Algemene Economie

Participanten en omgevingsfactoren
Dit schema beschrijft de omgevingsfactoren en participanten waar een organisatie
rekening mee dient te houden.
De buitenste blauwe cirkel stelt de omgevingsfactoren voor.
De acht groene blokken daarbinnen zijn de participanten van het bedrijf.
Het binnenste groene rondje stelt de organisatie zelf voor.
De organisatie heeft een soort wisselwerking met de participanten; beide kunnen invloed
uitoefenen op elkaar. Omgevingsfactoren overkomen een organisatie, deze oefenen
invloed uit op de organisatie zonder dat je er iets tegen kunt doen.
SWOT Analyse
Aan de hand van een !O"# anal$se worden de sterktes, zwaktes, kansen
en bedreigingen van een bedrijf bepaald. !O" staat voor trengths, !eaknesses,
Opportunities en "hreats.
Interne factoren% de sterktes en zwaktes van de organisatie zelf.
Externe factoren% de kansen en bedreigingen van de organisatie binnen de markt.
Marktvormen
De marktvorm wordt bepaald door het aantal aanbieders &en vragers', aard van het
product, de doorzichtigheid van de markt, en de toe# en uittredingsmogelijkheden. Het
zijn de totale omstandigheden waaronder de producenten met elkaar concurreren.
(ier verschillende marktvormen%
). (olkomen concurrentie
*. +onopolistische concurrentie
,. Oligopolie
-. +onopolie
De economische kringloop
.rijselasticiteit
.rijselasticiteit / 0 verandering vraag
0 verandering prijs
1nkomenselasticiteit
1nkomenselasticiteit / 0 verandering vraag
0 verandering inkomen
De oren! c"rve
Soorten varia#ele kosten$ proportioneel% progressief en &egressief
'eynesiaanse visie%
23ij stelt dat de overheid verantwoordelijk is voor het bereiken van de doelstellingen van
de economische politiek en zich zeer met de economie, vooral de conjunctuur, moet
bemoeien. 3ij zorgt voor volledige werkgelegenheid en groei.4
'lassieke visie%
2De overheid dient een zo klein mogelijke rol te spelen. 3ij moet zich beperken tot het
garanderen van veiligheid van de burgers, het beschermen van bezit en zorgen dat
burgers hun contract naleven.4
(ehoeftenhi)rarchie van Maslo*
). Dat wat je nodig hebt om te overleven% voedsel, een huis
*. (erzekeringen, continu5teit van banen
,. Die dingen6mensen die je graag om je heen hebt% vriendschap, liefde
-. 7rgens bij horen, gaat niet om geld
8. 1k kan dingen doen die ik leuk vind.