Professional Documents
Culture Documents
CANMEDS-ROLLEN
1. De zorgverlener
De belangrijkste rol die je hebt als verpleegkundige. Alle andere rollen – of
‘bekwaamheden’ – krijgen richting door deze rol. Als zorgverlener breng je in kaart
welke vragen en problemen je patiënt heeft. En wat hij of zij nog wel zelf kan.
Vervolgens zoek je uit welke verpleegkundige zorg daar het best bij past. Je richt het
verpleegkundig proces in en geeft daar vorm aan in samenwerking met andere
zorgprofessionals.
2. De communicator
In deze rol onderzoek je welke informatie je patiënt nodig heeft in zijn of haar
ziekteproces. In je communicatie houd je rekening met culturele achtergrond,
taalbeheersing, begripsniveau en draagkracht van je patiënt en diens naasten.
Oftewel: je “communiceert op maat”. Communiceren doe je niet alleen face-to-face,
maar ook online: je past technologische zorgondersteuning toe en biedt zorg op
afstand, bijvoorbeeld via e-health.
3. De samenwerkingspartner
Als verpleegkundige werk je nooit alleen. Je probeert de zorg altijd zo goed mogelijk
af te stemmen met je patiënt en diens naasten. En je werkt samen met andere
professionals uit de zorg en andere disciplines. Je zorgt ervoor dat alle partijen de
juiste informatie hebben, zodat de zorg optimaal kan worden uitgevoerd.
4. De reflectieve EBP-professional
In je werk als verpleegkundige is het van belang dat je altijd op zoek bent naar de
best beschikbare onderbouwing voor je handelen: Evidence-based Practice (EBP).
En die ook toepast in de praktijk. Daarnaast werk je mee aan onderzoek van
(verpleegkundig) specialisten en onderzoekers. Zo werk je continu aan de
ontwikkeling van je eigen deskundigheid én die van je collega’s. Je leert je leven
lang!
5. De gezondheidsbevorderaar
In de maatschappij verschuift de aandacht steeds meer van ‘zorg en ziekte’ naar
‘gedrag en gezondheid’. Als verpleegkundige ben je daarom meer en meer bezig met
het bevorderen van gezondheid in plaats van genezen. Je beïnvloedt de leefstijl en
het gezond gedrag van burgers en patiënten. En stelt daarbij altijd de wens van de
zorgvrager voorop.
6. De organisator
Als verpleegkundige kun je in uiteenlopende organisaties werken: grote
ziekenhuizen, kleinschalige teams of als zzp’er. Waar je ook werkt, je hebt altijd een
coördinerende rol. Je beslist over de zorg die je je patiënten verleent, zorgt voor een
goede patiëntveiligheid en geeft leiding bij veranderingen.
7. De professional en kwaliteitsbevorderaar
In je beroep als verpleegkundige zorg je er altijd voor dat de zorg die je verleent past
binnen de geldende wet- en regelgeving. Systematisch onderzoek jij of die zorg aan
alle kwaliteitseisen voldoet. En waar nodig verbeter je de zorg. Tot slot vind je het
een uitdaging om met mensen te werken. Je hebt aandacht voor ieder uniek individu.
Dranken
Groente en fruit
Smeer- en bereidingsvetten
Zuivel, noten, peulvruchten, vis, vlees en ei
Brood, graanproducten en aardappelen
Zo zegt de Schijf van Vijf:
Korte stappen van de groei van organen van een baby tijdens het eerste trimester:
Week 1 t/m 3: de zaadcel zwemt jouw eitje binnen, verliest zijn staart en smelt
samen met jouw eicel. Na 24 uur gaat het eitje zich continu delen. Na 5-7 dagen
bereikt deze kluwen van cellen je baarmoeder om zich in de baarmoederwand te
nestelen;
Week 4: bij je baby ontwikkelen zich de zogenaamde kiembladen waaruit later alle
organen zullen ontstaan;
Week 5: je baby is ongeveer 5 mm groot en lijkt op een boontje. Hierin wordt het
begin gemaakt met de aanleg van het hart en het centrale zenuwstelsel;
Week 6: de basis voor maag, darmen en longen wordt gelegd. Ook het hoofd, de
borstkas en de buikholte worden gevormd. Aan het einde van de week begint het
hartje te kloppen;
Week 7: handen en voeten zijn al vaag te herkennen en de aanleg van hersenen en
ruggenmerg is nu bijna klaar. Aan het einde van de week zijn alle organen
ontwikkeld;
Week 8: het hoofd heeft zijn definitieve vorm gekregen en ook de rest van het gezicht
begint ergens op te lijken;
Week 12: vanaf nu is je baby officieel een foetus, deze week krijgt hij nagels en een
reuk- en hoororgaan. En de darmen komen op hun plek in de buikholte.
Leerdoel 2: Risico factoren die invloed kunnen hebben op de gezondheid van het
ongeboren kind en de moeder
Alcohol, drugs, roken.
Waarom kan ik sommige producten beter niet eten of drinken tijdens de zwangerschap?
Als je zwanger bent heb je een verminderde weerstand. Daardoor kun je sneller een
voedselinfectie krijgen. De meeste voedselinfecties zijn alleen vervelend voor jezelf. Maar
besmetting met de bacterie listeria of de parasiet Toxoplasma gondii kan een miskraam of
vroeggeboorte veroorzaken. Toxoplasma gondii kan verder leiden tot ernstige schade aan
de ogen en hersenen van de baby.
De kans dat je besmet raakt is erg klein, maar de gevolgen kunnen dus ernstig zijn. In rauw
vlees en rauwe vis en kaas van rauwe melk kunnen deze ziekmakers zitten. Daarom kun je
die beter niet eten.
Verder kunnen schadelijke stoffen zoals alcohol en zware metalen zoals kwik in roofvissen
en gifstoffen in planten en kruiden in grote hoeveelheden gevaarlijk zijn voor de baby in de
buik.
