You are on page 1of 64

Evolutie of Openbaring 1

Evolutie of Openbaring ?

Het gas dat bij de explosie van de Krab is weggeslingerd vormt nu een mooie nevel.

© Very Large Telescope, Chili

Een woord vooraf

Een lezer heeft eens opgemekt dat we nogal simplistisch doen met deze problematiek. Ja, er zijn
velen die geen probleem hebben met de beide zaken, schepping en evolutie, samen te voegen.
Maar in werkelijkheid gaat het, hoe we het draaien of keren, om twee mogelijkheden: er is
schepping of die is er niet. Neem eens de zienswijze van Teilhard de Chardin. Die had de volgende
visie: we zijn op weg van alpha naar omega. God stuurt die baan, langs evolutionaire wegen. Daar
zijn ondertussen veel varianten op. In dat alles zit filosofie die ook niet te controleren is. Het is
trouwens vermoeiend om er iets van te weerleggen. Want dan gaat men een ander filosoof er
tegenaan gooien. En het blijft maar duren zonder ergens te landen.

Om alles gemakkelijk te houden, ook voor wie er niet zoveel van kent, neem ik er dus de beide
grondstellingen uit: evolutie OF schepping. Dat maakt het heel simpel. Niet simplistisch, dat is nog
wat anders.
Evolutie of Openbaring 2

Ja, ik ben geen geoloog of bioloog. Ik weet het, zo blind zijn we ook niet of slecht ingelicht: alles van
de evolutie is niet te weerleggen. We maken die opmerking niet als een stok om ons er mee te
slaan, want de basis van de leer van de evolutionisten klopt niet met honderden andere feiten. Een
evolutie in de soort is een feit en daar heeft een creationist, zoals wijzelf, geen enkel probleem mee.
Maar een zebravink die na een tijd van een intensief kweekprogramma omgevormd is tot een
tortelduif dat hebben we nog niet gezien.

Guido Biebaut, 4 april 2021 (3de versie, eerste uit 2010) Alle rechten voorbehouden

Evolutie of Openbaring (1) : EEN OVERZICHT

We hebben al geruime tijd deze reeks in gedachten, ze zit trouwens in de lijn van onze vroegere
bijdragen over de dinosauriërs en de zondvloed. Recent (op 3 februari 2008) had het programma
'De zevende Dag' van zondagmorgen op Een-televisie een bespreking tussen een universiteitsprof,
Johan Braeckman, en een imam uit het Antwerpse. Aanleiding was een rapport dat aantoonde
dat de Vlaamse jeugd zo weinig afwist van de leer van de evolutie. We willen dat als opstapje
gebruiken om aan te tonen dat ons levensmodel als christenen de voorkeur geniet boven wat de
evolutie leert.

DE PROF

Prof. Dr. Johan Braeckman is vijf jaar geleden docent geworden aan de universiteit Gent. Zijn
vakgebied is de wijsbegeerte, meerbepaald de antropologie, dat is de wetenschap die zich afvraagt
wat voor wezen de mens is. Hij bekijkt hoe de mens moet gezien worden in de natuur en het heelal.
Braeckman houdt zich vooral bezig met de evolutietheorie en hoe de mens een ethisch voelend
wezen is geworden. In klare taal: hoe staat de mens in verhouding tot dieren.

Nu heeft professor J. Braeckman, een budget van 200.000 euro gekregen van de Gentse universiteit
om de evolutietheorie aan Vlaanderen, vooral aan de jeugd, uit te leggen. Er is nu al kritiek te horen.
Zo noemt Taede Smedes, godsdienstfilosoof en theoloog aan de faculteit Godgeleerdheid van de KU
Leuven, het idee om meer aan wetenschapspopularisering te doen een zaak die niet veel zal
opbrengen. Het zal volgens hem niet tot minder geloof in creationisme leiden. Dat is volgens hem
een illusie en een utopie. Intussen heeft Braeckman al gereageerd op Taede Smedes. Braeckman
benadrukt dat hij geen 'onderhuidse wens heeft om een atheïstische levensbeschouwing te
promoten', zoals Smedes insinueerde. Hij wil enkel de kennis over de evolutietheorie verbeteren
met een website, lezingen en debatten. Nu moeten we als gelovigen niet echt bang zijn voor de
waarheid.

DE THEORIE SAMENGEVAT
Evolutie of Openbaring 3

Donderdag, 7 februari 2008, plaatste professor Johan Braeckman op zijn internetsite een inleiding
tot zijn opdracht. 'De evolutietheorie is één van de beste wetenschappelijke theorieën die we
hebben. Ze verklaart ondermeer de ontwikkeling en de samenhang van het leven, het ontstaan van
soorten en adaptaties, en de aanwezigheid van fossielen. Er bestaat overweldigend veel
bewijsmateriaal voor. Vele tienduizenden wetenschappers, in de taxonomie, de genetica, de
geneeskunde, de embryologie, de psychologie, de neurowetenschappen en in vele andere disciplines,
werken er dagelijks mee om de natuur steeds beter te begrijpen. De theorie is in de loop van bijna
honderdvijftig jaar uiteraard ook zelf geëvolueerd. Ze bestaat momenteel uit meerdere subtheorieën,
waaruit men diverse hypothesen afleidt, die dan weer aanleiding geven tot nieuwe waarnemingen
en zeer uiteenlopend experimenteel onderzoek. Wie vertrouwd is met de theorie kent de finesses, de
rijkdom, de elegantie en de verklarende en esthetische kracht ervan. Daarnaast stelt men evenwel
vast dat zeer veel mensen het abc van de theorie niet kennen, verkeerd begrijpen, er vooroordelen
over koesteren of er foute conclusies uit afleiden. Dat is erg jammer, om meerdere redenen. Niet
alleen mist men op die manier de kennis en informatie die de evolutietheorie met zich meebrengt,
maar bovendien krijgt men, meer algemeen, een fout beeld van waarover het gaat, en misschien
vooral niet gaat, in de wetenschap.'

Laten we van daaruit vertrekken.

ENKELE ONDERDELEN

Een auto is de geordende samenstelling van een reeks onderdelen. Maar zo is het niet met de leer
van de evolutie, die volgens Braeckman hierboven een samenvoeging is van 'meerdere
subtheorieën, waaruit men diverse hypothesen afleidt.' De leer van de evolutie is dus een
samenstelling van: 'wetenschappelijke theorieën, subtheorieën en diverse hypothesen.' Het zijn dus
niet onze uitspraken wanneer we de evolutieleer zullen beschrijven als een geloofspunt. Dat
Braeckman spreekt over de leer als een conclusie van 'Wetenschappelijk bewijs' wordt niet
onderbouwd door de feiten. Een bewijs is dat wat geconstateerd is met instrumenten; een
telescoop om naar verre werelden te kijken, een microscoop om naar het kleine te kijken en nog
tientallen andere vernuftige toestellen. Een bewijs is wat onze 5 zintuigen kunnen nagaan, iets dat
controleerbaar is. We zien de fenomenen. Verklaringen moeten ons helpen de zaak te begrijpen.
Men kan een 'hypothese' dus niet als een tijdelijke verklaring verwerpen. Men moet er wel op letten
dat men niet permanent met 'hypothesen' de zaken blijft uitleggen. Zo is de leer van de evolutie van
de ene 'reeks hypothesen naar de andere reeks hypothesen' overgegaan zonder dat men
ondertussen echte bewijzen op tafel gelegd heeft. De optelsom van enkele veronderstellingen levert
je nog geen waarheid op. Hypothesen heiligen de waarheid niet.

Bewijzen zijn gebaseerd op waarneembare natuurlijke fenomenen die ieder ander kan controleren.
Iemand in Zuid-Afrika kan evengoed als iemand in Siberië naar dezelfde sterren kijken. Voor velen is
de sterrenhemel het bewijs van schepping. Jammer, we kunnen YaHWeH niet eventjes vragen of Hij
Evolutie of Openbaring 4

zich wil laten onderzoeken aan de universiteit van Heidelberg of het MIT in de USA. Dat zijn de
besten in hun vakgebied, wetenschappelijk natuurkundig onderzoek. We kunnen over God niet
doceren zoals in de scholen bewijs geleverd wordt, hoe licht gebroken wordt in een holle of bolle
lens. Dat is God verkeerd begrijpen. Ons bewijs voor God is een ander dan het wetenschappelijk
bewijs. Evolutie echter is een onverdedigbare aaneenschakeling van 'hypothesen', iets dat helaas
gedoceerd wordt als wetenschap.

TERMEN EN ONDERSCHEID

We zullen dus regelmatig twee tegengestelde termen gebruiken die we toch even nader willen
toelichten:

Schepping of creatie: God heeft alles geschapen, zoals de Schrift dit beschrijft. Alle planten- en
diersoorten zijn apart geschapen in een zeer korte tijd. Als zodanig is ook de mens niet lichamelijk
verwant aan de dieren door een afstamming ervan. Ook de mens is een aparte schepping van God.

Atheïstische evolutie: Er is geen God. Alles is door evolutie ontstaan, onder invloed van het toeval.
Gedurende een zeer lange tijd zijn door natuurlijke processen, miljarden jaren geleden zowel alle
sterren als alle dieren ontstaan. Men noemt het ook spontane evolutie. In recentere jaren is die
oudere versie vervangen door een andere visie. Daarbij is het mogelijk dat het leven op aarde uit
een ander zonnestelsel zou overgewaaid zijn naar onze aarde. Hoe het leven er zou ontstaan zijn,
daar is men nog over aan het nadenken. In de loop der jaren zijn er meerdere pogingen geweest om
een zekere combinatie te vinden met evolutie en schepping als één geheel.

Deïstische evolutie: Hier leert men dat God de basisvoorwaarden heeft geschapen zodat alles
verder door evolutie kan geschieden. God blijft helemaal buiten dat proces. De evolutiekracht is
door God in de natuur gelegd en God laat die zijn werk doen. God is een horlogemaker. Hij heeft de
radertjes van het horloge eenmaal opgedraaid, de veer is opgewonden, en alles loopt vanzelf
verder.

Theïstische evolutie: Hier zegt men dat God de evolutie begeleidt bij elke stap. In deze soort
'evolutie' is er een bestendige goddelijke invloed. Men spreekt dan ook wel van scheppingsproces,
maar dat is een onduidelijk begrip. Scheppen in Bijbelse zin veronderstelt namelijk altijd scheppen in
een oogwenk, uit het niets. Dus is er géén blind toeval, God is de uiterlijke oorzaak van het ontstaan
der dingen. Veel christenen aanvaarden deze leer. Het zegt iets maar niet alles.

Kan men niet spreken over Intelligent Design zoals men sinds enkele jaren doet? Intelligent Design
is letterlijk vertaald = intelligent ontwerp = een zaak die getekend, gepland en ontworpen is van
tevoren. Ja, maar pas wel op dat er niet een poging gedaan wordt om van de Bijbel een
natuurwetenschappelijk boek te maken. Ook dit moeten we van de hand wijzen: dat er bepaalde
Evolutie of Openbaring 5

aanhangers van Intelligent Design leren, dat buitenaardse wezens verantwoordelijk zijn voor het
leven op aarde. Dat zijn verkapte godloochenaars.

DE MENS, EEN HOGER DIER

Charles Darwin (midden 19de eeuw) is de filosoof achter de leer van de evolutie. Ongeveer zes
miljoen jaar geleden zou in Afrika een wezen rondgelopen hebben dat enerzijds heeft geleid tot de
ontwikkeling van aapachtige soorten en anderzijds tot die van mensachtige soorten. Apen en
mensen hebben, zo leert een volgeling van Darwin, een gemeenschappelijke voorouder. De
evolutionist zegt: de mens is een dier dat iets hoger is geëvolueerd dan de apen. De creationist zegt:
de mens is geschapen naar het beeld van YaHWeH (Gen.1:26-27,30 / 6:1). De mens is 'een beetje
lager dan de engelen geschapen' (Psalm 8:5) en kreeg van God het beheer over alle dieren op de
wereld. Omdat mensen recht hebben op een zinnig antwoord op de vraag: wie is de mens, moeten
we ook de leer van de evolutie onderzoeken. In het volgende deel gaan we wat zeggen over de
ouderdom van het heelal en de aarde.

Iets om over na te denken: Darwin en zijn leer promoten racisme.


Evolutie of Openbaring 6

Dit is hoe men evolutie van de mens heeft weergegeven om de leer te promotoren : illustratie uit

dit museum

********

Zoek je naar iets dat er niet staat: ga naar http://www.dutchcreationscience.com/

of http://www.degeneratie.nl/index.asp?PaginaID=1098
Evolutie of Openbaring 7

********

Evolutie of Openbaring (2) : Evolutie, is ouder ook beter?

Dit lijkt op stervorming in het sterrenbeeld Orion. © Hubble Space Telescope

EVOLUTIE: HOE OUDER, HOE BETER?

In de evolutieleer spreekt men zeer dogmatische taal: het heelal is miljarden jaren geleden
ontstaan. Onze vraag hierbij: is dat wel zo?

SCHIJN BEDRIEGT SOMS

Wanneer we naar de ouderdom van iets kijken, dan moet rekening gehouden worden met méér
dan één zaak. Een kind dat de ziekte 'progeria' heeft (= ongewone ouderdomsveroudering) kan op
zijn identiteitspas 10 jaar oud zijn, maar tachtig of negentig lijken. Die situatie is vergelijkbaar met de
cijfers die gegeven worden in verband met de ouderdom van de aarde en zoals we later zullen zien
ook in de biologie. Al wie zijn geloof in de handen van de leraren van de evolutieleer legt, gaat ervan
uit dat er een zeer lange tijd nodig is geweest voor de ontwikkeling van alle levende wezens op
aarde. Waaruit volgt dat ook het universum (lees = hemel en aarde) miljarden jaren geleden zijn
ontstaan. Tot het einde van de jaren 1920 geloofden evolutionisten dat het heelal 2 miljard jaar oud
was. Maar elke daaropvolgende 10 jaar is er een half miljoen jaar aan toegevoegd. De Wilkinson
Microwave Anisotropy Probe (WMAP) heeft 5 jaar lang metingen verricht aan de kosmische
Evolutie of Openbaring 8

achtergrondstraling. De leeftijd van het heelal is door die onderzoekers bepaald op 13,7 miljard jaar
(met een foutmarge van ongeveer 1% (zie het verslag op NASA van 7 maart 2008). Klinkt dat niet:
hoe ouder hoe beter? Natuurlijk met de gedachte in het achterhoofd, wie zal het kunnen nagaan!

TEGENSTRIJDIGHEID

Dat sommige sterrenstelsels ouder lijken dan de ouderdom van het universum zelf had Robert C.
Kennicutt Jr. reeds beschreven in, 'An Old Galaxy in a Young Universe,' (= Een oud sterrenstelsel in
een jong universum), Nature, Vol. 381, 13 June 1996, blz.555,556. Het tijdschrift 'Nature' is een blad
uitgegeven door evolutionisten. Een uitleg voor deze tegenstrijdige bevinding is door hen nog niet
gegeven. Van Jonathan Amos, een wetenschappelijk reporter van 'BBC News' verscheen het artikel
'Astronomers claim galaxy record' (Astronomen eisen de ontdekking op van het oudste
sterrenstelsel) Je kunt het vinden op http://news.bbc.co.uk/ datum 07/11/2007. Dit is een
samenvatting van zijn verhaal.

Een door Caltech gesponsord team heeft met de Keck telescopen op Hawaii een sterrenstelsel
ontdekt dat bijna net zo oud is als het universum zelf. Het heelal is volgens de jongste berekeningen
slechts 13,66 miljard jaar oud. Dit ontdekte sterrenstelsel heeft maar een verschil van 'SLECHTS' 500
miljoen jaar met dat getal. Het zou het oudste stelsel zijn en een nieuw record vestigen. Maar dat
klopt niet met de leer van het ontstaan van een compleet sterrenstelsel volgens de leer van de
evolutie. We moeten dan ook naar de grondslag kijken van de moderne leer van het ontstaan.
Gezien vanuit het standpunt van de schepping, waar de Bijbel het uitgangspunt is, ligt het onderzoek
in de lijn van de verwachtingen. Als God in het begin alles maakt in volwassen en ingewikkelde
toestand, dan zal het ons niet moeten verbazen dat onderzoekers vinden dat er vanaf het begin
complexe structuren waren. Een 'kant en klaar' zonnestelsel is een bewijs voor schepping, niet voor
evolutie. En dat er schepping is = maken uit het niets, is ons door God geopenbaard in de Schriften.

DE OERKNAL

De evolutieleer heeft sinds de laatste zestig jaar een theoretische beschouwing over het ontstaan
van het heelal, dat men de 'big bang' noemt, in het Nederlands 'de oerknal'. Hoe meet men de
leeftijd van het heelal? Dat is te moeilijk om in alle puntjes uit te leggen, maar we doen wel een
poging. Veronderstel een half opgeblazen ballon waarop je met een stift puntjes aanbrengt. Waneer
je de ballon verder opblaast, zullen de puntjes verder van elkaar af staan. Dat noemt men uitdijen
en zo ook moet men het uitdijende heelal bezien. Sterrenstelsels (dus groepen van duizenden
sterren samen) lijken bij meting van elkaars afstanden verder uit elkaar te gaan. De eerste
astronoom (sterrenkundige) die dit beschreef was Edwin Hubble, in de jaren 1920. Hij bekeek de
sterrenhemel, schatte hun afstand en kwam tot het besluit dat ze van ons af of UITZONDERLIJK naar
ons toe zich bewegen. Hij vond dat, hoe verder een sterrenstelsel van ons af staat, des te sneller het
zich van ons vandaan beweegt. Het sleutelwoord was en is nog steeds 'uitdijen.'
Evolutie of Openbaring 9

De redenering die er aan gekoppeld werd was: als we nu de film van het uitdijende heelal eens
zouden terugdraaien zouden we het heelal steeds kleiner zien worden. Op een zeker moment zou
het heelal zo klein zijn dat alles elkaar zou raken en er als één grote bol zou uitzien. Nog weer iets
terug zou het heelal zo klein zijn als een punt. Van dit idee komt de gedachte dat het heelal een
begin moet hebben gehad. Alle materie en energie die we nu zien, zat toen in één heet punt
samengebald. In dat ene punt zou iets, men weet niet wat, alles uit elkaar hebben laten spatten in
één enorme knal. Dit noemt men de Oerknal of Big Bang. Door het meten van de afstanden en
snelheden waarmee sterrenstelsels uit elkaar gaan, is in principe uitgerekend hoe lang geleden die
Oerknal moet hebben plaatsgevonden.

