Professional Documents
Culture Documents
magazine
Judokabelofte Amelie Rosseneu
over topsport en studeren
Joris Lenaerts, radiostudent en toch
al volwaardig StuBru-presentator
EhB-alumni winnen
Gardenaward 2012
Internationalisering en
Zuidproblematiek aan de EhB
Onderzoeksevent
Meet, Match & Create
EhB!
magazine 06 | april 2011
onderzoek | Eerste Meet-, Match- en | 4
Createprijzen uitgereikt
Interview met de laureaten
internationalisering | Internationalisering | 10
en Zuidproblematiek
Interview met de Jean Pierre Roose & Nadine Devooght
Colofon
Verantwoordelijk uitgever: Luc Van de Velde, Nijverheidskaai 170, 1070 Brussel, www.ehb.be | Contact: ehbmagazine@ehb.be | Redactieteam: Dorien Brouwer, Bart
Deseyn, Valéry De Smet, Stijn Janssen | Vormgeving: Sven Versmissen | Fotografie: Bart Deseyn, tenzij anders vermeld | Tekstredactie, fotografie, vormgeving &
opmaak: Bonsai publicatiebureau | EhB!magazine wordt verspreid onder de studenten, personeelsleden en relaties van de Erasmushogeschool Brussel.
EhB!magazine 06| 3
EhB!
onderzoek
vlnr: Chris Goethals, Maarten Bresseleers, Wouter Bervoets, Bart Verheecke Audrey Van Scharen
Tijdens het onderzoeksevent Meet, Match & Create van de Erasmushogeschool Brussel (EhB) wer-
den de eerste EhB-onderzoeksprijzen uitgereikt. Het gaat om drie onderscheidingen - Meetprijs,
Matchprijs & Createprijs. Daarmee wil de EhB personeelsleden en studenten in de kijker zetten
die met onderzoek of wetenschap in ruime zin uitstraling gegeven hebben aan de hogeschool of
die een toonbeeld vormen door onderzoek optimaal te laten doorstromen in het onderwijs.
4 | EhB!magazine 06
EhB!
onderzoek
wetenschappelijk thema. Tijdens vorige bars hebben we thema’s REcoEP-project rond ecologische evaluatie van de podiumpro-
aangesneden zoals de wereldwijde overbevolking en het gebrek ductie en het OPTiV-project rond opleidingen en competentie-
aan mobiliteit in Brussel. Op stapel staan nog global warming en management.”
de gevaren van gsm-gebruik en hoogspanningslijnen. De bars
worden georganiseerd in het Rits-café in hartje Brussel. Die om-
geving draagt er zeker toe bij dat het publiek wetenschap kan De Createprijs
beleven tussen pot en pint. De voorbije edities waren zeer suc- De Createprijs wordt uitgereikt aan een student die zich het afge-
cesvol. De reden daarvoor is ongetwijfeld het informele karakter. lopen academiejaar onderscheiden heeft op het creatieve vlak en
Mensen krijgen echt de kans om in discussie te gaan met de daarmee de EhB op een toffe manier in de kijker heeft gezet.
deskundigen en wetenschappers op het podium.
Audrey Van Scharen: Dagelijks overspoelen de media ons met al- De prijs ging naar Wouter Bervoets voor zijn afstudeerwerk Een
lerlei wetenschappelijke berichtjes, soms onheilsberichtjes, waar duurzamer verstedelijkingsmodel voor Ouagadougou - Burkina Faso
mensen veel vragen bij hebben. De Science Bar is een soort after- aan de opleiding Stedenbouw en Ruimtelijke Planning. Wouter
work wetenschapscafé dat hierop een antwoord kan bieden. De werd daarmee laureaat op de Werelddag van de Stedenbouw, ge-
eerste Science Bar Brussel van 2011 ging over diëten en gezonde organiseerd door de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning.
voeding. In de kranten verschijnen er regelmatig berichten in de Promotoren van dit afstudeerwerk waren Maarten Loopmans en
trend van: diepvriespizza’s zijn gezonder dan verse, of een glas bier Rob Geys.
houdt je slank. Dergelijke weetjes kunnen perfect aan bod komen
tijdens de Science Bar.” Wouter Bervoets: “Tijdens de zomer van 2008 heb ik drie maan-
den veldwerk verricht in Ouagadougou. Door een explosieve groei
van dergelijke derdewereldsteden ontstaan aan de rand grote
De Matchprijs sloppenwijken. Deze slums moeten vaak als eerste wijken voor
De Matchprijs wordt uitgereikt aan een of meerdere personen stadsuitbreidingsprojecten. De oorspronkelijke stadsbewoners
die een eenvoudig contact hebben uitgebouwd tot een voor de worden verplicht de wijk te verlaten met als enig alternatief zich in
hogeschool van wezenlijk belang zijnde partner in onderzoek en andere sloppenwijken te gaan vestigen. Het probleem verplaatst
onderwijs en daarmee in symbiose leven, waardoor de verweven- zich hierdoor voortdurend.
heid van onderzoek en onderwijs gemaximaliseerd wordt. In mijn thesis zoek ik naar een alternatief waarbij de bewoners
in hun wijk kunnen blijven wonen. In plaats van de harde aanpak
De Matchprijs ging naar Chris Van Goethem, oprichter en docent van de overheid, waarbij heel de oorspronkelijke structuur van de
podiumtechnieken aan het Rits en Maarten Bresseleers van het wijk wordt vernietigd, pleit ik voor een duurzamere aanpak. Vaak
Sociaal Fonds voor Podiumkunsten voor hun partnerschap rond wordt in de sloppenwijken tabula rasa gemaakt met de wirwar
podiumtechniek in onderzoek en onderwijs. van steegjes en de grote diversiteit aan huisjes en koterijen. De
straten worden rechtgetrokken, de grond verkaveld en verdeeld
Maarten Bresseleers: “De opleiding Podiumtechnieken is het in percelen. Dergelijke projecten hebben wel de intentie dat de
resultaat van een intense samenwerking tussen het Rits en het oorspronkelijke bewoners er kunnen blijven wonen, maar in de
Sociaal Fonds voor Podiumkunsten om aan de nood aan ge- praktijk verlaten ze de buurt. Door de harde aanpak wordt hun
schoolde podiumtechnici in de sector te kunnen voldoen. Dit volledige sociale netwerk vernietigd. De duurzame aanpak die ik
zette zich verder met het uitschrijven van het beroepsprofiel van bepleit, beperkt zich niet alleen tot het ecologische aspect maar
de podiumtechnicus. Sinds jaar en dag werken we dus al samen moet ook vertaald worden op het economische en het sociale
met de opleiding zelf én met onderzoek binnen het Rits. Wij zijn vlak. Ik wil de informele structuur, die vaak organisch gegroeid
trouwens ook zeer verheugd dat resultaten uit deze onderzoeken is, behouden als fundament om de herinrichting van de wijk aan
toegankelijk worden gemaakt voor alle andere vooropleidingen te pakken.”
binnen podiumtechniek.”
Chris Van Goethem: “Het is voor onze opleiding en het Kennis-
centrum Podiumtechnieken essentieel om niet los te staan van Elke tweede donderdag van de maand is er een nieuwe
de sector maar er deel van uit te maken. Het Sociaal Fonds voor Science Bar Brussel in het Rits-café. Het debat begint
Podiumkunsten, dat werknemers en werkgevers vertegenwoor- telkens om 18u. De toegang is gratis en alle bezoekers
digt, is voor ons de perfecte partner. Onze onderzoeksprojecten krijgen een drankje en hapjes. Wie het debat mist, kan de
zijn gefocust op de behoeften van de sector; het sociaal fonds hoogtepunten herbeluisteren via een podcast op de website.
draagt bij tot de inbedding van de resultaten in de praktijk. De Deze podcast is een realisatie van studenten van XLair, de
samenwerking voedt ook het onderzoek: door de contacten met onlinestudentenradio van de EhB en VUB. Voor deze podcast
de sector houden we voeling met de actuele noden van de pro- en een volledig overzicht van de volgende edities kan je
fessionelen en de vooropleidingen. Mooie voorbeelden van deze terecht op www.sciencebarbrussel.be
win-winrelatie zijn het Testcentrum voor het ervaringsbewijs, het
EhB!magazine 06| 5
EhB!
evenement
Onderzoeksevent en
uitreiking EhB-prijzen op
Meet, Match & Create
Marc Goldchstein
6 | EhB!magazine 06
EhB!
kort nieuws
EhB!magazine 06| 7
EhB!
alumni
“De toekomst?
