Professional Documents
Culture Documents
En aucun cas, le CNEJ ne peut être tenu responsable pour des erreurs ou omissions éventuelles
qui pourraient paraître dans cette édition. La liste et les coordonnées des membres sont régulière-
ment mises à jour sur le site http ://www.cnej.be.
Aucun passage de cet annuaire ne peut être reproduit de quelque manière que ce soit, sans l’ac-
cord préalable et écrit de l’éditeur.
Imprimé en Belgique
© 2010 NCGD – Nationaal College van Gerechtelijke Deskundigen van België vzw
In geen geval kan het NCGD verantwoordelijk worden gesteld voor eventuele fouten en hiaten
die in deze uitgave zouden kunnen voorkomen. De ledenlijst en personalia worden regelmatig
bijgewerkt op de website http ://www.ncgd.be.
Een uittreksel uit dit jaarboek mag onder geen enkel beding en op geen enkele wijze weerge-
geven of overgenomen worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
1. Conseil d’administration
Raad van bestuur 5
2. Objectifs
Doelstellingen 7
3. Perspectives d’avenir
Toekomst 11
4. Bonnes pratiques de l’expert judiciaire
De gerechtelijke deskundige in de praktijk 13
5. Liste des disciplines
Disciplinelijst 27
6. Liste des experts judiciaires par discipline
Lijst van de gerechtelijke deskundigen volgens discipline 31
7. Liste des experts judiciaires par ordre alphabétique
Lijst van de gerechtelijke deskundigen in alfabetische volgorde 75
8. Statuts et règlement d’ordre intérieur
Statuten en huishoudelijk reglement 129
—3—
1
Conseil d’administration
Raad van bestuur
Président d’honneur
Erevoorzitter
Jean-Pierre Colard (+ 2007)
Expert-comptable
Accountant
—5—
2
Objectifs de l’association
Doelstellingen van de vereniging
—7—
ANNUAIRE 2010
—8—
JAARBOEK 2010
—9—
3
Perspectives d’avenir
Toekomst
— 11 —
ANNUAIRE 2010
— 12 —
4
Bonnes pratiques de l’expert
judiciaire
De gerechtelijke deskundige
in de praktijk
Les dispositions reprises dans la loi du 15 mai 2007, à savoir les articles 875bis
et 962 à 991bis du Code judiciaire et 509quater du Code pénal sont le fonde-
ment de la pratique de l’expertise judiciaire.
Les dispositions légales sont complétées par les dispositions de bonnes pra-
tiques applicables par les membres du CNEJ/NCGD.
1. L’expert judiciaire
1.1. L’expert judiciaire se doit d’être intègre et indépendant. Il accomplit sa
mission en toute impartialité et fait preuve, en toutes circonstances, de
dignité, de correction, de sérénité et d’objectivité.
1.2. Il remplit ses devoirs dans les limites de sa compétence et dans le strict
objet de sa mission.
1.3. Il répond aux questions qui lui sont posées, de manière argumentée en
fonction de ses connaissances.
1.4. Cette compétence implique une formation permanente indispensable
à la connaissance du progrès des sciences et des techniques, des règle-
ments et des normes et de l’évolution de la législation et de la jurispru-
dence.
— 13 —
ANNUAIRE 2010
— 14 —
JAARBOEK 2010
— 15 —
ANNUAIRE 2010
3.5. L’expert peut demander des renseignements aux parties et aux tiers dans le
cadre strict de sa mission. Il le fait avec rigueur, mais aussi avec tact et dans
la stricte limite des besoins, en respectant le caractère contradictoire de
l’expertise. Si une personne consultée refuse de répondre en se retranchant
derrière le secret professionnel et si l’expert se rend compte que ce refus
fait obstacle à la poursuite de sa mission il soumettra la difficulté au juge.
3.6. En matière civile, l’expert veille à ce que toutes les pièces qui lui sont
transmises aient fait l’objet d’une diffusion contradictoire et préalable
auprès de toutes les parties. Toute pièce non contradictoire doit être
écartée par l’expert du dossier du litige.
3.7. En matière civile, l’expert entend et acte les dires des parties. Il appréciera
l’opportunité d’y répondre. Il le fait à la double condition que les dires
présentent une utilité évidente et se situent dans les limites de sa mission.
3.8. L’expert ne reçoit des parties ou des tiers, directement ou indirecte-
ment, aucune autre rémunération que ses honoraires et débours, fixés
par taxation. L’expert se doit de conserver son indépendance vis-à-vis
des parties sachant qu’il pourrait être requis pour la réalisation d’une
expertise complémentaire par le juge.
— 16 —
JAARBOEK 2010
— 17 —
ANNUAIRE 2010
— 18 —
JAARBOEK 2010
NCGD qui se chargera de faire désigner en son sein un confrère qui les
accompagnera dans les démarches nécessaires relatives à la cessation de
l’activité de l’expert pour que les dossiers reçus des parties soient déposés
au greffe de la juridiction qui l’a désigné de la même manière qu’en cas
de remplacement d’expert conformément à l’article 979, § 2.
De bepalingen die in de wet van 15 mei 2007 zijn opgenomen, meer bepaald
de artikelen 875 bis en 962 tot 991 bis van het gerechtelijk wetboek en 509
quater van het strafwetboek, vormen de grondslag voor de beoefening van
het gerechtelijk deskundigenonderzoek.
1. De gerechtelijke deskundige
1.1. De gerechtelijke deskundige moet integer en onafhankelijk zijn. Hij voert
zijn opdracht in volstrekte onpartijdigheid uit en geeft in alle omstandig-
heden blijk van waardigheid, correctheid, sereniteit en objectiviteit.
1.2. Hij voert zijn taken uit binnen de grenzen van zijn bevoegdheid en in
overeenstemming met het onderwerp van zijn opdracht in de meest
strikte zin.
