Professional Documents
Culture Documents
Burgerlijk- en handelsrecht
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
2
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Inhoudsopgave
3
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
DEEL 1: Handelsrecht
Het handelsrecht beschermt consumenten, bedrijven en belangrijke delen van de economie
binnen België. In dit deel van het boekje worden alle belangrijke aspecten van het
handelsrecht binnen België beschreven, zoals de verplichtingen die aan ondernemers gesteld
worden en fiscale verplichtingen van personen en bedrijven.
Voordat het handelsrecht uitgebreid beschreven wordt, eerst een aantal algemene begrippen, zodat
duidelijk is wat er met de verschillende termen bedoeld wordt:
Handelaar: ook wel koopman of kooplied genoemd: dit is een persoon die
verschillende waren koopt en verkoopt, en hier winst uit weet te
behalen. Rijke kooplieden hebben door de eeuwen heen veel macht
en invloed gehad op het maatschappelijk leven. Zo was de Gouden
Eeuw in Nederland een gevolg van behoefte aan uitbreiding bij deze
kooplieden.
Daden van koophandel: dit zijn daden van een persoon die – volgens het Belgische Wetboek
van koophandel – aangezien worden als handelaarsactiviteiten.
Hieronder worden volgens artikel 2 van het wetboek de volgende
daden verstaan:
4
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Voordat een onderneming opgericht kan worden, dient de ondernemer een keuze te maken wat
betreft de juridische rechtsvorm van de onderneming. Deze rechtsvorm bepaalt wie aansprakelijk is
en tot welke mate, maar ook welke juridische en boekhoudkundige verplichtingen een onderneming
krijgt. Hieronder worden de mogelijke rechtsvormen beschreven:
Eenmanszaak: ook wel zelfstandige: dit is een natuurlijk persoon (een mens van
vlees en bloed) die een beroep uitoefent zonder
arbeidsovereenkomst of statuut. Voordeel van deze vorm is dat er
maar één eigenaar is, waardoor beslissingen sneller gemaakt worden
en er weinig boekhoudkundige verplichtingen gelden. Een belangrijk
nadeel is dat bij ziekte of overlijden van de eigenaar, vaak ook de
onderneming stopt.
5
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Ebvba: een bvba voor een ondernemer zonder business partner. Het
minimumkapitaal bedraagt € 18.500, waarvan € 12.400 volgestort
moet zijn. Voor oprichting is een notariële akte verplicht.
Bedrijfsrevisor: wanneer bij de bvba meer dan 100 personen werkzaam zijn, of als
aan ten minste twee van de volgende criteria wordt voldaan, moet
een bedrijfsrevisor aangesteld worden:
6
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
In het algemeen geldt: hoe groter de onderneming (en bijbehorende ondernemingsvorm), des te
meer boekhoudkundige verplichtingen een onderneming krijgt opgelegd.
1.3 Ondernemingsverplichtingen
Nadat de rechtsvorm is gekozen, zijn er nog een aantal andere verplichtingen waaraan voldaan moet
worden voordat de onderneming opgericht kan worden. In deze paragraaf worden deze overige
verplichtingen beschreven. Denk aan het openen van een zichtrekening, het verkrijgen van
vergunningen, enzovoorts.
Sinds 2003 kunnen alle overige verplichtingen geregeld worden via het ondernemingsloket:
KBO: deze instantie verzameld alle gegevens, zodat officiële instanties daar
de gegevens met betrekking tot de onderneming kunnen opvragen
en wijzigen.
7
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Kennis bedrijfsbeheer
Sinds 1 januari 1999 moet iedere persoon (natuurlijk of rechtspersoon) basiskennis van
bedrijfsbeheer bewijzen bij de oprichting van een onderneming. Daarnaast is het voor sommige
beroepen verplicht de beroepsbekwaamheid te bewijzen. Door deze maatregel wordt geprobeerd
het aantal faillissementen te verminderen. De verplichting geldt niet alleen voor vennootschappen,
maar ook voor eenmanszaken. De beroepskennis of bedrijfsbeheer kan bewezen worden aan de
hand van een:
Bij een eenmanszaak dient dit aangevraagd te worden door de eigenaar of een aangestelde
(echtgeno(o)t(e), wettelijk partner, samenwonende partner van ten minste 6 maanden, bloed- of
aanverwante tot in de derde graad of een werknemer met een arbeidsovereenkomst van
onbepaalde duur). Bij een vennootschap dient het bestuursorgaan (zaakvoerder binnen
personenvennootschap, afgevaardigde bij kapitaalvennootschap) of een directeur, belast met de
dagelijkse leiding, het bewijs aan te vragen.
