ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent

Educatieve bachelor lager onderwijs

Naam student: Amber Waghemans Leergroep

OLO2A1
Aline Van de Velde
Naam mentor: Amber Jongbloet Klas
5e lj. Aantal lln.: 42
Kim Wauman
School: GBS De Vlinderdreef Moerbeke

MAANDAG 30/11/2020 Handtekening mentor + datum:

Van 13u30 tot 15u25

Leergebied(onderdeel): Wereldoriëntatie
Lesonderwerp: Kinderrechten

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere

DL-WO-MAA-03-09 De leerlingen kunnen inzien dat ze rechten en plichten hebben.
De leerlingen kunnen vanuit eigen ervaringen aangeven dat afspraken nodig zijn om in de
DL-WO-MAA-03-02
klas samen te leven.
De leerlingen kunnen met voorbeelden aangeven dat mensen die samenleven regels en
DL-WO-MAA-03-05
afspraken maken.
De leerlingen kunnen aangeven dat er mensen zijn die waken over regels en afspraken in de
DL-WO-MAA-03-06
maatschappij.
LOD-SOV-01.04 De leerlingen kunnen respect en waardering opbrengen in omgang met anderen.
De leerlingen kunnen samenwerken en samenspelen met anderen zonder onderscheid van
LOD-SOV-03.01
sociale achtergrond, geslacht of etnische origine.
LOD-SOV-02.02 De leerlingen kunnen op passende wijze aangeven dat ze zelf aan het woord willen komen.
LOD-SOV-02.03 De leerlingen kunnen de ander laten uitspreken.
LOD-SOV-01.09 De leerlingen kunnen zelfstandig leidinggeven bij groepstaken.
LOD-SOV-01.10 De leerlingen kunnen onder leiding van een medeleerling meewerken.

De leerlingen zijn bereid voor hen bestemde programma’s te gebruiken bij het verwerven en
LOD-ICT-04.01
verwerken van de nieuwe leerinhoud.

Leerinhoud:
 Rechten: regels en afspraken die zeggen wat je mag.
 Kinderrechten: regels en afspraken die speciaal voor kinderen gelden.
 Universele verklaring van de rechten van de mens: lijst met alle rechten van de mens.
 Verdrag inzake de rechten van het kind: lijst van de kinderrechten.
 Plichten: wat je moet doen.
 Straffen
12 belangrijkste kinderrechten:
 Recht op verzorging
 Recht op een naam
 Recht op een eigen mening
 Recht op informatie
 Recht op samenkomen
 Recht op onderwijs
 Recht op zorg en liefde
 Iedereen is gelijk
 Recht op spel
 Kinderen mogen niet misbruikt of mishandeld worden
 Recht op kleding, voeding en wonen
 Geen kinderen in de oorlog

1
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Kinder- en mensenrechtenorganisaties
 Amnesty International: organisatie die de mensenrechten in de hele wereld in de gaten
houdt.
 De Verenigde Naties (VN): organisatie (bijna alle landen van de wereld hebben zich hierin
verenigd) die problemen willen oplossen door te praten.
 Unicef: kinderfonds van de VN die zich bezighouden met het welzijn van de kinderen
wereldwijd.
 Kinderrechtencommissariaat: waakt over de kinderrechten specifiek in België.
 Awel.be: contactplatform die antwoord geven op alle vragen over kinderrechten.

Samenwerkingsvaardigheden
 elkaar aankijken tijdens het praten
 vriendelijk op elkaar reageren
 elkaar de gelegenheid geven mee te doen
 meewerken aan groepsopdracht
 eigen inbreng durven hebben
 luisteren naar elkaar
 elkaar laten uitpraten
 inbreng/ bijdrage van ander accepteren
 bij je groepje blijven
 rustig praten en werken, andere groepen niet storen
 materiaal met elkaar delen
 om de beurt praten
 reageren op wat ander zegt
 elkaar aanmoedigen mee te doen
 elkaar complimentje geven
 met alle andere groepsleden samenwerken

