Professional Documents
Culture Documents
tijlorrit'ilt
Itpllr
TKzinS
tit
PtilturtWor!,4
^1r^Ikkrrij ^ Irl
^r ^ l t
,^ iffrr Y<
VvrIMPV.14iiW
L.
:7, R.
Eerste jaargang, N i.
`-;,^
November 1887
WEE onzer hooggeachte Belgische vrienden, beiden uit Leuven, beiden leden van het koninklijk
Belgisch numismatisch genootschap, hebben hunne
begaafde pen gewijd aan de nagedachtenis van twee
wereldberoemde Nederlandsche geschied- en penningkundigen der vorige eeuw.
De heer Edward van Even, de geleerde archivaris
der stad Leuven, heeft in 1870 een hoogst belangrijk
levensbericht in het nederlandsch,uitgegeven van M. Gerard
Van Loon (i), terwijl in 1873 eene korte merkwaardige
levensschets verscheen van Frans Van Mieris (2), eveneens in de nederlandsche taal, van de hand van wijlen
den zeer betreurden heer J.-N. Vander Auwera.
Voor allen die zich onledig houden met de beoefening van de nederlansche penningkunde zijn de, zoo
glansrijke namen van Van Loon en, Van Mieris, onafscheidbaar van dien van Andries Schoemaker, de zoo
zeer bescheiden, onvermoeide en kundige verzamelaar en
geschiedvorscher, hoofdliefhebber der Nederlandsche his-
1 ,
^ ^ ^;',^^t^^
'
^1,^,^'^^,^^+^,^i
/ ^^
^3
^
t
' f
/
0,,,,
i^
^fa,,,,,,,,446,?
k ,
^^R
b
f
^y ^ s^,^ .. ^^
,S
y
^1"^^^ ^,{ d^^^
,^
4 ^ x
Y
:
//
...,5:f
y^,yy
!A
N )
/^1%^
,^y/^
. .
gezien en vervolgd werden; hoe zij vaak slecht geherbergd waren, door onwersbuijen overvallen werden ;
hoe hun rijtuig brak, enz., enz. Ook bezitten wij een
door Cornelis Pronk geschreven dagverhaal van een
met Schoemaker gedaan uitstapje over Nijenrode,
Maarsen, Utrecht, Werkhoven, Beverweert, Nederlangbroek, Cothen, Wijk-bij-Duurstede, vervolgens over
Rijswijk, Ravenswaag, Buren, Cuilenburg, Leerdam,
Asperick, Heukelom, Everdinge, Hagestein, Vianen, en
wijders over Ysselstein, Montfoort, Woerden, de Wierikkerschans, Bodegraven, Zwammerdam, Alphen, Oudhoorn, Koukerk en Leiderdorp. -- Van al die plaatsen
werden teekeningen gemaakt. In genoemd reisverhaal
heeft Pronk ook eenen weesjongen en een weesmeisje
van Montfoort met potlood afgeteekend.
In den zomer van het jaar 1708, maakte Schoemaker met zijnen vriend Johannes Oosterwijk eene reis
door Gelderland en het Kleefsche ; zij bezochten Emmerik,
Nijmegen en het Valkenhof, Arnhem, Dieren, Rosendaal,
Klarenbeek en keerden over het Sticht naar Amsterdam
terug (i).
Aan zijnen ijver voor het verzamelen van nederlandsche historiepenningen, en aan de groote hulp en steun
die jonge liethebbers van hem mochten ondervinden,
is het hoofdzakelijk te danken geweest dat de smaak
voor dezen tak van numismatiek, algemeen in Nederland
ontwaakte. Uit verschillende brieven in ons bezit, door
Jacobus Kortebrant van Rotterdam aan Andries Schoemaker gericht, blijkt hoe krachtig hij deze weten-
(1) Onder dit gedicht heeft hij zich van Oosterwijk geschreven, terwijl hij onder andere zich alleen Oosterwijk geteekend
heeft.
(i) G.
VAN LooN,
(i) Othonis Vcenii emblemata amoris divini, of Heilige Zinnebeelden der Goddelijke liefde, te Amsterdam bij Johannes Oosterwijk, boekverkooper, 1711.
(2) Andries Schoemaker was, met uitzondering van een weinig
latijn, geene vreemde taal of letterkunde machtig.