Beroepskennis
Bij sommige beroepen is een bewijs van voldoende beroepskennis benodigd om een eigen
onderneming te mogen beginnen. In onderstaande tabel staan de gereglementeerde beroepen
aangegeven:
8
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Voeding Overig
Slager Installateur
Groothandelaar Droogkuiser
Restaurateur of traiteur-banketaannemer Frigorist
Brood- en banketbakker Verver
Bij een eenmanszaak kunnen deze bewijzen door diezelfde personen als bij de bewijzen kennis
bedrijfsbeheer worden aangevraagd. Bij vennootschappen kan dit gedaan worden door de
(afgevaardigde) bestuurder of een werkende vennoot of werknemer, belast met de technische
leiding en bewijs hiervan.
Het bewijs kan worden aangevraagd door eindakten, uitgereikt door een onderwijsinrichting die door
een gemeenschap ingericht, erkend of gesubsidieerd is, of door een gelijkwaardig getuigschrift,
uitgereikt door de centrale examencommissie. Ook kan dit door bewijs van praktijkervaring
opgevraagd worden, mits één van de volgende functies bekleed is voor 1 tot 7 jaar (variërend per
beroep):
• zelfstandig ondernemingshoofd;
• werkend vennoot of mandataris;
• zelfstandig helper;
• meewerkend echtgeno(o)t(e);
• loontrekkende.
Zichtrekening: aan iedere onderneming moet een bankrekening gebonden zijn. Bij
een eenmanszaak kan dit een privérekening betreffen, maar bij een
vennootschap moet dit een rekening op naam van de vennootschap
zijn. Ook moet het bankrekeningnummer op alle uitgaande
documenten vermeld worden.
• identiteits- of beroepskaart;
• bankrekeningnummer;
9
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
• handelsnaam;
• eventuele vergunningen;
• bewijsstukken van bedrijfsbeheer en/of beroepskennis;
• beschrijving van de ondernemingsactiviteiten;
• in geval van een vennootschap een bewijs van neerlegging
van de staturen bij de Rechtbank van Koophandel.
Huwelijksstelsel: door wijziging van het huwelijksstelsel kan voorkomen worden dat
eventuele nadelige gevolgen van het ondernemerschap ook invloed
hebben op het gemeenschappelijk vermogen van het gezin.
Zeer kleine ondernemingen: dit zijn bedrijven zoals een vennootschap onder firma (vof), een
commanditaire vennootschap (cv) of een zelfstandige (ZZP-er), met
een omzet van maximaal € 500.000 per jaar. Deze ondernemingen
zijn verplicht ten minste een vereenvoudigde boekhouding te voeren.
Kleine ondernemingen: deze bedrijven, met een omzet van minimaal € 500.000 per jaar, zijn
verplicht tot het voeren van een volledige boekhouding.
Grote ondernemingen: ook deze bedrijven zijn verplicht tot het voeren van een volledige
boekhouding.
Vereenvoudigde boekhouding: deze bestaat uit een inkoop-, verkoop- en financieel dagboek en een
inventarisatielijst van de onderneming. Later wordt een voorbeeld
van deze boekhoudingsvorm gegeven.
10
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Volledige boekhouding: deze bestaat ook uit een inkoop-, verkoop- en financieel dagboek en
een inventarisatielijst van de onderneming, echter wordt hierbij
dubbel boekgehouden.
Ook zijn er een aantal financiële aspecten bij het starten van een onderneming. Zo zijn er
verschillende belastingen waar rekening mee moet worden gehouden. In deze paragraaf worden
eerst de verschillende belastingen beschreven, evenals eventuele vrijstellingen en betalingen.
Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen twee typen belastingen: directe en indirecte belastingen.
Onder directe belastingen vallen de inkomstenbelasting. Onder indirecte belastingen vallen de
omzetbelasting en registratierechten. Alle overige belastingen (successierecht, milieuheffing,
gemeentelijke belastingen) worden als andere belastingen aangemerkt.
11
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
12
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
13
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
• huurcontracten;
• notariële akten;
• akten en processen-verbaal;
• arresten en vonnissen;
• akten die in het buitenland worden verleden met het
oog op het inbrengen van goederen bij Belgische
bedrijven met rechtspersoonlijkheid;
• akten met betrekking tot onroerende goederen in
België.
