You are on page 1of 5

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Lisa Floris Mentor Yolanda


Klas PEH16VC Datum 4 april 2017
Stageschool De Hobbendonken Groep 4
Plaats Boxtel Aantal lln 25
Vak- vormingsgebied: Beeldende vorming
Speelwerkthema / onderwerp: Pasen

Persoonlijk leerdoel:
Hoe zorg ik ervoor dat de kinderen in de klas actief meedenken over de vragen die de kinderen uit de klas stellen?
Ik geef een enthousiaste inleiding. Dit doe ik door beeldvormers te gebruiken.
Ik zet effectieve leraarcommunicatie in tijdens de lessen. Dit zorgt ervoor dat de les goed verloopt. (Met name grote gebaren, stem, mimiek, lichaamshouding,
oogcontact, positie in de groep.)
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
Mijn lesdoelen heb ik bepaald op basis van kerndoel 54: Voordat ik begin met de les, bespreek ik met de kinderen de lesdoelen. Zo weten zij waar
De leerlingen leren beelden, muziek, taal, spel en beweging te gebruiken, ze deze les aan moeten gaan werken.
om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te
communiceren. Om te kijken of de lesdoelen zijn bereikt, vraag ik aan het einde van de les een aantal
Dit is een nogal breed kerndoel. Ik heb het volgende tussendoelen gesteld kinderen wat we hebben gedaan en wat zij hebben geleerd. Ik stel ze een aantal vragen.
voor deze les: Zo kom ik erachter of ze het goed hebben begrepen.
betekenisvolle onderwerpen voor beeldende werkstukken uit de
directe belevingssfeer van de kinderen. Ik ga aan het einde van de les feedback vragen aan de kinderen in de klas. Was dit een
Bijvoorbeeld: mensen, dieren, figuren uit verhalen, thuis, de natuur, fijne manier van uitleggen? Wat zou je anders willen zien?
feest, seizoenen, kleding, speelgoed, gebouwen, voertuigen, eten,
gebruiksvoorwerpen, maskers.
plaatsing van figuren op het vlak.
lijnen als textuur, decoratie en arcering.
ritme, herhaling van vormen.

Kerndoel 55 heeft mij ook geholpen bij deze les:


De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te
reflecteren.
Bij deze les sluit de volgende leerlijn van dit kerndoel aan:
kijken/luisteren naar en praten over eigen werk en dat van hun
groepsgenoten met aandacht voor verschillen in ontwerp,
vormgeving en presentatie.

Beginsituatie:
De kinderen knutselen iedere maandagmiddag. Mijn mentor gebruikt hier geen methode voor. Ze verzint alle knutselopdrachten zelf, ze is erg creatief.
De kinderen begrijpen dat ze sommige kleuren en vormen kunnen herhalen in hun werkje. Ze hebben nog maar twee keer gereflecteerd op het werk van andere
kinderen uit de klas. Hier zal ik de kinderen dus nog in moeten sturen.

Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)

5 minuten Stap 1: Ik vertel de kinderen wat we gaan doen. Ik leg De kinderen luisteren naar wat ik te vertellen heb.
Introductie uit dat de les te maken heeft met de les over
Pasen.
5 minuten Stap 2: Ik geef klassikale uitleg. Door de beurten te De kinderen luisteren naar de uitleg. Ze mogen vragen
Instructie verdelen in de klas, probeer ik iedereen bij de stellen als ze vragen hebben. Als ze iets willen zeggen of
les te betrekken. Ik blijf actief vragen stellen aan vragen, steken ze wel hun vinger op.
de kinderen. Zo probeer ik er achter te komen De kinderen kijken naar het voorbeeld.
of de kinderen begrijpen wat er van hen wordt
verwacht.

Ik laat een voorbeeld zien in de klas. Zo hoop ik


dat het voor de kinderen duidelijk is wat zij gaan
doen.

Ik vertel de kinderen in stappen wat ze deze les


gaan doen.
Ik heb de vormen al voor de kinderen gemaakt.

Stap 1: Plak de voetjes aan het ei.


Stap 2: Teken oogjes op het ei. Plak ook
meteen de neus hieronder. De neusjes heb ik
ook al gemaakt voor de kinderen.
Stap 3: Kies een kleur papier. Knip het papier in
kleine stukjes. Maak hier propjes van. Verzamel
eerst een aantal propjes.
Stap 4: Plak de kleine propjes op het ei. Doe dit
binnen de lijnen.

20 minuten Aan het De kinderen gaan aan de slag. De kinderen stoppen hun creativiteit in het versieren van de
werk Ik loop door de klas om te kijken hoe de eieren. Ze gaan aan het werk volgens het stappenplan. De
kinderen aan het werk zijn. kinderen mogen praten met de kinderen in het groepje.
10 minuten Evalueren Ik laat de kinderen stoppen met werken. De kinderen stoppen met hetgeen waar ze op dat moment
en opruimen We gaan om de werkjes van de kinderen heen mee bezig zijn. Ze luisteren naar wat ik te vertellen heb.
staan. Ik vraag de kinderen wat hen opvalt, De kinderen geven antwoord op de vragen die ik stel.
bijvoorbeeld in kleurgebruik. De kinderen kijken mee naar de werkjes die ze gemaakt
hebben.
Door middel van vragen te stellen in de klas,
probeer ik er achter te komen of de lesdoelen De kinderen ruimen de knutselspullen op. Ze kijken op
zijn bereikt. Hebben de kinderen begrepen wat rondom hun eigen tafel. Ze zorgen ervoor dat alles
het doel van de les was? Hebben ze iets aan de opgeruimd is binnen 5 minuten.
les gehad?
Persoonlijke reflectie
Ik vond het zelf een leuke les om te geven. De tijdsplanning kwam alleen totaal niet goed uit. Aan het einde van de les
waren de kinderen pas op de helft van het beplakken van de eieren. Ik had hierdoor misschien twee lessen moeten
plannen.
Verder heb ik een goede uitleg gegeven aan de kinderen, want toen ik rondliep door de klas zag ik dat de kinderen
goed bezig waren met de opdracht.
Tijdens de les was er een fijne sfeer in de klas.

Ik vond het een zeer geslaagde les.

Feedback mentor (inclusief handtekening)


Datum:
Aan de kinderen was te zien dat ze het een leuke les vonden. Ze konden hun creativiteit goed kwijt in de les. Er heerste
een ontspannen sfeer.
Je stuurde de kinderen in de les. Dit is niet altijd nodig. Laat ze maar hun gang gaan. Als het fout gaat, gaat het fout. Je
hebt een goede uitleg gegeven, dus de duidelijkheid was er zeker.
Denk volgende keer aan de tijd tijdens de les. Je hebt de kinderen vijf minuten gegeven om op te ruimen. Dit is te kort.

Yolanda Kuzinowicz

You might also like