Werkstuk zorgtechnologie

Vragen thema 1

- Welke toepassingen van technologie in de zorg ken jij?

o Ik ken de sleutelvinder, de rolstoel die omhoog en omlaag kan, de anti-
knoei lepel en de GPS-tracker
- Wat betekent de aanwezigheid van technologie voor jouw rol als
zorgverlener?
o Dit betekent dat de werkdruk verminderd zal worden, omdat de
technologie meer dingen over zal nemen. Ook zal dit betekenen dat er
meer administratief werk komt, omdat je alle gegevens van de cliënten
moet gaan verwerken.

Vragen thema 2

- Denk na over de stelling: “Het gaat niet om de technologie, maar wat deze
technologie betekent voor de cliënt.”
o Ik ben het hier wel mee eens, technologie kan erg handig zijn, maar
niet elke cliënt zal hier behoefte aan hebben.
- Wat zie jij als ethische dilemma’s rond technologie in de zorg? Definitie: Een
‘ethisch dilemma’ is een situatie waarin verschillende waarden met elkaar
botsen, wat ervoor zorgt dat je een moeilijke keuze moet maken.
o Wanneer mensen in een volledig aangepast huis wonen met allerlei
verschillende technologieën in de zorg, kunnen zij zich misschien
eenzaam gaan voelen. Hulpverleners komen alleen nog maar
wanneer het echt nodig is. Mensen zitten daardoor vaker alleen,
omdat ze de zorg via de technologie kunnen verkrijgen. Patiënten
hebben dus een stuk minder sociaal contact, terwijl ze hier misschien
wel naar verlangen.

Vragen thema 3

- Wat vind jij hiervan? Denk na over de stelling: “Het is beter te focussen op de
kansen en de mogelijkheden die een technologische oplossing biedt, dan op
het proberen weg te nemen van de drempels die worden ervaren.”
o Ik ben het hier wel mee eens, voor vele cliënten zal het een drempel
zijn, omdat ze dit niet gewend zijn. Wanneer je op een positieve en
open manier uitlegt wat er allemaal met technologische oplossingen
kan, kun je cliënten hier enthousiast mee maken. Op het begin zullen
mensen er aan moeten wennen en zullen er nog wat drempels zijn,
maar wanneer je hier samen mogelijkheden voor zoekt, zullen de
cliënten hier ook open voor gaan staan en er steeds meer aan
wennen.
- Zou jij het gesprek over een technologische oplossing anders beginnen bij een
oudere of jongere cliënt? Zo ja; waarom?
o Ja, voor mij zou het schelen of ik een oudere of jongere cliënt voor me
heb. Jongere cliënten zijn vaak al wat bekender met technologie, zij
snappen al iets beter hoe het werkt en zullen hier ook sneller de
voordelen van in zien, bij jongere cliënten zul je minder drempels
 hebben. Oudere cliënten zijn weinig bekend met technologie, dus
deze cliënten zullen ook veel meer drempels ervaren. Bij deze cliënten
zullen je extra enthousiast moeten zijn en er extra moeite in stoppen om
ze eraan te laten wennen.

Vragen thema 4

- Wat zie jij als ‘traditionele zorgtaken’? En hoe verhouden deze zich tot een
zorgverlening die zich richt op de algehele kwaliteit van leven?
o Voor mij zijn traditionele zorgtaken het verplegen en verzorgen van
cliënten die ziek, oud of gehandicapt zijn. Voorbeelden hiervan zijn het
wassen van de cliënten, ze in bed leggen en eten verzorgen.
Traditionele zorg gaat wat mij betreft vooral over de zichtbare
symptomen problemen en behoeften. Bij traditionele zorg bepaald de
zorgverlener hoeveel zorg er nodig is. Wanneer je kijkt naar een
zorgverlening die zich richt op de algehele kwaliteit van leven denk ik
dat er veel meer rekening gehouden wordt met het gevoel van de
cliënten. Cliënten worden dan meer gehoord en voelen zich meer
begrepen, waardoor de kwaliteit van leven ook vooruit gaat.
- Heb jij voorbeelden waarbij technologie cliënten helpt om meer plezier te
beleven?
o Voorbeelden waaraan cliënten plezier kunnen beleven zijn
bijvoorbeeld computers waar spelletjes opstaan per doelgroep, maar
ook aan een zeehondknuffel die geluid maakt en beweegt. Ook de
robot, Zora, kan voor mensen die fysiotherapie nodig hebben erg leuk
zijn. Bij plezier beleven denk ik ook aan bijvoorbeeld Skype, waardoor
eenzame ouderen makkelijker contact kunnen hebben met hun familie
en vrienden.

