Professional Documents
Culture Documents
Naam 15
Selectie 15
Belastingstype 16
Filter 16
Combinatiesleutel afdrukken 16
Waarden 17
Extreme 17
Uitvoer 17
Doorsnede 17
Actieknoppen 17
Betonelementgegevens 19
1D-staafgegevens 19
Solverinstellingen 21
Vloerstrook 35
Kolom 37
Betoninstellingen (structuur) 40
Dialoogvenster Betoninstellingen 40
Vinden 40
Beeld 41
Filters 43
Standaard 44
Betoninstellingen - waarden 44
Solverinstellingen 44
-2-
Standaardinstellingen voor ontwerp 75
Uitvoer 91
Numerieke uitvoer 91
Numerieke uitvoer 91
Grafische uitvoer 97
Grafische uitvoer 97
Ontwerp 99
Wapeningsontwerp 99
Langswapening 99
Afschuifwapening 100
Inleiding 100
Additionele trekkrachten als gevolg van afschuiving en torsie (verschuiving van buigende momenten) in
aanmerking nemen 111
Ribs 125
Literatuur 129
Assumptions 130
Slankheid 139
Inleiding 139
Knikgegevens 140
Kruipcofficint 140
-3-
Kapitel0
Afkortingen 147
Literatuur 147
Inleiding 147
Torsie-langswapening 172
Controle 175
Controles 175
Stijfheid 175
Inleiding 175
Theorie 179
Instelling 182
Inleiding 183
Inleiding 190
-4-
Theoretische achtergrond 191
Instelling 198
Inleiding 202
Berekeningsprocedure 208
Afschuifkrachtcontrole 215
Berekeningsprocedure 216
Torsiecontrole 219
Berekeningsprocedure 220
Afkortingen 224
Literatuur 224
Inleiding 224
Instelling 229
-5-
Kapitel0
Stress_limitations_06_EWN 232
Inleiding 233
Afkortingen 249
Afkortingen 251
Literatuur 251
Literatuur 251
Inleiding 251
Aanname 253
Theorie 253
Instelling 256
Detailleringsregels 258
Inleiding 258
-6-
Aanname 259
Betoninstellingen 269
-7-
Kapitel0
-8-
Contacten
SCIA nv SCIA Nederland B.V.
Industrieweg 1007 Wassenaarweg 40
3540 Herk-de-Stad 6843 NW ARNHEM
Belgium Netherlands
De informatie in dit document is onderhevig aan verandering zonder aankondiging. Zonder de uitdrukkelijk geschreven toe-
stemming van de uitgever mag niets, geheel noch gedeeltelijk, van dit document gekopieerd of overgedragen worden,
ongeacht de manier waarop of de middelen waarmee, zowel elektronisch als mechanisch, dit gebeurt.SCIA Software is niet
verantwoordelijk voor directe of indirecte schade wegens onvolkomenheden in de documentatie en/of de software.
Copyright 2016 SCIA nv. All rights reserved.
-9-
Kapitel1
Overzicht
SCIA Engineer 15 biedt een compleet nieuwe oplossing voor 1D- betonelementen Dankzij nieuwe Open Design- tech-
nologien, gebaseerd op ons SCIA Design Forms platform , zijn de processen voor het ontwerp en de controle van 1D-sta-
ven van gewapend beton nu volledig herzien en verbeterd. Hierdoor kunnen wij gebruikmaken van alle bekende functies
van dit platform, zoals de mooi vormgegeven en gedetailleerde lay- outs voor berekeningen waarbij onder meer ver-
gelijkingen in de uitvoer worden gebruikt. En dat is nog niet alles: tevens is de indeling van de servicestructuur aangepast en
zijn er nieuwe betoninstellingen, elementgegevens en enkele nieuwe controles toegevoegd. De hier beschreven oplossing
kan worden gebruikt voor niet-voorgespannen doorsneden in elke vorm (bijv. met gaten), die onderhevig zijn aan elk type
belasting (bijv. biaxiale afschuiving gecombineerd met torsie). Deze nieuwe module biedt de volgende voordelen:
l krachtige prestaties - ontwerp en controles worden zeer snel uitgevoerd dankzij parallelle processen die na een zeer
korte rekentijd al resultaten bieden
l transparantie - de gedetailleerde uitvoer maakt het mogelijk om alle tussenstappen van de controle te toetsen met
behulp van formules met waarden en eigen meeteenheden; voor ondersteuning bij het werken met EN 1992-1-1
l dynamische figuren - tekeningen van de spanning-rekstatus van een doorsnede, wapeningspatroon of inter-
actiediagram
l slimme instellingen - de globale instellingen en elementinstellingen zijn vernieuwd en herzien en bieden nu tevens een
snelzoekfunctie
l algemene oplossing
l ondersteunt de interactie van alle interne krachten (N, My , Mz , Vy , Vz , T);
l ondersteunt variabele doorsnedevormen, zoals openingen en variabele wapeningsposities
l de algemene functies voor het ontwerpen en controleren van kolommen en liggers van gewapend beton zijn herzien
en vernieuwd
l naleving van normen - ondersteunt de naleving van EN 1992-1-1:2004/AC:2010-11, rectificatie inclusief de nationale
bijlagen (momenteel 18 nationale bijlagen).
De herziene ontwerp- en controlefuncties zijn ontwikkeld binnen de Scia Design Forms-omgeving. Dit platform is als post-
processor gekoppeld aan Scia Engineer. De nieuwe stijl van de rapporten maakt volledig gebruik van de voordelen die Scia
Engineer voor de presentatie van resultaten te bieden heeft. Zo worden er naast de tekst- en tabeluitvoer ook formules,
normverwijzingen, dynamische afbeeldingen en diagrammen gebruikt om de berekening nog beter inzichtelijk te maken.
De Betontoolbox vormt het nieuwe 'rekenhart' dat door Scia Design Forms wordt gebruikt. Deze toolbox bevat een aantal
normonafhankelijke functies voor het ontwerpen en controleren van elementen van gewapend beton. Er wordt gebruik-
gemaakt van geavanceerde generieke algoritmen die toch volledig voldoen aan onder meer de Eurocode-aannames. Dit
betekent dat ze geldig zijn voor variabele doorsnedevormen en wapeningsposities. Tevens ondersteunen deze algoritmen
de interactie van elke combinatie van interne krachten (N, My , Mz , Vy , Vz , T).
Er zijn echter ook enkele beperkingen. De nieuwe betoncontroles bieden geen ondersteuning voor de volgende items:
l numerieke doorsnede
l doorsnede met meerdere componenten
l gefaseerde doorsnede
l element of doorsnede met een ander materiaal dan betonmateriaal staalbetondoorsnede
l verschillende wapeningsmaterialen in n doorsnede
- 10 -
Beton in Scia Engineer 15
De bestaande oude oplossing voor het ontwerp en de controle van beton is echter ook nog steeds beschikbaar. De
bestaande betoncontroles kunnen worden geactiveerd via Projectgegevens - Functionaliteit - Oude betoncontroles (zie de
onderstaande figuur).
- 11 -
Kapitel2
- 12 -
Beton in Scia Engineer 15
Wanneer we de betonstructuur openen, kunnen we tevens een totaal andere indeling van de structuur zien. De beton-
structuur is opgesplitst in vier onderdelen:
- 13 -
Kapitel2
- 14 -
Eigenschappen van commando's
Naam
De gebruiker kan de controle een naam geven. Dit kan zorgen voor een betere specificatie en inzichtelijkheid, met name in
Engineering Report. Standaard wordt altijd de naam van het commando in de boomstructuur gebruikt.
Selectie
Dit attribuut is van invloed op het totale aantal elementen dat in de betoncontroles wordt meegenomen. Er
kan worden gekozen uit vier mogelijkheden:
- 15 -
Kapitel3
l Geavanceerd de gebruiker kan een specifieke selectie definiren ten opzichte van de vorige selectie
l Benoemde selectie alleen 1D-staven uit een bepaalde benoemde selectie worden gecontroleerd; het nieuwe attribuut
'Benoemde selectie' wordt weergegeven in de eigenschappen
Belastingstype
Met dit attribuut kan de gebruiker het type belasting voor controles definiren. Er kan worden gekozen uit drie moge-
lijkheden:
Afhankelijk van het geselecteerde belastingstype worden er direct onder dit attribuut nieuwe attributen Combinatie, Belas-
tingsgevallen of Klasse weergegeven. De gebruiker kan de gewenste Combinatie selecteren. Belastingsgeval of Klasse uit
de gefilterde lijst hier.
Filter
Er kan een filter worden gedefinieerd om het geselecteerde type selectie aan te passen. Dit is van invloed op het aantal 1D-
staven dat in de controle in aanmerking wordt genomen. De gebruiker kan een van de volgende mogelijkheden selecteren:
Nadat er een mogelijkheid is geselecteerd, wordt direct daaronder weer een nieuw attribuut weergegeven, voor een
nadere selectie.
Combinatiesleutel afdrukken
Als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt de sleutel met gebruikte combinaties onder de huidige tabel afgedrukt. Dit item is
alleen beschikbaar voor Beknopte uitvoer, Combinatie of Klasse (niet voor Belastingsgeval).
- 16 -
Eigenschappen van commando's
Waarden
Elk ontwerp en elke controle bevat eigen waarden. Meestal is Eenheidscontrole de eerste waarde voor alle controles. Het is
ook mogelijk om meerdere componenten te zien.
Extreme
Dit attribuut definieert welke resultaten moeten worden weergegeven in het afdrukvoorbeeld of het document. De gebrui-
ker kan kiezen uit
drie mogelijkheden:
Nee er worden resultaten voor alle elementen en doorsneden weergegeven op geselecteerde 1D-staven; in
het geval van een combinatie van bereiken worden alle combinaties weergegeven
Doorsnede resultaten voor alle gedefinieerde doorsneden (zie het volgende hoofdstuk voor het type doorsnede)
Uitvoer
Dit attribuut definieert het type numerieke uitvoer. Er zijn drie niveaus van numerieke uitvoer beschikbaar:
l Beknopt n tabel voor alle controles met de eenheidscontroles (standaardtabel voor Engineering Report).
l Standaard gedetailleerdere uitvoer afkomstig uit Scia Design Forms.
l Gedetailleerd zeer uitgebreide uitvoer afkomstig uit Scia Design Forms.
Doorsnede
Wanneer de extreme doorsnede wordt geselecteerd, kunnen er vier typen doorsneden worden gevalueerd.
Actieknoppen
Het onderste deel van het dialoogvenster Eigenschappen bevat twee knoppen.
- 17 -
Kapitel3
l Vernieuwen deze knop kan worden gebruikt om het controleproces zelf te starten, om eerdere gecontroleerde resul-
taten te vernieuwen en om nieuwe resultaten op basis van gekozen attributen te verkrijgen
l Afdrukvoorbeeld met deze knop wordt het venster Afdrukvoorbeeld geopend, met tabellen die de resultaten van de vol-
tooide controle bevatten
- 18 -
Betonelementgegevens
Betonelementgegevens
1D-staafgegevens
Deze instellingen overschrijven de globale instellingen voor een specifiek element. Elementgegevens kunnen eenvoudig
worden gekopieerd naar vergelijkbare elementen. Er wordt onderscheid gemaakt op basis van het type element (balk,
kolom, vloerstrook). Net als voor de instellingen is ook de styling van de elementgegevens aangepast. De lokale instellingen
bevatten dezelfde invoerparameters en berekeningsinstellingen als de globale instellingen in de configuratie. Bovendien
kan de gebruiker voor doorbuiging en scheurwijdte een eigen grenswaarde instellen en kan hij meerdere milieuklassen
instellen (in plaats van slechts n, zoals in de vorige versie).
Oude betonelementgegevens
- 19 -
Kapitel4
Betonelementgegevens in versie 15
- 20 -
Betonelementgegevens
Solverinstellingen
Algemeen
Kruip
Type invoer van kruipcofficint
Berekeningstype voor kruipcofficint:
- gebruikerswaarde - de kruipcofficint wordt rechtstreeks door de
Omschrijving gebruiker ingevoerd
- auto - de kruipcofficint wordt automatisch door het programma
berekend
Standaard Combobox; Type = Auto / Gebruikersinvoer; standaard = Auto
Norm Bijlage B.1
Niveau Standaard
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Relatieve vochtigheid
Omschrijving Relatieve vochtigheid van de omgeving
Standaard Bewerkvak; rechts = 50%
Norm Bijlage B.1
Niveau Geavanceerd
Figuur 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 21 -
Kapitel4
BGT
Effectieve modulus van beton gebruiken
Mogelijkheid om de effectieve E-modulus van beton te gebruiken. Dit
betekent dat het langetermijngedrag van beton wordt meegenomen
Omschrijving
in de analyse van de scheurwijdte, de limietwaarden voor de span-
ning en stijfheidsberekening
Standaard Selectievakje; standaard NEE
Norm 7.1(2)
Niveau Geavanceerd
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Interne krachten
Gesoleerd element
Als deze parameter wordt ingeschakeld, wordt de geometrische
Omschrijving
imperfectie berekend zoals voor een gesoleerd element.
Standaard Selectievakje; standaard True
Norm 5.8.8.2
Niveau Geavanceerd
Element Kolom
- 22 -
Betonelementgegevens
Tweede-orde-effect gebruiken
Als deze parameter wordt ingeschakeld, wordt het tweede- orde-
Omschrijving effect in aanmerking genomen als de slankheid groter is dan de
limietslankheid.
Standaard Selectievakje; standaard True
Norm 5.8.8
Niveau Standaard
Element Kolom
- 23 -
Kapitel4
Ontwerp As UGT
Ontwerpmethode (balken)
Methode voor het ontwerp van langswapening voor balken en bal-
Omschrijving
kenplaten
Combobox; Auto / Uniaxiaal rond y / Uniaxiaal rond z / Biaxiaal; stan-
Standaard
daard Auto
Norm -
Niveau Geavanceerd
Element Balk / vloerstrook
Ontwerpmethode (kolommen)
Omschrijving Methode voor het ontwerp van langswapening voor kolommen
Combobox; Auto / Uniaxiaal rond y / Uniaxiaal rond z / Biaxiaal; stan-
Standaard
daard Auto
Norm -
Niveau Geavanceerd
Element Kolom
Interactiediagram
Interactiediagrammethode
Mogelijkheid om de methode voor het evalueren van resultaten in te
stellen met behulp van een interactiediagram:
- NRd - aangenomen dat MEd constant is
- 24 -
Betonelementgegevens
Afschuiving
Type berekening / invoer van hoek drukschoor
Type berekening van de hoek tussen de drukschoor en de elementas
voor afschuifcontrole
- Auto: automatische berekening van de minimale hoek gebaseerd op
een voorwaarde
Omschrijving VEd<=VRd.max
- 25 -
Kapitel4
Torsie
Equivalente dunwandige doorsnede
Type equivalente dunwandige doorsnede dat wordt gebruikt voor de
Omschrijving
berekening van de doorsnedecapaciteit in torsie
Combobox; Automatisch / Van beugels van torsie / Van effectieve
doorsnede / Van effectieve rechthoekige doorsnede / Gebrui-
Standaard
kersinvoer voor dunwandige gesloten doorsnede; standaard Auto-
matisch
Norm 6.3.1(3)
Niveau Geavanceerd
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 26 -
Betonelementgegevens
Effectieve wanddikte
Dikte van de equivalente dunwandige doorsnede. Deze dikte kan A/u
zijn, echter niet minder dan tweemaal de afstand tussen de rand en
Omschrijving het midden van de langswapening; alleen zichtbaar als 'Equivalente
dunwandige doorsnede' is ingesteld op 'Gebruikersinvoer voor dun-
wandige gesloten doorsneden'
Standaard Bewerkvak; standaard 0mm2
Norm 6.3.1(3)
Niveau Geavanceerd
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Scheurkrachten
Type sterkte voor het berekenen van scheurkrachten
Type treksterkte van het beton dat wordt gebruikt voor het berekenen
van de scheurkrachten in BGT- controles (spanningen en door-
Omschrijving
buigingen). Er kan worden gekozen tussen fctm (tabel 3.1) en fctm,fl
(artikel 3.1.8).
Standaard Combobox; fctm / fctm,fl (standaard fctm )
Norm 7.1(2)
Niveau Geavanceerd
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Scheurwijdte
Type maximale scheurwijdte
Mogelijkheid om automatisch de scheurwijdte te bepalen op basis van
Omschrijving milieuklasse, combinatie en type constructie, of om een door de
gebruiker gedefinieerde waarde voor de scheurwijdte in te stellen
- 27 -
Kapitel4
Doorbuigingen
Maximale totale verplaatsing L/x; x =
Maximale totale verplaatsing (niet- liniear + kruip) toegestaan voor
Omschrijving
1D-staven, uitgedrukt als verhouding tussen overspanning en diepte
Standaard Bewerkvak; xtot = 250
Norm 7.4.1(4)
Niveau Standaard
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Minimale betondekking
Verschillende oppervlakken
Als deze optie wordt ingesteld op JA, wordt de minimale betondekking
Omschrijving per oppervlak onafhankelijk berekend en worden alle items voor de
betondekking onderverdeeld in 'boven' en 'onder'
Standaard Bewerkvak; standaard = 50 jaar
- 28 -
Betonelementgegevens
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Ligger / Vloerstrook
Constructieklasse
De ontwerplevensduur is informatie die wordt gebruikt om de mini-
Omschrijving
male betondekking te bepalen
Standaard Bewerkvak; standaard = 50 jaar
Norm 4.4.1.2(5), tabel 4.3N
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Ontwerplevensduur
De ontwerplevensduur is informatie die wordt gebruikt om de mini-
Omschrijving
male betondekking te bepalen
Standaard Bewerkvak; standaard = 50 jaar
Norm 4.4.1.2(5), tabel 4.3N
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Risico op corrosieaanval
Corrosie veroorzaakt door carbonatatie
De milieuklasse als gevolg van carbonatatie wordt gebruikt om de
Omschrijving
minimale betondekking in Tabel 4.4N te bepalen
Standaard Combobox; Geen / X0 / XC1 / XC2 / XC3 / XC4; standaard = XC3
Norm 4.4.1.2(5), tabel 4.3N
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 29 -
Kapitel4
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Vries-/dooiaanval
Omschrijving Additionele milieuklasse als gevolg van vries of dooi
Standaard Combobox; Geen / XF1 / XF2 / XF3; standaard = Geen
Norm 4.4.1.2(12)
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Chemische aanval
Omschrijving Additionele milieuklasse als gevolg van een chemische aanval
Standaard Combobox; Geen / XA1 / XA2 / XA3; standaard = Geen
Norm 4.4.1.2(12)
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Risico op slijtageaanval
Omschrijving Additionele milieuklasse als gevolg van slijtageaanval
Standaard Combobox; Geen / XM1 / XM2 / XM3; standaard = Geen
Norm 4.4.1.2(13)
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 30 -
Betonelementgegevens
Speciale kwaliteitscontrole
De additionele afwijking van de nominale betondekking als gevolg van
Omschrijving
de speciale betonkwaliteitscontrole in aanmerking nemen
Standaard Selectievakje; standaard = True
Norm 4.4.1.2(5)
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Betonkarakteristiek
Type beton
De additionele afwijking van de nominale betondekking als gevolg van
Omschrijving
het productietype in aanmerking nemen
Standaard Combobox; In-situ / Prefab; standaard = In-situ
Norm 4.4.1.3(1P, 3)
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 31 -
Kapitel4
Balk
Langsrichting
Materiaal
Omschrijving Informatie over het materiaal van de langswapening
Koppeling naar de bibliotheek; standaard overgenomen van de instel-
Standaard
lingen in Projectgegevens
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
Boven
Diameter van de bovenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de bovenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,u = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
- 32 -
Betonelementgegevens
Onder
Diameter van de benedenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de benedenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,l = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
Zijde
Type dekking van de zijwapening
Omschrijving Informatie over het type dekking van de zijwapening
Standaard Combobox; Auto / Gebruiker; standaard = Auto
Norm 4.4.1
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
- 33 -
Kapitel4
Beugels
Materiaal
Omschrijving Informatie over het materiaal van de beugels
Koppeling naar de bibliotheek; standaard overgenomen van de instel-
Standaard
lingen in Projectgegevens
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
Aantal sneden
Omschrijving Informatie over het aantal sneden voor dwarswapening
Standaard Bewerkvak; ns = 2
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
- 34 -
Betonelementgegevens
Hoek
Hoek tussen de afschuifwapening en de balkas loodrecht op de
Omschrijving
afschuifkracht
Standaard Bewerkvak; = 90 deg
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
Vloerstrook
Langsrichting
Materiaal
Omschrijving Informatie over het materiaal van de langswapening
Koppeling naar de bibliotheek; standaard overgenomen van de instel-
Standaard
lingen in Projectgegevens
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Vloerstrook
Boven
Diameter van de bovenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de bovenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,u = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Vloerstrook
- 35 -
Kapitel4
Onder
Diameter van de benedenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de benedenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,l = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Vloerstrook
- 36 -
Betonelementgegevens
Kolom
Langsrichting
Materiaal
Omschrijving Informatie over het materiaal van de hoofdwapening
Koppeling naar de bibliotheek; standaard overgenomen van de instel-
Standaard
lingen in Projectgegevens
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Kolom
Hoofd
Diameter van hoofdwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de hoofdwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,m = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Kolom
- 37 -
Kapitel4
Beugels
Materiaal
Omschrijving Informatie over het materiaal van de beugels
Koppeling naar de bibliotheek; standaard overgenomen van de instel-
Standaard
lingen in Projectgegevens
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk / Kolom
Aantal sneden
Omschrijving Informatie over het aantal sneden voor dwarswapening
Standaard Bewerkvak; ns = 2
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk / Kolom
Hoek
Hoek tussen de afschuifwapening en de balkas loodrecht op de
Omschrijving
afschuifkracht
Standaard Bewerkvak; = 90 deg
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk / Kolom
Deze groep items is gerelateerd aan de door de gebruiker gedefinieerde afschuifwapening, die wordt beschouwd als een
werkelijk ingevoerde wapening op het element. Deze items vervangen de door de gebruiker gedefinieerde afschuif-
wapening, die niet bij het ontwerp in aanmerking wordt genomen. Deze instelling is niet van invloed op de controle van
afschuiving en torsie.
- 38 -
Betonelementgegevens
Materiaal
Omschrijving Informatie over het materiaal van de ingevoerde beugelwapening
Koppeling naar de bibliotheek; standaard overgenomen van de instel-
Standaard
lingen in Projectgegevens
Norm -
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element Balk / Kolom
Hoek
Hoek tussen de afschuifwapening en de balkas loodrecht op de
Omschrijving
afschuifkracht
Standaard Bewerkvak; = 90 deg
Norm -
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element Balk / Kolom
- 39 -
Kapitel5
Betoninstellingen (structuur)
Er is een compleet nieuwe configuratie 'Betoninstellingen (structuur)' voor betonstaven ontwikkeld, die alle vereiste instel-
lingen afkomstig uit de norm of rekenroutines bevat. De globale instellingen in Betoninstellingen (structuur) gelden stan-
daard voor alle elementen in het project, tenzij ze worden overschreven door Instellingen per staaf - 1D-staafgegevens.
