You are on page 1of 14

Raad voor Accreditatie (RvA)

Beleidsregel voor
grensoverschrijdende accreditatie

Document code: RvA-BR007-NL


Versie geldig van: 17-05-2023
RvA-beleidsregels beschrijven de RvA regels en het beleid op specifieke onderwerpen.
Een actuele versie van de beleidsregels is via de website van de RvA (www.rva.nl) te verkrijgen.
INHOUD

1. Inleiding 4

2. Algemeen beleid van de RvA betreffende grensoverschrijdende accreditatie en beoordeling 5

3. Door de RvA uitgevoerde accreditatie en beoordelingen binnen de EA-MLA-regio 6

4. Uitbestede beoordelingen voor NAI's in de EA MLA-regio uitvoeren 8

5. Door de RvA uitgevoerde accreditatie buiten de EA-MLA-regio 9

6. Beoordelingen van buitenlandse locaties en activiteiten buiten de EA-MLA-regio 10

7. Uitbesteding aan en samenwerking met andere accreditatie-instellingen 11

Bijlage: Overzicht van wijzigingen ten opzichte van Policy rule for Cross Frontier Accreditation
(BR007-UK version 2, juli 2013) 14

Raad voor Accreditatie pagina 3 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
1. Inleiding

Artikel 1

Deze beleidsregel beschrijft het beleid van de RvA voor de accreditatie en beoordeling van buiten
Nederland geregistreerde en/of opererende Conformiteitsbeoordelingsinstanties (CBI's), voor de
beoordeling van CBI's in Nederland op verzoek van andere accreditatie-instanties (AI's) en voor de
accreditatie en beoordeling van CBI's voor buitenlandse nationale regelgeving.

Dit beleid is gebaseerd op Verordening (EC) Nr. 765/2008, het EA grensoverschrijdend


beleidsdocument EA 2/13 en relevante regels en richtinggevende of verplichte documenten vanuit de
ILAC en het IAF.

Artikel 2

Het doel van deze beleidsregel is om bij te dragen aan de one-stop-uitgangspunten voor accreditatie
en conformiteitsbeoordeling. De beleidsregel is ook opgesteld voor behoud van een gelijk speelveld
voor door de RvA geaccrediteerde CBI's en de door andere partners van de EA-MLA, IAF-MLA en
ILAC-MRA geaccrediteerde CBI's. De beleidsregel is daarnaast gericht op het garanderen van een
consistente en gelijke behandeling van accreditatie of accreditatie-aanvragen bij instanties in
verschillende landen.

Artikel 3

Deze beleidsregel is van toepassing op accreditatie en beoordeling van:


1. CBI's waarvan het hoofdkantoor niet in Nederland is gevestigd;
2. CBI's waarvan het hoofdkantoor in Nederland is gevestigd en die ook
conformiteitsbeoordelingsactiviteiten in andere landen uitvoeren;
3. CBI's in Nederland die functioneren als een locatie van een door een buitenlandse AI
geaccrediteerde buitenlandse CBI;
4. CBI's in Nederland die conformiteitsbeoordelingsactiviteiten betreffende een buitenlandse
nationale verordening uitvoeren;
5. Door een buitenlandse AI geaccrediteerde buitenlandse CBI's waarvoor samenwerking met de
RvA is aangevraagd.

Artikel 4

Deze beleidsregel maakt onderscheid tussen accreditatie en beoordelingen binnen de EA-MLA-regio


en accreditatie en beoordelingen buiten deze regio. De EA-MLA-regio omvat alle landen met een AI
die ondertekenaar zijn van de EA-MLA of van de bilaterale overeenkomst met de EA (EA-BLA).

Raad voor Accreditatie pagina 4 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
Artikel 5

Deze beleidsregel wordt op 17 mei 2023 van kracht.

2. Algemeen beleid van de RvA betreffende grensoverschrijdende accreditatie en beoordeling

Artikel 6

Het is de primaire taak van de RvA om diensten te verlenen aan CBI's in Nederland. Ieder besluit tot
het verlenen van accreditatie- of beoordelingsdiensten in andere landen zal met inachtneming van
deze taak worden genomen.