Vragen thema 5

- Denk na over de stelling: “Je zult precies moeten weten hoe een
technologische toepassing werkt, voordat je dit kan uitleggen aan een
zorgvrager. Of zou je ook samen iets mogen uitproberen, zonder dat je
precies weet hoe het werkt.”
o Ik ben van mening dat jij als zorgverlener moet weten hoe de
technologische toepassen werkt, voordat jij dit aan cliënten uitlegt.
Vele cliënten die bijvoorbeeld al wat ouder zijn, begrijpen minder van
technologie. Mijn mening is dat wanneer jij als zorgverlener zelf ook niet
precies weet hoe het werkt en het nog aan het uitproberen bent,
ouderen sneller zullen afhaken met de gedachte ‘als hij/zij het al niet
kan, zal ik het nooit gaan leren’, waardoor mensen de motivatie
verliezen en het niet meer interessant vinden. Wanneer jij de cliënten
duidelijk kan uitleggen hoe het werkt, zullen ze naar mijn mening
eerder enthousiast worden.
- Hoe weet je of een cliënt snapt hoe een bepaalde toepassing werkt?
o Ik zou tijdens de uitleg veel vragen stellen zoals: ‘begrijpt u hoe dit
werkt? Zal ik het nog een keer voordoen?’. Wanneer ik denk dat de
cliënt het snapt zou ik er naast gaan zitten en de cliënt het zelf laten
 doen, zodat de cliënt het zelf kan ervaren en bekijken waar deze nog
tegenaan loopt. Aan de hand daarvan doe ik deze dingen nog eens
voor. Ik denk dat je wanneer de cliënt zelf bezig is, erachter kan komen
of hij/zij dit begrijpt.

Vragen thema 6

- Welke kansen herken jij voor het inzetten van technologie om multidisciplinaire
samenwerking te verbeteren?
o Ik ben van mening dat beeldbellen al een hele verbetering is. Doordat
je iets met je eigen ogen ziet, kun je ook makkelijker inschatten wat het
probleem is en wat de oplossing kan zijn.
- Denk na over de volgende situatie: “Je verleent zorg op afstand via een app
bij een cliënt. Nu blijkt dat de telefoon niet meer werkt… Voor wie is dit een
probleem en wat moet jij ermee?”
o Dit is voor zowel de zorgverlener als voor de zorgvrager een probleem.
Voor de zorgverlener is dit een probleem omdat jij op dat moment niet
de juiste zorg kunt verlenen. Wanneer er iets met de cliënt aan de
hand is, kun jij dit niet weten. Voor de zorgvrager is dit een probleem
omdat de cliënt geen hulp kan vragen als er iets aan de hand is. De
oplossing zou voor mij zijn om zo snel mogelijk naar de cliënt toe te
gaan, kijken of alles in orde is en daarna stappen ondernemen om te
zorgen dat de telefoon weer gaat werken.

Vragen thema 7

- Denk eens na: welke kansen zie jij op dit moment voor technologie in de zorg?
o Ik denk dat de technologie in de zorg enorm gaat uitbreiden, er zullen
altijd zorgverleners nodig zijn, maar ik denk dat de technologie een
deel van de werkzaamheden over kan nemen. Hierdoor zal de
werkdruk voor zorgverleners verminderen en zullen zorgvragers
makkelijker zorg kunnen vragen. Ik denk dat de technologie erg veel
ingezet gaat worden in de toekomst, maar dat er altijd mensen zullen
zijn die erop tegen zijn en er niet aan mee willen werken.
- Heb jij voorbeelden van geslaagde technologische innovaties in de zorg?
Weet jij hoe hierbij het traject van idee tot uitvoering is geweest? Wat was
hierbij volgens jou de rol van zorgprofessionals?
o Geslaagde technologische innovaties zijn bijvoorbeeld de
sleutelvinder, de robot Zora en de zeehondknuffel. Ik denk dat het
traject hierbij geweest is om te kijken hoe je cliënten door middel van
technologie kunt helpen, plezier laten beleven en de levenskwaliteit
verhogen. Door verschillende bedrijven te benaderen zou dit idee
werkelijkheid kunnen worden. De rol als zorgprofessional is volgens mij
om te bekijken waar cliënten behoefte aan hebben, wat cliënten
nodig hebben en met de cliënten overleggen wat zij zouden willen
zien.
Vragen thema 8

- Hoe heeft dit keuzedeel jou geholpen om je klaar te maken voor jouw
toekomst?
o Ik denk dat er in de toekomst erg veel gebruik wordt gemaakt van
technologie in de zorg, door dit keuzedeel heb je een idee van hoe dit
in zijn werk gaat, wat de voordelen en nadelen zijn en wat je ervan
kunt verwachten. Ik denk dat dit bij mijn toekomstige beroep als
doktersassistente enorm zal gaan helpen.
- Wat zijn voor jou de belangrijkste punten van dit keuzedeel?
o De belangrijkste punten zijn voor mij:
 Hoe ervaart de cliënt het?
 Wat zijn de voordelen?
 Wat zijn de nadelen?
 Wat betekent dit voor de zorgverleners?
- Wat vind jij dat zorgprofessionals moeten kennen en kunnen op het gebied
van technologische toepassingen?
o Ik vind dat wanneer jij met cliënten werkt die gebruik maken van
technologische toepassingen, dat jij op de hoogte moet zijn van hoe
het werkt en hoe je het uit kunt leggen. Ook vind ik dat je moet weten
dat de technologie niet alles over kan nemen en cliënten nog steeds
behoefte hebben aan sociaal contact.