You are on page 1of 9

INTERVIEW STEFAN SOTTIAUX EN MAARTJE VAN DER LAAK

‘We beseffen niet hoe uniek België


in het begin was’
De stichters van België zijn vergeten, stellen jurist Stefan Sottiaux en
historica Maartje van der Laak vast. Terwijl onze grondwet een van
de meest vrijheidslievende ter wereld was. ‘We hebben verhalen
nodig die ons opnieuw voeling geven met de fundamenten van onze
rechtsstaat.’
Door Matthias Verbergt, Foto’s Fred Debrock
Zaterdag 12 september 2020 om 3.25 uur

Sottiaux en Van der Laak in het kasteel van Wissekerke: ‘Het België van
vandaag is dood. We moeten onze democratie opnieuw stichten.’
De majestueuze begraafplaats van Brussel ligt vol graven van legendarische
Belgen, van Paul Vanden Boeynants over Raymond Goethals tot Emile
Vandervelde. Maar de rustplaats van de man die het land mee stichtte, ligt er
troosteloos en overwoekerd bij. Tussen het mos, de bladeren en takken is nog
net een Belgisch lintje zichtbaar. De inscripties zijn onleesbaar geworden.
Zijn naam is zelfs geen vermelding waard op de nochtans lange lijst van
notabelen op de Wikipediapagina van het kerkhof.
Grondwetspecialist Stefan Sottiaux (KU Leuven) en historica en schrijfster
Maartje van der Laak stappen wat dichterbij. ‘Louis de Potter, Leader de la
Révolution Belge’, lezen ze op een blinkend plaatje dat een nazaat onlangs
aanbracht. Als journalist keerde De Potter zich enkele jaren voor de Belgische
revolutie tegen de dictatoriale koning Willem I van het Verenigd Koninkrijk
der Nederlanden. Door zijn gevangenisstraf groeide hij uit tot het gezicht van
de nieuwe natie in 1830. Tienduizenden landgenoten onthaalden De Potter,
die terugkeerde uit ballingschap, in die septemberdagen juichend in Brussel.
Als oudste van de Belgische founding fathers nam De Potter de leiding van de
Voorlopige Regering: hij stelde de onafhankelijkheidsverklaring van België
op en las ze voor. De Potter opende daarna het Nationaal Congres, dat begon
aan een grondwet voor het nieuwe land. De republikeinse De Potter haakte
af omdat België een monarchie zou worden, maar het werk van de pioniers
leverde een paar maanden later de meest vrijheidslievende en democratische
grondwet ter wereld op, na die van de VS. ‘Mad democrats’, schreef Leopold
I, die vanuit Engeland naar hier kwam om koning te worden, over de Belgen.

‘De discussies bij het ontstaan van België waren van


wereldniveau. België was daardoor de eerste stabiele
liberale rechtsstaat op het Europese continent’Maartje van der
Laak
Wie kent De Potter en zijn collega’s als Charles Rogier, Alexandre Gendebien
of Sylvain Van de Weyer nog? Sottiaux en Van der Laak verdiepten zich het
afgelopen anderhalf jaar in de figuren, teksten en ideeën van toen. Daar
kwam geen historisch of juridisch werk uit voort, maar wel een spannende
jeugdroman die het hoofdpersonage Sofie langs de levens van de Belgische
voorvaderen leidt, terwijl de toekomst van het land in haar handen ligt.
Conclusie van de twee wetenschappers: de Belgische constitutionele
identiteit is dood. ‘Het is dringend tijd om die opnieuw uit te vinden, want de
waarden en principes die ons land vormgaven, staan onder druk.’ Sottiaux en
Van der Laak pleiten voor een nieuw ‘constitutioneel patriottisme’, te
beginnen bij de jeugd. ‘Er is nood aan een gevoel van gehechtheid aan de
natie. Niet via ras of afkomst, wel via de fundamentele waarden van vrijheid
en gelijkheid.’
Maar die begrippen zijn te abstract en vaag, vinden Sottiaux en Van der Laak.
‘We moeten op zoek naar verhalen met helden, strijd, overwinningen en
opofferingen, toespraken en leuzen. Denk aan de Belgische founding fathers,
maar ook aan verzetshelden of historische figuren uit de vrouwenbeweging
of het verzet. Zij kozen steeds opnieuw voor de rechtsstaat.’
Vodje papier

