You are on page 1of 10

ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent

Educatieve bachelor lager onderwijs

Naam student: Femke Bockstaele Leergroep OLO2C2


Naam mentor: Marion Claeys Klas 6a Aantal lln.: 23
School: VLS De Lieve Waarschoot

…DAG / / Handtekening mentor + datum:

Van 1) 10u25 1) 11u35


tot
2) 13u40 2) 14u30
Leergebied(onderdeel): Ruimte - verkeer
Lesonderwerp: Fluohesjes en fietshelmen

Leerplandoelen: Leerplan: ZILL – OVSG – GO! – andere


• OWru7: Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen en toepassen en de
veiligheid van verkeerssituaties in de omgeving inschatten > 4-12j: Zich ervan bewust worden
dat het verkeer risico’s inhoudt en daarom als weggebruiker preventief kiezen voor een veilige
uitrusting en veilig gedrag in het verkeer.

• OWru7: Als vaardige voetganger of fietser de verkeersregels kennen en toepassen en de


veiligheid van verkeerssituaties in de omgeving inschatten > 10-12j: Zich als vaardige fietser
gedragen in het verkeer: vlot kunnen afslaan naar links en rechts, vlot voorbijrijden en inhalen,
kleine hindernissen nemen … - het belang inzien van een veilige fiets en daar zorg voor dragen

• SErv3: Samenwerken met anderen en zo bijdragen aan het realiseren van een
gemeenschappelijk doel > 5-12j: Meewerken aan een grotere groepsopdracht – kunnen
samenwerken met anderen rond een gemeenschappelijk idee of doel – samenwerken met
anderen ondanks verschillen.

• MEva3: Digitale informatievaardigheden ontwikkelen > 8-12j: Een website-adres (URL)


invoeren – in een voor hen bestemde omgeving (op het internet zoeken) via een zoekrobot en
daarbij aangepaste en/of zelfgekozen zoektermen gebruiken – kritisch waarderen van URL’s.

• MEva3 Digitale informatievaardigheden ontwikkelen > 4-12j: Navigeren en zoeken binnen een
digitale toepassing waaronder voor leerling bestemde webpagina’s, educatieve software

• MEmw2 Mediacontent en mediagebruik van zichzelf en anderen kritisch beoordelen naar


vorm en inhoud > 9-12j: Kritisch omgaan met URL’s en informatie op het internet.

• IVzv5: Op een constructieve manier met feedback omgaan > 8-12j: De eigen en andermans
inspanning inschatten en waarderen

• IVzv5: Op een constructieve manier met feedback omgaan > 8-12j: Taakgebonden feedback
geven en ontvangen van leeftijdsgenoten

• IVoc2: Exploreren en experimenteren in de wereld > 2,5-12j: Genieten van exploreren – een
onderzoeksgerichte houding aannemen.

1
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Leerinhoud:
• Stappenplan onderzoek(svraag)

1) Oriënteren en voorspellen: waarover gaat dit concreet? Welk resultaat mogen we


verwachten? Wat is de belangrijkste vraag? Wat weten we al?
2) Voorbereiden: hoe pakken we dit aan? Wat hebben we nodig? Wat is de taakverdeling en
de planning?
3) Uitvoering: Hoe verzamelen we info? Welke handelingen stellen we? Hoe sturen we bij?
Wie noteert?
4) Presentatie en evaluatie: hoe tonen we onze resultaten aan de klasgenoten? Was het een
goed onderzoek?

• Samenwerkingsvaardigheden
o Actief luisteren: verbaal duidelijk maken dat je luistert (knikken), verduidelijkende vragen
stellen, …
o Je beurt kunnen afwachten/elkaar laten uitspreken: je geeft anderen de kans om iets te
zeggen en hebt geduld.
o Hulp kunnen verlenen: als een teamlid hulp nodig heeft, doe je je best om hem/haar te
helpen, je zoekt mee naar het juiste antwoord, …
o Taken verdelen: je overlegt samen met de teamleden wie wat doet om het groepswerk zo
vlot mogelijk te laten verlopen.

