Professional Documents
Culture Documents
...................................................................................................................
STUDENTENCOACH: .................................................................................
BEGINSITUATIE:
De lln hebben geen kennis van het schilderij “De boerendans” van Pieter Breugel.
475505821.docxunst.zinnig
pagina 2 van 5
Timing WAT: Lesonderdeel, tussen- of eindopdracht HOE: Organisatie, WAAROVER: Reflectie met de
Vermeld telkens:
groeperingsvormen, materiaal leerlingen
Verfijn en ‘organiseer’ de opdrachten. Vermeld telkens:
Welk van de drie delen is het (Lesonderdeel, tussen- of eindopdracht).
Titel (wat gaan de leerlingen doen). Kies een reflectiedoel over de les heen.
Discipline(s) en bouwsteen Twee tot drie reflectieopdrachten per
Doel lesonderdeel
Nr van de bron Bouw de reflectie op.
Opdrachten: Wat doen de leerlingen in functie van het doel?
10 min Kennismaken met het schilderij ‘De boerendans’ van Pieter Breugel. Je werkt per twee. Je bespreekt met Doel reflectie: 1.3 De leerlingen kunnen
Doel: 6.2°De leerlingen kunnen zonder vooroordelen naar kunst kijken en elkaar het schilderij. beeldinformatie herkennen, begrijpen,
luisteren. interpreteren en er kritisch tegenover staan.
Beeld beschouwen Klasgesprek
Bron: https://www.artsalonholland.nl/genrestuk-schilderkunst/pieter-brueghel- De lln wisselen hun antwoorden op de vragen uit.
de-boerendans
De lln krijgen het schilderij De boerendans van Pieter Bruegel de Oude te zien. Elk groepje vertelt aan de grote groep welk detail
De lln krijgen vijf minuten de tijd om met hun buur te overleggen wat ze allemaal ze het meest bijzonder vinden.
op het schilderij zien. De bevindingen van de lln worden klassikaal besproken. De
lkr kan volgende vragen stellen:
- Welke verschillende soorten activiteiten zien we op het schilderij?
- Wat zijn de emoties van de personen op het schilderij?
- Welke gevoel krijg je als je het schilderij bekijkt?
- In welke tijd speelt het tafereel zich af? Aan wat zie je dit?
- Wat is het thema uit het schilderij? Wat staat centraal?
10 min Lesonderdeel 1: De lln kunnen belevenissen, gevoelens, ervaringen, Klasinrichting: Creëer zoveel mogelijk Doel reflectie: 3.7°De leerlingen kunnen genieten
ideeën, fantasieën en handelingen uitbeelden. ‘ruimte’ in de klas. van, praten over en kritisch staan tegenover het
Doel: 3.5 De leerlingen kunnen ervaringen, gevoelens, ideeën, fantasieën ... eigen spel en dat van anderen, de keuze van
uiten in spel. De lln werken individueel. Ze lopen spelvormen, onderwerpen, de beleving.
Bouwsteen: drama kwaliteit kriskras door elkaar.
Bron: https://www.youtube.com/watch?v=h4sIS2MU8OU De lln bespreken per 2 wat ze bij zichzelf het
Je werkt per twee. Je bespreekt met sterkste vonden.
De lln gaan per 2 staan met hun gezicht naar elkaar toe. Groep 1 staat met hun elkaar waarom je voor jullie keuzes
gezicht naar het bord, groep 2 met hun rug naar het bord. gaat. De lln denken na wat ze het sterkste vonden bij
- De lkr laat telkens een emotie projecteren. Groep 1 moet deze emotie hun medelln.
zo goed mogelijk uitbeelden. Groep 2 moet de emotie raden. Daarna
wisselen de lln. De lln oefenen hun gekozen element
- De lln lopen rond door de klas. De lkr laat enkele geluiden horen en kunnen eens wisselen van rol. De
(spannende/vrolijke/droevige/…). De lln moeten door hun lkr duidt vier groepjes aan die de
gezichtsuitdrukking en lichaamstaal hun gevoel weergeven. emotie uitbeelden.
- De lkr haalt drie elementen uit het schilderij (dans, muziek,
475505821.docxunst.zinnig
pagina 3 van 5
praten/sociale contact). De lln moeten per twee 1 element kiezen. De lln
bespreken samen wat ze juist allemaal zien/wat de gevoelens zijn/de
sfeer/….
