Professional Documents
Culture Documents
VESPERS
21 januari 2024
Roemeens Orthodoxe Kerk
Psalm 103
Zegen, mijn ziel, de HEER;
HEER mijn God, Gij zijt onnoemlijke groot.
Gij bekleedt U met luister en pracht.
Gij omhult U met licht als een mantel,
Gij spant de hemel uit als een tent.
Gij dekt zijn bovenzalen met water,
Gij gebruikt wolken als voertuig;
Gij wandelt op de wieken der wind.
Gij maakt stormen tot Uw engelen,
4
vuurvlammen tot Uw dienaren.
Gij vestigt de aarde op haar grondslag,
zodat zij niet wankelt in eeuwigheid.
De zee omhulde haar als een mantel,
de wateren stonden tot boven de bergen.
Maar op Uw woord vloden zij heen,
sidderend voor de stem van Uw donder.
Bergen rijzen, vlakten dalen,
op de plaats die Gij hun hebt vastgesteld.
Gij hebt het water met grenzen omringd,
opdat het niet opnieuw de aarde zal overdekken.
Gij laat bronnen ontspringen in de dalen:
midden tussen de bergen stroomt het water.
Om alle dieren des velden te drenken;
de woudezels wachten erop voor hun dorst.
Daarboven nestelen de vogelen des hemels;
temidden der rotsen doen zij hun stem weerklinken.
Vanuit Zijn bovenzalen drenkt Hij de bergen;
met de vrucht van Uw werken wordt de aarde
verzadigd.
Gij laat gras ontspruiten voor het vee,
jong groen, ten dienste der mensen,
om brood voort te brengen uit de aarde.
En wijn, die het hart des mensen verheugt,
om met olie zijn gelaat te doen stralen,
en ‘s mensen hart te sterken met brood.
De bomen in de vlakten brengen hem voedsel,
de ceders van de Libanon, die Hij geplant heeft,
daar nestelen mussen:
de reiger maakt er zijn woning.
De hoge bergen zijn voor de herten,
en de rots is een toevlucht der hazen.
Gij hebt de maan geschapen voor de verschillende
tijden;
de zon weet wanneer hij onder moet gaan.
5
Dan is het duister, en wordt het nacht;
dan komen allerlei dieren uit de struiken tevoorschijn.
Welpen roepen om prooi:
zij vragen hun voedsel aan God.
Daarna gaat de zon op, en zij kruipen bijeen,
om te rusten in hun holen.
Dan gaat de mens uit naar zijn werk,
naar al wat hij doet tot de avond.
Hoe groot zijn Uw werken, o Heer;
Gij hebt alles met wijsheid gemaakt,
Uw scheppingskracht vervult de aarde.
Daar is ook de zee, groot en uitgestrekt,
daar wemelen ontelbare wezens:
kleine dieren, en grote.
Daar varen schepen, maar ook zeemonsters,
die Gij gemaakt hebt om er te spelen.
Allen verwachten van U,
dat Gij hun voedsel geeft te rechter tijd.
Gij geeft het hun, en zij zamelen in;
Gij opent Uw hand, en allen worden met het goede
verzadigd.
Maar als Gij Uw aangezicht afwendt, dan worden zij
verbijsterd.
Gij neemt hun adem weg, en zij bezwijken:
zij keren terug tot hun stof.
Gij zendt Uw Geest uit, en zij worden herschapen:
Gij maakt nieuw het aanschijn van de aarde.
De Heer zij roem in eeuwigheid;
dat de Heer zich verheuge over Zijn werken.
Hij ziet neer op aarde, en doet haar beven;
Hij raakt de bergen aan, en zij gaan op in rook.
Ik wil voor de HEER zingen in heel mijn leven:
psalmzingen voor mijn God, zolang ik besta.
Moge mijn overweging Hem aangenaam zijn,
ikzelf ben verblijd in de HEER.
6
Dat de zondaars van de aarde verdwijnen,
zodat de goddelozen niet meer bestaan.
zegen, mijn ziel, de HEER.
De zon weet wanneer hij onder moet gaan;
dan is het duister en wordt het nacht.
Hoe groot zijn Uw werken, o HEER:
Gij hebt alles met wijsheid gemaakt.
Vredeslitanie
Diaken Laat ons in vrede bidden tot de Heer.
7
Voor deze stad, voor elke stad en streek en voor de
gelovigen die er wonen, bidden wij de Heer.
K Aan U, o Heer.
K Amen.
8
Laat mijn gebed als wierook opstijgen voor Uw
aangezicht.
De opheffing van mijn handen zij een avondoffer;
verhoor mij, o Heer.
Stichieren
11
1.Vers: Want Zijn barmhartigheid is machtig over ons;
en de waarheid des Heren blijft in eeuwigheid.