Een tuin op je smartphone.”
Ter gelegenheid van de wereldtuinbouwtentoonstelling Floriade uitdagingen zij zal voorgeschoteld krijgen. Ik geloof niet dat ze
volgend jaar in Venlo organiseerde de Kubiekeruimte vzw een meer thuis zal werken, daarom is interactie veel te belangrijk.
ontwerpwedstrijd, Gardenaward 2012. Het thema was de Belgi- Ik geloof wel in het draadloze verhaal. Ik heb nergens kabels in
sche kantoortuin anno 2020 en het spanningsveld tussen werk mijn tuin getekend. Tegen dan verloopt alles, elektriciteit inclusief,
en verpozing. De vijf laureaten zijn allemaal alumni van de Eras- zonder kabels.”
mushogeschool. “Die tuin kan een ontspanningsruimte zijn, of net
het verlengde van de werkruimte”, zegt Floris Steyaert één van de Steven Goossens (docent aan Erasmushogeschool, afgestu-
laureaten. Jo De Clercq, die de wedstrijd won, begon te fantaseren deerd 1999): “We hebben onze Portugese uitwisselingsstuden-
over hoe onze werkomgeving er in 2020 zou uitzien. ten dezelfde opdracht voorgeschoteld. Opvallend was dat zij
vertrokken vanuit een analyse van het Portugese. Zij begonnen
Jo De Clercq (deskundige publieke ruimte stad Mechelen, af- met de relatie tussen hun cultuur en hun relatie met werk en
gestudeerd 1992): “Ik ben gestart met informatie te zoeken over buitenruimte.”
de generatie na ons, de generatie van mijn dochter. Ik probeerde Floris Steyaert (zelfstandig tuinarchitect, afgestudeerd in
me steeds in te beelden hoe zij in de toekomst zou werken. Welke 2003): “Ik ben echt vertrokken vanuit mijn eigen ervaring. Ik werk
8 | EhB!magazine 06
EhB!
alumni
en woon in Brussel en zit vaak achter mijn bureau. Ik ben na gaan kelingssamenwerking. Landschapsontwikkeling, natuurbeheer en
denken over wat ik zelf nodig of aangenaam zou vinden. In de stad -behoud kunnen een echte motor zijn voor economische ontwikke-
is ruimte sowieso een belangrijk onderwerp.” ling, toerisme en de natuur in Afrika. Volgens mij moeten we iets
Steven Goossens: “De politiek en het bestuur zijn zich hoe lan- oprichten naar analogie van Artsen Zonder Vakantie: Landschaps-
ger hoe meer bewust van het belang van de beperkte ruimte die architecten Zonder Vakantie. Wat wij voor ontwikkelingssamen-
er in een stad is. Steeds vaker gaat men nadenken over hoe de werking zouden kunnen doen is zo veel. Ik denk bijvoorbeeld ook
maatschappij bepaalde ruimtes optimaal kan gaan gebruiken. Er aan het helpen bij het opbouwen van nooddorpen zoals in Haïti.
ligt een enorme druk op de stad om nieuwe ruimtes te creëren. Met onze kennis als landschapsarchitect of stedenbouwkundige
Dat kunnen kleine en grote ruimtes zijn, of waarom niet, virtuele. zouden we daar zeker een plaats kunnen invullen. In februari heb
Misschien is dat wel de toekomst, een tuin op je smartphone.” ik nog met master bio-ingenieurs van de KUL een workshop ge-
organiseerd in Tanzania rond landschapsbeheer, natuurbehoud
Hoe gaat een stad als Mechelen met de stadsdruk om? en ecotoerisme. Probleem in Afrika is dat er weinig geld is en dat
Jo De Clercq: “Bij renovaties of verbouwingen wordt er steeds ge- het niet altijd op de juiste manier gebruikt wordt.
zocht naar ruimtes. Bij elk project dat er in de stad opgezet wordt, Ook buiten Afrika staat de opleiding erg sterk in internationali-
denken we na over publieke ruimte. Elke kans die zich aandient sering. Van het hoge noorden tot het zuiden, we hebben overal
moeten we grijpen als we grote steden aangenaam willen houden. partnerschappen en buitenlandse stageplaatsen.”
Wij kopen bijvoorbeeld vervallen gebouwen op met de bedoeling Jo De Clercq: “Ik herinner me dat toen ik studeerde in 1991 we
de ruimte anders te gaan gebruiken. We worden daar via allerlei in Horteco Vilvoorde (vroegere departement LTA) al aan inter-
Europese initiatieven ook toe gestimuleerd.” nationale projecten deden nog voor al die Europese samenwer-
Floris Steyaert: “Ik merk ook dat die vraagstukken rond ruimte kingsverbanden werden opgestart. Ik ben toen drie weken op
in de stad ook de vraag naar landschaps-en tuinarchitecten sti- uitwisseling naar Lissabon geweest. Hoe die stad er toen uitzag
muleert. Hoe langer hoe meer bureaus worden multidisciplinair. dat zou je vandaag niet meer geloven. In het midden van de stad
Architecten en ingenieurs gaan zich samen met ons associëren. stonden daar echte sloppenwijken, kleine hutjes met golfplaten.
Onze kennis en ervaring rond het functioneel gebruik van ruimte Als je daar nu teruggaat en die prachtige stad ziet, dan is er toch
is daarin essentieel. Er worden ook hoe langer hoe meer kleine een hele weg afgelegd.”
bureaus of partnerschappen opgezet om bepaalde projecten aan
te pakken.” Wat zouden jullie aan de opleiding veranderen?
Steven Goossens: “Architecten zien nu echt de noodzaak van ons Floris Steyaert: “Je stapt natuurlijk nooit uit de school om dan
beroep in. De wisselwerking groeit de laatste jaren opvallend snel. vol zelfvertrouwen en met alle kennis ter zake als zelfstandige te
Ook via de Kubiekeruimte vzw willen we een groter draagvlak starten. Je passie en interesse moeten tijdens je opleiding vooral
creëren voor LTA. We proberen voor Vlaanderen en Brussel een aangewakkerd worden. Waar ik dan ook meer nadruk op zou leg-
platform te zijn om mensen samen te brengen en samen na te gen, is de samenwerking met andere beroepen zoals architecten
denken over de invulling van de ruimte. We werken elk jaar rond of bio-ingenieurs. Het multidisciplinaire staat vandaag voorop.”
een vast thema zoals bijvoorbeeld water en stad. Dit jaar trekken Jo De Clercq: “Architectuur is voor ons beroep erg belangrijk en
we trouwens de taalgrens over en gaan we een aantal projecten interessant, maar tuinarchitecten mogen zeker geen ‘wannabee’
bezoeken in Wallonië, bij ons geen communautaire discussies. architecten zijn. Voor ons speelt het maatschappelijke en het so-
Het spijtige is dat er nog steeds geen officiële erkenning van ons ciale een veel grotere rol.
beroep bestaat. Onze beroepsvereniging werkt daar al lang aan. Wat ik in de opleiding zou willen zien, zijn meer korte creatieve
Nochtans bestaat ons beroep al eeuwen lang. Het eerste op- projecten. Een opdracht van drie dagen waarbij er na één dag
leidingsprogramma met tuinbouw, architectuur en tekenvakken al een goed concept moet zijn. Studenten leren zo werken met
dateert bijvoorbeeld al van 1860, toen al in Vilvoorde. Zelfs in die snelle ideeën. Toen ik solliciteerde bij de stad Mechelen moest ik
tijd was men al bezig met het ontwerpen van tuinen en parken. op twee uur een plein ontwerpen aan het water.”
Kijk maar naar een aantal grote parken in Brussel.” Steven Goossens: “We werken met onze studenten heel vaak aan
Jo De Clercq: “En ook internationaal is er veel interesse. Ik heb projecten, maar het verloop en de opbouw van zo’n project zijn
nog een tijdje in Afrika gewerkt. Wat we daar zouden kunnen ook belangrijk. Daarom duren die nu vaak wat langer. Dat samen-
doen met het landschap en de ruimte! Het grote probleem in werken in team wordt voor onze studenten steeds belangrijker.