Hier is een aanzienlijk aantal invoerparameters en berekeningsinstellingen gegroepeerd, wat aangeeft hoe complex de
Eurocode is.
Dialoogvenster Betoninstellingen
Dit dialoogvenster bestaat uit twee hoofdonderdelen. Het linkerdeel bevat de waarden zelf, terwijl in het rechterdeel een ver-
klarende figuur met een beschrijving van de waarde wordt weergegeven. Tevens bevat dit dialoogvenster verschillende
knoppen voor zoeken, filteren, modusselectie en de standaardinstellingen.
Het dialoogvenster Betoninstellingen ziet eruit als een tabel met 9 kolommen (beschrijving, symbool, waarde, standaard,
eenheid, hoofdstuk, norm, constructie en controletype). Elke kolom biedt een zoekfunctie. Wanneer de gebruiker in de eer-
ste rij van de kolom begint te typen, krijgt hij direct de uitvoer van de zoekopdracht te zien.
Vinden
Tevens is de functie 'Vinden' beschikbaar, waar de gebruiker een zoekterm kan invoeren. Hiermee kunnen de items in de
configuratie-instellingen worden gefilterd. Met deze functie kan de gedefinieerde waarde overal in het dialoogvenster Beton-
instellingen worden gezocht.
- 40 -
Betoninstellingen (structuur)
Beeld
Een andere handige nieuwe optie is de mogelijkheid om het type weergave van de instellingen te kunnen veranderen, waar-
bij kan worden gekozen tussen de weergave van betoncommando's, de weergave van een hoofdstukken uit normen, of
een lijstweergave. De weergave Betoncommando's is gebaseerd op de commando's die worden gebruikt voor het ontwerp
en de controle.
Weergave Normhoofdstukken
De laatste voorgedefinieerde weergave is de Lijstweergave, waarin alle items in een lijst worden weergegeven en op alfa-
betische volgorde kunnen worden gesorteerd.
- 41 -
Kapitel5
Lijstweergave
Daarnaast kan de gebruiker een eigen weergave op basis van gefilterde items maken en deze weergave gebruiken om op
een later moment snel wijzigingen te kunnen doorvoeren. De door de gebruiker gedefinieerde weergave kan worden
gemaakt door de optie 'Huidige weergave opslaan' te gebruiken en de weergave vervolgens een naam te geven.
Vervolgens kan deze weergave worden geselecteerd in de gebruikersitems. Deze gebruikersweergave kan worden opge-
slagen of vanuit een bestand worden gemporteerd via Weergaven opslaan als bestand en Weergaven importeren
uit bestand.
- 42 -
Betoninstellingen (structuur)
Filters
De gebruiker kan kiezen om de hoeveelheid gegevens te filteren op het niveau Standaard of Geavanceerd. Dit is een voor-
beeld voor de groep Solverinstellingen - Algemeen.
Standaardweergave
- 43 -
Kapitel5
Geavanceerde weergave
Standaard
Als de gebruiker ten slotte wil terugkeren naar de voorgedefinieerde waarden, hoeft hij slechts op de knop Standaard te
drukken en alle standaardinstellingen worden teruggezet.
Betoninstellingen - waarden
In het algemeen zijn de items van de betoninstellingen ingedeeld in twee hoofdgroepen:
l Solverinstellingen
l Standaardinstellingen voor ontwerp
Solverinstellingen
Algemeen
Grenswaarde van de eenheidscontrole
Grenswaarde van de eenheidscontrole waarbij de controle nog in
Omschrijving
orde is
Standaard Bewerkvak; standaard = 1,0
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
- 44 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
- 45 -
Kapitel5
Figuur
De cofficint voor het berekenen van kracht, waar de staaf als gedrukt wordt beschouwd
De cofficint voor het berekenen van kracht, waarbij de staaf wordt
Omschrijving
beschouwd als onder druk. Als NEd <= Ncom => staaf onder druk
Standaard Bewerkvak; Coeffcom = 0,1
Norm -
Niveau Geavanceerd
Figuur
Kruip
Type invoer van kruipcofficint
Berekeningstype voor kruipcofficint:
- gebruikerswaarde - de kruipcofficint wordt rechtstreeks door de
Omschrijving gebruiker ingevoerd
- auto - de kruipcofficint wordt automatisch door het programma
berekend
Standaard Combobox; Type = Auto / Gebruikersinvoer; standaard = Auto
Norm Bijlage B.1
Niveau Standaard
Figuur -
- 46 -
Betoninstellingen (structuur)
Relatieve vochtigheid
Omschrijving Relatieve vochtigheid van de omgeving
Standaard Bewerkvak; rechts = 50%
Norm Bijlage B.1
Niveau Geavanceerd
Figuur -
BGT
Effectieve modulus van beton gebruiken
Mogelijkheid om de effectieve E-modulus van beton te gebruiken. Dit
betekent dat het langetermijngedrag van beton wordt meegenomen
Omschrijving
in de analyse van de scheurwijdte, de limietwaarden voor de span-
ning en stijfheidsberekening
Standaard Selectievakje; standaard NEE
Norm 7.1(2)
Niveau Geavanceerd
- 47 -
Kapitel5
Figuur
Interne krachten
Equivalente waarde eerste orde gebruiken
Als deze parameter wordt ingeschakeld, wordt het eerste- orde-
Omschrijving moment in aanmerking genomen als equivalent eerste- orde-
moment.
Standaard Selectievakje; standaard True
Norm 5.8.8.2(2)
Niveau Geavanceerd
Figuur
- 48 -
Betoninstellingen (structuur)
Niveau Geavanceerd
Figuur
- 49 -
Kapitel5
Figuur
Tweede-orde-effect gebruiken
Als deze parameter wordt ingeschakeld, wordt het tweede- orde-
Omschrijving effect in aanmerking genomen als de slankheid groter is dan de
limietslankheid.
Standaard Selectievakje; standaard True
Norm 5.8.8
Niveau Standaard
- 50 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Interne krachtenBGT
Geometrische imperfectie gebruiken
Als deze parameter wordt ingeschakeld, wordt de geometrische
Omschrijving imperfectie gebruikt voor het berekenen van de eerste-orde-excen-
triciteit.
Standaard Selectievakje; standaard True
Norm 5.2.5
Niveau Standaard
Figuur -
Ontwerp As UGT
Cofficint voor reductie van sterkte van het beton in betondrukschoor
Cofficint voor de reductie van de sterkte van het beton in druk-
Omschrijving
beton, die wordt gebruikt voor het berekenen van de ontwerpwaarde
- 51 -
Kapitel5
Ontwerpmethode (balken)
Methode voor het ontwerp van langswapening voor balken en bal-
Omschrijving
kenplaten
Combobox; Auto / Uniaxiaal rond y / Uniaxiaal rond z / Biaxiaal; stan-
Standaard
daard Auto
Norm -
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Ontwerpmethode (kolommen)
Omschrijving Methode voor het ontwerp van langswapening voor kolommen
Combobox; Auto / Uniaxiaal rond y / Uniaxiaal rond z / Biaxiaal; stan-
Standaard
daard Auto
Norm -
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Interactiediagram
Interactiediagrammethode
Mogelijkheid om de methode voor het evalueren van resultaten in te
Omschrijving
stellen met behulp van een interactiediagram:
- 52 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Figuur
- 53 -
Kapitel5
Figuur
Afschuiving
Type berekening / invoer van hoek drukschoor
Type berekening van de hoek tussen de drukschoor en de elementas
voor afschuifcontrole
- Auto: automatische berekening van de minimale hoek gebaseerd op
een voorwaarde
Omschrijving VEd<=VRd.max
- 54 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Figuur
- 55 -
Kapitel5
Figuur
Figuur
- 56 -
Betoninstellingen (structuur)
Torsie
Equivalente dunwandige doorsnede
Type equivalente dunwandige doorsnede dat wordt gebruikt voor de
Omschrijving
berekening van de doorsnedecapaciteit in torsie
Combobox; Automatisch / Van beugels van torsie / Van effectieve
Standaard doorsnede / Van effectieve rechthoekige doorsnede; standaard Auto-
matisch
Norm 6.3.1(3)
Niveau Geavanceerd
Figuur -
- 57 -
Kapitel5
Figuur
Scheurkrachten
Type sterkte voor het berekenen van scheurkrachten
Type treksterkte van het beton dat wordt gebruikt voor het berekenen
van de scheurkrachten in BGT- controles (spanningen en door-
Omschrijving
buigingen). Er kan worden gekozen tussen fctm (tabel 3.1) en fctm,fl
(artikel 3.1.8).
Standaard Combobox; fctm / fctm,fl (standaard fctm )
Norm 7.1(2)
Niveau Geavanceerd
Figuur
- 58 -
Betoninstellingen (structuur)
Doorbuiging
Maximale totale verplaatsing L/x; x =
Omschrij- Maximale totale verplaatsing (niet-liniear + kruip) toegestaan voor 1D-sta-
ving ven, uitgedrukt als verhouding tussen overspanning en diepte
Stan-
Bewerkvak; xtot = 250
daard
Norm 7.4.1(4)
Niveau Standaard
Figuur
- 59 -
Kapitel5
Figuur
Detailleringsregels
Langswapening
Minimale staafafstand controleren
Instelling waarmee wordt bepaald of de minimale vrije staafafstand
Omschrijving
van de langswapening voor balken wordt gecontroleerd.
Standaard Selectievakje; JA
Norm 8.2(2)
Figuur
Minimale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de minimale vrije staafafstand van
Omschrijving
langswapening voor balken
Standaard Bewerkvak; slb,min = 20 mm
Norm 8.2(2)
Figuur
- 60 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Maximale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de maximale vrije staafafstand van
Omschrijving
langswapening voor balken
Bewerkvak; slb,max = 350 mm; dit item is alleen zichtbaar als het
Standaard
bovenstaande selectievakje is ingeschakeld
Norm Normonafhankelijk
Figuur
- 61 -
Kapitel5
Figuur
Figuur
- 62 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Figuur
- 63 -
Kapitel5
Beugels
Minimale kromtestraaldiameter controleren
Instelling waarmee wordt bepaald of de minimale krom-
Omschrijving
testraaldiameter van de beugels voor balken wordt gecontroleerd
Standaard Selectievakje; NEE
Norm 8.3(2)
Figuur -
Figuur
Figuur
- 64 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Vloerstrook
Langsrichting
Minimale staafafstand controleren
Instelling waarmee wordt bepaald of de minimale vrije staafafstand
Omschrijving
van de langswapening voor vloerstroken wordt gecontroleerd.
Standaard Selectievakje; JA
- 65 -
Kapitel5
Norm 8.2(2)
Figuur
Minimale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de minimale vrije staafafstand van
Omschrijving
langswapening voor vloerstroken
Standaard Bewerkvak; slb,min = 20 mm
Norm 8.2(2)
Figuur
- 66 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Figuur
- 67 -
Kapitel5
Figuur
Kolom
Hoofd
Minimale staafafstand controleren
Instelling waarmee wordt bepaald of de minimale staafafstand van
Omschrijving
de langswapening voor kolommen wordt gecontroleerd.
Standaard Selectievakje; JA
Norm 8.2(2)
Figuur
Minimale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de minimale vrije staafafstand van
Omschrijving
langswapening voor kolommen
Standaard Bewerkvak; slc,min = 20 mm
Norm 8.2(2)
- 68 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Figuur
Maximale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de maximale vrije staafafstand van
Omschrijving
langswapening voor kolommen
Bewerkvak; slc,max = 350 mm; dit item is alleen zichtbaar als het
Standaard
bovenstaande selectievakje is ingeschakeld
Norm Normonafhankelijk
Figuur
- 69 -
Kapitel5
Figuur
Figuur
- 70 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Figuur
- 71 -
Kapitel5
Figuur
Figuur
- 72 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Dwarsrichting
Minimale kromtestraaldiameter controleren
Instelling waarmee wordt bepaald of de minimale krom-
Omschrijving testraaldiameter van de beugels voor kolommen wordt gecon-
troleerd
Standaard Selectievakje; NEE
Norm 8.3(2)
Figuur -
Figuur
- 73 -
Kapitel5
Figuur
Min. staafdiameter
Door de gebruiker gedefinieerde minimumdiameter van de langs-
Omschrijving wapening in kolommen; alleen zichtbaar als het bovenstaande selec-
tievakje is ingesteld op JA
Standaard Bewerkvak; dsc,min = 6 mm
Norm 9.5.3(1)
Figuur
Min. staafdiameter
Door de gebruiker gedefinieerde minimumdiameter van de langs-
wapening in kolommen als vermenigvuldigingsfactor van de maxi-
Omschrijving
mumdiameter van de langswapening; alleen zichtbaar als het
bovenstaande selectievakje is ingesteld op JA
Standaard Bewerkvak; x dsc = 25%
Norm 9.5.3(1)
- 74 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Minimale betondekking
Ontwerplevensduur
De ontwerplevensduur is informatie die wordt gebruikt om de mini-
Omschrijving
male betondekking te bepalen
Standaard Bewerkvak; standaard = 50 jaar
Norm 4.4.1.2(5), tabel 4.3N
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Risico op corrosieaanval
Corrosie veroorzaakt door carbonatatie
De milieuklasse als gevolg van carbonatatie wordt gebruikt om de
Omschrijving
minimale betondekking in Tabel 4.4N te bepalen
Standaard Combobox; Geen / X0 / XC1 / XC2 / XC3 / XC4; standaard = XC3
Norm 4.4.1.2(5), tabel 4.3N
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 75 -
Kapitel5
Vries-/dooiaanval
Omschrijving Additionele milieuklasse als gevolg van vries of dooi
Standaard Combobox; Geen / XF1 / XF2 / XF3; standaard = Geen
Norm 4.4.1.2(12)
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Chemische aanval
Omschrijving Additionele milieuklasse als gevolg van een chemische aanval
Standaard Combobox; Geen / XA1 / XA2 / XA3; standaard = Geen
Norm 4.4.1.2(12)
Niveau Standaard
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Risico op slijtageaanval
Omschrijving Additionele milieuklasse als gevolg van slijtageaanval
Standaard Combobox; Geen / XM1 / XM2 / XM3; standaard = Geen
Norm 4.4.1.2(13)
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
- 76 -
Betoninstellingen (structuur)
Betonkarakteristiek
Type beton
De additionele afwijking van de nominale betondekking als gevolg van
Omschrijving
het productietype in aanmerking nemen
Standaard Combobox; In-situ / Prefab; standaard = In-situ
Norm 4.4.1.3(1P, 3)
Niveau Geavanceerd
Figuur -
Element 1D-staaf (Balk / Kolom / Vloerstrook)
Balk
Langsrichting
Boven
Diameter van de bovenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de bovenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,u = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
- 77 -
Kapitel5
Figuur
Element Balk
Figuur
Element Balk
- 78 -
Betoninstellingen (structuur)
Niveau Standaard
Figuur
Element Balk
Onder
Diameter van de benedenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de benedenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,l = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Balk
- 79 -
Kapitel5
Norm 4.4.1
Niveau Standaard
Figuur
Element Balk
Figuur
Element Balk
- 80 -
Betoninstellingen (structuur)
Zijde
Type dekking van de zijwapening
Omschrijving Informatie over het type dekking van de zijwapening
Standaard Combobox; Auto / Gebruiker; standaard = Auto
Norm 4.4.1
Niveau Standaard
Figuur
Element Balk
Figuur
Element Balk
- 81 -
Kapitel5
Beugels
Diameter van de beugels
Omschrijving Informatie over de diameter van de beugels
Standaard Bewerkvak; dss = 8 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Balk
Aantal sneden
Omschrijving Informatie over het aantal sneden voor dwarswapening
Standaard Bewerkvak; ns = 2
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Balk
- 82 -
Betoninstellingen (structuur)
Hoek
Hoek tussen de afschuifwapening en de balkas loodrecht op de
Omschrijving
afschuifkracht
Standaard Bewerkvak; = 90 deg
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Balk
Vloerstrook
Langsrichting
Boven
Diameter van de bovenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de bovenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,u = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Vloerstrook
- 83 -
Kapitel5
Figuur
Element Vloerstrook
Figuur
Element Vloerstrook
Onder
Diameter van de benedenwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de benedenwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,l = 16 mm
- 84 -
Betoninstellingen (structuur)
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Vloerstrook
Figuur
Element Vloerstrook
- 85 -
Kapitel5
Standaard Bewerkvak; cl = 30 mm
Norm 4.4.1
Niveau Standaard
Figuur
Element Vloerstrook
Kolom
Langsrichting
Hoofd
Diameter van hoofdwapening
Omschrijving Informatie over de diameter van de hoofdwapening
Standaard Bewerkvak; standaard ds,m = 16 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Kolom
- 86 -
Betoninstellingen (structuur)
Figuur
Element Kolom
Figuur
Element Kolom
- 87 -
Kapitel5
Beugels
Diameter van de beugels
Omschrijving Informatie over de diameter van de beugels
Standaard Bewerkvak; dss = 8 mm
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Kolom
Aantal sneden
Omschrijving Informatie over het aantal sneden voor dwarswapening
Standaard Bewerkvak; ns = 2
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
Element Kolom
- 88 -
Betoninstellingen (structuur)
Hoek
Hoek tussen de afschuifwapening en de balkas loodrecht op de
Omschrijving
afschuifkracht
Standaard Bewerkvak; = 90 deg
Norm -
Niveau Standaard
Figuur -
Element Kolom
Standaardtype scheefstand
Scheefstandseffecten rond y-as
'Ja' betekent dat de elementen geneigd zijn tot scheefstand (onge-
schoord) rond de y-as van het LCS van de staaf. Deze instelling wordt
Omschrijving in de berekening van de slankheid en interne 1D-krachten toegepast
als in de knikgegevens of de knikgegevensbibliotheek de optie 'Instel-
lingen' is geselecteerd.
Standaard Selectievakje; standaard True
Norm -
Niveau Standaard
Figuur
- 89 -
Kapitel5
Niveau Standaard
Figuur
- 90 -
Uitvoer
Uitvoer
Numerieke uitvoer
Numerieke uitvoer
De resultaten kunnen worden weergegeven in een numerieke of grafische indeling, inclusief dynamische afbeeldingen van
interactiediagrammen en spanning-/rekverdelingen.
Detailniveau van de uitvoer
Het detailniveau van de uitvoer kan worden gekozen in het menu Eigenschappen (Uitvoer). In het algemeen zijn er drie uit-
voerniveaus:
- 91 -
Kapitel6
- 92 -
Uitvoer
- 93 -
Kapitel6
- 94 -
Uitvoer
- 95 -
Kapitel6
- 96 -
Uitvoer
Grafische uitvoer
Grafische uitvoer
De grafische uitvoer is afhankelijk van het geselecteerde onderdeel. Als er slechts n waarde wordt gekozen, wordt er
alleen een waarde getekend en wordt er geen aanvullende tekst of informatie weergegeven. Wanneer er meerdere waar-
den worden gekozen, worden alle geselecteerde waarden parallel met de hartlijn van de balk getekend, waarbij er een voor-
gedefinieerde ruimte tussen de diagrammen wordt aangehouden (zie hoofdstuk [..] voor de instellingen). Tevens wordt elk
diagram beschreven in de verklarende tekst. Hieronder vindt u de grafische uitvoer voor de controlerespons Unity_check;
(cc ) of (cc ) .
- 97 -
Kapitel6
l Wanneer de waarden zonder eenheidscontroles worden gekozen, worden de volgende kleuren gebruikt:
lWaarde onder het minimum kleur rood
l Waarde binnen het bereik kleur grijs
l Waarde boven het maximum kleur blauw
l Wanneer de waarden met eenheidscontroles worden gekozen, worden de volgende kleuren gebruikt:
lWaarde onder het minimum kleur grijs
l Waarde binnen het bereik kleur groen
l Waarde boven het maximum kleur rood
- 98 -
Ontwerp
Ontwerp
Wapeningsontwerp
Eerst krijgt u een overzicht van de invoergegevens voor het ontwerp:
l Slankheidsberekening (voor het elementtype 'kolom'), waarbij wordt bepaald of de tweede-orde-effecten in aanmerking
moeten worden genomen.
Langswapening
Het ontwerp van langswapening om weerstand te bieden aan N, My en Mz wordt uitgevoerd volgens de vereisten van de
uiterste grenstoestand. De ontwerpmethode wordt geselecteerd op basis van het type element (balk x kolom) en volgens
de inwerkende belasting. Er is geen beperking ten aanzien van het type doorsnede (voorheen werden alleen rechthoekige
en ronde kolommen ondersteund) en het belastingstype (voorheen gold voor balken: My OF Mz ).
Als de vereiste wapeningsoppervlakte groter is dan de ruimte die op n laag beschikbaar is, worden er automatisch meer
lagen (met aangepaste hefboomsarm) gegenereerd. Daarna wordt de ontworpen wapening automatisch omgerekend
naar werkelijke staven.
- 99 -
Kapitel7
Afschuifwapening
Het ontwerp van afschuifwapening om weerstand te bieden aan Vy en Vz wordt uitgevoerd volgens de UGT-vereisten.
Voorheen was het alleen mogelijk om afschuifwapening te ontwerpen voor Vy of Vz .
- 100 -
Ontwerp
l De verschuiving van buigende momenten wordt alleen in aanmerking genomen voor liggers en liggers als platen, en in
beide richtingen
l Het tweede-orde-effect en de geometrische imperfectie worden alleen berekend voor kolommen onder druk
l In SEN versie 15 wordt een doorsnede met n veelhoek en n materiaal in aanmerking genomen voor het berekenen
van het tweede-orde-effect en de imperfectie
l In SEN 15 moet voor alle wapeningsstaven hetzelfde materiaal worden gebruikt
- 101 -
Kapitel7
De hoek tussen de betondrukschoor en de balkas loodrecht op de afschuifkracht kan in SEN automatisch worden berekend
of door de gebruiker worden ingevoerd afhankelijk, van de parameter Type berekening/invoer hoek van drukschoor.
