Assignment 5

Welmoed Schouwstra
s1081728
nummer: 97

1.
Het effect van onderwijs op links rechts plaatsing wordt gemediated door de houding ten
opzicht van immigratie. Dit betekent dat onderwijs invloed heeft op de houding ten opzichte
van immigratie en de houding van immigratie heeft invloed op de links/recht identificatie.
X -> Z -> Y
X = Onderwijs
Z = Houding ten opzichte van immigratie
Y = Links/rechts identificatie
Z is hier een tussenstap, de mediator. Er is sprake van een indirect effect tussen X en Y.

2.
a.
De 3 criteria voor mediation zijn:
1. X moet een significant effect op Y
2. Het originele effect van X op Y moet afnemen als Z gecontroleerd wordt
3. Het indirecte effect moet significant zijn in de sobel test

1: In de coefficienten tabel is te lezen dat educatie (X) een effect heeft op links/rechts
plaatsing (Y), want unstandarized B = -0.023, dit is kleiner dan de alpha van 0.05. X heeft een
significant effect op Y.

2: Als Z gecontroleerd wordt is in de andere tabel te lezen dat de unstandarized B verandert is

van -0.023 naar -0.011. Het is dus afgenomen.

3: Dit is de uitslag van de sobel- test:

Unstandardized coefficient of IV -> Mediator (a): -0,015

Standard error of IV -> Mediator (se a): 0,004
Unstandardized coefficient of M->DV with IV in eqn (b): 0,648
Standard error of M->DV with IV in eqn (se b): 0,001
Two-tailed p value
Sobel's z -3,74994 0,000176879
Aroian's z -3,74993 0,000176882
Goodman's z -3,74994 0,000176876

De test is significant, want de p waarde is 0,000176879. Dit zit onder de alpha van 0.05.

b.
We kunnen concluderen dat de houdingen over migratie een mediator is. Het effect heeft
voldaan aan alle 3 de criteria. Educatie beïnvloedt -> houding over immigratie beïnvloedt->
links/rechts identificatie.

3.
Moderation in dit voorbeeld betekent dat links/rechts identificatie invloed heeft op het
verband tussen de hoogte van inkomen en steun voor inkomensherverdeling. Links/rechts
identificatie is in dit geval Z. Links/rechts identificatie Z bepaald hoe sterk het effect tussen X
(inkomen) en Y (steun inkomensverdeling) is. Het verband tussen X en Y hangt af van Z.
4.
a.
Met de toevoeging van de interactie variabele kunnen we zien of het effect van inkomen op
steun inkomensherverdeling gemodereerd wordt door links/rechts identificatie.
In de output is te zien dat de significantie van de interactie variabel <0.001 is. Dit is lager dan
0.05. Dit betekent dat het effect van inkomen op steun inkomensherverdeling gemodereerd
wordt door links/rechts identificatie.

b.
Wat de moderator voor invloed heeft op het effect van inkomen op steun
inkomensherverdeling is te zien in de interaction coefficient: 0.022. Dit betekent dat als
inkomen met 1 omhoog gaat, het effect van links/rechts identificatie op de steun voor
inkomensherverdeling met 0.022 toeneemt.

c.
We kunnen concluderen dat iemand die hoger scoort op links/rechts identificatie, ook hoger
scoort op steun voor inkomensverdeling.

5.
De tevredenheid over iemands inkomen hangt af wat diegene er mee kan doen. Een hoger
inkomen betekent vaak dat iemand meer producten kan kopen, wat tot meer tevredenheid
leidt. Op een bepaald punt kan je zo veel verdienen dat je alles al hebt. Als je inkomen dan
stijgt, stijgt de tevredenheid niet mee.

6.
Het effect van de kwadratische variabele is 0.013, dit is positief. Dit betekent dat het effect
van inkomen en tevredenheid over inkomen zwakker is op de lagere waarden van inkomen en
sterker is op de hogere waarden van inkomen.

7.
In de grafiek is te te zien, hoe de lijn in de scatterplot non-lineair loopt. Dit betekent dat het
effect tussen inkomen en de tevredenheid over inkomen niet-evenredig zal dalen. Het effect
op de lagere waarden zal zwakker zijn en sterker zijn op hogere waarden, de marginale
toename zal dus dalen.

8.
****************
Assignment 5
****************

REGRESSION
/DEPENDENT lrscale
/METHOD=ENTER eisced.

REGRESSION
/DEPENDENT lrscale
/METHOD=ENTER eisced imdfetn.

REGRESSION
/DEPENDENT imdfetn
/METHOD=ENTER eisced.

DESCRIPTIVES VARIABLES=hinctnta lrscale.

COMPUTE Interaction=(hinctnta - 6.56)*(lrscale - 5.12).

Execute.

REGRESSION
/DEPENDENT gincdif
/METHOD=ENTER hinctnta lrscale Interaction.

COMPUTE Xsquared=hinctnta**2.
Execute.

REGRESSION
/DEPENDENT hincfel
/METHOD=ENTER hinctnta Xsquared
/save=pred.

graph
/scatterplot=hinctnta with PRE_1.