You are on page 1of 11

1

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013


Proces-verbaal van de gemeenteraadszitting van
17 december 2013
Aanwezig: Jeannine Puype, voorzitter;
Patrick De Klerck, burgemeester;
Johan Van Eeghem, Bjrn Prasse, Jurgen Content, Katrien Van Ryssel, Philip Konings,
schepenen;
Ivan De Clerck, schepen / OCMW-voorzitter;
Ludo Monset, Guy De Coninck, Charlotte Benoot, Jeannine Jacobs, Patrick Kina,
Jean Pierre Meyers, Ilya Aerts, Daphn Dumery, Tom De Vos, Annie De Pauw,
Sandy Buysschaert, Nick Verwimp, Patrick De Meulenaere, Linda Vierstraete,
Kathleen Haegeman, Tanguy Veys, Michle Pauwels, Norbert Wallaert, gemeenteraadsleden;
Peter Verheyden, secretaris
Afwezig: Guy De Coninck, gemeenteraadslid afwezig voor punt 12
Verontschuldigd:
De voorzitter opent de vergadering om 19:00 uur.
Openbare zitting
15 Toerisme en Middenstand. Convenant Middenstand 2014 - 2015. Goedkeuring. Stemming.
De beslissing luidt als volgt:
DE GEMEENTERAAD:
De gemeenteraad in openbare zitting;
Gelet op het gemeentedecreet;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 28/08/2007 betreffende de vaststelling van het begrip
dagelijks bestuur;
Gelet op het convenant 2008-2012 met verlenging in 2013, afgesloten tussen het stadsbestuur en de
Middenstand, goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 19 februari 2013;
Gelet op de nieuwe legislatuur 2013 - 2018;
Gelet op het budget;
Op voorstel van de Voorzitter;

Stemming:
24 stemmen voor (Jeannine Puype, Patrick De Klerck, Johan Van Eeghem, Bjrn Prasse, Jurgen Content,
Katrien Van Ryssel, Philip Konings, Ludo Monset, Guy De Coninck, Charlotte Benoot, Jeannine Jacobs,
Patrick Kina, Jean Pierre Meyers, Ilya Aerts, Daphn Dumery, Tom De Vos, Annie De Pauw, Sandy
Buysschaert, Nick Verwimp, Patrick De Meulenaere, Linda Vierstraete, Kathleen Haegeman, Michle
Pauwels, Norbert Wallaert);
1 onthouding (Tanguy Veys)
BESLUIT:
Artikel 1:
Hiernavolgend convenant tussen het stadsbestuur en de middenstand 2014-2015 wordt ter goedkeuring
voorgelegd aan de gemeenteraad in zitting van17 december 2013.


Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 2

CONVENANT STADSBESTUUR BLANKENBERGE MIDDENSTAND 2014 EN 2015


HOOFDSTUK I : DOEL

ARTIKEL 1:
Dit convenant heeft tot doel de samenwerking tussen het Stadsbestuur enerzijds en de diverse
gebuurtenkringen en interprofessionele middenstandsorganisaties anderzijds, op duurzame wijze
vast te leggen.

ARTIKEL 2:
Dit convenant wordt afgesloten voor de jaren 2014 en 2015 van de lopende legislatuur.
Inzonderheid de ondertekenaars van de gebuurtenkringen en middenstandsorganisaties maken zich
sterk dat dit convenant voor de volledige duur gevolgd zal worden, zelfs indien er zich wijzigingen
mochten voordoen in de respectievelijke besturen.


HOOFDSTUK II: ROMMELMARKTEN

ARTIKEL 3:
Conform het geldende lastenboek Concessie organiseren van rommelmarkten kan het
stadsbestuur aan de gebuurtenkringen en middenstandsorganisaties toelating verlenen voor het
organiseren van rommelmarkten, voor zover de deelname aan deze rommelmarkten gratis zijn en
een andere datum kennen als deze die in de concessie rommelmarkten opgenomen zijn. Bovendien
is een aanvullend gunstig advies van de politie (voornamelijk inzake veiligheid) en het
cultuurcentum vereist.

De kostenloze rommelmarkten worden geregeld volgens de bepalingen van de wet van 25 juni
1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare
markten, gewijzigd bij de wet van 4 juli 2005 meer bepaald de artikelen 8 tot en met 10 en de wet
van 20 juli 2006 meer bepaald de artikelen 172 tot en met 174.

