Life Pre-intermediate Word List

Word class abbreviations

The following abbreviations are used in the word list: (n) = noun, (v) = verb, (adv) = adverb,
(adj) = adjective and (phr v) = phrasal verb.
WORDLIST
Unit 1 HEALTH regular (adj) regelmatig (adj)
Page 9 relax (v) ontspannen (v)
ballroom dancing salondansen (n) routine (n) routine (n)
(n) scientist (n) wetenschapper
countryside (n) platteland (n) (n)
crossword (n) kruiswoord (n) society (n) maatschappij (n)
health (n) gezondheid (n) stay up (v) opblijven (v)
marathon (n) marathon (n) stressed (adj) gestresseerd (adj)
married (adj) gehuwd (adj) sunset (n) zonsondergang
mental health (n) mentale (n)
gezondheid (n) take a nap (v) een dutje doen (v)
movement (n) beweging (n) teenager (n) tiener (n)
physical (adj) fysiek (adj) Pages 12–13
active (adj) actief (adj)
Pages 10–11 have authority (n) autoriteit hebben
amount (n) hoeveelheid (n) (n)
bedtime (n) slapengaan (n) centenarian (n) eeuweling (n)
birth (n) geboorte (n) cookery (n) kook (n)
board game (n) bordspel (n) culture (n) cultuur (n)
busy (adj) druk (adj) currently (adv) momenteel (adv)
elderly (adj) bejaard (adj) die (v) sterven (v)
extra (adj) extra (adj) diet (n) dieet (n)
fall asleep (v) in slaap vallen (v) exactly (adv) exact (adv)
fewer (adj) minder (adj) explanation (n) verklaring (n)
find out (v) vernemen (v) explorer (n) verkenner (n)
gardening (n) tuinieren (n) generation (n) generatie (n)
hardly ever (adv) bijna nooit (adv) hiking (n) wandelen (n)
in the middle of in het midden van idea (n) idee (n)
(n) (n) interesting (adj) interessant (adj)
misunderstand (v) verkeerd journalist (n) journalist (n)
begrijpen (v) lead (v) leiden (v)
mood (n) stemming (n) lifestyle (n) levensstijl (n)
novel (n) boek (n) rare (adj) zeldzaam (adj)
public transport openbaar vervoer region (n) regio (n)
(n) (n) research (n) onderzoek (n)
quiz (n) kwis (n) responsibility (n) verantwoordelijkh
rarely (adv) zelden (adv) eid (n)
recommended aanbevolen (adj) scientific (adj) wetenschappelijk
(adj) (adj)
1
spend (v) besteden (v) Page 19
stress (n) stress (n) atmosphere (n) sfeer (n)
study (n) studie (n) beautiful (adj) mooi (adj)
traditional (adj) traditioneel (adj) calm (adj) kalm (adj)
yoga (n) yoga (n) die out (v) uitsterven (v)
famous (adj) beroemd (adj)
Pages 14–15 international (adj) internationaal
area (n) gebied (n) (adj)
available (adj) beschikbaar (adj) landscape (n) landschap (n)
comment (n) opmerking (n) league (n) liga (n)
decide (v) beslissen (v) mayor (n) burgemeester (n)
earn (v) verdienen (v) mushroom (n) champignon (n)
economy (n) economie (n) population (n) bevolking (n)
equal (v) staat voor (v) relaxed (adj) ontspannen (adj)
gross (adj) bruto (adj) vineyard (n) wijngaard (n)
inspiration (n) inspiratie (n) worldwide (adv) wereldwijd (adv)
level (n) niveau (n)
measure (n) maatstaf (n) Unit 2
medicine (n geneeskunde (n COMPETITIONS
nowadays (adv) dezer dagen (adv) Page 21
physical (v) fysiek (v) annual (adj) jaarlijks (adj)
researcher (n) onderzoeker (n) championship (n) kampioenschap
result (n) resultaat (n) (n)
survey (n) enquête (n) compete (v) wedijveren (v)
tourist (n) toerist (n) competing (adj) wedijverend (adj)
useful (adj) handig (adj) competitor (n) concurrent (n)
Pages 16–17 contest (n) wedstrijd (n)
ache (v) pijn (v) race (n) race (n)
advice (n) advies (n) spectator (n) toeschouwer (n)
caffeine (n) caffeïne (n) total (adj) totaal (adj)
cough (v) hoesten (v) triathlon (n) triatlon (n)
earache (n) oorpijn (n) ultimate (adj) ultiem (adj)
herbal (adj) kruiden (adj)
honey (n) honing (n) Pages 22–23
normal (adj) normaal (adj) back (n) rug (n)
painful (adj) pijnlijk (adj) boring (adj) saai (adj)
pill (n) pil (n) club (n) club (n)
runny nose (adj) lopende neus coach (n) coach (n)
(adj) competition (n) wedstrijd (n)
sore throat (adj) keelpijn (adj) court (n) baan (n)
temperature (n) koorts (n) especially (adv) merbepaald (adv)
terrible (adj) verschrikkelijk exercise (n) fitness (n)
(adj) goggles (n) bril (n)
throat (n) keel (n) improve (v) verbeteren (v)
tissue (n) zakdoek (n) lose (v) verliezen (v)
trip (n) reis (n) net (n) net (n)
opportunity (n) kans (n)