Leerdoel 3:
Vrouwen in Panama vertellen niet hoe lang zij zwanger zijn. Zij geloven dat het vertellen van
deze informatie het risico op een lelijk kindje of complicaties tijdens de bevalling veroorzaakt.
Cubaanse vrouwen zullen uit argwaan en bijgeloof nooit hun buik laten aanraken door
iemand die zij niet kennen of vertrouwen.
3.Kan de ontwikkeling van een kind tot 5 jaar onderscheiden aan de hand van de
ontwikkelfasen van Erikson
Fase Leeftijd Levenstaak Deugd
Zuigelingen fase Geboorte tot 18 Vertrouwen versus Hoop
maanden fundamenteel
wantrouwen
Peuterleeftijd 18 maanden tot 3 jaar Autonomie versus Wil
schaamte en twijfel
Kleuterleeftijd 3 tot 5 jaar Initiatief versus Doelgerichtheid
schuldgevoel
Basisschoolleeftijd 6 tot 12 jaar Vlijt versus Competentie
minderwaardigheid
Adolescentie 12 tot 18 jaar Identiteit versus Trouw
identiteitsverwarring
Vroege volwassenheid 18 tot 35 jaar Intimiteit versus Liefde
isolement
Middelbare 35 tot 55 - 65 jaar Generativiteit versus Zorg
volwassenheid stagnatie
Late volwassenheid 55 - 65 tot de dood Ego-integriteit versus Wijsheid
wanhoop
4.beschrijft op hoofdlijnen de taalontwikkeling van een kind van nul tot en met vijf
jaar en relateert deze aan het gesprek met het kind.
0-6 maanden à reageren op taal en geluiden.
4-5 à brabbelen.
2-3 jaar à Zinsstructuren te beseffen. Woorden gebruiken die in de zin kloppen. Eerste
vervoegingen te maken.
5.Benoemt de rol van het consultatiebureau in de ontwikkeling van het kind en weet
wat de hielprik inhoudt
Consultatiebureau à Instelling waar je terecht kan voor preventieve gezondheidszorg.
Kinderen van 0-4 kunnen hier terecht voor vaccinaties, maar ook om te kijken of jou kindje
zich goed ontwikkeld.
De hielprik is een screeningstest voor baby’s. Dit betekent dat alle pasgeboren baby’s in
Nederland dit onderzoek krijgen aangeboden. De hielprik is vrijwillig en je bent dus niet
verplicht hieraan mee te werken. Toch is het voor de gezondheid van je baby aan te raden
om de test af te laten nemen. Met dit bloedonderzoek kan namelijk worden onderzocht of je
kindje een zeldzame erfelijke ziekte heeft.
Deze ziektes zijn niet te genezen, maar wel goed te behandelen. Als zo’n ziekte vroeg wordt
vastgesteld, kunnen artsen op tijd starten met de behandeling. Dit kan de schade en
gevolgen van zo’n aandoening zo klein mogelijk maken voor je baby.
Het bloed uit de hielprik wordt onderzocht op een schildklierziekte, bijnierziekte,
sikkelcelziekte, taaislijmziekte en een aantal stofwisselingsziektes. Het RIVM biedt
informatie over de ziektes die opgespoord kunnen worden met de hielprik.
De 3 hechtingsstijlen
angstig vermijdende hechting
angstig ambivalente hechting
gedesoriënteerde hechting
De band tussen ouder en kind. Voor een kind betekent dit dat hij troost en nabijheid vindt
bij zijn ouder, vooral als hij bang, gespannen of verdrietig is. Een veilige hechtingsrelatie is
van wezenlijk belang voor een gezonde ontwikkeling van een kind.
Bij de ouder:
• Veelvuldig insensitieve responsieve interactie met het kind
• Mishandeling of verwaarlozing door de ouder
• Opvoedingsonzekerheid
• Psychische problemen
• Verslavingsproblematiek
• Langdurige ziekenhuisopname van de ouder
In de gezins- en leefomstandigheden:
• Gescheiden ouders
• Veel wisselende opvoeders
• Relatieproblemen tussen ouders
• Armoede
• Gebrek aan regelmaat en structuur in het gezin
60%.
- Wat veroorzaakt het hebben van weinig geld? Hoe beïnvloed dit de hechting?
Ouders hebben meer stress. Ze hebben niet veel te besteden en moeten als maar bezig
zijn met opletten wat ze uitgeven.
Een verslaafde ouder kan al niet voor zichzelf zorgen, laat staan voor een goede
opvoeding van het kind. Je ziet dat het kind dan de rol van de ouder op zich neemt met de
bijbehorende taken en verantwoordelijkheden, in plaats van dat ze zich richten op hun
eigen jeugdige leven (parentificatie).
- Welke verschillen zijn er tussen bevolkingsgroepen als het gaat om die risicofactoren?
- Wat zijn vangnetten met betrekking tot de verwaarlozing van een kind?
De anamnese is een gegevensverzameling die het best kan worden gemaakt aan de hand
van een structuur of classificatiemodel, zoals het model van M. Gordon. De elf patronen van
Gordon geven een breed inzicht in het functioneren van de persoon. Aan de hand van deze
gezondheidspatronen in de anamnese kan het verpleegkundig proces voortgezet worden
met een diagnosestelling.
Erik Erikson:
Lev Vygotski:
- Sociale omgeving
- Uitdaging/ nieuwe leerstof/ onderwijs
- Ontdekken
- Samenspel, biologische en culturele mogelijkheden en uitdagingen
Symptomen volwassenen:
Snel afgeleid zijn
Vermijden van drukke situaties (grote groepen mensen, feestjes, drukke
kantoorruimtes)
Meer behoefte aan slaap
Heel precies zijn in het denken wat soms kan leiden tot dwangmatig gedrag
Moeite met het laten zien van gevoelens
Onzekerheid
Symptomen bij kinderen
Het kind is vaak dromerig en afwezig;
Heeft moeite met concentreren en opletten;
Lijkt niet altijd te luisteren, informatie wordt vertraagd verwerkt;
Speelt vaak alleen, heeft behoefte aan rust;
-gameverslaving
Een gameverslaving is een aandoening
Dwangmatige behoefte
Alsmaar door blijven spelen
Negatieve gevolgen voor de gezondheid en het sociale leven van dien.