— 19 —
ANNUAIRE 2010
— 20 —
JAARBOEK 2010
2.2. Hij zal de opdracht pas aanvaarden wanneer hij bij de uitvoering over
voldoende tijd en middelen kan beschikken.
2.3. In burgerlijke zaken contacteert de deskundige, bij ontvangst van de
betekening van zijn aanstelling en nadat hij heeft vastgesteld dat er geen
enkele reden tot wraking bestaat, de advocaten en deelt de partijen, de
rechter en de raadslieden mee dat hij zijn opdracht aanvaardt in over-
eenstemming met artikel 972 § 1 van het gerechtelijk wetboek.
2.4. Wanneer de deskundige afwezig is op het ogenblik van de ontvangst
van de betekening van zijn aanstelling, brengt hij de rechter bij zijn
terugkeer op de hoogte.
2.5. Hij formuleert zijn standpunt in alle eerlijkheid en onpartijdigheid,
ongeacht de uiteindelijke beoordeling van zijn verslag. Elk standpunt
moet beargumenteerd zijn.
2.6. De opdracht van de deskundige eindigt met het indienen van de vast-
stelling van verzoening of, bij ontstentenis, met de indiening van zijn
definitief verslag en met de begroting en vergoeding van zijn kosten en
ereloon.
2.7. De deskundige is geen betrokken partij in de procedure. Hij onthoudt
zich van alle commentaar wanneer de rechtbank geen rekening houdt
met de besluiten van zijn verslag.
2.8. Indien de deskundige moet vervangen worden in overeenstemming
met artikel 979 van het gerechtelijk wetboek, dan klampt hij zich niet
vast aan zijn opdracht en zorgt hij ervoor dat zijn opvolger de opdracht
vlot kan overnemen.
— 21 —
ANNUAIRE 2010
hij meent dat zijn onpartijdigheid in het gedrang zou kunnen komen.
Alvorens aan zijn opdracht te beginnen informeert hij bij de partijen of
er reden tot wraking bestaat.
3.2. Het is aangewezen dat hij bij de eerste vergadering zijn manier van
werken uiteenzet.
3.3. De deskundige gaat niet in op verzoeken van de partijen wanneer hij
vindt dat ze niet relevant zijn of niet in verhouding staan tot de inzet
van het geschil. Bij een incident kan hij zich tot de rechter wenden.
3.4. Teneinde het tegensprekelijke principe te respecteren zal hij de partijen
van elke onderzoeksdaad op de hoogte brengen.
3.5. De deskundige mag de partijen en de derden om inlichtingen verzoe-
ken binnen de strenge krijtlijnen van zijn opdracht. Hij doet dat strikt
maar tactvol en altijd binnen de grenzen van wat noodzakelijk is voor
het onderzoek en met respect voor het tegensprekelijke karakter van
het deskundigenonderzoek. Wanneer een ondervraagde weigert te ant-
woorden en zich achter het beroepsgeheim verschuilt, en wanneer deze
weigering het goede verloop van de opdracht in het gedrang brengt,
dan legt hij dit voor aan de rechter.
3.6. In burgerlijke zaken moet de deskundige ervoor zorgen dat alle stukken
die hem worden overgemaakt vooraf en tegensprekelijk aan alle par-
tijen worden overgemaakt. Alle niet-tegensprekelijke stukken moeten
door de deskundige uit het geschildossier worden verwijderd.
3.7. In burgerlijke zaken luistert de deskundige naar de partijen en neemt
akte van wat ze zeggen. Hij beoordeelt of het noodzakelijk is erop te
antwoorden. Hij doet dit op voorwaarde dat wat gezegd is nuttig is en
binnen de grenzen van zijn opdracht valt.
3.8. De deskundige ontvangt van de partijen geen andere rechtstreekse of
onrechtstreekse vergoeding dan zijn ereloon en kosten, eventueel door
begroting bepaalt. De deskundige zorgt ervoor dat hij zijn onafhan-
kelijkheid ten opzichte van de partijen kan vrijwaren. Hij kan immers
door de rechter gevorderd worden om een aanvullend deskundigenon-
derzoek op te stellen.
— 22 —
JAARBOEK 2010
— 23 —
ANNUAIRE 2010
— 24 —
JAARBOEK 2010
— 25 —
5
Liste des disciplines
Disciplinelijst
Cette liste est fondée sur les disciplines-clés de l’expertise judiciaire et non sur
les professions des membres.
L’objectif est de donner aux magistrats, avocats et autres personnes intéressées
un outil de recherche facile et convivial afin de trouver rapidement l’expert
judiciaire qui convient.
