You are on page 1of 16

I

WEKËLIJKsE N¡EUWSBRIEF
JAARGANG 39, ANTWFRPEN X ^ P509537

NIEUWSBRIEF OVER FISCALITEIT


www.fiscotoog.be 10.01.2018 w
Exit fairness tax en verhoging
vr¡jstetti ng d ividenden
De laatste Ministerraad vóór Kerstmis keurde in eerste [ezing een voorontwerp van wet
goed "houdende diverse bepal.ingen inzake inkomstenbelastingen". Btikvangers zijn, de
verhoging van de vrijstelting van dividenden in het kader van de activering van het spaar-
getd, en de afschaffing van de 'fairness tax'. Van de getegenheid wordt meteen ook gebruik-
gemaakt om verschillende dikwijts niet onbelangrijke wijzigingen en aanvutlingen aan te
brengen aan de kersverse Wet van 25 december 2017 tot hervorming van de vennoot-
schapsbetasting [zie over deze wet, p. 2 in deze briefl, en zetfs ook aan een onderdee[ van
het retancewetsontwerp dat de eindmeet nog niet heeft gehaatd,

Activering spaargetd Die 'fairness tax' wordt nu blijkens het vooront-


l-l e Programmawet van 25 december 2017 werp kort en goed afgeschaft. Geplande inwer-
| | iou"r deze wet, zie p. 8 in deze brief) hal- kingtreding : aanslagjaar 201!, verbonden aan
lJ veer't de bestaande vrijstelling van interesten een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt
op een gewoon spaarboekje, waardoor de vrij- vanaf 7 januari 2018. tVtijztgingen aan de afsluir
stelling (vóór indexaanpassing) nog slechts 625 datum van het boekjaar die vanaf 26 juli 2017
EUR bedraagt. Parallel daarmee wordt een vrij- worden doorgevoerd, blijven zonder uitwelking Het voorontwerp
stelling ingevoerd voor dividenden van aandelen. waL deze inwerkingtreding betreft. bevat een specifieke
Het maximumbedrag van deze laatste vrijstelling antimisbruikbepating
is vastgesteld op (vóór indexatie) 416,50 EUR. Aftrek voor r¡s¡cokapitaal, om doubte dip-
Het voorontwerp voorziet in een specifieke anti- situaties te
De regering heeft nu beslist het plafond van deze misbruikbepaling om in het kader van de aftrek voorkomen inzake
vrijstelling voor dividenden op te trekken naar een voor risicokapitaal een 'double dip'-situatie (cf. de aftrek voor
bedrag dat voor het inkomstenjaar 2019 na index- dubbele aftrek) te voorkomen, Die kan ontstaan risicokapitaaI
aanpassing gelijk is aan 800 EUR. De verhoging wanneer een moedervennootschap een kapitaal-
I
zal gelden voor de inkomsten die vanaf januari verhoging brj haar dochtervennootschap door-
2019 worden betaald of toegekend. voert via geleende middelen. Op het niveau van de
moederuennootschap zijn de betaalde interesten af-
Fairness tax trekbaar als beroepskosten, terwijl op het niveau
Sinds aanslagjaar 2014 zijn niet-KMO-vennoot- van de dochteruennootschap de aftrek voor risico,
schappen een afzonderlijke aanslag - fairness kapitaal berekend wordt op basis van de inge-
tøx genoemd - verschuldigd, indien (i) zij voor brachte fondsen. Geen tien jaar geleden ant-
een bepaald boekjaar dividenden uitkeren voor woordde de toenmalige minister van Financiën,
een bedrag dat hoger ligt dan de uiteindelijke daarover ondervraagd, dat dergelijke 'double
grondslag waarop het tarief van de (normale) dip'-situaties door de Administratie niet in vraag
vennootschapsbelasting wordt toegepast", ên (ii) moeten worden gesteld (Fisc. 2009, nr. II47, l3).
hun fiscaal resultaat uitgehold is geweest door de
aftrek voor risicokapitaal en de aftrek van over- Het voorontwerp wil nu duidelijk wel komaf
gedragen verliezen (art. 2L9ter \ílB 1992). De maken met dergelijke 'double dips'. Het zegt im-
regeling geldt ook in het kader yan de BNI (art. mers dat in het kader van de aftrek voor risico- ,l
233, lid 3 \øIB 7992; zie over deze tax en de kapitaal het eigen vermogen verminderd moet
mogelijke strijdigheid ervan met de Europese worden met de "inbreng van kapttaal door een FISCOLOOG
1549
vrijheden, Fisc. 2017, m. 1523, 9). verbonden vennootschap wanneer ldie inbrengJ 1 0.01 .2018
haar oorsprong vindt in leningen onderschreven in de sfeer van de vennootschapsbelasting. Dus
door deze verbonden vennootschap waarbij deze inclusief bv. de verhoogde aftrek in verband met
de intresten als kosten aftrekt", het gebruik van fietsen in het woon-werkverkeer.
De geplande inwerkingtreding is identiek (aan-
Geplande inwerkingtreding : vanaf aanslagjaar slagjaar 202I verbonden aan een belastbaar trid-
2019 verbonden aan een belastbaar tijdperk dat perk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari
ten vroegste aarN^ngt vanaf ! januari 2018. 2020). Merk op dat artikel I94octies \y,lIB 1992
\lijzigingen aan de afsluitdatum van het boekjaar dat door het voorontwerp in die zin wordl aan-
die vanaf 26 juli 20U worden doorgevoerd, blij- gepast, niet voorkomt in de hewormingswet van
ven ook hier zonder uitwerking waf deze inwer- 25 december 2017, maar terug te vinden is in het
kingtreding betreft. onderdeel van het relancewetsonlwerp dat op dit
ogenblik nog op verdere parlementaire behande-
olo
Verhoogde aftrek tol.120 ling wacht.
De hervormingswet van 25 december 20L7 voor-
ziet reeds in het aigemeen (dus niet enkel in de Hervorming vennootschapsbelasting
Venn.B.) in de afschaffiîgyan de verhoogde aftrek Zoals gezegd, voert het voorontwerp ook een
tot 120 0/o van de kosten voor het organiseren van aantal wijzigingen door aan de \íet van
collectief veruoer van personeelsleden in het kader 25 december 2017 "Íot heruorming van de ven-
van het woon-werkverkeer (cf. de verhoogde af- nootschapsbelasting". Die wijzigingen hebben
trek waarin art. 64ter, 1o \(/IB 7992 voorzleÍ"); geen onmiddellijke impact, aangezien ze
althans vanaf het aanslagjaar 2021, verbonden aan allemaal betrekking hebben op legelingen die
een belastbaar tijdperk dat ten vroegste pas ten vroegste vanaf I januai 2079 van toepas-
^anvaîgt
op 1 januari 2020 (hervormingswet, art. 10). sing worden (de regeling inzake consolidatie,
de CFC-regeling, en de interestaftrekbeperking).
Het nieuwe voorontwerp verklaart nu het volle- (tvD)
dige artikel 64ter \XIIB 1992 niet van toepassing