• Een fiets die in orde is, heeft:

o Een werkende bel


o Een werkend wit licht vooraan
o Een werkend rood licht achteraan
o Spraakreflectoren of een reflecterende strook in hun band
o Een witte reflector vooraan en een rode achteraan
o Reflectoren in de pedalen
o Goed werkende remmen

• Het belang van goede fietsverlichting:

o Fietsverlichting is absoluut noodzakelijk. Je bent zo goed zichtbaar voor andere


verkeersdeelnemers en zelf heb je hierdoor ook een goed zicht op de weg. Dit verkleint de
kans op een ongeval. De oorzaak van veel fietsongevallen is dat de fietser niet goed
zichtbaar was op de weg. Denk aan je eigen veiligheid en aan die van een ander en gebruik
dus fietsverlichting.

• Rolkaarten tijdens een groepswerk

2
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Lesdoelen:
De leerlingen kunnen...
1. Een vraag rond verkeersveiligheid onderzoeken met behulp van het internet. (MEmw2)
2. Via een door de leerkracht opgestelde Symbaloo informatie rond een onderzoeksvraag
zoeken op het internet. (MEva3)
3. Binnen kindvriendelijke sites doelgerichte zoektermen ingeven om antwoorden te vinden op
hun onderzoeksvraag. (MEva3)
4. Correct een URL invullen in de zoekbalk. (MEva3)
5. Kritisch staan tegenover informatie op het internet door extra bewijsmateriaal te zoeken.
(MEmw2)

3
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

6. Verwoorden waarom het belangrijk is om fluorescerend en reflecterend materiaal te


dragen. (OWru7)
7. Het belang verwoorden van een goed verlichte fiets. (OWru7)
8. Actief luisteren naar elkaar tijdens een groepswerk. (SErv3)
9. Tijdens een groepswerk elkaar laten uitspreken. (SErv3)
10. Gericht een onderzoeksvraag rond verkeersveiligheid onderzoeken met behulp van een
vooraf opgesteld stappenplan. (IVoc2)
11. Feedback geven op de inzet van groepsgenoten met behulp van complimenten. (IVzv5)
12. Op een gepaste manier feedback geven aan groepsleden en deze ook ontvangen. (IVzv5)

Beginsituatie specifiek voor deze les:


Situering in het leerproces: aanbrengen inoefenen
Waarop bouwt deze les verder?
• De leerlingen hebben nog geen les gekregen ‘precies’ over fluohesjes en fietshelmen.
• Momenteel neemt de school deel aan ‘Helm op fluo top!’
• De leerlingen zijn vaak enthousiast bij lessen wereldoriëntatie.
• De leerlingen van deze klas werken regelmatig samen en doen dit steeds op een respectvolle
manier.
• De leerlingen hebben weinig ervaring met het ingeven van URL’s
Leerling specifieke gegevens + acties:
• Sem, Loïc, Viktor, Senne en Lander werken beter niet samen, het zou snel te wild worden.
• Warre en Robbe werken beter niet samen, omdat ze samen snel afgeleid zijn.
• Erop toezien dat Warre mee noteert en –werkt, want hij laat vaak het werk door een
medeleerling doen.
• Jorien en Phebe zijn heel sociaal tijdens een groepswerk en nemen graag de leiding: kaartje van
gespreksleider.
• Ditte is wat stiller en is soms wat bang om een eigen inbreng te geven: ervoor zorgen dat ze in
een groepje zit met vriendinnen.

Bronnen: volgens de APA-normen


• De Latter, E., De Maesschalck, K., Braem, A., Israël, I., Vercauteren, E., & Haesebrouck,
J. (2016). Coöperatief leren in beeld. Coöperatief leren in beeld.
http://cooperatieflerenolo.weebly.com/cooumlperatieve-structuren.html
• Van Houcke, H., Desmet, L., & Roelens, P. (2007). Wegwijzers 6: verkeerslessen bij
wereldoriëntatie: handleiding. Wommelgem: Van In.
• Van Houcke, H., Desmet, L., & Roelens, P. (2007). Wegwijzers 6: verkeerslessen bij
wereldoriëntatie: handleiding. Van In.