TEGENSTRIJDIGHEID, HET VERVOLG

De 'Gazet van Antwerpen' had op 1 december 2004 de volgende kop in zijn dagblad:
'Hubbletelescoop ontdekt jongste sterrenstelsel ooit.' We citeren er dit uit: 'Een team rond Trinh
Thuan van de Universiteit van Virginia en Joeri Izotov van het Observatorium van Kiev stootte met de
Hubble op I Zwicky 18, een sterrenstelsel dat zich op 45 miljoen lichtjaar van ons bevindt. Dichter dan
eender welk ander jong sterrenstelsel. Naar kosmologische normen is het met een ouderdom van
500 miljoen jaar nauwelijks een dreumes te noemen, aldus de universiteit (à) Ter vergelijking: onze
Melkweg is niet meer dan twintig keer ouder, zijnde ongeveer twaalf miljard jaar of de typische
ouderdom van sterrenstelsels doorheen de kosmos. Het sterrenstelsel is een laatbloeier, want het
vormde zich pas pakwek dertien miljard jaar na de Oerknal. Pas sinds een half miljard jaar geleden
ontstonden er de eerste sterren in. Waarom het zich zo laat vormde is een mysterie. I Zwicky 18 kan
door zijn leeftijd en nabijheid meer leren over het ontstaan van sterrenstelsels en hoe de Melkweg er
op zeer jonge leeftijd uitzag.' We leren er drie dingen uit:

1. Alle sterrenstelsels zijn dus niet even oud.

2. Het lijkt alsof er nog steeds een schepping aan de hand is.

3. Voor deze tegenstrijdigheid is er géén uitleg volgens de leer van de evolutieastronomen.

Maar dit past wonderwel bij wat de Bijbel leert. Johannes 5:16,17 leert ons toch: 'En daarom wilden
de Joden Jezus vervolgen, omdat Hij deze dingen op sabbat deed. Maar Hij antwoordde hun: Mijn
Vader werkt tot nu toe en Ik werk ook.' Johannes 14:10 geeft nog een nadere uiteg daarbij: ' Gelooft
gij niet, dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is? De woorden, die Ik tot u spreek, zeg Ik uit Mijzelf
niet; maar de Vader, die in Mij blijft, doet zijn werken.' In ander woorden: YaHWeH blijft steeds
scheppend bezig, ook waar het de tekenen betreft van Jezus. Hij was het die we als Jezus kennen. Hij
die de Logos van God was, is Jezus voor Zijn menswording. Zijn eigenmachtig gebruik van zijn
eigenschappen als God heeft hij afgelegd, maar de Vader was met Hem. En juist die God, zegt Jezus,
was permanent aan het werk. YaHWeH was toen en is nu scheppend bezig. Moeten we de nieuwe
werelden die ontdekt worden daar niet zoeken in plaats van een evolutie in te brengen?
Evolutie of Openbaring 10

En nog een TEGENSTRIJDIGHEID

Het heelal lijkt uit te dijen. Albert Einstein, die in 1915 zijn Algemene Relativiteitstheorie opstelde -
dus voordat Hubble het uitdijende heelal beschreef - vond dat het heelal niet zonder beweging kon
zijn, maar moest uitdijen of inkrimpen. Einstein had echter geen enkele reden om aan te nemen dat
het heelal niet oneindig oud was. Zelf was hij op zoek naar een statisch heelal, zonder beweging van
uitzetting. In zijn ontwikkelde theorie was daar een oplossing voor, in de vorm van een afstotende
kracht. Die kracht noemde Einstein de Kosmologische Constante. Toen Hubble echter ontdekte dat
het heelal uitdijde, verwierp Einstein zijn eigen idee van de Kosmologische Constante. Hij noemde
het zijn grootste blunder. Maar recent nu lijkt Einstein misschien nog gelijk te krijgen. In 1998 is de
ontdekking gedaan dat de uitdijing van het heelal niet vertraagde maar versnelde. Dat gedrag kan
alleen maar door een kosmologische constante verklaard worden.

In de praktijk wil dit zeggen dat: iets sneller reizen kan dan het licht! Aangezien men de snelheid van
het uitdijende heelal steeds meet vanaf de snelheid van het licht aan = 299.792.458 meter per
seconde, is dat geen garantie van juistheid. Als dat getal niet steeds hetzelfde is, zijn de cijfers van de
evolutieleer totaal fout. Wanneer we als christenen geloven in schepping, wat zou daar dan
verkeerd aan zijn. Sommige sterrenstelsels lijken jonger dan de cijfers van de evolutionisten, andere
lijken ouder. Maar is dat geen wetenschap die met de natte vinger te werk gaat. De Bijbel zegt ons
dat God sprak en het er was. Dat is een mooie geloofstaal. Neen, de Schrift is geen
wetenschapsboek, maar het geeft wel een betere verklaring dan het gissende werk van de evolutie.
Want nu eens is de wereld 13,7 miljard jaar oud, dan eens veel miljarden ouder en sommige
onderdelen dan miljarden jonger. De Big Bang theorie klopt dus niet.

^^^^^^

Mag ik julle verwijzen naar een zeer recent artikel van Vernon R. Cupps, Ph.D. Uitgestorven
radionucliden. De uitgever van het tijdschrift zet er deze aantekening bij:
“Waar denk je aan als je het woord uitgestorven hoort? Dinosaurussen misschien? Er is een groep
radio-isotopen die doorgaans 'uitgestorven' worden genoemd, maar ze worden aangetroffen in
de lithosfeer van de aarde. Hun bestaan suggereert dat de aarde veel jonger is dan de seculiere
wetenschap vereist.”
Volgens de berekeningen van de schrijver is de aarde dan hooguit 15 milioen jaren oud en geen
4,7 miljard.
Zie het artikel in het tijdschrift Acts and Facts van april 2021.
https://www.icr.org/article/12720/?
utm_source=phplist9354&utm_medium=email&utm_content=HTML&utm_campaign=April+Acts
+%26+Facts+Is+Now+Available
Evolutie of Openbaring 11

Evolutie of Openbaring (3) : in de prullenmand!

Volgens de evolutiewetenschap ligt de oerknal aan de basis van het ontstaan van ons heelal met
alles erop en eraan. Toch is deze basis erg wankel gebleken, want strijdig met meerdere details
uit deze leerstelling. Een schepping door God is zeker te verkiezen boven wat men zegt in kringen
van godloochenaars.

Dit is géén ECHTE ster!

In het vroege begin van de sterrenkunde had men slechts een sterrenkijker gemaakt van grote
lenzen. Vanaf de jaren 1960 wordt dat aangevuld met de radiotelescoop. Dit instrument vangt
golven op die de aarde bereiken vanuit de kosmische ruimte. In 1963 werd voorspeld dat een
bepaalde kosmische radiobron tijdelijk zou worden afgeschermd als de maan ervoor langs zou
gaan. En dat bleek het geval te zijn. Aangezien de positie van de maan duidelijk bekend is, moest
het mogelijk zijn bij het samenvallen van de stand van de maan en het bewuste object
nauwkeurig te bepalen waar de signalen vandaan kwamen.

Tot ieders verbazing ontdekte men later dat deze objecten helemaal geen sterren waren! Dus
moesten ze een nieuwe naam krijgen en men ging het een 'quasar' noemen. Dat is de afkorting
van quasi-stellaire radiobron. Men berekende dat het licht van één object 2 miljard jaar nodig
had om ons te bereiken. Astronomen zijn het er niet altijd over eens hoe groot en hoe oud zo'n
quasar is. We citeren uit een artikel dat een beschrijving geeft van een recente vondst: “De
quasar, genaamd J1427!3312, op een golflengte van 18 cm. De dubbele morfologie en het
radiospectrum impliceert dat de leeftijd van de quasar een paar duizend jaar is.” Astronomen
brengen baby-quasar in kaart,” Woensdag 11 Juni 2008 op www.astronomie.nl; wij
onderstrepen).

Vanuit de Schrift bekeken is het ontstaan van een gedeelte van het heelal geen enkel probleem.
Het is best mogelijk dat God zelfs nu nog scheppend aan het werk is. We weten dat uit een
uitspraak van Jezus: "Maar Hij antwoordde hun: 'Mijn Vader werkt tot nu toe en Ik werk ook'"
(Joh.5:17). Maar als in de evolutieleer nog steeds geschapen wordt, kan de huidige uitleg dat niet
verklaren; alles is namelijk het resultaat van een miljarden jaren oude oerknal. Wat zijn deze
quasars? Niemand weet het, maar er zijn wel veronderstellingen. We redeneren hier vanuit de
leer van de evolutionisten om aan te tonen dat er iets niet klopt met de veronderstelling. Het
licht van de verst verwijderde quasars doet er 15 miljard jaar over om ons te bereiken. Wij zien ze
zoals ze 15 miljard jaar geleden waren. Quasars op grotere afstand dan 15 miljard lichtjaren zijn
niet bekend. Ondanks dat we in het vorige artikel schreven dat het universum maar 13,7 miljard
jaren oud is heeft men bijna algemeen aanvaard dat het universum ongeveer 18 tot 20 miljard
jaar oud is. Het begon met een explosie. De redenering van evolutionisten is dus dat Quasars tot
Evolutie of Openbaring 12

stand kwamen toen het universum pas 3 tot 5 miljard jaar oud was. Ongeveer in die tijd
begonnen zich melkwegstelsels te vormen. Quasars zijn mogelijkerwijs melkwegstelsels tijdens
hun geboorteproces. Aangezien er nu nog quasars bestaan, wil dat zeggen dat er nog steeds
geschapen wordt! Over de ouderdom van 13,7 miljard jaar daarom nog deze opmerking. We
lezen op http://www.urania.be/sterrenkunde/ dat na vergelijking van onderzoeken: “Volgens
deze methode ligt de leeftijd van het heelal ergens tussen 8 en 13 miljard jaar.” In werkelijkheid
gaat het dus weeral om giswerk en geen wetenschap.

Toen kwamen de pulsars

In 1967 ontstond er opnieuw grote opschudding in de astronomische wereld. Er werd iets


ontdekt dat zo bizar was dat men dacht dat een of andere buitenaardse intelligentie zich met de
aarde in verbinding trachtte te stellen. Sterrenkundigen van het Mullard Radioastronomisch
Observatorium in Cambridge (Engeland) ontdekten tijdens het uitvoeren van gewoon
routineonderzoeken een nieuw soort signaal. Het was een radiosignaal dat aan- en uitging, het
pulseerde in een regelmatig ritme. Men dacht aan storing van buitenaf, bijv. door plaatselijke
bronnen zoals passerende auto's. Men negeerde deze vreemde signalen dan ook in dat vroege
stadium. Maar systematischer onderzoek toonde aan dat de signalen vanuit de kosmische ruimte
kwamen!

Nu schenen sterren binnen ons melkwegstelsel de bronnen te zijn. Men begon ze pulsars te
noemen vanwege hun vreemde, pulserende straling van licht- en radiogolven. Pulsars zijn niet
hetzelfde als gewone sterren. Astronomen geloven dat pulsars slechts een doorsnee van
ongeveer 20 kilometer hebben. Maar ze hebben zo'n grote dichtheid dat één kubieke centimeter
(dat is wat er in een vingerhoed kan) miljoenen tonnen weegt! Vanwege die kenmerkende
signalen moeten ze ronddraaien, ongeveer zoals een vuurtorenlicht. Aangezien ze ongeveer één
puls per seconde geven, moeten ze erg klein zijn en zeer vlug rondwentelen. Er is één pulsar die
30 keer per seconde een puls geeft, maar ook dat is zeer snel. Elke pulsar heeft een aparte
karakteristieke puls, een soort vingerafdruk. Men zegt dat ze erg heet zijn en een enorm
zwaartekrachtveld hebben. Astronomen denken dat neutronsterren (een andere naam)
geformeerd zijn bij temperaturen van meer dan een miljard graden (10 tot de 12de Kelvin)
gedurende het in elkaar storten (sterven) van sterren. Vreemde objecten!

Ontstaan volgens evolutionisten

Uit de voorbeelden hierboven blijkt dat het universum barst van de energie: Wat is de bron van
die energie? is dan een terechte vraag. De bestaande energie, maar lees ook materie, wordt door
universele wetten geregeerd. De sleutel van een transformatie van energie en materie werd
gestaafd door Einsteins beroemde formule: E=mc2 (energie is gelijk aan massa maal lichtsnelheid
in het kwadraat). Eén van de conclusies uit deze formule is dat materie uit energie kan ontstaan,
Evolutie of Openbaring 13

net zoals enorme energie door materie kan voortgebracht worden. Het laatste werd bewezen
door de atoombom; een kleine massa uranium wordt dan omgezet in een enorme, maar
ongecontroleerde energie. Voor een evolutieaanhanger was die energie er altijd al (voor de Big-
Bang leer, zie de vorige aflevering).

De astrofysicus John Gribbin moest in het blad ‘New Scientist’ toegeven dat geleerden wel
kunnen zeggen dat ze: “over het algemeen beweren dat zij zeer gedetailleerd kunnen
beschrijven” wat er na die oerknal gebeurde. Maar dat: “het moment van schepping” toch “een
mysterie” blijft. Hij oppert zelfs “misschien heeft toch God het gemaakt”. (New Scientist, ‘Taking
the Lid Off Cosmology’, John Gribbin, 16 augustus 1979, blz.506.) Maar dergelijke dingen geven
de meesten niet toe. Men wil en zal het zonder God uitleggen, zo leert het overgrote deel van de
geleerden. Vanuit ons gezond verstand zeggen we: neen, louter een explosie zou dat
ontzagwekkende universum niet tot stand kunnen brengen. Er is in het heelal een
verbazingwekkende orde en het moet het ontwerp zijn van een intelligentie, iemand die wetten
kan creëren. Een chaotisch begin van een oerontploffing kan dat alles niet verklaren.

De oerknal of big bang in de populaire benaming is de kosmologische theorie van een


ontploffend “iets.” De definitie is niet al te belangrijk. Grondlegger van de theorie is de Leuvense
hoogleraar dr. Georges Lemaître. En de term 'big bang' werd voor het eerst door Fred Hoyle in
1950 gebruikt als een denigrerende aanduiding. Fred Hoyle gaf zijn afkeer van de theorie op die
wijze tot uitdrukking. De prof op de foto, Stephen Hawking, is wel de bekendste grondlegger van
de moderne versie ervan. We geven deze foto weer toen hij al tientallen jaren ziek was, maar hij
kon communiceren tot enkele jaren voor zijn dood met zijn collega’s over het onderwerp en hen
Evolutie of Openbaring 14

bepaalde tips geven voor onderzoek. Zijn bekende studie staat er neven afgebeeld. Hier en daar
zijn er echter zeer kritische aantekeneingen gemaakt tegen de uitleg van de “bigbang-leer!”

Zie bijvoorbeeld https://www.newscientist.nl/nieuws/stephen-hawking-heeft-een-manier-


gevonden-om-uit-een-zwart-gat-te-ontsnappen/

Of https://www.theosofie.net/impuls/2003/oerknalverstand.html

We citeren uit een artikel van een schrijver van the National Geographic om aan te geven dat
het problem gebleven is, het mysterie is niet opgelost. En als er dan een “zaadje” (zie verder)
was, waar kwam dat vandaan? https://www.nationalgeographic.nl/earthspace/wonen-wij-een-
zwart-gat

“Laten we de klok terugdraaien. Voordat de mens bestond, voordat de aarde gevormd werd,
voordat de zon aanging, voordat de sterrenstelsels ontstonden, voordat er licht begon te schijnen,
toen was er de Big Bang. Het gebeurde 13,8 miljard jaar geleden.

Maar wat was er daarvoor? Veel natuurkundigen zeggen dat er niks vóór was. De tijd begon pas
te lopen, houden ze vol, op het exacte moment van de Big Bang en nadenken over wat er
daarvoor was, dat kan niet in de wetenschap. We zullen nooit weten wat de werkelijkheid was
vóór de Big Bang, waar het uit bestond, of waarom het ontplofte om ons universum te creëren.
Dergelijke concepten gaan het menselijk voorstellingsvermogen te boven.

Maar daar zijn een aantal onconventionele wetenschappers het niet mee eens. Deze
natuurkundigen hebben de theorie dat alle massa en energie van het ongeboren universum
vlak voor de Big Bang was samengeperst in een ongelofelijk dicht opeengepakt – maar eindig –
deeltje. Laten we dit het zaadje van een nieuw universum noemen.” (Artikel van 19 februari
2014)

Ontstaan volgens de Bijbel

In dat eerste vers van de Bijbel, in Genesis 1:1 lezen we: “In den beginne schiep God de hemel en
de aarde.” In Job 38:4 staat een vraag van de Schepper aan Job gericht: “Waar waart gij, toen Ik
de aarde grondvestte? Vertel het, indien gij inzicht hebt!” De Psalmist zei (33:6): “Door het woord
des HEREN zijn de hemelen gemaakt, door de adem van zijn mond al hun heer.” De Schrift
beantwoordt dus vragen waarmee de evolutietheorie zich niet of heel vaag heeft beziggehouden.
Evolutionisten tasten in het duister over wat er achter de oorsprong van de dingen schuilt. De
Bijbel vertelt het ons in eenvoudige en begrijpelijke taal. Wetenschappelijke feiten bewijzen
eerder wat de Bijbel zegt en zo is het Woord van God een deugdelijke ondersteuning voor de
verklaring waar alles vandaan komt. Het universum geeft blijk van organisatie en een wetgever
die de enorme krachten in bedwang houdt, wijst naar een Godsbestaan en een oorsprong van
Evolutie of Openbaring 15

alles door die God. Psalm 19:2 is hierin duidelijk: “De hemelen vertellen Gods eer,en het
uitspansel verkondigt het werk zijner handen.”

In 1978 schreef de astronoom Robert Jastrow zijn boek ‘God and the Astronomers’, New York,
1978. We lezen daar op blz.14: “Nu zien wij hoe het astronomische bewijsmateriaal leidt tot een
Bijbelse kijk op de oorsprong van de wereld. De details verschillen, maar de essentiële elementen
in het astronomische en het Bijbelse verhaal van de oorsprong, de Genesis, zijn hetzelfde: de
keten van gebeurtenissen die tot de mens leidde, begon plotseling, op een scherp begrensd
moment in de tijd, in een flits van licht en energie.” Wellicht zegt u me dat dit een oud citaat is en
dat de wetenschap erop vooruit is gegaan ondertussen. We lezen dit begin juli 2008 op
http://www.astro.uva.nl/encyclopedie/: “De grote vraag die onbeantwoord blijft in elke theorie,
ook die van de Big Bang, is waar dijt het heelal in uit, en wat was er voor het heelal ontstond. Dit
zijn vragen waar we waarschijnlijk alleen maar over kunnen filosoferen.”

