Professional Documents
Culture Documents
Mentor
Datum
Groep
Aantal lln.
Astrid
15-03-2015
3
27
Persoonlijk leerdoel:
Ik houd orde tijdens mijn uitleg, zodat leerlingen niet door elkaar gaan praten, Dit wil ik bereiken door de leerlingen aan te spreken op hun gedrag en terug te
komen op de gemaakte afspraken.
Ik kan de kinderen aanspreken op hun gedrag, als ze niet doen wat er gevraagd word.
Ik zorg dat ik zonder dat ik een al te goede stem heb de leerlingen kan motiveren om goed te zingen. Dit ga ik doen door de opdracht op een positieve manier
te brengen aan de leerlingen.
Lesdoel(en):
Evaluatie van lesdoelen:
Kerndoel 54 (De leerlingen leren beelden, muziek, taal, spel en beweging te
Aan het eind laat ik de kinderen zonder mijn hulp het liedje zingen, wanneer ze dat
gebruiken,om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te kunnen weet ik dat het gelukt is.
communiceren).
Aan het einde van de les kunnen de leerlingen:
Kunnen de leerlingen zonder mij het liedje zingen. (procesdoel)
De juiste toonhoogte herkennen bij het liedje (productdoel)
Beginsituatie:
Actuele beginsituatie:
Er zitten 27 leerlingen in de klas. 11 meisjes en 16 jongens. De leerlingen zitten aan hun eigen tafeltje.
De leerlingen hebben 1 uur per week muziek op school door de eigen leerkracht gegeven.
Voorkennis:
De leerlingen krijgen 1 uur per week muziek door hun eigen leerkracht.
Ze hebben het liedje fluister, fluister nog nooit eerder gedaan, dit liedje is nieuw voor ze.
Werkvormen:
Ik laat de leerlingen tussen de liedje door zo min mogelijk met elkaar praten. Dit probeer ik te bereiken door mijn hand op te steken, hier hebben de leerlingen bij
geleerd dat ze dan stil zijn.
Lesverloop
Tijd
5+- min
Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)
De leerlingen luisteren naar mijn uitleg. Ze zullen
met het nieuwe liedje gentroduceerd worden.
De leerlingen beantwoorden mijn vragen
Materialen / Organisatie
Cd, stem.
+- 15 min
Lied zingen.
5 minuten
Slot.
Stap 1
Ik vraag aan de leerlingen of ze het liedje
met hun vingers mee willen tikken op de
tafel. Ik vertel de leerlingen gelijk dat dit
niet hard hoeft, maar dat ze zachtjes mee
kunnen tikken. Melodie
Stap 2
Ik wil dat de leerlingen het liedje gaan
leren. Ze zullen elke regel die ik zing, na
gaan zingen. Vorm. Weggeeftechniek.
Ik zal duidelijk aangeven, wanneer ik zing
en wanneer zij moeten zingen. Wanneer zij
moeten zingen, ondersteun ik ze wel,
zodat ze begeleiding hebben. Dit doe ik op
de werkwijze zoals we hebben geleerd in
de lessen.
Stap 3
Bewegen.
Wanneer ze het liedje helemaal kennen,
vraag ik om zelfstandig bewegingen bij de
muziek te maken. Ik wil ze daar zo min
mogelijk bij helpen, zodat ze zelf gaan
fantaseren.
Stap 1
De leerlingen gaan zachtjes met hun vingers het
liedje mee gaan tikken.
De leerlingen zullen de regels stap voor stap
nazingen.
Stap 3
ze zullen gaan nadenken welke bewegingen bij
het liedje kunnen. Uiteindelijk hebben ze
individueel pasjes bij het liedje bedacht. Zo zijn
verzinnen ze zelf de pasjes die ze bij het lied
vinden passen.
Cd.
Bron + uitleg:
De bron die ik bij deze les heb gemaakt is eigen-wijs. Ik heb hierbij bladzijde 158gebruikt, hier staat het liedje Fluister, fluiser in.
Fluister, fluister in het duister,
in het donker van de nacht
Fluister, fluister en ik luister,
spoken hoor ik op de trap
Stap voor stap en tree voor tree,
zweven spoken naar bene.
Spoken, spoken in mijn kamer,
in het donker van de nacht
Spoken, spoken en zij dansen
naast mijn bed en op de kast
En ik voel me heel tevre,
ik dans met de spoken mee.
Ik laat de leerlingen alleen werken omdat ze vaak druk zijn als ze samen moeten werken. En tijdens de muziek les is het belangrijk dat de leerlingen goed
meedoen. Door alleen te werken houden de leerlingen beter hun concentratie bij het liedje.
Persoonlijke reflectie
+ De les verliep soepel, de leerlingen waren enthousiast.
+ De leerlingen waren bij het begin van de les gelijk geboeid.
- Mijn eigen stemgebruik kon beter.
+ De leerlingen konden snel het liedje meezingen.
+ Het blaadje waardoor de leerlingen het liedje mee konden lezen kwam goed van pas. De leerlingen leerde het liedje snel.
- Aan het einde van de les werden de leerlingen drukker hier zou ik de leerlingen sneller op mogen aanspreken.
+ tijdsduur klopte
+ De afsluiting van de les was goed.