Artikel 7

Bij een verzoek voor het verlenen van accreditatie aan een CBI die buiten Nederland is gevestigd of
voor het uitvoeren van beoordelingen van Nederlandse CBI's buiten Nederland en/of voor het
uitvoeren van beoordelingen van Nederlandse CBI's ten aanzien van buitenlandse nationale
regelgeving, zal de RvA het volgende beleid toepassen:
1. De RvA zal uitsluitend accreditatie- en beoordelingsdiensten buiten Nederland verlenen als
hiermee een bijdrage wordt geleverd aan de internationale ontwikkeling en harmonisatie van
accreditatie- en conformiteitsbeoordeling;
2. De RvA zal niet met andere AI's concurreren;
3. De RvA zal zijn diensten niet verlenen in landen waar het verschil tussen de waarden en cultuur
van het betreffende land en de Nederlandse waarden en culturen het onmogelijk maakt om
betrouwbare beoordelingen uit te voeren; hierover zal het bestuur van de RvA beslissen en een
motivatie geven;
4. De RvA zal zijn diensten niet leveren in landen waar de veiligheid van de werknemers niet kan
worden gewaarborgd. Het reisadvies van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken zal
voor een dergelijke beslissing leidend zijn;
5. De RvA zal zijn diensten niet buiten Nederland leveren als, op basis van de beschikbare
middelen, dit een negatieve invloed zal hebben op de capaciteit voor het leveren van zijn
diensten in Nederland;
6. De bij de grensoverschrijdende accreditatie en beoordelingen behorende kosten, inclusief de
kosten voor vertaling van documenten, inzet van tolken en coördinatie van beoordelingen met
andere AI's, zullen worden gefactureerd aan de door de RvA geaccrediteerde CBI, de CBI die de
accreditatie door de RvA heeft aangevraagd of aan de buitenlandse AI die de RvA om
samenwerking heeft verzocht;
7. De RvA zal uitsluitend accreditatie buiten Nederland verlenen voor activiteiten waarvoor
voldoende ervaring in Nederland is opgebouwd en mits beleidsregel RvA-BR010 verklaart dat
deze activiteiten ook buiten Nederland mogen worden geaccrediteerd.

Raad voor Accreditatie pagina 5 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
Artikel 8

In geval van accreditatie voor buitenlandse nationale wet- of regelgeving zal de RvA contact opnemen
met de nationale accreditatie-instelling (NAI) van het land dat de wet- of regelgeving heeft vastgesteld.
De RvA zal met hulp van lokale deskundigen de benodigde kennis en informatie over deze wet- en
regelgeving verzamelen.

Artikel 9

Wanneer een buitenlandse AI om samenwerking verzoekt, zal de RvA zich inspannen om een
doeltreffende samenwerking tot stand te brengen en, indien mogelijk, in overeenstemming met het
door de buitenlandse AI gedane verzoek te reageren.

