You are on page 1of 27

CONTRACTWERK

DEZE BUNDEL IS VAN ………………………………

IK ZIT IN KLAS ………….


AFSPRAKEN

In dit contractwerk zitten een aantal opdrachten die allemaal te maken hebben met zaken
die we in de les gezien hebben. Met deze persoonlijke bundel moeten er dus taken gemaakt
worden. Er zijn MOET- en MAG-taken, het is aan jullie om deze zelf in te plannen en op
tijd af te werken. Maar voor jullie eraan kunnen beginnen moeten we eerste deze afspraken
goed lezen.

• Het contractwerk wordt in de klas gemaakt.

• Planning: Jullie moeten allemaal een persoonlijke planning opstellen. De dagen en


momenten wanneer jullie tijd krijgen om het contractwerk te maken, kun je hier al
terugvinden. Maar het is de bedoeling dat jullie zelf kiezen wanneer je wat zult
maken.

• Tip: Je kan nummers zetten naargelang de volgorde waarin je de taken wil maken.
Zorg je ervoor dat de MOET-taken redelijk bovenaan staan? Deze moeten zeker af
zijn na 2 lessen!

• Hulp nodig?
1. Denk zelf nog eens goed na.
2. Zoek het op in een bron. (werkboek, woordenboek…)
3. Vraag hulp aan een medeleerling.
4. Vraag hulp aan de juf. (Leg je kaartje dan op rood)

• Wat als je taak klaar is?


- Je duidt dit aan in het schema hierboven.
- Je kijkt wie er moet verbeteren (Jij à neem een verbetersleutel. Juf à ga je naar
de volgende taak (de juf verbert thuis de oefeningen)
- Je evalueert je taak. Wat ging er goed/minder goed? Had je veel fouten? Begrijp
je je fouten? Ging het beter dan verwacht of net minder goed? Kleur de smiley die
bij jou past.
- Zit je voor of juist achter op schema? Pas dan je planning aan, zo zal je de
volgende keer niet verward zijn!

Ik ben het eens met dit reglement en ik zal mijn uiterste best doen om deze afspraken
na te leven.
Handtekening juf, Handtekening leerling,

Handtekening juf, Handtekening leerling,

2
OPDRACHTEN
Na de oefening:

Klaar? Opdracht Materiaal Alleen of per 2 Verbetering

MOETJES
Wiskunde: In deze bundel
Oefening 1 Alleen
Oefening 3
Oefening 5
Oefening 6
Oefening 7

Frans: In deze bundel Alleen


Oefening 1
Oefening 4

Wereldoriëntatie: In deze bundel Alleen


Oefening 1

MAGJES
Wiskunde: In deze bundel
Oefening 2 Alleen
Oefening 4
Oefening 8
Oefening 9

Nederlands: In deze bundel


Oefening 1 Alleen

Frans: In deze bundel


Oefening 2 Alleen
Oefening 6
Oefening 7
Oefening 8

3
Frans: Dobbelsteen +
Oefening 3 vervoegingen
Oefening 5 être en avoir

Memoryspel
Wereldoriëntatie In deze bundel Alleen
Oefening 2
Atlas
Raadsels: In deze bundel
Oefening 1 Alleen

Muzische: In deze bundel


Oefening 1 Alleen

SYMBOLEN

Je verbetert met een verbetersleutel. Alleen Je werkt alleen.

Je werkt samen met een


Verbetering door de juf. klasgenoot.

Je duidt aan hoe de oefenig gelukt is

4
PLANNING
Op deze dagen en momenten kan je aan jouw contractwerk werken.

Maandag 07/12
Maandag 14/12

Het is niet gemakkelijk om op voorhand te weten wanneer je klaar zult zijn met welke opdrachten.
Daarom is het handig om een planning op te stellen. Kies zelf uit op welke dagen je welke oefeningen
maakt. Doe dit in potlood want een planning kan altijd veranderen.

Tip: Je kan nummers zetten naargelang de volgorde waarin je de taken wil maken. De MOET-taken
moeten zeker af zijn op maandag 14/12.

Maandag 07/12 Maandag 14/12

WAT HEB JE NODIG?


