Verkorte handleiding

QSFLUXUS_FG74V4-2-1NL
FLUXUS *704**-A2, *705**-A2, *704**-NN, *705**-NN

Let op! Houdt u zich aan de "Veiligheidsinstructies voor het gebruik in een explosiegevaarlijke omgeving" (zie het document SIFLUXUS).

Transmitter
weergave toetsenbord
Sensormodule
seriële interface De meegeleverde sensormo-
RS232 dule (SENSPROM) moet op de
sensoren potentiaal- betreffende klemmen van de
vereffeningsklem transmitter zijn aangesloten.
spannings- Het serienummer van de sen-
potentiaal-
voorziening sormodule moet overeenstem-
vereffeningsklem AV AVS AGN ARS AR BV BVS BGN BRS BR T1A T1B S1 T2A T2B T3A T3B S3 T4A T4B A+ B- P1+ P2+ P3+ P4+ P5a P6a P7a

men met dat van de sensor.

(FLUXUS *705) SA1 SA2 SA3 SA4 SB1 SB2 SB3 SB4 T1a T1b S2 T2a T2b T3a T3b S4 T4a T4b 101 103 P1- P2- P3- P4- P5b P6b P7b
PE N(-) L(+)

potentiaal-
sensormodule vereffeningsklem
(SENSPROM) ingangen uitgangen (FLUXUS *704**-A2)

De sensoren aansluiten
Aansluitsysteem
Let op!
TS1 AS
Om een goede hoogfrequent afscherming te garande-
ren, is het belangrijk om voor een goed elektrisch con-
tact tussen de buitenafscherming en de wartel (en dus transmitter
met de behuizing) te zorgen. junction box JB01 junction box JB02

Aansluiting op de transmitter

klem verlengkabel (TS)

AV witte of gemarkeerde kabel (kern)
transmitter

transmitter
AVS witte of gemarkeerde kabel (binnenafscherming)
ARS bruine kabel (binnenafscherming)
AR bruine kabel (kern)

verlengkabel (AS)
klem sensorkabel met gestripte kabeluiteinden
AV sensor (witte kabel, wit gemarkeerd)

sensorkabel met SMB-

AVS sensor (rode kabel)
20 mm
100 mm

ARS sensor (rode kabel)

75 mm

sensorkabel met gestripte kabeluiteinden

AR sensor (witte kabel)

connectoren
12 mm

klem verlengkabel (AS)

X_AV SMB-connector (witte of gemarkeerde kabel)
verlengkabel (TS)

X_AR SMB-connector (bruine kabel)

X1 AMP-Quick-connector
verlengkabel (TS)

klem sensorkabel met SMB-connectoren

X_AV SMB-connector (bruine kabel, wit gemarkeerd)
X_AR SMB-connector (bruine kabel, zwart gemarkeerd)
70 mm

Aansluiting op de junction box

klem verlengkabel (TS)

TV witte of gemarkeerde kabel (kern)
TVS witte of gemarkeerde kabel (binnenafscherming)
TRS bruine kabel (binnenafscherming)
transmitter transmitter
TR bruine kabel (kern)

klem sensorkabel met gestripte kabeluiteinden

1
directe aansluiting of aansluiting via junction box
V sensor (witte kabel, wit gemarkeerd)
VS sensor (rode kabel)
De spanningsvoorziening aansluiten
RS sensor (rode kabel)
R sensor (witte kabel) klem aansluiting AC aansluiting DC
PE aarde aarde
klem sensorkabel met SMB-connectoren
N(-) nul -DC
XV SMB-connector (bruine kabel, wit gemarkeerd) L(+) fase 100...230 V/50...60 Hz +DC
XR SMB-connector (bruine kabel, zwart gemarkeerd)
De spanning staat aangegeven op het plaatje onder de klemmenstrook.

QSFLUXUS_FG74V4-2-1NL, 2016-10-07
Parameter invoer Meting starten Navigeren
• verticale selectie (  ): toets 8 en 2

>PAR< mtn opt sf par >MTN< opt sf • horizontale selectie ( ): toets 4 en 6

Parameter Meten • terug naar hoofdmenu: toets BRK

• verwijderen: toets C

ENTER ENTER Kanaal

Parameter  KANAAL: >A< B Y Z : kanaal is geactiveerd
voor kanaal A: METEN  - . - : kanaal is gedeactiveerd
Kies het
. : geen parameters
kanaal.
• kies het kanaal: toets 4 en 6
ENTER ENTER

A: Signaalverloop • activeer het kanaal: toets 8 en 2

Buitendiameter
70 mm 2 NUM

Toets de Bevestig de
buisbuitendiameter waarde. Invoer van het meetpad
in mm in. a
ENTER ENTER
• meetpaden (even aantal):
Wanddikte Sensor afstand De sensoren moeten aan dezelfde
2.5 mm A:54 mm Reflex zijde van de leiding geplaatst wor-
den. a
Toets de Gebruik koppelfolie of breng • meetpaden (oneven aantal):
wanddikte in mm in. langs de middellijn De sensoren moeten tegenover
op het contactoppervlak van elkaar op de buis geplaatst worden.
ENTER de sensoren
Leidingmater.  koppelpasta aan.
a - sensorafstand
Staal
Bevestig de sensoren met
Kies het de aanbevolen sensoraf-
buismateriaal. stand a op de buis.

ENTER ENTER

Bekleding potentiaal-
Advies voor het monteren van de sensoren vereffeningsklem
>NEE< ja • Controleer de aanbevolen afstanden tussen
meetpunt en verstoringsbron.
Bekleding • Reinig de buis.
aanwezig?
• Gebruik koppelfolie of breng langs de middellijn
ENTER op het contactoppervlak van de sensoren
koppelpasta aan.
Ruwheid
• Bevestig de sensoren bij voorkeur aan de zijkant
0.5 mm
van de buis.
Toets de
ruwheid in. ENTER

ENTER S=
Medium  A:  = 54 mm
Water
Druk op toets totdat
Kies in de onderste regel het
het medium. balkendiagram Q in beeld Opmerking!
verschijnt.
ENTER De sensoren tonen bij juiste montage een pijl.
Medium-temperatr S=■■■■■■
22.0 C Q=■■■■■■■■■■■■
Verander lichtjes de positie van de
Voer de
sensor tot het balkendiagram Q
mediumtemperatuur in.
max. lengte bereikt.
ENTER ENTER

Additional cable Sensor afstand A:Volumeflow

ENTER Meting
0.0 m A:54.0 mm Reflex 54.5 m3/h

ENTER Voer de lengte van Meet de ingestelde sen-

de verlengkabel in. sorafstand a in mm en
voer deze in.

QSFLUXUS_FG74V4-2-1NL, 2016-10-07