3. Door de RvA uitgevoerde accreditatie en beoordelingen binnen de EA-MLA-regio

Artikel 10

Voor accreditatie binnen de EA-MLA-regio past de RvA de in Verordening (EC) Nr. 765/2008
opgenomen uitgangspunten toe.
Het beleid van de RvA luidt als volgt:
1. De RvA verleent geen accreditatie aan CBI's in andere landen binnen de EA-MLA-regio.
Uitzonderingen op dit beleid zijn de situaties waarop Artikel 7, paragraaf 1 van de Verordening
(EC) 765/2008 van toepassing is, wat betekent dat een lidstaat geen NAI heeft aangesteld, de
NAI geen accreditatie van de betreffende activiteiten uitvoert of de NAI geen ondertekenaar is
van de EA-MLA voor de betreffende activiteiten. In deze situaties zal de RvA de beoordelingen
uitvoeren en indien van toepassing en indien mogelijk de betreffende NAI hierbij betrekken;
2. Als een uitzondering op basis van Artikel 7, paragraaf 1 van de Verordening (EC) 765/2008 niet
langer van toepassing is, zal de RvA geen nieuwe accreditatiecyclus opstarten of een accreditatie
verlengen. In deze gevallen zal de RvA aan de betrokken CBI’s laten weten dat geen nieuwe
accreditatiecyclus zal worden gepland. Op verzoek van de CBI zal de RvA de benodigde
informatie over de tijdens de laatste accreditatiecyclus uitgevoerde relevante beoordelingen aan
een andere NAI verschaffen om het proces van het verkrijgen van een nieuwe accreditatie te
vergemakkelijken;
3. Als de NAI, nadat de RvA accreditatie heeft verleend aan een CBI in zijn land, ondertekenaar is
geworden van de EA-MLA of EA-BLA of is begonnen met het verlenen van accreditatie voor
bepaalde activiteiten, zal de RvA, op verzoek van de CBI en waar mogelijk vóór heraccreditatie,
de overdracht van de accreditatie aan de NAI ondersteunen;
4. Ook in geval van wijziging van andere redenen voor het verschaffen van grensoverschrijdende
accreditatie aan een CBI binnen de EA-MLA-regio en tevens bij iedere herbeoordeling of verzoek
voor scope-uitbreiding, zal de RvA nagaan of eerder geaccepteerde gegronde redenen en
voorwaarden voor het verlenen van grensoverschrijdende accreditatie doorgaand van toepassing
zijn;

Raad voor Accreditatie pagina 6 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
5. Als de RvA een CBI in een ander land binnen de EA-regio gaat accrediteren, zal deze de NAI van
dit land hierover te informeren en van zijn activiteiten op de hoogte te houden;
6. In het geval dat de RvA niet in staat is, conform de EA-procedures, samenwerking met een NAI
binnen de EU-regio tot stand te brengen, zal de RvA de redenen registreren waarom deze
samenwerking niet tot stand kon worden gebracht.

Artikel 11

Beoordelingen van buitenlandse locaties van Nederlandse door de RvA geaccrediteerde CBI's worden
uitbesteed aan de NAI, waarbij hoofdstuk 7 van toepassing is.

Artikel 12

Het bijwonen van activiteiten van Nederlandse CBI buiten Nederland, maar binnen de EA-MLA-regio
(bijvoorbeeld het op locatie uitvoeren van testen, audits en inspecties), zal worden uitbesteed aan de
NAI van het land waar de activiteiten plaatsvinden.

Artikel 13

De frequentie en omvang van de beoordelingen van locaties in andere landen binnen de EA-MLA-
regio waar één of meer kernactiviteiten plaatsvinden (zie RvA-BR003 voor de definitie van
kernactiviteiten), wordt op basis van de volgende uitgangspunten bepaald:
1. In het geval dat de buitenlandse locatie voor dezelfde scope door de NAI is geaccrediteerd,
zullen de frequentie en de omvang conform het beleid van de NAI worden bepaald. De door de
RvA uitbestede beoordelingen worden als onderdeel van de beoordelingen van de NAI
beschouwd;
2. In situaties waarnaar in de eerste paragraaf wordt verwezen, kan de RvA met opgaaf van
redenen besluiten om aanvullende beoordelingsactiviteiten aan de NAI uit te besteden;
3. In het geval dat de buitenlandse locatie door de NAI wordt geaccrediteerd, maar deze
accreditatie niet de scope van de accreditatie van de RvA dekt, zullen lid 1 en 2 van dit artikel
voor overeenkomstige delen van de scopes van toepassing zijn. Op beoordelingen van de
andere delen van de scopes, die aanvullend zijn ten opzichte van de scope van de NAI, zal met
betrekking tot de frequentie het beleid van de RvA (RvA-BR005) worden toegepast. De door de
RvA uitbestede beoordelingen kunnen tijdens de beoordelingen van de NAI's worden uitgevoerd,
maar aanvullende beoordelingen kunnen ook nodig zijn;
4. In het geval dat de buitenlandse locatie niet door de NAI wordt geaccrediteerd, is met betrekking
tot de frequentie en de omvang van de beoordelingen beleidsregel RvA-BR005 van toepassing.