2
pitch (n) veld (n) crowd (n) menigte (n)
player (n) speler (n) dangerous (adj) gevaarlijk (adj)
pool (n) zwembad (n) distraction (n) afleiding (n)
prefer (v) verkiezen (v) drama (n) drama (n)
professional (n) professional (n) entertainment (n) entertainment (n)
quiet (adj) rustig (adj) escape (v) ontsnappen (v)
racquet (n) racket (n) excitement (n) opwinding (n)
ring (n) ring (n) explain (v) uitleggen (v)
track (n) pad (n) fan (n) fan (n)
goodie (n) goeie (n)
Pages 24–25 impatient (adj) ongeduldig (adj)
beat (v) verslaan (v) incredibly (adv) ongelooflijk (adv)
blog (n) blog (n) mask (n) masker (n)
combine maaidorser (n) microphone (n) microfoon (n)
harvester (n) mixture (n) mix (n)
crazy (adj) gek (adj) popular (adj) populair (adj)
decorate (v) decoreren (v) rope (n) touw (n)
enter (v) deelnemen (v) salary (n) salaris (n)
experience (n) ervaring (n) scream (v) schreeuwen (v)
farm (n) boerderij (n) spin (v) ronddraaien (v)
farmers (n) landbouwers (n) throw (v) gooien (v)
festival (n) festival (n) tradition (n) traditie (n)
final (n) finale (n) wave (v) golf (v)
giant (adj) gigantisch (adj) wrestler (n) worstelaar (n)
machine (n) machine (n)
member (n) lid (n) Pages 28–29
mud (n) modder (n) actor (n) acteur (n)
prize (n) prijs (n) actress (n) actrice (n)
referee (n) scheidsrechter (n) advert (n) advertentie (n)
route (n) route (n) comedy (n) komedie (n)
rule (n) reglement (n) creative (adj) creatief (adj)
shopping cart (n) winkelwagentje download (v) downloaden (v)
(n) enthusiasm (n) enthousiasme (n)
string (n) koord (n) fit (adj) fit (adj)
touch (n) aanraken (n) group (n) groep (n)
winner (n) winnaar (n) important (adj) belangrijk (adj)
worm (n) worm (n) join (v) deelnemen (v)
joke (v) grap (v)
Pages 26–27 membership (n) lidmaatschap (n)
announcer (n) presentator (n) musical (n) musical (n)
applaud (v) applaudiseren (v) performer (n) performer (n)
audience (n) publiek (n) photography (n) fotografie (n)
baddie (n) slechterik (n) speaker (n) spreker (n)
become (v) worden (v) talent (n) talent (n)
cheer (v) juichen (v) theatre (n) theater (n)
complain (v) klagen (v)
costume (n) kostuum (n) Page 31 Pagina 31

3
accident (n) ongeval (n)
balance (n) evenwicht (n) Pages 36–37
bottom (n) bodem (n) arrive (v) aankomen (v)
crash barrier (n) vangrail (n) comfortable (adj) comfortabel (adj)
fail (v) mislukken (v) common (adj) veelvoorkomend
fame (n) roem (n) (adj)
ground (n) grond (n) criticise (v) kritiek geven (v)
injured (adj) gewond (adj) cruel (adj) wreed (adj)
pub (n) pub (n) damage (v) schade (v)
push (v) duwen (v) domestic (adj) gedomesticeerd
protect (v) beschermen (v) (adj)
slope (n) helling (n) environment (n) milieu (n)
steep (adj) stijl (adj) faraway (adj) verafgelegen (adj)
top (n) top (n) forest (n) woud (n)
wheel (n) wiel (n) freeze (v) bevriezen (v)
wild (adv) wild (adv) guest (n) gast (n)
husky (n) husky (n)
Unit 3 importance (n) belang (n)
TRANSPORT impossible (adj) onmogelijk (adj)
Page 33 leisure (n) vrije tijd (n)
carriage (n) wagon (n) logger (n) logger (n)
ride (v) rijden (v) modern (adj) modern (adj)
space (n) ruimte (n) native (adj) inheems (adj)
ticket (n) ticket (n) occasion (n) gelegenheid (n)
travel (v) reizen (v) sledge (n) slee (n)
snowmobile (n) sneeuwscooter
Pages 34–35 (n)
avoid (v) vermijden (v) soldier (n) soldaat (n)
battery (n) accu (n) special (adj) speciaal (adj)
charge (v) opladen (v) strong (adj) sterk (adj)
commute (n) pendelen (n) trail (n) pad (n)
device (n) toestel (n) transport (v) transport (v)
efficient (adj) efficiënt (adj) war (n) oorlog (n)
electric car (adj) elektrische wagen wedding (n) huwelijk (n)
(adj) wilderness (n) wildernis (n)
expensive (adj) duur (adj)
future (n) toekomst (n) Pages 38–39
pedestrians (n) voetgangers (n) activity (n) activiteit (n)
petrol (n) benzine (n) advantage (n) voordeel (n)
pollution (n) vervuiling (n) alternative (n) alternatief (n)
rush hour (n) spitsuur (n) ban (v) bannen (v)
speed limit (n) snelheidslimiet (n) blow (v) blazen (v)
station (n) station (n) break (n) pauze (n)
traffic jam (n) verkeersopstoppin catch (v) halen (v)
g (n) drop off (v) afzetten (v)
voltage (n) voltage (n) flood (n) overstroming (n)
worse (adj) slechter (adj) fumes (n) uitlaatgassen (n)

