You are on page 1of 9

Puur Water & Natuur

Natuurontwikkeling
in de

Zanderij

www.pwn.nl
Vleugje Oer-IJ keert Geschiedenis
De huidige Zanderij was tussen zo’n 5.000
terug in de Zanderij jaar voor Christus en het jaar nul een
ruig landschap met langzaam groeiende
Ooit stroomde de Oer-IJ bij strandwallen. De Oer-IJ – de meest
Castricum naar zee. Het moet noordwestelijke vertakking van de Rijn –
een even woest als weelderig stroomde bij Castricum uit in zee. Zout en zoet
landschap zijn geweest, vol water mengden en er ontstonden geulen.
moerassen en geulen. Een paradijs
voor plant en dier. Kijken we nu Rond 100 na Chr. veranderde de kustlijn. De
naar deze regio dan herinnert nog riviermonding verzandde. Hierdoor kregen
maar weinig aan dit ooit zo grillige de duinen eeuwenlang de kans om te
uitstroomgebied van de Oer-IJ. groeien. Op een kaart van Gevers uit 1830
Maar dat gaat veranderen. is het resultaat van die groei te zien. De
binnenduinrand bij Castricum was toen nog
De komende jaren zal in de ongeschonden. Er lag een brede, ruim dertig
Zanderij een vleugje van de meter hoge zandrug: de Papenberg.
oorspronkelijke dynamiek
terugkeren. De natuur krijgt Behoefte aan zand
als het ware nieuwe kansen. In de negentiende eeuw was er bij de
groeiende bevolking van Castricum behoefte
Drinkwaterbedrijf PWN, aan zand. Als gevolg daarvan werd een
beheerder van dit terrein, deel van het Papenbergmassief afgegraven.
neemt de omvorming ter hand. Dit gebeurde in het zogenoemde
‘zandwinkeltje van Jhr. Gevers’.
De Zanderij in vogelvlucht, na de omvorming tot natuurgebied.

2 www.pwn.nl
En zo ontstond de naam ‘Zanderij’, oftewel Nieuwe tijden, nieuwe kansen
een plek waar mensen zand konden halen. Het gebied kan uitgroeien tot een mooi
Slechts een kleine rug van de Papenberg is landschappelijk en functioneel geheel, dat
dit lot bespaard gebleven. Dit is nog te zien aantrekkelijk is voor recreanten en toeristen.
op het terrein Dijk en Duin en op de huidige De Zanderij wordt het startpunt voor wandel-
Papenberg. en fietsroutes en ruiterpaden. Een bezoek aan
het strand kan hier beginnen.
Begin vorige eeuw werd dit gebruik
beëindigd. Uiteindelijk wordt nu zeven hectare van de
Zanderij opnieuw ingericht.
Drainage
Halverwege de twintigste eeuw dienden zich
nieuwe ontwikkelingen aan in de vorm van
bollenteelt en tuinbouw. Drainage werd op
ruime schaal aangelegd, waardoor de grond
geschikt werd gemaakt voor deze activiteiten.
Het huidige landschap is zo ontstaan.

In totaal beslaat het gebied tussen de


duinen en het dorp Castricum zo’n 33
hectare. Momenteel vindt in vrijwel de hele
Zanderij bollenteelt plaats. Het westelijk
deel is in beheer van PWN, net als het erop
aansluitende duingebied.

De Zanderij in 1879 (links) en in 1908.

4 www.pwn.nl
Historie als wegwijzer tot twintig centimeter daalt en dat de hoogste
grondwaterstand, in de winter, met 10 tot 20
voor herinrichting centimeter stijgt.

Verschillende kenmerken in het huidige en


het vroegere landschap kunnen richting geven
aan de natuurontwikkeling in dit gebied.

Bodem
De bodem van de Zanderij is voedselarm
duinzand, maar door het landbouwgebruik is
de bovenste laag rijk aan humus en fosfaat.
Planten als brandnetel, pitrus en akkerdistel
kunnen hierdoor gaan woekeren. Op grotere
diepte worden klei en veen aangetroffen.