14
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Deel 2: Burgerlijkrecht
Het burgerlijkrecht beschermt de burgers van België en het inkomen en vermogen ervan. Daarbij
wordt ingegaan op eventuele verzekeringen en verplichte dekkingen hiervan, maar ook de rechten en
plichten die personen binnen België hebben.
Het burgerlijk recht heeft betrekking op de burgers van een bepaalde staat, in dit geval België. In
deze eerste paragraaf worden een aantal algemene begrippen beschreven, om vervolgens
verschillende aspecten van het burgerlijkrecht te beschrijven.
15
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Aanverwantschap: dit is een band die ontstaat door huwelijk. Ook hier bestaat
aanverwantschap in rechte lijn en zijlijn.
16
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Hieronder worden alle wettelijke verplichtingen, begrippen en bijkomende aspecten met betrekking
tot het huwelijk beschreven:
Aangifte: als men wil trouwen, moet minimaal veertien dagen voor de
geplande huwelijksdatum, aangifte gedaan worden bij de
ambtenaar van de burgerlijke stand. Aangifte gebeurt in de
gemeente waar een van de aanstaande echtgenoten woont
of staat ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of
wachtregister.
17
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
• samenwonen;
• trouw zijn;
• hulp en bijstand bieden.
18
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
• door besluit van degene die zich verzet, en het verzet uit
vrije wil opheft;
• mocht het verzet niet uit vrije wil worden opgeheven,
kunnen de trouwers de rechtbank aanspreken om een
gerechtelijke opheffing te vragen. De rechtbank zal dan
beslissen of het huwelijk mag doorgaan of het huwelijk
verbieden;
• wanneer personen misbruik maken van het verzet tegen
een huwelijk kan die veroordeeld worden tot een
schadevergoeding.
19
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Gedwongen huwelijk: een huwelijk dat wordt aangegaan zonder vrije toestemming
van beide echtgenoten of wanneer deze toestemming van
minstens een van de echtgenoten onder geweld of
bedreiging wordt gegeven noemen we een gedwongen
20
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Geslacht: twee mensen van hetzelfde geslacht kunnen sinds juni 2003
ook in België trouwen.
Vreemdelingen: een huwelijk in België kan worden voltrokken als een van de
toekomstige echtgenoten:
• vliegticket;
• kwitantie van huurgelden;
• bewijs van administratieve formaliteiten bij de
overheden.
21
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Nietigverklaring: een huwelijk kan nietig verklaard worden wanneer aan een of
meer van de huwelijksvoorwaarden niet voldaan werd. Als
minderjarigen gehuwd zijn zonder de toestemming van de
jeugdrechtbank kan hiertegen niet meer worden opgekomen
wanneer er 6 maanden verstreken zijn na het bereiken van
de 18 jarige leeftijd.
22
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Het huwelijksvermogensstelsel
Binnen het huwelijk dient het (gezamenlijk) vermogen geregeld te worden. Dit kan op een aantal
manieren. Hieronder wordt dit stelsel inclusief bijbehorende begrippen beschreven:
Wettelijk stelsel: hierbij zijn alle goederen van de man en vrouw persoonlijk,
enkel de gezamenlijke inkopen tellen als gemeenschappelijk
vermogen.
Eigen goederen: dit zijn goederen die voor het huwelijk al in het bezit waren
van de personen die gaan huwen, zoals geld op een eigen
spaarrekening, bouwgrond aangekocht voor het huwelijk en
eventuele persoonlijke schulden.
Gemeenschappelijke goederen: dit zijn goederen die eigendom van beide echtgenoten zijn,
zoals inkomsten en goederen waarvan geen persoonlijk
eigendom kan worden bewezen. Ook meubelen worden
verondersteld gemeenschappelijke goederen te zijn, tenzij
specifiek opgenomen in het huwelijkscontract.
23
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Ongehuwd samenwonen
Naast een huwelijk, kan een paar er ook voor kiezen om ongehuwd samen te wonen. Dit kan een
wettelijk karakter krijgen door middel van registratie van wettelijke samenwoonst. Een verklaring bij
de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand in de betreffende woonplaats is daarbij noodzakelijk. Daarbij
gelden dezelfde rechten als bij het wettelijke huwelijksvermogensstelsel. Ook kan het samenwonen
vastgelegd worden bij een notaris. Wettelijke samenwoonst kan aangevraagd worden door personen
vanaf 18 jaar, die rechtsbekwaamheid bezitten en niet door huwelijk of andere verklaring zijn
gebonden. Dit kan door een schriftelijke verklaring op het stadsbestuur af te geven met daarin:
• datum;
• naam en voornamen van beide personen;
• geboorteplaats en geboortedatum van beide personen;
• gemeenschappelijke woonplaats;
• vermelding van wil van beide personen;
• vermelding van kennisneming van artikelen 175 t/m 1479 van het Burgerlijk Wetboek van
beide personen;
• eventuele vermelding van de notariële overeenkomst tot regeling van de modaliteiten.