Wiskunde: Frans

- Geodriehoek / lat - Dobbelsteen + vervoeging être en avoir (oef 3)


- Potlood + blad met de dobbelsteen op
- Markeerstift - Memory (oef. 6)

Nederlands:

- Potloden Wereldoriëntatie

- Atlas

5
Wiskunde:
EIGENSCHAPPEN VAN VIERHOEKEN
Oefening 1 (MOET)
1. Geef de vierhoeken de correcte naam.
2. Markeer de juiste eigenschappen aan van deze vierhoeken.
- Naam: …
o Juist 1 paar evenwijdige zijden
o 2 paar evenwijdige zijden
o 4 gelijke zijden
o Gelijke overstaande zijden
o rechten hoeken
o Gelijke overstaande hoeken
- Naam: …
o Juist 1 paar evenwijdige zijden
o 2 paar evenwijdige zijden
o 4 gelijke zijden
o Gelijke overstaande zijden
o 4 rechten hoeken
o Gelijke overstaande hoeken

- Naam: …
o Juist 1 paar evenwijdige zijden
o 2 paar evenwijdige zijden
o 4 gelijke zijden
o Gelijke overstaande zijden
o 4 rechten hoeken
o Gelijke overstaande hoeken

- Naam: …
o Juist 1 paar evenwijdige zijden
o 2 paar evenwijdige zijden
o 4 gelijke zijden
o Gelijke overstaande zijden
o 4 rechten hoeken
o Gelijke overstaande hoeken

- Naam: …
o Juist 1 paar evenwijdige zijden
o 2 paar evenwijdige zijden
o 4 gelijke zijden
o Gelijke overstaande zijden
o 4 rechten hoeken
o Gelijke overstaande hoeken

6
Oefening 2: WIE BEN IK? (MAG)
1. Raad over welke vierhoeken het gaat.
2. Zoek de gevonden vierhoeken in het kruiswoordraadsel en markeer.
3. Tip: teken de diagonalen en verbindt ze op het einde!
A) Mijn diagonalen zijn even lang en snijden elkaar middendoor. Ze staan niet loodrecht op elkaar.

…..

B) Mijn diagonalen snijden elkaar loodrecht en middendoor. Ze zijn niet even lang.

C) De diagonalen snijden elkaar middendoor. Ze staan niet loodrecht op elkaar en zijn niet even lang.
….
D) De diagonalen staan loodrecht op elkaar. Ze snijden elkaar middendoor en zijn even lang.

7
DIAGONALEN IN VIERHOEKEN

Oefening 3 (MOET)

Diagonalen = een lijnstuk dat 2 niet-opeenvolgende hoekpunten met elkaar verbindt.

Een lijnstuk = een lijn dat begint in een punt en stopt in een ander punt. (TIP: we teken de lijn niet buiten de
vierhoek!)

Eigenschappen van diagonalen:

• Of de diagonalen even lang zijn;


• Of ze loodrecht op elkaar staan;
• Of ze elkaar middendoor snijden (elkaar halveren)

1. Teken de diagonalen.
2. Duid alle eigenschappen aan

diagonalen die
gelijke loodrechte halveren (=
diagonalen diagonalen middendoor
snijden)

8
Oefening 4 (MAG)
1. Overtrek enkel de lijnstukken die een diagonaal zijn met groen.

9
BREUKEN OMZETTEN NAAR GEMENGD GETAL

Oefening 5 (MOET)

1. Een breuk > 1 omzetten in een gemengd getal. Kijk en vul in.

10
NATUURLIJK GETALL VERMENIGVULDIGEN MET BREUKEN

Oefening 6 (MOET)
1. Vul in
2. TIP: vermenigvuldig het natuurlijk getal met de teller, de noemer blijft gelijk!

Oefening 7 (MOET)

1. Los op.
2. Kijk naar het kader hierboven voor een voorbeeld.

! + "
"#
𝑣𝑎𝑛 12 = !
𝑣𝑎𝑛 5 = -
𝑣𝑎𝑛 12 =

+ 0 2
"#
𝑣𝑎𝑛 30 = -
𝑣𝑎𝑛 40 = 3
𝑣𝑎𝑛 16 =

11
Oefening 8 (MAG)
1. Volg de pijlen en teken.
2. Wat kom je uit? ……………………………………………

12
BREINBREKERS

Oefening 9 (MAG)
De slak en de put

Een slak bevindt zich op de bodem van een 20 meter diepe put. Elke dag klimt de slak 5 meter omhoog, maar
's nachts glijdt hij weer 4 meter terug naar beneden. Hoeveel dagen duurt het voordat de slak de bovenrand
van de put heeft bereikt?