Artikel 14

De frequentie en omvang van beoordelingen van buitenlandse locaties die als locaties zonder
kernactiviteiten worden beschouwd, worden bepaald aan de hand van de regels van RvA-BR005.

Raad voor Accreditatie pagina 7 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
Behalve de in RvA-BR005 vermelde aspecten worden ook de volgende aspecten bij het vaststellen
van de frequentie en de omvang van de beoordeling in beschouwing genomen. De RvA kan de NAI
ondersteuning vragen bij het verzamelen van informatie over deze aspecten.
• Kennis van de lokale voorschriften en de lokale markt;
• Invloed van de instantie op de lokale markt.

Artikel 15

1. Voor de beoordelingen van in andere landen binnen de EA-MLA-regio uitgevoerde


conformiteitsbeoordelingsactiviteiten en uitbesteding aan of samenwerking met de NAI zal er
geen voorafgaande goedkeuring of communicatie met de CBI nodig door de RvA nodig zijn als
de NAI ondertekenaar is van de betreffende EA MLA/BLA voor de betreffende
conformiteitsbeoordelingsactiviteit;
2. Ook is geen voorafgaande goedkeuring van of communicatie met de CBI door de RvA nodig voor
het delen van relevante informatie over de CBI met de betreffende NAI;
3. De RvA zal de relevante NAI’s op de hoogte brengen van een eventuele beslissing tot het
opschorten of intrekken van de accreditatie voor een op de buitenlandse locatie uitgevoerde
geaccrediteerde activiteit.

Artikel 16

Met het oog op de planning van uitbestede beoordelingen zal de RvA de NAI's binnen de EA-MLA-
regio voor oktober van ieder jaar van de plannen voor uitbestede beoordelingen in het volgende jaar
op de hoogte brengen. In deze fase is de exacte omvang van de beoordeling mogelijk nog niet
duidelijk, maar dergelijke vroegtijdige informatie is van essentieel belang voor het reserveren van de
capaciteit door de NAI. De omvang van de beoordeling zal moeten worden gerapporteerd aan de
betreffende NAI’s, bij voorkeur uiterlijk drie maanden voor de uitvoering van de beoordeling. De RvA
zal de betreffende NAI's in de EA-MLA-regio informeren over eventueel ontvangen verzoeken (bijv.
met betrekking tot ad-hoc beoordelingen of uitbreiding van de omvang) zodra een dergelijk verzoek
bekend is.

4. Uitbestede beoordelingen voor NAI's in de EA MLA-regio uitvoeren

Artikel 17

De RvA zal op verzoek van de NAI van een land binnen de EA-MLA regio, en mits zij over de
middelen hiervoor beschikt, als onderaannemer voor beoordelingen van CBI's in Nederland optreden
in de volgende situaties:
1. Een in Nederland geregistreerde CBI functioneert als een locatie onder de scope van accreditatie
van een buitenlandse CBI die is geaccrediteerd door de NAI van het land waarin deze CBI is
geregistreerd;

Raad voor Accreditatie pagina 8 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
2. Een buitenlandse CBI die is geaccrediteerd door de NAI van het land waar deze CBI is
geregistreerd voert conformiteitsbeoordelingsactiviteiten uit die de NAI in Nederland beoordeeld
wil hebben.

Artikel 18

Bij het optreden als onderaannemer zal de RvA zijn eigen procedures volgen. Rapportages zullen
binnen het in de overeenkomst met de buitenlandse AI aangegeven tijdsbestek aan de uitbestedende
NAI worden verschaft. De RvA zal de uitbestedende AI zo snel mogelijk informeren over mogelijke
bevindingen die als categorie A afwijkingen zijn geclassificeerd (conform beleidsregel RvA-BR004).

