Meest gebruikte het-woorden - uit de lijst van 2000 meest frequente Nederlandse woorden.

(uit het Basiswoordenboek Nederlands van P. de Kleijn en E. Nieuwborg)

aandeel ei huishouden ogenblik succes

aantal eiland huwelijk onderwerp systeem
adres eind ideaal onderwijs teken
advies einde idee onderzoek terrein
afscheid element ijs ongeluk tientje +
akkoord + eten ijzer ontbijt + toneel
antwoord examen initiatief oog totaal +
artikel instrument oor type
feest inzicht oordeel
bad feit oosten uur
bed figuur + jaar optreden +
bedrag fruit opzicht + vak
bedrijf kabinet orgel + veld
beeld gas + kader overhemd + verband
been gat kamp overleg verblijf +
beest gebaar kantoor verdriet
beetje gebied karakter paar + verhaal
begin gebouw kilo (ook: de) paard verkeer
begrip gebrek kind pak verlangen
belang gebruik klimaat paleis verleden
beleid gedeelte kruispunt papier verlies
bericht gedrag kussen + park vermoeden
beroep geduld + kwaad + parlement verschijnsel
bestaan gegeven + kwart + personeel verschil
bestuur geheel plan verstand
bezoek geheim laken + plein vertrek
bezwaar geld land plezier vertrouwen
bier gelijk lawaai principe vervoer +
blad geloof leer + probleem verzet
bloed geluid leger procent + verzoek
blok geluk leven proces vierkant +
bos (ook: de) genoegen + lichaam product vlak +
boord (ook: de) + gesprek licht program + vlees
brood gevaar lid programma vliegtuig
broodje geval lied publiek volk
buitenland gevoel lijf punt (ook: de) voorbeeld
bureau gevoelen loon voordeel
gevolg raam voorjaar +
cadeau geweld maal + rapport voorstel
café gezag materiaal recht + voorwerp
centrum gezelschap medicijn record + vuur
cijfer gezicht meisje restaurant
college + gezin mes resultaat wapen
congres + glas middel retour + water
contact goed + midden rijk weer
gordijn milieu werk
dak goud + miljoen + schip westen
dal gram (ook: de) + ministerie + schot + wezen +
datum + gras misbruik seizoen wonder
deel misverstand + slachtoffer woord
detail haar + moment slot
dier hart snoep + zand
ding hek nadeel + spel ziekenhuis
diploma hoofd najaar + spoor zilver +
doek (ook: de) horloge nieuws station zout
doel hotel niveau stof (ook: de) + zuiden
dorp hout noorden strand
huis nummer stuk

De woorden met + komen niet voor in de lijst met hoogfrequente het-woorden van B. Bossers, bij het Handboek NT2 in het
Volwassenenonderwijs.
Meest
gebruikte
het­woorden



Aanvulling
uit
de
lijst
van
frequente
Nederlandse
woorden
van
B.
Bossers,
bij
het
Handboek

NT2
in
het
Volwassenenonderwijs.



1.
het­woorden
uit
de
frequentieklasse
1000­2000.



 Arg um e nt, 

A sp ec t
­

Be sl ui t, 
B e wij s, 
B ez i t
–
E ffect
– 
Hoofd s tuk 
– 
O nd e rde el 
­


 Stand pu nt



2.
uit
de
lijst
nuttige,
relatief
frequente
het­woorden




 Be ve l,
Bu u rthui s 
– 
Co nfl ic t,
Co nsu ltatieb ure au
– 
F ormu li er 
– 
Hu is we rk 
– 
Ke n me rk, 


 Kl ee d, 
Kru i s
–
Lo t
–
Me ub el, 
M il ie u, 
M us eu m
–
O nd e rsc he id, 
O n ts lag,
On w ee r, 


 Org aan 
– 
R is ico 
– 
Salar is, 
Sp ee lgo ed, 
Sp re eku ur, 
Stopl ich t, 
Stuu r
 –
T ijd sch rift, 


 Toil et
– 
We ek en d,
Woo rd en boe k