— 27 —
ANNUAIRE 2010
Disciplines
Sous-catégories ou spécialisations Subcategorieën of specialisaties
— 28 —
JAARBOEK 2010
04 Industrie
Chimie, pharmacie, pétrochimie Scheikundige, farmaceutische nijverheid,
petrochemie
Électricité (production, transport.) Elektriciteit (productie en verdeling)
Électronique Elektronica
Électromécanique Elektromechanica
Métallurgie Metaalnijverheid
Extraction Grondstoffen – mijnen – steengroeven
Alimentaire Voedingsnijverheid
05 Médecine / Geneeskunde
06 Agronomie / Landbouwkunde
Horticulture Tuinbouw
Sylviculture Bosbouw
08 Dentisterie / Tandheelkunde
— 29 —
ANNUAIRE 2010
11 Pharmacie / Apotheek
— 30 —
6
Liste des experts judiciaires
selon leur discipline
Lijst van de gerechtelijke
deskundigen volgens discipline
• 01 •
Bâtiments – Travaux publics
Bouw – Openbare werken
— 31 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 32 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 33 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
• 02 •
Gestion immobilière
Vastgoed beheer
— 34 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 35 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
• 03 •
Aménagement du territoire
Ruimtelijke ordening
• 04 •
Industrie
Industrie
— 36 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
• 05 •
Médecine (avec spécialité éventuelle – INAMI)
Geneeskunde (met eventuele specialisatie – RIZIV)
— 37 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 38 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 39 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 40 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 41 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 42 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 43 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 44 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 45 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 46 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 47 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 48 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 49 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 50 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 51 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 52 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 53 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 54 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 55 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 56 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 57 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 58 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 59 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 60 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 61 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 62 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 63 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 64 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
• 06 •
Agronomie
Landbouwkunde
— 65 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
• 07 •
Automobile et Accidentologie
Voertuigen en Verkeer
— 66 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
• 08 •
Dentisterie
Tandheelkunde
— 67 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
— 68 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
• 09 •
Sciences humaines : Psychologie et Ergologie
Menselijke Wetenschappen : Psychologie en Ergologie
— 69 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
• 10 •
Économie et Finances
Economie en Financiën
— 70 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 71 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE SELON LA DISCIPLINE
• 11 •
Pharmacie
Apotheek
• 12 •
Criminalistique et Sciences criminelles
Criminalistiek en Strafrechtwetenschap
— 72 —
JAARBOEK 2010 : LIJST VOLGENS DISCIPLINE
— 73 —
7
Liste des experts judiciaires
par ordre alphabéthique
Lijst van de gerechtelijke
deskundigen in alfabetische
volgorde
— 75 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 76 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 77 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 78 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 79 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 80 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 81 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 82 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 83 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 84 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 85 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 86 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 87 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 88 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 89 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 90 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 91 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 92 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 93 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 94 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 95 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 96 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 97 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 98 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 99 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 100 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 101 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 102 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 103 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 104 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 105 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 106 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 107 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 108 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 109 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 110 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 111 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 112 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 113 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 114 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 115 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 116 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 117 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 118 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 119 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 120 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 121 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 122 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 123 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 124 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 125 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 126 —
JAARBOEK 2010 : LIJST IN ALFABETISCHE VOLGORDE
— 127 —
ANNUAIRE 2010 : LISTE PAR ORDRE ALPHABÉTIQUE
— 128 —
8
Statuts et règlement
d’ordre interieur
Statuten en huishoudelijk
reglement
STATUTS – COORDONNÉES
Publications antérieures
Acte de constitution du 12 mai 2000
(Moniteur belge 2000-08-10 N. 018071)
Modification statutaire du 26 juin 2002
(Moniteur belge 2002-02-07 N. 002258)
Modification statutaire du 8 octobre 2004
(Moniteur belge 2004-11-17/0158005)
Modification statutaire du 22 septembre 2006
(Moniteur belge 2006-10-12/0156816)
Modification statutaire du 17 novembre 2006
(Moniteur belge 2007-04-03/0049984)
Modification statutaire du 26 juin 2008
(Moniteur belge 2008-07-29/0126560)
— 129 —
ANNUAIRE 2010
— 130 —
JAARBOEK 2010
Article 4 – Durée
L’association est constituée pour une durée illimitée.
— 131 —
ANNUAIRE 2010
Outre les preuves de ces désignations, le candidat devra définir avec précision
son activité professionnelle, communiquer son numéro de T.V.A. pour autant
que son activité professionnelle le lui impose, et communiquer un certificat de
bonne vie et mœurs dont la date d’émission ne dépasse pas trois mois. Au cas où
le candidat est appointé ou fonctionnaire, il doit communiquer une attestation
de son employeur ou administration l’autorisant à pratiquer l’expertise judiciaire.
Ne peut être admis comme membre effectif le candidat dont l’activité pro-
fessionnelle ou l’attitude risque de nuire à l’accomplissement de sa mission.
Le candidat doit s’acquitter des frais relatifs à une demande d’admission et
fixés annuellement par l’Assemblée générale.
Les décisions du Conseil d’administration afférentes à l’admission d’un can-
didat sont confidentielles et ne doivent pas être motivées. Tout candidat qui
serait refusé a le droit de se représenter dans les douze mois après sa première
demande d’admission.
Pour maintenir son statut de membre effectif, l’expert doit pouvoir justifier à
tout moment d’une nomination confiée à titre personnel par une juridiction
ou un parquet du Royaume de Belgique dans les douze mois qui précèdent
la demande.
— 132 —
JAARBOEK 2010
Article 12 – Monogramme
Le monogramme est la propriété de l’association ; son usage est réservé aux
membres du Conseil d’administration dans l’exercice de leur fonction au sein
du Collège.
Article 14 – Cotisation
La cotisation est fixée annuellement par l’Assemblée générale. Elle doit être
acquittée dans les délais prévus par le règlement d’ordre intérieur.
Le montant maximum de la cotisation est de 500 euros.
— 133 —
ANNUAIRE 2010
— 134 —
JAARBOEK 2010
— 135 —
ANNUAIRE 2010
Article 20 – Le président
Le président représente le Conseil d’administration dans tous les rapports de
l’association avec les tiers.
Il préside les séances du Conseil d’administration.
En cas d’empêchement, il est représenté par le vice-président.
Le président veille au respect des statuts et règlements de l’association.
Article 21 – Le vice-président
En cas d’absence du président, le vice-président le remplace.
En cas d’empêchement, le vice-président peut se faire représenter par un
membre du Conseil d’administration.
— 136 —
JAARBOEK 2010
Article 23 – Le trésorier
Le trésorier dresse l’inventaire des biens de l’association. Cet inventaire est
conservé au siège social.
Il réclame les sommes dues à l’association et en délivre quittance.
Il effectue les paiements dans les limites du budget.
Pour toute opération excédant un montant à déterminer par le Conseil d’ad-
ministration, le visa du président est requis.