Deze parameter kan worden gewijzigd in de 1D-betonelementgegevens, of in de betoninstellingen (als er geen 1D-beton-
elementgegevens zijn gedefinieerd). De volgende opties zijn beschikbaar:
l Auto - de hoek van de drukschoor wordt automatisch berekend als de minimumwaarde tussen min en max volgens ver-
gelijking 6.29 in EN 1992-1-1
- 102 -
Ontwerp
l Gebruiker(hoek) - de hoek van de drukschoor kan direct door de gebruiker worden ingevoerd als een hoek. Als de inge-
voerde waarde buiten het interval min en max valt, wordt voor de berekening de minimum- of maximumwaarde in aan-
merking genomen
l Gebruiker(cotangens) - de hoek van de drukschoor kan direct door de gebruiker worden ingevoerd als cotangens van
de hoek. Als de ingevoerde waarde buiten het interval min en max valt, wordt voor de berekening de minimum- of maxi-
mumwaarde in aanmerking genomen
l Ontwerp - de hoek van de afschuifkracht voor het element 'ligger' kan direct worden in gesteld in de 1D-beton-
elementgegevens, of in de betoninstellingen (als er geen 1D-betonelementgegevens zijn gedefinieerd); zie de onder-
staande afbeeldingen. Voor het element 'kolom' is de hoek van de afschuifwapening altijd 90 graden en kan deze waarde
niet worden gewijzigd.
- 103 -
Kapitel7
Betoninstellingen 1D-betonelementgegevens
l Controle - hoek van beugels wordt geladen vanuit de ingevoerde afschuifwapening. In SEN15 is het alleen mogelijk om
afschuifwapening in te voeren met een hoek van 90 graden
Het elementtype kan worden gedefinieerd in de eigenschappen van het element, via de
parameter Type of rechtstreeks in de 1D-betonelementgegevens
- 104 -
Ontwerp
Cofficint voor de berekening van de kracht waarbij het element onder druk is
De cofficint voor berekening van de krachten waarbij een element onder druk staat, kan worden ingesteld en geladen
vanuit de betoninstellingen (geavanceerd niveau). De standaardwaarde is 0,1. Deze cofficint wordt gebruikt om te bepa-
len of het element onder druk is. Dit is nodig voor de berekening van het tweede-orde-effect, de imperfectie en de minimale
excentriciteit. Een element is onder druk als aan de onderstaande voorwaarde is voldaan:
NEd ontwerpnormaalkracht
fcd ontwerpwaarde van betondruksterkte
Ac is de doorsnede-oppervlakte van de betondoorsnede
- 105 -
Kapitel7
Gesoleerd element
Selectievakje om te bepalen of het element een gesoleerd element is. De standaardinstelling wordt automatisch door het
programma vastgesteld en als er aan het element geen andere elementen gekoppeld zijn, wordt dit element gesoleerd.
Deze parameter kan voor het elementtype Kolom worden gewijzigd in 1D- betonelementgegevens (Geavanceerd
niveau). Deze instelling wordt gebruikt voor de berekening van de lengte van het element, voor het berekenen van de geo-
metrische imperfectie, artikel 5.2(6) in EN 1992-1-1.
- 106 -
Ontwerp
Knikgegevens
In [3] wordt er een gedetailleerde beschrijving gegeven van de wijze waarop knikgegevens worden ingevoerd en berekend.
Daar wordt de algemene functionaliteit beschreven, maar voor betonelementen zijn er additionele parameters voor het defi-
niren van de knikgegevens.
Deze additionele gegevens zijn belangrijk voor de berekening van excentriciteiten als gevolg van imperfectie (zie artikel 5.2
(5) in EN 1992-1-1) en kunnen worden gedefinieerd op het tabblad Knikgegevens in het dialoogvenster Knik en rela-
tieve lengtes (elementeigenschappen > parameter Knik en relatieve lengte > knop Bewerken).
l Combobox Tot. hoogte met deze combobox kan het berekeningstype voor de totale gebouwhoogte of de lengte van
de gesoleerde kolommen worden ingesteld. Deze combobox bevat twee items:
o Berekenen de totale hoogte wordt automatisch berekend als de som van lengtes van alle elementen in het kniksys-
teem
o Gebruiker de waarde kan direct door de gebruiker worden ingevoerd. De ingevoerde waarde wordt in aanmerking
genomen als Berekenen is ingesteld op Gebruiker
l bewerkvak Tot. hoogte met dit bewerkvak kan de totale gebouwhoogte of de lengte van de gesoleerde kolommen
direct door de gebruiker worden ingevoerd. De ingevoerde waarde wordt in aanmerking genomen als het item Gebrui-
ker is ingesteld in de combobox Tot. hoogte.
l bewerkvak my - is het aantal verticale elementen die bijdragen aan het totale effect van de imperfectie loodrecht op de y-
as van het LCS. Dit betekent dat deze waarde wordt gebruikt voor herberekening van het buigende moment rond de y-
as. Voor alle kolommen in het kniksysteem kan er slechts n waarde worden ingesteld
l bewerkvak mz - is het aantal verticale elementen die bijdragen aan het totale effect van de imperfectie loodrecht op de z-
as van het LCS. Dit betekent dat deze waarde wordt gebruikt voor herberekening van het buigende moment rond de z-
as. Voor alle kolommen in het kniksysteem kan er slechts n waarde worden ingesteld
- 107 -
Kapitel7
Betoninstellingen 1D-betonelementgegevens
De imperfectie wordt in aanmerking genomen in de uiterste grenstoestanden en hoeft niet in aanmerking te worden geno-
men voor de bruikbaarheidsgrenstoestanden, zie artikel 5.2 (2P) en 5.2 (3) in EN 1992- 1- 1. Daarom is de stan-
daardinstelling in SEN:
l UGT - geometrische imperfectie gebruiken = Ja; dit betekent dat de geometrische imperfectie in aanmerking wordt geno-
men
l BGT - geometrische imperfectie gebruiken = Nee; dit betekent dat de geometrische imperfectie niet in aanmerking wordt
genomen
Minimumexcentriciteit gebruiken
De gebruiker kan instellen of de minimale eerste-orde-excentriciteit, berekend volgens artikel 6.1(4) in EN 1992-1, in de
berekening van de eerste-orde-excentriciteit in aanmerking wordt genomen inclusief de geometrische imperfectie voor
UGT. Deze instelling kan via Geavanceerde modus/Geavanceerd niveau voor het elementtype 'kolom' direct worden
aangepast in de 1D-betonelementgegevens, of in de betoninstellingen (als er geen 1D-betonelementgegevens zijn gede-
finieerd)
- 108 -
Ontwerp
Betoninstellingen 1D-betonelementgegevens
Tweede-orde-effect gebruiken
Met deze instelling kan de gebruiker bepalen of het tweede-orde-effect in aanmerking wordt genomen. Deze instelling kan
voor het elementtype 'kolom' direct worden aangepast in de 1D-betonelementgegevens, of in de betoninstellingen (als er
geen 1D-betonelementgegevens zijn gedefinieerd)
Betoninstellingen 1D-betonelementgegevens
Als het selectievakje Tweede orde effect gebruiken is ingesteld op Ja, dan wordt het tweede-orde-effect in aanmerking
genomen als aan de onderstaande voorwaarden is voldaan:
- 109 -
Kapitel7
Betoninstellingen 1D-betongegevens
In SEN 15 worden er voor het ontwerp drie typen 1D-staven met verschillende standaardparameters ondersteund:
l Balk - een element dat overwegend wordt belast door buigende momenten, waarvoor langs- en afschuifwapening kun-
nen worden ontworpen. De volgende parameters worden gebruikt:
l Langswapening
l diameter van boven- en onderwapening
l type dekking van boven- en onderwapening (automatisch of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l type dekking van zijwapening (boven, onder, of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l materiaal van langswapening (alleen in 1D-betongegevens)
Beugels
l beugeldiameter
l aantal sneden (aantal afschuifverbindingen)
l hoek van afschuifwapening
l materiaal van afschuifwapening (alleen in 1D-betongegevens)
l basis (door de gebruiker gedefinieerde beugel) - de gebruiker kan een eigen waarde definiren voor de opper-
vlakte van de afschuifwapening per meter, met een hoek en het materiaal voor deze wapening.
l Ligger als plaat - een element dat overwegend wordt belast door buigende momenten, waarvoor geen afschuif-
wapening wordt ontworpen (bijvoorbeeld snede van 2D-element). De volgende parameters worden gebruikt:
l Langswapening
l diameter van boven- en onderwapening
l type dekking van boven- en onderwapening (automatisch of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l type dekking van zijwapening (boven, onder, of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l materiaal van langswapening (alleen in 1D-betongegevens)
l Kolom - een element dat overwegend onder druk staat en waarvoor langs- en afschuifwapening kunnen worden ont-
worpen. De volgende parameters worden gebruikt:
l Langswapening
l diameter van boven- en onderwapening
l type dekking van boven- en onderwapening (automatisch of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
- 110 -
Ontwerp
l type dekking van zijwapening (boven, onder, of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l materiaal van langswapening (alleen in 1D-betongegevens)
Beugels
l beugeldiameter
l aantal sneden (aantal afschuifverbindingen)
l materiaal van afschuifwapening (alleen in 1D-betongegevens)
Betoninstellingen 1D-betonelementgegevens
l voor liggers
- 111 -
Kapitel7
is de inwendige
hefboomsarm
van de door-
z
snede z = Coeffz
Coeffdh(b)
is de effectieve
diepte van de
d
doorsnede d =
Coeffdh(b)
cofficint voor
berekening van
de effectieve
diepte van de
doorsnede "Cof-
Coeff
ficint voor bere-
d kening van de
effectieve diepte
van een door-
snede" op pagina
101
cofficint voor
berekening van
Coeff
de inwendige hef-
z boomsarm van
de doorsnede
de afmeting van
de doorsnede op
het zwaartepunt
van de door-
h (b)
snede in z(y)-rich-
ting in het LCS
van de door-
snede
de hoek tussen
de beton-
drukschoor en de
balkas loodrecht
op de afschuif-
kracht "Hoek tus-
sen de
betondrukschoor
en de balkas" op
pagina 102
- 112 -
Ontwerp
de hoek tussen
de afschuif-
wapening en de
balkas loodrecht
op de afschuif-
kracht
l de afschuiving van het element voor berekening van de waarde VRd.max wordt berekend als minimumbreedte van de
doorsnede waar de volledige doorsnede loodrecht op de richting van afschuifkrachten staat
l de waarde Ak en uk voor berekening van TRd.max wordt berekend voor de effectieve rechthoekige doorsnede, die
dezelfde doorsnede-oppervlakte en omtrek heeft als de ingevoerde doorsnede
NEd ontwerpnormaalkracht
cofficint voor de berekening van de kracht, om te bepalen of het element
Coeff
onder druk is; zie "Cofficint voor de berekening van de kracht waarbij het ele-
com ment onder druk is" op pagina 105
fcd ontwerpwaarde van betondruksterkte
Ac is de doorsnede-oppervlakte van de betondoorsnede
l de equivalente buigende momenten van de eerste orde worden in aanmerking genomen. Dit betekent dat de buigende
momenten over de gehele lengte van het element gelijk zijn. Deze optie wordt gebruikt als in de 1D-beton-
elementgegevens of in de betoninstellingen (als er geen 1D-betonelementgegevens zijn gedefinieerd) het selectievakje
Equivalente eerste-orde-waarde gebruiken is ingesteld op 'Ja'
- 113 -
Kapitel7
l de eerste-orde-excentriciteit wordt berekend op basis van de buigende momenten in de huidige doorsnede. Hieruit volgt
dat de buigende momenten in elke doorsnede verschillend kunnen zijn. Deze optie wordt gebruikt als in de 1D-beton-
elementgegevens of in de betoninstellingen (als er geen 1D-betonelementgegevens zijn gedefinieerd) het selectievakje
Equivalente eerste-orde-waarde gebruiken is ingesteld op 'Nee'
Het equivalente eerste-orde-moment wordt berekend volgens artikel 5.8.8.2 (2) in EN 1992-1-1
M0,ey = max (0,6*M02,y +0,4*M01,y; 0,4* M02,y )
- 114 -
Ontwerp
h is de reductiefactor voor de lengte van de kolom of de hoogte van de constructie. Deze waarde wordt berekend volgens
de volgende formule:
l is de lengte van de kolom of de hoogte van de constructie, afhankelijk van het feit of het element al dan niet is gesoleerd; zie
"Gesoleerd element" op pagina 106
my (mz ) is het aantal verticale elementen die bijdragen aan het totale effect van de imperfectie loodrecht op de y(z)-as van
het LCS. Dit betekent dat deze waarde wordt gebruikt voor het omrekenen van het buigende moment rond de y(z)-as van
het LCS. Deze waarde kan worden gedefinieerd in Knikgegevens, zie "Knikgegevens" op pagina 107
Het effect van imperfectie voor een gesoleerde kolom en voor de constructie wordt altijd in aanmerking genomen als een
excentriciteit volgens artikel 5.2(7a) in EN 1992-1-1.
l0,y(z) is de effectieve lengte van het element (kolom) rond de y(z)-as van het LCS (loodrecht op de y(z)-as van het LCS),
die kan worden gedefinieerd in Knikgegevens; zie "Knikgegevens" op pagina 107
De richting (het teken) van de waarde van de excentriciteit als gevolg van imperfectie moet
dezelfde zijn als de richting (teken) van de eerste-orde-excentriciteit.
Minimale eerste-orde-excentriciteit
De minimale eerste-orde-excentriciteit wordt berekend volgens artikel 6.1(4) in EN 1992-1-1. -
- 115 -
Kapitel7
De minimale excentriciteit wordt in aanmerking genomen als het selectievakje Minimale waarde van excentriciteit
gebruiken is ingesteld op Ja, zie
De richting (het teken) van de minimale eerste-orde-excentriciteit moet dezelfde zijn als de
richting (het teken) van de eerste-orde-excentriciteit.
Nadat de eerste-orde-excentriciteit inclusief het effect van imperfectie is berekend, wordt het eerste-orde-moment inclusief
het effect van imperfecties rond de y(z)-as van het LCS berekend:
M0Ed,y(z) = NEd* eoEd,z(y)
l Algemene methode - het evenwicht en de weerstand worden getoetst in de vervormde toestand; vervormingen worden
berekend door de relevante effecten van scheurvorming, niet-lineaire materiaaleigenschappen en kruip in aanmerking
te nemen, zie artikel 5.8.2(2) in EN 1992-1-1,
l Vereenvoudigde methode gebaseerd op nominale kromming volgens EN 1992-1-1, artikel 5.8.8
- 116 -
Ontwerp
JA JA
JA NEE
NEE JA e2y(z) = 0
NEE NEE
(1/r)y is de kromming rond de y(z)-as van het LCS (loodrecht op de y(z)-as van het
(z) LCS), zie
is de effectieve lengte van het element (kolom) rond de y(z)-as van het LCS
l0,y(z)
(loodrecht op de y(z)-as van het LCS), zie "Knikgegevens" op pagina 107
is een factor afhankelijk van de krommingsverdeling rond de y(z)-as van het
LCS volgens artikel 5.8.8.2(4) in EN 1992-1-1.
l voor een constant eerste orde buigend moment (niet-nul) over de gehele
cy(z) lengte van de kolom en indien het equivalente buigende moment in aan-
merking wordt genomen (zie"Equivalente waarde eerste orde gebruiken"
op pagina 104 ), wordt waarde 8 gebruikt
l in andere gevallen wordt waarde 10 gebruikt
slankheidsverhouding rond de y(z)-as van het LCS, zie "Berekening van de
ly(z)
slankheid" op pagina 141
ly(z),- limietslankheidsverhouding rond y(z)-as van het LCS, zie "Berekening van de
lim limietslankheid" op pagina 142
De richting (het teken) van de laatste waarde van de tweede- orde- excentriciteit moet
dezelfde zijn als de richting (het teken) van de eerste-orde-excentriciteit.
- 117 -
Kapitel7
Hieruit volgt dat de berekening van de kromme afhankelijk is van een groot aantal parameters en factoren, waarvan de
belangrijkste hieronder worden vermeld:
Btacofficint
De slankheid van de kolom voor berekening van de factor Kf,y(z) wordt in aanmerking genomen door parameter (by(z)), die
wordt berekend volgens de formule:
- 118 -
Ontwerp
l voor symmetrische wapening en als de volledige wapening niet aan tegenoverliggende zijden is geconcentreerd maar
een deel ervan parallel is gedistribueerd
l in overige gevallen (controle) - de effectieve diepte wordt berekend vanaf het evenwichtsvlak of, als deze waarde niet
vanaf dit vlak kan worden berekend, met behulp van een vereenvoudigde berekening; zie "Cofficint voor berekening
van de effectieve diepte van een doorsnede" op pagina 101
De berekening van de traagheidsstraal van de totale wapening en de afstand vanaf het midden van de trekwapening tot de
trekrand, hangt af van de vorm van de doorsnede en van het feit of de interne krachten worden berekend voor wape-
ningsontwerp of voor controles. Dit betekent dat deze waarde verschillend kan zijn voor wapeningsontwerp en voor con-
troles.
- 119 -
Kapitel7
- 120 -
Ontwerp
- 121 -
Kapitel7
- 122 -
Ontwerp
Voor een niet-symmetrische doorsnede met niet-symmetrische wapening moet volgens de aanbeveling uit [4] de volgende
formule worden gebruikt:
yd
- 123 -
Kapitel7
l Auto - de richting voor berekening van het tweede-orde-effect en de geometrische imperfectie wordt automatisch
bepaald volgens de voorwaarden 5.38a en 5.38b in EN 1992-1-1
De uniaxiale berekening voor automatische bepaling wordt in aanmerking genomen als aan de onderstaande voor-
waarden is voldaan; anders wordt de biaxiale berekening gebruikt
l Uniaxiaal - het tweede-orde-effect en de geometrische imperfectie worden slechts in n richting (meer ongunstige rich-
ting) in aanmerking genomen. Als de meer ongunstige richting niet kan worden toegewezen (de eigenschappen van de
buitengewone buigende momenten, effectieve lengte en doorsnede zijn in beide richtingen gelijk), worden het tweede-
orde-effect en de geometrische imperfectie in beide richtingen in aanmerking genomen.
l Biaxiaal: het tweede-orde-effect en de geometrische imperfectie worden altijd in beide richtingen in aanmerking geno-
men
In EN 1992-1-1 worden er geen regels voor het bepalen van de ongunstige richting gegeven. Daarom wordt in SEN de pro-
cedure gebruikt die wordt beschreven in [5], waarbij de ongunstige richting wordt vastgesteld volgens de onderstaande ver-
gelijking:
- 124 -
Ontwerp
5.8.9(3) in EN 1992-1-1
Ribs
The ribs have not been supported until version 15.3 in new concrete checks . From this version it is possible to use concrete
rib in design and check. There are the following improvements:
l settings for ribs were defined in concrete settings (structure) and concrete member data similarly as for beams
- 125 -
Kapitel7
l it is not necessary to switch check-box rib in property dialogue of the design or check
l rib can be any shape of cross-section, general cross-section is also supported
l the final shape of cross-section is a composition of rib cross-section and part of the slab. Finally one polygon is exported to
EMD data
l reinforcement of the rotated L or Tcross-section is done automatically. The reinforcement template is considered as ori-
ginal T or L section but reinforcement is correctly inputted as rotated
l new reinforcement template for X section have been prepared
- 126 -
Ontwerp
- 127 -
Kapitel7
- 128 -
Ontwerp
l design and check for rib with different material than is in the slab is not supported
Literatuur
1. EN 1992-1-1: 2004 Eurocode 2: Ontwerp van betonconstructies Deel 1: Algemene regels en
regels voor gebouwen
2. ENV 1992-1-1: 1991 Eurocode 2: Ontwerp van betonconstructies Deel 1: Algemene regels en
regels voor gebouwen
- 129 -
Kapitel7
l shear forces and bending moments in both directions are reduced. It means Vy and Vyz and My and Mz.
l reduction is done for beams only
l both reductions (shear and moments) will be done per request in concrete setup or in concrete member data
l when concrete member data are not defined then defaults of support widths are taken into account and generated.
l different procedure for support type (support or column ) for bending moment reactions
in the edge of the column in the edge of the column + effective depth of the cross-section
Value "d" is taken into account from the point where the support or column is placed
There is a selection in concrete settings of in concrete member data for type of shear reduc-
tion
- 130 -
Ontwerp
The way of moment reduction is based on type of support.if standard support is defined
then reduction using formula is used. If column is defined then reduction in the edge of the
columns is used.
When support type Support on beam is used then this support is considered as column
and reduction is based on edge of the column is applied
Support type Line support on beam is not considered fro reduction at all
Concrete setup
Global settings valid for whole structure can be defined as a special new items in Concrete settings
IF the shear force is set YES then Reduce shear force combobox is active. As described previously there are two options:
- 131 -
Kapitel7
This options are available only for of structure is (Beam, Beam Slab, Rib)
Default for Reduction is OFF, these items are dependent on advanced mode
- 132 -
Ontwerp
These items are visible only for member type different than Column (Beam, Beams slab,
Rib)
In the bottom of concrete member data there is a special action button for Update of support width. This action button col-
lects all linked members or supports to investigated member and read theirs support widths. Update support width dialogue
is action button in concrete member data
Correct support widths are taken into account also for rotated or inclined columns
When you click on this button there is the following dialogue, where the user has the possibility to set on or off particular set-
tings. related to:
l support width
l shear reduction
l moment reduction
There is also possibility to export information from CMD to ER. there are prepared two new TLXfiles:
- 133 -
Kapitel7
l ForcesReduction
l Support widths
- 134 -
Ontwerp
Reduced Vz
- 135 -
Kapitel7
- 136 -
Ontwerp
When shifting and reduction of bending moments are both selected then at first shifting is
done and afterwards the reduction is applied.
- 137 -
Kapitel7
- 138 -
Ontwerp
Slankheid
Inleiding
De slankheid en limietslankheid van de kolom moeten worden gecontroleerd vr het ontwerp of de controle van de ele-
menten. Het gebruik van het tweede-orde-effect in de berekening hangt af van de slankheidscontrole, omdat als de slank-
heid tijdens de controle groter is dan de limietslankheid, het tweede- orde- effect bij de berekening van de kolom in
aanmerking moet worden genomen.
JA
NEE
De slankheid en limietslankheid worden berekend volgens artikel 5.8.3.1 en 5.8.3.2 in EN 1992-1-1. Voor de berekening
worden de volgende voorwaarden gebruikt:
l De slankheid wordt berekend voor liggers en kolommen en voor algemene belasting (N+My+Mz)
l De limietslankheid wordt alleen berekend als de normaalkrachten kleiner zijn dan nul (N < 0 kN)
- 139 -
Kapitel7
l In SEN versie 15 wordt een doorsnede met n veelhoek en n materiaal in aanmerking genomen
l In SEN 15 moet voor alle wapeningsstaven hetzelfde materiaal worden gebruikt
Knikgegevens
In [3] wordt er een gedetailleerde beschrijving gegeven van de wijze waarop knikgegevens worden ingevoerd en berekend.
