Professional Documents
Culture Documents
Barca Kolibri PDF
Barca Kolibri PDF
KLASSENVOORSCHRIFTEN NATONALE
KOLIBRIKLASSE
Inhoud:
1. BOUWVOORSCHRIFTEN
2. KLASSENVOORSCHRIFTEN
3. MAATSPECIFICATIES
HOOFDAFMETINGEN
Lengte over alles : 5,60 m
Grootste breedte : 2,00 m
Diepgang : 1,00 m
Oppervlak grootzeil ca. 7 m2
Oppervlak fok ca. 7 m2
Oppervlak kleine fok ca. 5 m2
Bemanning : 2 personen
Ontwerper : G.A. Pfeiffer
Erkende klasse sinds : 1978
Nationale Autoriteit : KNWV
Klassenorganisatie : Vereniging van Kolibri Zeilers (VKZ )
1.1 STANDAARDTEKENINGEN
1.2 BESTEK
De huid bestaat uit 6 lagen watervast verlijmd ocumé-fineer (totale dikte van 9 mm); de
bodem is extra versterkt met een onder de wrangen ingelijmde mahonie multiplex plaat
dik 5 mm; de ingelijmde wrangen zijn van hardhout.
Binnen deze klassenvoorschriften vallen twee uitvoeringen van de Kolibri 560: model
A – “korte kajuit” en model B – “lange kajuit”.
Afwijkingen van lijnenplan, constructieplan en zeilplan zijn niet toegestaan. Echter een
brugdek in de kuip is toegestaan.
1.3 BOUWER
Afbouw kan geschieden door een ieder die een bouwpakket van Kolibri jachtbouw heeft
betrokken.
De bouwmallen worden beheerd door de bouwer en zijn te allen tijde voor controle door
het KNWV beschikbaar.
2.1 BEMANNING
Het maximale gewicht van de totale bemanning mag niet meer zijn dan 320 kg.
Tevens moet de bemanning minstens uit 2 personen bestaan.
2.2 EENHEID
Het doel van deze voorschriften is het bereiken van een zo groot mogelijke gelijkheid
tussen de jachten onderling.
Wat niet expliciet is toegestaan in deze voorschriften, is verboden.
2.3 MASSA
De massa van de zeilklare boot, inclusief alle losse vloerdelen, luiken, mast, giek,
staand en lopend want, roer, buitenboordmotorsteun en het standaardtuig, bedraagt
tenminste 620 kg.
De boot dient in droge staat te worden gewogen.
2.5 RONDHOUT
2.5.1 Mast:
2.5.2 Giek:
Het materiaal is een geanodiseerd aluminium profiel met een constante
doorsnede.
Een neerhaler is toegestaan, mits gemonteerd op de mastvoet.
2.5.3 Fokkeloet
Het materiaal is hout of aluminium.
De lengte van een verstelbare fokkeloet moet tijdens een wedstrijd deugdelijk
gefixeerd zijn.
Bij gebruik van een fokkeloet moet één zijde ervan bevestigd zijn aan de mast.
2.5.4 Meetbanden
Op de mast dienen 2 meetbanden in een duidelijk van het rondhout te
onderscheiden kleur rondom aanwezig te zijn
Op de giek dient 1 meetband in een duidelijk van het rondhout te onderscheiden
kleur rondom aanwezig te zijn.
2.6 ZEILEN
2.6.1 Grootzeil:
Het voorlijk is gebonden aan de afstand tussen de meetbanden op de mast. Het
hoogste punt van het grootzeil mag niet boven de onderkant van band 1
uitkomen, het laagste punt van het voorlijk mag niet beneden de bovenkant van
band 2 uit komen.
Het voorlijk moet aan de mast verbonden zijn:
a. direct met het voorlijk in de mastgroef.
b. met behulp van gelijke leuvers in de mastgroef.
2.8 BESLAG
2.9.1 Een anker met daaraan verbonden een ankertros en eventuele voorloper. De
totaalmassa van dit ankergerei moet minimaal 8 kg bedragen.
2.9.2 Een gebruiksklare verbrandings buitenboordmotor, met een vermogen van
minimaal 2,9 KW (= 4 pk ), gemonteerd op de motorsteun aan de spiegel, met
tenminste 3 liter brandstof.
Kolibri klassenvoorschriften 1 april 2002, wijziging 1 oktober 2005 blz. 5
2.9.3 Reddingsvesten met voldoende drijfvermogen, passend en geschikt, voor elke
opvarende.
2.9.4 Een gebruiksklare brandblusser.
2.9.5 Een complete verbanddoos.
2.9.6 Een misthoorn of scheepstoeter.
2.9.7 Alle matrassen, schotten en vlonders op hun plaats.
2.9.8 Een gebruiksklaar kooktoestel.
3 MAATSPECIFICATIES
3.1 ROMP
3.2 SPANTEN
3.3 DEK
3.4 KAJUIT
3.5 KUIP
3.6 KIEL
3.7 SCHEG
3.7.1 Dikte 15 20
3.7.2 Lengte 400 420
3.7.3 Diepte 220 240
3.8 ROER
3.10 VERSTAGING
3.11 ZEILVOERING
Kolibri klassenvoorschriften 1 april 2002, wijziging 1 oktober 2005 blz. 9
3.11.1 Meetbanden t.b.v. controle:
-band 1 in de masttop, gemeten vanaf de bovenzijde
mast, excl. beslag, tot aan de onderzijde van 70 -
de band
-band 2 bij het giekbeslag, gemeten vanaf bovenzijde
mast, excl. beslag tot aan bovenzijde van de - 5900
band
-band 3 op de giek, gemeten vanaf achterkant mast tot
de voorzijde van de band - 2370
Breedte van de meetbanden 20
3.11.2 Grootzeil:
-lengte achterlijk - 6150
-zeilbreedte op halve hoogte - 1365
-zeilbreedte op driekwart hoogte - 755
-lengte bovenste zeillat - 500
-lengte middelste zeillat - 800
-lengte onderste zeillat - 700
-afstand van voorlijk tot achterkant mast 25
-hoogte cijfers zeilnummer 300
-breedte cijfers zeilnummer 200
-stamdikte cijfers zeilnummer 50 55
-onderlinge afstand cijfers zeilnummer 50 60
3.11.3 Fok:
-lengte voorlijk - 6480
-lengte onderlijk - 2330
-lengte achterlijk - 5800
-lengte zwaartelijn - 6180
-het achterlijk mag niet convex zijn
-in het achterlijk zijn 3 zeillatten toegestaan; de
zeillatten dienen het achterlijk te verdelen in 4 gelijke
delen
-lengte bovenste zeillat - 200
-lengte andere 2 zeillatten - 350
3.11.5 fokkeloet
-lengte 2150