4
get off (phr v) afstappen (phr v) adventure (n) avontuur (n)
get on (phr v) opstappen (phr v) amazing (adj) verbazingwekken
go by (v) gaan met (v) d (adj)
horn (n) claxon (n) approximately ongeveer (adv)
humanitarian (adj) humanitair (adj) (adv)
income (n) inkomen (n) background (n) achtergrond (n)
miss (v) missen (v) class (n) klasse (n)
monsoon (n) moesson (n) condition (n) omstandigheid (n)
official (n) officieel (n) cultural (adj) cultureel (adj)
period (n) periode (n) employer (n) werkgever (n)
pick up (phr v) ophalen (phr v) enormous (adj) enorm (adj)
politician (n) politieker (n) huge (adj) gigantisch (adj)
purchase (n) boodschappen (n) impressive (adj) indrukwekkend
qualification (n) kwalificatie (n) (adj)
rainfall (n) regenval (n) inch (n) inch (n)
rickshaw (n) riksja (n) miniature (n) miniatuur (n)
scooter (n) scooter (n) minister (n) minister (n)
season (n) seizoen (n) pass (v) overgaan (v)
symbol (n) symbool (n) performance artist performancekunst
underground (n) metro (n) (n) enaar (n)
unload (v) afladen (v) porter (n) portier (n)
railway (n) spoorweg (n)
Pages 40–41 rural (adj) landelijk (adj)
aisle (n) gangpad (n) staff (n) personeel (n)
book (v) reserveren (v) steam (n) stoom (n)
carry on (adj) handbagage (adj) stressful (adj) stressvol (adj)
cash (n) cash (n) terminus (n) eindstation (n)
change (n) wisselgeld (n) villager (n) dorpeling (n)
cheque (n) cheque (n) workforce (n) personeel (n)
credit card (n) kredietkaart (n)
entrance (n) ingang (n) Unit 4
first class (n) eerste klasse (n) ADVENTURE
online (adj) online (adj) Page 45
passport (n) paspoort (n) achievement (n) prestatie (n)
platform (n) perron (n) bank (n) bank (n)
receipt (n) ontvangstbewijs cave (n) grot (n)
(n) caving (n) speleologie (n)
return (n) heen-en-terug (n) challenge (v) uitdaging (v)
road works (n) wegenwerken (n) climb (v) klimmen (v)
seat (n) plaats (n) colleague (n) collega (n)
second class (n) tweede klasse (n) gigantic (adj) gigantisch (adj)
single (n) enkel (n) hole (n) gat (n)
story (n) verhaal (n) incredible (adj) ongelooflijk (adj)
terminal (n) terminal (n) physically (adv) fysiek (adv)
wait (v) wachten (v) risk (n) risico (n)
state (n) staat (n)
Page 43 waterfall (n) waterval (n)