De niet kostenloze rommelmarkten worden geregeld volgens de afzonderlijke concessie,
uitgeschreven door de stad en goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 19 maart 2013.


HOOFDSTUK III: KLEINE KERMISATTRACTIES BUITEN DE OPENBARE
KERMISSEN

ARTIKEL 4:
Ter gelegenheid van een gekozen manifestatie, met een maximum van twee maal per burgerlijk
jaar en per gebuurtenkring, kan het College van Burgemeester en Schepenen een uitnodiging
versturen voor het plaatsen van een kleine kermisattractie voor de duur van het ingerichte
evenement, met als doel de sfeer in de stad te bevorderen en bezoekers aan te trekken.


HOOFDSTUK IV: FESTIVITEITEN INGERICHT DOOR DE GEBUURTENKRINGEN
EN INTERPROFESSIONELE MIDDENSTANDSVERENIGINGEN

ARTIKEL 5:
Het Stadsbestuur zal haar medewerking verlenen aan de door de gebuurtenkringen en inter-
professionele middenstandsverenigingen georganiseerde evenementen, onder de hiernavolgende
vormen:

1. De gebuurtenkring of middenstandsvereniging kan de medewerking vragen van het
Stadsbestuur voor 2 grote evenementen van haar keuze. Deze medewerking kan bestaan onder de
vorm van materile en/of financile hulp, te bespreken met het College van Burgemeester en

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 3
Schepenen.
Het College van Burgemeester en Schepenen zal waken over een goed evenwicht tussen de diverse
gebuurtekringen of middenstandsverenigingen indien er meerdere aanvragen zijn.

2. De gebuurtenkring of middenstandsvereniging kan de medewerking vragen van het
Stadsbestuur aan verschillende kleinere evenementen (bv. optreden van muziekgroepjes). Ook
deze medewerking kan bestaan onder de vorm van materile en/of financile hulp.

3. Beide vormen van medewerking sub. 1 en 2 van dit artikel zijn niet cumuleerbaar. De
gebuurtenkring of middenstandsvereniging dient dus de keuze te maken.

4. Eenmaal de keuze wordt gemaakt, blijft deze gelden voor de duur van dit convenant en wordt
deze keuze opgenomen in een afzonderlijke afsprakennota. Indien de betrokken activiteit niet meer
ingericht wordt, dan zal overleg gepleegd worden met het College van Burgemeester en
Schepenen teneinde de verdere samenwerking vast te leggen.

ARTIKEL 6:
Eenmaal de samenwerking vastgelegd, verbinden de gebuurtenkringen en de
middenstandsverenigingen er zich toe alle andere door hen georganiseerde evenementen voor hun
uitsluitende rekening te nemen, zonder tussenkomst van de Stad.

Dit alles uiteraard onverminderd het betalend gebruik van materiaal en diensten van de Stad en
energievoorziening, zoals verder in dit convenant wordt uiteengezet.

HOOFDSTUK V: MIDZOMERVERKOOP, BRADERIEN EN AVONDSHOPPING

ARTIKEL 7:
De data van de midzomerverkoop, braderie en avondshopping worden bepaald door het College
van Burgemeester en schepenen na advies van de Middenstandsraad die daaromtrent een voorstel
doet.


ARTIKEL 8:
Overeenkomstig alle bepalingen opgenomen onder titel V, openbaar domein, hoofdstuk 2,
privatieve ingebruikneming van de openbare weg, van het Gemeentelijk Politiereglement wordt
volgende afwijking toegestaan tijdens evenementen en festiviteiten.
AFWIJKING TIJDENS DE MIDZOMERVERKOOPDAGEN EN DE BRADERIEDAGEN
1. Algemene bepalingen :
1.1. Alleen koopwaren, die in de handelszaak voorhanden zijn of deze waarin gewoonlijk handel
gedreven wordt, mogen te koop aangeboden worden.
1.2. Het is enkel toegelaten uit te stallen vr de gevel van de eigen handelszaak. Het is niet
toegelaten uit te stallen buiten de eigen gevelbreedte van de handelszaak, zelfs wanneer de
buur hiermee akkoord zou gaan.
Voor de verkeersvrije zone n meter buiten het voetpad en voor de overige wegen tot op
0,75 meter van de boordsteen.
1.3. Er mag geen gebruik gemaakt worden van afzonderlijke muziek-, klank- of geluidsinstallaties.
1.4. Op het einde van iedere braderie- of verkoopdag moeten de handelaars het voetpad, de straat
en de greppel voor hun zaak reinigen en alle afval wegnemen.
1.5. Handelaars die koopwaar aanbieden in verpakking die vervuiling van de openbare weg met
zich meebrengt, moeten een papier- of afvalkorf vr hun uitbating plaatsen.
1.6. Waar de openbare orde en veiligheid in het gedrang komen, kan de politie nog beperkingen op
de voorschriften invoeren. De handelaars zijn gehouden zich te schikken naar die richtlijnen.
1.7. Voor zowel de braderie als de midzomerverkoop geldt 10.30u als aanvangsuur. In
uitzonderlijke omstandigheden kunnen nog beperkingen worden opgelegd, inzonderheid voor