We verwerpen dus de Big-Bang leer, omdat in die veronderstelling geen echte plaats is voor
nieuwe schepping. Maar dat is wat we in werkelijkheid zien gebeuren. Bovendien kan er in die
leer geen sprake zijn van delen die ouder zijn dan de oorspronkelijke Big-Bang zelf en ook dat lijkt
het geval te zijn.

Afbeeldingen gemaakt door de Hubble Telescoop.

M51 - Whirlpool Galaxy


Evolutie of Openbaring 16

NGC 3132

EVOLUTIE OF OPENBARING (4) : ECHTE BEWIJSVOERING ZONDER


SPECULATIES

HOE OUD IS EIGENLIJK ONS ZONNESTELSEL?


In de vorige afleveringen hebben we de Big-Bang grondslag onderzocht en veel te licht
bevonden om een datum vast te stellen wanneer God hemel en aarde zou geschapen hebben.
Ditmaal gaan we vanuit enkele eenvoudige gegevens aantonen dat de mens slechts hooguit
een tienduizend jaar de aarde bevolkt. Het gaat om een “jonge aarde” of een “oude aarde.”

EEN MYTHISCHE TABEL

De Universiteit van Michigan, zondermeer een bolwerk voor de leer van een oerknal en ook de
latere ontwikkeling van het heelal, schrijft dit op zijn Internet-site: “Ongeveer 15 miljard jaar
geleden startte een gigantische explosie de uitbreiding van het universum. Deze explosie staat
bekend als de Oerknal. Op dit punt binnen deze gebeurtenis werd alle materiaal en energie door
een enkele stip omvat. Wat er voor deze gebeurtenis bestond is compleet onbekend en het
onderwerp van pure speculatie. Deze gebeurtenis was niet zozeer een conventionele explosie
maar veeleer een gebeurtenis die de hele ruimte vulde met alle deeltjes van het embryonale
universum die zich snel uit elkaar bewogen.” Dit komt van
http://www.umich.edu/~gs265/bigbang.htm. Bekijk nog eens wat we onderstreept hebben. Het
bestaan van wat er was vóór de Big-Bang is een speculatie, een hypothese of gissing. Maar ook
de oerknal is een gissing. We zetten enkele van die speculaties die nog niet bewezen zijn (en waar
we later nog op terugkomen) om in een tabel.
Evolutie of Openbaring 17

Deze tabel geeft aan welke cijfers de evolutieleer gebruikt om over het ontstaan van het heelal te
spreken.

 Ongeveer 15 miljard jaar geleden: ontstaan van het heelal na een oerexplosie.

 Na enkele honderden miljoenen jaren: vorming van de melkwegstelsels.

 Ongeveer 4,6 miljard jaar geleden: ontstaan van ons zonnestelsel

 3,8 miljard jaar geleden: ontstaan van de eerste primaire levensvormen

BEWIJS BETER DAN VERONDERSTELLING

In de evolutionaire wetenschap wordt dikwijls gegoocheld met getallen. Prof. dr. Gerard ’t Hooft
is een Nederlandse theoretische fysicus en Nobelprijswinnaar natuurkunde in 1999. Zijn vak is
‘kwantummechanische fenomenen’ veel te moeilijk om er wat over te schrijven. Maar hij had
over wetenschap in het algemeen een zeer mooie opmerking: “Onze menselijke taal is geschikt
om handen en voeten te beschrijven, of liefdesverhoudingen, maar minder geschikt voor het
heelal. U zou dus de wiskundige theorieën eerst moeten bestuderen voordat U de antwoorden op
dit soort vragen zou kunnen appreciëren. Daarnaast is het ook zo dat wij, die de wiskunde een
beetje beter begrijpen, ook lang niet alle antwoorden hebben.”

Hoe oud is de aarde? We gaan zoals Prof. dr. Gerard ’t Hooft ons aangeraden heeft: “wiskundige
theorieën eerst moeten bestuderen voordat U de antwoorden op dit soort vragen zou kunnen
appreciëren.” We willen de methode toepassen die niet uitgaat van allerhande
veronderstellingen van evolutionisten maar wat men de “Natuurlijke chronometers” noemt. Dat
zijn onderzoeken die gemakkelijk te controleren zijn en nu nog bestaan voor huidige proeven.

METING VAN DE SEDIMENTEN

Onze oceanen bevatten grote hoeveelheden aluminium, antimonium, calcium, carbonaten,


chloriden, goud, kobalt, mangaan, magnesium en nog wel tien andere zaken. Dat is er gekomen
door sedimentatie. “Dat is de afzetting van materiaal door rivieren, zeeën, gletsjers en/of wind.”
Dit is de definitie van http://www.digischool.nl/ Sedimenten zijn de vaste stoffen die door de
regen langs grachten, beken, rivieren en stromen naar zee gespoeld worden. Die sedimenten
worden in onze oceanen met een betrekkelijk gelijkmatige snelheid afgezet. Die snelheid van
bezinking kan nu eens 90% van het gemiddelde zijn, maar de jaren daarna bijvoorbeeld 105%.
Wanneer we dat omzetten in een grafiek dan kunnen we bepalen hoe oud de zeeën zijn en dus
ook hoe oud de aarde is. Vanuit die statistiek kan er verklaard worden, dat de oceaanbodems
maar voor een paar duizend jaar aan afzetting van stenen en zand bevatten. De ouderdom van de
oceanen verschuiven naar een periode van miljoenen jaren, zoals de evolutieleer leert, en de Big-
Evolutie of Openbaring 18

Bang is geen wetenschap bedrijven. Daar ontbreekt elk bewijs voor. Er bevindt zich slechts
genoeg sediment in de oceanen om te spreken van 10.000 à 15.000 jaar oude zeeën.

HET MAGNETISCH VELD VAN DE AARDE

Vrij recent, begin dit jaar, waren er nogal verontrustende verklaringen in de wetenschappelijke
bladen verschenen over het magnetisch veld van de aarde dat het binnen een tiental jaren
drastisch zou verminderen. Er zouden veel minder schadelijke stralingen van de zon worden
tegengehouden, met een toename van kankers en storingen in het weer en ongewone
verhogingen van de algemene temperatuur tot gevolg. Men dacht tot een jaar voordien dat als
het veld blijft afnemen, dat verlies rond het jaar 4.000 zou plaatsvinden. Die voorspelling blijkt nu
teruggebracht tot slechts een tiental jaren. Wat is dat “veld”?

Het aardmagnetisch veld, soms afgekort als het aardmagneetveld, is het magnetisch veld dat de
aarde omringt en vermoedelijk ontstaan is door stroming van magnetische mineralen en
elementen in de aardkern. Dat veld beschermt de planeet tegen de grote stralingen van de zon.

Voorstelling (is niet op schaal) van het aardmagnetisch veld van de Engelse Wikipedia. De meeste
schadelijke stralen worden afgebogen naar de ruimte.

Het aardmagnetisch veld is de basis voor de werking van het kompas, een ijzeren staafje dat
steeds naar het noorden wijst. Dat belangrijk navigatiemiddel voor de zeevaart was de Chinezen
al sinds de 4e eeuw v. Chr. bekend. Via de Mongolen kwam dat instrument in de 12e eeuw in
Europa terecht. We weten dat het magnetisch veld van de aarde een voorbeeld is waar men van
Evolutie of Openbaring 19

een constante halvering mag spreken. De resultaten wijzen op een halfwaardetijd van ongeveer
1.400 jaar. Wat wil het zeggen? Dat het magnetisch veld van de aarde 1.400 jaar geleden dubbel
zo sterk was als nu. Maar ook dat 2.800 jaar geleden het 4 maal zo sterk was als nu. En 7.000 jaar
geleden 32 maal zo sterk als nu! Een zekere Thomas G. Barnes heeft hieruit berekend dat een
ouderdom van 10.000 jaar voor de aarde een absolute limiet is. De enige verandering in die
datum zou zijn als er een onbekend proces de kracht van het magnetische veld zou wijzigen.
Sommigen beweren dat de halveringstijd anders geweest zou zijn in het verleden, maar we zien
geen aanleiding toe dat te betwisten. Het komt erop neer dat deze eenvoudige waarneming
aangeeft dat de aarde géén miljarden jaren oud kan zijn. Dus kan de gedachte van een evolutie
niet waar gemaakt worden. Het is echter zo duidelijk dat God zal moeten ingrijpen want het
verdwijnen van het magnetische veld zou grote levensbedreigende gevolgen hebben voor de nu
6,8 miljard mensen die de aarde bevolken. [1]

STUDIE VAN ONS ZONNESTELSEL

We verwijzen naar vier voorbeelden uit een tiental die aantonen dat we in een zeer jong
zonnestelsel leven en dat de aarde geen miljarden jaren terug is geschapen. [2]

1) De planeet Jupiter is een warme planeet en ze verliest haar hitte twee keer zo snel als er hitte
van de zon bijgewonnen wordt. Die planeet staat vijf keer zo ver van de zon als de Aarde en
verliest dus snel haar warmte. Maar Jupiter is nog steeds heet. Als Jupiter miljarden jaren oud
was dan zou deze planeet ondertussen volledig afgekoeld moeten zijn.

2) Ganimedes is één van Jupiters manen, en is ongeveer zo groot als Mercurius. Die maan heeft
een sterk magnetisch veld en dat wijst er op dat ze nog steeds heet is. Maar als ze zo oud is als de
leer van de evolutie zegt, dan was deze maan lang afgekoeld.

3) Rond de planeet Saturnus draaien enkele ringen en die zijn niet stabiel. Ze verwijderen zich
tamelijk van Saturnus. Als Saturnus miljarden jaren oud zou zijn dan zouden alle ringen al
verdwenen zijn.

4) De afstand tussen de maan en de Aarde wordt steeds groter. Dat betekent dat op een bepaald
moment de maan veel dichter bij de Aarde stond. Volgens een ”wet van de Inverse Kwadraten” is
het te berekenen dat als de maan zich op de helft van de huidige afstand tot de Aarde zou
bevinden, de werking van haar zwaartekracht zou worden verviervoudigd. Voor de dagelijkse
getijden (ga maar eens kijken aan de kust), zou dat een factor 9 zijn. Bijna ieder land op aarde zou
dan twee keer per dag volledig overspoeld worden en alles wat ademt verdrinken.

Dat alles wijst op een vrij recente schepping van de aarde en waarschijnlijk van het ganse
universum.

Voetnoten:
Evolutie of Openbaring 20

[1] The Earth's Magnetic Field is Young, by D. Russell Humphreys, Ph.D. op http://www.icr.org/

[2] The Evolution Education Wiki, http://wiki.cotch.net/index.php/Main_Page

EVOLUTIE OF OPENBARING (5) : LEVEN IN HET LABORATORIUM

http://www.telegraph.co.uk/science/science-news/7758242/Environmentalists-fight-to-keep-
synthetic-life-in-lab.html#
Evolutie of Openbaring 21

Onderzoekers zijn erin geslaagd om een cel te maken met behulp van een computer foto model: PA
Door Nick Collins 08:15 BST 24 mei 2010

Craig Venter, een multi-miljonair geneticus, kondigde vorige week aan dat hij een levende cel van
kunstmatige chromosomen heeft gemaakt, wat de weg vrijmaakt voor het scheppen van meer
complexe synthetische organismen.

^^^^^^

Zie enkele Kritische Aantekeningen hierover in o. a.

http://blogs.discovermagazine.com/80beats/200/05/20/did-craig-venter-just-create-synthetic-life-
the-jury-is-decidedly-out/#.UP0MA_JEbIU

"Voor mij heeft Craig het belang van deze zaak enigszins overdreven", zegt David Baltimore, een
toonaangevende geneticus bij Caltech. Dr Baltimore beschreef het resultaat als "een technische tour
de force", maar niet een doorbraak in wetenschap, maar gewoon een kwestie van schaal .... "Hij
heeft het leven niet geschapen, maar het nagebootst," zei Dr Baltimore

[Zie http://www.nytimes.com/2010/05/21/science/21cell.html?_r=0].

LEVEN IN HET LABORATORIUM


ZOEKTOCHT NAAR LEVEN

In 1859 verscheen van de hogepriester van de leer van de evolutie, de Engelsman Charles Darwin:
“Het Ontstaan der soorten.” Men geeft in die kringen thans toe dat er ondertussen al wat gewijzigd
is aan zijn veronderstellingen. Toen Darwin zijn grondslagen ontwikkelde, was hij nauwelijks op de
hoogte van de verbazingwekkende complexiteit van een levende cel. Hij had op het eiland
Galapagos zoveel soorten vinken gezien dat hij het ontstaan van al die soorten moest toeschrijven
aan de harde strijd die er onderling was voor voedsel en het territorium (de beperkte plaats waar ze
verbleven). Hij had geen idee dat een cel van een dier zo sterk was dat er geen wijziging in te krijgen
was dan door een ongeluk. Uit een vink kwam niet zomaar een zwaluw. In de moderne scheikunde,
het onderdeel dat bezig is met levende organismen, is die ingewikkeldheid aan het licht gekomen.
Die wetenschap stelt ernstige vragen en twijfels ten aanzien van de leer van Darwin.

OERSOEP = de 'MILLER-UREY PROEF'

In den beginne, zegt de evolutieman, was er niets dan water en een zeer hete aarde die nog aan het
afkoelen was na de Big-Bang. Een groot aantal wetenschappers heeft vol enthousiasme
vooropgesteld dat we in die zeeën het ontstaan van het leven moeten zoeken. Behalve dat het
water bijna op het kooppunt was kreeg de aarde het ook nog hard te verduren door allerhande
Evolutie of Openbaring 22

zonnestormen, het duizendvoudige van wat er nu is. Het afval en de meteorieten die rond de aarde
zweefden en door de wet van de aantrekking van lichamen (wetten van Newton) naar de
oppervlakte werden geslingerd, ontploften in de dampkring en gaven krachtige elektrische stoten
aan het oppervlak van de zeeën. Dat water stond voortdurend onder stroom. Daar zou het leven
ontstaan zijn. In al dat geweld zou beetje bij beetje over een periode van bijna een half miljard jaar
een soepje ontstaan zijn. Door al dat elektrische geweld zouden er bouwstenen van een levende cel
ontstaan zijn in die zeeën.

In 1952 stelden de scheikundigen Stanley Miller en Harold Urey, een mengsel samen van methaan,
waterstofgas en ammoniak, hun idee was dat deze drie in de oerzee zouden gezeten hebben. Dat
water stelden ze bloot aan elektrische ontladingen. Die moesten het ‘oerweer’ voorstellen van
elektrische ontladingen door de ontploffende meteorieten en bliksems. In dit mengsel zaten na
verloop van veel tijd enkele aminozuren zaken die ook in een levende cel voorkomen. Kijk, zeggen ze
dan: een mogelijk bewijs van de ‘oersoeptheorie’.

Maar het gasmengsel door Miller en zijn collega gebruikt was waarschijnlijk niet te vergelijken met
de oeratmosfeer. De oeratmosfeer bevatte zeker nog geen zuurstof. De ‘oeratmosfeer’ was niet
zoals onze huidige atmosfeer om het schadelijke ultraviolette licht van de zon tegen te houden. En
gezien UV-licht ammoniak onmiddellijk uit elkaar doet vallen was er in de oeratmosfeer heel weinig
of geen ammoniak. Er was ook geen vrije waterstof, de zwaartekracht van de aarde kan dit lichte gas
niet vasthouden. Trouwens alle lichte gassen ontsnappen dan, en juist die zijn nodig om leven te
maken, zo leren ons de evolutionisten. Het ontbreekt dus aan bouwstenen om een cel te maken! Als
je geen stenen hebt en ook geen mortel dan kun je ook niet bouwen!

GELUKT, OF TOCH NIET?

Tijdens de proef van Miller en Urey zijn wel degelijk organische stoffen ontstaan namelijk,
aminozuren. In de daarop volgende jaren zijn er drie van de vijf bouwstenen van het leven (DNA en
RNA) ontstaan in zijn ‘oersoepachtige’ mengsels. Miller bleef steeds actief op zoek en heeft een paar
jaar geleden de twee andere bouwstenen kunnen maken. Maar daarvoor heeft hij zijn mengsel
inhoudelijk moeten wijzigen; hij voegde “ureum” aan zijn soep toe, wat nodig was om “uracil” te
maken. Als die organische stof ook aanwezig was in de oersoep, zal het in veel te kleine
concentraties geweest zijn om effect te hebben. En om een toenemende concentratie van ureum in
de oersoep te verklaren heeft men de ‘lagunehypothese’ opgesteld. Een lagune is een soort meer
dat ontstaat tussen een strand en een strandwal. De lagune kan nog een verbinding met de zee
hebben. Een bekende lagune is de Lagune van Venetië. In die lagunes, waar veel water verdampte,
was de concentratie van stoffen sterk toegenomen. Maar stel je voor dat de lagune overstroomt dan
is al het werk voor niets, de “goede soep” verdwijnt terug in de oceanen. We gaan de rest van het
verhaal sterk inkorten.
Evolutie of Openbaring 23

Ondertussen is duidelijk geworden, dat de oeratmosfeer een andere samenstelling had dan Miller
en zijn collega’s dachten. Dit is een site op het Internet van mensen die geloven dat de leer van de
evolutie waar en waarachtig is. Maar ze geven toe dat de proef van Miller niet veel bijbrengt om het
ontstaan van het leven uit te leggen. We citeren van http://www.natuurinformatie.nl/. “De
oeratmosfeer was ook veel minder reactief dan Miller en zijn collega's in 1953 dachten. De
oeratmosfeer bevatte waarschijnlijk vooral de stabiele gassen kooldioxide en stikstof. Met die
samenstelling levert Millers beroemde proef uit 1953 geen resultaten op.

Er is een  extra probleem: de zon scheen toen veel en veel minder sterk dan tegenwoordig . Met die
geringe hoeveelheid warmte en die samenstelling van de oeratmosfeer lijkt het waarschijnlijk dat de
oerzeeën grotendeels bevroren moeten zijn geweest. En eenmaal bevroren, blijven ze bevroren,
omdat ijs een groot deel van de ingestraalde zonnewarmte weerkaatst.” (Wij onderstrepen. Deze
informatie komt van hun site op 19 juli 2008.)

Dus géén warme soep meer, maar een koude. Maar er zijn nog veel boeken waar zijn proef als het-
van-het is voorgesteld als bewijs voor het ontstaan van het leven.

WE ZOEKEN VERDER

Maar http://www.natuurinformatie.nl/ heeft nog andere voorstellen. Er is de gedachte van


mijnheer Shock, volgens wie het leven is ontstaan op de bodem van de diepzee. Recent zijn er in de
diepste oceaanbodem enkele gloeiend hete vulkanische bronnen bekend geraakt, de zogenaamde
‘black smokers’. Dat zijn plaatsen waar uit de diepe aarde het magma naar boven komt. Daar is het
zeewater verwarmd en daarbij ontstaan grote hoeveelheden sporenelementen en energierijke
chemische stoffen. En dan zegt de site: “Bij het in contact komen met het zeewater vinden
dramatische chemische reacties plaats, waarbij waarschijnlijk ook organische verbindingen
ontstaan. Rondom deze black smokers komt een onverwachte rijkdom aan leven voor. Zo leven er
onder meer vele zeer primitieve bacteriën.”