Theotokion
t.8- De Koning des hemels verscheen uit liefde tot de
mensen op aarde en wandelde onder de mensen want uit de
reine Maagd vlees aangenomen hebbend is Hij uit haar
voortgekomen, als de Zoon tweevoudig van natuur, maar een
in persoon. Terwijl wij Hem verkondigen als volkomen God
en volkomen Men belijden wij Christus als onze God. Smeek
tot Hem, o maagdelijke Moeder, om te redden onze zielen.
12
D Wijsheid, staat recht!
Vreugdevol licht
K Vreugdevol Licht, van de heilige glorie,
van de onsterfelijke hemelse heilige, zalige Vader:
Jezus Christus.
Gekomen bij zonsondergang, en schouwend het
avondlicht,
bezingen wij God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
Waardig is het U te allen tijde te prijzen met heilige
stem.
Zoon van God, Levenschenker.
Daarom verheerlijkt U de wereld.
K En met uw geest.
Prokimen
Zondagavond toon 8 - ps. 133
K Ziet, looft nu de Heer, gij, alle dienaren de Heren. 3x
K En met uw geest.
DE BARMHARTIGE SAMARITAAN
25Daar trad een wetgeleerde naar voren om Hem
op de proef te stellen. Hij zei: 'Meester, wat moet
ik doen om het eeuwig leven te verwerven?' 26Hij
sprak tot hem: 'Wat staat er geschreven in de
Wet? Wat leest ge daar?' 27Hij gaf ten antwoord:
'Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel
uw hart en geheel uw ziel, met al uw krachten en
geheel uw verstand; en uw naaste gelijk
uzelf.' 28Jezus zei: 'Uw antwoord is juist, doe dat
en ge zult leven.' 29Maar omdat hij zijn vraag
wilde verantwoorden, sprak hij tot Jezus: 'En wie
is dan mijn naaste?' 30Nu nam Jezus weer het
woord en zei: 'Eens viel iemand, die op weg was
van Jeruzalem naar Jericho, in de handen van
rovers. Ze plunderden en mishandelden hem en
toen ze aftrokken, lieten ze hem halfdood
liggen. 31Bij toeval kwam er juist een priester
langs die weg; hij zag hem wel, maar liep in een
14
boog om hem heen. 32Zo deed ook een leviet; hij
kwam daarlangs, zag hem, maar liep in een boog
om hem heen. 33Toen kwam een Samaritaan die
op reis was, bij hem; hij zag hem en kreeg
medelijden; 34hij trad op hem toe, goot olie en
wijn op zijn wonden en verbond ze; daarna tilde
hij hem op zijn eigen rijdier, bracht hem naar een
herberg en zorgde voor hem. 35De volgende
morgen haalde hij twee denariën tevoorschijn, gaf
ze aan de waard en zei: Zorg goed voor hem, en
wat ge meer mocht besteden, zal ik u bij mijn
terugkomst vergoeden. 36Wie van deze drie lijkt
u de naaste van de man die in handen van de
rovers gevallen is?' 37Hij antwoordde: 'Die hem
barmhartigheid betoond heeft.' En Jezus sprak:
'Ga dan en doet gij evenzo.'
Na de lezing:
K Eer aan U, o Heer, eer aan U
15
- Dringende litanie –
D Zeggen wij allen met geheel onze ziel en met geheel
ons verstand, zeggen wij:
K Heer, ontferm U.
K Heer, ontferm U.
16
Ook bidden wij voor hen die goede vrucht dragen en
weldoen in deze heilige en eerbiedwaardige kerk, voor hen
die er werken, voor hen die er zingen en voor heel het
aanwezige volk, dat van U grote en rijke ontferming
verwacht.
K Amen.
Vragende litanie
D Laten wij ons avondgebed tot de Heer voltooien.
17
K Heer, ontferm U.
K Heer, ontferm U.
K Amen.
K En met uw geest.
K Voor U, o Heer.
Litie-processie
K t.1- Viert heden, volkeren, de eersteling van onze
Verlosing. Want zij die daartoe vanuit de oudste tijden was
voorbestemd, de maagdelijke Moeder en woonplaats van
God, wordt heden geboren uit de onvruchtbare. Een bloem is
ontsprongen aan Jesse, een rijs is opgestaan uit zijn wortel.
Verheug u, Adam, eerste vader, Eva, jubel van vreugde: Zij
die uit Adams lende werd voortgebracht, roemt op haar
dochter, want door haar word ik vrijgemaakt uit de ketens
der hel. David jubelt en doet zijn harp weerklinken om God
te zegenen, want de maagd wordt geboren uit de schoot die
onvruchtbaar was, voor het heil van onze zielen.
t.2- Komt vrienden van haar die Maagd gebleven is, gij
die de zuiverheid bemint. Ontvangt met liefde de glorie der
maagdelijkheid. De Bron des Levens ontspringt uit de harde
rots; het braambos ontspruit uit de onvruchtbare aarde, dat
doorgloeid zal worden door het onstoffelijk vuur, dat onze
zielen reinigt en verlicht.