^.^
overeen dat ik de penningen aan sijn Ed. soude over-senden, daartegen soo soude sijn Ed. aan mij oversenden
sijne geschriften die ik dan vrij mogt naschrijven -- dezewoorden kunnen, zooals uit al het voorgaande is gebleken,
niet worden uitgelegd alsof Schoemaker zijn penningwerk
reeds v66r 1707 voltooid, en iets zou afgeschreven
hebben van van Loon die, gelijk wij reeds gezegd hebben
eerst in 1710 aanving het zijne te schrijven, en eerst in
171r met Schoemaker in kennis kwam. (i)
De omstandigheid alleen, dat Schoemaker een historisch penningwerk samengesteld, zoo vele geschiedkundige bronnen opgespoord en bijeengebracht, en de
geschiedenis en beschrijving der meeste Nederlandsche gewesten met hunne steden, dorpen , kerken,
kloosters, kasteelen enz., geschreven heeft, zou reeds
een voldoend bewijs opleveren, dat van Loon, die
sedert 1711 met hem in wetenschappelijke betrekking stond, niet alleen over het rijke penningkabinet
van Schoemaker mocht beschikken, maar ook van hem
menigen goeden raad en vele belangrijke historische
mededeelingen ontving. Maar van Loon getuigt het ook
zelf.
Bij de opdracht van het vierde deel zijner
Beschrijving der Nederlandsche historipenningen
noemt hij Andries Schoemaker, zonderlingen liefhebber, ijverigen en oudsten verzamelaar van 's lands historipenningen en in het Voorbericht van het eerste deel,
verklaart hij dat het hem geheel onmogelijk zou
zijn geweest zijn werk aldus te kunnen vervaardigen,,
indien hij door den wergaloozen opspeurden
..^..__....^........^.^............_.
....,^...__........^
167
169
Uit de
Uit De zugtende penningkunde wegens het overlijden van den Heer Andries Schoemaker , door
Jacobus Kortebrant.
Nu leit die parel van mijn kroon,
Die ijveraer die aen van Loon
Zoo veel bericht en licht quam geven,
Waer door die met zijn' vluggen geest,
Schoeyde op Schoemakers nette leest,
En deed mijn' ouden roem herleven,
Dies met myn roem hun glorie rent.
Zoo ver Apol zyn Vierspan ment.
Wie melt ons al de zeltzaemheid,
Die, in een nette schikking, left
Vergadert, in 's mans kabinetten I
Die hy, met zulk een gul onthael
Voor kunst beminnaers meenigmael,
Zelf met zyn hart, quam open zetten,
Wat weergaloozen letterschat
Of al dit penningwerk vervat!
Men zal toch waarlijk deze tijdgenooten en bewonderaars (i) van van Loon, die zijnen welverdienden lof
met zoo veel geestdrift bezongen, niet kunnen beschuldigen dat zij dezen vijandig gezind zijn geweest, of
zijnen roem hebben willen verkleinen. Ook zien wij
volstrekt niet in, dat aan de groote verdienste van
van Loon eenigszins te kort wordt gedaan, door het
feit te erkennen dat, bij de vervaardiging van zijn
uimuntend historisch penningwerk, de geleerde en zoo
bescheiden Schoemaker hem op de edelmoedigste, onbaatzuchtigste en minzaamste wijze zijne onschatbare wetenschappelijke hulp en medewerking in de ruimste mate
heeft verleend.
Het staat vast, 1 0 dat Andries Schoemaker de
penningen met veel moeite en kosten heeft verzameld,
opgespoord en grondig bestudeerd; dat hij 2 0 nagevorscht heeft, bij welke historische gebeurtenissen zij
geslagen zijn ; dat hij 3 4 dezelven in koper heeft laten
etsen, hen met veel kennis in een boek geklasseerd en
(i) Uit de brieven van van Loon aan Kornelis Van Alkemade
gericht, en als aanhangsel achter de levensschets van van Loon,
door den heer Edward van Even uitgegeven, blijkt ook dat Andries
Schoemaker met Van Alkemade voortdurend in wetenschappelijke
betrekking stond . Frans Van Mieris noemt hem, in zijnee brief
van rouwbeklag aan Gerrit Schoemaker, zijnen zeer goeden
Vriend . P. Van der Schelling maakte een grafschrift op hem.