5. Door de RvA uitgevoerde accreditatie buiten de EA-MLA-regio

Artikel 19

Op accreditatie buiten de EA-MLA is het volgende beleid van toepassing:


1. De RvA zal uitsluitend overwegen om accreditatie te verschaffen aan CBI’s die in landen buiten
de EA-MLA-regio zijn geregistreerd als accreditatie wordt aangevraagd voor
conformiteitsbeoordelingsactiviteiten die niet lokaal kunnen worden geaccrediteerd of waarvoor
naast een lokale accreditatie ook een secundaire accreditatie gewenst is;
2. CBI’s die geregistreerd zijn in landen buiten de EA-MLA-regio en accreditatie door de RvA
aanvragen worden in eerste instantie doorverwezen naar een lokale AI of, als er geen lokale AI
aanwezig is, naar een AI in de regio waar de deze CBI is geregistreerd;
3. Secundaire accreditatie wordt uitsluitend in overweging genomen als een gewenste RvA-scope
aantoonbaar overeenkomst met de scope van een lokale accreditatie;
4. Voordat een aanvraag voor accreditatie van een buiten de EA-MLA-regio geregistreerde CBI
wordt geaccepteerd, zal de RvA de redenen overwegen dat een CBI een aanvraag indient voor
accreditatie buiten het land van vestiging.

Artikel 20

Op beoordelingen van in landen buiten de EA-MLA-regio geregistreerde CBI's en op samenwerking


met lokale AI’s, zijn de volgende specifieke regels van toepassing:
1. Als de RvA een aanvraag accepteert, zal de RvA iedere relevante lokale AI over de aanvraag,
inclusief de specifieke scope van de accreditatie, informeren en advies vragen over mogelijke
beperkingen met betrekking tot de accreditatie;
2. Als een aangevraagde scope deel uitmaakt van de IAF-MLA- of ILAC-MRA-scope van een lokale
AI, zal de RvA met deze lokale AI gezamenlijke beoordelingen uitvoeren;
3. Als een aangevraagde scope geen deel uitmaakt van de IAF-MLA- of ILAC-MRA-scope van een
lokale AI, zal de RvA zijn eigen beoordeling uitvoeren. In dit geval zal de RvA, waar nodig, lokale
en regionale deskundigen in zijn team opnemen en waar mogelijk, proberen met een lokale AI
samen te werken;

Raad voor Accreditatie pagina 9 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
4. Het bestuur van de RvA kan beslissen om onafhankelijk van andere accreditatie-instanties
beoordelingen uit te voeren. De lokale AI zal altijd over de redenen van een dergelijke beslissing
worden geïnformeerd;
5. De frequentie en de omvang van de beoordelingen zal in alle gevallen in overeenstemming zijn
met de regels van de RvA (RvA-BR005).

Artikel 21

Voor iedere accreditatie die volgens de in dit hoofdstuk beschreven regels wordt verleend, zal de RvA
de geldigheid van de gegronde reden voor buitenlandse accreditaties minimaal iedere vier jaar
heroverwegen. Als de gegronde reden niet langer geldig is, zal de RvA geen nieuwe
accreditatiecyclus starten of een accreditatie uitbreiden. Voorafgaande aan de verlenging, en indien
de CBI hierom vraagt, zal de RvA indien mogelijk de overdracht van de accreditatie aan een andere AI
ondersteunen.

6. Beoordelingen van buitenlandse locaties en activiteiten buiten de EA-MLA-regio

Artikel 22

De RvA zal beoordelingen op buitenlandse locaties die niet het hoofdkantoor van de door de RvA
geaccrediteerde CBI betreffen, aan de lokale AI uitbesteden als deze AI voor de te accrediteren
activiteiten ondertekenaar van de ILAC-MRA of IAF-MLA is. Op een dergelijke uitbesteding zijn de in
hoofdstuk 7 beschreven regels van toepassing. Als de lokale AI geen ondertekenaar is van een
relevante MLA/MRA, zal de RvA de beoordeling zelf uitvoeren. In dat geval zal de RvA indien mogelijk
beoordelaars en/of deskundigen van de lokale of een andere AI in zijn team opnemen.