Rusteloos gevoel
Negatieve gebeurtenissen
Pesten
Scheiding
Ongelukkig
Vluchtgedrag
Depressie
Eenzaamheid
Drugsverslaving
Zingeving: Veel game verslaafde zien de zin van het leven minder in.
Dagelijks functioneren:
Het dagelijks functioneren is niet meer goed mogelijk, omdat de balans tussen
alles naast het gamen verstoord is. Iemand kan goed een week niet douchen
Kwaliteit van leven: Als al deze andere vlakken negatief beïnvloed worden, z
al de kwaliteit van leven vanzelf ook minder zijn.
-pesten:
Definitie: gedrag waarbij iemand herhaald en gedurende langere tijd door
anderen bejegend wordt op manieren die leiden tot fysieke verwonding en of
psychisch lijden.
Gevolgen: je kunt het gevoel hebben dat je alles fout doet/ alleen en
verdrietig/ gaat niet goed op school/ bang voor nieuwe vrienden te maken/
slaapt slecht/ gaat geloven wat de pesters zeggen.
Incidentie en/of prevalentie: prevalentie gepest worden: 4,2 en anderen
pesten: 3,4.
Relatie dimensies positieve gezondheid:
Lichaamsfuncties: medische waarnemingen
Mentale functies en beleving: cognitief functioneren/ emotionele toestand
Spiritueel dimensie: zingeving/ doelen nastreven
Kwaliteit van leven: welbevinden/ geluk beleven/ lekker in je veld zitten
Sociaal maatschappelijke participatie: betekenisvolle relaties
Dagelijks functioneren: ADL
-overgewicht:
Betekenis: te veel overtollig vet, meer kans op gezondheidsrisico’s
13% van de jeugd heeft overgewicht
Redenen: te grote porties, te veel snoepen, suikerhoudende dranken, minder
bewegen
Gezondheidsrisico’s: diabetes type 2/ hoge bloeddruk, hart- en vaat ziekten,
verhoogde kans op kanker, bij ouderen: minder mobiliteit
Lichaamsfuncties: ik voel me fit
Mentaal welbevinden: ik voel me vrolijk
Dagelijks functioneren: ik kan goed voor mezelf zorgen
-kindermishandeling
Vormen van mishandeling: lichamelijke mishandeling/ emotionele of
geestelijke mishandeling/ lichamelijke verwaarlozing/ seksueel misbruik
Definitie: kindermishandeling is elke vorm van mishandeling die voor een
kind bedreig
Oorzaken: problemen en persoonlijkheid van ouder, nare jeugdervaring,
gebrek aan pedagogisch besef, kenmerken die kinderen extra kwetsbaar
maken
onveilige hechting: geen respect ontstaan voor ouder en kind
gevolgen korte termijn: fysieke letsel/ ontwikkelingsstoornissen/ verstoord
sociaal functioneren
gevolgen volwassen leven: verstoord sociaal functioneren/
posttraumatische stres stoornis/ dissociatieve stoornis/ verslaving/
zelfverwonding/ zelfmoord
incidentie en/of prevalentie: 3% van alle kinderen in nederland, dit is de
ondergrens want het kan vaak voorkomen dat er velen gevallen niet gemeld
worden.
Risico en leefsrijlfacoren
Naast de problemen met de aandacht wordt er bij ADD ook een stoornis
verondersteld in de regelfuncties (executieve functies) van de hersenen. Deze
worden gebruikt om de informatieverwerking te coördineren en organiseren. Ze zijn
belangrijk voor het realiseren van doelgericht en aangepast gedrag. ADD is in feite
een stoornis in de functies van aandacht, concentratie en gedragsuitvoering. ADD is
wel eens lastig, maar als je er rekening mee houdt en handvatten inzet kun je er heel
gelukkig bij/mee worden. Maar als je dat pakket van handvatten achterwege laat,
kun je ook heel ongelukkig worden, depressief zelf.
Bij het hebben van overzicht, het gevoel hebben grip te hebben op je situatie,
schuurt het dan.Je gevoel van onzekerheid kan toenemen en tezamen leidt het
misschien tot stemmingsproblemen. Problemen, want je acties, je voornemens
lukken maar niet en je zelfbeeld daalt.
Ziekte Bof
Viraal/ bacterieel viraal
Inhoud ziekte De bof (parotitis epidemica) wordt
veroorzaakt door het bofvirus. Het is
een besmettelijke ziekte, die
gekenmerkt wordt door een ontsteking
van de speekselklier bij het oor.
Rijksvaccinatieprogramma ja/nee? Ja
Voorkomen van besmetting Er is een inenting om de ziekte te
voorkomen. Deze inenting is
opgenomen in
het Rijksvaccinatieprogramma.
Kinderen krijgen 2 keer een BMR bof,
mazelen,rodehond -inenting (inenting
tegen bof, mazelen en rodehond). Ze
krijgen er 1 als ze 14 maanden oud zijn
en 1 als ze 9 jaar oud zijn.
Via
het Rijksvaccinatieprogramma krijgen
zuigelingen drie keer een vaccinatie. Op
4-jarige leeftijd is er nogmaals een
inenting. De inenting
tegen kinkhoest wordt samen gegeven
met een vaccinatie tegen difterie,
tetanus en polio. Er bestaat geen
los kinkhoestvaccin.
Lesaantekeningen:
Ziekte Zesde ziekte
Viraal/ bacterieel viraal
Inhoud ziekte De zesde ziekte is een besmettelijke
infectieziekte die wordt veroorzaakt door
een virus. Bij de zesde ziekte ontstaan
vlekjes en bultjes, met name in het
gezicht en op de romp. Voornamelijk
kinderen krijgen de zesde ziekte.
