You are on page 1of 3

C4

Hoofdstuk 1 – Verschillende datastructuren


Inleiding:

IC's: integrated circuits zijn blokjes waarin tienduizenden onderdelen zijn geïntegreerd. 1 1 of 0 is


een bit. 8 bits is 1 byte. De afkorting ASCII staat voor American Standard Code
for Information Interchange.

- Besturingstekens (0-31 en 127)


- Symbolen (32-47, 58-64, 91-96 en 123-126)
- De getallen 0 t/m 9 (48-57)
- De hoofdletters A t/m Z (65-90)
- De letters a t/m z (97-122)

Unicode biedt ruimte aan honderdduizenden


verschillende karaktertekens. Met dit aantal
kunnen alle geschreven talen worden vastgelegd
en ook alle wiskundige symbolen, emojies en
valutatekens. Een teken in ASCII bestaat uit 1 byte.
Tekens in Unicode bestaan uit 1 tot 4 bytes.
Hexadecimaal betekent zestientallig. Je rekent dus
niet met 10, maar met 16 'cijfers'. Dat zijn niet
alleen de cijfers 0 t/m 9, maar ook de letters A (10)
t/m F (15). Hexadecimale getallen worden gebruikt voor het
aangeven van kleuren in RGB-waarden, het weergeven van een MAC-
adres en voor het weergeven van een IPv6-adres.

Kleurmodelen:

Een digitale afbeelding bestaat uit pixels (komt van picture en


element). Met het RGB-model (Rood, groen, blauw) kan je elke kleur
maken. De kleuren hierin heten additive kleuren. We noter kleuren
altijd met (255, 255, 0) of #ffff00, dit zijn dat hexadecimale getallen.
Het CMY-model (Cyan, magenta, yellow) gebruik je om te printen.
Aangezien je niet perfect zwart kan maken, gebruiken we ook wel
het CMYK-model. Dit worden subtratieve kleuren genoemd. Welke
kleuren door een beeldscherm of printer weergegeven kunnen
worden, wordt vastgelegd in een kleurprofiel of ICC-profiel. Voor
een printer is dat profiel ook afhankelijk van de gebruikte
papiersoort.

Beeld en geluid:

Een afbeelding die is opgebouwd uit pixels noemen we


een bitmapafbeelding en hebben 2 nadelen:

1. Een bitmapafbeelding kost (veel) opslagruimte. Als je een foto maakt met de camera van je
smartphone, kan de afbeelding 5 tot 10 MB (of nog groter) zijn.
2. Als je een bitmap afbeelding gaat inzoomen, worden de losse pixels zichtbaar. Hierdoor is de
afbeelding niet scherp meer.
Je kunt ook op een andere manier een digitale afbeelding opbouwen. Dat doe je door niet de
waarden van de pixels op te slaan, maar de vormen waaruit de afbeelding is opgebouwd. Dit wordt
een vectorafbeelding genoemd. Hier kan je makkelijk wijzingen aanbrengen. Wel is een nadeel dat
het alleen maar in vormen te maken is.

Met een microfoon is het mogelijk om geluid, bijvoorbeeld muziek of een stem, op te nemen. De
microfoon zet de trilling in de lucht om in een elektrisch signaal. Een computer kan dit signaal
omzetten naar digitale waarden. Dit proces wordt samplen genoemd. Tijdens het samplen wordt er
op een vast moment, bijvoorbeeld 8.000 keer per seconde, gemeten wat de sterkte is van het geluid.
Dit kun je in een grafiek weergeven. Als dit opgeslagen geluid vervolgens wordt afgespeeld, worden
de gemeten waarden omgezet naar een elektrisch signaal dat opgebouwd is uit de gemeten
waarden. Er worden 8 tot 16 bits per sample genomen per kanaal. Het aantal samples per seconde
wordt de sample rate genoemd. De meeste muziek wordt opgenomen met een sample rate van
44.100 Hz (of 44,1 kHz).

Datacompressie:

Je hebt 2 soorten bestandcompressie: Lossy compression en Lossless compression. Bij lossy


compression wordt informatie uit het originele bestand aangepast en verwijderd. Het haalt als het
ware kleurtinten uit de afbeelding die het menselijk oog toch niet kan zien. Een veelgebruikte lossy
compression-methode is JPEG, oftewel JPG en GIF. Bij lossless compression wordt er geen informatie
verwijderd, maar op een efficiëntere manier opgeslagen. Voorbeelden hiervan zijn BMP en PNG. Als
je vier dezelfde pixels naast elkaar hebt, gaat het van (36, 36, 36, 36) naar (4, 36). Het kan altijd weer
worden omgezet naar het origineel, dit kan bij een lossy compression niet.

Een van de bekendste compressietechnieken voor muziek is MP3. Dit is een lossy compression-
methode. Er gaat dus informatie van de originele muziek verloren. Maar net als bij afbeeldingen kan
er heel wat van de muziek af, zonder dat wij dit horen. Tonen die hoger zijn dan 16kHz worden
weggelaten. Ook kan je de kbps (kilobits per second) verminderen.

Bytes:

Een gemiddelde foto van een smartphone heeft


vaak een afmeting van 4.000 bij 3.000 pixels, dus
12.000.000 pixels. Voor ieder van deze pixels zijn er
3 bytes nodig om de kleur te kunnen opslaan, dus
dat zijn 36.000.000 bytes. Soms wordt er per pixel
nog een 4e byte gebruikt om de helderheid van die
pixel op te slaan. Voor geheugenkaarten worden
andere waarden gebruikt.

Bestandsformaten:

Ieder bestant heeft een naam en een extensie (.docx). Hierdoor kun je zien wat voor bestand het is.
De assosatie is dat de computer weet hoe hij een bestand moet openen.

Tekst:
Formaat Omschrijving
txt Tekst zonder opmaak.
docx Een Word document, tekst met opmaak en afbeeldingen.
pdf Tekst met pagina-indeling en (gecomprimeerde) afbeeldingen.
 

Afbeeldingen:
Formaat Omschrijving
jpg Lossy compression, geen transparantie.
png Lossless compression, ondersteunt transparantie.
gif Lossy compression, ondersteunt (beperkt) transparantie. Heeft een beperkt kleurbereik.
bmp Lossless compression, geen transparantie.
psd Adobe Photoshop bestand. Bevat verschillende lagen van de afbeelding.
svg Vectorafbeelding.
 
 

Geluidsfragmenten:
Formaat Omschrijving
mp3 Lossy compression.
wav Muziekbestand zonder compressie.
flac Lossless compression.

You might also like