMV-lid nog
vaak op onze activiteiten te mogen ontmoeten. Anderzijds verwelkomen we Lucy als de kersverse KVMV-
bibliothecaris en wensen haar veel succes in deze nieuwe taak.
Lieve

                           

Sporen 2009/4
23

Nieuwtjes uit de recente tijdschriften (09.4)


Wim en Roosmarijn Veraghtert-Steeman
wim.veraghtert@gmail.com - roosmarijn.steeman@natuurpunt.be


Bulletin mycologique et botanique Dauphiné- fructigenus (op een olijfpit).


Savoie, 49 (no. 194), juillet 2009
In dit nummer worden een aantal zeldzame en interes-
Miscellanea Mycologica, 94, 2009
sante vondsten uit 2007 besproken door J-L Fasciotto. J. J. Wuilbaut bespreekt enkele vondsten van het voor-
Tremella moriformis, Guepinopsis buccina, Elaphocor- jaar en de zomer van 2008 met illustraties: Strobilurus
dyceps rouxii, Discina melaleuca; Psathyrella leuco- esculentus, Pseudoplectania nigrella, Sarcoscypha coc-
tephra en Ptychogaster albus, Ramaria apiculata, Ra- cinea, Morchella pseudoumbrina, Disciotis venosa,
maria fennica var. griseolilacina, Clitocybe fuligineipes, Pholiotina aporos, Vibrissea truncorum, Pachyella ba-
Xerocomus armeniacus f. erythrocephalus en Ceratio- bingtonii, Agrocybe aegerita, Agrocybe semiorbicularis,
myxa porioides (f. flava) werden door de auteur gefoto- Psathyrella spadiceogrisea, Agrocybe praecox, Panae-
grafeerd. Per collectie worden de habitat en de macro- olus ater, Entoloma clypeatum, Collybia aquosa, Calo-
scopie van de collecties beschreven. M. Renard heeft cybe gambosa, Inocybe patouillardii, Tarzetta catinus
het over enkele merkwaardige plaatjeszwammen uit de en Inocybe cervicolor. Daarna geeft hij het vervolg op
Loirestreek: Cortinarius pseudopraestigiosus, Cortina- het artikel over mycologie en iconografie door de tijden
rius tortuosus, Lactarius sphagneti, Russula griseascens heen.
en Russula drimeia f. mellina (met foto’s en uitgebreide
beschrijvingen). Ook M. Martin beschrijft en illustreert
Coolia, 52 (4)
vijf soorten die door hem verzameld werden in 2007:
Agrocybe arvalis, Coprinus lagopus, Cortinarius sac- M. Boomsluiter snijdt een contesterend thema aan met
chariosmus, Peziza saniosa en Tulostoma kotlabae. De zijn artikel over bedreiging van invasieve exoten voor
recent verschenen monografie over het genus Crepido- de inheemse mycoflora. Door de levenswijze van pad-
tus in Europa (il Genere Crepidotus in Europe) van G. denstoelen, het gebrek aan kennis en de verschillende
consiglio & L. Setti wordt gereviseerd door A. Bidaud. interpretaties blijkt het uiteindelijk moeilijk te beoorde-
Samen met J. Gane beschrijft A. Bidaud twee nieuwe len hoeveel soorten in Nederland exoten zijn. Jaren-
vormen van Cortinarius olidoamarus A. Favre, die on- lange, nauwkeurige monitoring is nodig om te bepalen
der coniferen groeien. N. Vanvooren illustreert een paar of een soort zich invasief gedraagt. De Zwarte amaniet
inoperculate discomyceten uit de groep van de Helotia- (Amanita inopinata) wordt door de Societé Mycologi-
les die in het voorjaar werden ingezameld. que de France reeds gezien als een potentiële invasieve
soort. G. Winkel ging op zijn knieën voor de kleintjes in
Field Mycology, 10 (3), 2009 het arboretum Poort-Bulten. Het Gerimpeld boogster-
renmos blijkt de soort bij voorkeur van het Kringmos-
Bruce Ing & Malcom Storey geven een portret van Bad- oortje (Rimbachia neckerae); slechts enkele exemplaren
hamia melanospora, een zeldzame myxomyceet die niet werden gevonden op Gewoon haarmos. De determinatie
typisch is voor het genus Badhamia en vroeger gekend van deze vondst wordt uitgebreid besproken en geïllus-
was als Badhamia gracilis. “Slijmzwammen voor begin- treerd. Er wordt ook een overzicht gegeven van de in
ners” is een introductie in de wereld van de myxomyce- Nederland voorkomende mosoortjes en hun kenmerken.
ten door P. Cullington. De verschillende groepen komen Het bekijken van een meegenomen ascomyceet (Hyme-
aan bod met foto’s van macro- en microscopie. Leuco- noscyphus vernus) zorgde voor M. Jagers voor een
paxillus tricolor werd in september 2008 voor het eerst microscopische verrassing: de Hymenoscyphus werd ge-
waargenomen in Groot-Britannië. G. Kibby, A. Henrici parasiteerd door een heterobasidiomyceet, Xenolachne
en B.M. Spooner identificeerden deze collectie die werd longicornis. Foto’s van micro- en macroscopie en be-
ingezameld in Cambridgeshire bij Beuk op kalkrijke schrijving van beide vondsten komen aan bod in dit arti-
bodem. R. Stephenson blikt persoonlijk terug op dertig kel. N. Dam brengt verslag uit van een excursie die ge-
jaar mycologie en overloopt hierbij zijn meest bijzon- organiseerd werd door de Cortinarius-werkgroep op 26
dere vondsten chronologisch. T. Kyriakou, M. Loizides oktober 2008 in de omgeving van Winterswijk. Hierbij
& A. Tziakouris bespreken een aantal gekende en min- werden in totaal 26 soorten gevonden, waarvan drie col-
der gekende soorten die waargenomen werden op Cy- lecties uitgebreid beschreven en geïllustreerd werden. C.
prus: Laetiporus sulphureus (op Eucalyptus), Battarea cephalixus en C. melanotus zijn nieuw voor Nederland.
stevenii (prominent aanwezig), Gyrophragmium dunalii Om er achter te komen welke dieren verantwoordelijk
(woestijnspecialist), Cantharellus subpruinosus, Terfe- waren voor het aanvreten van een paar hertentruffels
zia claverui (een woestijntruffel) en Hymenoscyphus deed M. Boomsluiter een kort onderzoek in samen-

