You are on page 1of 2

Oefeningen Wiskundige Analyse II: differentieerbaarheid

(1) Zij f : Rn → R, met f ∈ C m (Ω) en [a a + h] ⊂ Ω.


Bewijs dan de formule van Taylor van de orde m voor f in het werkpunt a door
gebruik te maken van de samengestelde functie

g(t) = f (a + th), t ∈ [0, 1]

Stel vervolgens de lineaire en kwadratische benadering op voor de functie

f (x, y) = sin(xy 2 )

in een omgeving van het punt (a1 , a2 ) = (1, 1).

(2) Benader de functiewaarde (1, 02)3,01 lineair door een gepaste functie en een gepast
werkpunt te kiezen. Maak een afschatting van de gemaakte fout.

(3) Beschouw de functie


x2 − y 2
f (x, y) = xy
x2 + y 2
aangevuld met de functiewaarde 0 in het punt (0, 0).
Bepaal D12 f (0, 0) en D21 f (0, 0). Conclusie?

(4) Zij p ∈ N en (x1 , x2 , . . . , xn ) ∈ Rn . Stel een formule op voor

(x1 + x2 + . . . + xn )p

[uitbreiding binomium van Newton, zie ook syllabus]


p
(5) Zij f een afleidbare functie van r, stel r = x2 + y 2 + z 2 en F (x, y, z) = f (r).
Toon aan dat, voor r 6= 0:
k∇F (x, y, z)k = |f 0 (r)|

(6) Zij f (x, y) tweemaal continu differentieerbaar. Toon aan dat, opdat f zou voldoen
aan de zogenaamde golfvergelijking

∂ 2f ∂ 2f
a2 − =0
∂x2 ∂y 2
het nodig en voldoende is dat

f (x, y) = g(x + ay) + h(x − ay)

met g en h twee willekeurige functies van één veranderlijke, die tweemaal continu
afleidbaar zijn.
[verschoven naar volgende les]

1
(7) Zij u(x, y) en v(x, y) differentieerbare functies, die voldoen aan het zogenaamde
Cauchy-Riemann stelsel:
∂u ∂v ∂u ∂v
= , =−
∂x ∂y ∂y ∂x
en zij e en e∗ eenheidsvectoren volgens onderling orthogonale richtingen.
Stel een verband op tussen

• de richtingsafgeleide van u volgens e, en


• de richtingsafgeleide van v volgens e∗ .

You might also like