Il prépare les comptes et budgets qu’il soumet en temps voulu à l’approbation
du Conseil d’administration.
— 137 —
ANNUAIRE 2010
Article 25 – Surveillance
Aussi longtemps que l’association ne dépasse pas les critères de taille prévus
à l’article 17, § 5, de la loi du 27 juin 1921, le contrôle des comptes est confié
à deux vérificateurs aux comptes indépendants du Conseil d’administration.
Ceux-ci sont désignés par l’Assemblée générale.
Leur mandat est exercé à titre gratuit.
La durée de leur mandat est de un an.
4. Assemblée générale
Article 27 – Compétences de l’Assemblée générale
L’Assemblée générale est le pouvoir souverain de l’association. Elle se réunit
au moins une fois l’an, au cours du premier trimestre de l’exercice social
suivant.
Elle a notamment dans ses attributions :
– la nomination des membres du Conseil d’administration,
– l’approbation des comptes de l’exercice,
– la décharge aux administrateurs,
– la nomination et la décharge des vérificateurs aux comptes,
– l’approbation du budget de l’exercice suivant,
– la fixation des cotisations et des frais relatifs aux demandes d’admission,
– l’approbation ou les modifications des statuts et règlements,
– l’exclusion des membres,
– la révocation des administrateurs,
— 138 —
JAARBOEK 2010
Article 28 – Convocation
Tous les membres de l’association sont convoqués par le Conseil d’admi-
nistration à l’Assemblée générale par simple lettre ou par tout autre moyen
autorisé par la loi au moins quinze jours avant la réunion.
La convocation mentionne les dates, lieux et heures et l’ordre du jour. Elle
contient la liste des candidatures au Conseil d’administration.
Le Conseil d’administration convoque une Assemblée générale extraordi-
naire chaque fois qu’il le juge utile et obligatoirement lorsque un cinquième
(1/5ème) des membres effectifs de l’association en fait la demande en déter-
minant, dans le cadre de sa demande, l’objet justifié de la convocation d’une
Assemblée générale extraordinaire.
— 139 —
ANNUAIRE 2010
— 140 —
JAARBOEK 2010
Sur base des candidatures déposées dans les délais et selon les formes utiles, les
bulletins de vote sont présentés aux membres effectifs de l’Assemblée et c’est
sur base du nombre le plus élevé de voix que les administrateurs sont nom-
més. En cas d’égalité de voix, une majorité en faveur d’un candidat devra
être dégagée par les membres de l’Assemblée générale par organisation d’un
maximum de deux scrutins supplémentaires.
Au cas où, à l’issue d’une Assemblée, le nombre d’administrateurs est infé-
rieur aux exigences statutaires, le Conseil d’administration procèdera lors de
sa première réunion à la cooptation du ou des membres manquants. Cette
nomination se fera à la majorité simple, le président ayant une deuxième voix
en cas d’égalité des résultats des votes. Cette nomination sera ensuite présen-
tée pour entérinement à la prochaine Assemblée générale.
Article 33
L’élection du Conseil d’administration s’effectue au scrutin secret sous le
contrôle de deux scrutateurs.
En cas d’absence de dispositions statutaires, les membres se réfèreront à la ju-
risprudence et aux usages en matière de sociétés commerciales et, au besoin,
prendront conseil de l’avocat choisi par le Conseil d’administration pour tout
point particulier.
— 141 —
ANNUAIRE 2010
Article 36
En cas de dissolution de l’association, l’Assemblée générale désignera le ou les
liquidateurs, déterminera leurs pouvoirs et indiquera l’affectation à donner
à l’actif net de l’avoir social. Cette affectation devra obligatoirement être
faite en faveur d’une association sans but lucratif poursuivant les mêmes buts
sociaux.
5. Divers
Article 37 – Conciliation et arbitrage
Tout différend de nature professionnelle ou déontologique entre membres de
l’association est soumis au Conseil d’administration.
Ce dernier désigne parmi ses membres effectifs une commission chargée
d’instruire le différend et de rechercher la conciliation des parties.
Au cas où un membre est mis en cause, que ce soit par un autre membre, un
avocat, un magistrat ou un citoyen, le document relatif à la mise en cause sera
examiné par les membres du Bureau.
Lorsque le cas est pris en considération, le Conseil d’administration est mis au
courant et crée une commission d’instruction dont la composition est alors
définie en fonction du contenu de la mise en cause.
— 142 —
JAARBOEK 2010
Les autres membres doivent avoir au moins deux ans d’ancienneté au sein du
Collège.
— 143 —
ANNUAIRE 2010
Toute procuration qui ne serait pas reçue, soit par courrier, soit par fax, soit par
courriel, soit par tout autre moyen scriptural ne sera pas prise en considération.
— 144 —
JAARBOEK 2010
— 145 —
ANNUAIRE 2010
— 146 —
JAARBOEK 2010
— 147 —
ANNUAIRE 2010
Les règles qui précèdent sont applicables, mutatis mutandis, aux autres membres
du Bureau et du Conseil d’administration.
Divers
Le Conseil d’administration veille particulièrement au respect de l’éthique
de l’association en raison de la confiance accordée par la magistrature des
cours, tribunaux et parquets des arrondissements du Royaume de Bel-
gique.
Le Conseil d’administration veille à ce que ses membres respectent rigou-
reusement les conditions d’adhésion et suivent l’évolution tant de la science
et de la technique que de la jurisprudence dans le domaine qui leur est
propre.
— 148 —
JAARBOEK 2010
Procédure d’admission
La procédure d’admission concerne l’acceptation de nouveaux membres au
titre d’effectifs ou d’adhérents et l’acceptation de la proposition de membres
en tant qu’administrateurs.
— 149 —
ANNUAIRE 2010
Commission d’admission
La commission d’admission comporte trois membres effectifs et deux
membres suppléants.