Bijlagen: bordschema, ingevulde werkbladen, teksten …


• Foto Tom De Cock met feloranje haar
• Filmpje kledij in het verkeer: https://youtu.be/YJiuyCvQiGo
• Platform websites onderzoeksvragen:
https://www.symbaloo.com/mix/vraag1
https://www.symbaloo.com/mix/vraag2
https://www.symbaloo.com/mix/vraag3
https://www.symbaloo.com/mix/vraag4
https://www.symbaloo.com/mix/vraag5

4
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Materiaal / locatiewijziging:
• Rolkaarten

Lesopbouw

1. Klassikaal de klassituatie rond verkeersveiligheid onderzoeken met behulp van een


infografiek. (15’)
oriënteren verwerven verwerken afronden
Het belang verwoorden van een goed verlichte fiets. (OWru7)
10u25-10u40

Voorbereiding
De leerlingen moesten op voorhand hun fiets onderzoeken met behulp van een controlefiche.
‘Ik heb een fiets met:
• Een werkend rood licht achteraan
• Een rode reflector achteraan
• Een bel
• Een witte reflector vooraan
• Een werkend wit licht vooraan
• Goed werkende remmen (voor- en achteraan)
• Reflectoren in de pedalen
• Spaakreflectoren of een reflecterende strook in de band’

Verloop
Wie van jullie heeft zijn of haar fiets gecontroleerd met de controlefiche? (…) Neem de controlefiche
er maar bij. Jullie mogen ook jullie bundel rond verkeer erbij nemen op pagina 18 (of het wordt
uitgedeeld door de uitdelers).

We gaan eens kijken hoe goed wij en onze fietsen in orde zijn. Ik stel een vraag, jullie steken jullie
hand op als jullie dit doen of hebben. (Ik doe mee zodat we een even aantal hebben.) Tussendoor
kleuren we ook de kleine infografiekjes in.

• Wie van jullie heeft al eens een band opgepompt? (Ik noteer het aantal leerlingen op bord,
t.o.v. de klas.)
o … v.d. 24 lln. -> …/16 (Aantal spaken op afbeelding) = /6 x4
• Wie van jullie draagt op de fiets altijd een helm? (Ik noteer het aantal leerlingen op bord,
t.o.v. de klas.)
o … v.d. 24 lln. -> …/25 (Aantal streepjes op helm op afbeelding)
• Wie van jullie draagt tussen de herfst- en krokusvakantie elke dag fluo? (Ik noteer het
aantal leerlingen op bord, t.o.v. de klas.)
o … v.d. 24 lln. -> …/20 (Aantal fluohesjes op afbeelding) = /6 x5
• (Overlopen van controlefiche, zie bovenaan.)
o … v.d. 24 lln. -> …/10 (Aantal blokjes op afbeelding) => helft als referentiepunt

Wie van jullie heeft bij elke vraag zijn/haar hand in de lucht gestoken?

5
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Wie van jullie heeft niet vaak zijn/haar hand in de lucht gestoken?
Zijn er fietsen die tiptop in orde zijn?
Zijn er fietsen waar hier en daar nog wat veiligheidswerken aan zijn?

Waarom is het zo belangrijk om een goed verlichte fiets te hebben?


(Fietsverlichting is absoluut noodzakelijk. Je bent zo goed zichtbaar voor andere verkeersdeelnemers
en zelf heb je hierdoor ook een goed zicht op de weg. Dit verkleint de kans op een ongeval. De
oorzaak van veel fietsongevallen is dat de fietser niet goed zichtbaar was op de weg. Denk aan je
eigen veiligheid en aan die van een ander en gebruik dus fietsverlichting.)

Een weetje: als je wordt tegengehouden door de politie zonder lichtjes kan je een boete krijgen van
€55.