J. A. Willink noemde hem zijn waarden Vriend, voor wien hij
altoos veel achting gehad had. -- enz. enz.
17/
(i) Mdailles sur les principaux vnements du rgne de Louisle-Grand, avec des explications historiques, 1702 in het Nederduitsch uitgegeven door GOEREE, Amsterdam, 1712.
Itubrito
14,
trrit Monnafin,
IL
Gerrit Schoemaker (1).
E eenigste zoon van Andries Schoemaker, die den
mannelijken leeftijd bereikte, was Gerrit, geboren
te
Amsterdam in de Anjelierstraat, alwaar zijne
ouders destijds woonachtig waren, den 5n September 1 692.
Hij werd den 7n dier zelfde maand in de Noorderkerk
gedoopt, door D s Kasparus Ruppius, waarbij als getuigen
stonden Willem Willemse van Alkmaar en diens huisvrouw Sara Stork.
Den 22n juni 1713, deed hij zijne geloofsbelijdenis bij
D s Nicolaas Wiltens, en den 27n Mei 1714, ruim eenentwintig jaren oud zijnde, werd hij in den echt vereenigd
met Margaretha Esser, geboren den 7n September 1695,
dochter van Hendrik Samuelszoon Esser en Anna Abrahams dochter Vivie, ook wel Vivee of Vieve, eigenlijk du
Vivier (2). Hun huwelijk werd voltrokken in de Waalsche
kerk, door D s d'Arbussy.
Hij was, even als zijn vader, koopman, en legde zijn
(i) Zie hier achter de lijst zijner ons bekend geworden geschriften.
317
Men vergelijke ook deze dichtregelen, op het overlijden van Gerrit Schoemaker van L. van Brock
De dood kon mij dit heil beletten.
Nu treurd, met mij, gantsch Nederland ;
Wijl 't missen moet van uwe hand
Een werk, dat in den dag zou zetten
Een reeks van zaaken, door n' Nacht
Van duisternissen als verkracht.
...............
WAGENAAR,
den 18 n October 1736 en werd den 23 n daaraan volgende in de Westerkerk begraven. Bij die gelegenheid
werden verscheidene lijk- en grafgedichten gemaakt.
Zijne echlgenoote overleed te Montfoort den 8n December 1771.
Hij woonde met zijn gezin achtereenvolgens in 1714
op de Leliegracht, stille zijde, in 1715 op de Leliegracht
loopzijde, tusschen de keizers en prinsengracht, in
1716 op de Egelantiersgracht zuidzijde, 1722 op de
noordzijde bij de eerste dwarsstraat en eindelijk 1733
op de Prinsengracht bezuiden de Brouwerij De drie
schelpen.
Het zij ons nog vergund hier eene bibliographische opmerking te laten volgen. Op het titelblad van
Daniel Willinks Amstellandsche Arkadia staat : In
ordre geschikt en nader overzien door wijlen den
heere Gerrit Schoemaker. In het voorwoord en in
het gedicht op dat werk gemaakt door L. V. Broek,
wordt eveneens Gerrit Schoemaker als zoodanig genoemd,
doch dit kan evenwel niet juist zijn, vermits een
geschreven titel van dat zelfde werk voor den drukker
bestemd, (I) in ons bezit, als volgt luidt
AMSTELLANDSCHE ARKADIA, waar in de gelegentheit, toestandt en gebeurtenissen van Amstellandt;desTelfs
stromen, dorpen, heerlijkheden, ambachten, lusthoven,
en. Voorts de oude en hedendaagschc bewoners van dat
landt; hun godsdienst, reden, rechten, en. alsmede de
oorsprong en geschiedenis der heren van Amstel, naaukeurig en op eene aangename wijre beschreven worden;
doormengd met vele Tedekundige, filosofische en histori-
(1) Dat het voor den drukker bestemd was, bewijst de volgende
aanduiding bovenaan het tweede blad geplaatst : N. B. geheel met
kapitalen en 't geen onderhaald is groter dan de rest.
t^pf^J
^^^^. 3 .`^:i
MAURIN NAHUYS.
3.