Lesdoelen:
De leerlingen kunnen...
1. Het verschil bepalen tussen rechten en plichten
2. De belangrijkste kinderrechten (h)erkennen
3. De schending van de kinderrechten aantonen
4. Kinder- en mensenrechtenorganisaties linken aan hun logo
5. De leerlingen kunnen meerdere opdrachten samen uitvoeren en daarbij rekening houden met
de beschikbare tijd en het eigen kunnen.
6. De leerlingen kunnen zich aan de spelregels houden.
7. De leerlingen kunnen een spel eerlijk spelen zonder in conflict te geraken met elkaar.
8. De leerlingen kunnen zelfstandig de werkbundel invullen doorheen het hoekenwerk.
9. De leerlingen kunnen deelnemen voor het plezier en niet alleen om te winnen.
10. De leerlingen kunnen elkaars beurt afwachten.
11. De leerlingen kunnen vlot en gericht werken met de Ipad en het smartboard.
12. De leerlingen kunnen een QR-code scannen.
13. De leerlingen kunnen zelfstandig de verschillende ICT-tools hanteren.
14. De leerlingen kunnen voorzichtig omgaan met het digitaal materiaal: Ipad, smartboard.
15. De leerlingen ontwikkelen hun beeldgeletterdheid verder.

2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Beginsituatie specifiek voor deze les:

Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen
Waarop bouwt deze les verder?
 In de klas wordt gewerkt rond het thema kinderrechten.
 De leerlingen hebben al vaker een hoekenwerk gedaan, waarbij de leerkrachten focussen op het
samenwerken.
Leerling specifieke gegevens + acties:
 Runar, Redouan en Walt kunnen druk zijn, dus die steek ik elk in een ander groepje.
 Niels en Wout zijn heel competitief, dus zij zitten beter niet in dezelfde groep.
 Iljo kan een babbelaar zijn, hij wordt in een rustige groep gestoken.
 Voldoende opdrachten/ oefeningen voorzien in de bundel voor de leerlingen met een hoger
werktempo.
 Heterogene groepen waarin er zwakke en sterke leerlingen samen zitten.

Bronnen: volgens de APA-normen

 Educaplay: Free educational games generator. (2020). Educaplay. https://www.educaplay.com
 Kahoot! | Learning games | Make learning awesome! (2021, 12 januari). Kahoot!
https://kahoot.com/?
utm_name=controller_app&utm_source=controller&utm_campaign=controller_app&utm_medi
um=link
 LearningApps.org - interaktive und multimediale Lernbausteine. (2020). LearningApps.
https://learningapps.org
 Weebly. (2020). Weebly is de makkelijkste manier om een gratis website, winkel of blog te
maken. Weebly.com. https://www.weebly.com/be
 YouTube

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …

 Poster

 Youtube filmpje over het ontstaan van kinderrechten: https://www.youtube.com/watch?

v=C3YfT8jfa9k

 Logo game: https://www.educaplay.com/learning-resources/7758871-logo_game.html

+ ‘wie zijn de organisaties’: https://www.educaplay.com/learning-resources/7759188-
wie_zijn_de_organisaties.html

 Onlineoefening rechten & plichten: https://learningapps.org/display?v=p1ov41zpa20

3
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

 Memoryspel (zie Onedrive)

 Rollenspel (zie Onedrive)
 Woordzoeker
https://www.educaplay.com/learning-resources/7758373-woordzoeker_kinderrechten.html
 Kahoot quiz

Materiaal / locatiewijziging:
 Kleurpotloden
 Alarm
 Smartborden
 Ipads
 A4/A3 bladeren
 Lijmstiften
 Scharen
 Papier
 Tijdschriften/kranten
 Whiteboards + groene en rode kaartjes + envelop met rollenkaartjes
 Memoryspel
 Zelfgemaakte bundel

Lesopbouw

1. Klassikale inleiding op het hoekenwerk over kinderrechten + uitleg (10’)

oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie
Alle leerlingen zitten al neer in hun groepjes in de grote klas. Elke leerling heeft een pen bij zich en
krijgt een bundeltje. Ik laat het filmpje zien op het smartbord: https://www.youtube.com/watch?
v=CCc9UCNmWuo&feature=share

Opdracht/ Richtvragen

4
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

 Waar denken jullie dat het filmpje over ging? Wat hebben jullie gezien?
(wat als kinderrechtenorganisaties niet bestonden)
 Rechten, weet iemand wat rechten zijn? (regels, afspraken van dingen die je mag doen)
 En wat zijn dan plichten? (dingen die je moet doen omdat je anders iemand anders zijn
rechten schaadt)
Dus probeer dit goed te onthouden: rechten zijn dingen die je MAG doen en plichten zijn dingen die
je MOET doen.