Daar wordt de algemene functionaliteit beschreven, maar voor de berekening van de slankheid en de limietslankheid zijn de
volgende eigenschappen van belang:
l eigenschappen voor berekening van de effectieve lengte van het element rond de y- en z-as
l of het element geschoord (scheefstand = NEE) of ongeschoord (zijdelingse verplaatsing = JA) is rond de y- en z-as
Kruipcofficint
Deze waarde kan in Betoninstellingen worden ingesteld via Geavanceerd niveau of in 1D-staafgegevens (Gea-
vanceerde modus is ingeschakeld), indien gedefinieerd. De kruipcofficint kan automatisch worden berekend met behulp
van de ingevoerde ouderdom van het beton en de relatieve luchtvochtigheid (zie bijlage B.1 in EN 1992-1-1), als Type
invoer van kruipcofficint is ingesteld op Auto. Als Type invoer van kruipcofficint is ingesteld op Gebrui-
kerswaarde, dan kan de kruipcofficint direct door de gebruiker worden ingevoerd.
- 140 -
Ontwerp
Deze waarden moeten worden berekend voordat het ontwerp van de wapening wordt uitgevoerd, maar dan is nog niet
bekend wat de wapeningsoppervlakte is. Hieruit volgt dat voor de berekening van deze waarde:
De derde oplossing is in SEN gemplementeerd via de parameter 'Geschatte verhouding van de langswapening voor her-
berekening van de interne krachten'. Hier kan de gebruiker de verhouding van de wapening instellen die wordt gebruikt
voor berekening van de bovenstaande waarden. Deze waarde kan in de betoninstellingen worden ingesteld via Gea-
vanceerd niveau, of in 1D staafgegevens (geavanceerde modus is ingeschakeld), indien gedefinieerd. De totale wape-
ningsoppervlakte wordt berekend volgens de volgende formule:
As =s.Ac
waarbij het volgende geldt:
is de effectieve
lengte van het
element (kolom)
rond de y(z)-as
van het LCS
(loodrecht op de
l
y(z)-as van het
0,y LCS), die kan
(z) worden gede-
finieerd via Knik-
gegevens; zie
"Berekening van
de slankheid"
boven
- 141 -
Kapitel7
is de traag-
heidsstraal van
de onge-
i
scheurde beton-
c,y doorsnede in de
(z) richting van de y
(z)-as van het
LCS
De slankheid wordt berekend in elke doorsnede; hieruit volgt dat voor variabele elementen
en elementen met een voute de slankheid over de lengte van het element kan verschillen
De limietslankheid wordt berekend volgens artikel 5.8.3.1(1) in EN 1992-1-1. De limietslankheid en de slankheid worden
voor elke richting altijd afzonderlijk gecontroleerd volgens 5.8.3.1(2) in EN 1992-1-1. De formule voor berekening van de
limietslankheid in EN 1992-1-1 is een nationale parameter; dit betekent dat er in sommige landen een andere formule,
methode of waarde kan worden gebruikt, zie de betoninstellingen (Manager voor nationale bijlagen > EN 1992-1-1 >
Algemeen > UGT > Algemeen > lambda_lim )
- 142 -
Ontwerp
Voor sommige nationale bijlagen zijn er wijzigingen aangebracht in de berekening van de limietslankheid; zie de onder-
staande tabel
- 143 -
Kapitel7
De limietslankheid wordt berekend in elke doorsnede; hieruit volgt dat voor variabele ele-
menten en elementen met een voute, elementen met een ongelijkmatige normaalkracht
over de lengte van het element, of elementen waarin de wapening niet over de gehele
lengte constant is, de limietslankheid over de lengte van het element kan verschillen
Effectieve kruipverhouding
In Scia Engineer wordt voor berekening van de limietslankheid de kruipverhouding gebruikt die wordt geladen uit de beton-
elementgegevens of uit de betoninstellingen (als er geen betonelementgegevens zijn gedefinieerd), zie"Effectieve kruip-
verhouding" boven . Dit betekent dat als de gebruiker de effectieve kruipverhouding volgens artikel 5.8.4 in EN 1992-1-1 in
aanmerking wil nemen, de waarde van deze kruipverhouding direct in de betoninstellingen of in de betonelementgegevens
moet worden ingevoerd. Anders wordt de uiteindelijke kruipverhouding in aanmerking genomen
De cofficint A wordt berekend volgens de volgende formule:
A = 1/1+0,2f.
B = (1+2)
Mechanische wapeningsverhouding - ontwerp
De mechanische wapeningsverhouding hangt af van de totale oppervlakte van de langswapening. Voor het wape-
ningsontwerp wordt de totale wapeningsoppervlakte berekend op basis van de geschatte verhouding die wordt geladen uit
de betonelementgegevens of uit de betoninstellingen (als er geen betonelementgegevens zijn gedefinieerd), zie'Geschatte
- 144 -
Ontwerp
langswapeningsverhouding' . De mechanische wapeningsverhouding is over de gehele lengte van de kolom gelijk en wordt
berekend volgens de onderstaande formule:
De vorm van het buigende moment wordt uitgedrukt door de verhouding van de eerste orde buigende eindmomenten, zon-
der invloed van de imperfectie op de geselecteerde lokale as. De verhouding van deze momenten (waarde rm ) hangt af van
het type element en de vorm van de afschuifkracht.
l als het type element rond de lokale as ongeschoord is (scheefstand = JA), dan rm = 1,0
l als het type element rond de lokale as geschoord is (scheefstand = NEE) en de eerste-orde-momenten uitsluitend of
voornamelijk ontstaan als gevolg van imperfecties of belasting in dwarsrichting (maximaal buigend moment over het ele-
ment bevindt zich niet aan het begin of het eind van het element), dan rm = 1,0
l anders wordt de waarde rm berekend volgens de formule
Relatieve normaalkracht
De relatieve normaalkracht wordt berekend volgens de volgende formule:
n = NEd / Ac fcd
- 145 -
Kapitel7
Als de normaalkracht niet gelijkmatig is bij de lengte van de kolom of het deel van de kolom
(voor variabele elementen en elementen met voute), wordt de maximumwaarde van de
normaalkracht bij de lengte van de kolom of het deel van de kolom in aanmerking geno-
men.
Waarschuwingen en fouten
Tijdens de controle van de scheurwijdte kunnen de volgende fouten, waarschuwingen en opmerkingen worden weer-
gegeven:
- 146 -
Ontwerp
Afkortingen
Afkorting Verklaring
SEN Software SCIA Engineer
FNL Fysische niet-lineaire berekening
GNL Geometrische niet-lineaire berekening
LCS Lokaal cordinatensysteem
GCS Globaal cordinatensysteem
REDES De module in SEN waarmee een gebruiker de wapening voor 1D-elementen via een sjabloon kan invoeren
BGT Bruikbaarheidsgrenstoestand
UGT Uiterste grenstoestand
Literatuur
2. ENV 1992-1-1: 1991 Eurocode 2: Ontwerp van betonconstructies Deel 1: Algemene regels en
regels voor gebouwen
Wapeningsontwerp - theorie
Inleiding
In SEN 15 is het mogelijk om wapening te ontwerpen voor een algemene doorsnede die wordt belast door algemene krach-
ten (N, My,Mz,Vy,Vz, Mx). De volgende ontwerpmogelijkheden zijn beschikbaar:
l uit statische berekening vereiste langswapening, zie "Ontwerp van langswapening" op pagina 150
l langswapening inclusief detailleringsregels
l uit statische berekening vereiste afschuifwapening, zie "Ontwerp van dwarswapening" op pagina 160
l afschuifwapening inclusief detailleringsregels
l torsie-langswapening, zie "Torsie-langswapening" op pagina 172
l de additionele trekkrachten als gevolg van afschuiving worden in aanmerking genomen door verschuiving van buigende
momenten, zie artikel 9.2.1.3(2) in EN 1992-1-1,
l er wordt een doorsnede met n veelhoek en n materiaal in aanmerking genomen,
l praktische (door de gebruiker gedefinieerde) wapening wordt niet in aanmerking genomen.
- 147 -
Kapitel7
Betoninstellingen 1D-betongegevens
In SEN 15 worden er voor het ontwerp drie typen 1D-staven met verschillende standaardparameters ondersteund:
l Balk - een element dat overwegend wordt belast door buigende momenten, waarvoor langs- en afschuifwapening kun-
nen worden ontworpen. De volgende parameters worden gebruikt:
l Langswapening
l diameter van boven- en onderwapening
l type dekking van boven- en onderwapening (automatisch of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l type dekking van zijwapening (boven, onder, of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l materiaal van langswapening (alleen in 1D-betongegevens)
Beugels
l beugeldiameter
l aantal sneden (aantal afschuifverbindingen)
l hoek van afschuifwapening
l materiaal van afschuifwapening (alleen in 1D-betongegevens)
l basis (door de gebruiker gedefinieerde beugel) - de gebruiker kan een eigen waarde definiren voor de opper-
vlakte van de afschuifwapening per meter, met een hoek en het materiaal voor deze wapening.
l Ligger als plaat - een element dat overwegend wordt belast door buigende momenten, waarvoor geen afschuif-
wapening wordt ontworpen (bijvoorbeeld snede van 2D-element). De volgende parameters worden gebruikt:
l Langswapening
l diameter van boven- en onderwapening
l type dekking van boven- en onderwapening (automatisch of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l type dekking van zijwapening (boven, onder, of door de gebruiker gedefinieerde waarde)
l materiaal van langswapening (alleen in 1D-betongegevens)
l Kolom - een element dat overwegend onder druk staat en waarvoor langs- en afschuifwapening kunnen worden ont-
worpen. De volgende parameters worden gebruikt:
l Langswapening
- 148 -
Ontwerp
l Voor alle typen 1D-staven (balk, kolom, vloerstrook) kunnen er standaardinstellingen voor het ontwerp worden gede-
finieerd.
l in deze instelling is het niet mogelijk om het materiaal voor langs- en afschuifwapening in te voeren of te bewerken; voor
alle typen elementen wordt hetzelfde materiaal uit de projectgegevens geladen
l in deze instelling kunnen alleen de standaardinstellingen voor het ontwerp van het geselecteerde elementtype worden
bewerkt
l het materiaal voor de afschuif- en langswapening kan direct in de betonelementgegevens worden bewerkt
Ontwerpmethode
De gebruiker kan het type methode voor ontwerpwapening van kolommen en balken instellen. Deze instelling kan voor het
elementtype 'kolom' of 'balk' via Geavanceerde modus/Geavanceerd niveau direct worden aangepast in de 1D-beton-
elementgegevens, of in de betoninstellingen (als er geen 1D-betonelementgegevens zijn gedefinieerd)
Voor balken en kolommen worden er voor het ontwerp van de uit statische berekening vereiste wapening vier typen metho-
den ondersteund:
l auto
l uniaxiaal rond y
l uniaxiaal rond z
l biaxiaal
Voor het elementtype 'ligger als plaat' wordt altijd de uniaxiale methode rond de y- as
gebruikt.
- 149 -
Kapitel7
Ongeacht de geselecteerde methode wordt voor ronde en ovalen kolommen altijd de biaxi-
ale methode gebruikt.
De automatische methode voor ontwerpwapening is gebaseerd op de verhouding van buigende momenten rond de y- en
z-as en op de waarde van de limietverhouding van buigende momenten voor het gebruik van de uniaxiale methode. Deze
grenswaarde kan worden ingesteld en geladen vanuit de betoninstellingen (geavanceerd niveau). De standaardwaarde is
0,1. Hieruit volgt dat als de verhouding van maximale buigende momenten rond de y- en z-as voor alle combinaties in de hui-
dige doorsnede kleiner is dan de limietverhouding van buigende momenten, de uniaxiale methode voor het ontwerp wordt
gebruikt; in andere gevallen wordt de biaxiale methode gebruikt
- 150 -
Ontwerp
In SEN 15 worden er vier methoden voor het ontwerp van wapening voor liggers en kolommen ondersteund; zie "Ont-
werpmethode" op pagina 149
Voor het elementtype 'ligger als plaat' wordt altijd de uniaxiale methode rond de y- as
gebruikt.
Ongeacht de geselecteerde methode wordt voor ronde en ovalen kolommen altijd de biaxi-
ale methode gebruikt.
Het ontwerp van de vereiste oppervlakte zorgt voor een beter overzicht en de grafische weergave wordt omgerekend in de
richting van de LCS-as van de doorsnede (element); zie "Herberekening van wapening in richtingen" op pagina 155
Behalve voor de uit statische berekening vereiste langswapening (As.req) berekent het programma de ingevoerde wape-
ning (As.prov ). Dit is de uit statische berekening vereiste langswapeningsoppervlakte die wordt omgerekend naar werkelijke
staven, waarbij:
l de diameter van de langswapening in aanmerking wordt genomen (doorsnede-oppervlakte van staven met ingevoerde
diameter)
l het minimumaantal staven per rand 2 is
l het aantal staven wordt afgerond op hele getallen
l voor alle randen de hoekstaven in aanmerking worden genomen (de helft van de staaf wordt voor de ene rand in aan-
merking genomen en de andere helft voor de tweede rand)
- 151 -
Kapitel7
Uniaxiale ontwerpmethode
Deze methode biedt alleen de mogelijkheid om wapening te ontwerpen voor normaalkracht (N Ed ) en voor n buigend
moment (MEd). Als de doorsnede rond beide assen wordt belast door buigende momenten, wordt er n buigend moment
genegeerd:
l voor de methode uniaxiaal rond y wordt het buigende moment MEdz genegeerd; hieruit volgt dat er alleen wapening
wordt ontworpen voor normaalkrachten NED en buigend moment MEdy
l voor de methode uniaxiaal rond z wordt het buigende moment MEdy genegeerd; hieruit volgt dat er alleen wapening
wordt ontworpen voor normaalkrachten NED en buigend moment MEdz
- 152 -
Ontwerp
De resultaten van de uniaxiale methode zijn afhankelijk van het type element:
De positie van de wapening wordt berekend op basis van parameters die zijn gedefinieerd
in Standaardinstellingen voor ontwerp, zie "Positie van wapening berekenen" beneden
l ligger
- 153 -
Kapitel7
l kolom
- 154 -
Ontwerp
moment voor een gevaarlijke combinatie, die de grootste lineaire spanning in de door-
snede veroorzaakt
In SEN 15 worden er maximaal 5 lagen in aanmerking genomen. Als het maximumaantal lagen (nmax =5) niet efficint is,
wordt het programma beindigd met fouten.
Ontwerp voor meerdere lagen wordt alleen ondersteund voor liggers en liggers als platen
- 155 -
Kapitel7
herberekend, hangt af van de hoek van de rand ten opzichte van de y-as en de hoek van het resultante buigende moment
ten opzichte van de y-as. Zie onderstaande afbeeldingen. Hieruit volgt dat er in de grafische en numerieke uitvoer vier wape-
ningsoppervlakten kunnen worden weergegeven:
- 156 -
Ontwerp
Biaxiale ontwerpmethode
Deze methode biedt de mogelijkheid om wapening te ontwerpen voor normaalkracht (N Ed) en biaxiale buigende momen-
ten. Deze methode is gebaseerd op de interactieformule, vergelijking 5.39 in EN 1992-1-1.
M
Ed- is het ontwerpmoment rond de y-as
y
M
Ed- is het ontwerpmoment rond de z-as
z
is de ontwerpmomentweerstand rond de y-as; dat wil zeggen de
M
intersectie van het interactiediagram en de lijn parallel met de My-
Rd- as over het punt met cordinaten [NEd,MEdy ,0]; zie "Theoretische
y achtergrond" op pagina 191
is de ontwerpmomentweerstand rond de y-as; dat wil zeggen de
M
intersectie van het interactiediagram en de lijn parallel met de Mz-
Rd- as over het punt met cordinaten [NEd,0,MEdz ]; zie "Theoretische
y achtergrond" op pagina 191
is de exponent van de interactieformule
- 157 -
Kapitel7
l het programma ontwerpt de initile wapeningsoppervlakte op basis van de lineaire spanning op de randen van de door-
snede
l het programma vergroot de wapeningsoppervlakte, genereert een interactiediagram rond de y- en z-as en controleert
de interactieformule in de iteratieve berekening tot aan de interactieformule is voldaan
l als aan de interactieformule is voldaan, controleert het programma het vervormingsvlak en verhoogt het de wape-
ningsoppervlakte als het vervormingsvlak niet wordt gevonden
- 158 -
Ontwerp
De resultaten van de biaxiale methode zijn afhankelijk van het type element:
Automatische ontwerpmethode
Het is mogelijk om een automatische methode voor het ontwerp te gebruiken. Het programma selecteert automatisch de
uniaxiale of biaxiale methode, afhankelijk van de waarden van de buigende momenten rond de y- en z-as. Hieruit volgt:
l de biaxiale methode (zie"Biaxiale ontwerpmethode" op pagina 157 ) wordt gebruikt in de overige gevallen
- 159 -
Kapitel7
In elke doorsnede van het element kunnen verschillende methoden voor wape-
ningsontwerp worden gebruikt, afhankelijk van de waarden van buigende momenten rond
de y- en z-as uit alle combinaties
l ontwerp voor biaxiale afschuifkracht, zie "Ontwerpafschuifwapening voor afschuifkrachten" op pagina 162
l ontwerp voor torsie, zie "Ontwerpdwarswapening voor torsie" op pagina 167
l ontwerp voor de interactie tussen afschuifkracht en torsie, zie "Ontwerpdwarswapening voor interactie tussen afschui-
ving en torsie" op pagina 170
Het ontwerp wordt uitgevoerd volgens artikel 6.1-6.3 in EN 1992-1-1. Tevens wordt de ontwerpwapening voor afschuiving
en torsie vaak gebaseerd op de theorie van het betonvakwerkmodel. In deze theorie wordt er aangenomen dat er een vir-
tueel vakwerkmodel in een betonligger aanwezig is. Dit vakwerkmodel bevat een aantal verticale (of enigszins diagonale),
horizontale en diagonale elementen. De verticale staven worden gezien als de beugels; de horizontale staven zijn de hoofd-
wapening en de diagonale staven zijn de betonschoren.
- 160 -
Ontwerp
l De afschuifkrachten worden in beide richtingen in aanmerking genomen en het ontwerp van de afschuifwapening wordt
uitgevoerd voor de resultante van afschuifkrachten
l De parameters van het evenwichtsvlak (waarde, d, z en h) worden omgerekend naar de richting van de resultante
afschuifkracht
l De ontwerpafschuifweerstand van het element zonder afschuifwapening (VRd,c ) wordt berekend volgens artikel 6.2.2
(1) in EN 1992-1-1, mits de doorsnede gescheurd is bij buiging, anders wordt artikel 12.6.3 in EN 1992-1-1 gebruikt
l De ontwerpwaarde van de maximumafschuifkracht wordt berekend volgens artikel 6.2.2(6) (VEd,max ) en 6.2.3 (3,4)
(VRd,max ) in EN 1992-1-1
l De ontwerpwaarde van de afschuifweerstand wordt berekend volgens 6.2.3 (3,4) (VRd,s ) in EN 1992-1-1
l Het aantal afschuifverbindingen wordt direct geladen uit de standaardinstellingen voor ontwerp in de betoninstellingen of
de betongegevens, zie "Standaardinstellingen voor ontwerp" op pagina 109
l De hoek van de drukschoor kan automatisch worden berekend of worden gedefinieerd door de gebruiker; zie "Hoek tus-
sen de betondrukschoor en de balkas" op pagina 102
l Het torsiescheurmoment (TRd,c ) wordt berekend volgens artikel 6.3.2(5) in EN 1992-1-1
l De ontwerpwaarde van het maximum van het torsieweerstandmoment (TRd,max ) wordt berekend volgens artikel 6.3.2
(4) in EN 1992-1-1
l De hoek van de beugels voor de ontwerpafschuifwapening voor torsie moet loodrecht zijn
l Voor het berekenen van een dunwandige gesloten doorsnede zijn er vijf mogelijkheden; zie "Equivalente dunwandige
gesloten doorsnede" op pagina 202
- 161 -
Kapitel7
l In SEN versie 15 wordt een doorsnede met n veelhoek en n materiaal in aanmerking genomen
l De door de gebruiker ingevoerde (praktische) wapening wordt niet in aanmerking genomen
l Het ontwerp moet alleen worden uitgevoerd als de hoek tussen de gradint van het rekvlak en de resultante van dwars-
krachten niet groter is dan 15 graden
l Een schuine druk- of trekkoorde wordt niet in aanmerking genomen
l De breedtes van de doorsnede voor afschuivingscontroles (waarde bw en bw1) worden automatisch berekend. SEN 15
biedt niet de mogelijkheid om de waarden door de gebruiker te laten definiren
Zoals hierboven werd vermeld, bestaat er een algemeen 'druk- en trekschoormodel' dat wordt gebruikt om afschuifeffecten
in beton te kunnen voorspellen. In dit model vertegenwoordigen de bovenste druk- en de onderste trekelementen res-
pectievelijk het drukbeton en de trekwapening. De procedure voor het ontwerp wordt weergegeven in het onderstaande
diagram:
- 162 -
Ontwerp
Voor het berekenen van de verschillende onderdelen in dit model worden de volgende formules gebruikt:
In het algemeen zijn er twee mogelijkheden voor het berekenen van de afschuifcapaciteit van beton, afhankelijk van het feit
of er bij buiging scheurvorming ontstaat:
Capaciteit van afschuifbeton in het gebied dat bij buiging is gescheurd formule 6.2.a,b in EN1992-1-1
Capaciteit van afschuifbeton in het gebied dat niet bij buiging is gescheurd artikel 12.6.3(3) in EN 1992-1-1
Tevens wordt de maximale afschuifkracht (VEd,max ) zonder reductie door voor het element berekend, waarbij er in het
bovenste deel van het element belasting wordt toegepast (zie formule 6.5 in EN1992-1-1).
- 163 -
Kapitel7
De maximale capaciteit van een betondrukschoor (VRd,max ) wordt bepaald volgens formule 6.9 in EN 1992-1-1, aangezien
zoals gezegd de hoek van beugels () altijd loodrecht op de staafas staat.