Ook de leer van mijnheer Greenberg komt aan bod: het leven is afkomstig van andere planeten. Er
zijn de laatste jaren enkele organische verbindingen (maar niet zoals op onze aarde) aangetroffen in
meteorieten. Deze meteorieten zouden als het ware de aarde besmet hebben met die eerste
bouwstenen van het leven. Maar al die vondsten zijn nog sterk omstreden. Het gaat om iets dat
nauwelijks aantoonbaar is, sporen die gemakkelijk door niet geheel zuivere meetapparaat kunnen
zijn ontstaan. Of is het niet gewoon een afdruk die geen leven is, maar het uitkristalliseren van een
steen? Een student scheikunde heeft het op die wijze kunnen ontdekken enkele jaren nadien. Deze
leer heeft een hoog science-fiction gehalte.

CONCLUSIE
Evolutie of Openbaring 24

Evolutionisten zijn doorgaans niet te overtuigen door onze kritiek. Zij blijven meestal bij hun eigen
geloof. Het geloof in het onwaarschijnlijke toeval. Het enige alternatief voor het evolutiegeloof is:
het heelal is het werk van een intelligente “bouwmeester.” Maar vanuit het verlicht denken van de
moderne mens is het geloof in God voor hem definitief uitgesloten. Jammer! Daaruit blijkt, dat het
toch gaat om een strijd tussen twee geloven, niet tussen geloof en wetenschap! Jezus, onze Heer en
Verlosser, vroeg ons in deze te blijven verkondigen dat er een geweldige rijkdom is in deze wereld
die alle verstand te boven gaat.

Een van de ‘vormsels’ uit het Marsklompje ALH84001, een organisme dat op Mars zou (?) hebben
geleefd. Zijn lengte van een half miljoenste meter maakt het vele malen kleiner dan de kleinste
bacterie op aarde. (foto NASA). Toen dit 12 jaar geleden werd gepubliceerd juichte NASA, maar de
kritiek was heftig. Men beloofde een nieuw onderzoek, maar van het nieuwe onderzoek moet de
eerste letter nog verschijnen. Het zal een doofpotverhaal worden. Zie op
http://www.space.com/scienceastronomy/ After 10 Years, Few Believe Life on Mars By Matt
Crenson, AP National Writer posted: 06 August 2006 11:28 am ET

******

het fossiel; de fossielen


overblijfsel of afdruk in gesteenten van levensvormen uit het verleden
(Van Dale woordenboek NN)
Evolutie of Openbaring 25

Evolutie of Openbaring (6) neventitel: Cellen zijn echte fabriekjes

Cellen zijn echte fabriekjes, illustratie van een plantaardige cel op

http://www.bioanw.nl/transport%20cel/plantaardige%20cel.bmp
Evolutie of Openbaring 26

DE EERSTE CEL (A)

U weet het wellicht nog, we zijn aan het redeneren vanuit wat de Gentse Prof. Dr. Johan Braeckman
als taak op zich heeft genomen: de Vlaamse jeugd de beginselen te verkondigen van de leer van de
evolutie. Op de Internetsite van Skepp.be, de vereniging die van alle religies brandhout wil maken,
staat een vraag en antwoord gesprek van de professor met interviewer Wim Swinnen. We citeren er
dit uit en onderstrepen het belangrijkste gedeelte: “WS: Alle soorten hebben een
gemeenschappelijke voorouder, poneerde Darwin. Wil dat zeggen dat de mensheid en alle andere
levende organismen afstammen van één zelfreproducerende cel?

JB: Dat lijkt vrij zeker. Ook al is het misschien nauwelijks te vatten, het is een logisch gevolg van het
feit dat de evolutie een boomstructuur vertoont. Net zoals de takken van een boom zich steeds
verder afsplitsen en, als je teruggaat in de tijd, je tot bij het oorspronkelijke zaadje komt, stamt alle
leven af van een gemeenschappelijk element. Er zijn ook verschillende empirische vaststellingen die
sterk voor deze opvatting pleiten. Alle levende wezens die we kennen, op enkele intrigerende
uitzonderingen na, bevatten precies dezelfde bouwstenen. Alles wijst erop dat alle soorten zijn
geëvolueerd uit dezelfde molecule die 3,5 miljard jaar geleden in staat was tot zelfreproductie. Deze
DNA-molecule is de sleutel geweest tot het leven van alle organismen, waarbij moet worden
opgemerkt dat sommige virussen en een aantal bacterie-achtige wezens die de RNA-molecule
gebruiken in plaats van DNA, ietwat apart staan.”
Evolutie of Openbaring 27

DE CHEMISCHE-EVOLUTIETHEORIE

Evolutionisten geloven dus in ‘spontane generatie’ het ontstaan van leven uit dode materie. We
leggen daar nadruk op omdat volgens hen vier tot vijf miljard jaar geleden door toedoen van
ultraviolet licht, bliksem en vulkanisme inwerking moleculen ontstonden. Later zijn nog grotere
organische moleculen uit kleinere organische moleculen ontstaan. De grote moleculen werden in
een ‘oersoep’ (zie vorige bijdrage) de eerste eiwitten (lees bouwstoffen) van de eerste levende cel.
En het begon volgens Braekman en vele andere evolutionisten met welgeteld één cel. U leest het
goed “1 cel.” We citeren nog eens één zin: ”DEZE DNA-MOLECULE is de sleutel geweest tot het
leven van alle organismen.”

Het begin van het evolutieproces roept meerdere vragen op die niet te beantwoorden zijn. Het
heeft geen zin de oorsprong van het leven op deze planeet aan een blind toeval toe te schrijven. Tot
vrij recent was er een algemeen geloof in het optreden van ‘spontane generatie.’ Men
veronderstelde dat de lagere levensvormen zo maar tot leven kwamen. Bijvoorbeeld in bedorven
vlees kwamen spontaan de maden. Maar zorgvuldige experimenten sinds 1864, vooral deze van de
Fransman Louis Pasteur, toonden aan dat deze conclusie een verkeerde observatie was. Het werd
sindsdien een algemeen aanvaard principe dat leven alleen voortkomt uit leven. Dat beginsel kreeg
de naam van “de wet van de biogenese.” Tot op heden is er alleen bewijs van die wet. Allen die
beweren dat er al leven geschapen is in het laboratorium lopen de feiten voorbij. Leven ontstaat nog
steeds uit leven en dat is de enige mogelijkheid. Maar gezien dat terug voert naar een of andere
bovennatuurlijke scheppingsdaad willen de evolutionisten ze niet aanvaarden.

Die wetenschappers vinden het moeilijk dit te accepteren. Het leidt tot zeer gevoelsmatige
verklaringen van evolutionisten. Ze hebben ook een geloof en het is gebaseerd op het dogma dat er
één cel is ontstaan zonder toedoen van een god. Ze introduceren als bewijs een niet verklaarbare
breuk in de wet van oorzaak en gevolg. Juist dat is in tegenstrijd met alle wetten van de levende
wezens, de natuurkunde en scheikunde die we kennen. Het gaat uiteindelijk dan om het geloof van
de één tegen dat van de ander. Alleen heeft hij of zij die in schepping geloofd een zeer aanneembare
uitleg voor het ontstaan van het leven.
Evolutie of Openbaring 28

EVOLUTIONAIRE TRUKENDOOS

Dat de chemische evolutie onmogelijk is blijkt duidelijk uit de proeven van Harold Urey, ze hebben
namelijk niets bewezen. Bliksem en zonlicht kunnen kleinere moleculen wel samenvoegen maar
zullen de grotere moleculen gewoon opnieuw afbreken. Aan de voorwaarden voor het ontstaan van
leven is in laboratoriumproeven niet voldaan. Veel van het eten dat in onze grote winkelcentra ligt is
“bestraald” met diezelfde onzichtbare stralen die in zonlicht zitten om kleine eencellige bacteriën te
doden. Pasteur was de uitvinder van het “pasteuriseren”, het proces waardoor schadelijke microben
in voedselproducten worden vernietigd door het product kortstondig te verhitten. In de evolutieleer
moeten de juiste moleculen ontstaan in de juiste hoeveelheden, in de goede volgorde en op het
juiste moment iets nieuws maken. Om echt iets te betekenen moeten die stoffen bovendien in een
half doorlaatbaar membraan opgeslagen worden. Dat is nodig omdat er voedingsstoffen moeten
opgenomen worden in de cel. Eventuele afvalstoffen moeten door dat membraan weggevoerd
worden. Dat omhulsel is op zijn beurt ook gemaakt van eiwitmoleculen van een andere soort dan
deze die in de cel zitten.

Hoe problematisch de uitleg van de evolutieleer is en hoe leeg hun trukendoos in dat verband is
heeft Klaus Dose beschreven. “De experimenten die gedurende een periode van meer dan dertig jaar
verricht zijn op het gebied van de levensoorsprong en die betrekking hadden op de chemische en
moleculaire evolutie, hebben geleid tot een beter inzicht in de enorme omvang van de kwestie van
het ontstaan van het leven op aarde, maar niet tot een beter inzicht in haar oplossing. De huidige
discussies over de fundamentele theorieën en experimenten op dit gebied eindigen ofwel in een
Evolutie of Openbaring 29

patstelling ofwel in een belijdenis van onwetendheid.” (In Michael J. Behe, ‘De zwarte doos van
Darwin’, Ten Have, 1997, blz.191.)

CONCLUSIES VAN MICHAEL J. BEHE

Michael J. Behe is hoogleraar biochemie aan Lehigh University. Zijn studie omvat datgene wat er aan
de orde is bij chemische processen in levende wezens. Wat er gebeurt bij het groeien, voortplanten
enz. Hij schreef meer dan dertig wetenschappelijke publicaties. Zijn onderzoeken worden veelal
gefinancierd door de National Institutes of Health. Michaël J. Behe heeft 30 Engelstalige
biochemische studieboeken onder de loep genomen, die de afgelopen jaren verschenen en op de
belangrijkste universiteiten gebruikt zijn. Daarbij zijn slechts enkele verwijzingen naar het ontstaan
en de evolutie van een cel. Een van de belangrijkste boeken is dat van Lubert Stryer 'Biochemistry'
(uitgeverij W.H. Freeman & Company.). In de uitgave van 1988 heeft het 1089 bladzijde tellende
boek slechts 14 verwijzingen naar de evolutie. De uitgave van 1995 nog slechts 9. Behe vindt in die
boeken geen uiteenzettingen hoe een cel uit biochemische systemen is ontwikkeld. Dit is zijn
conclusie: “Het onvermogen van de darwinistische theorie om rekenschap te geven van de
moleculaire basis van het leven blijkt niet alleen uit de analysen in dit boek, maar ook uit de totale
afwezigheid in de wetenschappelijke vakliteratuur van een gedetailleerd model dat de
totstandkoming van complexe biochemische systemen schetst (...) helemaal niemand kan een
gedetailleerd en darwinistisch, stapsgewijs ontwikkelingsproces voortbrengen dat geleid zou hebben
tot de totstandkoming van de trilhaar, het zicht, de bloedstolling of enig ander complex biochemisch
systeem.” (Michael J. Behe, ‘De zwarte doos van Darwin’, Ten Have, 1997, blz.215)

In mei 2007 verscheen op de site van de uitgever Simon and Schuster een interview met Michael
Behe naar aanleiding van een nieuw te verschijnen boek 'De grenzen van evolutie. De zoektocht
naar de grenzen van het Darwinisme'. Het is een boek over ID = Intelligent design = Intelligent
ontwerp. Ik geef hier het citaat van één vraag: “Vraag n°4: Wat is het beste bewijsmateriaal voor
intelligent design in de biologie? Antwoord Behe: De elegantie in het basisontwerp van de natuur:
de cel. Charles Darwin en zijn tijdgenoten wisten niets van de complexiteit van de cel en dachten dat
het een simpel klont slijm was. De moderne wetenschap heeft onthuld dat de cel een geavanceerde
geautomatiseerde fabriek op nanoschaal is. Het blad Nature schreef: "De cel bevat honderden
componenten. In tegenstelling tot door de mens gemaakte machines, die op de lopende band
gemaakt worden, assembleren de machientjes in de cel zichzelf automatisch uit hun onderdelen.
Alsof auto's gefabriceerd worden door hun onderdelen op de fabrieksvloer te gooien."
********

Zoek je naar iets dat er niet staat: ga naar http://www.dutchcreationscience.com/

of http://home.kpn.nl/genesis/

********
Evolutie of Openbaring 30

of wie wat meer wetenschappelijke uileg wil https://kepler-science.nl/oorsprong-1/leven.html

Evolutie of Openbaring (7) : DE EERSTE CEL (1ste vervolg)

Figuur 2. Dit is de doorsnede van een dierlijke cel waar de centriolen te zien zijn. Aangepaste
afbeelding uit Sylvia Mader, ‘Inquiry into life’, The McGraw-Hill Companies.

DE WETENSCHAP VOORBIJ

U zult dit jaar veel horen over de evolutieleer. Men viert namelijk het verschijnen, 150 jaar geleden,
van het eerste boek dat het verkondigde: ‘Het ontstaan der soorten’ van Charles Darwin. We gaan
er dan ook nog een jaar mee door.

Richard Dawkins, waar iedereen naar opkijkt in de kringen van evolutionisten, schreef in een boek
dit voorwoord: “Dit boek moet feitelijk worden gelezen als science fiction” (R. Dawkins, ‘Het
zelfzuchtig erfdeel’ of ‘De zelfzuchtige genen’ 1977, blz.11). Alleen doet hij niet naar zijn woorden,
want waarom dan allerhande onwetenschappelijke zaken aan elkaar klitten als een zogenaamd
bewijs. Science fiction is geen wetenschap maar boerenbedrog en zo ook de evolutieleer.

Twee astronomen, Fred Hoyle en Chandra Wickramasinghe, die trouwens ook de gedachte van een
Big-Bang verwerpen, hebben ook kritische aantekeningen bij het ontstaan van het eerste leven.
“Het probleem van de biologie is, een eenvoudig begin te vinden.” En verder: “Fossiele overblijfselen
Evolutie of Openbaring 31

van oude levensvormen, die men in de gesteenten heeft ontdekt, onthullen geen eenvoudig begin.
(. . .) de evolutietheorie mist dus een deugdelijk fundament.” (F. Hoyle en C. Wickramasinghe,
‘Evolution From Space’,1981, blz.8.) Ja, hoe meer onderzoek men verricht, hoe moeilijker het is
evolutie te aanvaarden. Microscopische levensvormen blijken iets ongelofelijk complex te zijn. Ze
kunnen niet door toeval ontstaan zijn. Er zit planning en intelligentie achter.

WHAW! EEN CEL


Hoe ingewikkeld is een cel? Geheimzinniger dan de meeste evolutionisten willen aannemen! In het
jaar 1953 ontdekten James Watson en Francis Crick met behulp van onderzoek van kristallen met
een röntgenmachine het DNA-molecule dat we terugvinden in alle levende wezens. In 1958 heeft
Crick een regel opgesteld die de grondslag is van de erfelijkheidsleer. Dit “centrale dogma” stelt dat
eiwitten geproduceerd kunnen worden uit genen, maar nooit andersom. Daaruit volgt dat “leven”
altijd uit “leven” moet ontstaan; men is daar echter niet altijd consequent mee omgegaan. Het
ontstaan van “leven” kan dus niet door de evolutieleer uitgelegd worden. DNA bestaat uit
bouwstenen die men nucleotiden noemt. Op zichzelf een verbazingwekkende chemische
verbinding. Duizenden aan elkaar noemt men een DNA-streng. Het DNA bevat vier soorten
nucleotiden: adenine, guanine, cytosine en thymine en de achtereenvolgende combinaties geven
aan wetenschappers ondertussen de mogelijkheid om te zeggen of het hier gaat om plantaardig,
dierlijk of menselijk DNA. Denk eens aan het onderzoek dat sommige mannen vragen om te bepalen
of hun kinderen wel van henzelf zijn of iemand anders. Hoe verder de studies doorgevoerd worden,
hoe ingewikkelder een cel lijkt te zijn.

Figuur 1. Een deel van een DNA-streng. De


nucleotiden Guanine (G), Thymine (T), Cytosine (C)
en Adenine (A) zijn aangegeven. Bron: www.don-
lindsay-archive.org/ creation/dna

EEN DUIZELINGWEKKEND PROBLEEM

Het ontstaan van het eerste leven is technisch gezien een duizelingwekkend probleem. Daarom
gaan de meeste boeken over evolutie heel vluchtig voorbij aan de beschrijving ervan. Ze zouden hun
volgelingen moeten uitleggen hoe leven uit levenloze materie is ontstaan, maar kunnen het niet.
Evolutie of Openbaring 32

Professor William Thorpe van de afdeling zoölogie van de Cambridge University zei dan ook tot
collega-wetenschappers: “Alle oppervlakkige speculaties en discussies die de afgelopen tien tot
vijftien jaar zijn gepubliceerd als uitleg van de wijze waarop leven is ontstaan, blijken veel te
eenvoudig te zijn en heel weinig gewicht in de schaal te leggen. In feite schijnt de oplossing van het
probleem nog geen stap dichterbij gekomen te zijn” (F. Hitching, The Neck of the Giraffe, 1982,
blz.68).

Recenter schreef bioloog professor Ronald Plaskerk, thans minister van onderwijs in Nederland
erover, in het blad Intermediair van oktober 1996. In een column staat: "Er zijn hordes biologen die
denken dat evolutie plaatsvindt doordat er ergens in een soort een mutatie ontstaat die selectief
voordeel oplevert. Het is al een halve eeuw bekend dat het zo niet werkt, en ook niet zou kunnen
werken. (…) Soortvorming gaat via de selectie van combinaties, niet van mutaties". Nog recenter is
dit citaat, om aan te tonen dat men nog geen oplossingen gevonden heeft. Het ‘NRC Handelsblad’
een blad waar “de schepping” niet bepaald in de aanbieding staat, heeft een rubriek ‘Scholieren >
Weekkrant.’ We citeren uit zo’n artikel: “Kip of ei op een piepjonge planeet” gepubliceerd op 3
januari 2006 13:59 | Gewijzigd: 6 januari 2006 10:28. “Maar ook deze theorie heeft het probleem
niet opgelost. Want: hoe zouden RNA-moleculen kunnen ontstaan uit losse nucleotiden (de ‘letters’
van de erfelijke code) en waar kwamen die nucleotiden dan weer vandaan? (…) De vraag is of de
ontstaanskwestie zoveel jaar na dato ooit nog opgelost zal worden.”