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 4
de Zeedijk, wanneer de braderie of midzomerverkoop zou vallen op 31 juli of 1 augustus
(sluiting pas om 12 uur).
1.8. Zowel voor de braderie als voor de midzomerverkoopdagen kan met het uitstallen van de
koopwaar gestart worden een half uur vr de eigenlijke aanvang van de verkoop.

2. Specifieke bepalingen :
2.1. Zeedijk :
2.1.1.Oost: geen uitstallingen toegelaten.
2.1.2. West : enkel uitstallingen op het voetpad.
2.2. Vissersstraat / Weststraat / Langestraat :
De uitstallingen mogen niet buiten de loop van de voetpaden uitspringen. De laad- en loszones in
de Vissers- en Weststraat mogen benut worden door de handelaars wier winkel paalt aan die
zones.
2.3. Havenkwartier :
Onder het havenkwartier wordt verstaan :
- Leopoldstraat
- Vanderstichelenstraat
- Handelszaken in de Consciencestraat die palen aan de Leopoldstraat
- Franchommelaan tussen F. Ropshelling en Leopoldstraat
- Leopoldhelling / Van Heckehelling
- Havenstraat
- de Smet de Naeyerlaan vanaf de Waterkasteelstraat tot het kruispunt met de Dujardinstraat.
Wat de Franchommelaan en de Leopoldstraat betreft, mogen de uitstallingen van de horecazaken
niet verder reiken dan de zone die reikt tot aan de belijning van het voetpad. Ook de niet-
horecazaken mogen niet buiten deze grens uitstallen.
Op de Leopold- en Van Heckehelling mag enkel op de voetpaden uitgestald worden.
In de Consciencestraat mag de laad- en loszone gebruikt worden. Het voetpad en de rijweg moeten
vrij blijven.
In de Vanderstichelenstraat mag alleen op het voetpad uitgestald worden.
De rijweg van de Havenstraat moet te allen tijde vrij blijven.
Het gedeelte van de de Smet de Naeyerlaan in het havenkwartier mag uitstallen tot op 1 meter van
het fietspad.
2.4. De de Smet de Naeyerlaan, gedeelte buiten het havenkwartier
De parkeerzone mag bezet worden op voorwaarde dat het voetpad en het fietspad vrijblijven en
dat de verkoop gebeurt aan de zijde van het voetpad, om te vermijden dat het fietsverkeer
gehinderd zou worden.
2.5. Alle andere centrumstraten
De koopwaar en de terrassen mogen uitgestald worden tot maximum 1 meter buiten het voetpad op
voorwaarde dat er een vrije doorgang van 3,5 meter overblijft voor het verkeer van de
hulpdiensten.

HOOFDSTUK VI: HAVENFEESTEN EN PARAVANGFEESTEN
ARTIKEL 9:
1. Algemene bepalingen :