5
 sink (v) zinken (v)
Pages 46–47 situation (n) situatie (n)
abroad (adv) naar het skill (n) vaardigheid (n)
buitenland (adv) survival (n) overleving (n)
adventurer (n) avonturier (n) take off (phr v) opstijgen (phr v)
ambition (n) ambitie (n) wing (n) vleugel (n)
architecture (n) architectuur (n)
engineering (n) machinebouw (n) Pages 50–51
magazine (n) magazine (n) abseil (v) abseilen (v)
minefield (n) mijnenveld (n) base camp (n) uitvalsbasis (n)
mountaineer (n) bergbeklimmer (n) choice (n) keuze (n)
mountainous (adj) bergachtig (adj) cliff (n) klif (n)
nine-to-five (job) negen-tot-vijf crawl ( v) kruipen ( v)
(adj) (baan) (adj) crevasse (n) gletsjerspleet (n)
photographer (n) fotograaf (n) defend (v) verdedigen (v)
reader (n) lezer (n) disaster (n) ramp (n)
road trip (n) rit (n) edge (n) rand (n)
subject (n) onderwerp (n) glacier (n) gletsjer (n)
university (n) universiteit (n) heavy (adj) zwaar (adj)
vote (v) stemmen (v) knee (n) knie (n)
lake (n) meer (n)
Pages 48–49 lower (v) laten zakken (v)
ambitious (adj) ambitieus (adj) mid-air (n) in de lucht (n)
attack (n) aanval (n) ridge (n) bergrug (n)
captain (n) kapitein (n) search (v) zoeken (v)
careful (adj) voorzichtig (adj) shout (v) roepen (v)
decisive (adj) beslissend (adj) summit (n) top (n)
determined (adj) doortastend (adj) tent (n) tent (n)
engine (n) motor (n)
experienced (adj) ervaren (adj) Pages 52–53
expert (n) expert (n) break down (n) kapot gaan (n)
fire (n) vuur (n) camping (n) camping (n)
intelligent (adj) intelligent (adj) campsite (n) kampeerterrein
knowledge (n) kennis (n) (n)
patient (adj) geduldig (adj) dark (adj) donker (adj)
pregnant (adj) zwanger (adj) dehydrated (adj) gedehydrateerd
presenter (n) presentator (n) (adj)
psychology (n) psychologie (n) disappear (v) verdwijnen (v)
quality (n) kwaliteit (n) garage (n) garage (n)
radio (v) radio (v) location (n) locatie (n)
realise (v) beseffen (v) lost (adj) verloren (adj)
recent (adj) recent (adj) mechanic (n) mecanicien (n)
reliable (adj) betrouwbaar (adj) rescue (v) redden (v)
save (v) sparen (v) sudden (adj) plotseling (adj)
seat belt (n) gordel (n) sunburned (adj) verbrand door de
shark (n) haai (n) zon (adj)
similar (adj) gelijkaardig (adj) unexpected (adj) onverwacht (adj)

6
 Pages 58–59
Page 55 aluminium foil (n) aluminiumfolie (n)
certain (adj) zeker (adj) angry (adj) boos (adj)
climber (n) klimmer (n) bottle (n) fles (n)
cloud (n) wolk (n) caller (n) beller (n)
crampons (n) klimijzers (n) carton (n) verpakking in
doubtful (adj) twijfelachtig (adj) karton (n)
factor in (phr v) incalculeren (phr cereal (n) ontbijtgranen (n)
v) chemical (n) chemische stof (n)
fine (adj) goed (adj) coffee (n) koffie (n)
fog (n) mist (n) copper (n) koper (n)
glacial (adj) ijzig (adj) eco-friendly (adj) milieuvriendelijk
guide (n) gids (n) (adj)
heart (n) hart (n) eggshell (n) eierschaal (n)
heel (n) hiel (n) electronic (adj) elektronisch (adj)
hike (n) wandeling (n) envelope (n) envelop (n)
ornery (adj) slechtgezind (adj) equipment (n) uitrusting (n)
pilot (n) piloot (n) export (v) exporteren (v)
ski (v) skiën (v) fuel (n) brandstof (n)
stable (adj) stabiel (adj) gold (n) goud (n)
tool (n) gereedschap (n) jar (n) pot (n)
unsafe (adj) onveilig (adj) manufacturer (v) fabrikant (v)
weather (n) weer (n) market (n) markt (n)
wonderful (adj) prachtig (adj) melt (v) smelten (v)
newspaper (n) krant (n)
Unit 5 THE peel (n) schil (n)
ENVIRONMENT printer (n) printer (n)
Page 57 resell (v) opnieuw verkopen
appliance (n) toestel (n) (v)
cardboard (n) karton (n) rubbish (n) vuilnis (n)
cooker (n) fornuis (n) seller (n) verkoper (n)
hair (n) haar (n) separate (v) scheiden (v)
household (n) huishouden (n) toxic (adj) giftig (adj)
leather (n) leer (n) yoghurt (n) yoghurt (n)
metal (n) metaal (n)
object (n) voorwerp (n) Pages 60–61
plastic (n) plastic (n) category (n) categorie (n)
recycle (v) recyclen (v) consumer (n) consument (n)
reuse (v) hergebruiken (v) gas (n) gas (n)
scissors (n) schaar (n) housing (n) huisvesting (n)
sculpture (n) beeldhouwwerk insurance (n) verzekering (n)
(n)
tin (n) doos (n) Pages 62–63
washing machine wasmachine (n) average speed (n) gemiddelde
(n) snelheid (n)
wood (n) hout (n) crew (n) crew (n)
energy (n) energie (n)