GRIETJE SCHOEMAKER,
gehuwd met
LAMBERT
UYLENRIEF.
geboren te Almelo in
het jaar 1625, trouwde te Amsterdam den 8 n September 1647 met MARIA VONK geboren te Amsterdam in
1629, dochter van Pieter Nicolaaszoon Vonk, afkomstig
uit Lubeck en van Catalijntje Willemsdochter van Dikkelen, geboren te Haarlem. Hij keerde naar Almelo terug
doch vestigde zich in 1652 voor goed te Amsterdam,
alwaar hij op den 27n November 166i overleed, en op
het Nieuwe Westerkerkhof begraven werd. Maria stierf
te Amsterdam den 8 n Augustus 1692, en werd aldaar
op het Karthuizerkerkhof begraven. Zij hadden vijf
kinderen, die onder letter A volgen.
5. JAN SCHOEMAKER, ongehuwd overleden.
6. GEERTJE SCHOEMAKER, gehuwd met JAN VELD4.
GERRIT SCHOEMAKER,
HUYSEN.
7. ENGELTJE SCHOEMAKER, gehuwd
met
HENDRIK
VIKKERS.
A. 1 . PIETER SCHOEMAKER, geboren te Amsterdam den g n September 1648, trouwde den 27 n December 1671 te Amsterdam met GRIETJE Jakobsdochter DE
LEPIJNE. Hij overleed te Amsterdam den 20 n Februari
1687 en werd den 25 n dier zelfde maand aldaar op het
Leidschekerkhof begraven. Zij overleed mede te Amsterdam, den 18 n April 1688 en werd den 21 n daaraanvolgende op het Karthuizerkerkhof begraven. Uit dit huwelijk
zijn acht kinderen geboren, vermeld onder letter B.
A. 2 ANDRIES SCHOEMAKER, geboren den i2 n November 1649, overleden den 28 n December van dat zelfde jaar.
A. 3. JUDITH SCHOEMAKER, geboren te Almelo,
den 3 n November 1651, gestorven te Amsterdam, den
5n Julij 1652.
A. 1. JUDITH SCHOEMAKER, geboren te Amsterdam,
...
SCHILDER-, TEEKEN-, PLAATSNIJKUNST, ENZ. 429
tember 1678, geboortedag der Maagd Maria, en overleden den 4n Februarij 1681.
B. 6.
SARA SCHOEMAKER, geboren den , 19n April
1681, ongehuwd overleden den 29" Maart 1720, en begraven den 4n April op het Leidschekerkhof te Amsterdam.
B. 7.
DANIEL SCHOEMAKER, geboren den 27n October 1683, overleden den 28n Januarij 1684.
PIETERTJE SCHOEMAKER , geboren den
B. 8.
I2' Maart 1685.
C. i . JOHANNA SCHOEMAKER, geboren te Amsterdam, den 5 n Juni 1683, en aldaar overleden den
16 Februari 1755, werd in 1736 diacones bij de Mennonieten in de kerk de Zon, trouwde den 3 n Maart 1701
met WILLEM Dirkszoon BLAAUW, geboren den 25 n November, overleden den 9n Augustus 1728, en begraven
den 1 4n in de Nieuwekerk. Zij hadden zes kinderen,
waaronder een zoon Gerrit genaamd , geboren den
2n September 1708, overleden den 13 n December 1775
en den 18n begraven te Amsterdam in de Nieuwekerk.
Den 13 n Junij 173o huwde hij met Maria-Agneta van
Heyst, overleden den 29 n December 1 777, dochter van
David, overleden den 21 Mei 173o (zoon van Hendrik
en van Maria Hooft), en van Rebecca Leeuw, geboren.
den 1 O n December 1671, overleden den 12n November 1747, (dochter van Jacob en van Christina de
Flines).
De fraaie penning van J. C. Marm op het vijf-entwintigjarig huwelijksfeest van Gerrit Blaauw en Maria
Agneta van Heyst, waarvan een exemplaar in goud in
1871 in het bezit was van hunnen achterkleinzoon,
Mr G. C. Blaauw, te Zeist, is door ons, vergezeld van
genealogische en heraldische mededeelingen, beschreven
en afgebeeld in de eerste serie van onze Mdailles
et Jetons indits, relatifs a l'histoire des dix-sept
ANDRIES SC.HOEMAKER.
1 GERRIT SCHOEMAKER.
MARIA VONCK.
^
`-+
^ ,i
4.r
cr,
"
..p
,,
c_,a
ANDER KROLL.