De Congreskolom wordt omringd door vier vrouwen, die de ‘kardinale’


vrijheden verzinnebeelden: meningsuiting en pers, onderwijs, godsdienst en
vereniging.
Een van de namen die volgens Sottiaux en Van der Laak in elk geheugen
gegrift zouden moeten staan, is Vilain XIIII (Vilain Quatorze), een Vlaams
adellijk geslacht dat onder meer goede banden onderhield met Napoleon
Bonaparte. De familie, waarvan vier leden betrokken waren bij de Belgische
revolutie, speelt een belangrijke rol in het boek. Het kasteel van Wissekerke
in Kruibeke, de thuisbasis van de familie, wordt gerestaureerd en moet vanaf
2022 toeristen aantrekken.
Charles Vilain XIIII wierp zich in de jaren na 1830 op als de behoeder van de
vrijheid van meningsuiting. Als minister van Buitenlandse Zaken weigerde
hij de vraag van het autoritaire Franse regime om uitgeweken Franse
dissidenten de mond te snoeren. ‘Jamais!’, riep hij uit in het parlement. ‘De
uitspraken van Charles Vilain XIIII in het Nationaal Congres vormen de
grondslag van de vrije meningsuiting’, zegt Van der Laak. ‘De discussies bij
het ontstaan van België waren van wereldniveau, met verwijzingen naar
vooral Franse denkers die het Britse parlementaire model bepleitten.’ Ook in
de kranten werden hoogstaande debatten gevoerd over de Belgische
inkleuring van de rechten en vrijheden. ‘België was daardoor de eerste
stabiele liberale rechtsstaat op het Europese continent. We beseffen niet hoe
uniek we toen waren.’
De meeste andere overblijfselen zijn er slechter aan toe dan het kasteel van
Wissekerke. Te midden van het Brusselse Martelaarsplein, waar de Vlaamse
regering zetelt, staat het Pro Patriamonument, de rustplaats van
opstandelingen die tijdens de Belgische revolutie stierven. Omdat de
overheid er niet naar omkijkt, wordt het monument onderhouden door
vrijwilligers. De laatste koning die er een bezoek aan bracht, was Boudewijn.

‘Het gemak waarmee de coronamaatregelen werden


aanvaard, verbaasde me enorm. Dat is te wijten aan het
gebrek aan een volwassen democratische cultuur, denk
ik’Stefan Sottiaux
De oorspronkelijke, handgeschreven versie van de grondwet is een ander
voorbeeld. Sottiaux en Van der Laak ontdekten dat die opgeborgen ligt in een
brandkast in een vestiaire in de Kamer, naast jassen, paraplu’s en brooddozen
– haast als een vodje papier. In de vakliteratuur werd het document verloren
gewaand. Volgens de Kamer wordt het document volgens de regels van de
archiefkunst bewaard. ‘Maar er is geen protocol voor de raadpleging ervan’,
zegt Van der Laak. ‘Dat zegt toch alles over onze grondwetscultuur? In de VS
trekken dergelijke documenten miljoenen bezoekers.’

Vrijheid in alles en voor allen


De Congresplaats, aan de Koningsstraat, ligt er verlaten bij. Boven op de
Congreskolom, 45 meter hoog, kijkt Leopold I over Brussel. Tussen de voegen
komt onkruid piepen. De toren is niet meer toegankelijk, wegens bouwvallig.
Elk jaar stelt Sottiaux aan zijn eerstejaarsstudenten rechten de vraag wie het
monument kent, meestal zonder succes. Op de voorkant staan de namen van
de Belgische voorvaderen in het goud. Zelfs George Washington, James
Madison of Thomas Jefferson, de Amerikaanse founding fathers, klinken
bekender in het Belgische oor dan deze namen.
‘In de 19de eeuw bouwde België aan een sterke grondwetscultus’, zegt
Sottiaux. ‘Het land moest opgebouwd worden, en ook de ongeletterde massa
moest mee in het Belgische verhaal worden getrokken.’ De grondwettelijke
rechten en vrijheden werden vertaald in beelden, prenten, kaarten en
munten. In 1859 was de Congreskolom klaar. De toren wordt omringd door
vier vrouwen, die de vier ‘kardinale’ vrijheden verzinnebeelden:
meningsuiting en pers, onderwijs, godsdienst en vereniging.