Le président de la commission d’admission est obligatoirement membre du
Conseil d’administration et est désigné par ce dernier à la majorité des voix.
Sauf dans les cas de réglementation spéciale d’admission, toute proposition de
candidature en tant que membre doit se faire par écrit.
Un questionnaire détaillé avec demande d’informations et de références est
demandé au candidat.
Les informations suivantes sont requises :
– Nom / Prénom / Adresse.
– Téléphone / Fax / E‑mail.
– Date et lieu de naissance.
– Profession actuelle et profession précédente.
– Études et diplômes.
– Extrait du casier judiciaire.
– Nom de l’épouse ou de la compagne.
– Profession de l’épouse ou de la compagne.
– Langues parlées et écrites.
– Expérience dans l’expertise et dans l’expertise judicaire.
– Preuves des 5 dernières nominations en tant qu’expert judiciaire.
– Communication de deux rapports complets rendus anonymes.
— 150 —
JAARBOEK 2010
— 151 —
ANNUAIRE 2010
Article 6 – Discipline
Commission d’instruction
En cas de mise en cause d’un membre de l’association, le Conseil d’adminis-
tration peut mettre sur pied une commission d’instruction.
Celle-ci est composée d’un nombre impair de membres effectifs, de trois à
cinq suivant l’importance des cas à prendre en considération. Elle remet un
avis motivé au Conseil d’administration.
— 152 —
JAARBOEK 2010
Infraction grave
Au cas où sur base d’une plainte clairement exprimée et accompagnée d’élé-
ments de preuve incontestables, une infraction grave est transmise, au sujet
du comportement d’un membre de l’association, le Conseil d’administration
peut suspendre ce membre jusqu’à la prochaine Assemblée générale, sur avis
de la commission d’instruction.
Au cas où un membre est mis en cause, que ce soit par un autre membre, un
avocat, un magistrat ou un citoyen, le document relatif à la mise en cause est
examiné par les membres du Bureau.
Lorsque le cas n’est pas pris en considération, le secrétaire général adresse un
courrier au demandeur, exposant succinctement les motifs du refus de suivre
le cas.
Lorsque le cas est pris en considération, le Conseil d’administration est mis
au courant et crée alors une commission d’instruction pour chaque cas par-
ticulier dont la composition est alors définie en fonction du contenu de la
mise en cause.
Les autres membres doivent avoir au moins deux ans d’ancienneté au sein du
Collège.
Au moins deux membres de la commission d’instruction sont d’une disci-
pline identique à celle du membre qui est mis en cause.
Le membre mis en cause rencontre la commission d’instruction, reçoit les
éléments qui lui sont opposés et y répond par voie écrite.
La commission d’instruction a toute latitude de demander toute information
complémentaire concernant la mise en cause, le tout en respectant scrupuleu-
sement les règles de confidentialité et de discrétion.
Le rapport établi par la commission d’instruction est remis au Bureau pour
examen et proposition de décision.
Les sanctions qui peuvent être prises sont définies dans les articles de loi qui
concernent les A.S.B.L. et sont la réprimande et le blâme.
Le cas échéant, une Assemblée extraordinaire pourra être convoquée avec, pour
seul sujet, l’examen de la plainte urgente et importante dont il est question.
— 153 —
ANNUAIRE 2010
Sanction
La décision de suspension est notifiée par lettre recommandée, signée par le
président. Dès cet instant, le membre suspendu n’est plus en droit de faire état
de son appartenance à l’association.
— 154 —
JAARBOEK 2010
Procurations
Les membres effectifs ont le devoir de participer aux assemblées générales.
En cas d’absence motivée, ils peuvent se faire remplacer moyennant une pro-
curation.
Aucune procuration non nominative ne peut être adressée au Conseil d’ad-
ministration.
Article 9 – Divers
Le Conseil d’administration peut proposer à l’Assemblée générale l’organisa-
tion de diverses commissions ayant des buts divers tels que la formation des
membres adhérents à l’expertise judiciaire, l’organisation de colloques sur des
points précis, l’organisation de réunions de contact avec la magistrature ou le
barreau, la prise de contact avec des associations d’experts judiciaires tant du
territoire national que de l’étranger et toute autre mission quelconque pou-
vant permettre une meilleure organisation de l’expertise judiciaire.
L’Assemblée générale est seule compétente à majorité simple pour modifier
ou amender le présent règlement d’ordre intérieur et ce par inscription à
l’ordre du jour de l’Assemblée générale. Les projets d’amendement doivent
accompagner la convocation à cette Assemblée.
Toute publication se référant à l’association doit être préalablement approu-
vée par le Conseil d’administration.
Les statuts prévalent sur le règlement d’ordre intérieur en cas de contradiction
entre eux.
— 155 —
ANNUAIRE 2010
GECOÖRDINEERDE – STATUTEN
Eerdere publicaties
Oprichtingsakte van 12 mei 2000
(Belgisch Staatsblad 2000-08-10 N. 018071)
Statutenwijziging van 26 juni 2002
(Belgisch Staatsblad 2002-02-07 N.002258)
Statutenwijziging van 8 oktober 2004
(Belgisch Staatsblad 2004-11-17/0158006)
Statutenwijziging van 22 september 2006
(Belgisch Staatsblad 2006-10-12/0156816)
Statutenwijziging van 17 november 2006
(Belgisch Staatsblad 2007-04-03/0049984)
Statutenwijziging van 26 juni 2008
(Belgisch Staatsblad 2008-07-29/0126560)
Oprichters
– Francotte Pierre, Etienne, Lucien, architect-deskundige, avenue R. de
Grimberghe 13 te 1330 Rixensart
– Franche, Willy, Robert, architect-deskundige, Stuyvenberg 9 te 1020
Brussel
– Ickx Pierre, Marie, Victor, ingenieur-deskundige, Blücherlaan 197 te
1180 Ukkel
– Petre Muriel, Anne, Elisabeth, architect-deskundige, rue des Bruyères
19 te 5140 Sombreffe
– Quewet Charles, Maurice, Jules, ingenieur-deskundige, rue de
Bruxelles 34 te 1400 Nijvel
– Reuter Jérôme, Léon, Joseph, landmeter-deskundige, venelle du Mont
Saint-Roch 4 te 1400 Nijvel
– de Geradon Fabien, Jacques, Marie, vastgoeddeskundige, rue de
Hamme-Mille 170 te 1390 Grez-Doiceau
— 156 —
JAARBOEK 2010
— 157 —
ANNUAIRE 2010
Artikel 4 – Duur
De vereniging is opgericht voor onbepaalde duur.