2. Klassikaal een artikel rond verkeersveiligheid lezen en het belang van fluorescerende en
reflecterende kleding bespreken met behulp van filmpjes. (10’)
oriënteren verwerven verwerken afronden
Verwoorden waarom het belangrijk is om fluorescerend en reflecterend materiaal te dragen.
(OWru7)

10u40-10u50

Materiaal
Filmpje rond zichtbaarheid in het verkeer.

Verloop
Jullie krijgen van mij een artikel van Tom De Cock. Kennen jullie hem?
(Hij was een dj bij MNM, is publieksopwarmer en applausmeester, schrijft boeken, maak podcasts)

We lezen samen het artikel.

Waarom heeft hij zijn haar feloranje laten verven? (Hij verloor een vriend bij een auto-ongeval.
Daarom vindt hij het belangrijk dat je zichtbaar bent in het verkeer.)
Zou je dat zelf ook doen? (…)
Zo niet, wat doe je dan wel om zichtbaar te zijn in het verkeer? (Fluohesjes, lichtjes, reflecterende
kledij, hoesje over boekentas, …)

We bekijken even een filmpje (1).

Wat vonden jullie van het filmpje? Hadden jullie dat verwacht? (…)
Wat leren jullie hieruit? (Dat reflecterende kledij erg belangrijk is om zichtbaar te zijn in het verkeer)

Als je thuis een onderwerp aan het bestuderen bent, kan het soms handig zijn om er een filmpje over
op Youtube te zoeken! Dan hoor je het eens op een andere manier en zie je extra beelden.

3. Coöperatieve werkvorm: in groepjes van 4 of 5 een vraag rond verkeersveiligheid


onderzoeken. (42’)
oriënteren verwerven verwerken afronden

6
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Via een door de leerkracht opgestelde Symbaloo informatie rond een onderzoeksvraag
vinden op het internet. (MEva3)
Binnen kindvriendelijke sites doelgerichte zoektermen ingeven om antwoorden te vinden op
hun onderzoeksvraag. (MEva3)
Correct een URL invullen in de zoekbalk. (MEva3)
Kritisch staan tegenover informatie op het internet door extra bewijsmateriaal te zoeken.
(MEmw2)
Actief luisteren naar elkaar tijdens een groepswerk. (SErv3)
Tijdens een groepswerk elkaar laten uitspreken. (SErv3)
Gericht een onderzoeksvraag rond verkeersveiligheid onderzoeken met behulp van een
vooraf opgesteld stappenplan. (IVoc2)

10u50 – 11u32

Verloop
Nu is het aan jullie. Jullie gaan namelijk in groepjes van 4 of 5 een onderzoeksvraag krijgen die jullie
zullen onderzoeken. Ik lees de onderwerpen even voor. Daarna lees ik ze een voor een voor en
mogen jullie met gesloten ogen een vinger opsteken bij de vraag die jullie het meest aanspreekt. Niet
iedereen krijgt waarschijnlijk zijn of haar eerste keus, maar dat is helemaal niet erg. Alle vragen zijn
interessant genoeg voor iedereen! En bovenal gaat het om het onderzoeken zelf. Sluit maar jullie
ogen.

Onderzoeksvragen:

Welke soorten spaakverlichting bestaan er?


- Waar koop je spaakverlichting?
- Hoe zit het met de spaakverlichting in de klas?
- Kun je spaakverlichting zelf maken? Waarmee?

Wat voor kledij draag je het best als voetganger of fietser? Fluo, reflectie of allebei?
- Is er een verschil tussen licht, duister en donker? Wat werkt op welk moment het best?
Fluo of de reflectie?
- Wat voor andere gadgets bestaan er om op te vallen in het verkeer naast fluohesjes, …
- Wat raden experts aan?

Kies je beter voor losse verlichting op kledij, fiets of rugzak? Of toch voor vaste verlichting op
de fiets?
- Wat zijn de voor- en nadelen van losse verlichting? En van vaste verlichting?
- Kies je dan beter voor een knipperlicht of een licht dat aan een stuk door schijnt?
- …

Wanneer spreek je van een goede fietshelm?