Rijksvaccinatieprogramma ja/nee? nee
Voorkomen van besmetting Zelfde manier voorkomen als roodvonk.
o bof =
De bof wordt veroorzaakt door het bofvirus. Het wordt overgedragen door besmette
druppeltjes vocht die bofpatiënten uitademen, niezen of hoesten.
o mazelen = Mazelen is één van de meest besmettelijke ziekten die er bestaan en
wordt veroorzaakt door het mazelenvirus. Het virus is van mens op mens
overdraagbaar.
o rode hond =
Rode hond wordt door een virus (het rubellavirus) veroorzaakt
Het wordt overgedragen door besmette druppeltjes vocht die rodehond patiënten
uitademen, niezen of hoesten. Rodehond kan zeer ernstige, aangeboren afwijkingen
veroorzaken.
o kinkhoest =
Kinkhoest is een infectie van de luchtwegen die veroorzaakt wordt door een bacterie.
De bacterie maakt een gifstof aan, waardoor hoestbuien ontstaan. Deze hoestbuien
kunnen 3-4 maanden duren. Kinkhoest wordt daarom ook wel de ‘100-dagenhoest’
genoemd. De tijd tussen besmetting en de eerste verschijnselen is meestal 7-10
dagen.
o vijfde ziekte =
Vijfde ziekte, ook wel erythema infectiosum genoemd, is een besmettelijke
vlekjesziekte die wordt veroorzaakt door het parvovirus B19. Een deel van de
infecties verloopt zonder ziekteverschijnselen. De tijd tussen besmetting en de
eerste ziekteverschijnselen varieert van 1 tot 3 weken.
o waterpokken =
Waterpokken wordt veroorzaakt door een virus. De tijd tussen besmetting en de
eerste klachten is meestal 13-18 dagen. Na het doormaken van waterpokken blijft
het virus in het lichaam achter, zonder actief te zijn. Als het virus later in het leven
weer actief wordt (reactivatie), kan het gordelroos veroorzaken.
o de zesde ziekte =
De zesde ziekte is een besmettelijke infectieziekte die wordt veroorzaakt door een
virus. Bij de zesde ziekte ontstaan vlekjes en bultjes, met name in het gezicht en op
de romp. Voornamelijk kinderen krijgen de zesde ziekt
Leerdoel 5 : Beschrijft aan de hand van observatie de kenmerken van
kinderen tussen zes en twaalf jaar
In de adolescentie ben je het meest bezig met 2 en 3 van de piramide van maslow
- Samenvatting van de piramide, erikson en de positieve gezondheid centrale van deze les
Bij de piramide van Maslow is het zo dat de stap naar een volgende fase pas gezet kan
worden wanneer de eerdere fase is voldaan. Bij Erikson is het zo dat wanneer het conflict
van de ene fase nog niet is opgelost, iemand niet zomaar over kan gaan naar de andere fase.
- Dit betekent voor jou als VPK’er dat je rekening moet houden dat hun behoeftes anders
liggen dan hun gezondheid, je kan voorlichting geven aan de pubers en aantonen dat je
begrijpt in wat voor schuitje ze zitten.
kwaliteit van leven: kwaliteit van leven/welbevinden, geluk beleven, genieten, ervaren gezondheid,
lekker in je vel zitten, levenslust, balans
sociaal maatschappelijke participatie: sociale en communicatieve vaardigheden, betekenisvolle
relaties, sociale contacten, geaccepteerd worden, maatschappelijke betrokkenheid, betekenisvol
werk
Les 5c – De adolescent
Leerdoel 1: Benoemt welke problemen er kunnen ontstaan rondom de
jongere in de adolescentiefase.
https://verkenjegeest.com/de-vijf-meest-voorkomende-problemen-tijdens-de-
adolescentie/
ADHD
Angst
Autisme
Depressie
Gedragsproblemen
Gezinnen met meervoudige en complexe problemen
Hechting en hechtingsproblemen
Kindermishandeling
KOPP-kinderen
Middelengebruik
Onderwijsachterstanden
Pesten
Scheiding
Schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten
Wat is een angststoornis? Angst voel je bij dreigend gevaar. Dat is nuttig:
de adrenaline die door angst vrijkomt zorgt dat
je kunt vechten of vluchten. Maar sommige
mensen zijn angstig zonder echt gevaar. Dit
heet een angststoornis als je hierdoor niet meer
goed functioneert in het dagelijks leven. Van
alle Nederlanders heeft bijna 20% ooit last
(gehad) van zo’n stoornis.
Wat zijn de klachten die horen bij Wat veel angststoornissen met elkaar gemeen
angststoornissen? hebben, zijn o.a. de volgende symptomen:
Hartkloppingen;
Droge mond;
Beklemd gevoel;
Nerveuze spanning;
Prikkelbaarheid;
Rusteloosheid;
Verhoogde spierspanning;
Slaap- en concentratieproblemen.
https://mentaalbeter.nl/angststoornis/
behandeling/
Wat is de preventie/behandeling? De eerste stap die gezet kan worden is het
maken van een afspraak bij de huisarts. Als
deze denkt dat er psychische hulp nodig is, dan
kan er worden doorverwezen naar een
psycholoog. Een psycholoog kan vervolgens
bepalen of je te maken hebt met een
angststoornis.
https://www.depressievereniging.nl/
depressie/soorten-depressie/
Wat is een postnatale depressie? Postnatale depressie (postpartum depressie) is
een maandenlang somber, prikkelbaar, angstig
en neerslachtig gevoel dat bij de moeder
ontstaat na de geboorte van de baby. Dit kan
voorkomen ongeacht of je je op de komst van
de baby had verheugd. Een postnatale
depressie begint over het algemeen niet direct
na de bevalling, maar pas na enkele
weken/maanden.
https://www.24baby.nl/baby/gezondheid-
mama/postnatale-depressie/
Hoe kan je dit behandelen? De eerste stap is toegeven en accepteren dat er
iets aan de hand is. Neem je gevoelens,
klachten en symptomen serieus. Accepteer dat
je je op dit moment niet voelt zoals je zou
willen.