De uit statische berekening vereiste doorsnede-oppervlakte van de afschuifwapening per meter wordt berekend volgens
formule 6.13 in EN1992-1-1
De ontwerpwaarde van de afschuifkracht die wordt opgenomen door afschuifwapening (VRd,s ), wordt berekend volgens
formule 6.13 in EN1992-1-1
De ontwerpwaarde van de afschuifkracht die wordt opgenomen door afschuifwapening (VRd,s ), wordt berekend volgens
formule 6.13 in EN1992-1-1
De eindwaarde van de afschuifkracht (VRd ) die wordt opgenomen door het element, wordt berekend volgens de onder-
staande formules (afhankelijk van het type element en de oppervlakte van de afschuifwapening).
l voor ligger als plaat en voor andere elementen met alleen detailleringsbeugels (Aswm.req = 0)
VEd,y
de afschuifkracht in de richting van de y(z)-as van het LCS
(z)
de ontwerpafschuifkrachtweerstand van het element zonder afschuif-
VRd,c
krachtwapening
ct,-
de maximale treksterkte in een ongescheurde doorsnede
max
VRd,c,- de minimumwaarde voor de ontwerpafschuifkrachtweerstand van het ele-
min ment zonder afschuifwapening
de cofficint voor de berekening van VRd,c , geladen uit de manager voor
CRd,c
nationale bijlagen
de cofficint voor de effectieve hoogte van de doorsnede
k
- 164 -
Ontwerp
fcvd
- 165 -
Kapitel7
- 166 -
Ontwerp
Voor een element met schuine koorden moeten de additionele krachten voor de afschuif-
controle in aanmerking worden genomen volgens artikel 6.2.1(1). In de berekening kun-
nen ook schuine koorden in aanmerking worden genomen. De berekening zelf is echter
nog niet gemplementeerd. De partile componenten worden verklaard in de onder-
staande figuur.
Zoals hierboven werd vermeld, bestaat er een algemeen 'druk- en trekschoormodel' dat wordt gebruikt om torsie-effecten
in beton te kunnen voorspellen. In dit model vertegenwoordigen de bovenste druk- en de onderste trekelementen res-
pectievelijk het drukbeton en de trekwapening. De procedure voor het ontwerp wordt weergegeven in het onderstaande
diagram:
- 167 -
Kapitel7
Voor het berekenen van de verschillende onderdelen in dit model worden de volgende formules gebruikt:
Het torsiescheurmoment wordt berekend volgens vergelijking 6.26 in EN 1992-1-1, mits de spanning veroorzaakt door het
torsiemoment gelijk is aan de axiale ontwerptreksterkte van het beton (waarde fctd). Hieruit volgt:
Maximum van torsieweerstandmoment (TRd,max ) wordt bepaald volgens formule 6.30 in EN 1992-1-1.
De uit statische berekening vereiste doorsnede-oppervlakte van de afschuifwapening per meter wordt berekend volgens
de onderstaande formule:
Ontwerp van torsie weerstandsmoment voor torsie wapening (TRd,st ) wordt berekend volgens de onderstaande formule:
- 168 -
Ontwerp
De eindrekenwaarde van het torsiemoment (T Rd ) dat wordt opgenomen door het element, wordt berekend volgens de
onderstaande formules:
l voor elementen zonder beugels of met alleen detailleringsbeugels voor torsie (Aswm.req = 0)
TEd torsiemoment
TRd,c de ontwerpwaarde van het torsiescheurmoment
effectieve wanddikte, zie "Berekening van basiskarakteristieken" op
tef
pagina 218
de oppervlakte die omsloten is door de hartlijnen van de dunwandige
gesloten doorsnede, inclusief binnenste
Ak
holle oppervlakken, zie "Berekening van basiskarakteristieken" op pagina
218
fctd de axiale ontwerptreksterkte van beton
TRd,max Maximum van het torsieweerstandmoment
de cofficint waarbij de toestand van de spanning in de drukkoorde in
aanmerking wordt genomen, zie opmerking 3 in artikel 6.2.3(3) in EN
cw
1992-1-1. Voor niet-voorgespannen constructies wordt altijd de waarde
1 in aanmerking genomen
de sterktereductiefactor voor beton dat is gescheurd onder afschuiving,
geladen uit manager voor nationale bijlagen, zie vergelijking 6.6N in EN
1992-1-1
fcd ontwerpwaarde van betondruksterkte
de hoek tussen de betondrukschoor en de balkas loodrecht op de
afschuifkracht, zie "Hoek tussen de betondrukschoor en de balkas" op
pagina 102
TRd,st ontwerptorsieweerstandmoment van torsiewapening
De uit statische berekening vereiste doorsnede-oppervlakte van de
Aswm.req
afschuifwapening per meter
de doorsnede-oppervlakte van de afschuifwapening berekend op basis
van ingevoerde parameters in de standaardinstellingen voor ontwerp, zie
Aswt "Standaardinstellingen voor ontwerp" op pagina 109
- 169 -
Kapitel7
Er is alleen minimumwapening vereist, mits is voldaan aan de volgende voorwaarde (vergelijking 6.31 in EN 1992-1-1):
De maximumweerstand van een element dat onderhevig is aan torsie en afschuiving, wordt beperkt door de capaciteit van
de betonschoren. Teneinde deze weerstand niet te overschrijden, moet worden voldaan aan de volgende voorwaarde (ver-
gelijking 6.29 in EN 1992-1-1):
De uit statische berekening vereiste doorsnede-oppervlakte van de afschuifwapening per meter wordt berekend volgens
de formules
- 170 -
Ontwerp
De kracht in de afschuifwapening als gevolg van het afschuivings- en torsie-effect kan worden berekend volgens de formule
De maximumkracht die door afschuifwapening kan worden opgenomen, wordt verkregen met de volgende formule:
TEd torsiemoment
de ontwerpwaarde van het torsiescheurmoment, zie "Ont-
TRd,c
werpdwarswapening voor torsie" op pagina 167
de resultante van afschuifkracht
VEd
- 171 -
Kapitel7
sl.req
Torsie-langswapening
De additionele trekkrachten als gevolg van torsie worden berekend volgens vergelijking 6.28 in EN 1992-1-1:
TEd torsiemoment
de oppervlakte die omsloten is door de hartlijnen van de
dunwandige gesloten doorsnede, inclusief binnenste
Ak
holle oppervlakken, zie "Berekening van basis-
karakteristieken" op pagina 218
de omtrek van de oppervlakte die omsloten is door de
hartlijnen van de dunwandige gesloten doorsnede, zie
uk
"Berekening van de basiskarakteristieken voor afschui-
ving" op pagina 215
de hoek tussen de betondrukschoor en de balkas lood-
recht op de afschuifkracht, zie "Hoek tussen de beton-
drukschoor en de balkas" op pagina 102
De vereiste doorsnede- oppervlakte van de langswapening voor torsie wordt berekend indien de som van de ont-
werpnormaalkrachten (NEd) en de additionele trekkrachten als gevolg van torsie (F sdt ) trek is (groter dan 0). Dit vlak wordt
- 172 -
Ontwerp
berekend met behulp van de biaxiale ontwerpmethode, zie "Biaxiale ontwerpmethode" op pagina 157 waarbij de volgende
voorwaarden van toepassing zijn:
Dit betekent dat de langswapening voor torsie wordt ontworpen volgens de onderstaande formule:
Additionele trekkrachten als gevolg van afschuifkrachten worden in het ontwerp van de uit
statische berekening vereiste wapening in aanmerking genomen door verschuiving van bui-
gende momenten, zie "Additionele trekkrachten als gevolg van afschuiving en torsie (ver-
schuiving van buigende momenten) in aanmerking nemen" op pagina 111
- 173 -
Kapitel8
Praktische wapening
- 174 -
Controle
Controle
Controles
Eerst krijgt u een overzicht van de invoergegevens voor de controles:
l Capaciteitscontrole voor N-My -Mz -interactie - gebaseerd op de weerstand die berekend is op basis van het inter-
actiediagram
l Responscontrole - gebaseerd op de controle van uiterste spanningen en rekken voor N-My -Mz -interactie
l Controle van afschuiving en torsie
l Controle van de interactie tussen afschuiving, torsie, buiging en normaalkracht
Stijfheid
Inleiding
Het gedrag van gewapend beton is niet lineair-elastisch, zelfs niet met belastingen binnen werkende limietwaarden voor
spanning. Daarom moet E of I worden aangepast, afhankelijk van de omvang van de toegepaste belasting. Daarnaast is
beton onderhevig aan significante langetermijnrekken als gevolg van kruip en krimp. Dit is van invloed op de kromming en
de stijfheid van een constructie van gewapend beton. In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de kromming en stijfheid van
een doorsnede van gewapend beton worden berekend.
Het commando Stijfheidsweergave wordt gebruikt om de berekende stijfheid weer te geven. De procedure voor bere-
kening van stijfheid is gebaseerd op de vereisten die worden genoemd in hoofdstuk 7.4.3 uit EN 1992-1-1. In het algemeen
worden er twee toestanden van de doorsnede in aanmerking genomen:
l I) ongescheurde doorsnede - deze wordt belast onder het niveau waarop de treksterkte van beton wordt bereikt; hier
wordt de doorsnede met treksterkte gebruikt
l II volledig gescheurde doorsnede - deze wordt belast boven het niveau waarop de treksterkte van beton wordt
bereikt; hier wordt de doorsnede zonder treksterkte gebruikt
- 175 -
Kapitel9
De stijfheid wordt verminderd wanneer de belasting het scheurmoment (My,cr) bereikt. De afhankelijkheid van stijfheid van
het scheurmoment wordt weergegeven in de onderstaande figuur. De kromme is niet lineair als gevolg van trekversterking,
waardoor gedeeltelijk hogere waarden worden verkregen dan een doorsnede geheel zonder treksterkte
Het gedrag van de gewapende doorsnede kan ook worden uitgedrukt in de vorm van een moment- en rek (vervorming) dia-
gram. De eindwaarde voor de stijfheid wordt berekend met behulp van de interpolatieformule tussen de toestand (I): ver-
vorming voor ongescheurde betondoorsnede ( x =0), en de toestand (II): vervorming voor volledig gescheurde
betondoorsnede (geen trek) (x=1). Dit is afhankelijk van de spanningsverhouding in de wapening door scheurende belas-
ting en de inwerkende belasting. De afhankelijkheid van het scheurmoment van rek in beton wordt weergegeven in de
onderstaande figuur.
- 176 -
Controle
De verdeling van de wapeningsspanning in een scheur en tussen scheuren wordt grafisch weergegeven in de onder-
staande figuur. De wapeningsspanning is hoger in een scheur en betonspanning is nul in een scheur. De eindwaarden voor
stijfheid hangen af van de trekversterking van beton in scheuren, gebaseerd op de verdelingscofficint.
- 177 -
Kapitel9
Het evenwichtsvlak wordt voor een specifieke doorsnedetoestand berekend met behulp van de methode die wordt beschre-
ven in het hoofdstuk "Theoretische achtergrond" op pagina 183 . Voor Capaciteit-respons (UGT) worden verschillende
spanning- rekdiagrammen gebruikt. Het spanning- rekdiagram gebaseerd op de bruikbaarheidsgrenstoestand wordt
gebruikt om het evenwichtsvlak te vinden. Dit commando maakt gebruik van de iteratieve methode voor de interactie van de
normaalkracht (N) met uni- of biaxiale buigende momenten (M y + M z ). Daarnaast is het mogelijk om de korte- of lan-
getermijnstijfheid te berekenen die wordt toegepast via het aangepaste spanning-rekdiagram.
Algemene uitgangspunten
Voor de berekening worden dezelfde voorwaarden gebruikt als de voorwaarden in hoofdstuk "Algemene uitgangspunten
en beperkingen" op pagina 224
SCIA Engineer biedt de mogelijkheid om de korte- of langetermijnstijfheid te berekenen. Dit type hangt af van de instelling in
Globale instellingen - Solverinstellingen - Algemeen - BGT - Effectieve elasticiteitsmodulus gebruiken.
- 178 -
Controle
Theorie
De berekeningsprocedure wordt beschreven in de volgende stappen:
1) Berekening van de ongescheurde doorsnede
De karakteristieke doorsnede voor een ongescheurde doorsnede (met behulp van het lineaire spanning-rekdiagram met
trekvertakking voor beton en wapening) wordt berekend. Deze toestand wordt aangegeven met de onderste index I
.
tz - afstand van het zwaartepunt van een specifieke doorsnede tot het zwaartepunt van de betondoorsnede in (z)-richting
- 179 -
Kapitel9
- 180 -
Controle
De verdelingscofficint (in feite de cofficint van de trekversterking) wordt berekend op basis van het type belasting ()
en de verhouding van de wapeningsspanning voor scheurende en inwerkende belasting
x=1-(sr/s )2
- 181 -
Kapitel9
axiale stijfheid
en krommingen.
Uitvoerwaarden
De volgende uitvoerwaarden worden weergegeven:
Instelling
De limietwaarden die worden gebruikt voor spanning worden ook gebruikt voor stijfheidsberekening (zie het hoofdstuk
Limietwaarde voor spanning - "Instelling" op pagina 229Dit betreft de volgende waarden:
Fouten en waarschuwingen
Tijdens de stijfheidsberekening kunnen de volgende fouten, waarschuwingen en opmerkingen worden weergegeven:
- 182 -
Controle
Capaciteit-respons (UGT)
Inleiding
De capaciteit-respons is gebaseerd op de berekening van rek en spanning in een bepaald onderdeel (betonvezel, wape-
ningsstaaf) en de vergelijking met beperkte waarden, waarbij rekening wordt gehouden met de vereisten uit EN 1992-1-1.
Op basis van de interne krachten, de betondoorsnede en de door de gebruiker gedefinieerde wapening, kan SCIA Engi-
neer de respons van een element of een afzonderlijke doorsnede berekenen. In deze methode wordt een iteratieroutine
gebruikt om een evenwicht te berekenen gebaseerd op de interne krachten, de doorsnede, de materiaaleigenschappen en
de wapeningslay-out. Met deze methode worden echter geen uiterste waarden (capaciteiten van de doorsnede) zoals het
interactiediagram berekend, maar wordt de evenwichtstoestand voor die doorsnede (respons) berekend. In de berekening
worden tevens de diepte van de drukzones (d), de krommingen in elke as (x , y en z ), en de spanningen, rekken en krach-
ten in bepaalde onderdelen meegenomen. Deze iteratieve methode werkt voor de interactie tussen de normaalkracht (N)
en uni- of biaxiale buigende momenten (My + Mz ).
l In de eerste stap wordt de oppervlakte van de langswapening niet afgetrokken van de betonoppervlakte
Theoretische achtergrond
Berekeningsprocedure
Laten we uitgaan van een diagram dat de rek in een doorsnede van gewapend beton vertegenwoordigt. In het algemeen
kan de doorsnede niet-symmetrisch ten opzichte van de y- of z-as zijn en belast zijn met een combinatie van N, My en Mz. In
- 183 -
Kapitel9
dat geval bestaat de rekvector uit drie niet-nul-waarden = { x ; y , z }. Deze vector bepaalt het zogenoemde ver-
vormingsvlak (zie de onderstaande figuur). Meer informatie vindt u in VONDREK, R.: Numerical Methods in Nonlinear
Concrete Design, Diploma thesis, 2000.
In de onderstaande figuur wordt het corresponderende rekvlak voor het evenwichtsvlak in slechts n vlakbuiging (My)
weergegeven. De verdeling van de spanning in het drukonderdeel hangt echter af van het type spanning-rekdiagram van
het beton. Wanneer een bilineair diagram wordt gebruikt, is de verdeling constant of lineair constant. In geval van een para-
bool-rechthoekig diagram is de spanningsverdeling constant of lineair-parabool.
In de vorige figuur werd een niet-specifieke casus getoond, maar laten we nu eens uitgaan van een uiterste toestand. Tot
de uiterste toestand rekenen we een casus waarin het beton of het staal wordt beperkt tot een grenswaarde. Sommige
casussen kunnen we in een vergelijkbaar diagram tekenen. De basisaannames van deze grensrekmethode worden weer-
gegeven in de onderstaande figuur. In het algemeen kunnen er vier grensrektoestanden voorkomen. In de onderstaande
figuur staan de nummers 1 t/m 4 voor bepaalde typen toestanden van de doorsnede. Toestand (1) komt overeen met de
optimale bezwijking wanneer de uiterste stuik in het beton (cu) en uiterste trekrek in de wapening (ud) worden bereikt. In
toestand (2) wordt de uiterste grensrek in beton aangenomen wanneer de rek in de voorspanning aan het begin van de
plastische vertakking ( s ) wordt meegerekend. Toestand (3) staat voor het begin van het verbrijzelen van het beton. Tot
slot staat toestand (4) voor het bereiken van de uiterste drukrek voor een axiaal belast element, die is afgenomen als gevolg
van het effect van brosse breuk.
De volgende controles worden uitgevoerd:
- 184 -
Controle
- 185 -
Kapitel9
Uitvoerwaarden
De volgende uitvoerwaarden worden weergegeven:
- 186 -
Controle
l Als de op meeste druk belaste vezel niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder trek)
l Als de resultante van krachten in de trekwapening niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder druk)
l als het evenwicht niet wordt gevonden
l als de afstand vanaf de op meeste druk belaste vezel en de resultante van krachten in de trekwapening is kleiner dan
0,5h
Als er meerdere betondrukvezels onder druk dezelfde waarde voor drukspanning hebben,
wordt voor het berekenen van de effectieve diepte de vezel in aanmerking genomen die
zich het dichtst bij de rechte lijn bevindt in de richting van de resultante van buigende
momenten en die het zwaartepunt van de doorsnede kruist.
Inwendige hefboomsarm
In EN 1992-1-1 artikel 6.2.3 (3) wordt de inwendige hefboomsarm gedefinieerd als de afstand van krachten in de trek- en
drukkoorde. Hieruit volgt dat dit de afstand is vanaf de resultante positie uit trekkracht (trekwapening) en deresultante posi-
tie uit drukkracht (drukwapening en drukbeton). Voor een beter overzicht wordt de loodrechte projectie berekend van de
inwendige hefboomsarm tot de rechte lijn loodrecht op de neutrale as (hellingslijn van het evenwichtsvlak), genaamd drec .
Behalve de waarde van de inwendige hefboomsarm, wordt slechts een deel van de inwendige hefboomsarm berekend:
l deel van de inwendige hefboomsarm (afstand vanaf hetmidden van de trekkracht tot het zwaartepunt van de door-
snede) waarde z+ of de projectie van deze waarde tot de rechte lijn loodrecht op de neutrale as waarde zrec+
l deel van de inwendige hefboomsarm (afstand vanaf hetmidden van de drukkracht tot het zwaartepunt van de door-
snede) waarde z- of de projectie van deze waarde tot de rechte lijn loodrecht op de neutrale as waarde zrec-
In bepaalde uitzonderingsgevallen wordt de inwendige hefboomsarm niet vanaf het evenwichtsvlak berekend:
l Als de op meeste druk belaste vezel niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder trek)
l Als de resultante van krachten in de trekwapening niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder druk)
l als het evenwicht niet wordt gevonden
In deze gevallen worden de inwendige hefboomsarm en onderdelen van de inwendige hefboomsarm berekend volgens de
volgende formule:
z=zrec = Coefz d
- 187 -
Kapitel9
Fouten en waarschuwingen
Tijdens de capaciteit- responscontrole kunnen de volgende fouten, waarschuwingen en opmerkingen worden weer-
gegeven:
- 188 -
Controle
Nationale bijlagen
In de controlerespons zijn de volgende wijzigingen met betrekking tot de materiaalkarakteristieken aangebracht, afhankelijk
van de nationale bijlagen
Hoofdstuk 2.4.2.4 - Partile veiligheidsfactor voor beton (c ) en wapening (s ) voor een permanente,
tijdelijke en buitengewone ontwerpsituatie
Voor specifieke nationale bijlagen zijn de onderstaande verschillen van toepassing.
Permanent en tijdelijk Buitengewoon
Nationale bijlage
c s c s
Standaard-NA 1,5 1,15 1,2 1,0
Poolse PN NA 1,40 1,15 1,2 1,0
Duitse DIN NA 1,5 1,15 1,3 1,0
- 189 -
Kapitel9
- 190 -
Controle
Algemene uitgangspunten
Algemene uitgangspunten en beperkingen
De volgende uitgangspunten zijn van toepassing:
l In de eerste stap wordt de oppervlakte van de langswapening niet afgetrokken van de betonoppervlakte
Theoretische achtergrond
Eerst staat de doorsnede onder zuivere druk; vervolgens wordt deze overgewapend totdat het punt van gebalanceerd ont-
werp wordt bereikt. Na het punt van gebalanceerd ontwerp gaat de doorsnede over naar zuivere buiging, vervolgens
onderwapening en ten slotte is de doorsnede in zuivere trek.
In het algemeen wordt het interactiediagram gebruikt om de capaciteiten voor de gecontroleerde doorsnede te vinden. De
wijze waarop de capaciteiten worden gezocht, hangt af van de methode die is gebruikt om de intersectie met het inter-
actiediagram te vinden. Dit kan een van de volgende methoden zijn:
- 191 -
Kapitel9
l NRd - de buigende momenten My en Mz zijn constant en de intersecties worden gezocht in verticale richting
l MRd - de normaalkracht N t is constant en de intersecties worden gezocht in horizontale richting
l NRdMRd - de excentriciteit is constant en de intersecties worden gezocht in de richting van de constante excentriciteit
l MRdy - het buigend moment rond de z-as en de normaalkracht zijn constant en de intersecties worden gezocht in hori-
zontale richting binnen het vlak N-My
l MRdz - het buigend moment rond de y-as en de normaalkracht zijn constant en de intersecties worden gezocht in ver-
ticale richting binnen het vlak N-Mz
- 192 -
Controle
- 193 -
Kapitel9
- 194 -
Controle
- 195 -
Kapitel9
- 196 -
Controle
- 197 -
Kapitel9
Uitvoerwaarden
De volgende uitvoerwaarden worden weergegeven:
Instelling
Er zijn verschillende parameters van invloed op het genereren van de horizontale en verticale sneden van inter-
actiediagrammen. Deze waarden zijn opgeslagen in Betoninstellingen (structuur). De volgende parameters zijn beschik-
baar voor interactiediagrammen:
- 198 -
Controle
Interactiediagrammethode - met deze optie kan de gewenste interactiediagrammethode worden geselecteerd. De vol-
gende methoden kunnen worden toegepast:
De standaardwaarde is NRdMRd
Verdeling van rek - met deze optie wordt de nauwkeurigheid voor het berekenen van het diagrampunt tijdens het gene-
reren van verticale sneden bepaald. Deze waarde betekent hoe vaak het rekvlak wordt aangepast vanaf de positie van de
snede onder volledige druk tot de positie van de snede onder volledige trek. De waarde is van invloed op de nauwkeurigheid
en snelheid van de berekening.
Standaardwaarde = 250. met grenswaarden <0;10000>.
- 199 -
Kapitel9
Aantal punten in verticale sneden - het aantal richtingen (aantal 'vertakkingen') waarin het interactiediagram tijdens
het genereren van het interactiediagram wordt berekend.
Standaardwaarde = 36. met grenswaarden <0;10000>.