INTELLIGENTE CELLEN

Zou het mogelijk zijn dat er in de cellen van planten, dieren en mensen intelligentie bezitten? Zou er
in cellen behalve biologische structuur, eten en drinken en vermenigvuldigen, ook nog “verstand”
aanwezig zijn? Een evolutionist zal daarop zeker negatief reageren. Maar in zekere
wetenschappelijke kringen klinkt dat thans anders. Leden van een onderzoeksteam onder leiding
van Guenther Albrecht-Buehler in het Institut für Höhere Studien van Berlijn en Robert Laughlin Rea
van de Northwestern Medical School van Chicago hebben na dertig jaar onderzoek over dit
onderwerp gepubliceerd. In het uitgebreid internetartikel van Guenther Albrecht-Buehler [1]
beschrijft hij dat er: “intelligente systemen bestaan in intelligente populaties, die uit intelligente
organismen bestaan, die uit intelligente cellen bestaan, die uit intelligente onderdelen bestaan.” Een
cel heeft volgens hen een brein en een bewustzijn, en het vermogen om in verschillende situaties op
reacties anders te reageren. Vanuit hun onderzoek kwam men tot de conclusie dat cellen
beheersing hebben over de beweging van hun lichaamsdelen. Hun besluit is dat deze bewegingen
worden geregeld vanuit een ‘controlecentrum’, het centrosoom. U ziet ze in de afbeelding n°2.

Tot voor kort was er weinig of niets bekend over die centrosomen. De centriolen in de centrosomen,
waar dat controlecentrum zou gevestigd zijn, worden gevonden in menselijke en veel dierlijke
cellen, maar niet altijd in planten. Tegenwoordig is veel meer bekend over de functies van de
centrosomen. Zeer eigenaardig is dat zowel dierlijke als plantencellen nieuwe centriolen kunnen
Evolutie of Openbaring 33

aanmaken. Dat geschiedt onder bepaalde omstandigheden, als de cel het nodig heeft. Dat is het
geval bijvoorbeeld wanneer ze zich wijzigen in cellen die zich willen verplaatsen. Het onderzoek van
Albrecht-Buehler en Rea beschrijft dat tot in de kleinste details. Die centriolen zijn volgens hen rood-
en infrarood-gevoelig en werken als de ‘ogen’ van de cel. Wanneer een cel een lichtbron ontdekt,
kan zij in die richting gaan, maar dat gebeurt niet altijd zomaar automatisch. Soms wordt er een
andere keuze gemaakt. Cellen kunnen zich ook in de richting van andere cellen bewegen en kunnen,
als er meerdere mogelijkheden bestaan, keuzes maken. De eindconclusie daarvan, gemaakt door
Albrecht-Buehler, is dat cellen hoogstwaarschijnlijk met elkaar communiceren. Op welke wijze?
Door middel van hun vermogen om lichtgolven waar te nemen. Ze zenden signalen uit in de vorm
van pulsen in infrarood licht die door andere cellen kunnen worden opgevangen. Dat wil zeggen dat
die cellen zeer raadselachtig en complex in elkaar zitten en dat die eigenschappen niet zomaar door
toeval kunnen ontstaan. Spreken over cellen die men slechts kan zien met een microscoop leert ons
duidelijk dat er een intelligente Schepper achter zit.

[1] Zie van: Guenter Albrecht-Buehler, Ph.D., CELL INTELLIGENCE op de site


https://www.scholars.northwestern.edu/en/persons/guenter-albrecht-buehler

Daar staan, maar je moet wel wat zoeken filmpjes die tonen hoe verfijnd en ‘slim’ die eencellige
wezens zijn.
********

Zoek je naar iets dat er niet staat: ga naar http://www.dutchcreationscience.com/

of http://home.kpn.nl/genesis/

********
Evolutie of Openbaring 34

Evolutie of Openbaring (8) neventitel: DE EERSTE CEL, samenvatting

(2de vervolg)

De fruitvlieg is 3 tot 4 mm groot, de huid is geelbruin. Hij leeft van levende gistcellen die
voornamelijk in rottend fruit en groente te vinden zijn. In twee weken heeft de fruitvlieg zich
ontwikkeld van ei tot een pootloze larve (made) tot een pop en een volwassen vlieg. Daarom ook
ideaal om varianten te kweken. Om dan uiteindelijk te ondervinden dat mutaties geen nieuwe soort
opleveren.

Foto van Wikipedia

We willen voor een derde maal ingaan op het ontstaan van die eerste cel en wat erop volgt:
meercellige dieren en planten.
Evolutie of Openbaring 35

BIECHT VAN EEN THEORETISCH BIOLOOG

We nemen de draad op met de vorige bijdragen. H. van Waesberghe is een theoretisch bioloog en
hij omschreef een aantal problemen in verband met de evolutie van de eerste cel. Hij zei
bijvoorbeeld dit (wij onderlijnen): “Hoe men het ook wendt of keert, ons probleem is niet hoe het
eerste biomolecuul ontstond, maar hoe de eerste cel ontstond. Terecht bekritiseren biologen de pure
biochemici, die te weinig van de cel afweten (...) In de oersoep is DNA niet houdbaar gedurende de
miljoenen jaren, als dit niet door een membraan beschermd wordt. De levensduur van onbeschermd
DNA is te schatten in uren, hooguit dagen. Tegenwoordig zoekt men meer naar het ontstaan van
enkelstrengig RNA dan van dubbelstrengig DNA. Naakt RNA is echter even kwetsbaar voor
destructieve milieu-invloeden als naakt DNA. Juist de miljoenen jaren, die het darwinistisch scenario
toejuicht, zijn voor het RNA en DNA fataal.

(...) Ten slotte, toeval is geen verklaring, maar het ontbreken van een natuurwetenschappelijke
verklaring (...) Op grond van deze en soortgelijke bezwaren hebben vakgenoten geen belangstelling
meer voor het oersoepmodel, dat op de middelbare scholen nog steeds wordt onderwezen (...)
Volgens Yockey hebben wij geen flauw vermoeden hoe het leven ontstaan is, en het zou eerlijk zijn
om dit te bekennen tegenover de financiers van wetenschappelijk onderzoek en tegenover het grote
publiek.” (Dr. H. van Waesberghe, Darwin achterhaald? Missing link en evolutie, tijdschrift
‘Intermediair 44’, 4 november 1988.)
HET VERHAAL SAMENGEVAT

Als iemand gelooft dat er ooit één levende cel door het toeval is ontstaan, dan weerhoudt niets hem
om het vervolg van het verhaal te geloven. De rest is tot drie geloofspunten te herleiden:

1. Erfelijkheid Als je om je heen kijkt, zie je dat veel kenmerken van individuen erfelijk zijn.
Iemand kan de neus van de moeder hebben en de oren van de vader.

2. Variatie Als je om je heen kijkt zie, je dat geen twee individuen van een groep planten of
dieren of mensen perfecte kopieën zijn van elkaar. Van de honderden soorten honden die er
in de wereld zijn, is 40% de laatste vijfhonderd jaar gekweekt onder speciale
omstandigheden om diversiteit te bekomen.

3. Selectie Als je om je heen kijkt, zie je dat niet alle individuen nakomelingen krijgen. Dat kan
omdat hen lichamelijk wat ontbreekt of zoals in de dierenwereld men de kans niet krijgt
voort te planten.

PROBLEEMWETENSCHAP

Ian Macreadie is een Australisch moleculair bioloog en microbioloog, dat is de wetenschap die zich
toelegt op de studie van het kleinste soort leven dat er bestaat. Dat wat men slechts ziet onder een
Evolutie of Openbaring 36

microscoop. We citeren hem [1] uit een verslag met een persoon die in de schepping gelooft: ‘Wat
we in het laboratorium slechts aantreffen is gen duplicatie, herverdeling van bestaande, of defecte
genen (met verlies aan informatie) die een microbe kunnen helpen om te overleven – laten we
zeggen doordat ze niet in staat zijn zich effectief aan het antibioticum te binden. Maar je ziet nooit
nieuwe informatie verschijnen in een cel. Soms kan een bacterie informatie injecteren in een andere
bacterie – waardoor het voor die bacterie ‘nieuw’ is - maar die informatie moet ergens anders zijn
ontstaan en dat zien we gewoon weg niet gebeuren. Het is moeilijk om te zien hoe serieuze
wetenschappers zouden kunnen geloven dat echte informatie zomaar uit het niets te voorschijn kan
komen.’
Een wetenschappelijke schrijver voor de New York Times, Nicholas Wade, merkte ooit op in ‘The
New York Times’, 13 juni 2000: “Alles over de oorsprong van het leven op aarde is een mysterie, en
het lijkt wel hoe meer we weten, des te acuter de puzzel wordt.” Deze uitspraak van de geochemist
Jeffrey Bada aan het San Diego Scripps Institute, maakt de problemen van de evolutionisten
hieromtrent duidelijk: “Nu, op het moment dat we de twintigste eeuw achter ons laten, hebben we
nog steeds het grootste onopgeloste probleem dat we hadden toen we de twintigste eeuw ingingen:
hoe is het leven op aarde ontstaan?” (Jeffrey Bada, tijdschrift ‘Earth’ februari 1998, blz.40)

HET FRUITVLIEGJE

Het diertje waar de meeste mutatie-experimenten mee werden uitgevoerd is het gewone
fruitvliegje. Het kreeg de wetenschappelijke naam: Drosophila melanogaster. Door die uitgebreide
experimenten, sinds het begin van de twintigste eeuw hebben geleerden, als ze oprecht zijn, één
zaak bewezen. Die vlieg is steeds vlieg gebleven, ondanks dat miljoenen van deze vliegjes aan
röntgenstralen en radioactieve stralen zijn blootgesteld. Men heeft de frequentie waarin mutaties
normaal voorkomen, ruim honderden malen verhoogd, maar het resultaat bleef een vlieg.
Theodosius Dobzhansky, specialist op dit gebied, omschreef wat de experimenten hadden
aangetoond na al die tientallen jaren:

“De duidelijke mutanten van Drosophila, waarmee zo veel van het klassieke researchwerk op
het gebied van de genetica werd verricht, zijn wat levensvatbaarheid, vruchtbaarheid en
levensduur betreft, bijna zonder uitzondering inferieur aan de in het wild levende vliegjes”
(‘Heredity and the Nature of Man’, Theodosius Dobzhansky, 1964, blz.126).

De diertjes zijn dus minder bestand tegen natuurlijke omstandigheden en de echte


overlevingskansen zijn bijna nul.

Een andere conclusie was en is, dat de wijzigingen nooit een nieuwe soort voortbrachten. De
fruitvliegjes hebben in deze experimenten allerhande misvormingen aan poten en lichamen,
vleugels en andere gebreken. Het zijn en blijven altijd fruitvliegjes.
Evolutie of Openbaring 37

Afbeelding van http://www.scheppingofevolutie.nl

EIGEN HERSTELBEDRIJF

Wanneer de gemuteerde vliegjes met elkaar werden gekruist, zag men na een aantal generaties dat
de natuur enkel nog normale fruitvliegjes produceerde of dat ze van den beginne onvruchtbaar
waren. In hun natuurlijke omgeving zullen de normale vliegjes de zwakkere mutanten uiteindelijk
overleven. Alle variatie ten spijt ontwikkelt het fruitvliegje zich dan opnieuw in de vorm dat het
oorspronkelijk had. Mutatie heeft het tegendeel bewezen van evolutie: de oorspronkelijke soort is
veel sterker dan de gewijzigde.

De erfelijke code, het DNA waarover we wat hebben gezegd in het vorige nummer, bezit een
opmerkelijk vermogen. Dat kan de genetische schade die is opgelopen door om het even wat bij
zichzelf te herstellen. Dit draagt ertoe bij dat de soort bewaard blijft. Elk dier of plant is apart
gecodeerd. Een drosophila is nooit gewijzigd in een mot of een bij. Zo werkt het niet in de prakrijk en
evenmin in het laboratorium. In het wetenschappelijke blad ‘Scientific American’ wordt toegegeven
dat: “het leven van elk organisme en zijn continuïteit van generatie op generatie (…) door enzymen
die constant bezig zijn met het herstellen” van genetische schade hersteld wordt. Het tijdschrift
vervolgt: “Vooral aanzienlijke schade aan DNA-moleculen kan een noodreactie teweegbrengen
Evolutie of Openbaring 38

waarbij grotere hoeveelheden reparatie-enzymen worden vervaardigd” (‘Scientific American’,


‘Inducible Repair of DNA’, Paul Howard-Flanders, november 1981, blz.72).

Zo is de eindconclusie over mutatie deze: er is géén meerwaarde te bespeuren in zo’n afwijking. De


oorspronkelijke soort is steeds behouden. De veranderingen zijn zo hopeloos klein dat als er duizend
mutaties in één exemplaar werden gecombineerd, er nog geen nieuwe soort zou ontstaan.

Voetnoten:
[1] Zie op http://www.scheppingofevolutie.nl het artikel door C. Wieland en D. Batten met de titel
‘Schepping in het onderzoekslaboratorium?’

EEN LANG CITAAT UIT EEN ARTIKEL IN HET REFORMATORISCH DAGBLAD IN DIT VERBAND VAN DE
ONMOGELIJKHEID VAN HET ONTSTAAN VAN CELLEN UIT ZICHZELF.

„Combinatie geloof en evolutie onmogelijk”


26-02-2009 11:58 | gewijzigd 26-02-2009 12:06 | Van een medewerker

„Het feit dat mensen gaan schelden bij het verspreiden van de folder ”Evolutie of schepping. Wat
geloof jij?” betekent dat ze onzeker worden. Mensen die hatelijk worden, hebben de slag verloren.”
Dat zei prof. dr. A. van Nieuw Amerongen woensdagavond in Houten. Foto RD, Anton Dommerholt

„Het feit dat mensen gaan schelden bij het verspreiden van de folder ”Evolutie of schepping. Wat
geloof jij?” betekent dat ze onzeker worden. Mensen die hatelijk worden, hebben de slag
verloren.”
Dat zei prof. dr. A. van Nieuw Amerongen woensdagavond in Houten. De emeritus hoogleraar orale
biochemie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam sprak in de Eskolkerk over schepping en evolutie.
Hij deed dit op uitnodiging van het Eskol Mission Team Work, een initiatief van vrijwilligersteams
van de gereformeerde gemeente in Houten.
De hoogleraar gaf aan zich tijdens zijn wetenschappelijke arbeid veel te hebben beziggehouden met
het opsporen van de functies van enkele eiwitten. Hij kwam onder de indruk van het feit dat alle
Evolutie of Openbaring 39

10.000 soorten eiwitten in het lichaam een functie hebben. „De eiwitten in het lichaam passen in
processen, zoals de sleutel past in een slot.” Hierin ziet hij de grootheid van de Schepper. Dat andere
wetenschappers dat niet doen, wijt hij aan verblinding. “Ze willen de hand van God niet opmerken.”

Niet mogelijk

Het combineren van evolutie en geloof is volgens hem niet mogelijk. Tijdens zijn wetenschappelijke
loopbaan heeft hij het wel geprobeerd, zo zei hij, maar hij kwam tot de conclusie dat dit ten koste
zou gaan van Gods Woord. Een van de teksten die hem geholpen hebben bij het vormen van zijn
mening is Hebreeën 11, waar staat dat het geloof een vaste grond is van de dingen die men hoopt
en een bewijs van de zaken die men niet ziet. „Wij hoeven geen bewijs te leveren van Gods almacht.
We hoeven alleen maar te buigen voor Gods Woord. Dat is me meer waard dan alle gekrakeel over
evolutie. Als de wetenschappelijke wereld over ons heen rolt, dan moeten ze dat maar doen. Als
onze wortels diep zijn, kunnen we wel tegen een stootje.”

Prof. Van Nieuw Amerongen had geen goed woord over voor de actie van Andries Knevel voor de tv
om zijn mening te herroepen dat de wereld in zes dagen van 24 uur is geschapen en er excuus voor
aan te bieden. De hoogleraar noemde het „gemorrel aan de almacht van God” en „een glijdende
schaal”. Hij sloot zich van harte aan bij prof. dr. M. J. Paul, die Genesis 1-3 letterlijk wil lezen.

De biochemicus vermoedt dat mensen die niet geloven in de letterlijke betekenis van het begin van
de Bijbel ook moeite zullen hebben met het letterlijk nemen van het einde ervan. „Daar wordt
gesproken over de herschepping. Er komt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde en miljoenen
mensen zullen opstaan.”

Ook de Apostolische Geloofsbelijdenis zullen ze niet voor hun rekening kunnen nemen, verwacht hij,
omdat het daar onder andere gaat over Jezus Die uit een maagd geboren is en over de opstanding
van het lichaam.

Onzeker

Over de scheldkanonnades die de verspreiding van de folder ”Evolutie of schepping. Wat geloof jij?”
teweegbracht zei hij: „Het feit dat mensen gaan schelden, betekent dat ze onzeker worden. Als ze
hatelijk worden hebben ze de slag verloren. Christenen kunnen hier rustig onder blijven.”

Prof. Van Nieuw Amerongen is er niet voor dat christenen zich terugtrekken uit de wetenschap. „We
moeten ons niet in de war laten brengen door wetenschappelijke mensen, maar eenvoudige
waarnemers zijn van Gods majesteit, zonder dat we de wetenschap ontvluchten”, stelde hij. “Als
God ons ergens plaatst, moeten we trouw zijn en daar werken tot eer van Zijn Naam. Dan krijgt ons
dagelijks werk een andere glans.”
********
Evolutie of Openbaring 40

EVOLUTIE OF OPENBARING (9) : MOETEN WE ONS AANPASSEN?

Van de aap tot de moderne mens: een leidinggevend geneticus gaf een lezing over de evolutie van
de mens die tot een halt is gekomen

Illustratie van: http://www.dailymail.co.uk/sciencetech/article-1070671/Evolution-stops-Future-


Man-look-says-scientist.html#ixzz2IbDGL7vC

EVOLUTIE: MOETEN WE ONS AANPASSEN?

We leven, of we het willen inzien of niet, in een gemediatiseerde wereld. Dinsdagavond 6 januari
2009 opende de EO het Darwinjaar 2009 met Cees Dekker, Bas Haring en Tom Zoutewelle in het
programma 'Het Elfde Uur' van Andries Knevel. Er waren onmiddellijk daarop heftige reacties
zoals blijkt uit de brieven van lezers. Na enkele dagen heeft de redactie de mogelijkheid tot
reageren gestopt. Maar dat heeft me doen nadenken om in onze bijdragen over de problematiek
van “Evolutie of Openbaring” wat tussen te voegen. Bekijk het als een interludium zoals we er
vroeger hadden tussen twee uitzendingen op televisie. Enkele lezers en twee dominees spraken
ons erover aan. Genoeg om er wat uitvoeriger op in te gaan. Een dominee vroeg me of er wat is
voor de jeugd en catechese in dat verband. Op http://www.bijbelenonderwijs.nl/?page=10 staat
er wat en als iemand nog andere sites kent, laat het ons weten zodat we het kunnen publiceren.