Het is belangrijk dat je met iemand praat bij wie
je je op je gemak voelt. Iemand die jou goed
kent en die om je geeft. Dat kan je zus, broer,
vader of moeder zijn. Maar ook een goede
vriendin of een collega. Soms zijn problemen
gemakkelijker te bespreken met iemand die je
minder goed kent. Denk aan een sportmaatje of
een bedrijfsarts. Een anoniem gesprek met een
hulpverlener of vrijwilliger (zie hieronder) kan
natuurlijk ook altijd.
https://www.mentaalvitaal.nl/psychische-
aandoening/postnatale-depressie
Symptomen van depressie na zwangerschap? Je kunt last krijgen van de volgende
symptomen:
Stemmingswisselingen
Verlies van eetlust
Slapeloosheid
Intense prikkelbaarheid en woede
Vermoeidheid
Hechtingsproblemen met de baby
Gebrek aan levensvreugde
Wat voor soort programma kan er het beste Nadat de diagnose is gesteld, of wanneer in elk
toegepast worden om depressies bij jongeren geval duidelijk is of er sprake is van een
te voorkomen? stemmingsstoornis, stelt de behandelaar in
overleg met het kind en de ouders eenc mb
behandelplan op. Het verloop van dit plan is
afhankelijk van de ernst van de depressie. Het
kan bestaan uit psycho-educatie,
psychotherapie en soms worden er medicijnen
ingezet, met name antidepressiva.
https://www.kenniscentrum-kjp.nl/scholen/
depressie/
Waarom blijven jongeren vaak langer thuis Thuis krijgen de jongeren een veilig gevoel,
wonen? jongeren willen graag dit veilige gevoel
waarborgen en dat kan dus door middel van
langer thuis blijf wonen.
Wat is een dysthyme depressie? Een lichtere vorm van een chronische depressie
is de dysthyme stoornis of dysthymie. Zowel
dysthymie als de chronische depressie is een
persisterende depressieve stoornis.
Persisterend, omdat beide soorten minstens
twee jaar duren. Bij een dysthyme stoornis kan
degene die eraan lijdt, redelijk functioneren in
het dagelijkse leven. De klachten zijn meestal
niet al te ernstig en lang niet alle symptomen
van depressie zijn van toepassing. Wel brengt
deze aandoening vaak langdurige somberheid
met zich mee, die vrijwel de hele dag voelbaar
is.
https://www.depressievereniging.nl/
depressie/soorten-depressie/
Hoe behandel je een dysthyme depressie, De behandeling van een dysthyme depressie is
hetzelfde als een normale depressie? meer en deels hetzelfde als de behandeling van
een normale depressie. Een dysthyme
depressie is alleen langer aanwezig als een
normale depressie waardoor de effecten van de
behandeling van een dysthyme depressie pas
later te zien zijn, de behandeling duurt dus
langer.
3) Uitscheidingspatroon
Dit patroon omvat de uitscheidingsfunctie van darmen, blaas en huid. Inbegrepen
zijn de subjectief beleefde regelmaat van de uitscheiding, eventueel gebruik van
laxantia of andere middelen om de ontlasting op te wekken en eventuele
veranderingen of problemen wat tijd, wijze, kwaliteit en/of kwantiteit van uitscheiding
betreft. Ook eventuele hulpmiddelen (catheter, plaswekker, stoma-artikelen) vallen
onder het uitscheidingspatroon.
4) Activiteitenpatroon
Het activiteitenpatroon omvat het geheel van lichaamsbeweging, activiteiten,
ontspanning, recreatie en vrijetijdsbesteding. Hieronder vallen alle ADL-activiteiten
zoals wassen, kleden, koken, boodschappen doen, eten, werken en het huishouden.
Ook de soort, kwaliteit en kwantiteit van lichaamsbeweging en regelmatig beoefende
sport horen tot dit patroon. Daarnaast zijn inbegrepen factoren die een belemmering
vormen voor het gewenste of verwachte individuele patroon, zoals neuromusculaire
functiestoornissen, benauwdheid, pijn op de borst of spierkrampen bij inspanning.
Tot slot maken de vrijetijdsbesteding en alle recreatieve activiteiten die de patiënt
alleen of met anderen onderneemt, deel uit van dit patroon. De nadruk ligt op
activiteiten die van groot belang zijn voor de patiënt.
5) Slaap/rustpatroon
Dit patroon omvat het patroon van perioden van slaap, rust en ontspanning verspreid
over het etmaal. Hierbij horen ook de subjectieve beleving van de kwaliteit en kwan-
titeit van slaap en rust en de hoeveelheid energie, en eventuele hulpmiddelen zoals
slaappillen of bepaalde gewoontes voor het slapengaan.
6) Cognitiepatroon
Het cognitiepatroon omvat alle cognitieve functies. Tot de cognitieve functies
behoren waarnemen, informatie verwerken, leren, denken en problemen oplossen.
Ook zijn adequaatheid van zien, horen, proeven, voelen, ruiken en eventuele com-
pensatiemechanismen of prothesen relevant. De pijnzin en omgang met pijn vallen
onder dit patroon, en het taalvermogen, geheugen, oordeelsvermogen en de
besluitvorming.
7) Zelfbelevingspatroon
Het zelfbelevingspatroon betreft de wijze waarop iemand zichzelf ziet. Ideeën over
de eigen persoon, de beleving van de eigen vaardigheden (cognitief, affectief of
lichamelijk), het zelfbeeld, de identiteit, het gevoel van eigenwaarde en het algehele
patroon van emoties. Lichaamshouding, motoriek, oogcontact, stem en spraak
maken deel uit van dit patroon.
8) Rollen/relatiespatroon
Dit patroon omvat de belangrijkste rollen en verantwoordelijkheden van de patiënt in
zijn huidige levenssituatie en zijn familie-, gezins-, werk- en sociale relaties met de
bijbehorende verantwoordelijkheden. Ook de subjectieve beleving van de rollen en
relaties, de tevredenheid van de patiënt ermee en eventuele verstoringen horen tot
het patroon.