Afrika is echter politieke wil en gebrek aan financiële middelen.” Als ik kijk waar ze allemaal terecht komen; studiebureaus, dienst
stedenbouw, groendienst, ontwerpbureaus, ruimtelijke planning,…
Is de opleiding daar ook mee bezig? dan is multidisciplinair werken vanzelfsprekend. Daarom onder-
Steven Goossens: “Absoluut! Wat Jo vertelt is zeker waar. Voor zoeken we momenteel de mogelijkheden om met de architect-
ons in het westen is LTA essentieel om de beperkte vrije ruimte ingenieurs van de VUB en de stedenbouwkundigen samen te
zinvol te gaan invullen, maar in Afrika zijn we gewoon noodzakelijk. werken.”
Onze kennis en aanwezigheid daar passen echt binnen ontwik-
EhB!magazine 06| 9
EhB!
internationaal
Internationalisering
en Zuidproblematiek
aan de EhB
Jaarlijks trekken docenten en studenten – al dan niet met externe gelijke landen als eenrichtingsverkeer: een eenzijdige transfer van
steun van Europese programma’s of VLIR – UOS - naar derde technologie, kennis en expertise zonder dat er een retour is naar
landen. “’Zuid’ betekent niet noodzakelijk landen die helemaal het westen.”, stelt Jean Pierre Roose. “Dat is niet correct. Ook voor
in het zuiden gelegen zijn”, zo verduidelijkt Jean Pierre Roose. de EhB is er een duidelijke meerwaarde. Het is niet alleen een
“Onder ‘Zuid’ verstaan we landen die in volle ontwikkeling zijn. Zo verdere opbouw van onze internationale contacten in de vorm
zijn voor de EhB bij de Zuidproblematiek de landen betrokken van van bijkomende partnerschappen. Die contacten laten ons ook
het zuidelijke mediterrane bekken, maar ook landen in het oosten: toe om onze eigen strategieën, werking en visie af te toetsen in
centraal Azië en Zuid-Oost-Europa.” die landen. Een mooi voorbeeld daarvan is het project van de
opleiding Vroedkunde in Rwanda. Hier is de opbrengst voor de
EhB heel duidelijk. In Afrika weten de vroedvrouwen nog zeer
Wederzijds respect goed hoe ze tijdens de bevalling met de handen moeten werken.
Het is primordiaal dat de internationalisering in het kader van Bij ons is de wereld van de vroedkunde zo technisch geworden
de Zuidproblematiek bij de EhB gebeurt op basis van wederzijds dat het zuiver gevoelsmatig werken niet meer aangeleerd wordt
respect. “Men interpreteert erg vaak de samenwerking met der- en verloren dreigt te gaan. Stage lopen in derde landen maakt
10 | EhB!magazine 06
EhB!
internationaal
de student gevoelig voor de Zuidproblematiek en ondersteunt opgedaan om als fotograaf andere culturen in beeld te brengen en
de ontplooiing van vaardigheden zoals oplossend en individueel het Westen van hun bestaan en problemen op de hoogte te bren-
denken.” gen. Voor hem is het zelfs een levensvisie geworden.”
EhB!magazine 06| 11
EhB!
onderwijs
Bio-esthetiek en Haartooi,
een unieke opleiding in Europa
De opties Bio-esthetiek en Haartooi - die deel uitmaken van de Lerarenopleiding Secundair On-
derwijs (bacheleropleiding LSO) van de Erasmushogeschool - bestaan dit jaar 25 jaar. “Wij zijn de
enige hogeschool binnen het gemeenschapsonderwijs, en met de collega's van de Arteveldeho-
geschool zelfs de enige in Europa, die deze opties aanbieden”, zegt een trotse Adelinda Geerts,
vaklector Haartooi en Didactiek.
De opleiding tot leraar Bio-esthetiek en Haartooi neemt in het hele leren. Veel van onze studenten komen rechtstreeks uit het ASO.
pakket Lerarenopleiding van de EhB ook een bijzondere plaats in. Ze hebben altijd al kapper of kapster willen worden, maar dat
“Onze studenten worden opgeleid tot kapster of schoonheidsspe- mocht meestal niet van hun ouders omdat deze het niveau van
cialiste maar moeten ook alle bekwaamheden van een lesgeefster technisch onderwijs voor hen ‘te laag’ vonden. Ze krijgen op hun
aanleren. Het is die combinatie van leren lesgeven en tegelijkertijd 18 jaar bij ons dan toch nog de kans op bachelorniveau. Maar dat
een vak aanleren die de opleiding zeer complex en erg intensief betekent dat onze studenten een zeer serieuze achterstand heb-
maakt”, zegt Adelinda Geerts. “Maar als de student gemotiveerd ben en op korte tijd erg veel moeten leren. Ze hebben zeer veel
is, kan het perfect.” uren praktische vaardigheden in te halen. We trachten dat vanaf
dit het jaar op te vangen door zomercursussen te organiseren. In
Studenten die kiezen voor de opties Bio-esthetiek en Haartooi heb- augustus kunnen de studenten al de basisvaardigheden aanleren
ben vaak nog geen enkele ervaring als kapster of schoonheids- voor ze starten.
specialiste.
Adelinda Geerts: Dat klopt. We starten altijd van nul en dat is Hoe bent u zelf in het onderwijs terechtgekomen?
niet logisch. Kies je bijvoorbeeld voor een lerarenopleiding Frans, Adelinda Geerts: Ik heb eerst een TSO-opleiding Bio-esthetiek
dan word je verondersteld Frans te kennen. Je gaat toch mensen en nadien een regentaat gevolgd. Toen ik als docente begon, had
opleiden om Frans te leren geven en niet om de Franse taal aan te ik zelfs geen specifieke opleiding Haartooi genoten. Binnen Bio-
12 | EhB!magazine 06
EhB!
onderwijs
esthetiek en Haartooi bestaan ook geen masteropleidingen. Hier- men. Aan goede vakmensen is er altijd gebrek. Maar van onze
door is iedereen die aan de EhB lessen Bio-esthetiek en Haartooi studenten zijn er toch maar weinig die kapper of kapster worden.
geeft zelf ook regent of bachelor. Je hebt dus met een profes- Vaak kiezen ze voor een keten van kapsalons en groeien door
sioneel diploma een heel uitgebreid werkveld waarnaar je kan tot bedrijfsleider. We merken vandaag ook dat jongeren meer en
doorgroeien. meer kiezen voor een gevarieerde loopbaan. Vroeger koos men
voor het onderwijs en bleef men er 20 jaar werken. Nu gaan ze
Als lerares in een praktijkvak moet je allicht voeling blijven houden een aantal jaren lesgeven en starten dan met een eigen salon
met de praktijkwereld. of gaan als freelancer in een bedrijf werken. Ze proeven van de
Adelinda Geerts: We houden voortdurende contact met bedrij- verschillende mogelijkheden.
ven, volgen cursussen, gaan shows bekijken of bezoeken beur-
zen. Je moet zeker bijblijven want het gaat steeds sneller in de U maakt zich zorgen over het feit dat de opleiding enkel meisjes
sector. De vernieuwingen en trends volgen elkaar razendsnel op. aantrekt.
De vaardigheden die men van een kapper of kapster vraagt, zijn Adelinda Geerts: Jammer genoeg wel. Op dit ogenblik is er bij
ook enorm geëvolueerd. Onze opleiding gaat ook verder dan en- de vijftig studenten zelfs geen enkele jongen. Ze starten soms,
kel het aanleren van de kappersstiel: er wordt geleerd hoe de maar haken snel af. Het is een speciaal beroep en de sector is nog
studenten presentaties moeten geven, reclamefolders maken of steeds een vrouwenwereld met nog veel vooroordelen tegenover
evenementen organiseren. Vandaag hebben onze afgestudeerden mannen. Maar opvallend is dan weer dat veel van de leidinggevers
veel meer competenties dan enkel die van kapper of kapster. Ze of trendsetters in bedrijven wel mannen zijn. We hebben gelukkig
krijgen lessen in salonorganisatie of -beheer, over omgang met aan de EhB een mannelijke collega: onze optieverantwoordelijke.
de klanten, over ergonomie en zo verder. Daarom is het ook zo’n Daar zijn we erg blij mee.
boeiende opleiding met erg veel mogelijkheden.