Wanneer de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand de verklaring akkoord verklaart, maakt hij of zij een
melding van de verklaring in het bevolkingsregister.
De wettelijke samenwoonst wordt beëindigd bij overlijden of huwen van één van de partners, ook
kan een verklaring van verbreking worden afgelegd door beide partners persoonlijk of door één van
de partners.
2.3 Overlijden
Bij het overlijden van een burger dienen een aantal zaken geregeld te worden. In deze paragraven
worden deze zaken en andere aspecten bij overlijden beschreven aan de hand van belangrijke
begrippen:
• overlijdensattest;
• identiteitskaart overledene en aangever;
24
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Administratieve afhandelingen: hieronder vallen zaken als het vermelden van overlijden bij
de bank, verzekeringsmaatschappij(en), pensioendienst,
notaris, belastingdienst, etc.
Wettelijk erfgenaam: dit zijn de personen die tot erfgenaam worden benoemd
door de wet, en daarmee recht hebben op een deel van het
nalatenschap (erfenis). Dit zijn de naaste verwanten en
langstlevende echtgenoot.
Openvallen nalatenschap: hiervan is sprake bij het overlijden van een persoon, waarbij
de nalatenschap openvalt op de laatste woonplaats van de
overledene.
Verwerpen nalatenschap: dit is het weigeren van de erfenis, bijvoorbeeld bij het erven
van schulden.
Aanvaarden met boedelbeschrijving: hiervan is sprake als een erfenis geaccepteerd wordt bij een
voordeel, waarbij de erfgenaam niet aansprakelijk is voor
eventuele schulden.
25
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
2.4 Koopovereenkomsten
Een koopovereenkomst is een contract waarbij de ene partij zich ertoe verbindt om de eigendom van
een zaak over te dragen aan een andere partij die in ruil daarvoor een geldprijs zal betalen. De
essentie van de koop is het overdragen van eigendom en het betalen van een geldprijs, wanneer er
voor beide partijen een akkoord is over de zaak en prijs.
Na dit akkoord moet de overdracht van eigendom volgen en de betaling van het afgesproken
geldbedrag. Er is sprake van een schenking of een ruil, wanneer er geen geldprijs is afgesproken.
Overdracht van eigendom kan gebeuren door een koop, een schenking of de eigendom verkrijgen via
een testament.
Bij de verkoop van een onroerend goed zijn twee vormen mogelijk: verkoop uit hand en openbare
verkoop:
Verkoop uit hand: bij een verkoop uit de hand zijn verkoper en koper
overeengekomen een bepaald goed te verkopen voor een
bepaalde prijs. In onderling overleg worden de
verkoopvoorwaarden vastgelegd in een voorlopige
koopovereenkomst (onderhandse overeenkomst of
compromis). Dit is een bindende overeenkomst. De koper
kan aan de eigenaar een optie vragen als hij wat meer
bedenktijd wil. Dat is een eenzijdige verbintenis van de
verkoper om binnen een bepaalde termijn (bijv. een maand)
niet aan iemand anders te verkopen. Wanneer de koper
26
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Openbare verkoop: een verkoop bij opbod die wordt aangekondigd met
aanplakbrieven en publiciteit in de pers wordt een openbare
verkoop genoemd. Daarbij wordt ook medegedeeld:
27
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Verkoopovereenkomst
Een verkoop is definitief vanaf het moment dat een verkoopovereenkomst is getekend door koper en
verkoper in een onderhandse akte of voor de notaris. Op dat moment zijn de registratierechten
verschuldigd behalve wanneer er een opschortende voorwaarde werd voorzien in de overeenkomst
zoals bijvoorbeeld bij het aangaan van een hypothecaire lening.
Wanneer de verkoper en koper overeenkomen om de verkoop van een in het Vlaams Gewest
gelegen onroerend goed in der minne te ontbinden of te vernietigen, dan kunnen beide
overeenkomsten (koop en ontbinding/vernietiging) tegen betaling van een vast bedrag van € 10
worden geregistreerd wanneer men voldoet aan een aantal voorwaarden:
28
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Termijn registratie: als men de termijn niet naleeft, moet er een boete betaald
worden. De boete is ondeelbaar wat betekent dat zowel de
koper als de verkoper verantwoordelijk gesteld kan worden
voor de betaling van het hele geldbedrag van de boete.