— 158 —
JAARBOEK 2010
Artikel 9 – Emeritus-leden
Emeritus-leden zijn vroegere gewone leden die daartoe een verzoek indie-
nen en tot het emeritus-lidmaatschap worden toegelaten bij beslissing van de
algemene vergadering. Zij hoeven geen lidgeld te betalen.
Artikel 10 – Ereleden
Ereleden zijn leden die omwille van hun inspanningen en toewijding binnen
het College deze titel bij beslissing van de algemene vergadering ontvangen.
— 159 —
ANNUAIRE 2010
Artikel 12 – Monogram
Het monogram is eigendom van de vereniging ; zijn gebruik wordt gereser-
veerd voor de leden van de raad van bestuur in de uitoefening van hun ambt
binnen het College.
Artikel 14 – Lidgeld
Het lidgeld wordt jaarlijks bepaald door de algemene vergadering. Het moet
worden betaald binnen de in het huishoudelijk reglement bepaalde termij-
nen.
Het lidgeld bedraagt maximum 500 euro.
— 160 —
JAARBOEK 2010
— 161 —
ANNUAIRE 2010
— 162 —
JAARBOEK 2010
Artikel 20 – De voorzitter
De voorzitter vertegenwoordigt de raad van bestuur in alle relaties van de
vereniging met derden.
Hij zit de vergaderingen van de raad van bestuur voor.
Wanneer hij verhinderd is wordt hij door de ondervoorzitter vertegenwoor-
digd.
De voorzitter waakt erover dat de statuten en reglementen van de vereniging
nageleefd worden.
Artikel 21 – De ondervoorzitter
De voorzitter wordt bij afwezigheid vervangen door de ondervoorzitter.
Wanneer de ondervoorzitter verhinderd is, kan hij zich laten vertegenwoor-
digen door een lid van de raad van bestuur.
— 163 —
ANNUAIRE 2010
Artikel 23 – De penningmeester
De penningmeester stelt de inventaris van de bezittingen van de vereniging
op. Deze inventaris wordt bewaard op de maatschappelijke zetel.
Hij vordert alle aan de vereniging verschuldigde bedragen in en geeft er
kwijting voor.
Hij voert de betalingen uit binnen de grenzen van het budget.
Voor elke verrichting die hoger is dan een door de raad van bestuur te bepa-
len bedrag, is de goedkeuring van de voorzitter vereist.
Hij stelt de rekeningen en budgetten op, die hij te zijner tijd ter goedkeuring
aan de raad van bestuur voorlegt.
— 164 —
JAARBOEK 2010
Artikel 25 – Toezicht
Zolang de vereniging niet groter wordt dan bepaald in artikel 17, paragraaf
5 van de wet van 27 juni 1921, wordt de controle van de rekeningen toever-
trouwd aan twee boekhoudkundige verificateurs die losstaan van de raad van
bestuur. Ze worden aangesteld door de algemene vergadering.
Ze oefenen hun mandaat onbezoldigd uit.
Hun mandaat duurt één jaar.
4. Algemene vergadering
Artikel 27 – Bevoegdheden van de algemene vergadering
De algemene vergadering is de soevereine macht van de vereniging. Ze komt
minstens één keer per jaar samen, in de loop van het eerste kwartaal van het
volgende maatschappelijke boekjaar.
Tot haar bevoegdheden behoren :
– het aanstellen van de leden van de raad van bestuur,
– het goedkeuren van de rekeningen van het boekjaar,
– het verlenen van decharge aan de bestuurders,
– het aanstellen van en het verlenen van decharge aan de boekhoudkun-
dige verificateurs,
— 165 —
ANNUAIRE 2010
Artikel 28 – Bijeenroeping
Alle leden van de vereniging worden minstens vijftien dagen vóór de bijeen-
komst per gewone brief of via elk ander wettelijk middel door de raad van
bestuur uitgenodigd om aan de algemene vergadering deel te nemen.
De uitnodiging vermeldt datum, uur en plaats, alsook de agenda. Ze bevat de
lijst met kandidaturen voor de raad van bestuur.
Telkens hij het nodig acht, roept de raad van bestuur een buitengewone alge-
mene vergadering bijeen. Hij is verplicht dit te doen wanneer een vijfde (1/5)
van de gewone leden van de vereniging er om vraagt en in het kader van die
aanvraag vermeldt waarom er een buitengewone algemene vergadering dient
te worden bijeengeroepen.
— 166 —
JAARBOEK 2010
— 167 —
ANNUAIRE 2010
den of derden die bewijzen dat ze er belang bij hebben, kunnen uittreksels
vragen die ondertekend zijn door de voorzitter van de raad van bestuur en
door een bestuurder.
Elke wijziging van de statuten moet binnen een maand na datum in de bi-
jlagen van het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd. Dat geldt ook voor
elke aanstelling, ontslag of afzetting van bestuurders.