Artikel 23

Een beoordeling bij een nieuwe locatie die aan de lijst van locaties waar kernactiviteiten worden
uitgevoerd (zie RvA-BR003 voor de definitie van kernactiviteiten) moet worden toegevoegd, zal door
een beoordelingsteam van de RvA worden uitgevoerd; indien nodig zullen lokale of regionale
deskundigen in dit team worden opgenomen.

Artikel 24

Het bijwonen van door Nederlandse CBI's buiten de EA-MLA-regio uitgevoerde activiteiten
(bijvoorbeeld het op locatie uitvoeren van testen, audits en inspecties) door werknemers die onder
direct toezicht van het Nederlandse kantoor van de CBI staan, zal bij voorkeur door RvA-beoordelaars
worden uitgevoerd. De RvA zal echter lokale deskundigen inzetten als dit van belang is voor de
competentie van het beoordelingsteam van de RvA.

Raad voor Accreditatie pagina 10 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
Artikel 25

De frequentie en de omvang van de beoordelingen op locaties van een door de RvA geaccrediteerde
CBI zullen met de in RvA-BR005 uitgelegde regels in overeenstemming zijn.

7. Uitbesteding aan en samenwerking met andere accreditatie-instellingen

Artikel 26

Samenwerking met andere accreditatie-instanties kan bestaan uit:


1. De bij de andere AI geworven beoordelingsmedewerkers maken deel uit van het
beoordelingsteam van de RvA. Als deze AI geen ondertekenaar is van een relevante MLA/MRA,
zal de RvA verantwoordelijk zijn voor training, kwalificatie en bewaking van deze beoordelaar of
deskundige. Als deze AI wel een ondertekenaar is van een relevante MLA/MRA, zal de RvA de
persoon voor de specifieke taak kwalificeren op basis van de door de andere AI verschafte
informatie over de competentie;
2. Een gezamenlijke beoordeling door de RvA en de andere AI. Het team bestaat uit
beoordelaars/deskundigen van beide AI's. Verdere uitvoering van deze samenwerking vereist,
voor ieder afzonderlijk geval, zorgvuldige overweging met betrekking tot rapportage, procedures,
kosten en verantwoordelijkheden. Een formele overeenkomst met betrekking tot deze kwesties
kan tussen de RvA en de andere AI worden afgesloten;
3. Een beoordeling uitbesteden. Zie Artikel 27 en verder;
4. Het uitvoeren van uitbestede beoordelingen voor andere AI's. Zie hoofdstuk 4;
5. Een lokale AI die de beoordelingen van de RvA in zijn land observeert. De RvA zal lokale AI's
ondersteunen bij het observeren van door de RvA uitgevoerde beoordelingen.

Artikel 27

In geval van uitbesteding zijn de volgende beleidsregels van toepassing:


1. Als de RvA beoordelingen uitbesteedt, is bepaling 6.4 (uitbesteden) van ISO/IEC 17011 van
toepassing;
2. Als de RvA met een andere AI een overeenkomst sluit voor het namens de RvA uitvoeren van
een beoordeling, zal de andere AI zijn eigen accreditatiebeoordelingsprocedures, systemen en
rapporten gebruiken en niet verplicht zijn de beoordelingsprocedures van de RvA te volgen;
3. De RvA heeft echter het recht om bepaalde gebieden of aspecten te specificeren en te eisen dat
de andere AI zich daarin haar beoordeling en de rapportage op richt. De andere AI dient te ervoor
te zorgen dat deze in dergelijke gevallen aan de eisen van de RvA voldoet. De RvA zal de andere
AI alle informatie verschaffen die nodig voor een effectieve beoordeling te garanderen;
4. De gecontracteerde AI en de CBI dienen voorgaande aan de beoordeling overeen te komen
welke taal tijdens de beoordeling zal worden gebruikt. De aan de RvA te verschaffen rapporten
dienen in het Engels of Nederlands opgemaakt te zijn;

Raad voor Accreditatie pagina 11 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
5. De gecontracteerde AI kan de kosten van de beoordeling direct aan de CBI factureren, in welk
geval de RvA de CBI een factuur voor aanvullende administratieve kosten zal sturen om de
kosten van de uitbesteding te dekken;
6. Om de gedetailleerde voorwaarden te specificeren zal met de andere AI een
uitbestedingsovereenkomst worden opgesteld.