7
environmentalist milieubeschermer
(n) (n) Unit 6 STAGES
fight (n) strijden (n) IN LIFE
garbage (n) afval (n) Page 69
knot (n) knoop (n) childhood (n) jeugd (n)
patch (n) strook (n) monster (n) monster (n)
power (n) stroom (n) old-age (n) oudere leeftijd (n)
reclaim (v) terugvorderen (v) represent (v) vertegenwoordige
renewable (adj) hernieuwbaar n (v)
(adj) sphinx (n) sfinx (n)
solar (adj) zonne- (adj) walking stick (n) wandelstok (n)
storm (n) storm (n)
toothbrush (n) tandenborstel (n) Pages 70–71
weight (n) gewicht (n) adolescent (n) adolescent (n)
width (n) breedte (n) afford (v) veroorloven (v)
yacht (n) jacht (n) campervan (n) camper (n)
career (n) loopbaan (n)
Pages 64–65 container (n) container (n)
account (n) account (n) decision (n) beslissing (n)
cancel (v) annuleren (v) dream (n) droom (n)
checkout (n) uitchecken (n) freedom (n) vrijheid (n)
circuit board (n) schakeling (n) infant (n) baby (n)
confirmation (n) bevestiging (n) intend (v) van plan zijn (v)
customer (n) klant (n) middle aged (adj) op middelbare
put on hold (v) in de wacht zetten leeftijd (adj)
(v) pensioner (n) gepensioneerde
product (n) product (n) (n)
quantity (n) hoeveelheid (n) place (n) plaats (n)
refund (v) vergoeding (v) stage (n) fase (n)
stock (n) voorraad (n) successful (adj) succesvol (adj)
vintage (adj) vintage (adj) work experience werkervaring (n)
(n)
Page 67
cigarette (n) sigaret (n) Pages 72–73
clean-up (n) opruiming (n) band (n) band (n)
coast (n) kust (n) canal (n) kanaal (n)
collect (v) oprapen (v) candle (n) kaars (n)
disgusting (adj) walgelijk (adj) celebrate (v) vieren (v)
downstream (adv) stroomafwaarts community (n) gemeenschap (n)
(adv) concert (n) concert (n)
effort (n) inspanning (n) event (n) evenement (n)
litter (v) vuilnisbak (v) firework (n) vuurwerk (n)
progress (n) vordering (n) float (n) praalwagen (n)
rip (v) scheuren (v) jazz (n) jazz (n)
shocked (adj) geschokt (adj) neighbourhood (n) buurt (n)
trash (n) afval (n) parade (n) optocht (n)
volunteer (n) vrijwilliger (n) party (n) feest (n)

8
steel drum (n) steeldrum (n) invent (v) uitvinden (v)
stew (n) stoofschotel (n) island (n) eiland (n)
visitor (n) bezoeker (n) lively (adj) levendig (adj)
Pages 74–75 oil drum (n) olievat (n)
appearance (n) uiterlijk (n) rhythm (n) ritme (n)
border (n) grens (n) share (n) deel (n)
cattle (n) vee (n) sound (n) geluid (n)
ceremony (n) ceremonie (n) steelband (n) steelband (n)
elder (n) oudere (n) tune (v) stemmen (v)
marry (v) huwen (v)
national day (adj) nationale feestdag Unit 7 WORK
(adj) Page 81
nomadic (adj) zwervend (adj) crime (n) misdaad (n)
religious (adj) religieus (adj) emotion (n) emotie (n)
rite (n) rite (n) feeling (n) gevoel (n)
ritual (n) ritueel (n) police officer (n) politieagent (n)
sacred (adj) heilig(adj) serious (adj) ernstig (adj)
senior (adj) senior (adj) service (n) dienst (n)
sunrise (n) zonsopgang (n) traffic (n) verkeer (n)
tribe (n) stam (n) triplet (n) drieling (n)
warrior (n) krijger (n) twin (n) tweeling (n)

Pages 76–77 Pages 82–83

barbecue (n) barbecue (n) advertisement (n) advertentie (n)
bridge (n) brug (n) bookshelf (n) boekenplank (n)
celebration (n) viering (n) company (n) bedrijf (n)
colourful (adj) kleurrijk (adj) concrete (n) beton (n)
dinner (n) avondmaal (n) exhibition (n) tentoonstelling (n)
dull (adj) saai (adj) filing cabinet (n) archiefkast (n)
formal (adj) formeel (adj) gallery (n) galerie (n)
geographic (adj) geografisch (adj) image (n) beeld (n)
groom (n) bruidegom (n) notice board (n) prikbord (n)
massive (adj) enorm (adj) ordinary (adj) gewoon (adj)
miserable (adj) treurig (adj) photocopier (n) kopieertoestel (n)
politely (adv) beleefd (adv) radiation (n) straling (n)
reception (n) receptie (n) safety (n) veiligheid (n)
relative (n) familielid (n) size (n) maat (n)
sightseeing (n) sightseeing (n) strange (adj) vreemd (adj)
speech (n) toespraak (n) studio (n) studio (n)
surprising (adj) verrassend (adj)
Page 79 swivel chair (n) draaistoel (n)
belong (v) behoren (v) thick (adj) dik (adj)
century (n) eeuw (n) type (n) type (n)
communicate (v) communiceren (v) water cooler (n) waterkoeler (n)
creativity (n) creativiteit (n) well-equipped goed uitgerust
influence (n) invloed (n) (adj) (adj)
instrument (n) instrument (n)