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 5
1.1. Onderhavig reglement is bindend voor alle handelaars en niet-handelaars die deelnemen onder
om het even welke vorm, aan de havenfeesten en parvangfeesten in het havenkwartier.
1.2. Bij niet-naleving van onderhavig reglement, zal de Stad Blankenberge het recht hebben om
de overtreder, op zijn kosten, te verwijderen of te laten verwijderen. Alle mogelijke gevolgen
van een dergelijke actie vallen ten laste van de overtreder en hij zal ook geen enkel recht op
enige schadevergoeding kunnen laten gelden tegen de inrichters of de door hen aangestelde
ordediensten.
1.3. Alle deelnemers (handelaars en niet-handelaars) aan de haven- en paravangfeesten dienen,
elke dag, na de feesten het door hen achtergelaten vuil op te ruimen.
1.4. Huidig reglement doet geen afbreuk aan de geldende verkeersreglementen of plaatselijke
verordeningen die eveneens gerespecteerd dienen te worden.
1.5. De aanvang van de havenfeesten wordt vastgelegd op de donderdag van O.L.H.-Hemelvaart.
Vr die datum is het wel toegelaten en zelfs aangewezen dat de nodige versieringen en
dergelijke aan huizen en gebouwen aangebracht worden. De laatste dag van de havenfeesten
wordt vastgelegd op de zondag na O.L.H.-Hemelvaart. De datum van de paravangfeesten
wordt jaarlijks vastgelegd door het College van Burgemeester en Schepenen na advies van de
Middenstandsraad en de gebuurtenkring Haven.
2. Specifieke bepalingen :
2.1. Het is de handelaars toegelaten, enkel voor hun eigen handelszaak, de openbare weg in te
nemen vanaf de donderdag tot en met de zondag van de havenfeesten, alsook op de zondag
van de paravangfeesten, om 8u. s morgens tot 18u., op volgende wijze :
- In de Leopoldstraat :
voor de horecazaken : de uitstallingen mogen niet verder reiken dan de zone die reikt tot aan
de belijning van het voetpad;
voor de niet-horecazaken : de uitstallingen mogen niet verder reiken dan de zone die reikt tot
aan de belijning van het voetpad of aan de overzijde van de straat.
De betrokken handelaars dienen minimum vier weken op voorhand, via de gebuurtenkring, het
College van Burgemeester en Schepenen en de concessionaris van de rommelmarkten hiervan te
verwittigen.
- In de Franchommelaan :
voor de horecazaken : de uitstallingen mogen niet verder reiken dan de zone die reikt tot aan de
belijning van het voetpad;
voor de niet-horecazaken : de uitstallingen mogen niet verder reiken dan de zone die reikt tot
aan de belijning van het voetpad of aan de overzijde van de straat.
De betrokken handelaars dienen minimum vier weken op voorhand, via de gebuurtenkring, het
College van Burgemeester en Schepenen en de concessionaris van de rommelmarkten hiervan te
verwittigen.
- In de Vanderstichelenstraat :
voor de horecazaken : n rij tafels op de rijbaan, met uitzondering van de periode van de stoet
(zondagnamiddag), waar de tafels en stoelen op de stoep moeten staan.
voor de niet-horecazaken : op de stoep voor hun eigen zaak. Het is verboden de rijbaan te
gebruiken.
Er moet te allen tijde voldoende doorgang voorzien zijn, zodat evacuatie ingeval van calamiteiten
mogelijk is.
De betrokken handelaars dienen minimum vier weken op voorhand, via de gebuurtenkring, het
College van Burgemeester en Schepenen en de concessionaris rommelmarkten hiervan te
verwittigen.
- In de de Smet de Naeyerlaan :

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 6
Gedeelte behorend tot het havenkwartier : van de Waterkasteelstraat tot de Dujardinstraat staat
iedereen voor zijn eigen zaak, op het voetpad, met ruimte voor voetgangers van n meter vr het
fietspad.
2.2. De drie hoeken Leopoldstraat en Franchommelaan vallen onder de bepalingen van de
Leopoldstraat.
2.3. Het is de uitbaters van de gevestigde handelszaken toegelaten een stand met eigen artikelen uit
hun eigen zaak te plaatsen vr hun zaak of, indien niet mogelijk, aan de overkant.
2.4. Barbecues, braadspitten en dergelijke zijn verboden op de openbare weg. Enkel visbarbecues
kunnen, mits voorafgaande aanvraag aan het College van Burgemeester en Schepenen,
toegelaten worden op eigen terras en door de gevestigde handelaars.
2.5. Het is de handelaars niet toegestaan om voertuigen te stallen in de ter beschikking gestelde
ruimten of in de hierna genoemde straten : Leopoldstraat, Franchommelaan (van
Leopoldstraat tot einde aangeduide zone), Vanderstichelenstraat en de Smet de Naeyerlaan
(deel Leopoldpark). Het is ook verboden om op deze ruimte een voertuig te stallen en waren
te verkopen vanuit dit voertuig.
2.6. Kramen, koopwaar, obstakels en dergelijke moeten zo opgesteld zijn dat zij de aangeduide
ruimte niet overschrijden en een vrije doorgang laten aan voetgangers en verkeer.
2.7. In geval er op zondag van de havenfeesten, bij doorgang van de stoet, problemen zouden
ontstaan, dienen de handelaars op eigen initiatief of op vraag van de gebuurtenkring, voor de
duur van de vissersstoet, verder achteruit te gaan. Dit om te verhinderen dat de wagens in de
stoet problemen ondervinden bij de doorgang. De elektrische bekabeling van de handelszaak
naar de overkant dient voor de duur van de stoet weggenomen te worden.
2.8. Om veiligheidsredenen dienen de kabels in kabelgoot te liggen.
HOOFDSTUK VII: ACTIVITEITEN INGERICHT DOOR AFZONDERLIJKE
HANDELAARS