Sudoku

Wat moet je doen?


Je moet zorgen dat alle getallen 1 t/m 9 in elke rij, in elke kolom en in elk klein vierkant komen te staan.
Verder mag je de getallen die al geven zijn niet veranderen.

Sudoku 1 Sudoku 2

9 7 3 6 9 5 1 7

4 5 7 1 7 8 2 4

2 8 1 6 8 6 5

1 9 6 8 4 2

2 5 6 4 7 3

9 5 4 1 5 8

6 4 5 9 8 4 9

9 2 1 9 2 1 4 6

7 3 5 3 6 4 7 5

13
Sudoku 3 Sudoku 4

1 9 2 3 4 9

5 1 7 9 3 7

7 4 2 6 5

6 3 5 8

7 1 4 8 5 6 3 1 6 5

9 1 7 2 4 1 3 9 6

7 5 8 7 5 2 1 6 9

3 1 2 5 9 8 2 1

2 8 6 1 9 1 5 4 8

Test jezelf.

Neem een getal tussen 10 en 99.


Neem geen getallen die uit twee
dezelfde cijfers bestaan.

Schrijf je getal nu achterstevoren

Maak het verschil tussen het


grootste en het kleinste getal

Maak nu het verschil tussen het


grootste en het kleinste cijfer van
je eerste getal

Deel nu je voorlaatste uitkomst


door de laatste uitkomst

Doe dit een viertal keer met steeds andere getallen. Wat stel je vast?

14
Het kleurenhuis

Zoek de vierkanten in deze tekening. Kleur ze rood. Kleur de driehoeken blauw, de rechthoeken groen en de
cirkels geel.

Breinbreker

Plaats de getallen 4 t/m 10 op een zodanige manier in de


open vakjes dat de horizontale, verticale en diagonale rijtjes opgeteld de
. . 3
uitkomst 18 vormen.
Volgende getallen moeten nog ingevuld worden:
4, 5, 6, 7, 8, 9, 10 2 . .

. . .

15
Munten

Tien munten liggen in de vorm van een driehoek met de punt omhoog beneden. Kun je door slechts drie munten
te verplaatsen ze in een driehoek leggen met de punt omlaag?

16
Nederlands
STRIPGEDICHTEN

Oefening 1 (MAG)
1. Lees het stripgedicht
2. Teken zelf het stripgedicht af met 4 tekeningen

17
Jij staat te zwaaien,

En dan denk je misschien:

Zwaaien lijkt op draaien

Aan een onzichtbare knop.

18
Frans

ÊTRE ET AVOIR

Oefening 1 (MOET)
1. Vervoeg deze werkwoorden en schrijf er de vertaling bij.
Être Zijn
Je ……………………………………………
……………………………………………… ………
……
Tu…………………………………………… ……………………………………………
……… ………
Il/elle………………………………………… ……………………………………………
…… ………
Nous………………………………………… ……………………………………………
……… ………
Vous………………………………………… ……………………………………………
……… ………
Ils/Elles……………………………………… ……………………………………………
…… ………

Avoir Hebben
Je ……………………………………………
……………………………………………… ………
……
Tu…………………………………………… ……………………………………………
……… ………
Il/elle………………………………………… ……………………………………………
…… ………
Nous………………………………………… ……………………………………………
……… ………
Vous………………………………………… ……………………………………………
……… ………
Ils/Elles……………………………………… ……………………………………………
…… ………