9) Seksualiteit/voortplantingspatroon
Het seksualiteit/voortplantingspatroon omvat de seksuele relaties,
seksualiteitsbeleving en het voortplantingspatroon, en de mate van (on)tevredenheid
hiermee en eventuele subjectief ervaren problemen. Bij de vrouw zijn ook de
vruchtbaarheid, maturiteitsfase (premenopauze, overgang, postmenopauze) en
eventuele subjectief ervaren problemen van belang.
10) Stressverwerkingspatroon
Het stressverwerkingspatroon omvat de wijze waarop iemand in het algemeen met
problemen en stress omspringt. Inbegrepen zijn de reserve, de draagkracht of het
vermogen om persoonlijke crises te doorstaan, coping-mechanismen, steun van
familie of anderen en het subjectief ervaren vermogen om macht over de situatie uit
te oefenen.
11) Waarden/overtuigingenpatroon
Dit patroon omvat de waarden, normen, doelstellingen en overtuigingen waarop
iemand zijn keuzes en beslissingen baseert. Inbegrepen zijn wat iemand belangrijk
acht in het leven, en eventuele subjectief ervaren conflicten tussen bepaalde
waarden, overtuigingen of verwachtingen ten aanzien van de gezondheid.
https://verpleegkunde.net/gordon.html
Door verschillende vragen te stellen in de anamnese bij de vragen van Gordon, kun je achter de
Dus wanneer je kijkt naar de vragen van Gordon en je gaat bijv. de volgende vragen stellen:
- hoe is uw slaapritme?
Wanneer je deze vragen stelt krijg je een heel duidelijk beeld bij de lichaamsfuncties en dan
specifieke medische feiten en waarnemingen en klachten en pijn enz.
Dus wanneer je met behulp van de gezondheidspatronen van Gordon gaat vragen krijg je een goed
beeld over de punten van de positieve gezondheidszorg
Kaderwet: kaders die de overheid maakt, dit moeten jullie, algemene wetten, het
raamwerk. De zorginstellingen mogen zelf weten hoe ze dat invullen.
Kwaliteitswet: verantwoorde zorg bieden en de kwaliteit van de zorg systematisch
te bewaken, beheersen en verbeteren.
Welke rechten en plichten staan in de wgbo beschreven in het kader van dwang?
Artikel 446-468
De Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst (WGBO) regelt de rechten en plichten
van de patiënt. Zo staat in deze wet dat patiënten recht hebben op informatie en dat zij
toestemming moeten geven voor een behandeling. Ook regelt de WGBO de privacy van de
patiënt, het recht op een second opinion, het inzagerecht van patiënten in hun eigen
medisch dossier en de vertegenwoordiging van patiënten als zij niet zelf kunnen beslissen.
Daarnaast verplicht de WGBO-zorgverleners om een medisch dossier bij te houden.
- Mag een patiënt een behandeling terugtrekken wanneer hij al toestemming heeft
gegeven?
Ja, als patiënt mag je zelf bepalen als je het stop wilt zetten. Het verschil tussen patiënten
ten aanzien van keuzevrijheid is dwang.
· WGBO is wat je standaard met iemand aangaat als je een zorgrelatie aangaat. Is de
basis van de zorg.
· Wet Zorg en dwang onvrijwillige zorg voor mensen met een verstandelijke
beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie).
Hierbij wordt vastgesteld of iemand wils(on)bekwaam is.
Wilsbekwaam: het individuele vermogen van een persoon in staat te zijn zelfstandig
beslissingen te nemen en de gevolgen van deze beslissing te kunnen overzien. Iedereen is
wilsbekwaam, mits je een gevaar voor jezelf of je omgeving vormt. Deze uitspraak wordt
afgegeven door een psychiater.
Wilsonbekwaam: Situatie waarbij men niet in staat is zelf te beslissen of men toestemming
wil geven voor het uitvoeren van een zorgbehandeling.
Voorbeelden van mensen die sneller wilsonbekwaam zijn: verslaafden die erg afhankelijk
zijn, mensen met psychoses, mensen die manisch depressief zijn, dementen.
Kinderen zijn wel wilsbekwaam omdat ze goed geestelijk functioneren, maar zijn door de
leeftijd nog niet in staat om goed inzicht te hebben in oorzaak en gevolg van een medische
behandeling.
Op grond van de wgbo wordt deze contractsvrijheid door de arts beperkt. Deze wet kent de
patiënt onvervreemdbare rechten toe, dat wil zeggen: rechten die altijd gelden. Afwijkende
afspraken zijn alleen rechtsgeldig als die in het voordeel van de patiënt zijn. Voorts kent de
wgbo de patiënt rechten toe, die de arts niet heeft. Zo kan een arts niet zomaar een
behandelingsovereenkomst beëindigen, terwijl een patiënt dat wel mag.
Ouderen en kwetsbaarheid
Ontstaat door: eenzaamheid, ziekte, overlijden van partner, vallen
Vier gebieden waarop ouderen kwetsbaar kunnen zijn:
1. Fysieke (belemmeringen in hun fysieke functioneren door bijvoorbeeld
gewichtsverlies, evenwichtsproblemen, vermoeidheid);
2. Cognitieve (belemmeringen in cognitie zoals geheugen en flexibiliteit);
3. Sociale (belemmeringen door eenzaamheid of verlies van sociale steun);
4. Psychische kwetsbaarheid (belemmeringen door psychische aandoeningen zoals
een depressie)
Screeningmethoden:
- Wanneer je besmet bent met deze bacterie, bevindt deze zich in je neus, keel of
bilnaad.
- Besmettingswegen: mrsa is geen erogene weg om besmet te raken. Dus niet via de
lucht. Iedereen kan drager zijn, maar daar hoef je dus geen last van te hebben.
