You are on page 1of 1

Smoring

Om de volumestroom en daarmee de snelheid van hydraulische cilinders en hydromotoren


te kunnen benvloeden wordt in de hydrauliek gebruikt gemaakt van smoringen. Een smoring
is niets anders dan een variabele doorlaat, net als de keukenkraan thuis.
Om snelheidsregelingen in de hydrauliek (zowel de ouderwetse zwart-wit hydrauliek als de
moderne proportionele hydrauliek) goed te kunnen begrijpen is het belangrijk om het
verband tussen de variabelen die daar een rol bij spelen te kennen.

De volumestoom qv die door een smoring stroomt is te berekenen met de formule:

qv = 0,61A (2p / )

waarbij: qv= volumestroom (m3/s)


A = doorstroomoppervlak (m2)
p = drukverschil over smoring (Pa)
= soortelijke massa vloeistof (kg/m3)

Bij het vergelijken van smoringen en kleppen werkt men in de praktijk vaak met de
evenredigheidsformule:
qv Ap

Uit de formule blijkt dat:

- als het doorlaatoppervlak A wordt vergroot/verkleind en p over de smoring blijft gelijk


dan neemt de volumestroom door de smoring toe/af
- als het drukverschil over de smoring toeneemt/afneemt en het doorlaatoppervlak blijft
gelijk, dan neemt de volumestroom door de smoring toe/af.

constante evenredigheid tussen


grootheid variabelen
A qv p
Situatie 1
p qv2
Situatie 2 p qv A
Situatie 3 qv p 1/A2

Voorbeeld:
Uitgangssituatie Gemeten Derde waarde berekenen met
waarde evenredigheidsformule
A = 100 %
qv = 60 l/min
p = 15 bar

Situatie 1 p = 20 bar qv = (20/15)x 60 l/min = 69,3 l/min


A = constant (100%)

Situatie 2 A = 80% qv = (80%/100%) x 60 l/min = 48 l/min


p = constant (15 bar)

Situatie 1 A = 80% p = (1/0,8)2 x 15 bar = 23,4 bar


qv = constant (60 l/min)

You might also like