- Hoe test je of een fietshelm degelijk is?
- Aan welke voorwaarden moet een fietshelm voldoen?
- Welke helmen raden experts aan?

Welke veiligheidsregels zijn er in het verkeer in verband met verlichting?


- Wat is verplicht bij voetgangers, fietsers, auto’s, …
- Hoe kunnen auto’s zich extra goed zichtbaar maken?

7
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

- …

(De onderzoeksvragen worden per leerling uitgedeeld)

1) Oriënteren en voorspellen: 7 minuten.


Je denkt na over wat de vraag concreet gaat, wat je al weet over het onderwerp, je voorspelt wat het
antwoord kan zijn, …

Nu gaan jullie op de placemat die jullie kregen de eerste fase toepassen: oriënteren en voorspellen.
Op de placemat hebben jullie elk de ruimte om te noteren waar de vraag precies over gaat, wat je al
weet over het onderwerp en je voorspelt wat het antwoord eventueel kan zijn. Daar krijgen jullie
twee minuten voor. Als die twee minuten om zijn, overleggen jullie wat jullie hebben genoteerd. Dat
wordt in het midden van de placemat genoteerd. Als dat gebeurd is, formuleren jullie een drietal
zinnen en noteren die in jullie eigen werkboek.

Ik geef telkens een teken wanneer het tijd is om over te schakelen op de volgende stap.

1. Op placemat in eigen hokje oriënteren en voorspellen (2 minuten)


2. Overleggen wat iedereen heeft genoteerd & samenvatten in het midden van de placemat (3
minuten)
3. Samen 3 zinnen formuleren en noteren in werkboek. (2 minuten)
__________________________________________________________________________________

2) Voorbereiden: 7 minuten
Je denkt na hoe jullie de onderzoeksvraag het beste aanpakken, wie wat doet en wat de planning is.

Jullie beslissen samen wie welke rol krijgt tijdens het groepswerk. Wat jouw rol is, noteer je in je
werkboek bij de voorbereidingsfase. (Ik overloop kort de rolkaarten, per tafel zijn er een vijftal
beschikbaar.) (2 minuten)

Dan bepalen jullie samen hoeveel tijd jullie zullen steken in het opzoekingswerk, in het noteren en
het maken van een presentatie (mondeling). Deze planning moet duidelijk en kort zijn. Ook noteren
jullie hoe jullie het opzoekingswerk het beste verdelen: werken jullie in duo’s, …?
Dat allemaal noteren jullie in jullie werkboek. (5 minuten)

Hiervoor krijgen jullie 7 minuten.


__________________________________________________________________________________

OP 20 MINUTEN: DEEL 2, 2020/12/07

3) Uitvoering: 40 minuten
(Hoe verzamelen we info? Welke handelingen stellen we? Hoe sturen we bij? Wie noteert?)

Per groepje mag een vrijwilliger 2 laptops komen halen.


Jullie werken vandaag met een laptop om informatie te verzamelen, dat kunnen jullie al noteren in
jullie werkboek. We gaan dus informatie zoeken op het internet, wie heeft dat al gedaan? (…) Hoe
doe je dat dan? (met google, zoektermen ingeven, klikken op websites, …) Komen jullie soms dingen
tegen op het internet die niks te maken met wat je zoekt? (…) Wat zou een oplossing kunnen zijn om
niet op andere sites te belanden dan de bedoeling is? (Educatieve sites voor kinderen…)

8
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Jullie krijgen van mij een platform waar jullie de nodige websites en filmpjes kunnen raadplegen. Op
die manier blijven jullie op de juiste sites en dwalen jullie niet af op de verkeerde sites. We gaan ook
samen de URL’s ingeven: kijk goed naar de PowerPoint! Ik lees ze voor en jullie typen zorgvuldig over.