ARTIKEL 10:
Onafgezien van de reeds bestaande regeling is het de handelaars over het ganse grondgebied
toegelaten hun terras te overdekken met een tent of andere wegneembare constructie onder de
volgende voorwaarden:

1. De overdekking dient beperkt te worden tot de oppervlakte van het terras, in eigendom of
waarvoor een gemeentelijke taks betaald wordt.
2. De overdekking kan bestaan uit een tent of een andere wegneembare constructie, voor zover
deze op een esthetisch en technisch verantwoorde wijze opgesteld wordt. Indien de betrokken
handelaar zich niet schikt naar de gebeurlijke opmerkingen van de gemeentelijke of
politionele dienst(en) en/of indien de constructie niet opgesteld is conform de vigerende
wetgevingen, kan het College van Burgemeester en Schepenen beslissen om de tent of
constructie te laten verwijderen.
3. De overdekking wordt enkel toegelaten tussen n december en nendertig maart, ofwel met
kerstmis ofwel met nieuwjaar ofwel met carnaval.
4. De overdekking wordt slechts nmalig toegelaten, naar keuze van de handelaar, met een
maximum van acht dagen in bedoelde periode, opbouw en afbraak inbegrepen.
5. De opstelling moet voldoen aan de vigerende wetgeving inzake verkeer, hygine,
volksgezondheid en brandveiligheid; keuringen door o.a. de brandweer of andere instanties
gebeuren op uitsluitende kosten van de betrokken handelaar.
6. Ter gelegenheid van carnaval moet de bediening van dranken in de tentconstructie te gebeuren
in plastieken bekers en dit vanaf 22.00 uur tot aan het sluitingsuur van de handelszaak.
7. De betrokken handelaars dienen minimum vier weken op voorhand een aanvraag te richten
aan het College van Burgemeester en Schepenen.



Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 7
HOOFDSTUK VIII: UITSTALLINGEN IN OF VR HANDELSZAKEN OP VERZOEK
VAN VERENIGINGEN

ARTIKEL 11:
Het College van Burgemeester en Schepenen kan toestemming verlenen voor het plaatsen van
uitstallingen in of vr handelszaken op verzoek van verenigingen onder volgende voorwaarden:
1. De vereniging moet haar lokaal hebben in de betrokken handelszaak;
2. De vraag moet uitgaan van de handelszaak zelf en niet van de vereniging;
3. Er mogen maximaal acht aanvragen voor activiteiten per handelszaak en per jaar ingediend
worden;
4. De activiteit moet van die aard zijn dat ze verband houdt met een vereniging of met een
benefiet;
5. Het eventueel overdekken van het terras kan onder volgende voorwaarden:

- De overdekking dient beperkt te worden tot de oppervlakte van het terras, in eigendom of
waarvoor een gemeentelijke taks betaald wordt;

- De overdekking kan bestaan uit een tent of een andere wegneembare constructie, voor zover
deze op een esthetisch en technisch verantwoorde wijze opgesteld wordt;

- Indien de betrokken handelaar zich niet schikt naar de gebeurlijke opmerkingen van de
gemeentelijke dienst(en) en/of indien de constructie niet opgesteld is conform de vigerende
wetgevingen, dan kan het College van Burgemeester en Schepenen beslissen om de tent of
constructie te laten verwijderen;

- De opstelling moet voldoen aan de vigerende wetgeving inzake verkeer, hygine,
volksgezondheid en brandveiligheid; keuringen door o.a. de brandweer of andere instanties
gebeuren op uitsluitende kosten van de betrokken handelaar.
6. De betrokken handelaars dienen minimum vier weken op voorhand een aanvraag te richten
aan het College van Burgemeester en Schepenen.
ARTIKEL 11 bis:

Het stadsbestuur, de gebuurtenkringen en de niet professionele middenstandsverenigingen
willen zich engageren om ten laatste tegen het einde van de duur van dit convenant een nieuwe
reglementering uit te werken rond de inname van het openbaar domein door de private
handelsuitbatingen en/of gebuurtenkringen en dit binnen een strikt kwalitatief kader en met oog
voor de mogelijkheden qua kwalitatieve verbetering van de omgeving en beperkingen die er
zijn rond veiligheid.

