Bijlage 2 Format toelichting lesontwerp

Student: Arianne Reichgelt Docent: Germaine snijders

Vakgebied: Taal (stellen) Stagegroep: groep 8
Welke keuzes heb ik hier Toelichting/onderbouwin
gemaakt? g van keuzes (denk
hierbij met name aan
kernbegrippen uit
(vak-)specifieke theorie)
Kennis over (kinderen Ik heb de volgende Ik heb gekozen voor
in) de groep is beginsituatie gehanteerd: deze beginsituatie,
nadrukkelijk verwerkt De leerlingen hebben omdat de leerlingen al
in de omschrijving van vaker een verhaal vaker een verhaal
de beginsituatie van geschreven. Ze hebben hebben geschreven. Ze
de groep, zowel in vaker een verhaal zitten nu in een
pedagogische zin geschreven en zijn projectweek met als
(gedrag, bekend met onderwerp: Nederland in
groepsverhoudingen, hoofdrollen en 2050.
groepsdynamiek) als bijrollen. Ze weten wat
in didactische zin een probleemsituatie Het is belangrijk om
(vakspecifieke is en hoe ze een goede onderscheid te
beginsituatie). oplossing moeten kunnen maken tussen
bedenken. Ze hebben een hoofdpersoon en
al veel nagedacht over bijpersonen. Door het
de toekomst en thema van de
Nederland in 2050. Dit projectweek te koppelen
hebben ze gedaan aan deze stel les zijn de
omdat Nederland in leerlingen al helemaal in
2050 het onderwerp is de sfeer en hebben ze
van de projectweek. meer kennis over het
De leerlingen zijn nog onderwerp.
niet bekend met
sciencefiction en
fantasie samen te
combineren.
Het sociogram geeft
een prettige
groepssfeer aan. De
leerlingen zijn open
tegen elkaar en durven
hun mening te geven.
Leerling A wordt in de
sociogrammen
negatief gekozen.
Leerling B wordt in
sociogrammen positief
gekozen. Er zijn een
 aantal leerlingen die erg
creatief zijn en al heel
snel zelfstandig aan de
slag kunnen. De
leerlingen werken
allemaal individueel aan
hun verhaal.

De lesdoelen zijn Lesdoelen: In deze les leren de

afgestemd op de -Leren de leerlingen kinderen om na te
beginsituatie. In de nadenken over Nederland denken over een
formulering ervan in 2050. onderwerp. Ze leren
wordt zichtbaar dat -Leren de leerlingen een onderzoek doen en
kennis van sciencefiction verhaal nadenken over een
vakdidactiek en schrijven wat gekoppeld probleem en oplossing
leerlijnen op een is aan een fantasieverhaal situatie. De leerlingen
logische manier is wat gaat over de leren sciencefiction en
verwerkt. toekomst. fantasie aan elkaar te
-Leren de leerlingen een koppelen De leerlingen
verhaal schrijven met een breiden zelf hun kennis
hoofdpersoon, uit, doordat ze specifiek
bijpersonen en een gaan nadenken over
probleem met oplossing. Nederland nu en
Nederland in 2050.
Kerndoel 5 De leerlingen leren een
De leerlingen leren naar hoofdpersoon te typeren
inhoud en vorm teksten en bijpersonen te
te schrijven met bedenken. Ze leren ook
verschillende functies, na te denken over een
zoals: informeren, probleem die zou
instrueren, overtuigen of kunnen ontstaan in
plezier verschaffen. toekomst, daarbij
moeten ze ook een
De kinderen oplossing bedenken die
ervaren en kennen bij het probleem past en
de verschillende 2050 past.
functies die
 schrijven kan
hebben: expressief,
communicatief en
conceptualiserend.
Ze schrijven allerlei
soorten teksten. Ze
weten dat je
verschillende
redenen (doelen)
kunt hebben om te
schrijven:

o voor je plezier
of om
anderen van
te kunnen
laten
genieten;

o om iemand te
informeren;

o om aan te
geven hoe je
iets moet
doen of
maken;

o om anderen
te laten weten
wat je ergens
van vindt
en/of om
iemand te
overtuigen.