Vlaams gewest: in het Vlaams gewest, betaal je wanneer je een huis koopt, in
principe 10% registratierechten. Onder bepaalde
voorwaarden heb je recht op een verlaagd registratietarief.
Bij de aankoop van een woning of een bouwperceel die
bestemd is als hoofdverblijfplaats, krijg je als natuurlijk
persoon een belastingverlaging onder de vorm van een
abattement (= vermindering van de heffingsgrondslag) van
€ 15.000. In deze situatie hoef je op de eerste schijf van
€ 15.000 van de aankoopsom geen registratierechten te
betalen. Naar gelang de aankoop wordt belast tegen 10% of
5%, bedraagt het belastingvoordeel € 1.500 of € 750.
29
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Notaris: de notaris wordt ingeschakeld bij het verlijden van een akte,
bijvoorbeeld bij het kopen van een woning of het huwen van
twee personen. De taken van de notaris zijn:
Onafhankelijk openbaar ambtenaar: deze zorgt ervoor dat de notaris een evenwichtige en
proactieve overeenkomst opstelt tussen twee partijen. De
notaris is daarbij persoonlijk verantwoordelijk voor de
overeenkomst.
30
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
2.5 Huurovereenkomsten
Een huurovereenkomst is een contract waarbij de ene partij zich aan de andere partij bindt voor het
genot van een zaak tegen een bepaalde prijs. Deze prijs wordt de huur genoemd. Elk meerderjarig
persoon kan een huurovereenkomst sluiten. Deze dient per 15 juni 2007 schriftelijk vastgelegd te
worden. Bij de huur van goederen zijn twee mogelijkheden te onderscheiden:
• een contract onder bezwarende titel, waarbij beide partijen een voordeel halen: huurder
krijgt het genot van een eigendom, verhuurder krijgt een vergoeding;
• een wederkerig contract, waarbij beide partijen een verbintenis aangaan: de verkoper levert
het genot van het goed en de koper betaalt de afgesproken prijs.
Bij verhuur van een bewoning in ruime betekenis, dient in elke officiële of publieke mededeling de
huurprijs en de gemeenschappelijke lasten te worden vermeld. Wordt dit door de verhuurder niet
gedaan, dan kan de gemeente hem of haar een boete van € 50 - € 200 opleggen.
Herziening huurprijs: contracten die vanaf 28 februari 1991 zijn afgesloten, hebben
– onder voorwaarden – de mogelijkheid de huurprijzen te
31
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Terugbetaling: wanneer een huurder kosten heeft betaald die hij of zij niet
verschuldigd was of die na onderzoek hoger waren dan de
werkelijke uitgaven, mag de huurder deze bedragen
terugeisen van de verhuurder, door een aangetekende brief
te sturen. De huurder mag daarbij alleen terugbetaling eisen
over kosten van de afgelopen vijf jaar. Wanneer de
verhuurder niet terugbetaald, mag de huurder binnen één
jaar na datum van de brief een rechtsvordering instellen bij
de vrederechter.
Verplichtingen huurder: de huurder is verplicht tot het stofferen van het goed, het
teruggeven in goede staat bij einde overeenkomst, het
betalen van de huurprijs en het gebruiken van het goed
volgens goede huisvaderregels.
32
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Voortijdige beëindiging: zowel verhuurder als huurder kunnen een contract van 9 jaar
voortijdig beëindigen. Dit kan door wederzijdse toestemming
tot beëindiging of ontbinding door het niet nakomen van
(wettelijke) verplichtingen.
2.6 Verzekeringsovereenkomsten
33
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Brandverzekering: dit is een verzekering die bescherming biedt tegen schade bij
brand, aan de woning of inboedel, en/of eventuele
burgerlijke aansprakelijkheid bij brand. De verzekering is niet
verplicht door de wet, maar soms stellen andere
belanghebbenden – bijvoorbeeld een verhuurder – deze wel
verplicht. Wel is in maart 2010 een verplichte
brandverzekering voor woningen en handelspanden
ingevoerd wat betreft de dekking voor derden bij lichamelijke
schade bij brand of explosie van een eigendom. Er zijn een
aantal zaken die door de Wet omschreven zijn als verplichte
dekkingen bij deze verzekering:
34
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Persoonsverzekeringen: dit zijn verzekeringen met betrekking tot personen, zoals een
levensverzekering.