                           

2009/4 Sporen
24

werking met zoogdierkenners F. Bosch en M. Langen- Zeitschrift für Mykologie, 75 (2), September 2009
voort.
J. Christan en N.S. Yorou beschrijven twee nieuwe Ra-
maria-soorten uit Benin: R. sinsinii en R. beninensis.
Cryptogamie, vol. 30 (2), juni 2009 Intrigerend is de bijdrage van W. Jurkeit en F. Krauch
M. Noordeloos en G.M. Gates vervolledigen hun studie over Russula atrorubens en R. laccata. R. olivaceovio-
van het genus Entoloma in Tasmanië. 15 nieuwe soorten lascens beschouwen zij als een ‘nomen confusum’. Ver-
voor de wetenschap worden beschreven, met kleuren- der wijzen zij nadrukkelijk op de verschillende ecologie
foto’s en microtekeningen: E. perbloxamii, E. fuligineo- van eerstgenoemde soorten (in N.-Duitsland) waarbij R.
violaceum, E. natalis-domini, E. sassafras, E. saponi- atrorubens een sparrenbegeleider is en R. laccata een
cum, E. asprellopsis, E. totialbum, E. transmutans, E. strikte wilgenbegeleider (dit strookt niet met de Vlaam-
melanophtalmum, E. tenuicystidiatum, E. griseosqua- se situatie waar R. atrorubens courant in wilgenbroeken
mulosum, E. psilocyboides, E. strigosum en E. cystidio- wordt genoteerd). Microtekeningen en kleurenfoto’s il-
sum. G. Corriol beschrijft Pyrrhoglossum moliniophi- lustreren het artikel. A. Melzer onderzocht de variabi-
lum sp. nov., een eerste soort van dit (met Gymnopilus liteit van Psathyrella pseudocorrugis (met kleurenfoto’s
verwante) genus in Europa (met kleurenfoto en micro- en microtekeningen). De Australische parasiet Puccinia
tekening). Het betreft hier kleine, excentrisch gesteelde lagenophorae werd in Duitsland op 3 nieuwe (exoti-
paddenstoeltjes die in Zuid-Frankrijk op dode stengels sche) plantensoorten vastgesteld, zo berichten M.
van Pijpenstrootje werden aangetroffen. Mycena sub- Scholler, U. Richter en H. Jage. J. Albers en B. Grau-
insignis sp. nov. wordt als nieuwe soort uit Centraal- winkel laten twee zeldzame parasieten op insecten aan
Spanje gedocumenteerd door F. Esteve-Raventos en bod komen: Cordyceps bifusispora en C. forquignonii
J.M. Barrasa (met kleurenfoto en microtekening). Uit (met kleurenfoto’s). De verschillen tussen deze soorten
Madagascar wordt door B. Duhem en H. Michel een (+ C. sphecocephala en C. myrmecophila) worden be-
nieuwe soort Corticium, C. malagasoroseum, beschre- licht. T. Gräfenhan geeft een uitvoerige bespreking van
ven. Zij bespreken ook Dentocorticium pilatii en Den- het genus Cosmospora (Hypocreales, met soorten uit het
drocorticium piceinum (met microtekeningen). Het arti- voormalige Nectria episphaeria-complex). De relaties
kel besluit met een sleutel voor alle gekende Corticium- tussen anamorf en teleomorf komen eveneens aan bod.
soorten wereldwijd. A. Pinnoi, S. Phongpaichit, K.D. A. Kuhnt publiceert zijn vierde bijdrage over nivicole
Hyde en E.B.G. Jones belichten de diversiteit aan fungi myxomyceten uit Duitsland. 11 soorten uit de Physara-
(88 soorten) op Calamus-palmen in Thaise wouden. Een les worden besproken waarvan Diderma fallax en Didy-
bijdrage van J. Mouchacca over hyphomyceten uit het mium decipiens nieuw zijn voor Duitsland (met kleuren-
Midden-Oosten sluit dit nummer af. foto’s en microtekeningen). Tenslotte tonen H. Dörfelt
en M. Eckart het mycologische levenswerk van Johanna
Rivista di Micologia, 52 (1), maart 2009 Schultze-Wege (1844-1918) met mooie kleurenplaten.