De grondwaterstand vertoont gedurende het


hele jaar schommelingen. Voor de bollenteelt
wordt het gebied in de zomermaanden
bewaterd. In de natte wintermaanden wordt Duinzoom
er juist water afgevoerd. Bij de herinrichting De overgang van duingebied naar achterland
van dit deel van de Zanderij zullen de is tegenwoordig op veel plaatsen abrupt.
drainagesystemen die er liggen verdwijnen. Veelal is er sprake van een scheiding tussen
Berekeningen laten zien dat de laagste twee totaal verschillende landschappen.
grondwaterstand in de zomer dan met tien Zo ook bij de Zanderij.
Het huidige landschap, met aan weerszijden bollenland.

6 www.pwn.nl
.
Duin & Bosch
(voorheen)
Bakkum Deze scherpe scheiding is pas in de laatste voedselrijke bodem. Soms verschijnen
anderhalve eeuw ontstaan. Voor die tijd stoof planten die herinneren aan de oorspronkelijke
het zand regelmatig naar het achterland. De begroeiing, zoals bleekgele droogbloem en de
lage duintjes die hieruit voortkwamen worden veelstengelige waterbies. Deze houden juist
nollen genoemd. Ook waren er restanten van van voedselarme omstandigheden.
plangebied
laag golvende, oude duinen, die een overgang
vormden naar het lager gelegen achterland. Conclusie

D
ui
n
In de vochtige, hellende vlakte kon kwelwater In de Zanderij

&
Bo
sc
hw
aan de oppervlakte komen, waardoor er liggen prachtige

eg
De Zanderij natuurlijke duinbeekjes ontstonden. kansen voor een

spoorlijn
landschappelijke
Oer-IJ ontwikkeling waarin
parkeerplaats PWN
Duinzoom en Oer-IJ-landschap hebben uiterlijk zowel de natuurlijke
veel overeenkomsten. Slingerende kreekjes duinzoom als het
Geversweg
lijken op natuurlijke duinbeekjes. Bij Castricum Oer-IJ-gebied tot
tuin van
Hof v. Kijkuit
Juttersmuseum doeltype zijn beide landschapstypes als het ware uitdrukking kan
nat schraalgrasland
plas-dras, droogvallend
samengesmolten. De kreek die rond 100 jaar komen.
nollen/droog duingrasland
na Chr. door het gebied liep wordt opnieuw
Noordhollands zoomvegetatie
Duinreservaat uitgegraven. De duinbeekjes kunnen deze In het nabijgelegen
eg

tuin Kijkuit, indicatief


lpw

Station Castricum
met water voeden. archeologisch
hu
Sc

Definitief ontwerp plangebied. museum, het ‘Huis


de
Ou

Spontane vegetatie van Hilde’, wordt


Momenteel is er van natuurlijke vegetatie ruim aandacht
Kijkuit
nauwelijks sprake. We vinden vooral besteed aan de
planten die wijzen op de reeds genoemde historie van de Oer-IJ.
0 62,5 125 250 375 500
Ligging plangebied. Meters

8 www.pwn.nl
Gebiedsplan de Zanderij oorsprong in een bestaande droge geul die
vanaf Kijkuit door het duingebied loopt. Voor
Bij het ontwikkelen van dit gebiedsplan voor beide beken geldt dat de hoger geleden delen
de Zanderij zijn de historische landschappen in de zomer droogvallen. De lagere delen
dus leidend geweest. Het plan betreft het blijven nat of vochtig.
zuidwestelijke deel van de Zanderij en
beslaat zeven hectare. Het gebied ligt tussen
het Juttersmuseum en loopt door tot op de
parkeerplaats in het bosrijke duin.

Langs de randen, die aansluiten op


het duingebied, wordt een geleidelijke
overgang gecreëerd door de aanleg van
lage nollengebiedjes. Dit betekent droog,
schraal grasland en struikbegroeiing. Het
landschap gaat geleidelijk over in een licht
glooiende vlakte die onder invloed staat van
het grondwater. Planten die houden van een Meer natuurbeleving
voedselarme bodem profiteren daarvan. In Met de realisatie van dit gebiedsplan van
de laagste delen vinden we ondiepe poelen. PWN worden de mogelijkheden voor
Deze zullen tot laat in het voorjaar onder natuurbeleving sterk vergroot. Het terrein
water staan. Zomers kunnen ze droogvallen. zelf wordt niet toegankelijk. Het is vanaf de
Door het gebied lopen twee duinbeekjes. Eén Geversweg en vanaf verschillende paden
daarvan ontspringt ter hoogte van de huidige in het duingebied goed te overzien. De
parkeerplaats. De tweede duinbeek vindt zijn seizoenen maken er een levend schilderij van.
Opwellend duinwater zorgt voor een rijke flora en fauna, een fijne plek voor bergeenden.