Fouten en waarschuwingen
Tijdens de controle Capaciteit - diagram kunnen de volgende fouten, waarschuwingen en opmerkingen worden weer-
gegeven:
- 200 -
Controle
Nationale bijlagen
- 201 -
Kapitel9
Het volledige controlegebied wordt berekend volgens artikel 6.1 -6.3 in EN 1992-1-1. Voor de berekening worden de vol-
gende voorwaarden gebruikt:
l De controles worden berekend voor liggers en kolommen en voor algemene belasting (N+My+Mz)
l In SEN versie 15 wordt een doorsnede met n veelhoek en n materiaal in aanmerking genomen
l In SEN 15 moet voor alle wapeningsstaven en beugels hetzelfde materiaal worden gebruikt
l De controles moeten alleen worden uitgevoerd als de hoek tussen de gradint van het rekvlak en de resultante van
afschuifkrachten niet groter is dan 15 graden
Betoninstellingen 1D-betonelementgegevens
- 202 -
Controle
l Automatisch - het programma berekent de equivalente dunwandige doorsnede volgens n van de onderstaande
methoden. Dit betekent dat het programma eerst probeert een equivalente dunwandige doorsnede te maken op basis
van de beugel voor torsie, en als deze methode niet slaagt wordt de methode gebaseerd op de vorm van de doorsnede
gebruikt. Dit is de standaardinstelling.
l Van de beugels van torsie - het programma probeert een equivalente dunwandige doorsnede te maken rond de beugel
waarvan het selectievakje 'Torsie' is ingeschakeld; zie "Beugel voor torsie" op pagina 207. Als er geen equivalente dun-
wandige doorsnede kan worden gemaakt, of als er geen beugel voor torsie is gedefinieerd, wordt het programma bein-
digd met waarschuwingen of fouten. Deze methode wordt niet ondersteund voor het ontwerp van afschuifwapening,
omdat door de gebruiker ingevoerde (praktische) wapening niet in aanmerking wordt genomen. Daarom wordt de ont-
werpmethode 'Van gebruikte doorsnede' gebruikt (als deze methode is geselecteerd).
l Op basis van gebruikte doorsnede - het programma probeert een equivalente dunwandige doorsnede op basis van de
huidige doorsnede te maken door de waarde tef aan te passen. Als er geen equivalente dunwandige doorsnede kan wor-
den gemaakt, wordt het programma beindigd met waarschuwingen of fouten.
l Het programma probeert op basis van de effectieve rechthoekige doorsnede de equivalente dunwandige doorsnede als
een rechthoekige betondoorsnede te maken, waarvan de omtrek en de oppervlakte van de doel- en brondoorsnede
gelijk zijn. Hieruit volgt dat er een effectieve rechthoekige doorsnede met de volgende afmetingen wordt gemaakt:
Als er geen equivalente dunwandige doorsnede kan worden gemaakt, wordt het programma beindigd met
waarschuwingen of fouten.
- 203 -
Kapitel9
l Gebruikersinvoer - de equivalente dunwandige doorsnede kan direct door de gebruiker worden gedefinieerd; dit bete-
kent dat de gebruiker de volgende eigenschappen moet definiren:
l oppervlakte van dunwandige doorsnede (Ak,user)
l buitenomtrek van dunwandige doorsnede (uk,user)
l effectieve wanddikte (tef,user)
Deze methode is alleen beschikbaar in 1D-betonelementgegevens. Als het element niet prismatisch (variabel element of
element met vouten) is, wordt de equivalente dunwandige doorsnede omgerekend naar elke doorsnede van het ele-
ment, volgens de onderstaande formules:
- 204 -
Controle
l cofficint voor de effectieve diepte van de doorsnede, zie "Cofficint voor berekening van de effectieve diepte van een
doorsnede" op pagina 101
l cofficint voor de inwendige hefboomsarm, zie "Cofficint voor berekening van een hefboomsarm" op pagina 102
l hoek van de betondrukschoor, zie "Hoek tussen de betondrukschoor en de balkas" op pagina 102
l hoek van de afschuifwapening, zie "Hoek van afschuifwapening" op pagina 103
l type voor het bepalen van de equivalente dunwandige doorsnede, zie "Equivalente dunwandige gesloten doorsnede" op
pagina 202
Voor de beugels rond de doorsnede wordt de lengte in aanmerking genomen die overeenkomt met de horizontale projectie
van een lengte van de drukschoor (de breedte van de betonschoor), die kan worden berekend volgens de formule
- 205 -
Kapitel9
l Automatische berekening het aantal verbindingsstukken wordt berekend als het aantal intersecties van beugels met
een rechte lijn loodrecht op de richting van de resultante afschuifkracht, waarbij deze lijn het midden van de veelhoek
snijdt
- 206 -
Controle
Bij de torsiecontrole worden alleen beugels in aanmerking genomen waarvan het selectievakje 'Torsie' is ingeschakeld. Dit
selectievakje kan worden in- en uitgeschakeld in het dialoogvenster Beugelvorm (actieknop 'Beugelvorm bewerken' in de
eigenschappen van de beugel of in de bibliotheek met beugels).
- 207 -
Kapitel9
In SEN kan bij de controle van torsie slechts n beugel in aanmerking worden genomen.
Zoals gezegd is het mogelijk om rond de doorsnede meerdere beugelzones (meerdere beugels) met verschillende eigen-
schappen te definiren. Hiervoor moeten de gemiddelde karakteristieken worden berekend. De gemiddelde karak-
teristieken worden berekend op basis van beugels binnen een berekend interval, zie"Beugels rond doorsnede bepalen" op
pagina 205 en in deze berekening wordt de afstand van beugels ten opzichte van de doorsnede (waarde ) in aanmerking
genomen. Dit betekent dat de beugel die zich het dichtst bij de doorsnede bevindt, meer invloed op de gemiddelde waarden
heeft dan beugels die zich op een grotere afstand bevinden.
In SEN kan de afschuifwapening worden ingevoerd via REDES (beugelzone) en via Vrije staven. Het is mogelijk om meer-
dere beugelzones en vrije staven (beugels) met verschillende parameters voor elementen in te voeren. Daarom is het zeer
belangrijk om het gebied in te stellen waarbinnen de beugels rond de doorsnede in aanmerking worden genomen en de
gemiddelde karakteristieken van afschuifwapening voor de afschuifcontrole te berekenen.
Berekeningsprocedure
Zoals hierboven werd vermeld, bestaat er een algemeen 'druk- en trekschoormodel' dat wordt gebruikt om afschuifeffecten
in beton te kunnen voorspellen. In dit model vertegenwoordigen de bovenste druk- en de onderste trekelementen res-
pectievelijk het drukbeton en de trekwapening. De horizontale elementen zijn verbonden door de virtuele drukschoren en
de trekkabels van de wapening. De normaalkrachten in trekkabels moeten worden overgebracht door de afschuif-
wapening. De maximumkracht in betonschoren (VRd,max ) en de afschuifkracht die wordt vastgehouden door de afschuif-
weerstand (V Rd,s ), moeten daarom worden vergeleken met de effectieve afschuifkracht (V Ed ). De procedure voor de
controle wordt weergegeven in het onderstaande diagram:
- 208 -
Controle
Voor het berekenen van de verschillende onderdelen in dit model worden de volgende formules gebruikt: In het algemeen
zijn er twee mogelijkheden voor het berekenen van de afschuifcapaciteit van beton, afhankelijk van het feit of er bij buiging
scheurvorming ontstaat:
Capaciteit van afschuifbeton in het gebied dat bij buiging is gescheurd formule 6.2.a,b in EN1992-1-1
Capaciteit van afschuifbeton in het gebied dat niet bij buiging is gescheurd artikel 12.6.3(3) in EN 1992-1-1
Tevens wordt de maximale afschuifkracht (VEd,max ) zonder reductie door voor het element berekend, waarbij er in het
bovenste deel van het element belasting wordt toegepast (zie formule 6.5 in EN1992-1-1).
De maximale capaciteit van een betondrukschoor (VRd,max ) wordt bepaald volgens formule 6.9 in EN 1992-1-1, aangezien
zoals gezegd de hoek van beugels () altijd loodrecht op de staafas staat.
- 209 -
Kapitel9
De ontwerpwaarde van de afschuifkracht die wordt opgenomen door afschuifwapening (VRd,s ), wordt berekend volgens
formule 6.13 in EN1992-1-1
De eindwaarde van de afschuifkracht (VRd ) die wordt opgenomen door het element, wordt berekend volgens de onder-
staande formules (afhankelijk van het type element en de oppervlakte van de afschuifwapening).
l voor ligger als plaat en voor andere elementen met alleen detailleringsbeugels (Asw =0)
- 210 -
Controle
fcvd
- 211 -
Kapitel9
en
en
Voor een element met schuine koorden moeten de additionele krachten voor de afschuif-
controle in aanmerking worden genomen volgens artikel 6.2.1(1). In de berekening kun-
nen ook schuine koorden in aanmerking worden genomen. De berekening zelf is echter
nog niet gemplementeerd. De partile componenten worden verklaard in de onder-
staande figuur.
- 212 -
Controle
l waarde bw deze waarde wordt berekend als de kleinste breedte van de doorsnede in het trekgebied van de doorsnede
loodrecht op de richting van de resultante afschuifkracht. Deze waarde wordt gebruikt voor de berekening van de
afschuifweerstand van beton (VRdc ) volgens artikel 6.2.2(1)
l waarde bw1 deze waarde is de minimale breedte van de doorsnede tussen de trek- en drukkoorde loodrecht op de rich-
ting van de afschuifkracht. Deze waarde wordt gebruikt voor de berekening van:
l ontwerpwaarde van maximale afschuifkracht VEd,max (berekening zonder reductie ), artikel 6.2.2(6)
l ontwerpwaarde van maximale afschuifkracht beperkt door verbrijzelen van de drukschoren (VRd,max ), artikel 6.2.3
(3,4)
l ontwerpwaarde van afschuifkracht opgenomen door afschuifwapening (VRds ), artikel 6.2.3(3,4)
- 213 -
Kapitel9
l als de op meeste druk belaste vezel niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder trek)
l als de resultante van de kracht in trekwapening niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder druk)
l als het evenwicht niet wordt gevonden
In EN 1992-1-1 artikel 6.2.3 (3) wordt de inwendige hefboomsarm gedefinieerd als de afstand van krachten in de trek- en
drukkoorde. Hieruit volgt dat dit de afstand is vanaf de resultante positie uit trekkracht (trekwapening) en de resultante posi-
tie uit drukkracht (drukwapening en drukbeton). In de EN-norm is niet gedefinieerd hoe de inwendige hefboomsarm moet
worden berekend als het verschil tussen de richting van de resultante van het buigende moment en de resultante van de
afschuifkracht groot is. Daarom wordt in SEN hetzelfde principe gebruikt als voor de berekening van de effectieve diepte.
Dit betekent dat de inwendige hefboomsarm wordt berekend als projectie in de richting van de resultante van de afschuif-
kracht. In bepaalde uitzonderingsgevallen wordt de inwendige hefboomsarm niet vanaf het evenwichtsvlak berekend:
l als de op meeste druk belaste vezel niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder trek)
l als de resultante van krachten in de trekwapening niet kan worden vastgesteld (de hele doorsnede is onder druk)
l als het evenwicht niet wordt gevonden
- 214 -
Controle
Voor de afschuifcontrole is het zeer belangrijk om de doorsnedekarakteristieken te berekenen die van invloed zijn op
afschuifweerstanden. Dit betreft de volgende karakteristieken:
l de breedte van de doorsnede voor de afschuifcontrole (waarde bw en bw1), zie "Breedte van de doorsnede voor afschuif-
controle" op pagina 213
l de effectieve diepte van doorsnede (waarde d), zie "Effectieve diepte van de doorsnede voor afschuifcontrole" op pagina
213
l de inwendige hefboomsarm (waarde z), zie "Inwendige hefboomsarm voor afschuifcontrole" op vorige pagina
De EN-norm geeft deze waarden in relatie tot de buigende belasting. Er ontstaat echter een probleem als deze waarden
moeten worden berekend wanneer er een groot verschil is tussen de richting van de resultante van buigende momenten en
de resultante van afschuifkrachten. Voor dit geval geeft de EN-norm geen aanbevelingen. Daarom geldt in SEN dat als de
hoek tussen de resultante van buigende momenten en de resultante van afschuifkrachten groter is dan 15 graden, het pro-
gramma een waarschuwing geeft. In dat geval moet de meest geavanceerde methode (bijvoorbeeld de methode met biaxi-
ale afschuiving) worden gebruikt.
Afschuifkrachtcontrole
De afschuifcontrole is vaak gebaseerd op de theorie van het betonvakwerkmodel. In deze theorie wordt er aangenomen
dat er een virtueel vakwerkmodel in een betonligger aanwezig is. Dit vakwerkmodel bevat een aantal verticale (of enigszins
diagonale), horizontale en diagonale elementen. De verticale staven worden gezien als de beugels; de horizontale staven
zijn de hoofdwapening en de diagonale staven zijn de betonschoren. De controle van biaxiale afschuiving wordt berekend
volgens de voorwaarden in artikel 6.2 in EN 1992-1-1.
- 215 -
Kapitel9
l De afschuifkrachten in beide richtingen worden in aanmerking genomen en de afschuifcontrole wordt uitgevoerd voor de
resultante van de afschuifkracht
l De parameters van het evenwichtsvlak (waarde d, z en h) worden omgerekend naar de richting van de resultante
afschuifkracht
l De ontwerpafschuifweerstand van het element zonder afschuifwapening (VRd,c ) wordt berekend volgens artikel 6.2.2
(1) in EN 1992-1-1, mits de doorsnede gescheurd is bij buiging, anders wordt artikel 12.6.3 in EN 1992-1-1 gebruikt
l De ontwerpwaarde van de maximumafschuifkracht wordt berekend volgens artikel 6.2.2(6) (VEd,max ) en 6.2.3 (3,4)
(VRd,max ) in EN 1992-1-1
l De ontwerpwaarde van de afschuifweerstand wordt berekend volgens 6.2.3 (3,4) (VRd,s ) in EN 1992-1-1
l Het aantal afschuifverbindingen kan automatisch worden berekend of door de gebruiker worden gedefinieerd (in de
eigenschappen van de beugelzone); zie "Berekening van het aantal beugelverbindingsstukken (aantal sneden)" op
pagina 206
l De hoek van de drukschoor kan automatisch worden berekend of worden gedefinieerd door de gebruiker; zie "Hoek tus-
sen de betondrukschoor en de balkas" op pagina 102
l Voor de controle is de hoek van de beugels altijd loodrecht ten opzichte van de elementas.
Berekeningsprocedure
Zoals hierboven werd vermeld, bestaat er een algemeen 'druk- en trekschoormodel' dat wordt gebruikt om torsie-effecten
in beton te kunnen voorspellen. In dit model vertegenwoordigen de bovenste druk- en de onderste trekelementen res-
pectievelijk het drukbeton en de trekwapening. De horizontale elementen zijn verbonden door de virtuele drukschoren en
de trekkabels van de wapening. Het maximum van het torsieweerstandmoment dat wordt opgenomen door de beton-
schoor (T Rd,max ) en het torsiemoment dat wordt vastgehouden door de torsieweerstand (T Rd,s ) moeten daarom worden
vergeleken met het effectieve torsiemoment TEd). De procedure voor de controle wordt weergegeven in het onderstaande
diagram:
- 216 -
Controle
Voor het berekenen van de verschillende onderdelen in dit model worden de volgende formules gebruikt:
Het torsiescheurmoment wordt berekend volgens vergelijking 6.26 in EN 1992-1-1, mits de spanning veroorzaakt door het
torsiemoment gelijk is aan de axiale ontwerptreksterkte van het beton (waarde fctd). Hieruit volgt:
Maximum van torsieweerstandmoment (TRd,max ) wordt bepaald volgens formule 6.30 in EN 1992-1-1.
Ontwerp van torsie weerstandsmoment voor torsie wapening (TRd,st ) wordt berekend volgens de onderstaande formule:
De eindrekenwaarde van het torsiemoment (T Rd ) dat wordt opgenomen door het element, wordt berekend volgens de
onderstaande formules:
l voor elementen zonder beugels of met alleen detailleringsbeugels voor torsie (Aswt =0)
- 217 -
Kapitel9
TEd torsiemoment
TRd,c de ontwerpwaarde van het torsiescheurmoment
tef effectieve wanddikte, zie "Berekening van basiskarakteristieken" beneden
de oppervlakte die omsloten is door de hartlijnen van de dunwandige
Ak gesloten doorsnede, inclusief binnenste
holle oppervlakken, zie "Berekening van basiskarakteristieken" beneden
fctd de axiale ontwerptreksterkte van beton
TRd,max Maximum van het torsieweerstandmoment
de cofficint waarbij de toestand van de spanning in de drukkoorde in
aanmerking wordt genomen, zie opmerking 3 in artikel 6.2.3(3) in EN
cw
1992-1-1. Voor niet-voorgespannen constructies wordt altijd de waarde 1
in aanmerking genomen
de sterktereductiefactor voor beton dat is gescheurd onder afschuiving,
geladen uit manager voor nationale bijlagen, zie vergelijking 6.6N in EN
1992-1-1
fcd ontwerpwaarde van betondruksterkte
de hoek tussen de betondrukschoor en de balkas loodrecht op de afschuif-
kracht, zie "Hoek tussen de betondrukschoor en de balkas" op pagina 102
TRd,st ontwerptorsieweerstandmoment van torsiewapening
de doorsnede-oppervlakte van de torsiewapening berekend als de gemid-
delde oppervlakte van alle beugels voor torsie binnen het berekende inter-
Aswt
val, zie "Berekening van de gemiddelde karakteristieken van
afschuifwapening" op pagina 208
de tussenafstand van de beugels berekend als de gemiddelde opper-
vlakte van alle beugels voor torsie binnen het berekende interval, zie
st
"Berekening van de gemiddelde karakteristieken van afschuifwapening"
op pagina 208
fywd de ontwerpvloeisterkte van de afschuifwapening.
De torsieweerstand van doorsneden wordt berekend op basis van een dunwandige gesloten doorsnede, zelfs als de door-
snede in werkelijkheid massief is. Voor massieve elementen wordt de doorsnede gedealiseerd als een dunwandige door-
snede. In SEN zijn er verschillende mogelijkheden voor het genereren van een dunwandige doorsnede, zie "Equivalente
dunwandige gesloten doorsnede" op pagina 202
- 218 -
Controle
De belangrijkste parameters voor de controle van de torsie-oppervlakte berekend vanaf de hartlijn van de effectieve dun-
wandige doorsnede, zijn:
l het gebied dat omsloten is door de hartlijnen van de dunwandige doorsnede, inclusief binnenste holle gebieden (waarde
Ak )
l de omtrek van de hartlijn van de dunwandige doorsnede (uk )
Torsiecontrole
In normale gebouwconstructies ontstaat torsie meestal als secundair effect. Hierdoor zijn er geen specifieke berekeningen
nodig. Meestal wordt torsiescheurvorming voldoende beheerst door de wapening die voorzien wordt om weerstand tegen
afschuiving te bieden. Zelfs wanneer er toch torsie optreedt, heeft dit zelden invloed op de basisafmetingen van de ele-
menten. Vaak is de torsiecontrole een controleberekening nadat de elementen zijn gecontroleerd op buiging. In sommige
gevallen is de belasting die tot het maximale torsiemoment leidt niet gelijk aan de belasting die het maximale buigeffect gene-
reert. Soms is de wapening die wordt geboden voor buig- en andere krachten voldoende om torsie te weerstaan.
De torsiecontrole is ook vaak gebaseerd op de theorie van het betonvakwerkmodel. In deze theorie wordt er aangenomen
dat er een virtueel vakwerkmodel in een betonligger aanwezig is. Dit vakwerkmodel bevat een aantal verticale (of enigszins
diagonale), horizontale en diagonale elementen. De verticale staven worden gezien als de beugels; de horizontale staven
zijn de hoofdwapening en de diagonale staven zijn de betonschoren.
- 219 -
Kapitel9
l De parameters van het evenwichtsvlak (waarde d, z en h) worden omgerekend naar de richting van de resultante
afschuifkracht
l Het torsiescheurmoment (TRd,c ) wordt berekend volgens artikel 6.3.2(5) in EN 1992-1-1
l De ontwerpwaarde van het maximum van het torsieweerstandmoment (TRd,max ) wordt berekend volgens artikel 6.3.2
(4) in EN 1992-1-1
l De hoek van de drukschoor kan automatisch worden berekend of worden gedefinieerd door de gebruiker; zie "Hoek tus-
sen de betondrukschoor en de balkas" op pagina 102
l Voor de controle is de hoek van de beugels altijd loodrecht ten opzichte van de elementas.
l Voor het berekenen van een dunwandige gesloten doorsnede zijn er vijf mogelijkheden; zie "Equivalente dunwandige
gesloten doorsnede" op pagina 202
Berekeningsprocedure
Zoals hierboven werd vermeld, bestaat er een algemeen 'druk- en trekschoormodel' dat wordt gebruikt om afschuif- en tor-
sie- effecten in beton te kunnen voorspellen. In dit model vertegenwoordigen de bovenste druk- en de onderste trek-
elementen respectievelijk het drukbeton en de trekwapening. De horizontale elementen zijn verbonden door de virtuele
drukschoren en de trekkabels van de wapening. De procedure voor het controleren van de interactie tussen afschuiving en
torsie wordt weergegeven in het onderstaande diagram:
- 220 -
Controle
Er is alleen minimumwapening vereist, mits is voldaan aan de volgende voorwaarde (vergelijking 6.31 in EN 1992-1-1):
De maximumweerstand van een element dat onderhevig is aan torsie en afschuiving, wordt beperkt door de capaciteit van
de betonschoren. Teneinde deze weerstand niet te overschrijden, moet worden voldaan aan de volgende voorwaarde (ver-
gelijking 6.29 in EN 1992-1-1):
De kracht in de afschuifwapening als gevolg van het afschuivings- en torsie-effect kan worden berekend volgens de formule
De maximumkracht die door afschuifwapening kan worden opgenomen, wordt verkregen met de volgende formule:
De additionele trekkracht in de afschuifwapening als gevolg van afschuiving en torsie wordt berekend volgens de volgende
formule:
De maximumkracht die door langswapening kan worden opgenomen, wordt verkregen met de volgende formule:
- 221 -
Kapitel9
TEd torsiemoment
T de ontwerpwaarde van het torsiescheurmoment, zie "Berekeningsprocedure"
Rd,c op pagina 216
de resultante van afschuifkracht
VEd
VEd,y
de afschuifkracht in de richting van de y(z)-as van het LCS
(z)
V de ontwerpafschuifkrachtweerstand van het element zonder afschuif-
Rd,c krachtwapening, zie "Berekeningsprocedure" op pagina 208
TRd,- Maximum van het torsieweerstandmoment, zie "Berekeningsprocedure" op
max pagina 216
de ontwerpwaarde van de maximale afschuifkracht die kan worden opge-
VRd,-
nomen door het element, beperkt door verbrijzelen van de drukschoren, zie
max "Berekeningsprocedure" op pagina 208
de oppervlakte die omsloten is door de hartlijnen van de dunwandige gesloten
doorsnede, inclusief binnenste
Ak
holle oppervlakken, zie "Berekening van de basiskarakteristieken voor afschui-
ving" op pagina 215
het aantal beugelverbindingsstukken (aantal sneden) van de afschuif-
ns wapening, zie "Berekening van het aantal beugelverbindingsstukken (aantal
sneden)" op pagina 206
de inwendige hefboomsarm van doorsnede, omgerekend naar de richting van
z de resultante afschuifkrachten, zie "Inwendige hefboomsarm voor afschuif-
controle" op pagina 214
de tussenafstand van de beugels berekend als de gemiddelde oppervlakte van
st alle beugels voor torsie binnen het berekende interval, zie "Berekening van de
gemiddelde karakteristieken van afschuifwapening" op pagina 208
de hoek tussen de betondrukschoor en de balkas loodrecht op de afschuif-
kracht, zie "Hoek tussen de betondrukschoor en de balkas" op pagina 102
de doorsnede-oppervlakte van de torsiewapening berekend als de gemiddelde
oppervlakte van alle beugels voor torsie binnen het berekende interval, zie
Aswt
"Berekening van de gemiddelde karakteristieken van afschuifwapening" op
pagina 208
de ontwerpvloeisterkte van de afschuifwapening.
fywd
- 222 -
Controle
- 223 -
Kapitel9
Afkortingen
StartWritingHere
Literatuur
StartWritingHere
Inleiding
De controle van de limietwaarde voor spanning (BGT) is gebaseerd op de berekening van spanningen in een bepaald
onderdeel (betonvezel, wapeningsstaaf) en de vergelijking met beperkte waarden, waarbij rekening wordt gehouden met
de vereisten uit EN 1992-1-1. Op basis van de interne krachten, de betondoorsnede en de door de gebruiker gedefinieerde
wapening, kan SCIA Engineer kan het evenwichtsvlak van een element of een afzonderlijke doorsnede berekenen en de
werkelijke waarde van spanningen in elk onderdeel vinden.
