Professional Documents
Culture Documents
Doel: de leerling leert via zijn plezierige activiteiten of positieve ervaringen wat zijn (werk)kwaliteiten
zijn.
Bij deze opdracht is het de bedoeling dat de leerling via belangrijke, plezierige activiteiten die hij 2
kort geleden mee heeft gemaakt ontdekt waar hij goed in is.
Aanpak:
Schema 1
Vraag de leerling of hij een activiteit weet waar hij op terug kan kijken als een positieve
ervaring. Het kan gaan om projecten die de leerling heeft afgemaakt, problemen die hij heeft
opgelost, hobby’s en activiteiten die hij voor zijn plezier doet. Het kunnen ervaringen zijn op
school of in vrijwilligerswerk, betaald werk of vrije tijd. Het moet wel een situatie zijn waar
de leerling zelf een bijdrage leverde aan dat positieve effect. Vraag hem om die activiteit of
gebeurtenis eerst kort te benoemen in rij 1 en daarna uitgebreider te beschrijven in rij 2 wat
er bij die activiteit gaande was en in rij 3 aan te geven wat de leerling zelf bij heeft gedragen
door zijn gedrag aan deze positieve ervaring en in rij 4 waarom hij het zo leuk vond en ook
nu nog leuk vindt.
Je gaat samen met de leerling na welke kwaliteiten of competenties zijn af te leiden uit zijn
gedrag in die situatie.
Schema 2
Je denkt na over beroepsmogelijkheden die aansluiten op zijn ervaring. Dat hoeft natuurlijk
niet per se altijd door de leerkracht te worden gedaan. Je kunt de leerling ook vragen om
met vrienden, medeleerlingen en ouders na te denken over de beroepen die bij zijn
activiteiten passen. Je gaat ook na welke activiteiten de leerling vaker zou willen doen en
hoe hij dat denkt aan te pakken.
Opmerkingen
Deze opdracht kun je ook met de klas samen doen.
- Geef een voorbeeld van een activiteit die jij als leerkracht zelf leuk vond en werk dit
voorbeeld uit met de klas in de opdracht die je op het digibord hebt staan.
- De leerlingen vullen hierna schema 1 in.
- De leerkracht laat een leerling vertellen wat hij opgeschreven heeft.
- De leerkracht laat de klas reageren bijvoorbeeld door te proberen om de juiste kwaliteiten bij
deze activiteit te vinden.
- De leerkracht schrijft deze kwaliteiten op het digibord.
- De leerkracht polst of de leerling weet of hij deze kwaliteiten in zijn latere beroep zou willen
gebruiken.
- De leerkracht oefent met de klas samen beroepen te vinden, waar genoemde kwaliteiten in
zitten.
- Je kunt de leerling vragen 3 succeservaringen te noteren. Telkens over iets anders: je
broertje leren fietsen, leren rijden, hoe je bent omgegaan met een vriend die je pestte. Met
1
Spijkerman en Bienemann, 2014.
2
Hij kan vervangen worden door zij
verschillende verhalen kun je de verschillende kwaliteiten vinden die je in verschillende
situaties gebruikt.
Voorbeelden van mogelijke vaardigheden en beroepen, die horen bij een bepaalde activiteit:
3
Kwalificatiedatabank Vlaamse kwalificatiestructuur
veilige manier kunnen gebruiken, kunnen heffen, de grond kunnen bewerken en plantklaar
maken, planten en zaaien, netjes afwerken, een plan kunnen lezen,…
•Beroepen: beroepen in de land- en tuinbouw,
Niet iedereen kan aan de beurt komen. Iedere leerling probeert voor zijn eigen activiteiten de juiste
bijpassende kwaliteiten te vinden. De leerkracht kan de opdrachten eventueel inzamelen en met
leerlingen die vastlopen een gesprek hebben of deze leerlingen doorverwijzen naar het CLB.
Een voorbeeld
1. Een positieve ervaring van de laatste tijd In het vierde jaar een jaartaak maken over
studiekeuze4.
Vertel uitgebreider wat deze positieve ervaring Leerlingen uit het vierde jaar maken een jaartaak
inhoudt over studiekeuze. Ze spreken met mensen in
verschillende beroepen, ze interviewen een
beroepsbeoefenaar en draaien een dag mee in een
bepaald beroep.
2. Welk aandeel heb ik bij deze activiteit Ik heb contact opgenomen met een familielid die
het beroep uitoefent dat ik wil uitoefenen en een
afspraak gemaakt met hem. Ik heb een vragenlijst
opgemaakt ter voorbereiding van het interview. Ik
heb ook een dag kunnen meedraaien op zijn werk.
3. Ik geniet zo van deze activiteit, omdat… Omdat ik het leuk vond om nog eens met mijn
oom te kunnen praten. Omdat ik eigenlijk niet wist
wat hij deed en wat het beroep precies inhield. Ik
heb veel bijgeleerd door het interview.
4. Welke kwaliteiten heb ik gebruikt -een afspraak maken
-plannen/organiseren
-een vragenlijst opmaken
-goed kunnen luisteren
-goed kunnen praten
-goed contact leggen
-met de computer overweg kunnen
-me goed verdiepen in 1 onderwerp
-me goed kunnen inleven
4
Koninklijk atheneum Etterbeek
Opdracht Succeservaringen
Je hebt wel eens prestaties geleverd waarop je trots kon zijn. In deze opdracht willen we jou laten
stilstaan bij jouw succeservaringen. Dit helpt je om meer te weten te komen over jouw
(werk)kwaliteiten. Op de volgende bladzijden kan je een aantal van jouw succeservaringen
beschrijven.
Schema 1 Ervaring 1
Schema 1 Ervaring 2
Schema 2 Ervaring 2
Schema 1 Ervaring 3
Schema 2 Ervaring 3