Het verslag wordt opgesteld in het Frans, het Nederlands of het Duits en
wordt binnen een termijn van drie maanden nadat ze door de raad van bes-
tuur is goedgekeurd aan de leden bezorgd.
Artikel 33
De raad van bestuur wordt gekozen bij geheime stemming onder toezicht
van twee stemopnemers.
Bij afwezigheid van statutaire bepalingen zullen de leden zich beroepen op
de rechtspraak en op gebruiken uit de commerciële sector en, indien nodig,
— 168 —
JAARBOEK 2010
zullen ze voor bepaalde punten ten rade gaan bij de advocaat aangeduid door
de raad van bestuur.
Artikel 36
In geval van ontbinding van de vereniging stelt de algemene vergadering
de vereffenaar(s) aan, bepaalt zijn of hun bevoegdheden en kiest de bestem-
— 169 —
ANNUAIRE 2010
ming die moet worden gegeven aan de netto-activa van het maatschappelijk
vermogen. Die activa moeten verplicht worden overgedragen aan een vere-
niging zonder winstoogmerk met dezelfde maatschappelijke doelstellingen.
5. Varia
Artikel 37 – Verzoening en arbitrage
Elk geschil van professionele of deontologische aard tussen leden van de ve-
reniging wordt voorgelegd aan de raad van bestuur.
Deze laatste stelt met gewone leden een commissie samen die het geschil
moet behandelen en de verzoening van de partijen moet bewerkstelligen.
Wanneer een lid aansprakelijk wordt gesteld door een ander lid, een advo-
caat, een magistraat of een burger, dan zullen de leden van het bureau het
document betreffende de aansprakelijkheidsstelling onderzoeken.
Wanneer de zaak in overweging wordt genomen, wordt de raad van bestuur
op de hoogte gebracht en richt het een onderzoekscommissie op waarvan
de samenstelling wordt bepaald in functie van de inhoud van de aansprake-
lijkheidsstelling.
De andere leden moeten minstens twee jaar anciënniteit binnen het college
hebben.
HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Goedgekeurd door de algemene vergadering van 7 juni 2008
Artikel 1 – De leden
De kandidaat moet de jaarlijks door de algemene vergadering bepaalde kos-
ten voor een lidmaatschapsaanvraag betalen.
Die kosten kunnen nooit worden terugbetaald.
Alle toelatingsdossiers bevinden zich op het secretariaat van de vereniging en
dit onder de verantwoordelijkheid van de secretaris-generaal.
— 170 —
JAARBOEK 2010
Het lid moet zijn opdrachten altijd onberispelijk uitvoeren en hebben uitge-
voerd.
— 171 —
ANNUAIRE 2010
raad van het bestuur, die het zal voorstellen op de eerstvolgende algemene
vergadering.
— 172 —
JAARBOEK 2010
— 173 —
ANNUAIRE 2010
Organisatie van de raad van bestuur en van het bureau (art. 18, statuten)
De voorzitter, ondervoorzitter, secretaris-generaal en penningmeester vor-
men samen het bureau.
— 174 —
JAARBOEK 2010
De voorzitter waakt erover dat hij aan de leden van het bureau verantwoor-
ding aflegt met betrekking tot de formele of informele contacten die hij in
naam van het College legt.
De voorzitter neemt naar buiten toe geen standpunten in die niet zouden
stroken met beslissingen genomen door de raad van bestuur.
Mocht de voorzitter het nodig achten om persoonlijke opmerkingen te ma-
ken over onderwerpen die betrekking hebben op de gerechtelijke expertise,
en die mening niet noodzakelijkerwijs overeenkomt met de zienswijze van
het College, dan is hij ertoe gehouden om de nadruk te leggen op het in-
dividuele karakter van deze mening, zodat deze niet voor rekening van het
College komt.
Teneinde de collegialiteit te bevorderen zal hij een kopie van zijn briefwisse-
ling aan de leden van het bureau bezorgen of de inhoud van gesprekken die
in deze context zijn gevoerd, meedelen.
Bovenstaande regels zijn eveneens, mutadis mutandis, van toepassing op de
overige leden van het bureau en van de raad van bestuur.
— 175 —
ANNUAIRE 2010
Varia
De raad van bestuur ziet speciaal toe op het naleven van de ethiek van de
vereniging, omwille van het door de Hoven, Rechtbanken en Parketten van
de arrondissementen van het Koninkrijk geschonken vertrouwen.
De raad van bestuur ziet erop toe dat zijn leden de lidmaatschapsvoorwaar-
den strikt naleven en op hun eigen terrein zowel de evolutie van wetenschap
en techniek als van de rechtspraak volgen.
— 176 —
JAARBOEK 2010
Toelatingsprocedure
De toelatingsprocedure heeft betrekking op de toelating van nieuwe leden
als gewone of toegevoegde leden en op de aanvaarding van de voorstelling
van leden als bestuurders.
De toelatingsprocedure bepaalt eveneens de algemene regels die van toe-
passing kunnen zijn wanneer een vereniging met gelijkaardig doel als het
NCGD en met ten minste 15 leden, zijn kandidatuur stelt als lid van het
college.
Toelatingscommissie
De toelatingscommissie bestaat uit 3 gewone leden en 2 plaatsvervangers.
De voorzitter van de toelatingscommissie moet lid zijn van de raad van bes-
tuur en wordt door deze laatste met meerderheid van stemmen aangeduid.
Elke kandidatuurstelling moet schriftelijk gebeuren, behoudens de gevallen
van bijzondere toelatingsreglementering.
De kandidaten moeten een gedetailleerde vragenlijst invullen en referenties
geven.
De vragenlijst bevat de volgende informatie :
– Naam / Voornaam / Adres.
– Telefoon / Fax / E‑mail.
– Geboortedatum en –plaats.
– Huidig en vorig beroep.