G. Robich en G. Gasparini beschrijven een nieuwe


De Aardster, 11 (2)
Mycena uit Italië, in de sectie Insignes: M. choriophila,
die op een bemoste sparrenstronk werd aangetroffen Voorzitter Pol Debaenst geeft zijn voorwoord de titel:
(met kleurenfoto en microtekening). M. Carbone geeft “Relatief goed”, wat verwijst naar een geslaagd seizoen
een overzicht van het genus Otidea, waarbij Otidea ono- voor de voorjaarspaddenstoelen. Vervolgens wordt een
tica onder de loep wordt genomen en een epitype wordt overzicht gegeven van de tussendoor-waarnemingen
voorgesteld. A. Cappelli bericht over een vondst van van R. Billiau, H. Batteu, J. Devos, H. Nottebaere, J.
Agaricus subfloccosus (met kleurenfoto en microteke- Launoy, G. Warreyn en P. Debaenst. Een overzicht van
ning) in Noord-Italië. In een volgende bijdrage bespre- 8 veel voorkomende schimmels die voornamelijk schra-
ken G. Liberti en M. Sarasani twee weinig gekende gas- le gazons schade kunnen toebrengen, wordt gegeven
teromyceten: Phellorinia herculanea en Geastrum coro- door P. Debaenst. Op 4 april ging er een excursie door
natum (met macro- en microfoto’s). E. Battistin ont- in de Krakeelduinen in De Panne en op 16 mei trok de
dekte nieuwe macrochemische reacties bij exsiccaten groep naar de Hoge Blekker in Koksijde. De volledige
van Gymnopus luxurians (met kleurenfoto’s). G. Baiano soortenlijst van beide excursies wordt weergegeven. Op
en M. Filippa hebben het over het voorkomen van 4 25 april ging P. Debaenst alleen op stap in de SIMLI-
gasteromyceten aan de kust van de Tyrrheense Zee: duinen en ontdekte daar Helvella spadicea te midden
Bovista aestivalis, Pisolithus arhizus, Scleroderma cepa van een verdoken stortplaats. Tenslotte wordt wat extra
en Tulostoma giovanellae (met kleurenfoto’s en micro- informatie gegeven over het welgekende Wijnendalebos
tekeningen). Tenslotte belicht A. Lantieri de vondsten te Torhout, waar op 13 juni een inventarisatie van de
van 3 bijzondere ascomyceten in Calabrië: Ramsbot- mycoflora werd uitgevoerd. De ledenlijst van de groep
tomia crechqueraultii, Scutellinia pilatii en Trichophaea en een aankondiging van de activiteiten sluiten het
woolhopeia (telkens met macro- en microfoto’s). tijdschrift af.