HOOFDSTUK IX: OCCASIONELE TERRASUITBREIDIGEN

ARTIKEL 12:
Onverminderd de bepalingen inzake braderien, midzomerverkoop, havenfeesten en
paravangfeesten, kunnen de gebuurtenkringen maximaal viermaal per jaar en dit telkens voor
maximaal twee dagen (dus in totaal maximum acht dagen) een schriftelijke aanvraag richten aan
het College van Burgemeester en Schepenen voor een terrasuitbreiding voor de handelszaken die
deel uitmaken van de aanvragende gebuurtenkring.

ARTIKEL 13:
De gebuurtenkring bepaalt de datum naar eigen keuze op voorwaarde dat deze terrasuitbreiding
gekoppeld wordt aan de organisatie van een activiteit, hetzij door de gebuurtenkring zelf, hetzij
door het Stadsbestuur, hetzij door derden.

ARTIKEL 13 bis:
Indien het om activiteiten gaat waaraan de Stad haar medewerking verleent op organisatorisch
vlak, dan kan de handelszaak een terrasuitbreiding aanvragen zonder dat deze meetelt voor de

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 8
aantallen zoals bepaald in artikel 12.
HOOFSTUK X: PARTICIPATIE AAN GROTE STADSEVENEMENTEN

ARTIKEL 14:
Onder te bespreken voorwaarden kunnen de gebuurtenkringen en middenstandsorganisaties
participeren aan evenementen die door de Stad ingericht worden.

ARTIKEL 15:
Daartoe wordt een afzonderlijk subconvenant gesloten, waarbij de gebuurtenkring en/of
middenstandsorganisatie er zich toe verbindt de op zich genomen verplichtingen na te komen
zolang het betrokken evenement door de Stad ingericht wordt.


HOOFDSTUK XI: TOELAGEN AAN DE GEBUURTENKRINGEN

Jaarlijkse subsidie aan de gebuurtenkringen

ARTIKEL 16:
Het Stadsbestuur schrijft op zijn jaarlijkse begroting een door het College van Burgemeester en
Schepenen begroot bedrag (na goedkeuring van de begroting door de Gemeenteraad) in als
subsidie aan de gebuurtenkringen.

Deze subsidie wordt op het einde van het werkingsjaar verdeeld over de verschillende
gebuurtenkringen a rato van de facturen van het stadsbestuur voor geleverde diensten en uitlening
materiaal aan de gebuurtenkringen.
ARTIKEL 17:
- De drie gebuurtenkringen: Oostkant Pier, Grote Markt/De Smet de Naeyerlaan en Leopold III-
plein, ontvangen elk 2.500,00 werkingssubsidie op voorwaarde dat ze vr eind februari
hiernagenoemde documenten aan het schepencollege voorleggen:
de balans
een rekening van het huidige dienstjaar met vermelding van alle ontvangsten en uitgaven
een verslag inzake beheer en financile toestand
Bij niet-aanwending van deze toelage voor het doel zoals hierboven bepaald, zal deze toelage
teruggevorderd worden.

- De toelage wordt gestort op rekening van de gebuurtenkringen (niet op een persoonlijke
rekening) en van zodra de betreffende rommelmarkten zijn uitgevoerd.

- Gebuurtenkring Uitkerke blijft buiten het systeem omdat deze rommelmarkt niet betalend is.

- De gebuurtenkring Haven ontvangt een budget van 12.500,00 voor de organisatie van
havenfeesten en paravangfeesten. Hiervan wordt 4.500,00 voorzien in het stadsbudget en
8.000,00 als toelage aan de gebuurtenkring. De gebuurtenkring is gehouden hiervan een kasverslag
voor te leggen aan het College van Burgemeester en Schepenen.


HOOFDSTUK XII: TOELAGE AAN HANDELSZAKEN VOOR HET ORGANISEREN
VAN OPTREDENS IN OF VR DE HANDELSZAAK

ARTIKEL 18:
Het College van Burgemeester en Schepenen kan een subsidie verlenen aan handelszaken voor het
organiseren van optredens in of vr de handelszaak, volgens de voorwaarden van hiernavolgend
reglement en binnen de perken van de voorziene budgetten.