— 177 —
ANNUAIRE 2010
– Opleiding en diploma’s.
– Uittreksel uit het strafregister.
– Naam van de echtgen(o)ot(e) of levensgezel(lin).
– Beroep van de echtgen(o)ot(e) of levensgezel(lin).
– Gesproken en geschreven talen.
– Ervaring in het deskundigenonderzoek en in de gerechtelijke expertise.
– Bewijzen van de 5 laatste aanstellingen als gerechtelijk deskundige.
– Bijvoegen van 2 volledige dossiers (die anoniem zijn gemaakt).
– Aanbevelingsbrief van 2 gewone leden die geen lid zijn van de raad van
bestuur, 2 jaar anciënniteit hebben in het college en akkoord gaan om
op te treden als peter van de kandidaat.
– Bewijs van betaling van het inschrijvingsgeld als kandidaat.
Na ontvangst van de vragenlijst en na een eerste positieve analyse door de
leden van de commissie wordt de kandidaat uitgenodigd voor een interview
bij de commissie in aanwezigheid van de voorzitter van het NCGD.
De toelating van de nieuwe leden geneesheren-deskundigen en tandartsen-
deskundigen zal gebeuren door een speciale commissie die bestaat uit leden
van het NCGD afgevaardigd door de medische en tandheelkundige vereni-
gingen (rapporteurs) die het voorwerp uitmaken van een toenadering tot het
college.
De toelatingsvoorwaarden voor het medische corps zijn de volgende :
– de vereiste minimumactiviteit bedraagt 3 jaar met een minimum van
12 aanstellingen per jaar,
– universitaire vorming (titel van geneesheer specialist) of bestaande toes-
tand, sedert 15 jaar (met dezelfde aanstellingscriteria als hierboven),
– verplicht lidmaatschap van een medische vereniging.
Voor het tandheelkundig corps zijn de voorwaarden de volgende :
– de vereiste minimumactiviteit bedraagt 3 jaar met een minimum van 3
aanstellingen met volledige opdracht per jaar,
— 178 —
JAARBOEK 2010
— 179 —
ANNUAIRE 2010
Artikel 6 – Tucht
Onderzoekscommissie
Wanneer de aansprakelijkheid van een lid van de vereniging in het gedrang
komt, kan de raad van bestuur een onderzoekscommissie oprichten.
Deze bestaat uit een oneven aantal gewone leden, drie tot vijf, afhankelijk
van het belang van de te onderzoeken gevallen. Ze overhandigt een gemo-
tiveerd verslag aan de raad van bestuur.
Zware inbreuk
Indien er, op basis van een duidelijk geformuleerde en van onbetwistbare
bewijsstukken vergezelde klacht, een zware inbreuk wordt gesignaleerd be-
treffende het gedrag van een lid van de vereniging, kan de raad van bestuur,
op advies van de onderzoekscommissie, het lid schorsen tot de volgende al-
gemene vergadering.
Wanneer een lid aansprakelijk gesteld wordt door een ander lid, een advo-
caat, een magistraat of een burger, dan wordt het document met betrekking
tot de aansprakelijkheid door de leden van het bureau onderzocht.
Wanneer de zaak niet in overweging wordt genomen stuurt de secretaris-
generaal de eiser een gemotiveerde afwijzingsbrief.
De raad van bestuur wordt op de hoogte gesteld wanneer een zaak in ove-
rweging wordt genomen. Zij richt dan – voor elke zaak afzonderlijk – een
onderzoekscommissie op die wordt samengesteld in functie van de inhoud
van de aansprakelijkheidsstelling.
De overige leden moeten ten minste twee jaar anciënniteit binnen het col-
lege hebben.
Ten minste twee leden van de onderzoekscommissie beoefenen dezelfde dis-
cipline als het aansprakelijk gestelde lid.
Het aansprakelijk gestelde lid ontmoet de onderzoekscommissie, neemt de hem
ten laste gelegde feiten in ontvangst en formuleert een schriftelijk antwoord.
De onderzoekscommissie beschikt over de volledige vrijheid om bijkomende
inlichtingen te vragen, maar steeds met inachtneming van vertrouwelijkheid
en discretie.
— 180 —
JAARBOEK 2010
Sanctie
De beslissing tot schorsing wordt met een door de voorzitter ondertekend
aangetekend schrijven betekend. Van dan af kan het geschorste lid geen aans-
praak meer maken op zijn aansluiting bij de vereniging.
— 181 —
ANNUAIRE 2010
Volmachten
De gewone leden moeten aan de algemene vergaderingen deelnemen.
In geval van gemotiveerde afwezigheid mogen ze zich laten vervangen door
middel van een volmacht.
Er mag nooit een blanco volmacht naar de raad van bestuur worden gestuurd.
Artikel 9 – Varia
De raad van bestuur kan op de algemene vergadering voorstellen om diverse
commissies met verschillende doelstellingen op te richten, zoals het oplei-
den van toegevoegde leden voor gerechtelijke expertises, het organiseren
van colloquia over welbepaalde onderwerpen, het organiseren van contact-
vergaderingen met de magistratuur of de balie, het in contact treden met
verenigingen van gerechtelijke deskundigen in binnen – en buitenland en
eender welke andere opdracht die kan leiden tot een betere organisatie van
de gerechtelijke expertise.
De bevoegdheid om onderhavig huishoudelijk reglement te wijzigen of
te amenderen ligt uitsluitend bij de algemene vergadering. Dit gebeurt bij
gewone meerderheid en via agendering. De ontwerpamendementen moeten
bij de uitnodiging voor de vergadering worden gevoegd.
Alle publicaties met betrekking tot de vereniging moeten vooraf door de
raad van bestuur worden goedgekeurd.
In geval van betwisting hebben de statuten voorrang op het huishoudelijk
reglement.
— 182 —