9
Pages 84–85 position (n) functie (n)
change (v) veranderen (v) solve (v) oplossen (v)
college (n) hogeschool (n) strength (n) capaciteit (n)
compare (v) vergelijken (v)
contract (n) contract (n) Page 91
discover (v) ontdekken (v) administrator (n) administrator (n)
friendly (adj) vriendelijk (adj) burnt (adj) verbrand (adj)
natural gas(adj) natuurlijk gas(adj) butler (n) butler (n)
opinion (n) mening (n) certificate (n) certificaat (n)
qualify (v) kwalificeren (v) champagne (n) champagne (n)
sell (v) verkopen (v) deal with (v) omgaan met (v)
supply (v) leveren (v) fetch (v) gaan halen (v)
understand (v) begrijpen (v) graduation (n) afstuderen (n)
worry (v) zorgen maken (v) improvement (n) verbetering (n)
ink (n) inkt (n)
Pages 86–87 iron (v) strijken (v)
accountant (n) boekhouder (n) make it (v) slagen (v)
acre (n) acre (n) offer (v) aanbieden (v)
classic (adj) klassiek (adj) palace (n) paleis (n)
define (v) definiëren (v) pipe (n) pijp (n)
freezing (adj) ijs (adj) secret (n) geheim (n)
independence (n) onafhankelijkheid servant (n) bediende (n)
(n) tobacco (n) tabak (n)
industry (n) sector (n) unusual (adj) ongewoon (adj)
moustache (n) snor (n) unwelcome (adj) onwelkom (adj)
plain (n) vlakte (n)
promotion (n) promotie (n) Unit 8
ranch (n) ranch (n) TECHNOLOGY
real (adj) echt (adj) Page 93
romance (n) romantiek (n) experiment (n) experiment (n)
romantic (adj) romantisch (adj) instruction (n) instructie (n)
teamwork (n) teamwork (n) manufacturing (n) fabricage (n)
technology (n) technologie (n) mathematical wiskundig (adj)
training (n) training (n) (adj)
mistake (n) fout (n)
Pages 88–89 repetitive (adj) repetitief (adj)
application (n) sollicitatie (n) solution (n) oplossing (n)
apply (v) solliciteren (v)
assistant (n) assistent (n) Pages 94–95
bookshop (n) boekenwinkel (n) eyesight (n) gezichtsvermogen
branch (n) bijkantoor (n) (n)
current (adj) huidig (adj) glasses (n) bril (n)
CV (n) CV (n) invention (n) uitvinding (n)
description (n) beschrijving (n) inventor (n) uitvinder (n)
develop (v) ontwikkelen (v) lens (n) lens (n)
flexible (adj) flexibel (adj) optician (n) optieker (n)
independent (adj) onafhankelijk (adj) organisation (n) organisatie (n)

10
pump (n) pomp (n) upside down (adv) omgekeerd (adv)
silicone (n) silicone (n) zip (n) rits (n)
Pages 96–97
canoe (n) kano (n) Pages 100–101
communication communicatie (n) boot (n) laars (n)
(n) bulb (n) lamp (n)
expedition (n) expeditie (n) button (n) knop (n)
hair dryer (n) haardroger (n) disadvantage (n) nadeel (n)
helicopter (n) helikopter (n) distance (n) afstand (n)
laptop (n) laptop (n) effective (adj) effectief (adj)
matches (n) wedstrijden (n) emergency (n) nood (n)
network (n) netwerk (n) fantastic (adj) fantastisch (adj)
packet (n) verpakking (n) flash (n) flits (n)
publish (v) publiceren (v) plug in (phr v) insteken (phr v)
satellite (n) satelliet (n) press (v) drukken (v)
site (n) site (n) recharge (v) opnieuw opladen
social (adj) sociaal (adj) (v)
subscribe (v) abonneren (v) switch on (phr v) inschakelen (phr
sun cream (n) zonnecrème (n) v)
sunglasses (n) zonnebril (n)
torch (n) zaklantaarn (n) Page 103
towel (n) handdoek (n) blade (n) blad (n)
umbrella (n) paraplu (n) carbon dioxide (n) koolstofdioxide (n)
upload (v) uploaden(v) clear (adj) duidelijk (adj)
volcano (n) vulkaan (n) coal (n) kool (n)
waterproof (adj) waterbestendig construct (v) construeren (v)
(adj) crop (n) gewas (n)
zone (n) zone (n) district (n) district (n)
encourage (v) aanmoedigen (v)
Pages 98–99 ensure (v) garanderen (v)
affordable (adj) betaalbaar (adj) flat (adj) vlak (adj)
bur (n) braam (n) force (n) kracht (n)
ceiling (n) plafond (n) fossil fuel (n) fossiele brandstof
in conclusion (n) tot besluit (n) (n)
copy (v) kopiëren (v) foundation (n) fundering (n)
design (n) ontwerp (n) grid (n) net (n)
designer (n) ontwerper (n) occur (v) voorkomen (v)
effectively (adv) effectief (adv) pay off (v) afbetalen (v)
engineer (n) ingenieur (n) physics (n) fysica (n)
flipper (n) flipper (n) pocket (n) zak (n)
nature (n) natuur (n) produce (v) produceren (v)
quickly (adv) snel (adv) rod (n) stang (n)
science (n) wetenschap (n) silo (n) silo (n)
shape (n) vorm (n) steel (n) staal (n)
stick (v) kleven (v) sulphur dioxide zwaveldioxide (n)
surface (n) oppervlak (n) (n)
turbine (n) turbine (n) tornado (n) tornado (n)