EhB!magazine 06| 13
EhB!
conservatorium
Harpiste Conservatorium naar de
Wiener Philharmoniker
Anneleen Lenaerts schrijft zonder meer Belgische muziekgeschiedenis. Op haar 23ste heeft de
harpiste een vaste plaats verworven bij de Wiener Philharmoniker, een van de beste, zoniet hét
beste orkest van de wereld. Verander de naam ‘Anneleen Lenaerts’ in ‘Romelu Lukaku’ en de
naam van het orkest in ‘FC Barcelona’, en voor eenieder wordt de omvang van haar transfer
wel duidelijk. “Wat we doen als muzikant kan je ook vergelijken met topsport”, beweert de
studente Muziekschriftuur aan het Koninklijk Conservatorium van Brussel.
Anneleen Lenaerts ging voluit voor haar once in a lifetime-kans. de hoofdauditie komen alleen mensen in aanmerking die al ergens
In december vorig jaar stuurde ze haar - al indrukwekkend - cv een vaste orkestplaats hebben. Via de voorauditie moet je een
naar Wenen om te postuleren voor de vacante plaats van eer- plaats verwerven in de hoofdauditie. Die bestaat dan nog eens
ste soliste voor harp bij de Wiener Philharmoniker. Daarop viel uit drie verschillende rondes. Tijdens de laatste ronde waren we
in Peer – haar woonplaats - een uitnodiging in de bus voor de nog maar met twee. Ze hebben nadien meteen de beslissing be-
audities. “Alles samen duurden die proeven twee dagen”, vertelt kendgemaakt. Gelukkig maar, want het was een erg stresserende
Anneleen. “Vooraf hadden we een lijst gekregen van opgelegde ervaring.
werken die eventueel tijdens de verschillende rondes gespeeld
moesten worden. Het was een vreemde ervaring. Een selectie van Je komt nu op je 23ste al in het toporkest van de wereld terecht.
zevenentwintig muzikanten uit het orkest vormde de jury en zat Hoger kan gewoon niet.
aan de andere kant van een scherm. Niemand van de juryleden Anneleen: Ja, dat klopt. Ze werken met de beste dirigenten ter
wist wie er speelde. Ze hoorden enkel het nummer waardoor de wereld. Het orkest kan ook bogen op een enorme traditie. Het
beoordeling zuiver auditief gebeurde. Je look of uitstraling was voelt echt onwezenlijk aan. Maar ik besef maar al te goed dat ik
niet belangrijk. Per slot van rekening komen er muzikanten uit het nog altijd moet gaan waarmaken. Ik zal elk concert moeten
heel de wereld op af. We waren met tachtig kandidaten voor één bewijzen dat ik die plaats verdien. Het is dus zeker niet zo dat ik
plaats. Het moet ook allemaal meezitten: je spel moet hen aan- op mijn lauweren kan gaan rusten. Ik maak nu deel uit van zowel
staan en ook passen bij het orkest.” de ‘Philharmoniker’ als van het orkest van de Weense Staatsopera.
Zowel symfonisch als operawerk vertolken, is nieuw voor mij. Ik
Het is een soort afvallingskoers. heb uiteraard wel veel podiumervaring: ik treed nu al vaak op als
Anneleen: Eerst moest ik deelnemen aan een voorronde, be- soliste. Maar het is wel een nieuw gegeven om met een orkest
stemd voor mensen die nog geen vast orkestzitje hebben. Voor mee te spelen.
14 | EhB!magazine 06
EhB!
conservatorium
Ga je nu fulltime met de Wiener Philharmoniker de baan op? tijdens de lessen. Er is voldoende flexibiliteit ingebouwd. Voor
Anneleen: Ik heb nog maar net hun kalender doorgekregen. We muzikanten is dat noodzakelijk want terwijl je een opleiding volgt,
zijn inderdaad vrijwel constant op tournee. Dit jaar toeren we ben je al bezig met het uitbouwen van je carrière als beroepsmu-
onder meer in Australië en Japan en trekken we naar New York. zikant. Als je daar na je opleiding nog aan moet beginnen, is het
Het is dus zeker niet zo dat het orkest altijd in Wenen verblijft. Dat te laat.
rondreizen wordt ook een grote verandering. Ik was als muzikante
al veel op reis maar hoofdzakelijk in Europa. Thuis is dan niet zo Je kan jouw positie aan de KCB vergelijken met het statuut dat
ver weg. Nu zal ik voortdurend van de ene naar andere plaats ook topsporters krijgen.
reizen zonder tussendoor thuis te komen. Ik zal ook in Wenen Anneleen: Inderdaad. Wat we doen is ook te vergelijken met top-
moeten gaan wonen; dat kan niet anders met een fulltimejob. sport. Ik oefen gemiddeld enkele uren per dag, afhankelijk van
de tijd die ik heb. Het conservatorium is enkel een bijkomende
Had je met al die praktische consequenties vooraf rekening ge- vorming om je verder te ontplooien. Je opleiding is al veel vroeger
houden? gestart. Maar het is zeker een hoogstaande vorming. Ik studeer
Anneleen: Je kan al die veranderingen vooraf niet incalculeren. nu nog muziekschriftuur aan het conservatorium. Ook dat is zeer
Maar het is zo’n unieke kans, een die je maar eenmaal in je leven degelijk, absoluut.
krijgt. Je kan er wel van dromen maar je gaat er niet van uit dat
het jou te beurt kan vallen. Ik dacht bij de sollicitatie: we gaan Topvoetballers laten hun benen verzekeren. Zijn jouw handen
zeker proberen en we zien wel waar we uitkomen. Het is voor mij verzekerd?
nu ook nog afwachten hoe het verder gaat verlopen. Maar ik heb Anneleen: Ik ben daar niet overdreven mee bezig. Natuurlijk
wel het gevoel dat ik die kans nu moet grijpen. Het is een ideaal moet ik wel voorzichtig zijn. Ik nam op school meestal niet deel
moment: ik heb nog geen vaste relatie of kinderen. Na een paar aan balsporten en kijk uit bij het snijden van groenten. Een extra
jaren zie ik wel wat de toekomst brengt. verzekering kost stukken van mensen. En dan nog: mocht ik al
verzekerd zijn en een vinger verliezen, dan is het toch gedaan
U hebt zeer jong, op 9-jarige leeftijd, gekozen voor harp. Het ligt met wat ik nu wil doen.
niet voor hand dat een kind voor harp kiest.
Anneleen: Dat is zeker zo: het is een onbekend instrument. Als Het aankopen van een harp moet ook een hele investering zijn.
klein meisje had ik nog nooit een harp van dichtbij gezien. Ik ben Anneleen: Dat klopt. Je start wel met een kleine harp die goed-
met piano begonnen en wou absoluut nog een tweede instrument koper is. Maar een grote concertharp begint vanaf 20.000 euro.
kiezen. Het liefst wilde ik een blaasinstrument, maar op aanraden De Wiener Philharmoniker heeft gelukkig harpen ter beschikking
van mijn leraar notenleer heb ik gekozen voor harp. Hij wou per se zodat ik mijn eigen harp niet overal op reis moet meesleuren.
een harp bij de harmonie waar hij dirigeerde. Ik ben nu wel blij dat
ik de keuze gemaakt heb. Er is vandaag ook een stijgende belang- We gaan je nu allicht nog alleen kunnen zien tijdens het traditi-
stelling voor harp: er komen meer en meer harpspelers bij. onele nieuwjaarsconcert van de Wiener Philharmoniker, dat we-
reldwijd via televisie wordt uitgezonden.
