You are on page 1of 4

EERSTE ZONDAG VAN DE ADVENT

tijdeigen gebeden

p. 9 Introitus. Ps. 24, 1-3 Ad te le- Tot U verhef ik mijn ziel; mijn
vavi animam meam: Deus meus, in God, op U vertrouw ik: wil mij niet
te confido, non erubescam: neque beschamen en laat mijn vijanden
irrideant me inimici mei: etenim mij niet bespotten. Want al wie U
universi, qui te exspectant non verbeiden, zullen niet te schande
confundentur. Ps. 24, 4 Vias tuas, worden. Ps. Heer, toon mij uw
Domine, demonstra mihi: et semi- wegen, en maak mij uw paden be-
tas tuas edoce me. ℣. Gloria Patri... kend. ℣. Eer aan de Vader...

p. 10 Collecte. Excita, quæsumus Wij smeken U, Heer, wek uw


Domine, potentiam tuam, et veni: macht op en kom, opdat wij uit
ut ab imminentibus peccatorum de dreigende gevaren van onze
nostrorum periculis, etmereamur zonden door uw bescherming mo-
protegente eripi, te liberante salva- gen gered en door uw bevrijding
ri. Qui vivas et regnas cum Deo Pa- verlost worden: Die als God leeft
tre in unitate Spiritus Sancti Deus: en heerst met God de Vader in de
per omnia sæcula sæculorum. eenheid met de Heilige Geest, door
alle eeuwen der eeuwen.

p. 11 Epistel (Romeinen 13, 11-14)

F ratres: Scientes, quia hora est


iam nos de somno surgere.
Nunc enim propior est nostra salus,
B roeders, gij kent de tijd waarin
wij leven, gij weet dat het uur
om uit de slaap te ontwaken reeds
quam cum credidimus. Nox præ- is aangebroken. Thans is ons heil
cessit, dies autem appropinquavit. dichterbij dan toen wij tot het ge-
Abiiciamus ergo opera tenebra- loof kwamen. De nacht loopt ten
rum, et induamur arma lucis. Sicut einde, de dag breekt aan. Laten
in die honeste ambulemus: non in wij ons dus ontdoen van de werken
comessationibus, et ebrietatibus, der duisternis en ons wapenen met
non in cubilibus, et impudicitiis, het licht. Laten wij ons behoorlijk
non in contentione, et æmulatione, gedragen, als op klaarlichte dag,
sed induimini Dominum Iesum en ons onthouden van braspartijen
Christum. en drinkgelagen, van ontucht en
II ROMEINS MISSAAL 1962

losbandigheid, van twist en nijd;


maar bekleedt u met de Heer Jezus
Christus.

p. 11 Graduale. Ps. 24, 3 et 4 Uni- Al wie U verbeiden, zullen niet


versi, qui te exspectant, non con- te schande worden, o Heer. ℣.
fundentur, Domine. ℣. Vias tuas, Heer, toon mij uw wegen en maak
Domine, notas fac mihi: et semitas mij uw paden bekend.
tuas edoce me.

p. 11 Alleluia, alleluia. ℣. Ps. 84, 8, Alleluia, alleluia. ℣. Betoon


14 Ostende nobis, Domine, miseri- ons, Heer, uw barmhartigheid en
cordiam tuam, et salutare tuum da schenk ons uw heil. Alleluia.
nobis. Alleluia.

p. 11 Evangelie (Lukas 21, 25-33)