Artikel 28

In geval van uitbestede beoordelingen zal aan de als onderaannemer optredende AI ten minste de
volgende informatie worden verschaft:
1. Rapport van de laatste beoordeling van het hoofdkantoor;
2. Actuele informatie over de CBI, inclusief details over hoe deze is georganiseerd en wordt
bestuurd en hoe de bij/vanuit zijn locaties uitgevoerde conformiteitsbeoordelingsactiviteiten
worden geleid;
3. Specificatie van de beoordeling waarin alle specifieke aanvullende eisen of activiteiten zijn
opgenomen die in het bijzonder door de als onderaannemer optredende AI moeten worden
beoordeeld;
4. Eventuele eisen van regelgevers die van invloed kunnen zijn op de activiteiten van de
buitenlandse locatie als accreditatie wordt verleend die bij aanmelding kan worden gebruikt;
5. Volledige omvang van de activiteiten die door de lokale locatie kunnen worden uitgevoerd
volgens de multi-site-accreditatie;
6. Gedetailleerde beschrijving van de te beoordelen scope, inclusief eventuele sectorspecifieke
schema’s;
7. Beoordelingsplan, inclusief een plan voor bijwoningen, voor de locatie gedurende de gehele
accreditatiecyclus.

Artikel 29

In geval van uitbestede beoordelingen vindt besluitvorming plaats volgens de onderstaande


uitgangspunten:
1. In het geval dat de locatie van de CBI ook voor dezelfde of een grotere scope wordt
geaccrediteerd, zal de RvA het rapport binnen het met de als onderaannemer optredende AI
overeengekomen tijdsbestek ontvangen. Echter, in het geval dat tijdens de beoordeling een
afwijking is vastgesteld die de RvA als categorie A zou classificeren, zal de als onderaannemer
optredende AI de RvA direct na de afsluitende bijeenkomst van de beoordeling op deze locatie
hiervan op de hoogte brengen. De RvA zal per geval beslissen welke acties in deze situaties
zullen worden ondernomen;
2. In het geval dat de als onderaannemer optredende AI de locatie van de CBI voor slechts een deel
van de scope van accreditatie van de RvA of helemaal niet accrediteert, worden de resultaten
van de beoordelingen zo snel mogelijk aan de RvA ter beschikking gesteld;

Raad voor Accreditatie pagina 12 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
3. Omdat een bevinding op iedere locatie van een door de RvA geaccrediteerde CBI wordt
beschouwd als een bevinding waarvoor het hoofdkantoor van de door de RvA geaccrediteerde
CBI verantwoordelijk is, zal de RvA over de vervolgstappen en afsluiting met betrekking tot
dergelijke bevindingen beslissen;
4. In het geval dat de RvA voor de vervolgstappen met betrekking tot de bevindingen een
locatiebeoordeling van buitenlandse locaties vereist, zal de RvA deze beoordeling aan de als
onderaannemer optredende AI uitbesteden en het rapport betreffende de bevindingen binnen het
overeengekomen tijdsbestek ontvangen;
5. De RvA blijft altijd verantwoordelijk voor de besluitvorming op basis van het door de NAI
verschafte rapport. De RvA zal de als onderaannemer optredende AI over de, op basis van de
uitbestede beoordeling, genomen besluiten informeren.

Artikel 30

De RvA zal alle relevante informatie over door buitenlandse AI's geaccrediteerde CBI's met deze AI’s
uitwisselen. Deze informatie kan klachten en andere informatie met betrekking tot de prestaties van de
CBI betreffen.