- Ziekenhuis is erg kwetsbaar. Vragen die worden gesteld bij triage: bent u langer dan
24 uur opgenomen in een buitenlands ziekenhuis? Komt u dagelijks in aanraking met
runderen, kalveren, varkens, vleeskuikens?
(Corona is bijv erogeen > verspreid zich dmv klein microscopische druppeltjes in de lucht. )
Uitleg prikaccidenten:
Landelijke richtlijn prikaccidenten
Bij een prik- of snijaccident komt bloed (of een andere lichaamsvloeistof) van de ene
persoon via een scherp voorwerp, bijvoorbeeld een injectienaald of scalpel, in het lichaam
van een ander. Bij een spataccident betreft het bloed dat op slijmvliezen of niet-intacte huid
terechtkomt. Bij een bijtaccident ten slotte komt bloed op mondslijmvlies of speeksel in een
open wond. Via prik-, bijt-, snij- en spataccidenten kunnen hepatitis B-virus (HBV hepatitis B
virus ), hepatitis C-virus (HCV hepatitis C virus ) en Humaan Immunodeficiëntie Virus (hiv
humaan immunodeficientievirus ) worden overgedragen. In het vervolg worden prik-, bijt-
snij- en spataccidenten samengevat als prikaccidenten.
Ouderen zijn alleen en komen niet meer buiten. Isoleren zich. Kunnen niet veel meer en naaste
overlijdt plotseling.
Eenzaamheid is een gevoel. Een gevoel van verlorenheid, geen idee hebben waarom je überhaupt
uit bed zou moeten komen. Ouderdom brengt vaak een verlies van waardevolle relaties met zich
mee, een belangrijke oorzaak van eenzaamheid
Signalen:
· verslechterde zelfzorg.
· vermoeidheid.
· hoofdpijn.
· verhoogde spierspanning.
· gebrek aan eetlust
2. Benoemt preventieve maatregelen tegen hart en vaatziekten en maakt een onderscheid
tussen primaire-, secundaire- en tertiaire preventie.
Bij secundaire preventie: worden maatregelen getroffen om te voorkomen dat er opnieuw een
aanval optreedt bij patiënten die reeds een hart- of vaatziekte hebben doorgemaakt . Mensen
met atherosclerose krijgen daarom vaak standaard een aantal medicijnen, zoals bloeddruk- of
cholesterolverlagers, om verdere aderverkalking en complicaties daarvan tegen te gaan.
Bij tertiaire preventie: wil je complicaties voorkomen en je wilt voorkomen dat de ziekten of
afwijkingen verergeren. Natrium-arm dieet, stoppen met roken en minder vet eten bijv
Wanneer je eenzaam bent, ga je minder snel naar buiten en wil je proberen het eenzame gevoel te
verdringen. Je kunt hierdoor een ongezonde leefstijl ontwikkelen. Denk hierbij aan slecht, vet eten,
alcohol, roken, niet bewegen enz.
2) Kwaliteit van leven is het functioneren van een persoon op fysiek, psychisch en
sociaal gebied en de subjectieve evaluatie daarvan.
Kwaliteit van zorg
Werken aan kwaliteit in de zorg betekent met cliënten, familie en met andere
zorgprofessionals in gesprek gaan over wat goede zorg inhoudt. Want cijfers alleen
zeggen niet zo veel. Het kwaliteitskader stimuleert organisaties en medewerkers
slimme oplossingen te bedenken voor betere werkprocessen en meer kwaliteit.
Leren van elkaar. Werken aan veilige zorg met respect voor ieders waarden, wensen
en behoeften.
De zorg moet effectief, veilig en op tijd zijn. Er zijn verschillende meet instrumenten
waarmee zorginstellingen hun kwaliteit in kaart brengen. Bijvoorbeeld vragenlijsten
die onder cliënten en hun naasten worden afgenomen. Kwaliteit van zorg ontstaat
pas als u steeds terugkijkt of u het goede hebt gedaan, daarvan leert en vervolgens
verbeteracties onderneemt. Ook goed bestuur van zorginstellingen draagt dus bij
aan de kwaliteit van zorg.
3.Relateert spiritualiteit of levensovertuigingen aan de kwaliteit van leven.
Een levensovertuiging hebben kan veel betekenen aan je kwaliteit van leven.
Het niet mogen verlenen van bloed transfusies ,geen vaccinatie bij kinderen zorgt
voor een hogere kans om ziek te worden.
4.Signaleert factoren die de kwaliteit van leven in de weg staan in de zorgverlening
(remmende factoren vanuit de zorgverlening).
Wetgeving:
Stelling: De wet WGBO verplicht zorgverleners om een medisch dossier bij te houden
én regelt de privacy van de patiënt.
De Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst (WGBO) regelt de rechten en plichten
van de patiënt. Zo staat in deze wet dat patiënten recht hebben op informatie en dat zij
toestemming moeten geven voor een behandeling. Ook regelt de WGBO de privacy van de
patiënt, het recht op een second opinion, het inzagerecht van patiënten in hun eigen
medisch dossier en de vertegenwoordiging van patiënten als zij niet zelf kunnen beslissen.
Daarnaast verplicht de WGBO zorgverleners om een medisch dossier bij te houden.
Les 8C
Euthanasie en de wet= Bij euthanasie dient een arts dodelijke medicijnen toe aan
een patiënt om een eind te maken aan ondraaglijk en uitzichtloos lijden. Ook hulp bij
zelfdoding door eer arts valt voor de wet onder euthanasie. De patiënt neemt dan
zelf dodelijke …..
Euthanasie kan alleen mogelijk op verzoek van de patiënt= Euthanasie kan
alleen plaatsvinden op verzoek van de patiënt. Een patiënt kan dit vastleggen in een
wilsverklaring. In zo’n verklaring kan de patiënt vastleggen onder welke
omstandigheden hij zou willen dat de arts euthanasie uitvoert. Euthanasie kan ook
plaatsvinden op verzoek van een minderjarige patiënt (vanaf 12 jaar). Dit komt in de
praktijk zelden voor.