Levensverzekering: dit is een verzekering die verband houdt met het leven of de
dood van een mens, of eventuele uitvaartkosten. Deze
verzekering kan bijvoorbeeld uitkeren bij overlijden, of juist
bij het in leven zijn van de verzekering op een bepaalde
datum.
35
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
2.7 Consumentenrechten
Tot slot de wetgeving met betrekking tot handelspraktijken, welke vanaf 6 april 2010 werkzaam is.
Deze wetten bestaan om een eerlijke concurrentie tussen handelaars te waarborgen en
consumenten te informeren en beschermen. Daarbij worden verschillende aspecten beschreven, zie
de begrippen hieronder:
Solden: twee maal per jaar mag een onderneming uitverkoop hebben tegen
sterk verlaagde prijzen, mits onder de naam “solden” of soortgelijke
naam. Daarbij mogen alleen goederen die ten minste 30 dagen in het
bezit zijn van de onderneming verkocht worden, binnen de periodes
3 januari tot 31 januari en 1 juli tot 31 juli. De kledingsector,
lederwaren en schoenen worden verboden prijsverminderingen
tijdens of vlak voor de solden aan te kondigen, om zo te garanderen
dat de producten werkelijk tegen een lagere prijs worden verkocht en
sectoren tegelijkertijd met de ‘solden’ kunnen starten. Periodes vlak
voor de solden zijn 6 december tot 2 januari, en 6 juni tot 30 juni.
Daarbij moet de onderneming verwijzen naar een prijs:
Verkoop met verlies: dit is alleen toegestaan bij opruiming, uitverkoop of beschadiging van
de vestiging.
Gezamenlijk aanbod: wanneer leverancier de verkoop afhankelijk stelt van de koop van
een ander product, waarbij het te verkopen goed het koppelende
36
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Afstandsverkopen: wanneer een consument een aankoop doet over een bepaalde
afstand, dient hij of zij van de volgende punten op de hoogte worden
gebracht:
• identiteit onderneming;
• adres onderneming;
• prijs goed of dienst;
• leveringskosten;
• leverings-, uitvoerings- en betalingsmodaliteiten van het
contract;
• recht van afstand;
• eventuele terugname of terugbetaling, inclusief alle
bijkomende kosten;
• gebruikskosten van de communicatie;
• geldigheidsduur van het aanbod;
• minimumduur van het contract.
Verkopen buiten lokalen: bij overeenkomsten buiten de lokalen van de onderneming bestaat
het risico dat de consument door verkoopvoorstellen wordt
overrompeld, vandaar dat de onderneming verplicht is dit ten minste
schriftelijk op het contract te vermelden.
Afgedwongen aankopen: de wet verbiedt het, een product of dienst op te sturen naar een
consument, met het verzoek dit product of deze dienst te kopen /
betalen of anders retour te sturen. Enkel filantropische verkoop is
een uitzondering, mits de volgende zin op bij gezonden documenten
37
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
38
Theorieboek Handelsrecht en Burgerlijk recht BSO 3e Graad
2014© Examenleerstof.be
Disclaimer
Alle materialen op de website en in het cursusmateriaal, zoals teksten, afbeeldingen, foto’s, geluid,
animaties en video's, inclusief logo’s, bedrijfsnamen en de lay-out van deze website zijn beschermd
door het auteursrecht en verwante wetten die intellectuele eigendommen beschermen.
Distributie, wijzigen of kopiëren van de inhoud van deze website, met inbegrip van framing is
verboden. Kopiëren, distributie, reproductie en ander gebruik van de auteursrechtelijk beschermde
data is niet toegestaan zonder schriftelijke toestemming van examenleerstof.be.
Examenleerstof zal de informatie op de website herzien en bijwerken indien nodig. Ondanks deze
inspanning kan Examenleerstof niet garanderen dat de inhoud te allen tijden volledig en juist is. De
organisatie is niet verantwoordelijk hiervoor en geeft geen garantie dat de inhoud exact bijgewerkt
is. Examenleerstof kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die hierdoor wordt
veroorzaakt. Examenleerstof biedt geen garantie dat alle examenvragen die op het examen gevraagd
worden in deze cursussen behandeld worden
Examenleerstof behoudt zich het recht voor om op elk moment de inhoud van de site te wijzigen of
te corrigeren zonder kennisgeving vooraf.
39