Jullie zien nu allemaal verschillende blokjes, die stellen websites voor. Als je daarop klikt, kom je op
een site terecht die ik heb uitgekozen voor jullie onderzoeksvraag. Ga kritisch om met de website en
zoek eventueel bewijsmateriaal op andere sites. Wat kan je doen om naar iets concreet te zoeken op
een website? (kernwoorden ingeven in de zoekbalk van de pagina, …)

Stel dat dit een onderzoek was dat jullie buiten dit klaslokaal zouden onderzoeken, wordt deze fase
uiteraard veel uitgebreider.

Nu gaan jullie aan de slag! Houd rekening met jouw rol. Achteraf gaan we die rollen evalueren, dus
voer je taken zeker uit. Je let ook op de manier waarop de ander zijn of haar rol uitvoert!

We overlopen snel nog eens hoe jullie nu het best gaan samenwerken (krijgen de leerlingen op een
blad)

• Actief luisteren: verbaal duidelijk maken dat je luistert (knikken), verduidelijkende vragen
stellen, …
• Je beurt kunnen afwachten/elkaar laten uitspreken: je geeft anderen de kans om iets te
zeggen en hebt geduld.
• Hulp kunnen verlenen: als een teamlid hulp nodig heeft, doe je je best om hem/haar te
helpen, je zoekt mee naar het juiste antwoord, …

Veel succes. Jullie hebben nu twintig minuten en volgende maandag ook! Tijdbewakers, houd de klok
in de gaten!
__________________________________________________________________________________

Presentatie en evaluatie: 10 minuten


Wat is het antwoord op de vraag? Is het wat we hadden verwacht? Hoe gaan we het antwoord
communiceren met de andere groepen? Hoe is het onderzoek verlopen?

Jullie krijgen nu 5 minuten om jullie onderzoek te evalueren: hoe ging het, wat is het antwoord, is het
wat we hadden verwacht? Ook denken jullie na hoe jullie het antwoord gaan ‘presenteren’ aan de
klas: wie zegt wat…? Iedereen moet aan het woord komen!

Noteer het in jullie werkboek.

4. Per groep het antwoord op de onderzoeksvraag overlopen en het groepswerk evalueren.


(20’)
oriënteren verwerven verwerken afronden
Feedback geven op de inzet van groepsgenoten met behulp van complimenten. (IVzv5)
Op een gepaste manier feedback geven aan groepsleden en deze ook ontvangen. (IVzv5)

Verloop
Elk groepje krijgt maximum 2 minuten om hun antwoord op de onderzoeksvraag te presenteren voor
de klas. We luisteren actief naar elkaar (Ik vraag aan de leerlingen om te verduidelijken wat dat nu
weer inhoudt.)

9
ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent
Educatieve bachelor lager onderwijs

Nu nemen jullie een kladblad (of ik laat de materiaalmeesters kladbladen halen) en schrijven er je
naam op. Iedereen geeft dat blad zo meteen door in wijzerzin. Het is de bedoeling dat jullie op het
blad van elk groepslid een compliment geven in verband met hun rol in het groepswerk. Hoe merkte
je dat die persoon zijn of haar rol uitvoerde? Ook geef je de persoon een compliment als
teamgenoot: je kwam met erg leuke ideeën, was erg enthousiast, hielp anderen enzovoort.

Dus 1) Een compliment over de rol van de persoon: je voerde je rol goed uit omdat je … deed/zei en
2) Een compliment over hoe de persoon was als teamgenoot. Dat schrijf je KORT maar duidelijk op
het blad.

Tijdsnood? Enkel complimenten geven aan persoon links en rechts van de leerling.

Daar krijgen jullie een kleine 10 minuten voor en jullie geven het af aan elkaar. Nadien brengen de
materiaalmeesters de laptops en iPad terug.

Bijlage 1

Evaluatie: Evalueer hier je eigen pedagogisch, didactisch en/of organisatorisch handelen. Wat deed je goed en
waarom? Wat ging niet goed en waarom? (Denk aan voorbereiding en realisatie.) Doe een verbetervoorstel.

10

You might also like