11
withstand (v) bestand zijn tegen typewriter (n) typemachine (n)
(v) valley (n) vallei (n)

Unit 9 Pages 110–111

LANGUAGE AND ancient (adj) oude (adj)
LEARNING boarding school internaat (n)
Page 105 (n)
borrow (v) lenen (v) endure (v) doorstaan (v)
homophone (n) homofoon (n) linguist (n) linguïst (n)
meaning (n) betekenis (n) record (v) opnemen (v)
practise (v) oefenen (v) reservation (n) reservaat (n)
sense (n) zin (n)
variety (n) variëteit (n) Pages 112–113
accessibility (n) toegankelijkheid
Pages 106–107 (n)
acquire (v) verwerven (v) calligraphy (n) kalligrafie (n)
brand (n) merk (n) conversation (n) gesprek (n)
course (n) cursus (n) deposit (n) borgsom (n)
degree (n) diploma (n) enrolment (n) inschrijving (n)
demonstration (n) demonstratie (n) material (n) materiaal (n)
discipline (n) discipline (n) payment (n) betaling (n)
enrol (v) inschrijven (v) presentation (n) presentatie (n)
interest (n) interesse (n) reserve (v) reserveren (v)
kickboxer (n) kickboxer (n) slide (n) dia (n)
military (n) leger (n) technique (n) techniek (n)
punch (v) stompen (v) term (n) periode (n)
repeat (v) herhalen (v) trainer (n) instructeur (n)
retired (v) met pensioen
gaan (v) Page 115
row (n) rij (n) abandon (v) opgeven (v)
socialise (v) sociale contacten annoy (v) vervelen (v)
leggen (v) awareness (n) bewustzijn (n)
temple (n) tempel (n) basic (adj) basis (adj)
timetable (n) tijdschema (n) enduring (adj) blijvend (adj)
tutor (n) docent (n) expect (v) verwachten (v)
uniform (n) uniform (n) extinct (adj) uitgestorven (adj)
well-known (adj) bekend (adj) global (adj) algemeen (adj)
hassle (v) gedoe (v)
Pages 108–109 institute (n) instituut (n)
bone (n) bot (n) kit (n) kit (n)
clay (n) klei (n) loss (n) verlies (n)
create (v) creëren (v) neglect (v) verwaarlozen (v)
form (n) vorm (n) remote (adj) verafgelegen (adj)
identity (n) identiteit (n) school (v) onderwijzen (v)
keyboard (n) toetsenbord (n) shift (n) verschuiving (n)
press (n) pers (n) survive (v) overleven (v)
pyramid (n) piramide (n)

12
Unit 10 TRAVEL range (n) keten (n)
AND HOLIDAYS requirement (n) vereiste (n)
Page 117 spectacular (adj) spectaculair (adj)
in advance (n) op voorhand (n) stunning (adj) indrukwekkend
beauty (n) schoonheid (n) (adj)
diving (n) duiken (n) talk (n) praten (n)
exploration (n) ontdekking (n) tour (n) tour (n)
hobby (n) hobby (n) traveller (n) reiziger (n)
item (n) object (n) unforgettable (adj) onvergetelijk (adj)
luxury (adj) luxe (adj) unique (adj) uniek (adj)
resort (n) vakantieoord (n)
sleeping bag (n) slaapzak (n) Pages 122–123
snake (n) slang (n) avenue (n) laan (n)
underwater (adj) onderwater (adj) catacombs (n) catacomben (n)
unknown (n) onbekend (n) cellar (n) kelder (n)
cemetery (n) begraafplaats (n)
Pages 118–119 clean (adj) netjes (adj)
bar (n) bar (n) collapse (v) ineenstorten (v)
brochure (n) brochure (n) dig (v) graven (v)
coin (n) muntstuk (n) free (adj) gratis (adj)
cruise (n) cruise (n) fresh (adj) vers (adj)
fix (v) herstellen (v) historian (n) historicus (n)
fortunately (adv) gelukkig (adv) illegal (adj) illegaal (adj)
furious (adj) woedend (adj) myth (n) mythe (n)
immediate (adj) onmiddellijk (adj) nightclub (n) nachtclub (n)
luxurious (adj) luxueus (adj) novelist (n) romanschrijver (n)
museum (n) museum (n) pond (n) vijver (n)
receptionist (n) receptionist (n) sewer (n) riool (n)
shower (n) douche (n) silent (adj) stil (adj)
song (n) lied (n) skeleton (n) skelet (n)
steal (v) stelen (v) subway (n) metro (n)
tip (n) drinkgeld (n) tunnel (n) tunnel (n)
view (n) zicht (n) unofficial (adj) onofficieel (adj)