MIJN VISIE
Evolutie of Openbaring 41

Ik geloof momenteel niet dat het scheppingsverhaal en de wetenschap van de evolutie elkaar ooit
zullen omarmen! Eind van de jaren 60 van de vorige eeuw hebben we vijf jaar lang, omdat we toch
enkele twijfels hadden, uitgebreid zowel pro als contra gelezen over de leer van de evolutie. Het was
vooral het lezen van de Creation Research Quarterly dat ons bepaalde in de keuze. Dat tijdschrift
werd uitgegeven door wetenschappers, die in schepping geloofden, uit allerhande branches.
Evenmin als toen is het ook nu niet zoals evolutionisten beweren, dat het slechts onwetenden zijn
die in schepping geloven. Mogen we ervan uitgaan dat wetenschap tegenover religie staat?
Wetenschap is een zoektocht naar de beste antwoorden voor wat om ons heen gebeurt. De
antwoorden stroken meestal met de versie van het scheppingsverhaal. Zijn wetenschappers van de
evolutieleer oprecht? Ik weet het niet zeker, want ze kunnen ook misleid zijn. Dit weet ik wel, dat
een bepaalde leer als een dogmatisch verhaal verkondigd wordt eens ze door enkelen is aanvaard.
Zijn die wetenschappers niet zelf de schuld van de opgeklopte en verzonnen verhalen die we in
evolutieboeken lezen? Wat 50 jaar geleden waar was en onomstreden, dat is het meestal nu niet
meer. Gezien hun vroegere kortzichtigheid en bewuste oogkleppen zijn vele evolutionisten niet echt
betrouwbaar. Dat de wetenschap van de wereld zich als een “god” gedraagt is mij steeds duidelijker
geworden. Het bewuste doel van de wereldse wetenschap lijkt mij niet minder te zijn dan gewoon
niet te willen aanvaarden dat er een ware God zou kunnen zijn. Dat is gewoon vooroordeel!
Klasseren we eens gewoon alle mogelijke oplossingen in dit probleem.
VERKLARINGSMODELLEN

Er zijn vijf mogelijke verklaringsmodellen voor het ontstaan van leven op aarde:

1. Eenmalige schepping of creationisme - De schepping van het leven was een unieke, eenmalige
gebeurtenis. Wie dit aanneemt leert dat alle nu levende of fossiele groepen van planten en dieren
door YaHWeH geschapen zijn. Fossielhoudende aardlagen zijn het gevolg van catastrofen waarvan
het merendeel is afgezet door een wereldwijde overstroming: de zondvloed.

2. Meervoudige schepping door God - In deze uitleg zijn fossielhoudende aardlagen gedurende vele
miljoenen jaren afgezet. De volgorde van de fossielen in de aardlagen is de weergave van het aantal
scheppingen die God bewerkt heeft in de loop van de tijd.

3. Naturalistische evolutie zonder God - Alle fossielhoudende aardlagen werden over vele miljoenen
jaren afgezet. De volgorde van de fossielen is de weergave van het evolutieproces. Dat alles heeft
plaatsgevonden door natuurlijke processen. Hier komt God niet aan te pas.

4. Geleide evolutie door God - De aardlagen van de geologische kolom zijn over een periode van
miljoenen jaren afgezet. De volgorde van de fossielen in de geologische kolom is de weergave van
een evolutieproces, een proces dat door een hogere macht geleid is. Sommigen denken hier zelfs
aan een schepping door hogere wezens, die ons op regelmatige tijdstippen bezoeken of bezochten.
Evolutie of Openbaring 42

5. Intelligent Design (ID) - Het leven en de kosmos dragen de sporen van ontwerp. De wetenschap
kan dit ontwerp meten en bestuderen. De ID-beweging doet geen uitspraak over de ontwerper of
schepper. ID wijst optie 3 af maar laat de keuze tussen optie 1, 2 of 4 een open vraag.

ENKELE UITSPRAKEN

We citeren wat uit het programma van de EO over Darwin en enkele van de reacties
Dit hieronder zijn een paar opmerkelijke uitspraken van Cees Dekker uit die uitzending, dat zou hij
een jaar terug zo niet gezegd hebben:

 "God heeft geschapen via evolutieprocessen. God grijpt niet in in het evolutieproces, maar ik
zie wel de hand van God in al die evolutieprocessen. God was daarbij op al die plekken. God
schept eerder via processen dan door wonderen." (…) "Ik zie geen strijdigheid met het geloof
in een persoonlijke God en wat ik zie als natuurkundige: de natuurwetten die een berg of een
biologische soort vormen."

 "Ik geloof dat God daar aanwezig is in al die natuurprocessen." (…) "Evolutie kan heel
makkelijk ingepast worden in het christelijk denken".

Holtz schreef 6 januari 2009 dit over kritische benadering van de evolutieleer. Het zijn: ”doortrapte
akties om de evolutietheorie in diskrediet te brengen. Lachwekkend dat men aan de hand van een
2000 jaar boek 200 jaar wetenschappelijk onderzoek naast zich neer denkt te kunnen leggen.”
Taede A. Smedes, 6 januari 2009 schreef: “Het is een beetje een anachronisme om meneer
Zoutewelle "wetenschapper" te noemen, aangezien creationisme géén wetenschap is. Het is dus een
debat tussen twee wetenschappers en een creationist.”

PROBLEMEN VAN THEISTISCHE EVOLUTIE

Over theïstische evolutie, namelijk dat God alles schiep door middel van de evolutie der soorten, zijn
veel boeken geschreven. Het lijkt me dat men zich in bochten wringt om de theïstische evolutie vol
te houden. De term evolutieleer is ook nogal misleidend en dat is het zeker voor gelovigen. Het is
niet iets als de leer van de zwaartekracht, een wet die onomstotelijk vast staat. Argumenten tegen
de evolutietheorie getuigen van een betere uitleg van de feiten dan in moderne wetenschap
gedacht wordt. Neen, men moet geen rare leer bedenken om de zwakheden van de leer van Darwin
aan te wijzen. Moderne wetenschappers denken de leer van de schepping te kunnen afdoen als
sprookjes. Laten we eens even kijken hoe sprookjesachtig de leer bij onze evolutieburen wel is.

Eerste sprookje: De wereld is er slechts gekomen nadat er ongeveer 15 miljard jaar geleden een
kolossale ontploffing was. Over deze Big Bang zie onze drie eerste bijdragen in deze serie.
Evolutie of Openbaring 43

Tweede sprookje: We illustreren het met een citaat uit de inaugurele rede van prof. Dr. H. Zuilhof,
hoogleraar organische scheikunde (2008-07-15). Prof. Zuilhof haalde een uitspraak aan van George
Whitesides, een van ’s werelds meest geciteerde chemici: “De meeste chemici geloven, net zoals ik,
dat het leven spontaan ontstond uit een mengsel van moleculen op de prebiotische aarde. Maar
hoe? Ik heb geen idee. Op basis van alle chemie die ik ken komt het me voor als verbijsterend
onwaarschijnlijk. Het idee van een RNA wereld is een goede hint, maar het is zo ver verwijderd in zijn
complexiteit van verdunde oplossingen van simpele moleculen in een hete, reducerende oceaan
(onder een hoge druk van CO2), dat ik niet weet hoe ik de twee met elkaar in verband kan brengen.
We hebben een nieuw, echt goed idee nodig, .., eigenlijk een revolutie.” (Whitesides, G. M. Chem
Eng. News 2007, 85, 15. Interview n.a.v de toekenning van de Priesley Medal - hoogste
onderscheiding van de American Chemical Society - aan Whitesides in 2007.) (Zie ook onze bijdragen
nummer 6,7 en 8.)

Derde sprookje: Volgens het ontstaansmodel van evolutionisten zijn de fossielen even oud als het
gesteente waarin ze gevonden worden. Dit loopt dus in de honderden of miljoenen jaren. Maar de
veronderstelde leeftijden van de gesteenten zijn ook bepaald aan de hand van de fossielen die
daarin gevonden worden.

Dat is een cirkelredenering. En er zijn voorbeelden van dieren, vissen en planten die zogezegd
uitgestorven waren, maar tachtig jaar geleden of zelfs vorig jaar in december levend zijn
teruggevonden. Men kwam vorig jaar tot de conclusie dat een klein zoogdier niet tot de massa-
uitsterving behoorde van de dinosauriërs 65 miljoen jaar geleden. Men heeft er één levend
teruggevonden en waar er één is moeten er meer zijn. Over die dateringen zullen we volgende maal
wat gaan schrijven.

Kort voor de herdenking van Darwins geboortedag, op 12 februari 2009, kregen meer dan zes
miljoen Nederlandse huishoudens de brochure "Evolutie of schepping – Wat geloof jij?" in de
brievenbus.

Met uitzondering van wie de sticker heeft aangeplakt. De strijd gaat dus gewoon maar door.

^^^^^^^

Ernest Haeckel, evolutionist van de eerste uur stelt in zijn Decent of Man 1876 de zwarte mens dicht
bij de aap.
Evolutie of Openbaring 44

********
Evolutie of Openbaring 45

(Illustratie van M.K. Richardson, © Springer-Verlag GmbH & Co.) Op de eerste rij hierboven staan
de tekeningen van Ernest Haeckel die moeten bewijzen dat er overeenkomst bestaat in de
embryonale ontwikkeling bij verschillende diersoorten, het begin zou bijna hetzelfde. Zo sterk
lijken de embryo’s op elkaar. Op de tweede rij foto’s van hetzelfde zien we zoals het in werkelijk
is. In 1997 heeft de embryoloog dr. Michael Richardson een artikel gepubliceerd (Anatomy and
Embryology, 1997;196:91-106) dat ook door Science besproken is (15 mei 1998; 280(5366):983,
985-6), met daarin foto’s van hoe embryo’s er daadwerkelijk uitzien in de eerste fase van
Haeckel’s tekeningen. De foto’s van Ernest Haeckel laten duidelijk zien dat hij met die
tekeningen bewust een foute weergave zijn van de werkelijkheid beschreef.

Richardson, M. K., Hanken, J., Gooneratne, M.L., Pieau, C., Raynaud, A., Selwood, L. & Wright,
G.M. (1997). There is no highly conserved embryonic stage in the vertebrates: implications for
current theories of evolution and development. Anatomy and Embryology, 196, 91-106.:
http://www.mk-richardson.com/pdf/Anat%20Embryol.pdf

^^^^^

Evolutie van de hond volgens de leraars van de evolutieleer:

“Over de hele wereld (enkele uitzonderingen daargelaten) kwamen wolven voor. Het frappante is,
dat, onafhankelijk van elkaar, over de hele wereld een samenwerkingsverband tussen wolf en mens
is ontstaan. Heel langzaam, middels vele generaties, begon de mens “zijn wolf” aan te passen aan
Evolutie of Openbaring 46

zijn wensen. Hij liet de dieren met de voor hem en de omgeving meest gunstige eigenschappen met
elkaar paren oftewel; hij ging fokken! Hiermee was de Canis Lupus Familiaris ontstaan.

Omdat de gewenste eigenschappen van continent tot continent en van streek tot streek sterk
verschilden, zijn de diverse richtingen in de gebruikseigenschappen ontstaan. Hiermee was de basis
gelegd voor de verschillende rasgroepen.” https://www.farmfood.nl/kennis/van-wolf-tot-hond/

In dat soort evolutie geloven we wel, temeer omdat wel 40 procent van de laatste hondenrassen
een “kweek” zijn van de laatste 1.000 jaar. In totaal zijn er ongever 360 rassen en de lijst blijft
groeien.

^^^^^^

EVOLUTIE OF OPENBARING (10) : FOSSIELEN (1)

We moeten onze aandacht nu richten op “fossielen” want dat is een belangrijk punt in de leer
van de evolutie. Zonder fossielen géén stambomen van ontwikkeling.

Wat verstaat men onder “fossielen?” Het zijn resten en sporen van planten of dieren of mensen
die geconserveerd zijn in de aardbodem. Het overgrote deel der fossielen vinden we in
'versteende' vorm terug. Maar enkele fossielen zijn niet versteend. In barnsteen bijvoorbeeld
worden soms complete insecten gevonden. Het hars, waaruit barnsteen bestaat, geeft aan dat
insect een goede afsluiting tegen oxidatie en verderf. Dat geldt ook voor teerputten bestaande
uit een hoog gehalte aan ruwe olie. Wie of wat er in terecht komt wordt meestal beschermd
tegen aantasting van bacteriën omdat er een volledige balseming zal optreden. Tegen de
Amerikaanse stad Los Angeles liggen de bekende “La Brea teerputten”, een goed voorbeeld
daarvan. Over dat soort fossielen gaan we het niet hebben.

HET FOSSILISATIEPROCES

De best bewaarde zijn deze die ontstaan als het organisme snel wordt afgedekt. Is dat niet het
geval, dan zullen andere factoren de fossilisatie voorkomen of nadelig beïnvloeden. Wat niet
onmiddellijk is bedekt, daar zal verrotting en verwering optreden. Of de aaseters uit de omgeving
beginnen het karkas te eten. Er zijn voorbeelden van mammoeten waarvan de helft al was
Evolutie of Openbaring 47

opgegeten. In de meeste gevallen zal een dier of plant nooit tot fossilisatie komen. De grote
vijand zijn de bacteriën die het vlees “eten” en alleen als het organisme in zuurstofloze condities
begraven wordt zal een fossiel ontstaan. Van veel dieren en planten worden als fossiel slechts de
harde delen - een skelet of een schelp - teruggevonden. Het “snel afgedekt worden” kan op vele
manieren gebeuren, maar het is steeds het resultaat van een kleine of grote catastrofe. Het
gebeurt door snelle “waterafzettingen” zoals zand, klei of slib van rivieren of zeeën. De meeste
fossielen zijn dan ook zeedieren en schelpen bij honderdduizenden. Fossielen van landdieren zijn
veel zeldzamer. Die ontstaan vooral bij een vulkaanuitbarsting of een aardverschuiving. Daarop
volgt meestal een snelle afdekking door vulkanische as, zand en aarde.

Als een dier of plant begraven is met modder start een langzaam proces. Het vlees gaat rotten en
na een tijd blijven slechts de beenderen over. Botten blijven jaren langer bewaard dan het zachte
vlees. Met die overblijvende botten kan het twee kanten uitgaan.

1) Ook harde botten kunnen na een tijd vergaan. Is dat het geval, dan blijven er in de grond
holtes over waar de beenderen hebben gezeten. Die holtes blijven niet leeg, maar worden
opgevuld met materiaal dat door de bodem in die afdrukken sijpelt. Deze stoffen die in die holtes
kunnen achterblijven zijn: calciet, zwavelijzer, kiezelaarde en uitzonderlijk opaal. Na verloop van
tijd verstenen die stoffen tot een harde massa. Je krijgt op die wijze versteende afdrukken van de
beenderen. Die afdruk is precies de vorm als de echte oorspronkelijke botten. Het inwendige van
de beenderen is dan niet bewaard gebleven.

2) Het kan ook anders, wanneer deze stoffen in de beenderen zelf doordringen, voordat ze eerst
tot stof vergaan. De botten worden zodoende verstevigd en verstenen. Zo zijn de echte
beenderen overgebleven, maar chemisch veranderd door de doorgesijpelde stoffen. Dit zijn ook
de mooiste fossielen. Paleontologen ontdekten van daaruit dat veel dinosaurussen holle
beenderen hadden en dat het grootste deel onder hen altijd bleef doorgroeien. De meeste
dinosaurussen groeiden toen ze jong waren zeer snel en als ze volwassen werden minder.

HET OUDE POMPEII

We hebben allemaal al eens gehoord van de Romeinse stad Pompeii en wellicht over haar
zusterstad Herculaneum. Ongeveer 11 kilometer ten zuidoosten van Pompeii bevindt zich de
berg Vesuvius. Herculaneum ligt nog geen 7 kilometer ten westen van de top. Op 24 augustus in
het jaar 79 na Christus werden de steden door een vulkaanuitbarsting verwoest, waardoor
duizenden burgers in minder dan vierentwintig uur werden begraven. Later zijn ze door
inwerking van doorsijpelende chemische stoffen uit de grond en het regenwater gefossiliseerd.

Pompeii was een bruisend industrieel centrum met een markt en een haven met de daarbij
horende, taveernes en bordelen. Herculaneum was een populair vakantieoord voor de rijke
Romeinen. Al om tien uur 's ochtends werd er een prop lava uit de gedoofde vulkaan, onder hoge
Evolutie of Openbaring 48

druk, uitgestoten. De Vesuvius spoot die dag tot een hoogte van 30 kilometer vuur, en de berg
was omgeven door een gigantische wolk. Men heeft uitgerekend dat de uitbarsting duizend keer
krachtiger was dan de atoombom die Hiroshima met de grond gelijk maakte. Het puimsteen werd
met een snelheid van bijna twee keer deze van het geluid de lucht in geschoten. De vulkanoloog
Haraldur Sigurdsson schat dat de asregen in Pompeii rond vier uur 's middags al tot aan het
middel reikte. De bevelhebber van de vloot in Herculaneum zag alles gebeuren vanuit Stabiae, 8
kilometer ten zuiden van Pompeii. Hij liet enkele uren later dit optekenen: “De asregen is al bijna
twee meter hoog en zal spoedig een hele verdieping diep zijn.”

De twee steden werden als het ware intact verborgen onder een regen van stof en later stenen.
In de 18e eeuw werd begonnen met een systematische opgraving. De gemummificeerde stad die
op 24 augustus in het jaar 79 na Christus verging, met zijn dieren en inwoners kwam terug tot
leven.
HET MINERAAL OPAAL

We weten exact wanneer deze fossielen van de Romeinse steden Pompeii en Herculaneum
gevormd zijn. Meestal weten we dat niet. Maar we willen een voorbeeld geven van de al te
gemakkelijke uitleg die evolutionisten geven bij de vorming van fossielen. Het mineraal opaal is
een variëteit van kwarts en is geen echt fossiel. Het kreeg de scheikundige naam: SiO 2·nH2O,
gehydrateerd siliciumoxide. Het waterpercentage van de steen gaat soms wel 20% van het
gewicht bedragen. Opaal kan kleurloos zijn, wit, prachtig rood, geel of groen, melkachtig blauw,
bruin en zwart of grijs. De meeste opalen zijn niet eenkleurig maar een echt “kleurenspel.” Dat
ontstaat door wat wetenschappers interferentie en diffractie van het licht noemen. Je eerste
lessen in de fysica, als je het nog weet. In een opaal zijn er minieme, regelmatig gerangschikte
openingen onder de microscoop te zien, bekend als het rooster van Bragg. Deze openingen
worden gevuld met een nieuwe soort kiezelzuur en bepalen vooral dat “kleurenspel.”