Arts niet verplicht om mee te werken aan euthanasie= Een arts is niet verplicht
om euthanasie uit te voeren. Ook niet als een patiënt een wilsverklaring heeft
opgesteld. Levensbeëindiging op verzoek is geen plicht van de arts en geen recht
van de patiënt. Soms gaat de wens uit de wilsverklaring bijvoorbeeld in tegen de
regels van de beroepsgroep. Als een arts de euthanasie niet wil uitvoeren, moet hij
dit altijd met de patiënt bespreken. Tijdens het gesprek moet de arts benoemen wat
de mogelijkheden voor de patiënt zijn. Misschien kan hij de patiënt palliatieve zorg
geven of doorverwijzen naar een andere arts.
Zorgvuldigheidseisen euthanasiewet= In de euthanasiewet staat dat een arts mag
meewerken aan levensbeëindiging of hulp bij zelfdoding. Hij moet dan wel de
zorgvuldigheidseisen uit de wet naleven. De wet beschrijft ook hoe de handeling van
de arts gemeld en beoordeeld moeten worden.
Arts niet verplicht om mee te werken aan euthanasie= Euthanasie en hulp bij
zelfdoding zijn alleen legaal als is voldaan aan alle 6 zorgvuldigheidseisen in de
euthanasiewet:
De arts is ervan overtuig dat het verzoek van de patiënt om euthanasie
vrijwillig en weloverwogen was.
Er is sprake van uitzichtloos en ondraaglijk lijden van de patiënt.
De arts heeft de patiënt geïnformeerd over zijn situatie en zijn vooruitzichten.
De arts en de patiënt zijn tot de conclusie gekomen dat er geen redelijke
andere oplossing was.
De arts heeft tenminste 1 andere, onafhankelijke arts geraadpleegd, die de
patiënt heeft gezien. Deze arts heeft schriftelijk zijn oordeel gegeven over de
situatie, op basis van de zorgvuldigheidseisen.
De arts heeft de levensbeëindiging of hulp bij zelfdoding, medisch zorgvuldig
uitgevoerd.
Artsen melden euthanasie= een arts die euthanasie heeft uitgevoerd, moet dit altijd
direct melden bij de gemeentelijke lijkschouwer. De meldingsprocedure bij
euthanasie staat beschreven op de website van de regionale toetsingscommissie.
Richtlijn voor euthanasie bij een verlaagd bewustzijn=
Soms raakt een patiënt vlak voor de geplande uitvoering van euthanasie in
een staat van verlaagd bewustzijn. Artsen kunnen in dit geval gebruikmaken
van de richtlijn euthanasie bij verlaagd bewustzijn van artsenorganisatie
KNMG.
Commissie toetst zorgvuldigheid van handelen arts.
Regionale toetsingscommissies beoordelen artsen die euthanasie uitvoeren.
Zij controleren of artsen zich hebben gehouden aan de wettelijke
zorgvuldigheidseisen. In de commissies zitten in elk geval aan een arts, een
ethicus en een jurist.
Jaarlijks brengen de commissies een verslag uit. Hierin geven zijn een
overzicht van, het aantal gemelde gevallen van levensbeëindiging op verzoek
en hulp bij zelfdoding; de aard van de gevallen; een selectie van de oordelen
en de afwegingen die artsen hebben gemaakt.
De regionale toetsingscommissies publiceren hun oordelen over gemelde
euthanasiegevallen op hun website.
Strafmaat bij overtreden euthanasiewet= Als een arts zich niet houdt aan de wet,
kan het Openbaar Ministerie (OM) hem vervolgen. De straf die hij kan krijgen
verschilt. Euthanasie kan leiden tot een gevangenisstraf van maximaal 12 jaar. Hulp
bij zelfdoding kan leiden tot een gevangenisstraf van maximaal 3 jaar.
Palliatieve sedatie= Bij palliatieve sedatie houdt een arts een terminale patiënt tot
zijn dood in slaap met medicijnen om zijn lijden te verlichten. Dit is een normale
medische handeling en geen vorm van euthanasie.
Palliatieve sedatie valt niet onder euthanasiewet= Bij palliatieve sedatie is het
niet de bedoeling dat de patiënt eerder sterft. Daarom valt palliatieve sedatie niet
onder de euthanasiewetgeving.
Voorwaarde palliatieve sedatie= Een arts mag palliatieve sedatie toepassen als de
patiënt lijdt aan een of meer onbehandelde symptomen en de arts verwacht dat de
patiënt niet langer dan 2 weken te leven heeft.
Verzoek palliatieve sedatie= Een patiënt kan zelf vragen om palliatieve sedatie,
maar ook de naast familie of zorgverleners kunnen dat doen. De behandelend arts
beslist uiteindelijk op medische gronden of de patiënt in aanmerking komt voor
palliatieve sedatie. Daarbij overlegt hij met de patiënt en eventuele andere
betrokkenen. Is een patiënt wilsonbekwaam, dan overlegt de arts met een
vertegenwoordiger van de patiënt. De artsenorganisatie KNMG heeft een richtlijn
palliatieve sedatie gemaakt. Hierin staat duidelijk beschreven wanneer palliatieve
sedatie medisch gezien verantwoord is.
Versterven= Is het niet (meer) toedienen van voedsel en vocht bij terminale
patiënten, om het onafwendbare sterven zo dragelijk mogelijk te maken. In feite
betekent versterven de acceptatie van een natuurlijk proces. Het versterven vindt
plaats op het moment dat het sterfproces onomkeerbaar is. Kunstmatig gaan of
blijven voeden is uitstel en heeft geen grond omdat er geen behoefte van het
lichaam meer is aan voeding en vocht. Het lichaam wil dood. Versterven is een
langzame, milde manier van doodgaan. Bij dorstprikkels kunnen de lippen worden
bevochtigd zodat de dorstprikkel ophoudt. Bij pijn kan pijnstilling worden toegediend.
Versterven vindt plaats wanneer je dit zelf aangeeft of in een wensformulier of
zorgverklaring te kennen hebt gegeven.