Pages 120–121 Pages 124–125

athlete (n) atleet (n) afraid (adj) bang (adj)
birthplace (n) geboorteplaats (n) enclosed (adj) besloten (adj)
civilisation (n) beschaving (n) nervous (adj) nerveus (adj)
combine (v) combineren (v) participant (n) deelnemer (n)
couple (n) paar (n) queue (n) wachtrij (n)
fascinating (adj) fascinerend (adj) step (n) stap (n)
interaction (n) interactie (n)
itinerary (n) route (n) Page 127
legendary (adj) legendarisch (adj) early (adj) vroeg (adj)
lifetime (n) leven (n) gift (n) geschenk (n)
listener (n) luisteraar (n) increase (v) vermeerderen (v)
package tour (n) all-in vakantie (n) joy (n) plezier (n)

13
light (n) licht (n) (adj)
living (n) leven (n) binoculars (n) verrekijker (n)
outdoor (adj) buiten (adj) capture (v) gevangen (v)
property (n) vastgoed (n) deforestation (n) ontbossing (n)
square (n) plein (n) escort (n) escorte (n)
trader (n) handelaar (n) fled (v) vluchtten (v)
foreigner (n) buitenlander (n)
Unit 11 HISTORY government overheidsfunction
Page 129 official (n) aris (n)
base (n) basis (n) journal (n) tijdschrift (n)
capsule (n) capsule (n) laboratory (n) laboratorium (n)
connection (n) verband (n) medical (adj) medisch (adj)
drawing (n) tekening (n) notice (v) aantekenen (v)
hut (n) hut (n) orphan (n) wees (n)
possession (n) bezitting (n) protest (v) protesteren (v)
team (n) team (n) rebel (n) rebel (n)
reveal (v) onthullen (v)
Pages 130–131 sanctuary (n) toevluchtsoord (n)
archaeologist (n) archaeoloog (n) shore (n) kustlijn (n)
do business (n) zaken doen (n) trade (n) handel (n)
collar (n) halsband (n) violent (adj) gewelddadig (adj)
corn (n) maïs (n)
discovery (n) ontdekking (n) Pages 136–137
excavate (v) uitgraven (v) legend (n) legende (n)
hunting (n) jagen (n) magical (adj) magisch (adj)
precious (adj) kostbaar (adj) oxygen (n) zuurstof (n)
sacrifice (n) offeren (n) sum up (phr v) opsommen (phr v)
statue (n) standbeeld (n)
Page 139
Pages 132–133 attraction (n) attractie (n)
astronaut (n) astronaut (n) conservationist (n) milieubeschermer
businessman (n) zakenman (n) (n)
co-operate (v) meewerken (v) exist (v) bestaan (v)
decade (n) decennium (n) expose (v) blootstellen (v)
floating (adj) zwevend (adj) magnetic (adj) magnetisch (adj)
launch (v) lanceren (v) ruins (n) ruïnes (n)
leader (n) leider (n) run out (v) eindigen (v)
mission (n) missie (n) stall (n) kraam (n)
moon (n) maan (n)
nuclear (adj) nucleair (adj) Unit 12 NATURE
orbit (n) baan (n) Page 141
turn (v) draaien (v) hide (v) verbergen (v)
toad (n) pad (n)
Pages 134–135
academic (adj) academisch (adj) Pages 142–143
article (n) artikel (n) biodiversity (n) biodiversiteit (n)
awful (adj) verschrikkelijk coral reef (n) koraalrif (n)

14
cube (n) kubus (n) sponsorship (n) sponsoring (n)
cubic foot (adj) kubieke voet (adj)
ecosystem (n) ecosysteem (n)
frame (n) frame (n)
multi-coloured veelkleurig (adj)
(adj)
organism (n) organisme (n)
series (n) serie (n)

Pages 144–145
climate (n) klimaat (n)
current (n) stroom (n)
data (n) data (n)
destroy (v) vernietigen (v)
hurricane (n) orkaan (n)
lightning (n) bliksem (n)
probe (n) sonde (n)
snow storm (n) sneeuwstorm (n)
thunderstorm (n) donderstorm (n)

Pages 146–147
benefit (n) voordeel (n)
capital (n) hoofdstad (n)
coastline (n) kustlijn (n)
cover (v) bedekken (v)
dilemma (n) dilemma (n)
dramatically (adv) dramatisch (adv)
drill (v) boren (v)
iceberg (n) ijsberg (n)
import (n) import (n)
potential (n) potentieel (n)
sheet (n) kap (n)
shrink (v) krimpen (v)
utilise (v) gebruiken (v)

Pages 148–149
advertise (v) adverteren (v)
agreement (n) overeenkomst (n)
announce (v) aankondigen (v)
attract (v) aantrekken (v)
conservation (n) bescherming (n)
council (n) raad (n)
delighted (n) verheugd (n)
inform (v) informeren (v)
point (n) punt (n)
proud (adj) trots (adj)
species (n) soort (n)

15
16