VT schrijfvaardigheid

beschouwing of betoog
 probleemstelling (hoofdvraag) in de inleiding
ideeën
opvattingen

beschouwing voor- en nadelen

= meningen
inventarisatie: argumenten
veranderingen
ontwikkelingen
enzovoort
betoog = • standpunt in de inleiding
beargumenteren
• argumenten in de kern
van je gelijk
 geen duidelijk standpunt

de lezer iets
Wanneer kies verduidelijken/verklaren
je voor een
beschouwing? een ontwikkeling weergeven

de lezer zijn mening laten

vormen
 • Je hebt een duidelijke mening
Wanneer • Je kunt die mening onderbouwen
kies je voor met verschillende argumenten
• je kunt de argumenten
een betoog? onderbouwen
 intro-zin
introductie van het onderwerp

inleiding introductie van het probleem

beschouwing overgang naar probleemstelling
probleemstelling
eventueel slotzin
 • intro-zin
• introductie van het onderwerp
inleiding • introductie van het probleem
betoog • overgang naar het standpunt
• eventueel slotzin
 intro-zin

kernzin: het 1e, 2e, 3e enz. aspect (= idee,

ontwikkeling, opvatting, mening enzovoort)
verklaring van het aspect
kernalinea
beschouwing voorbeeld ter verduidelijking

uitleg van het voorbeeld

slotzin
 • intro-zin
• argument 1, 2, 3 enzovoort
kernalinea • onderbouwing van het argument
• verduidelijking van het argument
betoog met een voorbeeld
• uitleg voorbeeld
• slotzin
 intro-zin

beantwoording van de vraag in de

inleiding
slot korte samenvatting
beschouwing
eventueel een voorzichtige conclusie

slotzin
 • intro-zin
• conclusie bij het standpunt
slot betoog • eventueel kort samenvatten
• eventueel aanbevelingen
• slotzin