Vraagt het bespelen van een harp specifieke vaardigheden? Anneleen: Ik vrees het. Maar dat nieuwjaarconcert is dan weer
Anneleen: Je kan het een beetje vergelijken met piano: je hebt ook niet echt representatief voor het repertoire waar het orkest voor
je twee handen nodig om te spelen. De technische moeilijkheid zit staat. Het is een mainstreamprogramma met vooral de nadruk op
hem vooral in het bedienen van nog eens zeven voetpedalen. Dat het lichtere genre. Voor de orkestleden is het natuurlijk wel leuk
vergt een perfecte handen-voetencoördinatie. De toeschouwers om te doen. Maar voor ik bij de Wiener Philharmoniker begin, heb
zien vaak alleen maar onze handen, want het pedalenwerk mag ik nog wel een aantal concerten gepland. Nadien zal ik uiteraard
eigenlijk niet gehoord of gezien worden. rekening moeten houden met de kalender van het orkest en daar
mijn andere optredens op moeten afstemmen.
De harp wordt op oude schilderijen ook altijd afgebeeld als een Erg veel succes toegewenst
instrument voor engelen.
Anneleen: Dat is inderdaad het clichébeeld. Wat vreemd is, want
in de zeventiende eeuw was de harp vooral een manneninstru- Steun de renovatie van het Conservatorium.
ment. Toch heeft de harp zoveel mogelijkheden. We hebben een In een eerdere editie van EhB!magazine las u al dat de
zeer breed repertoire dat te vergelijken is met dat van de piano. gebouwen van het Koninklijk Conservatorium Brussel
steun kunnen gebruiken. Voor het grootse renovatiepro-
Je was assistente Harp en bent nog steeds studente Muziekschrif- ject van Conservamus zijn giften welkom, dat kan recht-
tuur aan het Koninklijk Conservatorium in Brussel (KCB). Hoe be- streeks op rekeningnummer 000-0000004-04 van de
oordeel je die opleiding? Koning Boudewijnstichting met de vermelding “L82220-
Anneleen: Ik heb zeer goede ervaringen als studente. De oplei- Conservamus”. Giften vanaf €40 fiscaal aftrekbaar.
ding focust op de essentie en concentreert zich op de algemene Ontdek Conservamus tijdens het galaconcert op
vakken die echt nodig zijn. Je programma zit niet volgepropt met 09/11/2011. Alle info op: www.conservamus.be
lessen. Ik was vaak onderweg en kon niet steeds aanwezig zijn
EhB!magazine 06| 15
EhB!
onderwijs
Topsport en
studeren
Amelie Rosseneu (23) is een van de grote beloften van het Belgische judo. In
het verleden werd Amelie al verscheidene malen Belgisch kampioene. Van-
daag heeft ze het statuut van topsportster bij Bloso afgedwongen en kan ze
zich volledig concentreren op haar verdere internationale judocarrière. De
voorbije jaren moest ze die passie delen met haar studies Dieet- en Voe-
dingskunde aan de EhB.
“Dat was niet altijd even makkelijk”, vertelt Amelie. “Het statuut Ouders
van topsportster krijg je niet zomaar. Ik moest wel degelijk aanto- “Als je jong bent, wil je gewoon kiezen voor je topsport. Dat is je
nen dat ik op topniveau presteerde en regelmatig mijn uitslagen passie en daarvoor wil je alles opgeven. Daarom is het belangrijk
doorgeven aan de school. Maar zonder het statuut is de combi- dat er mensen in je omgeving zijn die je erop wijzen dat er naast
natie studeren en topsport gewoon onmogelijk. Examens afleg- sport nog andere zaken in het leven zijn. In mijn geval waren dat
gen was al vaak lastig omdat ik tijdens de examenperiodes op vooral mijn ouders. Ze hebben me steeds gewezen op het belang
judostage was. van een diploma voor mijn toekomst. Ik kan niet eeuwig aan judo
blijven doen. Bovendien is het geen sport waar het grote geld
mee te verdienen valt. Voor voetballers ligt dat mogelijk al anders.
Faciliteiten Mijn ogen zijn ook opengegaan toen een judoka van onze club
“Door het statuut kreeg ik faciliteiten waardoor ik de examens kon zwaar op haar hoofd terechtkwam tijdens een jeugdwedstrijd. Zij
verplaatsen. De praktijklessen in het labo mocht ik ook uitvoeren is onmiddellijk moeten stoppen met judo. Toen besefte ik dat het
met een andere groep dan die waarin ik was ingedeeld. Ook sta- echt wel nodig was om verder te studeren. Het behalen van een
ges van zes weken waren onmogelijk te combineren met trainin- diploma levert nu al een voordeel op: Bloso betaalt zijn topspor-
gen of buitenlandse tornooien. Ik kon die dan spreiden over hier ters uit naar rato van het diploma dat ze behaald hebben.”
en daar een week. De eerste twee jaar heb ik volledig afgewerkt.
Alleen het laatste jaar heb ik uit noodzaak moeten verdelen over
twee jaar omdat we erg veel stages hadden. Op het Bloso is nu Geprivilegieerd
een verantwoordelijke aangesteld die met de scholen onderhan- “Ik heb van medestudenten nooit kritiek gekregen op het feit dat
delt over de combinatie topsport en studie.” ik een apart statuut had. Integendeel, ze hebben me steeds ge-
16 | EhB!magazine 06
EhB!
onderwijs
Geen studentenleven
“Mijn studiekeuze had geen rechtsreeks verband met mijn sport.
Ik was altijd al geïnteresseerd in voeding. Maar de kennis komt
me nu toch al goed van pas. Ik judo in de categorie min 48 kg.
Normaal weeg ik 50 kg; die 2 kg moet ik er dus af krijgen door
onder andere mijn voeding aan te passen.”
Als topsportster gaat het studentenleven wel aan je voorbij. Maar
uitgaan en feestjes waren toch niet aan mij besteed. Spijt heb ik echter niet verleend omdat het om een fitnessclub ging. Indien
er dus niet van. Ik heb als topsportster andere mooie momen- de opleiding akkoord gaat, kan in dergelijke gevallen wel een een-
ten mogen beleven. Ondertussen heb ik al een flink deel van de malige afwezigheid toegestaan worden.”
wereld gezien. We zijn op tornooien geweest in China en Japan.
Die ervaringen compenseren ruimschoots het gemis aan het stu-
dentenleven. Faciliteiten
Ik heb niet het gevoel dat mijn studies mijn sportcarrière in de Studenten die hun studie willen combineren met het beoefenen
weg hebben gestaan. Ik had allicht niet verder gestaan indien van een sport op topniveau hebben vooral nood aan studie- en
ik alles op mijn sport had gezet. Die studies waren bovendien examenflexibiliteit. Deze zogenaamde redelijke voorzieningen
een welkome afleiding zodat ik niet constant gefocust was op moeten het de student mogelijk maken met gelijke kansen aan
het judo.” de opleiding te beginnen. “De school laat toe dat ze afwezig zijn
tijdens colleges of praktische oefeningen”; legt Annemie De Rouck
uit. “Het kan zijn dat ze daarvoor een vervangtaak krijgen of bij
Topsport en studeren een andere groep kunnen aansluiten. De trajectbegeleiders leggen
de faciliteiten vast en volgen de topsportstudenten gedurende
De Erasmushogeschool Brussel biedt jonge topsporters een apart het academiejaar op.
statuut aan waardoor ze hun passie voor hun sport kunnen combi- Het is niet altijd realistisch om als topsporter een voltijds pro-
neren met het behalen van een diploma. “We rollen de rode loper gramma op te nemen. Als je bijvoorbeeld in eerste nationale
niet uit, maar topsporters hebben nood aan de nodige flexibiliteit voetbalt, kan ik me voorstellen dat het beter is te kiezen voor
tijdens hun studies’, zegt Annemie De Rouck, EhB-coördinator van een halftijds programma met faciliteiten.
het topsportstatuut.