(D ^j'
P> n
a
^,
te Amsterdam 1673.
Bronckhorst.
Geb. te Haarlem 2 oct. i6og.
t te Amsterdam 9 Jan.1683.
JELLE SYMONS.
te Amsterdam 25
nuarij 167o.
DIEWERTJE JANS.
ISAAK JANS,VIVI (DUVIVIER).
Geb. te Sedan.
Geb.teAmsterdam 20Maart j te Amsterdam 1654.
1636.
te Amsterdam 25 Ja- SALOM PAULS MAURICE.
Geb. bij Metz.
t te Amsterdam 1664.
bijgenaamd Kaaloor.
Geb . 1601. t 23 Jan. 1686.
Kaaloor
I- te Amsterdam in Juni
ANNETJE PIETERSE van Sant1673.
GRIETJE EDELE, bijgenaamd
voort.
t 20 Nov. 1663.
435
(i) Wanneer niet anders vermeld wordt, zijn zij door Andries
Schoemaker afgeschreven.
..
".
'
'
Onbrito rn Omit
door Graaf
Oormafitr
A.
In ons bezit :
1. Wapenboek bevattende 1 0 Wapenschilden der Steden en
Oud-Adelijke Geslagten van de Magtige Republijk van Holland
en West-Friesland, nevens de welken in de Telve gegoed rijn,
voorafgegaan van eene geschiedenis der Edelen. 2 Wapenschilden
van der Zeeuschen Adeldom, soo van Oude Stammen als die
aldaar rijn gegoed geweest, voorafgegaan van eene a beschrijvinge van den Zeelandschen Adel . 3 Wapenschillen der Vriese
Eedelen, voorafgegaan van de namen en wapensch]iden der grietmannen. Wapenschilden der voornaamste Oud-A Jeljke Geslagten in de Provintie van Over Eyssel als ook van die Geene die
in die Provintie gegoet rijn of rijn geweest. Groot folioband, de
wapens allen gekleurd.
2. Schouburg der Nederlandsche Gedenk- en Reken-penningen
midsgaders de Noot-munten na de ordre der jaren geschikt in
welke rij gemunt rijn, beginnende met de afstand der Regering
van Keyrer Karel de vijfde, in den fare 1555 opgedragen aan
rijn toon Philippus de tweede Koning van Spanje en laatste Grave
van Holland, eijndigende met het sluijten der algemene Vrede tot
Uijtregt, in den jaren 1714. Begrijpende alp() een Geschiedenis
van hondent en negen en vijftig jaren, werdende door derrelver
voorvallen bevestigt door de menigvuldige en nu nog voor handen
het midden het navolgend inschrift : Afbeelding en de beschrijvinge van de Adelijke Riddermatige en vermakelijke Lanthuysen
in de provintle van Uijtregt, beschreven en in langte van tijd
bij een gegaert door Andries Schoemaker. N. B. Het handschrift
staat onder n 35 vermeld.
B. Door mij den 26n Januari 1877 aan mijn hooggeachten
vriend, Professor J. A. Alberdingk Thijm te Amsterdam, geschonken.
8. Een folio-band met 106 gezichten van Amsterdam en
omstreken, in kleuren en twee afbeeldingen van processien te
Amsterdam gehouden, op een paar na, door C. Pronk geteekend,
allen vervaardigd door Andries Schoemaker , alsmede 122 afbeeldingen van kasteelen, kloosters en poorten van Amsterdam, met de
pen geteekend en met oost-indische inkt gewasschen door Gerrit
Schoemaker.
C. in de koninklijke bibliotheek te 's Gravenhave, volgens
eene lijst opgemaakt den 5 11 Maart 1875.
533
IN OCTAVO.
535
18. Naemen en Waepens der Heerui Vroedschappen, wanneer hun Ed. getal maar 24 was, en verders die der 36 Heeren
Raeden, tot 1735, door Wylen den Heere G. Schoemaker by
een verTaemeld en geteekend.