Waarom we dat vertellen is eenvoudigweg omdat de mensen die in evolutie geloven ons zeggen
dat opalen duizenden jaren nodig hebben om in de grond gevormd te worden. Maar een
Australische amateurwetenschapper kan er maken in enkele maanden tijd. Niet in een duur
laboratorium maar gewoon in zijn achtertuintje. Dit zegt men erover volgens evolutionisten:
“Details over het ontstaan van opalen zijn niet echt achterhaald. Er is nog steeds een debat
gaande over de ouderdom van opalen en de tijd die er nodig is om ze te vormen.
Niettegenstaande, nemen we algemeen aan dat opalen gevormd van steen tussen 1 miljoen en
10 Miljon jaar oud zijn.” [1]

OPAAL IN ENKELE WEKEN KLAAR

Andrew A. Snelling [2], schreef voor het tijdschrift Creation 17(1) het artikel “Opalen maken.” Het
is het verhaal van Len Cram, een veldwetenschapper uit Lightning Ridge, die promoveerde op het
Evolutie of Openbaring 49

onderzoek van “opalen.” In zijn streek worden al jaren de mooiste opalen gevonden. Australië is
het land waar de grootste opaalmijnen zijn. Len Cram is zelf een overtuigd christen. Hij ontdekte
een geheim dat hem in staat stelde om opalen te produceren. [3] Ze worden gemaakt in zijn
houten schuurtje. Het proces dat plaatsvindt in glazen potten is in enkele weken voltooid. Len’s
kunstmatige opalen zijn zo goed dat de mijnwerkers van de Lightning Ridge geen verschil zien
met de opalen in de grond gevonden. Wetenschappers van de Commonwealth Scientific and
Industrial Research Organisation hebben evenmin verschil gevonden tussen Len’s opalen en
natuurlijke opalen. Ook niet onder een elektronenmicroscoop en dat is wel merkwaardig. Men
zou met zo’n instrument elke vorm van bedrog kunnen ontdekken.

We citeren uit dit artikel: “Het proces waarbij opaal wordt gevormd is een
ionenuitwisselingsproces, een proces waarbij de opaalstructuur wordt gevormd ion na ion (een
ion is een elektrisch geladen atoom, of een groep van atomen [molecuul]). Het proces begint op
een gegeven moment en eindigt als alle belangrijke ingrediënten, in dit geval het elektrolyt, zijn
verbruikt. Al binnen enkele weken tijd van dit eerste vormingsproces heeft het nieuw gevormde
opaal prachtige kleurpatronen, maar zit er nog wel veel water in de structuur. Geleidelijk
gedurende enkele maanden, vinden overige chemische reacties plaats en stabiliseert de silicagel
naarmate het water eruit verdwijnt.”
In enkele gevallen ontstaat opaal in hout, waarschijnlijk omdat er andere omstandigheden zijn.
Soms kan men zelfs nog de celstructuur bewaard zien, maar dat is niet altijd het geval. In
houtopaal zoals gevonden in de streek van Aalst – waar ik zelf woon – is dat bewaard gebleven.
Meestal echter vindt er daarna een uitdrogingsproces plaats, en is het opaal omgevormd tot
kwarts. Dat is zo gebeurd in de streek van Hoegaarden.

Volgende maal wat over ouderdomsbepalingen.

Voetnoten:

[1] Uit http://opalguy925.com/Pages/AboutOpal.html

[2] http://www.scheppingofevolutie.nl/index.php?url=art_opalen.htm

[3] Zie Snelling, A., Growing opals—Australian style! Creation 12(1):10-15, 1989.
Evolutie of Openbaring 50

Opalen van http://lapidee.nl/html/

Geopaliseerd fossiel hout. Geopaliseerde schelpen,


gedeeltelijk gepolijst, Australië.

Fotografie in het tweede geciteerde artikel - R. Weller/Cochise College

Zie ook: https://home.kpn.nl/genesis/geomodel/class.html met deze studie


Een Bijbels geologiemodel
Classificatie Criteria voor Geologie in het veld
Hoe kunnen we bepalen waar geologische eenheden in het schema passen?
EVOLUTIE OF OPENBARING (11) : FOSSIELEN (2) OUDERDOMSBEPALINGEN

Mount Ngauruhoe
Evolutie of Openbaring 51

Foto: http://wereldreis.reismee.nl/fotos/1159

Dit artikel gaat over radioactieve klokken. Ze geven, volgens evolutionisten, aan fossielen een
tijdsaanduiding tussen enkele duizenden en miljoenen jaren. Maar hoe nauwkeurig is dat
allemaal? We zullen er enkele zaken van beschrijven en evalueren.

EEN OVERZICHT
Wanneer we de ouderdom bekijken die evolutionisten plakken op fossielen of archeologische
vondsten, dan moeten we eerlijk zeggen: die zijn niet te verenigen met de ouderdom die de Bijbel
geeft aan de mens en aan de menselijke beschaving. Maar geen nood, we moeten ons nog niet
aanpassen aan de uitleg van de evolutieleer. Het ontbreekt namelijk aan gezond verstand en echte
wetenschappelijke gronden waarmee die mensen de ouderdom van iets bepalen. Zwak
bewijsmateriaal, opgeklopt als het wit van een ei, en gissingen gaan hier hand in hand.

Een aantal wetenschappelijke methoden om oude overblijfselen te dateren, is gegroepeerd als


“Radiometrische dateringsmethoden.” Geen enkele ervan is zonder axioma’s, dat zijn
wetenschappelijke dogma’s, en het zijn dus geloofspunten. Want wat niet op wetenschappelijke
gegevens berust, zal op een cirkelredenering lijken. Wat is die cirkelredenering van de evolutieleer?
Men vraagt zich af in die kringen: Hoe dateren wij aardlagen? Antwoord = Aan de hand van
gidsfossielen! Daarop volgt: Hoe dateren wij fossielen? Antwoord = Aan de hand van aardlagen
waarin ze gevonden zijn! Deze cirkelredenering ondermijnt de betrouwbaarheid en waarde van de
geologische tijdschaal zoals evolutionisten ze bepalen. Ze lijken dat niet te beseffen. Hun geologen
hebben geen ander antwoord op de bepaling van een ouderdom.

EEN VLEUGJE SCHEIKUNDE


Alles op aarde bestaat uit chemische elementen (atomen of stoffen) en verbindingen daarvan. In de
atoomkern van eenzelfde element vinden we hetzelfde aantal protonen, dat zijn met het oog
onzichtbare positief geladen deeltjes. Omdat een atoom ook negatieve deeltjes heeft, de neutronen,
zou men denken dat ze hetzelfde aantal deeltjes bevatten. Dat is niet het geval, want hetzelfde
element kan een ander aantal neutronen hebben. Twee atomen van hetzelfde element met
verschillende aantallen neutronen worden “isotopen” van dat element genoemd. Als dat zo is, zal op
zijn minst één van die isotopen een radioactief element zijn. Wat radioactief is vervalt (verandert) in
een andere isotoop van die stof. Radioactief verval betekent meestal het afstoten van straling in de
vorm van alfadeeltjes (dat zijn twee protonen en twee neutronen samen) of bètadeeltjes.
De mate van stabiliteit en verval wordt beschreven als de “halfwaardetijd”, de tijd die moet verlopen
voordat de helft van alle instabiele atomen gewijzigd is. Voor alle isotopen is deze waarde een
constante zegt de evolutionist. Maar een creationist die in schepping gelooft, zal dat niet aannemen.
In dit artikel volgt later een voorbeeld hiervan. Veel radioactieve isotopen vervallen in een aantal
Evolutie of Openbaring 52

stappen naar een stabiel element, dat het dochterelement wordt genoemd. De isotoop zelf wordt de
moeder genoemd.
RADIOACTIVITEIT GEMETEN

Over radiometrische dateringtechnieken is alom gepubliceerd. Hier worden fundamentele stellingen


en principes vooropgesteld die niet altijd vermeld zijn. Dit zijn de drie voornaamste dogma’s. In
werkelijkheid niet meer dan drogredenen, want ze zijn nooit bewezen:

 De snelheid van het verval van de stof is steeds dezelfde.

 Er is nooit vervuiling opgetreden. Dat betekent dat vooreerst geen dochterelementen zijn
toegevoegd aan het gesteente of fossiel dat opgemeten wordt. Ten tweede, dat hieruit geen
stoffen zijn weggelekt en een verkeerde tijd aangeeft.

 Wanneer we bepaald hebben hoeveel element er oorspronkelijk aanwezig was is het


eenvoudig te berekenen hoe oud iets is.
Als we aannemen dat de zaken in werkelijkheid zoals hierboven geschreven is er niets aan de hand.
Maar als er in het begin al wat dochterelement aanwezig is, op het moment dat het gesteente werd
gevormd, dan heeft dat gesteente een schijnouderdom. Een voorbeeld, de kerk geeft een
spaghettiavond en twee zusters worden gevraagd, elk één kilo saus te maken. Als één kilo die een
half uur geleden gemaakt is, gemengd wordt met een andere kilo die vier dagen oud is en niet
beschermd bewaard werd, dan krijg je twee kilo saus die voor de helft geïnfecteerd is. Want die
tweede kilo zit vol bacteriën. Zo gaat het ook met de gesteenten die men tracht een ouderdom te
geven bij middel van radioactieve meting. Als alles vanaf het begin zuiver en onbesmet zou zijn dan
krijg je een perfecte ouderdomsbepaling. Maar niets is minder waar in de praktijk. In de tabel 1
staan alle bekende radiodateringsmethoden in het kort beschreven vanuit de leer van de evolutie.
Radioactieve Wijzigt (vervalt) TABEL 1 Gebruikt men voor onderzoek van:
stof: in

Koolstof-14 Stikstof-14 Fossielen / Archeologische vondsten vanaf


1.000 tot 65.000 jaar oud.

Uranium-235 Lood-207 Vulkanisch gesteente vanaf 100.000 jaar oud.

Kalium-40 Argon-40 Vulkanisch gesteente vanaf 100.000 jaar oud.

Uranium-238 Lood-206 Vulkanisch gesteente vanaf 10 miljoen jaar


oud.

Rubidium-87 Strontium-87 Vulkanisch gesteente vanaf 10 miljoen jaar


oud.
Evolutie of Openbaring 53

50 JAAR OUD OF 3,5 MILJOEN? [1]


Andrew Snelling schreef voor het Australische tijdschrift ‘Creation 22’ over “Het falen van
radiometrisch dateren.” Het ingekorte verhaal staat op de site van de Nederlandse ‘Werkgroep In
Genesis.’ Professor Snelling liet studies verrichten met lavasteen van vulkaanuitbarstingen van
Mount Ngauruhoe, uit Nieuw-Zeeland. Uit dat verslag geven we enkele merkwaardige conclusies.
In een gerenommeerd commercieel laboratorium ‘Geochron’ is de laboratoriummanager een
deskundige in Kalium-Argon datering. Het laboratorium werd niet op de hoogte gebracht van de
plaats van de vondsten of de te verwachten datering. Om er zeker van te zijn dat er extra aandacht
besteed zou worden aan de vondsten en de analyse ervan, werden de monsters omschreven als:
“Waarschijnlijk jong, met een zeer geringe Argon inhoud”. De door K-Ar dateringen, verkregen na
analyse, zijn weergegeven in tabel 2. We hebben alleen de gegevens van 1954 opgenomen. De
dateringen variëren van <0,27 tot 3,5 (± 0,2) miljoen jaar. (Het teken < wil zeggen groter dan, in dit
geval “ouder dan.”) Het gaat voor al deze monsters over rotsen waarvan is waargenomen dat ze
ongeveer 25-50 jaar geleden zijn ontstaan uit afgekoelde lava. De stukken rots van iedere stroom
lava leverde ‘leeftijden’ van <0,27 of <0,29 miljoen jaar. Voor de nauwelijks vijftig jaar oudere
monsters werden ‘leeftijden’ van miljoenen jaren opgegeven. Zou hier een systematisch
laboratoriumprobleem zijn?

De laboratoriummanager was zo vriendelijk om zijn apparatuur opnieuw te controleren. De monsters werden opnieuw onderzocht, waarbij vergelijkbare resultaten

geproduceerd werden. Er was dus geen sprake van een systematische laboratoriumfout. Zowel de eerste als de latere resultaten waren ‘echt’. Maar er was nog een ander

resultaat van andere monsters (A#2 en B#2 in tabel 2) waar niet dezelfde resultaten uit de bus kwamen. Een echte verrassing was het niet. Een conclusie is dit: het argonniveau

varieert behoorlijk in deze rotsen. Enkele geologen zouden beweren dat <0,27 miljoen jaar feitelijk de correcte datering is. Maar hoe moeten ze dan de 3,5 miljoen jaar uitleggen

voor hetzelfde gesteente? Daarom is ook dit een andere conclusie: deze K-Ar ‘datering’ is niet betrouwbaar.

K–Ar ‘leeftijd’
Lavastroom datum Monster Lab code
(miljoenen jaren)
30 juni 30, 1954 A #1 R-11718 <0,27
30 juni 30, 1954 A #2 R-12106 1,3 ± 0,3
30 juni 30, 1954 B #1 R-12003 3,5 ± 0,2
30 juni 30, 1954 B #2 R-12107 0,8 ± 0,2
30 juni 30, 1954 C R-11513 1,2 ± 0,2
TABEL 2. Kalium-Argon ‘datering’ van
recente lava stromen van Mount
Ngauruhoe.

Het meten met isotopen is GEEN nauwkeurige tijdsklok voor het bepalen van de ouderdom van
een fossiel of een gesteente.
D.V. slotconclusie over dateringen in het volgend nummer.

VOETNOTEN:
Evolutie of Openbaring 54

[1] Snelling, A.A., The cause of anomalous potassium-argon ‘ages’ for recent flows at Mt Ngauruhoe,
New Zealand, and the implications for potassium-argon ‘dating’, In: Walsh, R.E. (ed.), Proceedings of
the Fourth International Conference on Creationism, Creation Science Fellowship, Pittsburgh,
Pennsylvania, blz.503–525, 1998.

********
Zoek je naar iets dat er niet staat: ga naar http://www.dutchcreationscience.com/

of http://home.kpn.nl/genesis/articles/vacuum.html voor lezers met een wetenschappelijke


knobbel!
En https://scheppingofevolutie.nl/de-leeftijd-van-de-aarde/ waar dit artikel staat
Dr. Don Batten, De leeftijd van de aarde, 101 Bewijzen voor een jonge leeftijd van de aarde en het
universum, 11 februari 2018.

EVOLUTIE OF OPENBARING 12: EVOLUTIE EN RADIOACTIEVE HALO’S


OUDERDOMSBEPALINGEN

Afbeelding 1
Evolutie of Openbaring 55

Afbeelding 2

******

EVOLUTIE: RADIOACTIEVE HALO’S BEWIJST JONGE AARDE

TWEE AFBEELDINGEN

In kristallen of gesteenten zijn regelmatig microscopische hoeveelheden radioactieve materialen


aanwezig. Als de radioactieve stof wijzigt (vervalt) in een andere stof zullen radioactieve “halo’s”
achterblijven. Dat zijn gekleurde ringen die gevormd worden door het uitstoten van het gas
“helium.” Jammer genoeg zie je de kleuren niet in onze versie van het tijdschrift. Zoek het eens op
met de verwijzingen in voetnoot één. Het merkwaardige is dat bij elke radioactieve stof de
“uitstoot” anders is in lengte, zodat er meerdere ringen ontstaan. Prof. Robert V. Gentry heeft dat
nauwkeurig onderzocht sinds 1960. Over die ringen vooral deze van de stof “polonium” gaat deze
bijdrage. Door deze onderzoeker zijn ze de “Vingerafdrukken van de Schepping" genoemd. We gaan
het verhaal van de radioactieve HALO’S van de stof “polonium” en het edelgas HELIUM uit de
doeken doen. In zo min mogelijk moeilijke termen. Maar we helpen u aan enkele sites waar u het
verder kan bestuderen. [1]

De eerste illustratie geeft schematisch weer hoe het er binnenin uitziet. Wanneer bijvoorbeeld
uranium 238, dat radioactief is, vervalt in 14 stappen naar een neutrale stof zijn ondertussen hier en
daar “heliumgassen” ontstaan. Het zijn deze gassen die een andere golflente hebben en dus het
uiterste deel van de ringen vormen. Het is alsof er dan kleinere bollen in grote bollen ingeweven zijn.
De doorsnede daarvan is wat in de eerste illustratie te zien is. De tweede illustratie is bekeken onder
de microscoop, honderden malen vergroot, hoe het er echt uitziet. Het zwarte puntje in het midden
geeft de plaats aan van de radioactieve stof.  

ATOOMNUMMERS EN ISOTOPEN

De chemische eigenschappen van een atoom, van een zuivere stof (=element), zijn weergegeven in
een massagetal en atoomnummer. Het atoomnummer is vrijwel uitsluitend bepaald door het aantal
protonen, de positieve deeltjes. Veel elementen hebben isotopen, meestal radioactieve, zoals we de
laatste maal gezien hebben. De massa van het atoom wordt vrijwel bepaald door de som van het
aantal nucleonen, dat zijn de protonen plus de neutronen of negatieve deeltjes. Dit aantal wordt
weergegeven en krijgt de naam: het massagetal. Verschillende isotopen van hetzelfde element
hebben eenzelfde atoomnummer maar een ander massagetal. Voor de stof waar we het over
hebben in dit artikel: het gaat om 21884Polonium, 218 massagetal en 84 atoomnummer.
HET RAADSEL VAN DE SCHEPPING
Evolutie of Openbaring 56

Over de hele aarde worden raadselachtige halo’s gevonden van “polonium” in graniet maar ook van
andere radioactieve stoffen. Uit het wetenschappelijk gepubliceerd onderzoek van Robert V. Ventry
blijkt dat deze halo's al geruime tijd een raadsel zijn voor de evolutieleer. Vooral de vorming van
gesteenten na de Big-Bang en de dateringsmethoden van de evolutionisten worden er op losse
schroeven gezet.

De bevindingen van Dr. Robert Gentry zijn: de aarde is zeer jong. Men moet over de ouderdom van
de aarde spreken in termen van enkele duizenden jaren en geen miljarden. De zoektocht naar
wetenschappelijk bewijs van die ‘jonge aarde’ heeft hij gevonden in graniet.