Ten aanzien van de bruikbaarheidsgrenstoestand is de limietwaarde voor spanning over het algemeen gebaseerd op de
toetsing van de volgende statussen:
l drukspanning in het beton - een hoge waarde van drukspanning in beton kan leiden tot de vorming van scheuren in
langsrichting, de verspreiding van microscheuren in beton en hogere kruipwaarden (voornamelijk niet-lineair). Dit effect
kan leiden tot een toestand waarin de constructie onbruikbaar is.
l trekspanning in de wapening - de wapening wordt getoetst op spanning als gevolg van een ontoelaatbare aan-
wezigheid van rek en daardoor scheurvorming in beton
De methode die wordt beschreven in het hoofdstuk "Theoretische achtergrond" op pagina 183 wordt gebruikt om het even-
wichtsvlak te bepalen. Voor Capaciteit-respons (UGT) worden verschillende spanning-rekdiagrammen gebruikt. Het span-
ning-rekdiagram gebaseerd op de bruikbaarheidsgrenstoestand wordt gebruikt om het evenwichtsvlak te vinden. Deze
controle zorgt voor de berekening van de spanningen in bepaalde onderdelen, voor elke toestand van de doorsnede.
In het algemeen wordt in deze controle de iteratieve methode gebruikt voor de interactie van de normaalkracht (N) met uni-
of biaxiale buigende momenten (My + Mz ). Daarnaast is het mogelijk om de spanningen voor korte- of langetermijnstijfheid
te berekenen die wordt toegepast via het aangepaste spanning-rekdiagram.
- 224 -
Controle
l In de eerste stap wordt de oppervlakte van de langswapening niet afgetrokken van de betonoppervlakte
Als voorbeeld wordt in de onderstaande figuren weergegeven hoe het spanning-rekdiagram wordt opgesteld voor C25/30
(fck =25MPa, Ec =31GPa).
BGT beton korte termijn ongescheurd
- 225 -
Kapitel9
Als voorbeeld van het wapeningsmateriaal wordt in de onderstaande figuur het spanning-rekdiagram weergegeven voor
B400 C(fyk = 400MPa, Es =200GPa).
- 226 -
Controle
Theoretische achtergrond
de normale betonspanning op een ongescheurde doorsnede bij de vezel onder de meeste trek in de beton-
ct doorsnede
is de waarde van de sterkte, om vast te stellen of de scheurwijdte al dan niet moet worden berekend; zie hoofdstuk
cr "Waarde van de sterkte voor het berekenen van scheurkrachten" op pagina 233
- 227 -
Kapitel9
Wanneer de spanning in de wapening wordt veroorzaakt door een opgelegde vervorming, wordt
bovendien de maximale sterkte verhoogd tot k 4 f yk , waarbij k 4 de NA-parameter is en de stan-
daardwaarde k4= 1,0 is.
De optie voor de opgelegde vervorming wordt beschreven in het hoofdstuk "Instelling" op tegen-
overliggende pagina .
De eenheidscontrole is het maximum uit alle partile eenheidscontroles. Dit betekent
Eenheidscontrole = max (c,char/c,char,lim ;c,qp/c,qp,lim ;s,char/s,char,lim )
De bovenstaande procedure kan worden uitgevoerd voor korte- of langetermijntoestanden. Dit betekent dat het spanning-
rekdiagram met of zonder de effectieve elasticiteitsmodulus kan worden gebruikt. De effectieve E-modulus van elasticiteit is
gebaseerd op de kruipcofficint en wordt als volgt berekend:
- 228 -
Controle
Belastingsgevallen worden gezien als standaardbelasting die wordt gebruikt voor de con-
trole van de limietwaarde voor spanning
Uitvoerwaarden
De volgende uitvoerwaarden worden weergegeven:
Instelling
De volgende items zijn van invloed op de berekening van de controle van de limietwaarde voor spanning.
Opgelegde belasting
Wanneer de spanning in de wapening wordt veroorzaakt door een opgelegde vervorming, wordt bovendien de maximale
sterkte verhoogd tot k4 fyk , waarbij k4 de NA-parameter is en de standaardwaarde k4= 1,0 is.
De optie voor opgelegde vervorming is beschikbaar in Globale instellingen - Solverinstellingen - Limietwaarden voor span-
ning - Indirecte belasting (opgelegde vervorming).
- 229 -
Kapitel9
0MPa dit betekent dat de scheurwijdte wordt berekend als er enige trek in de doorsnede aanwezig is
dit betekent dat de scheurwijdte alleen wordt berekend als de normale betonspanning op een ongescheurde
fct,eff doorsnede bij de vezel onder de meeste trek in de betondoorsnede groter is dan de gemiddelde waarde van de
treksterkte van het beton, die op dat moment effectief is
dit betekent dat de gemiddelde treksterkte van het beton over een periode van 28 dagen in aanmerking wordt
fctm
genomen; zie onderstaande afbeelding
dit betekent dat de gemiddelde buigtrekspanning (EN 1992-1-1, artikel 3.1.8(1)) in aanmerking wordt genomen.
f
Deze waarde moet worden gebruikt als begrensde vervormingen (zoals krimp of temperatuurbewegingen)
ctm,fl voor het berekenen van de scheurwijdte in aanmerking worden genomen
- 230 -
Controle
Nationale bijlage k1
Standaard-NA 0,6
Poolse PN-EN NA 1,0
0,5 (XD, XF en XS)
Belgische NBN-EN NA
0,6 andere milieuklassen
Hoofdstuk 7.2(3) - Cofficinten die worden gebruikt voor de berekening van toelaatbare beton-
spanning onder quasi-permanente combinatie in geval van lineaire kruip kunnen in aanmerking wor-
den genomen volgens EN1992-1-1
Voor specifieke nationale bijlagen zijn de onderstaande verschillen van toepassing.
- 231 -
Kapitel9
Nationale bijlage k2
Standaard-NA 0,45
Hoofdstuk 7.2(5) - Cofficinten die worden gebruikt voor de berekening van toelaatbare spanning
onder karakteristieke combinatie indien er ontoelaatbare scheurvorming of vervorming optreedt vol-
gens EN1992-1-1
Voor specifieke nationale bijlagen zijn de onderstaande verschillen van toepassing.
Nationale bijlage k3 k4
Standaard-NA 0,8 1,0
Nederlandse NEN-EN NA 0,0 0,0
Finse SFS-EN NA 0,6 0,8
Zweedse SS-EN NA 1,0 1,0
Stress_limitations_06_EWN
- 232 -
Controle
l De scheurwijdte wordt berekend voor liggers en kolommen en voor algemene belasting (N+My+Mz)
l In SEN versie 15 wordt een doorsnede met n veelhoek en n materiaal in aanmerking genomen
l In SEN 15 moet voor alle wapeningsstaven hetzelfde materiaal worden gebruikt
l Normaalspanning op een ongescheurde doorsnede bij de vezel onder de meeste trek, om vast te stellen of de scheur-
wijdte al dan niet is opgetreden (controle van normaalspanningen), moet worden berekend voor de karakteristieke com-
binatie van de belasting volgens EN 1992-1-1, artikel 7.2(2). In SEN 15 is de vereenvoudiging doorgevoerd dat deze
normaalspanning wordt berekend voor hetzelfde type combinatie dat wordt gebruikt voor het berekenen van de scheur-
wijdte (belasting/combinatie/klasse ingevoerd in de service Scheurcontrole)
0MPa dit betekent dat de scheurwijdte wordt berekend als er enige trek in de doorsnede aanwezig is
dit betekent dat de scheurwijdte alleen wordt berekend als de normale betonspanning op een ongescheurde
fct,eff doorsnede bij de vezel onder de meeste trek in de betondoorsnede groter is dan de gemiddelde waarde van de
treksterkte van het beton, die op dat moment effectief is
- 233 -
Kapitel9
de normale betonspanning op een ongescheurde doorsnede bij de vezel onder de meeste trek in de beton-
ct doorsnede
is de waarde van de sterkte, om vast te stellen of de scheurwijdte al dan niet moet worden berekend; zie hoofdstuk
cr "Waarde van de sterkte voor het berekenen van scheurkrachten" op vorige pagina
Het is mogelijk om scheurkrachten (Ncr, Mcry , Mcrz ) in de numerieke uitvoer weer te geven. Deze scheurkrachten zijn krach-
ten die ertoe leiden dat de waarde fc,teff (optreden van scheurwijdte in de doorsnede) wordt bereikt in de vezel onder de
meeste trek in de betondoorsnede in de richting van de eerste of tweede hoofdspanning. Voor het berekenen van deze
scheurkrachten wordt de voorwaarde gehanteerd dat de excentriciteit van ingevoerde krachten en scheurkrachten gelijk
moet zijn.
dit betekent dat de gemiddelde treksterkte van het beton over een periode van 28 dagen in aanmerking wordt
fctm
genomen; zie onderstaande afbeelding
dit betekent dat de gemiddelde buigtrekspanning (EN 1992-1-1, artikel 3.1.8(1)) in aanmerking wordt genomen.
f
Deze waarde moet worden gebruikt als begrensde vervormingen (zoals krimp of temperatuurbewegingen)
ctm,fl voor het berekenen van de scheurwijdte in aanmerking worden genomen
- 234 -
Controle
EN 1992- 1- 1 geeft geen instructies over hoe kruip onder wisselende belasting in aan-
merking moet worden genomen voor het berekenen van de scheurwijdte. In het algemeen
kan kruip in aanmerking worden genomen door die effectieve elasticiteitsmodulus (EN
1992-1-1, artikel 5.8.7(2)) in aanmerking te nemen bij de berekening van de modulaire ver-
houding (Es /Ec,eff 15). Er kan een lagere waarde voor de modulaire verhouding (gro-
tere waarde voor de elasticiteitsmodulus van beton dan de effectieve waarde) worden
gebruikt, waarbij minder dan 50% van de spanningen ontstaat door quasi-permanente
belasting. De gewijzigde waarde voor de elasticiteitsmodulus kan direct in de mate-
riaaleigenschappen worden ingevoerd (zie onderstaande afbeelding), maar deze wijziging
is tevens van invloed op de EEM berekening
dit betekent dat de maximale waarde (grenswaarde) voor de scheurwijdte wordt berekend volgens EN
Auto
1992-1-1 (tabel 7.1N)
dit betekent dat voor dit element een door de gebruiker gedefinieerde waarde in aanmerking wordt geno-
Gebruiker
men
- 235 -
Kapitel9
dit betekent dat de gemiddelde treksterkte van het beton over een periode van 28 dagen in aanmerking wordt
fctm
genomen; zie onderstaande afbeelding
dit betekent dat de gemiddelde buigtrekspanning (EN 1992-1-1, artikel 3.1.8(1)) in aanmerking wordt genomen.
f
Deze waarde moet worden gebruikt als begrensde vervormingen (zoals krimp of temperatuurbewegingen)
ctm,fl voor het berekenen van de scheurwijdte in aanmerking worden genomen
- 236 -
Controle
Uit bovenstaande formule volgt dat het verschil tussen de gemiddelde rek in de wapening en het beton voornamelijk afhan-
kelijk is van:
l De doorsnede wordt belast door de belasting/combinatie/klasse die is geselecteerd in de service scheurcontrole, zie
hoofdstuk 3.2.1
l Er wordt een getransformeerde doorsnede gebruikt
l De vlakdoorsnede blijft ook na de belasting (vervorming) vlak
l De treksterkte van beton wordt niet in aanmerking genomen (gescheurde doorsnede)
l de ideale hechting tussen beton en wapening wordt in aanmerking genomen; dit betekent dat een gewijzigde rek van de
wapening s en de betonvezel c in dezelfde positie gelijk is
l Het lineaire rek-spanningsdiagram van beton met een oneindige vertakking wordt gebruikt; dit betekent dat de verdeling
van spanning lineair is en afhankelijk is van de wijziging van de rek (wet van Hooke)
- 237 -
Kapitel9
factor afhankelijk van de duur van de belasting. De volgende waarden moeten worden gebruikt volgens de
norm EN 1992-1-1, hoofdstuk 7.3.4(2).
In SEN hangt de waarde kt af van het modulustype van het beton. Als het selectievakje "Gebruik van de effec-
tieve modulus van beton" op pagina 235 is ingeschakeld, wordt de waarde 0,4 gebruikt; anders wordt de
waarde 0,6 gebruikt.
is de gemiddelde waarde van de effectieve treksterkte ten tijde van de eerste scheuren in het beton.
f
Het moment waarop de scheuren naar verwachting voor het eerst zullen optreden. Deze waarde kan worden
ct,eff
ingesteld via "Type sterkte voor het berekenen van scheurkrachten" op pagina 236.
factor afhankelijk van de duur van de belasting. Als het selectievakje "Gebruik van de effectieve modulus van
kt
beton" op pagina 235 is ingeschakeld, wordt de waarde 0,4 gebruikt; anders wordt de waarde 0,6 gebruikt
de verhouding van de wapening binnen de effectieve oppervlakte van het beton onder trek. Deze verhouding
wordt alleen berekend voor niet-voorgespannen wapening (de voorgespannen wapening wordt niet in aan-
merking genomen voor scheurwijdte), volgens de formule
p,eff
- 238 -
Controle
A de oppervlakte van niet-voorgespannen wapening (zie hoofdstuk 4.4) binnen de effectieve oppervlakte van
s,eff het beton onder trek
de effectieve oppervlakte van het beton onder trek rondom de wapening. Deze wapeningsoppervlakte wordt
A
begrensd door een lijn die op de afstand hc,eff van de betonvezel onder de meeste trek is in de richting van de
c,eff resultante van de buigende momenten
de diepte van de effectieve oppervlakte van het beton onder trek rondom de wapening.
h
c,eff
de hoogte van de doorsnede in de richting van de resultante van de buigende momenten (dikte van het EEM-
h
element op het zwaartepunt)
d de effectieve diepte van de doorsnede in de richting van de resultante van de buigende momenten
de diepte van het beton onder druk, berekend voor de ongescheurde doorsnede, waarbij de voorwaarden uit
x
hoofdstuk 4.6.1.1 in aanmerking worden genomen.
de verhouding van de ontwerpwaarde voor de elasticiteitsmodulus van het wapeningselement onder de
meeste trek en de elasticiteitsmodulus van het beton
e
de ontwerpwaarde van de elasticiteitsmodulus van [...] onder de meeste trek. Deze waarde wordt geladen
Es
vanuit de materiaaleigenschappen van de wapening, zie de onderstaande afbeelding
de elasticiteitsmodulus van beton. Deze waarde wordt geladen vanuit de materiaaleigenschappen van het
Ec
beton
- 239 -
Kapitel9
Als de oppervlakte van de niet- voorgespannen wapening As,eff nul is, wordt het pro-
gramma beindigd met fouten.
EN 1992- 1- 1 geeft geen instructies over hoe kruip onder wisselende belasting in aan-
merking moet worden genomen voor het berekenen van de scheurwijdte. In het algemeen
kan kruip in aanmerking worden genomen door die effectieve elasticiteitsmodulus (EN
1992-1-1, artikel 5.8.7(2)) in aanmerking te nemen bij de berekening van de modulaire ver-
houding (Es /Ec,eff 15). Er kan een lagere waarde voor de modulaire verhouding (gro-
tere waarde voor de elasticiteitsmodulus van beton dan de effectieve waarde) worden
gebruikt, waarbij minder dan 50% van de spanningen ontstaat door quasi-permanente
belasting. De effectieve elasticiteitsmodulus kan in aanmerking worden genomen door het
selectievakje 'Effectieve modulus van beton gebruiken' in te schakelen (zie 2.1.3). De
andere waarde van de elasticiteitsmodulus kan rechtstreeks in de mate-
riaaleigenschappen worden ingevoerd, maar deze wijziging is ook van invloed op de EEM-
analyse.
- 240 -
Controle
k
de cofficinten voor de berekening worden geladen vanuit de instelling voor nationale bijlagen (manager voor
3 nationale bijlagen > norm EN 1992-1-1 > BGT)
,k4
de dekking van de wapening onder de meeste druk, berekend in de richting van de resultante van de buigende
c
momenten
de cofficint voor de hechtingseigenschappen van gehechte wapening
de verhouding van de wapening binnen de effectieve oppervlakte van het beton onder trek
p,eff
verhouding van de ontwerpwaarde van de elasticiteitsmodulus van het wapeningselement onder de meeste trek
e
en de elasticiteitsmodulus van het beton
is de diepte van het beton onder druk, berekend voor de ongescheurde doorsnede, waarbij de voorwaarden uit
x
hoofdstuk 4.6.1.1 in aanmerking worden genomen.
h de hoogte van de doorsnede in de richting van de resultante van de buigende momenten
de hart-op-hartafstand tussen wapeningsstaven van de wapeningslaag onder de meeste trek, loodrecht op de
ss
richting van de resultante van de buigende momenten
de diameter van de staven van de wapeningslaag onder de meeste trek Als de effectieve betonoppervlakte sta-
ds ven met een andere diameter bevat, wordt de equivalente diameter volgens vergelijking 7.12 in EN 1992-1-1 in
aanmerking genomen
- 241 -
Kapitel9
de normale betonspanning op een ongescheurde doorsnede bij de vezel onder de meeste trek in de beton-
- 242 -
Controle
ct doorsnede
is de waarde van de sterkte, om vast te stellen of de scheurwijdte al dan niet moet worden berekend; zie hoofdstuk
cr "Waarde van de sterkte voor het berekenen van scheurkrachten" op pagina 233
Het is mogelijk om scheurkrachten (Ncr, Mcry , Mcrz ) in de numerieke uitvoer weer te geven. Deze scheurkrachten zijn krach-
ten die ertoe leiden dat de waarde fc,teff (optreden van scheurwijdte in de doorsnede) wordt bereikt in de vezel onder de
meeste trek in de betondoorsnede in de richting van de eerste of tweede hoofdspanning. Voor het berekenen van deze
scheurkrachten wordt de voorwaarde gehanteerd dat de excentriciteit van ingevoerde krachten en scheurkrachten gelijk
moet zijn.
Uit bovenstaande formule volgt dat het verschil tussen de gemiddelde rek in de wapening en het beton voornamelijk afhan-
kelijk is van:
l De doorsnede wordt belast door de belasting/combinatie/klasse die is geselecteerd in de service scheurcontrole, zie
hoofdstuk 3.2.1
l Er wordt een getransformeerde doorsnede gebruikt
l De vlakdoorsnede blijft ook na de belasting (vervorming) vlak
- 243 -
Kapitel9
factor afhankelijk van de duur van de belasting. De volgende waarden moeten worden gebruikt volgens de
norm EN 1992-1-1, hoofdstuk 7.3.4(2).
In SEN hangt de waarde kt af van het modulustype van het beton. Als het selectievakje "Gebruik van de effec-
tieve modulus van beton" op pagina 235 is ingeschakeld, wordt de waarde 0,4 gebruikt; anders wordt de
waarde 0,6 gebruikt.
is de gemiddelde waarde van de effectieve treksterkte ten tijde van de eerste scheuren in het beton.
f
Het moment waarop de scheuren naar verwachting voor het eerst zullen optreden. Deze waarde kan worden
ct,eff
ingesteld via "Type sterkte voor het berekenen van scheurkrachten" op pagina 234.
factor afhankelijk van de duur van de belasting. Als het selectievakje "Gebruik van de effectieve modulus van
kt
beton" op pagina 235 is ingeschakeld, wordt de waarde 0,4 gebruikt; anders wordt de waarde 0,6 gebruikt
- 244 -
Controle
de verhouding van de wapening binnen de effectieve oppervlakte van het beton onder trek. Deze verhouding
wordt alleen berekend voor niet-voorgespannen wapening (de voorgespannen wapening wordt niet in aan-
merking genomen voor scheurwijdte), volgens de formule
p,eff
A de oppervlakte van niet-voorgespannen wapening (zie hoofdstuk 4.4) binnen de effectieve oppervlakte van
s,eff het beton onder trek
de effectieve oppervlakte van het beton onder trek rondom de wapening. Deze wapeningsoppervlakte wordt
A
begrensd door een lijn die op de afstand hc,eff van de betonvezel onder de meeste trek is in de richting van de
c,eff resultante van de buigende momenten
de diepte van de effectieve oppervlakte van het beton onder trek rondom de wapening.
h
c,eff
de hoogte van de doorsnede in de richting van de resultante van de buigende momenten (dikte van het EEM-
h
element op het zwaartepunt)
d de effectieve diepte van de doorsnede in de richting van de resultante van de buigende momenten
de diepte van het beton onder druk, berekend voor de ongescheurde doorsnede, waarbij de voorwaarden uit
x
hoofdstuk 4.6.1.1 in aanmerking worden genomen.
de verhouding van de ontwerpwaarde voor de elasticiteitsmodulus van het wapeningselement onder de
meeste trek en de elasticiteitsmodulus van het beton
e
de ontwerpwaarde van de elasticiteitsmodulus van [...] onder de meeste trek. Deze waarde wordt geladen
Es
vanuit de materiaaleigenschappen van de wapening, zie de onderstaande afbeelding
de elasticiteitsmodulus van beton. Deze waarde wordt geladen vanuit de materiaaleigenschappen van het
Ec
beton
- 245 -
Kapitel9
Als de oppervlakte van de niet- voorgespannen wapening As,eff nul is, wordt het pro-
gramma beindigd met fouten.