Reglement:
1. De aanvraag dient volgende gegevens te bevatten: naam van de handelszaak, btw-
nummer/ondernemingsnummer, contactpersoon en telefoonnummer, omschrijving van het
optreden, datum en plaats van het optreden en de uitkoopsom;

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 9
2. Indien het College van Burgemeester en Schepen beslist een subsidie toe te kennen, wordt de
aanvrager hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht;
3. Het optreden dient plaats te grijpen in of vr een handelszaak gelegen op het grondgebied
van Blankenberge;
4. De toegang tot het optreden moet gratis zijn en mag niet de aanleiding zijn tot prijsverhoging
van consumpties en/of andere verbruiksgoederen;
5. Op alle publiciteit dient vermeld te worden in samenwerking met het College van
Burgemeester en Schepenen;
6. De handelszaak moet eventuele controle van het stadsbestuur aanvaarden;
7. Het optreden mag niet strekken tot politieke en/of ideologische doeleinden;
8. Feestzalen komen niet in aanmerking; dat houdt in dat enkel handelszaken met beperkte
oppervlakte in aanmerking komen voor subsidie;
9. De optredens zijn onderhevig aan de politieverordening op de bestrijding van geluidshinder
(cfr. Vlaamse Geluidsnormen, van kracht sinds 1 januari 2013);
10. De aanvrager is verplicht vooraf de buren schriftelijk te verwittigen van het optreden;
11. Het stadsbestuur kan ten allen tijde bewijsdocumenten en informatie over het optreden
opvragen;
12. Het subsidiebedrag is afhankelijk van de aard van het optreden. Het College van
Burgemeester en Schepenen houdt zich het recht voor, autonoom te beslissen over de grootte
van de toe te kennen subsidie, na advies van de Middenstandsraad;
13. Binnen de perken van de beschikbare budgetten wordt aan de aanvrager principieel een
subsidie van 50% van de uitkoopsom per optreden toegekend met een maximumsubsidie van
625,00 euro per optreden;
14. Elke handelszaak kan twee aanvragen per jaar indienen;
15. De uitbetaling van de subsidie gebeurt overeenkomstig de reglementering betreffende de
gemeentelijke comptabiliteit op bevel van het College van Burgemeester en Schepenen door
overschrijving op de post- of bankrekening van de handelszaak;
16. Indien blijkt dat door de handelszaak onjuiste gegevens werden verstrekt of indien de
voorwaarden van dit reglement niet werden nageleefd, kan het College van Burgemeester en
Schepenen de toegekende subsidies geheel of gedeeltelijk terugvorderen;
17. Alle aanvragen worden behandeld in volgorde van inkomende datum.

HOOFDSTUK XIII: TOELAGE AAN DE MIDDENSTANDSRAAD
ARTIKEL 19:
Het Stadsbestuur schrijft op zijn jaarlijks budget een door het College van Burgemeester en
Schepenen begroot bedrag in (na goedkeuring van het budget door de Gemeenteraad) als
subsidie aan de Middenstandsraad.
ARTIKEL 20:
Een eerste toelage van 12.500 dient te worden aangewend voor de werking inzake Halloween-
en kerstactiviteiten waarvoor de Middenstandsraad vr eind februari van volgend jaar volgende
documenten aan het schepencollege moet voorleggen:
de balans
een rekening van het huidige dienstjaar met vermelding van alle ontvangsten en uitgaven
een verslag inzake beheer en financile toestand
Bij niet-aanwending van deze toelage voor het doel zoals hierboven bepaald, zal deze toelage
teruggevorderd worden.
ARTIKEL 21:
Een tweede toelage van 2.200 moet worden aangewend voor de jaarlijkse werking waarvoor de

Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 10
Middenstandsraad vr eind februari van volgend jaar volgende documenten aan het
schepencollege moet voorleggen:
de balans
een rekening van het huidige dienstjaar met vermelding van alle ontvangsten en uitgaven
een verslag inzake beheer en financile toestand
Bij niet-aanwending van deze toelage voor het doel zoals hierboven bepaald, zal deze toelage
teruggevorderd worden.

HOOFDSTUK XIV: UITLENING MATERIALEN

ARTIKEL 22:
De stad kan materiaal uitlenen aan de gebuurtenkringen en interprofessionele
middenstandsverenigingen, afhankelijk van de beschikbaarheid en op basis van de geldende
tarieven. Op vraag kan elke gebuurtenkring een inventaris van het beschikbaar stadsmateriaal
samen met gemeentelijk reglement aanvragen.