Vorig jaar telde de EhB veertien studenten met een topsportsta- Drie criteria
tuut. Dit academiejaar zijn er dat zes. Het statuut ‘topsport en Het statuut ‘topsport en studeren’ rolt voor topsporters de rode
studeren’ wordt echter niet onvoorwaardelijk aan elke sportieve loper niet uit. “Topsporters moeten dezelfde competenties ver-
EhB-student verleend. “Je moet wel degelijk met sportresultaten werven als hun medestudenten; ze doen het enkel op een andere
bewijzen effectief aan topsport te doen” zegt Annemie De Rouck. manier”, zo benadrukt Annemie De Rouck. “De redelijkheid van de
“De aanvragen worden beoordeeld door een topsportcommissie voorzieningen wordt afgetoetst aan de drie criteria: haalbaarheid,
samengesteld uit leden van de EhB en de VUB. We onderscheiden aanvaardbaarheid en verdedigbaarheid. Haalbaarheid wil zeggen
drie statuten. dat een voorziening primair dient om het volgen van lessen of
Sporters die in België sport beoefenen op topniveau, krijgen veelal doen van examens meer haalbaar te maken voor de student(e)
een A-statuut. Zo tellen we een aantal voetballers bij FC Brus- gezien zijn of haar specifieke belemmerende situatie. De student(e)
sels. Daarnaast zijn er sporters die internationaal hoog scoren. Zij moet, met zijn of haar specifieke situatie in acht genomen, gelijke
bekomen een A-internationaal statuut met de nodige faciliteiten kans op slagen kunnen hebben. Aanvaardbaarheid betekent dat
om te kunnen deelnemen aan Europese of wereldkampioenschap- de standaard van het vak niet mag verlagen door de faciliteiten.
pen. Een bekend voorbeeld is turnster Aagje Vanwalleghem. Zij Verdedigbaarheid houdt in dat andere studenten niet het gevoel
studeerde 2 jaar aan de hogeschool met een topsportstatuut. mogen krijgen achteruitgesteld te worden. Maar als iemand op
Niet elke aanvraag wordt goedgekeurd. Zo vroeg een studente een topniveau aan sport doet, begrijpen de medestudenten maar
het statuut aan om met een gym- en dansclub aan een wedstrijd al te goed dat hij of zij uitzonderingen krijgt. Afgunst heb ik nog
in het buitenland te kunnen deelnemen. Het statuut werd haar nooit gemerkt.”
EhB!magazine 06| 17
EhB!
kort nieuws
18 | EhB!magazine 06
EhB!
Brussel
Ons terrein beperkt zich tot het centrale gedeelte dat loopt van
de Brusselse haven tot aan onze campus aan de Nijverheidskaai
in Anderlecht. Ik wens ook te benadrukken dat Platform Kanal
een meertalig Brussels initiatief is.”
Spanningsvelden
Volgens Stefan De Corte biedt de deelname van studenten aan
Platform Kanal tal van interessante kansen om in het beroeps-
Studenten STeR* Stedenbouw veld al veel nuttige ervaringen op te doen. “De Kanaalzone is
en Ruimtelijke Planning werken erg belangrijk voor Brussel omwille van zijn ligging dicht bij het
mee aan de ontwikkeling van de centrum”, zegt hij. “Het is een stadsdeel waar je een aantal sociale
problemen hebt, met lage-inkomensgroepen, en het is ook een
Brusselse Kanaalzone. belangrijk multicultureel deel van de stad. Tezelfdertijd woont in
dit gebied de toekomst van de stad: een groot gedeelte van de
bewoners is jonger dan 20 jaar. Tot nu werd de zone geanalyseerd
vanuit de bril van achterstelling en verloedering. Dat was niet
onbelangrijk omdat hierdoor ontwikkelingsgelden konden worden
aangetrokken. Maar het gaat wat voorbij aan de potentiële mo-
gelijkheden. Er wordt volgens ons ook te veel gefocust op grote
projecten. Hierdoor ontstaat het gevaar van sociale verdringing
omdat de prijzen op de huizenmarkt te fel gaan stijgen. Al die
spanningsvelden worden mee opgenomen in de analyses en het
onderzoek van de planners en zijn zeer interessant voor onze
studenten als studie- en onderzoeksobjecten.”
EhB!magazine 06| 19
EhB!
kwaliteitszorg
Van opleidingsvisitatie
naar instellingsaudit en
opleidingbeoordeling
Vanaf 2013 wijzigt het visitatie- en accreditatiestelsel in Vlaanderen in het hoger onderwijs. Worden nu
enkel de opleidingen gevisiteerd en geaccrediteerd dan zal in de toekomst een onderscheid gemaakt
worden tussen een instellingsaudit en een opleidingsbeoordeling. Een instellingsaudit zal het centrale
beleid van een hogeschool doorlichten, daarna volgen de opleidingsbeoordelingen. “Aan de EhB werd
het proces van strategisch beleidsplanning top-down en bottom-up geïmplementeerd in de depar-
tementen en centrale diensten. De zorg voor kwaliteit is hierdoor zowel op opleidingsniveau als op
instellingsniveau een continu aandachtspunt geworden”, zo stelt Ignace Van Dingenen, hoofd van
de dienst 'Strategische planning, Integrale kwaliteitszorg en Datamanagement’ aan de EhB.
Alvast nog dit jaar organiseert de dienst Kwaliteitszorg van de EhB onderwerpen die echt opleidingsgebonden zijn: de doelstellingen,
een studiedag over de nieuwe ontwikkelingen op het vlak van de het programma en het toetsingsbeleid.
accreditatie van hogescholen. “Vroeger was de dienst Kwaliteits-
zorg vooral gericht op het onderwijsgebeuren”, verduidelijkt Ignace Waarom wordt bij het accreditatiesysteem vandaag die opsplitsing
Van Dingenen. “Daar komt nu een aparte instellingsaudit bovenop. tussen opleiding en instelling doorgevoerd?
Inhoudelijk zullen in grote lijnen dezelfde onderwerpen aan bod Ignace Van Dingenen: “De scheiding is ontstaan doordat men
komen, maar de visitatie zal anders gebeuren. Met de studiedag tijdens de opleidingsvisitaties van de voorbije jaren tot de vast-
willen we de opleidingen en de instelling daarop voorbereiden. We stelling kwam dat steeds weer dezelfde instellingsgebonden of
gaan een beeld geven van het nieuwe visitatieprotocol, van de visie opleidingsoverstijgende aspecten in elke opleidingsvisitatie aan
erachter en toelichten hoe we dit bij de EhB zullen aanpakken. In bod kwamen. Die hadden vaak te maken met de voorzieningen en
een eerste fase zal dit informatief zijn; in een latere fase gaan we het management. In onze campussen van Jette of Dansaert zijn er
diepgaande workshops op alle niveaus organiseren. tal van voorzieningen die gemeenschappelijk zijn voor alle oplei-
dingen die er gevestigd zijn. Vroeger werden die telkens opnieuw
Kunt u eerst nog even het verschil tussen beide niveau's duiden? gevisiteerd en dat betekende dubbel werk. Vandaag wil men het
Ignace Van Dingenen: Het instellingsniveau gaat over alle be- systeem verlichten door alles wat met de instelling verband houdt
leidsdomeinen die opleidingsoverstijgend zijn, zoals onder meer het onderwerp te maken van een aparte audit. Op die manier
de visie en de missie van de instelling, het strategisch kader, het moeten die aspecten maar eenmaal beoordeeld worden voor alle
management, de hogeschoolbrede voorzieningen voor studenten opleidingen die onder die instelling vallen. Tegelijkertijd heeft men
en personeel en het IT-gebeuren. Zelfs de hogeschoolbrede inte- bijkomende criteria ingeschreven op het vlak van management. Is
grale kwaliteitszorg valt binnen dit pakket. Op opleidingsniveau er een visie of missie, en hoe worden die opgesteld? Hoe wordt
wordt vooral gefocust op onderwijs en onderzoek. Het zijn de het personeel daarbij betrokken? Hoe vindt dit een weg naar de
EhB!
kwaliteitszorg
opleidingen? De instelling zal veel duidelijker moeten aangeven indicatoren, streefcijfers en het uitschrijven van de sleutelprocessen.
wat ze doet aan kwaliteitszorg. Hoe kan je immers iets evalueren als je vooraf niet hebt vastgelegd
waar je naartoe wil? Ik mag stellen dat aan de EhB vandaag de over-
Als het plaatje klopt zouden de opleidingen en het centraal manage- tuiging leeft dat kwaliteitszorg de basis is van het hele onderwijs- en
ment van een instelling sterk op elkaar moeten afgestemd zijn. onderzoeksgebeuren.