I n illo tempore: Dixit Iesus disci-


pulis suis: Erunt signa in sole, et
luna, et stellis, et in terrispressura
I n die tijd zei Jezus tot zijn leer-
lingen: “Er zullen tekenen zijn
aan zon, maan en sterren en op
gentium præ confusione sonitus de aarde zullen de volkeren in
maris, et fluctuum: arescentibus angst verkeren, radeloos door het
hominibus præ timore et exspecta- gebulder van de onstuimige zee.
tione, quæ supervenient universo De mensen zullen het besterven
orbi: nam virtutes cælorum move- van schrik, in spanning om wat
buntur. Et tunc videbunt Filium de wereld gaat overkomen. Want
hominis venientem in nube cum de hemelse heerscharen zullen in
potestate magna, et maiestate. His verwarring geraken. Dan zullen zij
autem fieri incipientibus, respicite, de Mensenzoon zien komen op een
et levate capita vestra: quoniam wolk, met macht en grote heerlijk-
appropinquat redemptio vestra. heid. Wanneer zich dit alles begint
Et dixit illis similitudinem: Videte te voltrekken, richt u dan op en
ficulneam, et omnes arbores: cum heft uw hoofden omhoog want uw
producunt iam ex se fructum, scitis verlossing komt nabij.” Hij maakte
quoniam prope est regnum Dei. een vergelijking en zei: “Kijkt naar
Amen dico vobis, quia nonpræte- de vijgeboom en naar alle andere
ribit generatio hæc, donec omnia bomen: zodra ze uitlopen weet ge
fiant. Cælum et terra transibunt: vanzelf als ge dat ziet, dat de zomer
verba autem mea non transibunt. in aantocht is. Zo ook, wanneer ge
EERSTE ZONDAG VAN DE ADVENT III

al deze dingen ziet weet dan dat


het Rijk Gods nabij is. Voorwaar,
Ik zeg u: dit geslacht zal niet voor-
bijgaan vóór dit alles geschied is.
Hemel en aarde zullen voorbijgaan
maar mijn woorden zullen niet
voorbijgaan.”

p. 14 Offertorium. Ps. 24, 1-3 Ad te Tot U verhef ik mijn ziel; mijn


levavi animam meam: Deus meus, God, op U vertrouw ik: wil mij niet
in te confido, non erubescam: ne- beschamen en laat mijn vijanden
que irrideant me inimici mei: ete- mij niet bespotten. Want al wie U
nim universi, qui te exspectant non verbeiden, zullen niet te schande
confundentur. worden.

p. 18 Secreta. Hæc sacra nos, Heer, moge dit mysterie ons


Domine, potenti virtute mundatos, door zijn grote kracht zuiveren
ad suum faciant puriores venire en ons gelouterd doen opgaan tot
principium. Per Dominum. Hem die er de oorsprong van is.
Door onze Heer.

p. 19 Prefatie van de Advent

V ere dignum et iustum est,


æquum et salutare, nos tibi
semper et ubique gratias agere:
W aarlijk, het is passend en
recht, billijk en zalig, U
altijd en overal dank te zeggen,
Domine, sancte Pater, omnipo- Heer, heilige Vader, almachtige
tens æterne Deus: per Christum eeuwige God, door Christus onze
Dominum nostrum. Quem perdito Heer. Die Gij in barmhartigheid
hominum generi Salvatorem mi- en trouw als Verlosser aan het
sericors et fidelis promisisti: cuius verloren mensdom beloofd hebt,
veritas instrueret inscios, sanctitas opdat zijn waarheid de onweten-
iustificaret impios, virtus adiuva- den zou onderrichten, zijn heilig-
ret infirmos. Dum ergo prope est heid de zondaars rechtvaardigen,
ut veniat quem missurus es, et zijn kracht de gebrekkigen te hulp
dies affulget liberationis nostræ, komen. Nu dan de komst van Die
in hac promissionum tuarum fide Gij zult zenden nabij is en de dag
piis gaudiis exsultamus. Et ideo van onze verlossing aanbreekt,
IV ROMEINS MISSAAL 1962

cum Angelis et Archangelis, cum juichen wij met vrome blijdschap


Thronis et Dominationibus, cum- bij dit vaste geloof in uw beloften.
que omni militia cælestis exerci- En daarom zingen wij met de
tus, hymnum gloriæ tuæ canimus, Engelen en Aartsengelen, met de
sine fine dicentes: Tronen en Heerschappijen en met
gans de hemelse legerschaar, het
loflied van uw heerlijkheid, zonder
ophouden zeggend:

p. 32 Communio. Ps. 84, 13 Do- De Heer zal zijn zegen schen-


minus dabit benignitatem: et terra ken, en onze aarde zal haar vrucht
nostra dabit fructum suum. voortbrengen.

p. 32 Postcommunio. Susci- Laat ons, Heer, uw barmhar-


piamus, Domine, misericordiam tigheid ondervinden in het mid-
tuam in medio templi tui: ut repa- den van uw tempel: opdat wij ons
rationis nostræ ventura solemnia- waardig voorbereiden op het aan-
congruis honoribus præcedamus. staande feest van onze verlossing.
Per Dominum. Door onze Heer Jezus Christus.

You might also like