EN 1992- 1- 1 geeft geen instructies over hoe kruip onder wisselende belasting in aan-
merking moet worden genomen voor het berekenen van de scheurwijdte. In het algemeen
kan kruip in aanmerking worden genomen door die effectieve elasticiteitsmodulus (EN
1992-1-1, artikel 5.8.7(2)) in aanmerking te nemen bij de berekening van de modulaire ver-
houding (Es /Ec,eff 15). Er kan een lagere waarde voor de modulaire verhouding (gro-
tere waarde voor de elasticiteitsmodulus van beton dan de effectieve waarde) worden
gebruikt, waarbij minder dan 50% van de spanningen ontstaat door quasi-permanente
belasting. De effectieve elasticiteitsmodulus kan in aanmerking worden genomen door het
selectievakje 'Effectieve modulus van beton gebruiken' in te schakelen (zie 2.1.3). De
andere waarde van de elasticiteitsmodulus kan rechtstreeks in de mate-
riaaleigenschappen worden ingevoerd, maar deze wijziging is ook van invloed op de EEM-
analyse.
- 246 -
Controle
k
de cofficinten voor de berekening worden geladen vanuit de instelling voor nationale bijlagen (manager voor
3 nationale bijlagen > norm EN 1992-1-1 > BGT)
,k4
de dekking van de wapening onder de meeste druk, berekend in de richting van de resultante van de buigende
c
momenten
de cofficint voor de hechtingseigenschappen van gehechte wapening
de verhouding van de wapening binnen de effectieve oppervlakte van het beton onder trek
p,eff
verhouding van de ontwerpwaarde van de elasticiteitsmodulus van het wapeningselement onder de meeste trek
e
en de elasticiteitsmodulus van het beton
is de diepte van het beton onder druk, berekend voor de ongescheurde doorsnede, waarbij de voorwaarden uit
x
hoofdstuk 4.6.1.1 in aanmerking worden genomen.
h de hoogte van de doorsnede in de richting van de resultante van de buigende momenten
de hart-op-hartafstand tussen wapeningsstaven van de wapeningslaag onder de meeste trek, loodrecht op de
ss
richting van de resultante van de buigende momenten
de diameter van de staven van de wapeningslaag onder de meeste trek Als de effectieve betonoppervlakte sta-
ds ven met een andere diameter bevat, wordt de equivalente diameter volgens vergelijking 7.12 in EN 1992-1-1 in
aanmerking genomen
- 247 -
Kapitel9
Waarschuwingen en fouten
Tijdens de controle van de scheurwijdte kunnen de volgende fouten, waarschuwingen en opmerkingen worden weer-
gegeven:
- 248 -
Controle
Afkortingen
Afkorting Verklaring
SEN Software SCIA Engineer
FNL Fysische niet-lineaire berekening
GNL Geometrische niet-lineaire berekening
LCS Lokaal cordinatensysteem
- 249 -
Kapitel9
Afkorting Verklaring
GCS Globaal cordinatensysteem
REDES De module in SEN waarmee een gebruiker de wapening voor 1D-elementen via een sjabloon kan invoeren
BGT Bruikbaarheidsgrenstoestand
UGT Uiterste grenstoestand
Waarschuwingen en fouten
Tijdens de controle van de scheurwijdte kunnen de volgende fouten, waarschuwingen en opmerkingen worden weer-
gegeven:
- 250 -
Controle
Afkortingen
Afkorting Verklaring
SEN Software SCIA Engineer
FNL Fysische niet-lineaire berekening
GNL Geometrische niet-lineaire berekening
LCS Lokaal cordinatensysteem
GCS Globaal cordinatensysteem
REDES De module in SEN waarmee een gebruiker de wapening voor 1D-elementen via een sjabloon kan invoeren
BGT Bruikbaarheidsgrenstoestand
UGT Uiterste grenstoestand
Literatuur
1. [1] EN 1992-1-1: 2004 Eurocode 2: Ontwerp van betonconstructies Deel 1: Algemene regels en regels voor gebouwen
2. [2] ENV 1992-1-1: 1991 Eurocode 2: Ontwerp van betonconstructies Deel 1: Algemene regels en regels voor gebou-
wen
Literatuur
Doorbuigingen (BGT)
Inleiding
De doorbuiging wordt berekend volgens hoofdstuk 7.3.4 in EN 1992-1-1. De doorbuigingen moeten worden getoetst om
de volgende redenen:
l Een niet-aanvaardbare doorbuiging mag niet van invloed zijn op de correcte werking van de constructie of de esthetiek -
grenswaarde voor totale doorbuiging
l Om schade aan partities en afwerkingen door een toename van doorbuiging na de bouw te voorkomen - grenswaarde
voor additionele doorbuiging
Het gedrag van de gewapende doorsnede voor doorbuigingsbehoeften is hetzelfde als het gedrag dat wordt gebruikt voor
de stijfheidsberekening. Dit kan tevens worden uitgedrukt in het diagram voor moment en rek (vervorming). De eindwaarde
- 251 -
Kapitel9
voor de stijfheid wordt berekend met behulp van de interpolatieformule tussen de toestand (I): vervorming voor onge-
scheurde betondoorsnede ( x =0), en toestand (II): vervorming voor volledig gescheurde betondoorsnede (geen trek)
(x=1). Dit is afhankelijk van de spanningsverhouding in de wapening door scheurende belasting en de inwerkende belas-
ting. De afhankelijkheid van het scheurmoment van rek in beton wordt weergegeven in de onderstaande figuur. Vervolgens
wordt de waarde voor vervorming herberekend op basis van de stijfheid en de inwerkende belasting.
- 252 -
Controle
Aanname
Voor de berekening worden dezelfde voorwaarden gebruikt als de voorwaarden in hoofdstuk "Algemene uitgangspunten
en beperkingen" op pagina 224
SCIA Engineer biedt de mogelijkheid om de korte- of langetermijnstijfheid te berekenen. Dit type hangt af van de instelling in
Globale instellingen - Solverinstellingen - Algemeen - BGT - Effectieve elasticiteitsmodulus gebruiken.
l de controle wordt uitgevoerd voor lineair/bereik of normcombinatie (er hoeven geen betoncombinaties te worden gede-
finieerd)
l de controle wordt uitgevoerd voor geselecteerde elementen (huidig NAV wordt uitgevoerd voor de gehele constructie)
l Vervorming veroorzaakt door krimp wordt niet automatisch in aanmerking genomen in versie SCIA Engineer15.
l Er wordt geen toetsing gebaseerd op de beperking van de overspannings-/diepteverhouding volgens 7.4.2.
l De controle wordt alleen uitgevoerd voor de door de gebruiker gedefinieerde wapening (controle met behulp van the-
oretisch ontworpen wapening wordt niet ondersteund).
Theorie
Zoals vermeld in EN 1992-1-1 hoofdstuk 7.4.1(3), mag de berekende vervorming niet groter zijn dan de vervorming die kan
worden opgenomen door andere verbonden elementen, zoals partities, beglazing, bekleding, services en afwerkingen. In
sommige gevallen kan een beperking nodig zijn om correct functioneren van machines of apparatuur die door de con-
structie wordt ondersteund te waarborgen, of om accumulatie op vlakke daken te voorkomen.
In het algemeen moeten er twee belangrijke situaties worden gecontroleerd:
l Totale doorbuiging - wanneer de berekende neerwaartse doorbuiging van een balk, plaat of uitkraging die onder-
hevig is aan quasi-permanente belastingen groter is dan overspanning/250, kan dit van invloed zijn op het uiterlijk en de
algemene bruikbaarheid van de constructie. De neerwaartse doorbuiging wordt beoordeeld in verhouding tot de steun-
punten. Er kan voorkromming worden gebruikt om (een deel van) de doorbuiging te compenseren. Een opwaartse door-
buiging die in de bekisting is gentegreerd, mag echter in het algemeen niet groter zijn dan overspanning/250.
l Additionele doorbuiging - doorbuigingen die aangrenzende delen van de constructie kunnen beschadigen, moeten
worden beperkt. Voor de doorbuiging na de bouw is overspanning/500 normaal gesproken een geschikte
- 253 -
Kapitel9
grenswaarde voor quasi-permanente belastingen. Het gebruik van andere grenswaarden kan worden overwogen,
afhankelijk van de gevoeligheid van aangrenzende onderdelen.
De berekeningsprocedure die in de nieuwe doorbuigingscontrole wordt gebruikt, kan worden samengevat in de volgende
stappen:
1) Berekening van kortetermijnstijfheid - de kortetermijnstijfheid wordt berekend met behulp van de 28 dagen E-modu-
lus voor inwerkende belasting
2) Berekening van langetermijnstijfheid - de langetermijnstijfheid wordt berekend met behulp van de effectieve E-
modulus gebaseerd op de kruipcofficint voor inwerkende belasting
Helaas is het bij combinaties voorlopig nog niet mogelijk om een onderscheid te maken tussen het korte- en het lan-
getermijndeel van de belasting. Daarom is er een voorwaarde vastgesteld om het langetermijndeel van de belasting te kun-
nen bepalen. Het langetermijndeel van de belasting (langetermijnpercentage) wordt geschat op basis van het type
combinatie voor de controle. Er zijn drie belangrijkeBGT-combinaties:
3) Berekening van verhoudingen - voor de berekening van specifieke doorbuigingen wordt een vereenvoudigde
methode met stijfheidsverhoudingen gebruikt (zie onder). Deze waarden worden voor elke toestand berekend volgens
punt 1 en 2 hierboven. In het algemeen zijn deze waarden verhoudingen van de lineaire stijfheid van een betononderdeel,
die alleen worden gedeeld door de resultante stijfheid en waarbij scheurvorming in aanmerking wordt genomen.
ratio = Stiffnesslin / Stiffnessres
Bijvoorbeeld:
ratiouz =EIz,lin / EIz,res
4) Berekening van een specifiek onderdeel - voor de berekening van de totale en additionele doorbuiging zijn er ver-
schillende specifieke onderdelen vereist
Zoals eerder werd vermeld, worden de korte- en langetermijnstijfheden berekend op basis van een zogenoemde 'kruip-
factor'. Deze kruipfactor is afhankelijk van onder meer de relatieve vochtigheid, de omtrek van de doorsnede, het wape-
ningspercentage en de betonklasse. Deze factor wordt gebruikt om de kortetermijnstijfheid te delen en de
langetermijnstijfheid te verkrijgen. Door de betonstijfheid voor de korte en lange termijn en de representatieve druksterkte in
aanmerking te nemen, berekent het programma zo het spanning- en rekdiagram.
De hieronder berekende onderdelen worden in de volgende figuur grafisch weergegeven:
Lineaire (elastische) doorbuiging - is de som van de elastische doorbuiging op korte en lange termijn
lin = lin,s+ lin,l
- 254 -
Controle
Onmiddellijke doorbuiging - voor het berekenen van de onmiddellijke doorbuiging wordt de vervorming van de per-
manente belasting berekend met behulp van het korte termijn spanning- en rekdiagram. Daarnaast berekent het pro-
gramma de additionele vervorming door de onmiddellijke vervorming af te trekken van de totale vervorming.
imm = lin,l ratio s
Kortetermijndoorbuiging - wordt verkregen door de elastische doorbuiging op korte termijn te vermenigvuldigen met de
kortetermijnverhouding
s = lin,s ratio s
Langetermijndoorbuiging + kruip - wordt verkregen door de elastische doorbuiging op lange termijn te ver-
menigvuldigen met de langetermijnverhouding
l,creep = lin,l ratio l
Kruipdoorbuiging - wordt berekend op basis van de korte- en langetermijnverhoudingen
creep = lin,l (ratio l-ratio s)
Langetermijndoorbuiging - is het verschil tussen de doorbuiging veroorzaakt door lange termijn + kruip en de delen van
de doorbuiging met kruip
l = l,kruip- kruip
Additionele doorbuiging - is het verschil tussen de som van de korte en lange termijn met kruip richting onmiddellijke
doorbuiging
add = s+ l,kruip- imm
Totale doorbuiging - is de som van de korte en lange termijn + kruipdoorbuiging
tot = s+ l,creep
5) Controle van doorbuigingen - zoals aan het begin van dit hoofdstuk werd vermeld, moeten er twee typen door-
buigingen worden gecontroleerd. Eerst moeten de grenswaarden voor doorbuigingen in bepaalde richtingen worden bere-
kend. Dit betreft de volgende waarden:
a) grenswaarde voor totale doorbuiging
tot,lim=L / 250
b) grenswaarde voor additionele doorbuiging
add,lim=L / 500
In de bovenstaande formule wordt de waarde L gebruikt. Deze waarde komt overeen met de kniklengte vermenigvuldigd
met factor van het element in een specifieke richting.
Tot slot kan de eenheidscontrole als volgt worden berekend:
Eenheidscontrole = max ( tot / tot,lim ; add/ add,lim )
Uitvoerwaarden
De volgende uitvoerwaarden worden weergegeven:
- 255 -
Kapitel9
Instelling
De volgende items zijn van invloed op de berekening van de doorbuigingscontrole. Beide items zijn opgeslagen in Beton-
instellingen (structuur) - Globale instellingen - Solverinstellingen - Doorbuigingen
Bovenstaande waarden kunnen tevens worden aangepast met behulp van Betonelementgegevens voor elk element.
- 256 -
Controle
- 257 -
Kapitel9
Detailleringsregels
Inleiding
In een correct ontwerp waarbij de veiligheid, bruikbaarheid en duurzaamheid van de constructie in het oog worden gehou-
den, vormen ook de vereisten voor detailleringsregels voor staven van gewapend beton een belangrijke stap.
In het algemeen worden er in SCIA Engineer binnen de detailleringsregels drie hoofdtypen elementen onderscheiden:
In de onderstaande tabel is te zien welke controles van detailleringsregels voor een bepaald elementtype worden uit-
gevoerd:
langsrichting afschuiving
Elementtype
(hoofd) (dwarsrichting)
6.2.3(3) - Maximumpercentage afschuifwapening
9.2.1.1(1) - Minimale oppervlakte van langswapening 9.2.2 (6) - Maximale beugelafstand in langsrichting
(afschuiving)
Balk 9.2.1.1(3) - Maximale oppervlakte van langswapening
9.2.2 (8) - Maximale beugelafstand in dwarsrichting
9.2.3(4) - Maximale hart-op-hart-staafafstand op basis van torsie
(afschuiving)
Normonafhankelijk - Maximale vrije tussenafstand
9.2.3(3) - Maximale beugelafstand in langsrichting (tor-
sie)
8.2(2) - Minimale vrije afstand tussen staven 9.2.3(3) - Maximale beugelafstand in langsrichting (tor-
sie)
9.5.2(1) - Minimale staafdiameter voor langswapening
Kolom 9.5.3(1) - Minimumdiameter van dwarswapening
9.5.2(2) - Minimale oppervlakte van langswapening
9.5.3 (3) - Maximale longitudinale tussenruimte van
9.5.2(3) - Maximale oppervlakte van langswapening dwarswapening
- 258 -
Controle
langsrichting afschuiving
Elementtype
(hoofd) (dwarsrichting)
9.5.2(4) - Minimumaantal langswapeningsstaven
8.2(2) - Minimale vrije afstand tussen staven
Vloerstrook -
9.3.1.1(3) - Maximale staafafstand van langswapening
Aanname
l Beugels kunnen worden gedefinieerd in de richting loodrecht op de as van het element ( = 90).
l Het is niet mogelijk om afschuifbuigingen te definiren; daarom wordt de controle van detailleringsregels voor afschuif-
buigingen niet ondersteund
l Alleen de controles die in het vorige hoofdstuk zijn genoemd, worden ondersteund
l Elke controle van detailleringsregels bevat de verschillen per nationale bijlage (indien van toepassing).
Artikel 8.2.(2) - Cofficinten die worden gebruikt voor parameters in nationale bijlagen
Voor specifieke nationale bijlagen zijn de onderstaande verschillen van toepassing.
- 259 -
Kapitel9
Nationale bijlage k1 k2
Standaard-NA 1,0 5,0
Tsjechische SN-EN NA 1,5 5,0
Slowaakse STN-EN NA 1,5 5,0
0,0 voor dg 16 mm
Duitse DIN-EN NA 1,0
5,0 voor dg > 16 mm
0,0 voor n wapeningslaag
Oostenrijkse ONORM-EN NA 1,0
10,0 voor meerdere wapeningslagen
Finse SFS-EN NA 1,0 3,0
Daarnaast wordt het toegestane maximumpercentage afschuifwapening als volgt berekend (zie formule 6.12):
w,max = 0,5.cw .fcd / fyd
waarbij het volgende geldt:
l UC6.2.3(3) =w / w,max .
- 260 -
Controle
Daarnaast wordt de toegestane minimale kromtestraaldiameter van beugels als volgt bepaald op basis van tabel 8.1N:
voor s 16mm; m,min=4. .s
l CoeffAs,min,1 en CoeffAs,min,2 - waarden uit formules 9.1N CoeffAs,min,1 = 0,26; CoeffAs,min,2 = 0,0013;
l fctm - gemiddelde treksterkte van beton
l bt - gemiddelde breedte van doorsnede in trekzone van doorsnede
l d - effectieve diepte van doorsnede
l fyk - vloeisterkte van wapening
- 261 -
Kapitel9
De Duitse nationale bijlage geeft geen grenswaarde voor het minimale trekgebied van
langswapening. In dit geval is de eenheidscontrole = 0
*De procedure voor de Nederlandse NEN NA geeft een andere regel. De waarden uit de
bovenstaande tabel worden gemarkeerd als As,min,1 . Daarnaast wordt de vereiste opper-
vlakte uit UGT(As,req) berekend als As,min,2 = 1,25 * As,req. Tot slot is de toegestane mini-
mumwaarde van langswapening: As,min = max (As,min,1; As,min,2).
- 262 -
Controle
Daarnaast wordt het toegestane minimumpercentage afschuifwapening als volgt berekend (zie formule 9.5N):
w,min = 0,08.fck / fyk
waarbij het volgende geldt:
l UC9.2.2(5) =w,min/ w .
- 263 -
Kapitel9
l sl,max = 0,9d
Franse NF-EN NA
voor h > 250 mm
l l sl,max = 200 mm
Duitse DIN-EN NA
voor 0,3VRd,max < VEd0,6VRd,max
l sl,max = max(0,25h;200mm)
Slowaakse STN-EN NA max(0,75d(1+cotg ()); 400 mm)
- 264 -
Controle
Berekening eenheidscontrole
Tot slot wordt de eenheidscontrole berekend afhankelijk van het elementtype en de instellingen in de betoninstellingen (zie
"Betoninstellingen voor balken" op pagina 271. Er worden drie basisgevallen onderscheiden:
- 265 -
Kapitel9
l Balk
UC = max (UC8.2(2); UC8.3(2); UC6.2.3(3); UC9.2.1.1(1); UC9.2.1.1(3); UC9.2.2(5); UC9.2.2(6); UC9.2.2(8); UC9.2.3(3);
UC9.2.3(4);
UCmax_bar_distance(user))
l Vloerstrook
l Kolommen
Uitvoerwaarden
De volgende uitvoerwaarden worden weergegeven:
- 266 -
Controle
- 267 -
Kapitel9
- 268 -
Controle
Betoninstellingen
De volgende items zijn van invloed op de berekening van de detailleringsregelcontrole. Deze waarden worden opgeslagen
in Betoninstellingen (structuur) - Globale instellingen - Solverinstellingen - Detailleringsregels.
- 269 -
Kapitel9
l Balk
l Langsrichting
l Beugels
Kolom
l Hoofd
l Dwarsrichting
- 270 -
Controle
Vloerstrook
l Langsrichting
Balken
Langswapening
- 271 -
Kapitel9
Norm 8.2(2)
Figuur
Minimale staafafstand
Omschrijving Additionele grenswaarde voor de minimale vrije staafafstand van langswapening voor balken
Standaard Bewerkvak; slb,min = 20 mm
Norm 8.2(2)
Figuur
Figuur
Maximale staafafstand
Omschrijving Additionele grenswaarde voor de maximale vrije staafafstand van langswapening voor balken
Bewerkvak; slb,max = 350 mm; dit item is alleen zichtbaar als het bovenstaande selectievakje is
Standaard
ingeschakeld
Norm Normonafhankelijk
- 272 -
Controle
Figuur
Figuur
Figuur
- 273 -
Kapitel9
Figuur
Figuur
Beugels
- 274 -
Controle
Figuur
Figuur
Figuur
- 275 -
Kapitel9
Vloerstrook
Langsrichting
Figuur
Minimale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de minimale vrije staafafstand van langswapening voor
Omschrijving
vloerstroken
Standaard Bewerkvak; slb,min = 20 mm
Norm 8.2(2)
Figuur
- 276 -
Controle
troleerd
Standaard Selectievakje; JA
Norm 9.3.1.1(3)
Figuur
Figuur
- 277 -
Kapitel9
Figuur
Kolom
Hoofd
Figuur
Minimale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de minimale vrije staafafstand van langswapening voor
Omschrijving
kolommen
Standaard Bewerkvak; slc,min = 20 mm
Norm 8.2(2)
Figuur
- 278 -
Controle
Figuur
Maximale staafafstand
Additionele grenswaarde voor de maximale vrije staafafstand van langswapening voor
Omschrijving
kolommen
Bewerkvak; slc,max = 350 mm; dit item is alleen zichtbaar als het bovenstaande selec-
Standaard
tievakje is ingeschakeld
Norm Normonafhankelijk
Figuur
Figuur
- 279 -
Kapitel9
Figuur
Figuur
- 280 -
Controle
Figuur
Figuur
Figuur
- 281 -
Kapitel9
Figuur
Dwarsrichting
Figuur
Figuur
Min. staafdiameter
Door de gebruiker gedefinieerde minimumdiameter van de langswapening in kolom-
Omschrijving
men; alleen zichtbaar als het bovenstaande selectievakje is ingesteld op JA
- 282 -
Controle
Figuur
Min. staafdiameter
Door de gebruiker gedefinieerde minimumdiameter van de langswapening in kolom-
Omschrijving men als vermenigvuldigingsfactor van de maximumdiameter van de langswapening;
alleen zichtbaar als het bovenstaande selectievakje is ingesteld op JA
Standaard Bewerkvak; x dsc = 25%
Norm 9.5.3(1)
Figuur
- 283 -