Ignace Van Dingenen: “Dat is juist. Er wordt van uitgegaan dat
op het instellingsniveau het brede kader wordt gecreëerd. In het Zou het kunnen dat een instelling goed beoordeeld wordt op het
verleden merkte men soms dat op het opleidingsniveau een vlak van centraal management maar negatief op onderwijsvlak?
aantal dingen niet even goed liepen. De reden hiervoor was dat Ignace Van Dingenen: Ja dat zou kunnen. Je kunt als instelling
op instellingsniveau of op het niveau van de centrale diensten immers veel grootse plannen hebben maar ze daarom nog niet
geen efficiënt beleid werd gevoerd. Nu gaat men de linken bekij- uitgevoerd hebben. Terwijl het werk bij de opleidingen wel dage-
ken tussen opleidingen en centrale diensten en vaststellen waar lijks moet gebeuren. Hier kan een spanningsveld -een decalage-
er eventuele tekorten zijn. Juist daarom zijn we op de EhB de ontstaan tussen opleiding en centraal niveau. Ook andersom kan
relatie tussen wat er zich afspeelt op instellingsniveau en op- het zijn dat een opleiding goed functioneert maar de instelling
leidingsniveau gaan herbekijken. Vroeger was de aandacht voor op een aantal vlakken een minder goed beleid uitwerkt. Het is
strategische planning vooral gecentraliseerd op het niveau van juist de taak van de integrale kwaliteitszorg en strategisch plan-
de instelling. In 2008 zijn we gestart met het hogeschoolbreed ning om de beide niveaus op elkaar af te stemmen. Centraal heb-
implementeren van een participatief strategisch beleidsplan- ben we een missie geformuleerd: een cluster van 11 strategische
ningsproces. We hebben daartoe de dienst ‘Strategische planning, doelstellingen die aan elke opleiding de mogelijkheden geeft ei-
Integrale kwaliteitszorg en Datamanagement’ opgericht. Die drie gen accenten te leggen. Het Rits en het Conservatorium leggen
elementen vormen de basis voor een goed strategisch beleid en duidelijk andere accenten dan de Industriële Wetenschappen of
een integraal kwaliteitszorgbeleid. Communicatiemanagement, weliswaar binnen dezelfde strate-
gische doelstellingen.
Hoe gebeurt die implementatie van strategische planning op alle
niveaus in de EhB in de praktijk?
Ignace Van Dingenen: We zijn gestart met het aansporen van de Accreditaties worden uitgereikt door de Nederlands-
departementen, de opleidingen en de centrale diensten om een Vlaamse Accreditatie Organisatie ( NVAO) en zijn een
jaaractieplan op te stellen, vertrekkend van de hogeschoolbrede garantie dat de hogeschool kwalitatieve opleidingen aan-
strategische doelstellingen van de EhB. In 2011 focussen we op biedt. De hogeschool of universiteit ontvangt pas een
drie elementen. We gaan vooreerst Sharepoint implementeren. accreditatie als het NVAO - na een uitgebreid onderzoek
Dit informatie- en documentmanagementsysteem moet ervoor - besluit dat de opleiding over de hele lijn voldoet aan alle
zorgen dat er transparantie is tussen de centrale diensten, de gestelde eisen. De accreditatie is ook een voorwaarde
departementen en de opleidingen. In een tweede luik gaan we de voor de financiering van een bachelor- of masteropleiding
strategische plannen van de departementen en centrale diensten door de overheid en voor het recht om erkende diploma's
op elkaar afstemmen. De centrale diensten zullen hun jaaractie- af te leveren. De volgende opleidingen hebben ondertus-
plan ook moeten afstemmen op de aandachtspunten, noden en sen hun accreditatie ontvangen:
behoeften van de departementen. Ten slotte gaan we werken aan
het uitschrijven van zogenaamde sleutelprocessen of bedrijfspro- Bachelor in de Biomedische laboratoriumtechnologie,
cessen, hogeschoolbreed. Het wordt een soort kwaliteitshand- Bachelor in de Journalistiek, Bachelor in de Milieuzorg,
boek waarin alle processen worden beschreven die belangrijk zijn Bachelor in de Verpleegkunde, Bachelor in de Voedings
om een schoolorganisatie goed te laten verlopen. - en dieetkunde, Bachelor in de Vroedkunde, Bachelor in
het Communicatiemanagement, Bachelor in het Drama,
Voelt u dat het invoeren van de strategische beleidsplanning zijn Bachelor in het Office management, Bachelor in het On-
vruchten afwerpt? derwijs: kleuteronderwijs, Bachelor in het Onderwijs:
Ignace Van Dingenen: In het begin was er weerstand. Begrijpe- lager onderwijs, Bachelor in het Onderwijs: secundair
lijk: weer bijkomend werk! Nu stellen we echter vast dat de meeste onderwijs, Bachelor in het Toerisme- en het recreatie-
departementen strategische beleidsplanning meer en meer gaan management, Bachelor in Musical, Master in het Drama,
gebruiken als een instrument om effectief te gaan bekijken waar ze Master in het Toerisme
mee bezig zijn en waarom ze het doen. Al even belangrijk is dat het
proces gehanteerd wordt om hun eigen planning op te volgen en Betekent dit dat de overige opleidingen van de Erasmus-
te kaderen in de strategische doelstellingen van de EhB. Waar men hogeschool Brussel geen succesvolle accreditatie ont-
vroeger heel vaak met van alles en nog wat bezig was - met de beste vingen? Helemaal niet, integendeel zelfs. Het zal nog tot
bedoelingen - is het beleid vandaag veel meer gekaderd en wordt het 2013 duren voor het NVAO alle studiedomeinen en hun
ook jaarlijks bijgestuurd. De kwaliteitscultuur van het Plannen, Doen, opleidingen heeft gevisiteerd. En daarna starten ze dus
Controleren en Evalueren – de PDCA cyclus - heeft zijn ingang gevon- met het nieuwe systeem van de instellingsaudit.
den. Vanuit het bestuur wordt dit proces gecoacht, opgevolgd en
worden accenten gelegd. Dit jaar focussen we op het opstellen van
EhB!
Rits
Radiostudent en
toch al volwaardig
StuBru-presentator
Joris Lenaerts (21) studeert momenteel nog Radio aan het Rits maar heeft ondertussen al een
volwaardig radioprogramma op Studio Brussel kunnen versieren. “Studenten Radio die aan
het Rits afstuderen, kennen alle aspecten van radio maken”, zegt Joris. “We kunnen presen-
teren, regisseren, schuiven en noem maar op. Bij de radiozenders zien ze ons daarom graag
komen.”
Je kan Joris Lenaerts op zondagmiddag van 13 tot 16 uur beluis- gen we met de school naar de VRT. Toen heb ik voor het eerst een
teren op StuBru. De jongeman uit het Kempense Arendonk pre- echte radiostudio gezien. Ik herinner me nog dat ik toen aan mijn
senteert dan het muziekprogramma Super Sunday. Joris zit mo- moeder gezegd heb: dat zou ik later willen gaan doen.
menteel in zijn laatste masterjaar. “Maar omdat het programma
op zondag is, moet ik er niet voor brossen”, zegt Joris. “In het Je werkt nu al voor Studio Brussel terwijl je nog student bent en
masterjaar zijn de lesuren ook beperkt. De hogeschool is er niet nog nergens radio-ervaring hebt opgedaan.
altijd zo tevreden mee dat je als student al presenteert op een Joris: Toch wel: op het Rits hebben we onze eigen radiozender, XL
grote zender. Ik kan daar wel in komen. Ze vinden dat je jezelf AIR, een internetradio voor Brusselse studenten. Voor de werking
al in een hoekje zet en je je onbevangenheid verliest. Een oplei- krijgen we financiële steun van de Erasmushogeschool. We doen
ding moet je juist stimuleren om nieuwe dingen uit te proberen. er alles: de techniek, de presentatie, de regie, de productie en
Maar omdat ik in mijn laatste jaar zit, hadden ze geen bezwaren. zo meer. Het is voor ons een fantastische leerschool en ideaal
Integendeel, ze waren blij dat ik die kans kreeg. Het geeft ook om nieuwe formats te ontdekken. De voorloper van XL Air was
uitstraling aan de opleiding.” fmbrussel, een zender die ondertussen de Brusselse stadsradio
is geworden, maar die in het begin ook een afstudeerproject was
Hoe komt een jonge man erbij om ‘radio’ te gaan studeren? Is het van een aantal studenten aan het Rits. Uit fmbrussel zijn toch
medium niet verouderd? tal van radiomensen gekomen die nadien vlot hun weg naar de
Joris: Integendeel: radio is nog superpopulair bij jongeren. Even nationale zenders hebben gevonden.