19. Waepens der kerk-meesters en Regenten, der kerken en
Godts-hzyren dezer Steede, van 1397, door Wylen den Heere
G. Schoemaker by een verraemeld en geteekend.
20. Handvesten, voor-regten, gewoontens en gebruyken der
Stad Purmerend mitsgaeders eerre teer breedvoerige Beschr yvinge
der relver Steede en omleggende Dorpen, uyt veele To Gedrukte
als nog Ongedrukte stukken t'raemen gesteld, met de nodige
Kaerten en Plaet2n verciert, en beschreven door Wylen den Heere
G. Schoemaker.
21. Oudheden van Gelderland en Zutphen, voorgesteld in de
gebeurtenissen, in en omtrent de Steeden en oud Adelijke Gebouwen,
van gemelde Hertogdom en Graafschap, voorgevallen, in een
b
Alphabetische ordre raemen gebragt, door Wijlen den Hem.
G. Schoemaker, e deelera.
22 . Geslagtlijst der Heeren en Graeven van Egmond mits-
37. Zeegels der Graeven van Holland, etc. naer hunne origineele fraey geteekend, en door G. Schoemaker bijeen vergaederd.
MARGARETA ESSER.
A. Doopbriefje van Gerrit Schoemaker (Noorderkerk), den
7n September 1692.
B. Trouwbriefje van Gerrit Schoemaker en Margareta Esser
(Waalschekerk), den 19 n Juni 1 7 1 I..
C. Poorterseed van Gerrit Schoemaker , 25 Juli 1714, op per kament.
D. Brief aan Gerrit Schoemaker over zijne bibliotheek Pn
verzamelingen, van Joh. Crems, Amsterdam, 22 November 1729.
E. Brief aan Gerrit Schoemaker van Elbertus Waller, Amsterdam 23 Juli 1729, waarbij hem een zangstuk op den verfoeielijken wind- en actiehandel wordt opgedragen, en met lof gesproken wordt over zijne boekerij en verzamelingen en over den door
hem ontworpen penning op de zilveren b= ruiloft van Egidius van
den Bempten, Burgemeester van Amsterdam en Aegie Hooft, met
twee ontwerpteekeningen dier medaille door Schoemaker en twee
door C. Pronk.
F. Brief van Gerrit Schoemaker van Reijer van der Burg,
Spieringshoek, 17 Augustus 1736, betrekkelijk de penning op de
gouden bruiloft van Cornelis Spiering en Geertruyd van der Goes,
met twee ontwerpteekeningen der voorzijde dier medaille door
C. Pronk.
G. Vier brieven aan Gerrit Schoemaker van Cornelis Backer
oud Schepen van Amsterdam 1735 en 1736.
H. Zestien briefjes aan Gerrit Schoemaker van Pieter Vlaming
1729-1733, betrekkelijk de bearbeiding van eene historische beschrijving van Amsterdam.
I. n brief aan denzelfden van B. Huydecoper, 28 Februari 1734.
.7. Een brief aan denzelfden van Jac. Phil. d'Orvile, 18 April
1734.
K. Inventaris van oude documenten van de Leen- of Register
kamer van Holland, op last van Burgemeesters van Amsterdam
uit het sterfhuis van wijlen Pieter Vlaming gebragt ten huize
van Gerrit Schoemaker, met copie van het recu door G. Schoemaker afgegeven.
L. Verklaring van M. Maten de Jonge, dato... Juni 1734, dat
hij de bovenbedoelde stukken van Gerrit Schoemaker heeft overgenomen voor den Heer Fiscaal M r Frans van Limborch om naar
's Hage te worden verzonden.
M. Opdragt van Daniel Willinks Amstellandsche Arkadia, door
Jan-Lodewijk Schuer, 1736.
N. Brieven van rouwbeklag bij het overlijden van Gerrit Schoemaker van M r Gerard van Loon (gedrukt in de meeraangehaalde
verhandeling van den Heer Ed . Van Even blz.44-45) en van
Theodoor van Pee.
0. Twee kwitantien wegens de begrafenis van Gerrit Schoemaker.
P. Twee idem wegens wachtgeld .
Q. Twee idem van P. J . Grave van Boetzelaer wegens betaling van huishuur door de Wed. Gerrit Schoemaker, 1758 en 1760.
R. Twee idem wegens betaling van impost en accyns op
wijn, 1739-1741.
S. Gedrukte bekendmakingsbillet van het overlijden van Margareta Esser Weduwe Gerrit Schoemaker, te Montfoort, 8 December 1771.
T. Doopbriefje van Andries zoon van Gerrit Schoemaker en
Margaretha Esser. Westerkerk, 8 December 1719.