De oorspronkelijke, handgeschreven versie van de


grondwet, ontdekten Sottiaux en Van der Laak, ligt
opgeborgen in een brandkast in een vestiaire in de Kamer,
naast jassen, paraplu’s en brooddozen
Die vier komen voort uit het monsterverbond dat liberalen en katholieken,
tot dan aartsvijanden, verenigde in het verzet tegen Willem I. Ze vonden -
elkaar in erg verregaande vrijheden die zouden beschermen tegen
overheidsinmenging. ‘Dat was onze eigen invulling van de
verlichtingswaarden, die abstract en universeel zijn’, zegt Sottiaux. De
Belgische interpretatie van godsdienstvrijheid is bijvoorbeeld veel vrijer dan
de Franse laïcité, en neigt naar de Angelsaksische, meer pluralistische
traditie. ‘Liberté en tout et pour tous’ is de vergeten Belgische versie van het
Franse ‘liberté, égalité et fraternité’.
Sottiaux pleit ervoor om onze hedendaagse interpretatie van grondrechten
weer meer op de oorspronkelijke vertaling te enten, zoals besproken in het
Nationaal Congres. ‘Vandaag spiegelen we ons te vaak aan internationale
normen, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Maar dat geldt bijvoorbeeld ook in Turkije en Rusland. Willen wij onze
zwaarbevochten grondrechten op dezelfde manier interpreteren? Onze eigen
grondwet geeft bijvoorbeeld veel meer ruimte aan de vrije meningsuiting dan
het EVRM.’ Die traditie moeten we volgens Sottiaux verderzetten.