ARTIKEL 23:
De gebuurtenkringen en interprofessionele middenstandsverenigingen die aangesloten zijn bij de
Stedelijke Middenstandsraad krijgen een korting van 70% op de door de Gemeenteraad
vastgelegde tarieven.

ARTIKEL 24:
De verplicht schriftelijke aanvragen dienen minstens vier weken (voor grote evenementen: twee
maanden) vr de bedoelde manifestatie het Stadsbestuur bereikt te hebben. Bij gebreke behoudt
het College van Burgemeester en Schepenen zich het recht voor om de aanvraag te weigeren.

HOOFDSTUK XV: BEKERS, PRIJZEN EN DERGELIJKE

ARTIKEL 25:
De stad schenkt voor bijzondere manifestaties maximaal 15 bekers en/of prijzen per
gebuurtenkring. Deze bekers/prijzen moeten minimum vier weken vooraf schriftelijk aangevraagd
worden aan het College van Burgemeester en Schepenen.

HOOFDSTUK XVI: AFVAL

ARTIKEL 26 :
Bij elk evenement waarbij koopwaar wordt aangeboden die vervuiling van het openbare domein
teweeg kan brengen, dient de betrokkene in te staan voor het inzamelen van het afval, minstens
door het voorzien, binnen de hem toegewezen plaats, van afvalkorven van een aangepast formaat
(bij voorkeur gescheiden: PMD en restafval). Deze dienen duidelijk zichtbaar opgesteld te worden
ten behoeve van de klanten.

De betrokkene staat in voor de algemene reinheid en tijdige en voldoende lediging van deze
korven.

Uiterlijk n uur na het afsluiten van het evenement (indien over meerdere dagen, minstens bij het
beindigen van elke dag) dient de deelnemer de hem toegewezen plaats en aanpalende ruimte te
ontdoen van alle afval. Hierbij wordt zowel aandacht besteed aan het openbaar groen, de openbare
weg, het straatmeubilair als de zichtbare installaties voor de afvoer van het hemelwater.

De politie en bevoegde ambtenaren treden repressief op bij overtreding.
Bij het niet verwijderen door de organisator, zal zulks uitgevoerd worden door het stadspersoneel
op kosten van de organisator.


HOOFDSTUK XVII: SANCTIES


Gemeenteraadszitting van 17 december 2013 11
ARTIKEL 27 :
Onverminderd de hierboven beschreven bijzondere sancties in afzonderlijke gevallen, kan het
College van Burgemeester en Schepenen de samenwerking m.b.t. n of meerdere punten van dit
convenant stopzetten.

HOOFDSTUK XVIII : ALGEMENE BEPALINGEN

ARTIKEL 28 :
Het College van Burgemeester en Schepenen kan in afzonderlijke gevallen een uitzondering
voorzien op de hier opgenoemde artikels.

ARTIKEL 29:
De toelatingen, van het College van Burgemeester en Schepenen verkregen, ontslaan de
gebuurtenkringen of middenstandsorganisaties niet van de verplichting zich eventueel bij de
bevoegde overheden te voorzien van andere vergunningen die zij nodig zouden hebben.

In voorkomend geval zijn volgende besluiten eveneens van toepassing:
- de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de
organisatie van openbare markten, gewijzigd bij de wet van 4 juli 2005 meer bepaald de
artikelen 8 tot en met 10 en de wet van 20 juli 2006 meer bepaald de artikelen 172 tot en met
174.;
- het Koninklijk Besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van
ambulante activiteiten en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in
kermisgastronomie, meer bepaald de artikelen 23 tot en met 44;
- het Besluit van de Vlaamde Regering van 29 maart 2002 betreffende het toekennen van
vergunningen, het vaststellen en innen van retributies voor het privatieve gebruik van het
domein van de waterwegen en hun aanhorigheden, de zeewering en dijken;
- het Besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1995 betreffende de strandconcessies;
- de concessieovereenkomst zeedijk en strand niet gedekt door de strandconcessie;
- het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Strand & Kust;
- de van kracht zijnde politieverordeningen.

Artikel 2:
Een kopie van het convenant Stadsbestuur Blankenberge Middenstand 2014-2015 wordt ter
kennisgeving overgemaakt aan alle middenstandsorganisaties en betrokken diensten en instanties.
Gezien en goedgekeurd in zitting van 14 januari 2013.
de secretaris,

de voorzitter,
Peter Verheyden Jeannine Puype

You might also like