U. Poorterseed van voornoemden Andries Schoemaker Junior,
8 December 1733.
V. Aanstelling lot makelaar van Andries Schoemaker Junior,
8 December 1733.
W. Quotisatie biljet van de middelen, van 't zout, zeep, Heere
en Redemptie-geld 173g, ten name van den Heer Andries Schoemaker.
X. Verschillende gedrukte overlijden, begrafenis en kerkplaatsbilletten van de familie Schoemaker.
Y. Lijst van eenige door Gerrit Schoemaker nagelaten handschriften.
GEDRUKTE CATALOGUSSEN.
(i)
Overleeden
23 December 1735.
Afgebeeld en beschreven in het Vervolg op van Loon, eerste
stuk, pl. I, n 3 blz. 2 1 . Een exemplaar in zilver van deze medaille
is in ons bezit.
b) Voorzijde : Andries Schoemaker ter halven lijve van voren
te zien, voor eene tafel zittende en in een zijner handschriften
over penningkunde, met eene pen, het woord Waardig schrijvende.
Ter zijde ziet men eenige penningen en een inktkoker. In de
linker hand houdt hij eene medaille. Om den rand : ANDRIES
SCHOEMAKER. OUT. 72 JAAR, 1732.
Op de keenrijde leest men het volgende :
OCT. 1733.
Portretten.
1. ANDRIES SCHOEMAKER, borstbeeld met pruik, iets kleiner dan
levensgroot, in olieverf, en in ovale lijst.
2. Dezelfde, borstbeeld, met pruik, met potlood geteekend
door Cornelis Pronk. t^. P. delin.
INVENTARIS
van Documenten en Papieren, gevonden in een langwerpige
vierkante schuiflade of kaste op welkers deksels met oude
munnike Letters met inkt geschreeven staat Fundationes,
sijnde dit kasje door last van de E. G. A. Meeren Burgermeesteren dseser stad Amsteldam uijt het sterfhuijs
van wijlen Pieter Vlaming, daar het berustende was, wel
geseegeld gebragt aan mijn huijs (huis van Gerrit
Schoemaker), en daar geopend, in het bijsijn van HP'
M r Mathys Maten, en dH r Jan Oortman, als Executeur
van den Testamente van Pieter Vlaming.
a367 31 December, brief van Hertog Albert, in het Latijn, vermeit
bij de Riemer p a I93.
Statute cappittali canelle, collo; : Be : Marie Curie Hagen, 794-
545
De lezer vergunne ons, ten slotte bij deze gelegenheid den geachten naam van den eerbiedwaardigen
geleerden grijsaard te gedenken, die de hoofdbewerker is
geweest der vijf laatste stukken van het Vervolg op
van Loon; een uitmuntend werk geschreven heeft over
de Nederlandsche gildepenningen, dat bekroond is geworden, en bovendien onder den bescheiden titel van Penningkundig Repertorium, mededeelingen ter aanvulling
van de Penning-geschiedenis der Nederlan:en, een supplement (zonder afbeeldingen) uitgeeft op van Miens,
van Loon, enz. Hierin worden de penningen beschreven, die in genoemde werken ontbreken, de dwalingen
en onnauwkeurigheden verbeterd en aangevuld. Dit werk,
van ontzettend veel wetenschap getuigende, en dat zoo
oneindig veel belangrijke historische mededeelingen en
aanwijzingen bevat, plaatst den geachten, onvermoeiden
vorscher en schrijver, M r Jacob Dirks, aan wien men.
nog zoo vele andere uitmuntende numismatische geschriften te danken heeft, op denzeifden rang als zijne roemvolle
voorgangers der XVIII e eeuw.
Moge zijn zoo nuttig en arbeidzaam leven nog lang
gespaard worden, en het hem vergund wezen, zijn voor
35
WAPEN:
In goud een scheepsanker van keel en bande.
Helm met wrong en lambrequins van goud en keel.
(i) Onder het afdrukken van dit opstel, vernamen wij dat
Teylers stichting te Haarlem, op den 1811 Maart 1887, de Beschrijving
der Nederlandsche of op Nederland en Nederlanders betrekking
hebbende penningen, geslagen tusschen November 1813 en November: , 1863, bewerkt door M r J. Dirks, met den gouden penning
van 400 gulden bekroond heeft.