19
Oefening 2 (MAG)
2. Kies de juiste vorm van het werkwoord être en vul in.
1 Nous …...................... contents.

2 Elles …...................... d’ Hasselt.

3 Il …...................... sympa.

4 Tu …......................Angelique!

5 Moi, je …...................... Jolien.

6 Elle n’ …...................... pas cool.

3. Kies de juiste vorm van het werkwoord avoir en vul in.


1. Jana _______________ un stylo.

2. Nous _____________ un DVD.

3. J’ ___________ une sœur. Elle est formidable!

4. Kian _________________ un frère. Il est chouette !

5. Vous _______________ une feuille.

6. Il ___________________ un T-shirt ?

7. Tu _______________ une gomme ?

8. Nada et Lana ________________ un jeu ?

9. Vous _______________ un ballon de foot.

10. Nous ____________________ un cadeau.

Oefening 3 (MAG)
Dobbelsteen: être et avoir (maximum 10 minuten)
à VOORWAARDE! JE MOET OEFENING 2 GEMAAKT HEBBEN
1. Je begint met het werkwoord être.
2. Leerling 1 gooit met de dobbelsteen en antwoordt. Vb. Je
hebt 3 ogen gegooit, dan zeg je: ‘Il est’/ 5 ogen: ‘Vous êtes.
3. Leerling 2 heeft de vervoeging bij hem en controleert.
4. Leerling 1 mag 5 keer gooien daarna is het 5 keer aan
leerling 2
5. Nu doe je hetzelfde met het werkwoord avoir. (elk 5 keer
gooien)

20
GETALLEN TOT 20

Oefening 4 (MOET)

1. Welk getal ontbreekt?


2. Schrijf het in het Frans!

trois / quatre / cinq / ___________________

dix / ___________________ / douze /treize / quatorze

quinze / seize / __________________ / __________________ /dix-neuf

1. Nu een beetje moeilijk, Het gaat omgekeerd!

vingt / dix-neuf / dix-huit / dix-sept / _____

treize / douze / onze / _____

sept / six / ______ / quatre

Oefening 5 (MAG)

Memory getallen tot 20 (per 2)


Maximum 10 minuten.

21
Oefening 6 (MAG)
1. Zoek in de woordzoeker de woorden voor de getallen 1 tot en met 16 in het
Frans.

Oefening 7 (MAG)
1. Geef het antwoord op de sommen met een Frans woord.

2 + 5 = …………….. 1 + 5 = ……………..

10 - 8 = …………….. 5 x 4 = ……………..

22
3 x 6 = …………….. 10 + 0 = ……………..

12 - 4 = …………….. 8 : 2 = ……………..

3 x 3 = …………….. 10 : 2 = …………….

Oefening 8 (MAG)
1. Geef wat bijeen hoort dezelfde kleur.

©©©©©© %%%% §§§§§§


©©©©© %%%% §§§§§§
%%%% §§§

onze seize treize dix-huit quinze vingt dix-sept quatorze douze dix-neuf

¨¨¨¨¨¨ ªªªªªª
¨¨¨¨¨¨ ªªªªªª
¨¨¨¨¨¨
ªªªª
¨¨

23
Muzische

GEDICHTEN

Oefening 1 (MAG)
1. Lees het gedicht en maak er een tekening van.

Sint en Piet.
Lieve....

Sinterklaas en Zwarte piet


vergeten jou dit jaar ook niet.
Ik weet al wat je wilt hebben
en ze zullen je dit jaar ook wel weer verwennen.
Sint en Piet weten dat ze van hockey houd.
en ze doet dat ook wel eens voor goud.
... Houd ook heel erg van shoppen.
en daar kan ze niet mee stoppen.
Dit gedicht is voor jou
hopelijk is het wat je wou.

Veel liefs Sint en Piet

24
Raadsels

Oefening 1 (MAG)

25
Wereldoriëntatie
De eig

DE EIGEN TIJD / ONZE TIJD

Oefening 1 (MOET)
De Eigen Tijd loopt van …………………. Tot ……………

ATLAS
Oefening 2 (MAG)
1. Vul in op welke pagina je de inhoudstafel vindt.
2. Neem de inhoudstafel.
3. Waar vind je een kaart van …?
4. Klaar? Controleer door naar de pagina te gaan à vind je de gevraagde info?

Ik vind de inhoudstafel op pagina …………. In mijn atlas.

Ik wil meer weten over … België/Europa/De wereld buiten Europa Blz.

De Ardennen

Britse Eilanden

De plantengroei op de aarde

1. Vul in op welke pagina je het register vindt.


2. Neem het register.
3. Op welke pagina kom ik te weten waar ….. ligt?

Ik vind het register op pagina …………. Tot ……………. In mijn atlas.

Ik wil weten waar ik …. vind Blz.

Marokko

Ijsland

Las Vegas

26
Waar wil jij graag eens naartoe gaan? ……………………………………………………………….

Weet jij waar dit ligt? Zoek het op in de atlas!

Ben je verwonderd waar het ligt?


……………………………………………………………………………………………………………………

WAAR LET IK DE VOLGENDE KEER


OP?
Leergebied Leerling Juf Antje

Wiskunde

Nederlands

Frans

Wereldoriëntatie

27

You might also like