Antwerpse avondklok
De Belgische grondwet is samen met de Amerikaanse en de Noorse de oudste
ter wereld. Het boek van Sottiaux en Van der Laak draait om de zoektocht
naar een fictief ‘Beëindigingsdecreet’ dat het Nationaal Congres gestemd zou
hebben en dat voorziet in het vervallen van de grondwet in 2031. ‘Dat is de
denkoefening die we de lezer voorschotelen: hoe vernieuwen we onze
democratie?’, zegt Van der Laak.
Het oordeel van Sottiaux over het huidige België is scherp. ‘Ik ben er
voorstander van dat bepaalde grondregels niet zomaar door een meerderheid
te wijzigen zijn. Maar dat veronderstelt wel dat er een legitiem, stabiel en
efficiënt democratisch systeem is. Ons land is disfunctioneel geworden. Het
België van vandaag is dood. We moeten onze democratie opnieuw stichten.
Onze voorvaderen hadden zoiets trouwens voorzien. Tijdens de besprekingen
van de grondwet kwam de situatie ter sprake waarbij het volk opnieuw het
recht had om verzet te plegen en de constituerende macht in handen te
nemen.’
Hebben we dat punt bereikt?
Sottiaux: ‘Dat oordeel laat ik aan de lezer. Maar we zitten in een doodlopende
straat en moeten opnieuw vooruit.’
Het graf van Louis de Potter, een van de stichters van België, ligt er
verloederd bij.
Van der Laak: ‘Het zal niet volstaan om de bladeren van het graf van De
Potter te borstelen, of de authentieke grondwet tentoon te stellen.’
Sottiaux: ‘Kijk naar de toespraak die de Franse president Emmanuel Macron
vorige week gaf naar aanleiding van het 150-jarige bestaan van de Franse
republiek. De geschiedenis is een weg naar steeds meer vrijheid en gelijkheid,
zei hij. De Franse republiek is nooit af en moet permanent beschermd
worden. Hetzelfde geldt voor onze democratie.’
In welke context moeten we die oefening doen? In het boek wordt de vraag
opgeworpen of België zoiets overleeft.
Van der Laak: ‘De grenzen waarbinnen rechten en vrijheden vorm krijgen,
zijn ondergeschikt aan die normen zelf. Maar Vlaanderen doet het niet per se
beter. Het duurde langer om de huidige Vlaamse regering te vormen dan om
de oorspronkelijke Belgische grondwet te schrijven.’
Sottiaux: ‘Ons boek is belgicistisch noch separatistisch. Ook Vlaanderen kan
perfect aan zo’n denkoefening beginnen, die als basis kan dienen voor een
eventuele Vlaamse grondwet. We hoeven zeker niet alleen naar de Belgische
revolutie te kijken voor ons gemeenschappelijke verhaal. Al in 1312 was er het
Charter van Kortenberg, dat de voorloper van een grondwet was. Ook figuren
of gebeurtenissen van erna kunnen een inspiratie zijn. Denk aan priester
Daens.’
‘Vlaanderen laat veel kansen liggen. Een begroting in evenwicht zal niet
leiden tot een groter samenhorigheidsgevoel. Kijk naar het onderwijs. In de
nieuwe eindtermen komt het woord “grondwet” twee keer voor, en dan nog
als abstract concept. Er wordt verwezen naar het EVRM, maar niet naar de
Belgische grondwet zelf, die 150 jaar eerder mee de basis legde voor het
EVRM. Dat is toch onbegrijpelijk? In het Verenigd Koninkrijk kan geen
enkele leerling afstuderen die de Magna Carta niet kent.’
Van der Laak: ‘Terwijl jongeren overduidelijk geëngageerd zijn, kijk maar
naar de klimaatmarsen en andere protesten. Maar ze vinden hun weg niet
altijd in de representatieve democratie, omdat ze de principes daarvan te
algemeen aangeleerd krijgen. We hebben verhalen nodig die ons opnieuw
voeling geven met de fundamenten van onze rechtsstaat. Hoe kun je iets
respecteren wat je niet kent?’
Sottiaux: ‘Hetzelfde geldt voor integratie. In Vlaanderen krijgen inburgeraars
vijf waarden mee: respect, solidariteit, burgerschap, vrijheid en gelijkheid.
Dat is zo abstract dat het betekenisloos wordt. Dat volstaat niet om
nieuwkomers warm te maken voor onze democratie.’
Veel landgenoten zijn net trots op het gebrek aan een nationale identiteit. Valt
daar niets voor te zeggen?
Sottiaux: ‘Tot zowat tien jaar geleden was dat nog verdedigbaar. Maar die
democratische decadentie is vandaag gevaarlijk. De liberale rechtsstaat
wordt van te veel kanten bedreigd. Wij zijn opgegroeid met een
communistisch werelddeel en met verse herinneringen aan de Tweede
Wereldoorlog. Jongeren zien veel minder wat het is om niet in een
democratie te leven. Bepaalde illiberale democratieën oogsten zelfs lof, zoals
Singapore. De grootste democratieën ter wereld, de VS maar ook India, -
kraken in hun voegen.’
Van der Laak: ‘Tegelijk zien we dat de democratie slecht aangepast is aan
nieuwe uitdagingen, zoals het klimaat, maar ook terrorisme of een globale
gezondheidscrisis.’
Sottiaux: ‘We hebben nood aan burgers die doordrongen zijn van de
vrijheidsgedachte en die bereid zijn om gezondheid en veiligheid af te wegen
tegen andere belangen, waaronder het voortbestaan van de liberale
democratie.’
U had veel kritiek op bepaalde coronamaatregelen.
Sottiaux: ‘Veel maatregelen waren proportioneel, maar andere helemaal niet.
Ik denk aan het verbod om naar tweede verblijven te gaan, de Antwerpse
avondklok of de mensonwaardige behandeling van ouderen. Wat me vooral
stoorde, is dat wie opkwam voor individuele vrijheden werd weggezet als een
egoïst. Wie dat doet, beseft niet dat individuele vrijheden net de hele
maatschappij beschermen. Op z’n minst moet er discussie kunnen zijn, en
dat kon lange tijd niet. Ook de media waren volgens mij te meegaand.’
Is die laksheid te wijten aan het gebrek aan een volwassen democratische
cultuur?
Sottiaux: ‘Ik denk van wel. Het gemak waarmee de maatregelen werden
aanvaard, verbaasde me enorm.’
Identiteit is een beladen begrip. Hoever moet of mag zo’n nationale identiteit
gaan?
Sottiaux: ‘Identiteitsdenken op zich is niet problematisch, maar
doorgedreven identiteitsdenken leidt tot een aantasting van grondrechten.
Identitair rechts schermt graag met de verlichtingswaarden, maar dan een
heel specifieke versie daarvan die bijvoorbeeld de godsdienstvrijheid beknot
en die niet strookt met die van onze founding fathers. Dat het Grondwettelijk
Hof onlangs aanvaardde dat volwassenen hun hoofddoek op de hogeschool
moeten afzetten, is absurd. Dat is het einde van de godsdienstvrijheid. Maar
ook links-identitair denken houdt gevaren in. Niemand heeft het recht om
niet beledigd te worden, dat gaat lijnrecht in tegen de vrijheid van
meningsuiting. Een debat onmogelijk maken gaat in tegen de oorspronkelijke
filosofie van onze grondwet.’
Hoe wilt u zo’n nationaal debat in gang zetten? In 1830 besliste een elite.
Van der Laak: ‘Omdat er bij ons geen nationaal verhaal meer bestaat, kun je
dit niet overlaten aan een groepje filosofen of politici. De hele bevolking moet
betrokken worden. Maar er is een momentum nodig, en het is erg moeilijk
om dat artificieel te creëren.’
Sottiaux: ‘Er broeit van alles. Het is nu het moment om na te denken over hoe
we ons voorbereiden op een nieuwe toekomst voor België. Grijpen we terug
naar de waarden van de founding fathers of schrijven we iets nieuws?
Misschien is de 200ste verjaardag van België, in 2030, wel een mooie
horizon. Als België er dan nog is.’

You might also like