Vandaag gaan jullie in groepjes hoekenwerk doen rond het thema kinderrechten, dus eigenlijk de
rechten die iedereen van jullie heeft. Jullie zien in de klas nummers van 1 tot 8 hangen die elk een
hoek aanduiden waar jullie opdrachtjes gaan doen in de vorm van spelletjes. Jullie krijgen elk ook een
bundeltje waarin alle informatie en opdrachten staan uitgelegd. Dat bundeltje is jullie leidraad/hulp
doorheen het hoekenwerk, dus dat neem je mee naar elke hoek en vul je ook in.
Het is logisch dat jullie gewoon doorschuiven in de volgorde van de nummers dus van hoek 1 ga je
naar 2 en van 2 naar 3 enzovoort, van hoek 8 ga je naar 1. Ik ga telkens een timer zetten dus als jullie
het alarm horen afgaan dan zetten jullie de hoek terug klaar voor het volgend groepje en schuiven
jullie door en beginnen aan de volgende hoek.

Afspraken
We rekenen erop dat jullie alles eerlijk gaan spelen volgens de spelregels en de antwoorden ook
eerlijk in het bundeltje gaan schrijven. Enkel op die manier kunnen we er samen iets leuk van
maken. Denk eraan het gaat erom dat je samen deelneemt en plezier hebt in plaats van alleen maar
bezig te zijn met het winnen. Op het einde van de les zijn jullie allemaal winnaars, want dan hebben
jullie veel bijgeleerd over de kinderrechten.

Begeleiding
Wij komen ondertussen rond, als jullie vragen hebben steek jullie hand maar op.

2. Hoekenwerk in groepjes. (65’)

oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie
Er zijn 8 postjes verspreid in de klas en eventueel ook een paar in de gang. Er hangen papieren met
nummers van 1 tot 8 op om elk postje aan te duiden.
De klas is verdeeld in 8 groepjes van 4 à 5 leerlingen. --> zie groepsverdeling
Elk groepje krijgt bij elke hoek ongeveer 8 minuten de tijd, met doorschuiven inbegrepen.

Opdracht/Richtvragen
In jullie bundeltje staat elke hoek duidelijk uitgelegd, dus we gaan nu elk groepje een hoek aanwijzen
waar ze mogen starten en kort zeggen wat je daar moet doen.

HOEK 1: Wat zijn kinderrechten: poster

In hoek 1 krijgen jullie een poster. Op die poster staan verschillende kinderrechten getekend. Het is
de bedoeling om de kinderrechten op de poster te vinden en deze dan een mooie kleur te geven.
Als jullie alle kinderrechten samen gevonden hebben is de opdracht geslaagd! Schrijf hierbij ook
in je bundel hoeveel je er gevonden hebt.

HOEK 2: Hoe zijn kinderrechten ontstaan?

5
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

https://www.youtube.com/watch?v=C3YfT8jfa9k
Scan de QR- code met de Ipad zodat jullie het YouTube filmpje kunnen kijken over het ontstaan van
de kinderrechten. Het is de bedoeling dat jullie uit het filmpje de informatie halen om de
ontbrekende termen in de tekst, die in jullie bundel staat, aan te vullen.

HOEK 3: Welke kinderrechten zijn er allemaal: speurneusje

In hoek 3 ligt lijm, een papier, een schaar en tijdschriften of kranten. Het is de bedoeling dat jullie op
zoek gaan naar prenten, tekeningen, woorden... die jullie doen denken aan een bepaald kinderrecht.
Bv.: het recht op extra zorg --> daarvoor heb ik een verpleegster uitgeknipt in de krant omdat me dat
doet denken aan verzorgen. Of ik knip een hamburger en een rok uit omdat dat mij doet denken aan
het recht op kleding, voeding en woonst.
Als jullie voor elk kinderrecht dat op tafel ligt 1 of meerdere prenten hebben, mogen jullie die op het
blad papier kleven. Op die manier hebben jullie een eigen poster met alle kinderrechten op
uitgebeeld.

HOEK 4: Kinder- en mensenrechtenorganisaties: spel op smartboard

Jullie gaan twee spelletjes spelen na elkaar op het smartbord. Eerst spelen jullie de logo game
waarbij jullie elk logo met de juiste naam van de organisatie moeten verbinden. Daarna spelen jullie
‘Wie zijn de organisaties?’ waarbij het de bedoeling is dat jullie elke organisatie gaan verbinden met
de juiste uitleg. Na elk spelletje gaan jullie in het eigen bundeltje de score, het aantal pogingen en
de tijd opschrijven.

HOEK 5: Wat zijn rechten en plichten?