K Heer, ontferm U. 3x
22
voor de verkwikking en zalige gedachtenis en vergeving
van zonden van al de orthodoxen die ons zijn voorafgegaan,
en die hier en overal begraven liggen;
voor de bevrijding van de krijgsgevangenen;
en voor allen die hopen op Gods ontferming, laat ons
zeggen:
K Heer, ontferm U. 3x
K Heer, ontferm U. 3x
K Heer, ontferm U. 3x
K En met uw geest.
K Voor U, o Heer.
Litie-gebed
P Genadenrijke Meester, Heer Jezus Christus, onze
God, door de voorspraak van onze ongerepte Vrouwe, de
Moeder Gods en altijd-maagd Maria;
door de kracht van het kostbare en levendmakende
Kruis;
door de bescherming van de geëerde, hemelse,
onlichamelijke krachten;
door de smeekbeden van de geëerde, roemrijke profeet,
voorloper en doper Johannes;
van de heilige roemrijke en alomgeprezen apostelen;
van onze heilige vaders en oecumenische leraren, de
hiërarchen Basilius de Grote, Gregorius de Theoloog en
Johannes Chrysostomus;
van onze heilige vader Nikolaas, aartsbisschop van
Myra, de wonderdoener;
van de Alheilige Moeder Gods, de beschermster van
deze kerk,
van de heilige overwinningdragende grootmartelaren
Georgius en Dimitrius de Myronvloeiende; van de heilige,
roemrijke en zegevierende martelaren;
van onze gewijde Goddragende vaders;
van de heilige en rechtvaardige Godsvoorouders
Joachim en Anna;
24
van de heilige Apostel Timotheüs en de heilige
martelaar Anastasius, van wie wij de gedachtenis vieren;
en van al Uw heiligen:
Moge ons gebed welgevallig zijn;
K Amen.
schenk ons vergeving van onze overtredingen;
K Amen.
bedek ons met de beschutting van Uw vleugelen;
K Amen.
verjaag van ons iedere vijand en tegenstander;
K Amen.
maak ons leven vredig;
K Amen.
Heer, ontferm U over ons en over Uw wereld en red
onze zielen, want Gij zijt goed en menslievend.
K Amen.
- Apostichen -
t.8- Gij zijt op het kruis opgegaan, o Jezus, Hij Die uit
de hemel zijt neergedaald; Gij zijt gekomen naar de dood,
Leven zonder dood; voor hen die in duisternis zijn, het ware
Licht; voor de gevallenen, de opstanding van allen; Gij die
ons Licht en Redder zijt, ere zij U.
25
Vers: Vast staat thans de wereld, onwrikbaar.
Nu en… theotokion
Of kruis-theotokion
t.2- Toen gij moest aanschouwen hoe de Schepper van
het heelal zulke beledigingen en mishandelingen moest
verduren en dat Hij aan een Kruis gehangen werd, Al-
onbevlekte, hebt gij wenend gezegd: boven alles bezingens-
waardige Heer, mijn Zoon en God, hoe kunt Gij, o Meester,
Die toch heel de schepping wilde eren, zulk een oneer in Uw
vlees verdragen? Ere zij Uw onmetelijke medelijden, en Uw
neerbuigen tot de mensheid, Gij enig Menslievende.
27
Eer aan de Vader, de Zoon en de Heilige Geest,
nu en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
L Amen.
28
Van de heilige Apostel Timotheüs:
t.4- Onderwezen in goedheid en sober in alles, bekleed
met een goed geweten, zoals een priester past, hebt gij
onuitsprekelijke wijsheid geput uit het uitverkoren vat; en
het geloof behoudende hebt gij de rechte weg beëindigd,
Apostel Timotheüs. Smeek tot Christus God dat onze zielen
mogen worden gered.
Theotokion:
t.1- Moeder Gods en Maagd, verheug u, begenadigde
Maria, de Heer is met u. Gij zijt gezegend onder de vrouwen
en gezegend is de Vrucht van uw schoot, want gij hebt
gebaard de Redder van onze zielen. - Ondertussen
bewierookt de diaken het tafeltje aan de vier zijden, de
kaarsdrager houdt een kaars steeds tegenover hem.
Broodwijding
K Heer, ontferm U.
K Amen.
K Heer, ontferm U.
Slotzegen
30
Anastasius van wie wij de gedachtenis vieren, en van alle
heiligen, want Hij is goed en menslievend.
K Amen.
K Amen.
Homilie
31
Als een teken van uw moederliefde,
voor de Antwerpse christengemeenschap,
hebt gij uw beeltenis geschonken o Reine Maagd.
Als Meesteres van de wereld heb gij vergoed,
dat wij uw dienaars gespeend van uw zorg
blijven. Smeek uw Zoon, onze God om ’t bekomen
van vergeving onzer zonden en barmhartigheid.
32