You are on page 1of 2

OGP3 Taal

Sterkte zwakte analyse


Wat ging goed?

Wat mag beter?

B1. Leerdoelen stellen


De student kiest in zijn
lesontwerp voor passende
leerdoelen (proces- en product)
die aansluiten bij leerlijnen en het
bestaande onderwijsprogramma
van de stagegroep.

Ik heb goede, duidelijke


lesdoelen gekozen bij een
les over het maken van
elfjes. De lesdoelen sluiten
aan bij het product dat zij
moeten leveren.

De kinderen kende
het principe van een
elfje al dus aan de
hand daarvan waren
de lesdoelen niet op
niveau. Voor het
vervolg is het dus
beter om bij de
kinderen te
informeren of zij de
stof die ik hen wil
aanbieden ook
daadwerkelijk nieuw
voor hen is.

B3. Leeractiviteiten
begeleiden
De student toont aan dat hij in
staat is om in de lesuitvoering
coperatieve werkvormen te
hanteren. De student toont aan
dat hij leerlingen hulp biedt bij
het leerproces, rekening houdend
met de kenmerken van de groep.
Hij bevordert de samenwerking
tussen leerlingen en de
redzaamheid van individuele
leerlingen.

Tijdens de les heb ik de


kinderen zelfstandig laten
werken. Dit vond ik
gepaster bij de opdracht.
Ook was dit voor deze
opdracht beter omdat de
kinderen tijdens het maken
van opdrachten negen van
de tien keer zelfstandig
moeten werken. Zij zijn dus
gewent aan deze werkwijze
en weten dus ook wat er
van hen word verwacht.
Onder het werken liep ik
rond om de kinderen te
helpen wanneer zij vast
liepen. Deze kinderen heb
ik geholpen met een begin
te maken voor hun gedicht
zodat zij vooruit kunnen
met het werken.
Voordat ik begin aan mijn
les geef ik altijd eerst even
aan wat ik van de kinderen
verwacht. Wat zijn mijn
regels, wat wil ik graag zien
en wat wil ik niet graag

De volgende keer
zou ik het uitdelen
van de bladen niet
zelf doen.
Daarentegen zou ik
de kinderen zelf een
blad laten pakken
wanneer zij hem
nodig hebben.
Hiermee zal ik in het
vervolg een hoop tijd
besparen.

A3. Leiding geven aan het


groepsproces
De student toont dat hij
samenwerking leren tijdens de
onderwijsactiviteiten bevordert

Wanneer ik de
kinderen dus
aanspreek op
ongewenst gedrag
vind ik het lastig om

en laat expliciet zien dat hij


kinderen aanspreekt op gedrag,
hen positief stimuleert en zicht
houdt op alle groepjesleerlingen.

zien. Dit was bij deze les dus


ook het geval. Wanneer de
kinderen zich niet aan de
gemaakte afspraak hielden
vroeg ik de kinderen wat
ook al weer de afspraak
was. Op deze manier kan ik
checken of zij de afspraak
wel begrepen hebben en of
ik het goed heb uitgelegd.
Ook vind ik dit een fijnere
manier van aanspreken op
ongewenst gedrag omdat ik
op deze manier geen politie
agent hoef te spelen.

A4. Interactie aangaan met de


groep
De student toont aan dat hij
vanuit een onderzoekende
houding gesprekken voert met de
leerlingen door actief te luisteren.
De student evalueert de
onderwijsactiviteiten met
kinderen en hij geeft feedback
aan leerlingen op het
samenwerkingsproces en/of op de
gestelde doelen.

Ik heb deze les nabesproken


met de leerlingen. Hierbij
heb ik gecheckt of de
kinderen de lesdoelen
hebben behaald. De vragen
die ik stelde om hier achter
te komen heb ik gesteld aan
relatief zwakke leerlingen.
Dit heb ik gedaan omdat ik
op deze manier kan checken
of het ook voor de zwakke
leerlingen duidelijk is
geweest. Is dat het geval
dan kan ik er ook van uit
gaan dat de sterkere
leerlingen het ook begrepen
hebben. Tijdens de
nabespreking ben ik er dus
achter gekomen of iedereen
het heeft kunnen begrijpen,
dit was het geval.

B2 Leeractiviteiten ontwerpen
De student toont in het ontwerp
aan dat hij coperatieve
werkvormen hanteert.
De student maakt zichtbaar dat
hij voor aanvang van de
lesactiviteiten benodigde
materialen en leermiddelen klaar
zet.

Alle materialen die ik nodig


had voor deze les heb ik
ruim van te voren klaar
gezet (voor schooltijd). Denk
hierbij aan het digibord met
de voorbeeld elfjes en de
gekleurde bladeren waarop
de elfjes gemaakt worden.

dit met effectieve


leraar communicatie
te doen. Ik vind het
lastig om mijn
mimiek en
stemgebruik hierop
aan te passen. Ik blijf
elke keer vrij
neutraal, dat kan de
volgende keer beter
door middel van
meer zelfvertrouwen
om er echt iets van
te zeggen.
Volgende keer zou ik
de kinderen een
compliment geven
over de goede
werkhouding die de
kinderen hebben
laten zien.

You might also like