In hoek 5 mogen jullie werken met de IPad. Elke leerling van het groepje krijgt een IPad en scant de
QR-code die in de bundel staat. Het is daarbij de bedoeling dat jullie gaan groeperen of sorteren.
Oftewel is het een plicht (iets wat MOET) oftewel is het een recht (iets wat MAG).
https://learningapps.org/display?v=p1ov41zpa20

HOEK 6: Schending van de kinderrechten: rollenspel met whiteboards

Elk groepslid krijgt een whiteboard en een groen en rood kaartje. Er is een envelop met kaartjes in
waarop situaties beschreven staan van kinderen. Bij elke situatie staat er over welk kinderrecht het
gaat en of dit kinderrecht geschonden of gerespecteerd wordt.
Elk om de beurt gaat een leerling van het groepje een kaartje trekken en zich in de rol van het kind
op het kaartje inleven. Hij/ zij leest of doet de situatie voor aan de rest van het groepje. Hij/ zij mag
natuurlijk nog niks verklappen, want de groepsleden moeten dan raden welke kinderrecht de
leerling beschrijft EN of dat kinderrecht geschend of gerespecteerd wordt. Elk groepslid schrijft op
het whitebordje welk kinderrecht hij/zij denkt. Daarnaast mag elk groepslid ook voor
scheidsrechter spelen door de rode kaart in de lucht te steken als je denkt dat het kinderrecht
geschonden wordt en de groene kaart als het kinderrecht gerespecteerd wordt.
De leerling die de situatie beschreven heeft, zegt dan of het antwoord juist is. Telkens als je het juist
geraden hebt, mag je jou een punt geven in het bundeltje. Wie op het einde het meest juist geraden
heeft en dus de meeste punten heeft, is gewonnen.

HOEK 7: Memory

6
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Jullie gaan tegen elkaar een memory spelen over de 12 belangrijkste rechten. Er zijn in totaal 24
kaartjes waaronder 12 kaartjes met de soorten rechten op en 12 kaartjes met afbeeldingen van die
rechten. Jullie leggen al die kaartjes omgekeerd (met de witte kant naar boven) op tafel zodat jullie
niks kunnen zien. Het is de bedoeling dat jullie elk om beurt twee kaartjes gaan omdraaien en zo
voor elk recht de juiste afbeelding gaan zoeken. Als je het recht met de bijhorende afbeeldingen
samen hebt omgedraaid dan mag je de twee kaartjes wegnemen en bij jou apart leggen. Wie op het
einde de meeste duo’s heeft gevonden, is gewonnen. Je schrijft op het einde van de memory in het
bundeltje op hoeveel duo’s je gevonden had.

HOEK 8: Woordzoeker op smartbord

Jullie gaan samen op het smartbord een reuzewoordzoeker maken. Er gaan verschillende woorden
staan die jullie in het raster moeten vinden. Jullie kunnen horizontaal en verticaal zoeken. Met de
overblijvende letters proberen jullie elk een woord te vormen. Je moet uiteraard niet alle letters die
overblijven in dat woord gebruiken. Het woord dat je gevormd hebt, schrijf je op in jouw bundel.

3. Herhalingsquiz (15’)
oriënteren verwerven verwerken afronden

Organisatie
Alle hoeken worden opgeruimd, het materiaal wordt verzameld op de grote tafel.
De leerlingen gaan in hun groepjes in de grote klas zitten. De Ipads worden uitgedeeld voor de quiz.

Opdracht
De hoekenwerktijd is om! Jullie mogen nu alles opruimen van de hoek waar jullie zijn en al het
materiaal op de grote tafel in het midden van de klas komen leggen. Als alles opgeruimd is, gaan
jullie met jullie groepje nog steeds in de grote klas gaan zitten. We doen dit allemaal in stilte en snel
zodat we nog de Kahootquiz samen kunnen spelen. Jullie krijgen 2 minuten om alles op te ruimen.
Als het alarm terug afgaat is de opruimtijd om en zitten jullie neer in de grote klas. START!

Om te testen wat jullie geleerd en onthouden hebben van het hoekenwerk over kinderrechten, gaan
jullie allemaal de Kahoot quiz tegen elkaar spelen op de Ipads. Het is dus eigenlijk een wedstrijdje
tussen iedereen van de klas om zoveel mogelijk vragen juist te beantwoorden. Op het einde van de
quiz gaan jullie zien op de hoeveelste plaats je geeïndigd bent en dan komen we te weten wie de
grote klaswinnaar is.

7
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Evaluatie: Evalueer hier je eigen pedagogisch, didactisch en/of organisatorisch handelen. Wat deed je goed en
waarom? Wat ging niet goed en waarom? (Denk aan voorbereiding en realisatie.) Doe een verbetervoorstel.