- De lln beelden het gekozen element uit in 30 sec en tonen hun
verschillende uitbeeldingen aan elkaar.
15 min Lesonderdeel 2: De lln kunnen de gepaste luistermuziek kiezen Klasinrichting: Creëer zoveel mogelijk Doel reflectie: 2.3°De leerlingen kunnen openstaan
wanneer ze een bepaalde sfeer willen opwekken. ‘ruimte’ in de klas. voor hedendaagse muziek, muziek uit andere
Doel: 2.1 De leerlingen kunnen muziek beluisteren en ervaren, muzikale tijden, andere landen en culturen.
impressies opdoen uit de geluidsomgeving met aandacht voor enkele kenmerken De lln werken individueel. Ze lopen
van de muziek: kriskras door elkaar. - De lkr vraagt de lln waarom ze de
- klankeigenschap muziekfragmenten linken aan dat
- functie/gebruikssituatie. De lln staan bij de afbeelding van de dier/muziekinstrument. Wat is er zo specifiek aan
Bouwsteen: muziek kwaliteit dieren ui Peter en de wolf. Ze het fragment waarom je dit daar plaatst?
Bron: https://www.youtube.com/watch?v=4RePOlD0EcY bespreken met elkaar waarom zo bij Wat zijn verschillen of gelijkenissen qua sfeer?
De lkr laat verschillende muziekfragmenten van ongeveer 30 sec horen (uit Peter dit dier zijn gaan staan.
en de wolf).
- De lkr legt uit dat de lln vooraan moeten gaan staan indien ze vinden Opdracht 3: Per twee
dat het vrolijke muziek is, achteraan indien minder vrolijk.
- De lkr legt afbeeldingen van de dieren uit Peter en de wolf doorheen de
klas. De lkr laat verschillende muziekfragmenten horen. De lln moeten
bij het dier gaan staan waarmee ze de muziek linken.
- De lln gaan per twee staan en krijgen afbeeldingen van
muziekinstrumenten. De lkr laat verschillende fragmenten uit Peter en
de wolf horen. De lln leggen de afbeeldingen in de juiste volgorde.
- De lln krijgen muziekinstrument en spelen op de instrumenten om het
timbre te leren kennen.
- De lkr laat een muziekfragment horen. De lln gaan staan bij het
muziekinstrument dat qua timbre het best past.
15 min Lesonderdeel 3: Creëer een beeldelement verstrekt door muziek Per groep van 4 lln. Doel reflectie: 3.7°De leerlingen kunnen genieten
Doel: 2.2 De leerlingen kunnen improviseren en experimenteren, klankbronnen van, praten over en kritisch staan tegenover het
en muziekinstrumenten uittesten op hun klankwaarde en in een muzikaal Na deze opdracht mogen een viertal eigen spel en dat van anderen, de keuze van
(samen)spel daarvan gebruik maken. groepjes hun resultaat tonen. spelvormen, onderwerpen, de beleving.
3.5De leerlingen kunnen ervaringen, gevoelens, ideeën, fantasieën ... uiten in
spel. Na het tonen: reflectie over deze manier van
Bouwsteen: drama, muziek kwaliteit werken en bespreking van de creaties van de
Bron: geen verschillende groepjes.
De lln vormen groepjes per 4. Twee lln zijn in hun groep de - Ben je tevreden over je creatie? Waarom
muziekverantwoordelijke en de andere twee lln dramaverantwoordelijke. De wel/niet?
dramagroep beeldt een element van het schilderij uit in 30 sec. De muziekgroep - Waar liep je tegenaan? Wat was moeilijk?
475505821.docxunst.zinnig
pagina 4 van 5
gaat de emoties versterken door de gepaste muziekinstrumenten te kiezen. - Hoe heb je dit proberen op te lossen?
Voorwaarden: - Wat ging goed? Waar ben je fier op? Waarom?
1 Er moeten minstens twee tempo veranderingen zijn. - Welke tip kan je meegeven aan de anderen?
2 Er moet gespeeld worden met luid en zacht. - Zou je het de volgende keer anders aanpakken?
3 Er moet minstens met 3 verschillende muziekinstrumenten gespeeld worden. Waarom? Hoe zou je het dan doen?
475505821.docxunst.zinnig
pagina 5 van 5