Tijdens de planfase
denken de kinderen
na over het doel,
het publiek en de
functie van de
tekst. Ze bepalen
welke tekstsoort
 daar bij past en
denken na over de
tekstkenmerken.
Ze orinteren zich
op het
schrijfonderwerp
Ze maken een opzet voor
de inhoud van de tekst.
Werk- en Ik heb ervoor gekozen dat
groeperingsvormen de leerlingen zelfstandig
zijn afgestemd op werken.
specifieke kenmerken De leerlingen hebben
van de groep n op tijdens alle andere lessen
specifieke kenmerken die ik heb gegeven al
van vakdidactiek. samengewerkt.
Ze blijven in hun eigen
groepje zitten, maar
werken zelfstandig en zijn
stil tijdens de les.
Werk- en Ik heb ervoor gekozen dat
groeperingsvormen de kinderen in hun eigen
zijn functioneel groepje werken. Ze
ondersteunend bij het mogen elkaar niet helpen.
behalen van de Ze schrijven zelfstandig
lesdoelen. een verhaal.
De proces- en Ik loop rond tijdens de les.
productdoelen worden Ik observeer en help daar
expliciet waar nodig is. kennen.
gevalueerd met de Aan het eind van de les
kinderen. vraag ik aan de kinderen
wat ze van deze les
vonden.
Ik overleg samen met
kinderen of de lesdoelen
zijn behaald. Zij krijgen de
gelegenheid om hier Aan het eind van de les
Het schrijven van een
verhaal gebruik ik als
uitvoering van de les. De
leerlingen denken na
over een karakter dat
past bij de hoofdpersoon
en bijpersonen.
Het specifieke vak
inhoud komt hierbij aan
de orde. Ze halen
voorkennis op en maken
een mindmap of
schrijven steekwoorden
op ter ondersteuning
van het verhaal.
Doordat de leerlingen
van te voren na denken
over het verhaal halen
ze hen voorkennis op en
zijn ze bezig met het
stelonderwijs.
Tijdens de les loop ik
rond en kijk ik bij de
leerlingen of het lukt. Ik
vraag aan de leerlingen
of het lijstje met
steekwoorden een
handig hulpmiddel is. Ik
controleer dit door rond
te lopen en de leerlingen
deze vragen te stellen.
 antwoord op te geven. vraag ik wat de kinderen
vonden van deze les. Ik
Ik vraag feedback aan de wil graag weten wat er
leerlingen over mijn goed aan ging en wat er
manier van lesgeven. Ik beter kon. Ik vraag dan
mezelf verbeteren als of de verbeterpunten
leerkracht en ik vind dat alleen bij de leerkracht
tips die ik van leerlingen liggen of dat de
krijg heel waardevol. leerlingen hier ook een
rol inspelen. Zo leer ik ze
concreet kijken naar
eigen handelen.
Ik wil graag de lesdoelen
terugkoppelen naar de
evaluatie. Zijn ze
behaald? Waarom wel of
waarom niet?
De leerlingen krijgen
hier tijd voor om het uit
te leggen.
De werkvormen die Ik heb voor het bespreken De leerlingen bespreken
worden gehanteerd van de les een specifieke samen met mij
bij evaluatie zijn werkvorm gekozen. klassikaal wat er goed
passend bij Ik lees een of twee ging en wat beter kan.
vakdidactiek en verhalen voor in de klas.
sluiten aan op Door middel van het Ik koppel de les terug
specifieke kenmerken voorlezen kan ik bepalen aan de vooraf gestelde
van de groep. of alle vereiste normen lesdoelen. Zijn ze
erin zitten en kunnen de behaald? Ja of nee?
leerlingen voor zichzelf Waarom wel of waarom
bepalen of deze punten niet?
erin zitten. Ik wil graag Het is voor mij als
controleren of de leerkracht in opleiding
lesdoelen behaald zijn, en erg belangrijk om goed
wat de kinderen hebben aan te sluiten op groep.
geleerd. Als de leerlingen
Ik vind het belangrijk dat beseffen dat ze bij mij
de kinderen hier ook een hun mening mogen
mening over hebben en geven en ik hier niet
deze ook mogen geven. kwam om word, krijgen
Juist door deze feedback ze sneller vertrouwen in
kan ik de volgende les mij als leerkracht.
beter op hun aansluiten,
want zo weet ik waar zij
wel behoefte aan hebben
en op welke manier ik het
beste les kan geven.

De sfeer in de klas krijg ik

hierdoor beter in beeld.
En ik kan door de
evaluatie beter op
de groep inspelen. Dit doe
ik door zoveel mogelijk
leerlingen iets te laten
zeggen en door te
vragen.