Die oude gesteenten op aarde zijn vanuit de evolutiegedachte 4.600 miljoen jaar oud en graniet wel
800 miljoen jaar! Men rekent graniet tot de oudste gesteenten: het dieptegesteente. Norman Levi
Bowen en Frank Tuttle hebben een onderzoek hierover gepubliceerd in het jaar 1958. In hun studie
werden gesmolten gesteenten gebruikt. De “smelt” had ongeveer dezelfde chemische samenstelling
als graniet uit de natuur. Hun conclusie was dat graniet ontstaat uit het magma van het binnenste
van de aarde. Graniet bestaat vooral uit drie soorten mineralen; kwarts, veldspaat en mica’s en ook
wel eens amfibool. In het bijzonder deze mica’s - in zijn twee vormen muscoviet en biotiet - zijn
onderzocht. De tweede illustratie is van dat type. In graniet bevinden zich geen fossielen.

URAANREEKS

Als je deze term “uraanreeks” inschrijft in de zoekmachine van je PC en zet er Wiki achter krijg je alle
14 stadia waarin Uranium 238 vervalt naar het onschuldige lood 206. We noteren daarbij dat men
geen halveringstijden aangeeft maar die hebben we er bijgevoegd. Daar zal het namelijk zeer
interessant worden vanaf polonium-218 en het onderzoek van Robert Gentry, vader, en
ondertussen ook zoon David. Daarom geven we slechts de laatste wijzigingen van de volledige
keten. In het lijstje hieronder zijn 42He de heliumgassen en is straling weergegeven als + 0-1e-

 218
84 Polonium vervalt voor de helft naar → 21482Lood + 42He in 3,04 minuten

 214
82 Lood vervalt voor de helft naar → 21483Bismut + 0-1e- in 26,8 minuten

 214
83 Bismut vervalt voor de helft naar → 21484Polonium + 0-1e- in 19,9 minuten

 214
84 Polonium vervalt voor de helft naar → 21082Lood + 42He in 164 microseconden

 210
82 Lood vervalt voor de helft naar → 21083Bismut + 0-1e- in 22,3 jaren

 210
83 Bismut vervalt voor de helft naar → 21084Polonium + 0-1e- in 5,01 dagen

 210
84 Polonium vervalt voor de helft naar → 20682Lood + 42He in 138,376dagen

 206
82 Lood is stabiel en niet meer radioactief.
Evolutie of Openbaring 57

GEKLEURDE RINGEN

Als graniet nader onderzocht wordt met de microscoop vindt men er in grote hoeveelheden
gekleurde ringen, de door radioactiviteit aangemaakte halo’s. Dr. Robert Gentry stuitte tijdens zijn
studies op een type halo’s die niet kunnen voorkomen in graniet wanneer de verklaring van de
evolutie vooropgesteld is. Dr. Gentry ontdekte in granietlagen radiohalo’s als verval van de stof
“polonium.” Die worden op verschillende plaatsen in de wereld gevonden en zijn absoluut geen
uitzondering op de regel.  

Poloniumisotopen hebben een vluchtig bestaan, soms maar enkele minuten. Bekijk het eens in de
lijst hier neven aangegeven. De polonium-218 of polonium-214 is enkele minuten na zijn “ontstaan”
al gewijzigd in een andere gedaante. Maar ze zijn er geweest, die “poloniumisotopen”, want
ondanks hun korte ‘levensduur’ hebben ze radiohalo’s achter gelaten in graniet. In de gangbare
ideeën over de vorming van graniet is die stof ontstaan door een proces van langzame afkoeling.
Dr. Gentry kan het niet vinden met de deskundigen van de evolutieleer. Hier is er tegenstrijdigheid.
Als de geologen van die evolutieleer in de vorming van graniet verkeerd zijn, dan zal de rest van het
evolutiehuis verkeerd gebouwd zijn. Dat huis moet ooit instorten! [2]

DE SLOTSOM VAN DIT ALLES


Als we uitgaan van de gedachte van de evolutieleer kunnen er geen radiohalo’s gevormd worden
van 218
84 Polonium. Want als het verval van uraan plaats heeft gehad in een nog niet verharde
toestand van de rotsen maar in een soort vloeibare steensoep dan verdwijnen de heliumgassen.
Dan worden geen ringen achtergelaten. Aangezien we praten over keiharde steen van tussen 1-2 km
dik, op honderden plaatsen te vinden, is er bewijs genoeg voorhanden.

Dr. Gentry kwam al relatief vroeg in zijn onderzoek tot de conclusie dat graniet niet gevormd kan zijn
volgens de gangbare gedachten van geologen. Niet een proces van miljoenen jaren. Want dan zou
men er zeker geen “poloniumringen” kunnen in aantreffen. Die ringen van polonium, zonder de
buitenste ringen van radioactiviteit daar rond geven duidelijk aan dat de ontstaansleer van de
evolutionisten niet wetenschappelijk is en dus ongeldig. De enige denkbare uitleg is dat graniet in
zeer korte tijd van enkele minuten is gevormd. Verhard in enkele minuten en als bewijs van
schepping “poloniumringen.” Het zijn DE VINGERAFDRUKKEN VAN YAHWEH in de geschapen aarde.
Zodat vanuit dit punt gezien ook alle ouderdomsbepalingen die op basis van radioactief gesteente
gemeten zijn niet juist zijn.
Voetnoten:

[1] www.halos.com/book/index.htm voor de Engelse werken van Dr. Gentry. En ook nog deze van
www.orionfdn.org/
Evolutie of Openbaring 58

In het Nederlands is hiervan een verkorte versie gemaakt door ir. A. Hekstra en ing. F. van de Laar op
http://home.hetnet.nl/ ~genesis/Gentry/Index.htm En verder ook dit nog
http://members.chello.nl/~a.hekstra2/ de artikelen “Snelle Geologische processen” en “Polonium
Radio Halos: Verschillende Interpretaties door Creationisten” door Dan Reynolds. Vertaling door Ir
A. Hekstra.

[2] Een kritiek op Gentry verscheen van J. Richard Wakefield, The Geology of Gentry's "Tiny
Mystery" op www.csun.edu/~vcgeo005/ gentry/tiny.htm De schrijver is niet oprecht en laat
doorschemeren dat Gentry hem niet van antwoord wil dienen. Alles wat deze criticus zegt, heeft
Gentry in vroegere artikelen al aangekaart. Hij moet ze daar maar zelf lezen. Zie daarover zijn
website.

********

Op deze site http://home.kpn.nl/genesis/gentry/Index.htm staat een deel van de studie van Robert
Gentry in Nederlandse vertaling © 2005: ir. A. Hekstra en ing. F. van de Laar.

Wij citeren een klein stukje er uit om je te laten watertanden

van : Hoofdstuk 4: Secondaire Polonium Halo's

Tijdens het begin van de jaren 1970 begon ik mij af te vragen waar secundaire polonium halo's
ontstaan konden zijn, me realiserend dat er overvloed aan uranium aanwezig zou moeten zijn als
bron voor de secundaire polonium atomen. Wat de bron substantie ook zijn mocht, het moest
mogelijk geweest zijn om de atomen daarvan snel te verplaatsen; anders zouden ze vanwege de
korte halveringstijden, al vervallen zijn voordat ze ingesloten waren. Natuurlijk zouden er in een
matrix waarin polonium atomen zich vrij konden bewegen, microscopische locaties moeten zijn
waar polonium zich verzamelen kon om de halo's te vormen. Samenvattend, was ik op zoek naar
geologische exemplaren die (1) veel uranium bevatten, (2) in staat waren om snelle verplaatsingen
van de secundaire polonium atomen toe te staan, en (3) verzamelplaatsen van microscopische
omvang bevatten voor de polonium atomen.

Uranium in Verkoold Hout

Deze bijzondere voorwaarden herinnerden mij aan een referentie naar radioactiviteit in hout
waarover ik enkele jaren eerder had gelezen (Jedwab 1966). Verder nakijken maakte duidelijk dat er
stukken hout, gedeeltelijk omgezet in kolen, sommige zo groot als houtblokken, gevonden waren in
bepaalde uranium mijnen in het westen van de Verenigde Staten. Deze mijnen lagen in uranium-
rijke sediment afzettingen in een gebied dat geologisch bekend staat als het Colorado Plateau.
Eerder microscopisch onderzoek van dunne schijfjes van deze exemplaren toonden halo's, die
Evolutie of Openbaring 59

gevormd waren in de buurt van uranium-rijke locaties. Het bewijs wees erop dat het hout in een
met water doorweekte, gel-achtige conditie had verkeerd in een vroegere periode van de
geschiedenis van de aarde. Destijds waren oplossingen, rijk aan uranium, door het hout gedrongen,
en hadden het mogelijk gemaakt om op de daarvoor geschikte plaatsen uranium af te zetten. Kort
daarop vormden er secundaire halo's rond deze uranium centers.
Deze eerdere studies waren interessant. Als deze verkoold hout exemplaren microscopische
plaatsen bevatten waar het uranium samenklonterde, dan zouden er misschien nog andere plaatsen
zijn waar ook polonium ingesloten was. De verkoolde hout exemplaren waren in een aantal uranium
mijnen gevonden, maar hun voorkomen was zeldzaam. Bovendien waren een aantal van deze
mijnen inmiddels gesloten. Normaal gesproken zou het een lange en moeizame taak geweest zijn
om dergelijke exemplaren te verzamelen. Maar gelukkig kreeg ik verschillende verkoolde stukjes
hout van een collega die eerder exemplaren uit deze mijnen verzameld had voor zijn eigen
onderzoek (Breger 1974).
Ik meende dat, onafhankelijk van het feit of deze exemplaren secundaire polonium halo's bevatten,
ze misschien belangrijke aanwijzingen bevatten met betrekking tot de leeftijd van de aarde en het
plaatsvinden van een wereldwijde vloed. Om mijn overwegingen van destijds te begrijpen is het
nodig om een korte beschrijving te geven van verschillende soorten gesteente en hun geschiedenis.”

Het oorspronkelijke Engelstalige boek staat op www.halos.com.

********

Zoek je naar iets dat er niet staat: ga naar http://www.dutchcreationscience.com/

of https://scheppingofevolutie.nl/dateringsmethoden/ en dit artikel Andrew Snelling, Tegenstrijdig

radiometrische dateringsmethoden, -14 juli 2019.

Hij schreef met enkele collega’s een fenomenaal werk:Andrew A. Snelling, Eugene F. Chaffin Larry
Vardiman, Radioisotopes and the Age of the Earth, Vol 2

Institute for Creation Research and Creation Research Society, 2005.

********
Evolutie of Openbaring 60

EVOLUTIE OF OPENBARING (13) : SCHEPPING IS AANNEMELIJKER

SCHEPPING AANNEMELIJKER, EEN KRANTENARTIKEL

Amerikanen: Schakel tussen vis en landdier ontdekt


Creaton tempert enthousiasme evolutionisten
CAMBRIDGE - De vis die volgens evolutionisten miljoenen jaren geleden voet aan wal zette, lijkt
gevonden in het noorden van Canada.
Amerikaanse wetenschappers schrijven donderdag over de vondst in het tijdschrift Nature.
Evolutie of Openbaring 61

Het fossiel van het platte dier met een krokodilachtige kop leefde volgens de onderzoekers z’n 375
miljoen jaar geleden. „Het heeft net als een vis schubben en vinnen maar lijkt door de nek en de
voorpootjes ook op een viervoeter.” De wetenschappers noemen hun vondst Tiktaalik, wat in de
lokale taal ”grote vis in ondiep water” betekent.

De ontwikkeling van vis naar viervoeter noemen de Amerikanen „één van de belangrijkste
stappen in de geschiedenis van het ontstaan van leven.” Het is volgens hen al lang bekend dat
door evolutie de vinnen van een vis langzaam veranderden in poten, maar het ontbrak aan
fossielen die deze verandering stapsgewijs lieten zien.
Deze evolutie van vin naar poot baseren de onderzoekers op de gevonden botten van de
voorvinnen, waarin schouder, arm en pols te herkennen zouden zijn. Toch zegt dit niet zo veel,
vindt drs. Tom Zoutewelle, voorzitter van de stichting Creaton, een studiecentrum dat vragen
beantwoordt rond het ontstaan van leven. „De Tiktaalik lijkt veel op vissen die eerder ook de
status van een tussenvorm hadden, de kwastvinnigen. Toen deze soort gefilmd werd in de
Indische Oceaan, bleken de vinnen een soort rolbeweging te maken. Ze kunnen onmogelijk een
poot in ontwikkeling zijn geweest, ontdekten de onderzoekers toen.” Het is volgens Zoutewelle
opvallend dat deze vissoort in het Natureartikel niet aan bod komt. „Wetenschappers stonden
destijds perplex toen ze de beelden van de nog levende soort zagen. Waarom zou je dan
enthousiast doen over deze vondst als je weet dat je eerder in de fout bent gegaan?”
Nederlands Dagblad Interneteditie
Geplaatst: 6-04-2006
(Rode letter niet origineel maar van onszelf.)
Evolutie of Openbaring 62

******
Iemand had de idee dat “retrovirussen” een bewijs waren voor de evolutieleer. Dit was ons
antwoord.
Met iets op te zoeken op het net kom je dan toch een ander geluid tegen dan wat de evolutie
zegt over retrovirussen.
Eerste citaat uit
http://bijbelaantekeningen.blogspot.com/2009/07/schepping-en-evolutie-in-de-levende.html

woensdag, juli 01, 2009


Schepping En Evolutie In De Levende Natuur (2)
Dit is het tweede deel in een reeks artikelen van de hand van prof. Bruinsma. Wie is de man:
Johan Bruinsma (Amsterdam, 1927) studeerde van 1945-'52 biologie aan de universiteit van
Amsterdam en promoveerde daar in 1958 op de stofwisseling van vetplanten. In 1958 kwam hij
bij het Centrum voor Plantenfysiologisch Onderzoek in Wageningen, waarna hij van 1968-'89
hoogleraar plantenfysiologie was aan de universiteit aldaar.
“Sommige evolutionisten grijpen, als laatste redmiddel om toch nog nieuwe informatie bij toeval
aan het genoom toegevoegd te krijgen, naar het retrovirus. Van dit type virus, waartoe ook HIV
Evolutie of Openbaring 63

behoort, wordt bij infectie het RNA afgelezen en vertaald in DNA dat zich in het chromatine van
de gastheer-cel nestelt en dan mede bij de eiwitsynthese tot uiting komt. De suggestie is dat langs
deze weg virusinformatie tot de evolutie zou kunnen bijdragen. Zelfs is gespeculeerd, dat infectie
met retrovirus eierleggende reptielen heeft kunnen doen evolueren tot levendbarende
zoogdieren. Denk je eens in wat dat aan tegelijkertijd anatomische en fysiologische
veranderingen met zich mee zou brengen! Je moet toch wel een erg sterk geloof in toevallige
evolutie hebben om dat op deze wijze overeind te willen houden. Dat geldt ook voor het
onwaarschijnlijke geval dat DNA van een infectieuze bacterie in het DNA van een eukaryote
geslachtscel terecht zou komen.
De enige realistische conclusie is dat de biologische wetenschap geen mechanisme kent,
waardoor het leven zich in zijn huidige overweldigende genetische rijkdom uit één primitief
oerleven zou hebben kunnen ontwikkelen. Het is onbekend hoe een blinde evolutie van een
stamboom van het leven zou kunnen hebben plaatsgehad. Juist die buitengewone soortenrijkdom
in de natuur, of je nu slootwater microscopisch onderzoekt of in oerwoud rond struint, heeft
moderne biologen tot nog een andere kritiek op de evolutietheorie geleid. De uitbundige veelheid
aan soorten gaat de aantallen mogelijke omstandigheden, waaraan die soorten zich via de
struggle for life zouden hebben moeten aanpassen, verre te boven. Soortsorming door
concurrentie om geschikte plekjes, om niches, is volstrekt ontoereikend om deze overweldigende
rijkdom aan levensvormen in de natuur te verklaren, daar moet een geheel andere factor aan ten
grondslag liggen; ook daar kom ik op terug.”

Tweede citaat uit: http://creatie.info/recensies/446-re...errenstof.html


Evolutionist René Fransens schreef een boek ”Gevormd uit sterrenstof” Dr. H. Bos schreef er een
recensie over in het blad Ellips (verdediger van schepping).
“Een element in de bewijsvoering van Fransen is het voorkomen van HERV's (humaan endogeen
retrovirus) in het genoom van mensen en apen op overeenkomstige plaatsen (p. 93). Virussen
infecteren mensen en kunnen blijvend in het genoom van de mens terechtkomen als zij
geslachtscellen infecteren. De huidige functie van HERV's is uiteenlopend, van regulatie van genen
tot ziekten (kanker, onvruchtbaarheid). De conclusie dat overeenkomstige HERV's bij mens en
chimpansee alleen verklaard kunnen worden door een gemeenschappelijke voorouder (p. 94) is
onterecht. Het is zeer wel mogelijk dat zowel mensen als chim*pansees onafhankelijk van elkaar
door hetzelfde virus zijn geïnfecteerd. Verder zijn er aanwijzingen dat de plaats van de insertie
niet willekeurig is, maar bepaald wordt door de gastheer. Dat het voor de mens en chimpansee
heeft geresulteerd in hetzelfde litteken op dezelfde plaats is ook weer niet zo verwonderlijk,
aangezien het genoom van de mens en dat van de chimpansee op elkaar lijken. Misschien hebben
HERV's in de oorspronkelijke scheppingsorde wel een heel andere rol gespeeld. Zo is het bekend
dat bij bepaalde schapenrassen virussen een voorwaardelijke rol spelen bij de ontwikkeling van
Evolutie of Openbaring 64

de placenta. De vraag naar de betekenis van HERV's ligt bij de huidige stand van zaken dus nog
helemaal open.”
******
Wie wat wil nagaan over “intelligent design” van Behe en de anderen die verantwoordelijk zijn
voor de film: Unlocking the mystery of life, hier is het te vinden.
Engelse versie http://www.youtube.com/watch?v=PygFpUvSs0c
Duitse versie http://www.youtube.com/watch?v=dJiJUWgfTmo
Terwijl u kijkt, ook dit is de moeite waard:
Darwins Dilemma - The Mystery of the Cambrian Fossil Record (1/2) - Intelligent Design Trilogy III
Engels http://www.youtube.com/watch?v=kyZjQFN_DUw
******

Hoe iemand de leer heeft afgebeeld in een poster, de naam van de uitgever is ons onbekend,
ergens gevonden op het net.

Voor wie meer wil weten ga hier eens neuzen:

https://logos.nl/creationistische-organisaties-wereldwijd/

You might also like