werd voorspeld dat de podcast (audio op het internet, nvdr.) het
einde zou betekenen van de klassieke radiozender. Maar kranten En hoe ben jij dan ontdekt door Studio Brussel?
zijn ook blijven bestaan en hebben het internet overleefd. Radio Joris: Vorige zomer had ik me ook ingeschreven voor Studio Dada,
blijft ook bestaan, daar ben ik wel zeker van. een soort Idoolwedstrijd voor de radio. Elk jaar geeft Studio Brus-
Ik ben rechtstreeks van het middelbaar naar het Rits gegaan en sel daarmee aan jonge gasten de kans om gedurende twee uren
was daarmee een uitzondering. Zoals veel 18-jarigen wist ik niet een programma te presenteren. Iedereen mag er zich voor in-
wat te gaan doen na mijn studies. Ik hield wel van muziek maar schrijven. Er waren maar liefst zevenhonderd inschrijvingen. Van
had te weinig talent om muziek te gaan spelen. Op een dag gin- dat aantal schrok ik enorm. Er waren maar tien gelukkigen die
22 | EhB!magazine 06
EhB!
Rits
echt mochten presenteren. Ik was erbij. Achteraf zeiden ze dat stemattest behaald, een bewijs dat je aan de VRT nodig hebt om
ze tevreden waren over mijn presentatie. In september kreeg ik het nieuws op Radio 1 te mogen presenteren.
dan plots telefoon van Studio Brussel: “Kom als de bliksem naar
hier. Er is iemand weggevallen en we hebben onmiddellijk een Is het ook niet vreemd om je eigen stem te horen? Vaak is dat geen
presentator nodig.” leuke ervaring.
Joris: Dat klopt. Ik had het daar vooral in het begin ook erg moei-
Wat houdt de opleiding Radio eigenlijk in? lijk mee. Je denkt dat je het altijd beter doet dan een ander, tot je
Joris: Onze opleiding is een zogenaamde polyvalente opleiding. jezelf bezig hoort. Dan zing je een toontje lager. Op het Rits wordt
Je leert alles over alle aspecten van radio maken. Vroeger was je presentatiewerk ook tijdens luistersessies voortdurend geëvalu-
dat niet het geval. Toen werd nog een rigoureuze opsplitsing ge- eerd en krijg je van de docenten en medestudenten rechtstreekse
maakt in opleidingen tot presentator, technicus of regisseur. Maar kritiek. Dat is niet altijd tof maar het hardt je wel.
vandaag wordt in een radiostudio bijna alles door één persoon
gedaan. Je moet zowel kunnen presenteren als schuiven met de Hoe zit het met kansen op de arbeidsmarkt?
knoppen. Dat is natuurlijk ook interessant voor de zender. Op die Joris: Ik heb de indruk dat het niet makkelijk is. Ik heb in elk geval
manier kunnen ze serieus besparen op medewerkers. Bij Radio niet neen durven zeggen op die kans van Studio Brussel, ook al
1 heb je nog wel echte radiotechnici maar dat zijn erfenissen uit beweren ze op school dat ze wel wachten tot je afgestudeerd
het verleden. Bij Studio Brussel schuift tegenwoordig al iedereen. bent wanneer je goed ben. Je krijgt zeker geen honderden kansen.
De opleiding zelf bestaat uit drie delen. Er is het puur radio maken Zeker niet als je je ambitie wat hoger legt.
dat sterk focust op de technische aspecten. Daarnaast is er het
luik Documentaire waarbij we tijdens workshops op het Rits soms Wat zijn je ambities eigenlijk?
documentaires van een halfuur maken. Vandaag hoor je dergelijke Joris: Ik wil graag bij Studio Brussel blijven. Ik mag nog zeker tot
radiodocu’s spijtig genoeg nog maar zelden. Tot slot is er nog de zomer het programma blijven presenteren. Het hoogste bij
Audio, dat zaken behandelt als soundscapes en dergelijke. Het Studio Brussel is natuurlijk het ochtendprogramma. Maar ze zijn
Rits is nu eenmaal een kunstschool en geluidskunst hoort daarbij. wel tevreden, heb ik gehoord.
Soms wordt er wel gediscuteerd over het nut van deze artistieke
invalshoek. Mijn interesse zit duidelijk bij radio. Krijg je eigenlijk veel reacties op je uitzendingen?
Joris: Ja, erg veel. Ik heb ook al bij Radio 1 gepresenteerd maar
Heeft een echte radiomaker een streepje voor op bijvoorbeeld daarop kreeg ik nauwelijks of geen reacties. Maar bij Studio Brus-
journalisten die in een radiostudio terechtkomen? sel is dat enorm. Het zal er ook wel mee te maken hebben dat de
Joris: Je merkt wel dat je met een pure radio-opleiding erg sterk zender meer aansluit bij mijn leefwereld. Mensen van mijn leeftijd
staat omwille van je polyvalentie. Ik heb als stagiair massa’s re- luisteren toch eerder naar Studio Brussel dan naar Radio 1.
portages gemaakt voor het programma De Ochtend op Radio 1.
Dat lukte zeer goed. We hebben niet die echte journalistieke in- En hoe zijn de reacties?
valshoek. Als we een documentaire maken, zijn we meer bezig Joris: Louter positief (lacht). Tijdens de uitzendingen reageren
met vorm. Journalisten zullen misschien beter interviewen; wij zelfs mensen die ik van haar noch pluim ken. Als we een oproep
proberen er iets moois van te maken. Je merkt dat de mensen van doen om een sms’je te sturen, komen er ongelooflijk veel bin-
het Rits daar erg sterk in zijn. Over hun programma’s is duidelijk nen. Die onmiddellijke respons maakt radio ook zo enorm tof.
nagedacht: het zijn meer dan interviews met een voice-over. In Bovendien voel je als radiomaker nauwelijks stress. Je zit alleen
principe kan ik alles: presenteren, techniek, regie, montage… Dat in de studio en ziet niemand. Er is geen publiek voor je en je weet
is een serieus voordeel. Ik ben zeker tevreden over de opleiding. niet hoeveel mensen er zitten te luisteren. Ik vermoed dat de
stressfactor voor tv-mensen een stuk hoger ligt. Als je dan een
We dachten dat je vooral een goede warme stem en een vlekkeloze flater slaat…. Op de radio worden stommiteiten al wat rapper
uitspraak nodig had alvorens je toegelaten wordt tot een nationale vergeten.
radiostudio.
Joris: Dat is zeker een hoofdvereiste. Vooraleer je aan de radio- En tot slot: hoe valt het studentenleven in Brussel voor een Kem-
afdeling van het Rits mag beginnen, moet je ook slagen voor een penaar mee?
toelatingsproef. Naast een aantal creatieve proeven nemen ze Joris: Vroeger kwam ik hoogstzelden in Brussel. Ik kende de stad
ook een stemproef af. Vinden ze dat je bijvoorbeeld te veel knob- absoluut niet. Maar ik heb wel bewust voor Brussel gekozen om-
beltjes op je stembanden hebt of een stem die niet meer goed te dat ik niet echt in een studentenmilieu zoals in Leuven of Gent
krijgen is, mag je het wel vergeten. Ik heb nog maar pas gehoord wilde terechtkomen. Het studentikoze is niet echt aan me besteed.
dat het bij mij toen kantje boord was. Er is dan ook jaren hard aan Brussel heeft nog meer het cachet van een echte stad zonder die
mijn uitspraak gewerkt. Je krijgt op het Rits vier jaar lang serieuze kunstmatige studentensfeer. Het voordeel is dat Radio een kleine
stemtraining. Maar ik was er niet goed in. Het beterde maar met richting is en je sneller onderling vrienden maakt. Ik zou wel in
mondjesmaat. Tot het plotsklaps erg snel ging. Op een halfjaar Brussel willen blijven wonen maar het leven is er spijtig genoeg
tijd was mijn Kempens accent volledig weg. Ik heb dan ook mijn vrij duur voor jonge mensen.
EhB!magazine 06| 23