Artikel 31

In het geval dat de RvA een accreditatie van een CBI, die ook een accreditatie heeft van een lokale
AI, opschort of intrekt, zal de RvA deze lokale AI hierover informeren. Iedere andere AI die de CBI
heeft geaccrediteerd, zal ook worden geïnformeerd, vooropgesteld dat deze accreditatie in de IAF
accreditatiedatabase is opgenomen of dat de RvA over andere middelen voor het verkrijgen van deze
informatie beschikt.

Artikel 32

Als de RvA wordt geïnformeerd over de opschorting of intrekking van een accreditatie van een andere
AI voor een CBI die ook door de RvA is geaccrediteerd, zal de RvA een onderzoek uitvoeren. Het doel
van dit onderzoek is om vast te stellen of de redenen voor opschorting of intrekking de accreditatie
door de RvA van deze CBI per definitie zal beïnvloeden. De RvA zal de andere AI informeren over de
uitkomst van dit onderzoek informeren.

Raad voor Accreditatie pagina 13 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023
Bijlage: Overzicht van wijzigingen ten opzichte van Policy rule for Cross Frontier Accreditation
(BR007-UK version 2, juli 2013)

Deze Beleidsregel voor grensoverschrijdende accreditatie volgt de Engelstalige beleidsregel Policy


rule for Cross Frontier Accreditation op. In vergelijking met de Policy rule for Cross Frontier
Accreditation, zijn de belangrijkste wijzigingen:

- Artikelen met betrekking tot door de RvA uitgevoerde accreditatie en beoordelingen in het
buitenland binnen de EA-MLA-regio zijn aangepast aan het beleid zoals beschreven in EA-2/13.
Beleidswijzigingen omvatten:
- Toevoeging van artikelen met betrekking tot de samenwerking en informatieverstrekking
tussen de RvA en andere AI's (in artikelen 10 en 28);
- Wijziging van het feit dat de voorwaarden van Verordening (EC) Nr. 765/2008 (in artikel 10)
aan het einde van de accreditatiecyclus en in het geval van een verlenging worden
gecontroleerd;
- De toevoeging van criteria op basis waarvan de RvA voor zijn beoordelingen locaties zonder
kernactiviteiten kan selecteren (in artikel 14);
- Een meer gedetailleerde beschrijving van samenwerking met lokale AI’s en coördinatie met
betrekking tot grensoverschrijdende activiteiten die te maken hebben met buitenlandse wet-
en regelgeving (conform EA-2/13, artikelen 1, 3, 7, 8 en 10);
- Artikel 12 is (ook) gewijzigd conform EA-2/13. Het uitvoeren van bijwoningen binnen de EA-
MLA-regio buiten Nederland dient aan een lokale NAI te worden uitbesteed.
- Artikel 8, betreffende het verschaffen van informatie met betrekking tot locaties van activiteiten, is
ingetrokken. Eisen betreffende het verschaffen van informatie zullen in plaats hiervan in
beleidsregel RvA-BR005 worden beschreven;
- Het beleid voor 'accreditatie door RvA buiten de EA-MLA-regio' is duidelijker beschreven. Voor dit
doel is hoofdstuk 5 herschreven;
- In artikelen 13, 14 en 23 is de term kritieke locatie gewijzigd in locatie met kernactiviteiten,
conform de RvA Beleidsregel RvA-BR003;
- Verwijzingen naar verlopen overgangsperioden voor beleidswijzigingen in het verleden zijn uit
deze versie verwijderd.

Als gevolg van het toevoegen en verwijderen van artikelen kunnen de artikelen in deze versie niet op
basis van de nummers met de artikelen in de Policy rule for Cross Frontier Accreditation worden
vergeleken. Versie 2 van de Policy rule for Cross Frontier Accreditation van 9 juli 2013 is op verzoek
verkrijgbaar.

Raad voor Accreditatie pagina 14 van 14


RvA-BR007-NL versiedatum: 17-05-2023

You might also like