10 www.pwn.nl
In voorjaar en zomer wordt het terrein stroomt. Onder water zien we matten van
gekleurd door bloemen die van een natte kranswieren en over het wateroppervlak
en voedselarme bodem houden. Hetzelfde trekken schrijvertjes hun cirkelvormige banen.
geldt voor het droog duingrasland. In het Dit is ook het leefgebied van de beschermde
winterhalfjaar is het terrein op zijn natst. waterspitmuis, die alleen in dit schone water
Het water in de beekjes stroomt dan zichtbaar zijn prooi kan bemachtigen. Bergeenden, die
naar de lager gelegen delen. De plas-dras- in de duinen broeden, trekken in het voorjaar
gebieden kunnen onder water komen te met hun talrijke jongen naar het brede
staan. De nieuwe natuur aan beide zijden water van de kreek. In de winter worden
van de Geversweg roept het gevoel op alsof ze vervangen door kuifeend en krakeend.
de weg er dwars doorheen aangelegd is. Steltlopers zoeken voedsel langs de randen
Dit maakt de beleving bijzonder. en ook de lepelaar is hier regelmatig te zien,
jagend op stekelbaarsjes en ander klein grut.
Opwellend duinwater
De duinbeken en waterpartijen worden De laagten die in het
gevoed door puur, kraakhelder water, dat voorjaar nog onder
opwelt vanuit het duingebied. Ze hebben een water staan, maar in
brede bedding, waarbinnen de beek slingert. de zomer droogvallen
zijn een ideale
Er leven aan stromend water gebonden voortplantingsplaats
insecten zoals de beekloper, waterkevers voor rugstreep-
en verschillende vlokreeftjes. In het water padden. In de wat
groeien holpijp, paarbladig fonteinkruid en diepere poelen
beekpunge. De beekjes monden uit in de leven ook kleine
brede kreek die centraal door het gebied watersalamanders.
Bloeiende planten, en vogels als de watersnip, profiteren van het natte grasland.

12 www.pwn.nl
Nat schraalland waaronder
In de vochtige, schrale laagten rond de geulen vlinders. Denk aan
en de duinbeekjes kan een bloemenzee groot dikkopje,
tot ontwikkeling komen. Daarin vinden we kommavlinder en
planten als rietorchis, gewone dotterbloem, bont zandoogje.
gevleugeld hertshooi, moerasrolklaver Konijnen graven
en grote ratelaar. Daarnaast komen ook hun holen in de
soorten voor als holpijp, zeegroene zegge en duintjes. Met name
waterpunge. Ze houden van uit de bodem in de trektijd is er
opwellend water. Deze bloemrijke gebieden ook bezoek van
trekken op hun beurt tal van insecten trekvogels, waaronder
aan, waaronder veel vlinders, zoals de kneu en tapuit.
duinparelmoervlinder en het icarusblauwtje.
Kievit en watersnip houden van dit soort Beheer na herinrichting
vochtige plekken, waar ze gemakkelijk hun Begrazing is de meest waarschijnlijke
voedsel kunnen vinden. beheervorm, na een mogelijke
overgangsperiode waarin maaibeheer, of
Droog duingrasland een combinatie van beheervormen wordt
Verspreid liggen hogere ruggen en lage toegepast. De begrazing zou gezamenlijk
duintjes in het terrein. De droge, schrale en met het aangrenzende duingebied kunnen
zandige bodem is begroeid met soorten plaatsvinden. Door die grotere oppervlakte is
van het duingrasland, zoals fijn schapengras, het nooit helemaal zeker hoe vaak de dieren
smal fakkelgras, geel walstro, grote tijm, in een bepaald deel lopen. Daardoor kan het
duinviooltje, gewone vleugeltjesbloem en soms voorkomen dat er aanvullend gemaaid
muizenoor. Ook hier weer veel insecten, moet worden.
Droog duingrasland trekt veel bijzondere planten en dieren aan.

14 www.pwn.nl
Puur Water & Natuur

colofon
onderzoek: Ten Haaf & Bakker
tekst: Johan Bos
illustraties: Frits-Jan Maas
fotografie: tiu.nl
coördinatie: Niels Hogeweg, Bianca Nunnink & Wendy van der Veen, PWN
lay-out: tiu.nl
productie: tiu.nl

www.pwn.nl

You might also like