                           

Sporen 2009/4
COLOFON
SPOREN is een uitgave van de KVMV, de Koninklijke Vlaamse Mycologische Vereniging vzw.
Afdelingen: Antwerpse Mycologische Kring (AMK), Mycologische Werkgroep Limburg (Mycolim), Oost-Vlaamse
Mycologische Werkgroep (OVMW) en Zelfstandige Werkgroep voor Amateurmycologen (ZWAM).
Voorzitter: Bernard Declercq
Molenbergstraat 1, 9180 Stekene - 09/345 03 56 - bernard.declercq2@pandora.be
Ondervoorzitter: Robert De Ceuster
Kloosterbergstraat 34, 3290 Diest - 013/33 57 96 - robert.de.ceuster@scarlet.be
Penningmeester: Lieve Van Boeckel-Deceuninck
Berten Pilstraat 20, 2640 Mortsel - 03/455 01 27 - 0475/268 167 - lieve.deceuninck@skynet.be
Secretaris: Peter Verstraeten
Draverstraat 29, 9810 Nazareth - 09/385 41 74 - verstraeten.peter@skynet.be
Ledenadministratie: Myriam de Haan
Leopoldstraat 20, bus 1.1, 2850 Boom - 03/888 75 14 - myriam.de.haan@skynet.be
Overige bestuurders:
André De Kesel, Haesaertsplaats 15, 2850 Boom - 02/260 09 38 - adk@br.fgov.be
Gut Driesen-Tilkin, Kruisheideweg 32, 3520 Zonhoven - 011/72 59 24 - driesen.tilkin@pandora.be
Roosmarijn Steeman, Bist 66, 2500 Lier - 0485/68 88 48 - roosmarijn.steeman@gmail.com
William Coeck, Brandstraat 40, 2850 Boom - 03/888 42 89 - william.coeck@pandora.be
Wim Veraghtert, Bist 66, 2500 Lier - 0496/97 87 79 - wim.veraghtert@gmail.com
Internet: AMK: www.kamk.be
Mycolim: www.mycolim.be
ZWAM: www.zwamleuven.org
Verantwoordelijke bibliotheek:
Pascale Holemans, Arthur Matthyslaan 89, 2140 Borgerhout - 03/322 40 05 - pascale.holemans@skynet.be
FUNBEL
Secretariaat: EmileVandeven, Opperveldlaan 14, 1800 Vilvoorde, 02/267 74 18.
Lidmaatschap KVMV 2010: bedraagt 18,00 euro (gezinslidgeld 20,00 euro) te storten op rekening 737-0187576-21
van de Koninklijke Vlaamse Mycologische Vereniging te Antwerpen. Voor buitenlandse leden bedraagt het lidmaat-
schap 20,00 euro (22,00 euro voor een gezin). De eventuele bankkosten worden gedragen door de opdracht-
gever. IBAN-nummer BE17 7370 1875 7621, BIC-code KREDBEBB. De nieuwsbrief Sporen (4 maal/jaar) en
Sterbeeckia zijn begrepen in het lidgeld.


Verantwoordelijke uitgever: Danny Minnebo, Kleine Molenstraat 19, 9290 Overmere


Redactieleden: Georges Buelens, Robert De Ceuster, Gut Tilkin, Wim Veraghtert en Peter Verstraeten
Eindredactie en layout: Danny Minnebo - 09/367 95 49 - minnebo.troch@pandora.be
Verzending: Christine Van Lommel, Jozef Verbovenlei 34, 2100 Deurne
Ieder lid kan publiceren in Sporen. Teksten voor het volgende nummer moeten vóór 1 februari 2010 gemaild wor-
den naar de eigen afdelingscoördinator: AMK > Wim Veraghtert - wim.veraghtert@gmail.com
MYCOLIM > Gut Tilkin - driesen.tilkin@pandora.be
OVMW > Peter Verstraeten - verstraeten.peter@skynet.be
ZWAM > Georges Buelens - georges.buelens@telenet.be
Foto’s of figuren in de tekst worden best nog eens afzonderlijk meegestuurd als beeldbestand, bijvoorbeeld .jpg.

Sporen wordt gerealiseerd met de steun van het Provinciebestuur van Antwerpen.

COPYRIGHT ©
Het copyright voor tekst en illustraties van de artikels berust bij de Koninklijke Vlaamse Mycologische Vereniging
(KVMV). Auteurs behouden het recht om de eigen tekst en illustraties voor andere doeleinden te gebruiken. Het is
niet toegestaan volledige of gedeelten van artikels of illustraties over te nemen zonder toestemming van de redactie.

ISSN 2030-367X
België - Belgique
Sporen 2009/4 P.B.

december 2009 2600 Berchem 1/2

Nieuwsbrief van de 8/4784

Koninklijke Vlaamse
Mycologische Vereniging

V.U. D. Minnebo
Kleine Molenstraat 19
9290 Overmere

Verzending:
C. Van Lommel
Jozef Verbovenlei 34
2100 Deurne
03/322 64 06

Afgiftekantoor: Berchem 1/2


Erkenningsnummer P508807

SPOREN

De gegevens op het adresetiket zijn opgenomen in een geautomatiseerd gegevensbestand. Ieder lid kan de gegevens over zichzelf inzien bij de ledenadministratie.

You might also like