Hervorming vennootschapsbelasti ng :
wat verandert ervandaag ?
De Kamer heeft net vóór de eindejaarsvakantie haar goedkeuring gehecht aan de hervor-
ming van de vennootschapsbel.asting. Die maakte aanvanketijk deet uit van het meer
omvangrijke 'retance'-wetsontwerp. Maar onder tijdsdruk werd ze uit dit ontwerp geticht
en ondergebracht in een afzonderlijk wetsvoorstel. fcf, art. 1 tot en met 90 van het relance-
wetsontwerp; zie over dit ontwerp, Fisc. 2017, nr. 1546, 1). Dit wetsvoorste[ [Kamerstuk
nr.54-2864/0011 werd vervolgens met grote haast door het Parlement getoodst en is uitein-
detijk ats Wet van 25 december 2017 "to|.. hervorming van de vennootschapsbetasting"
gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 29 december 2017.

R e srote haast waarmee een en ander bij aan de maatregelen die op een later tiidstip
| | g"Ë"utde, heeft onder meer tot gevolg dat van kracht worden,
lJ van een serieuze bespreking, noch in de
Kamercommissie, noch in de plenaire vergade- Voor alle maatregelen geldt, dat een wijziging die
ring niets in huis gekomen is. Het 'verslag' van "vanaf 26 juli 20!7 aan de afsluitingsdatum van
de Kamercommissie maakt geen melding van het boekjaar" wordt aangebracht, zonder uitwer-
enige discussie die naam waard, en bevat - op king bliift ten aanzien van de inwerkingtreding.
één amendementje na - ook geen enkele bruik-
bare precisering. Hierna volgt een algemeen Ka p itaatverm i nderi n gen
overzicht van die punten van de heruorming die Kapitaalverminderingen zí1n op dit ogenblik in
in een eerste fase meteen van belang zijn, ofwel principe in hoofde van een aandeelhouder/
omdat ze betrekking hebben op verrichtingen natuurlijke persoon doorgaans belastingvrij (art.
2 die in het kalenderjaar 2018 plaatsvinden, ofwel 18, lid 1, 2o en2"bis \øIB 1992). Dit blijft in prin-
FISCOLOOG
omdat ze in werking treden met ingang van het cipe zo. Maar aIs het 'eigen vermogen' niet enkel
1549
1 0.01 .201 B aanslagjaar 2079. Het gaat dus (voorlopig) voor- uit kapitaal, maar ook uit reserues bestaat, wordt
een vermindering voortaan voor fiscale doelein- daarv an vrijgesteld zijn van verkeersbelasting);
den verhoudingsgewijs aangerekend op enerzijds (cf. de uitzondering op de aftrekbeperking be-
het kapitaal, en anderzijds de reseryes waarbij de doeld in art.66, g 2, 1" \(¡IB 1992).
aanrekening eerst zal gebeuren op de a1 dan niet
in het kapitaal geïncorporeerde belaste reselves, De voormelde aanpassingen treden eveneens in
en veruolgens op de in het kapitaal geïncorpo- werking op I januari 2018 en zijn van toepassing
reerde vrijgestelde reseflr'es. De aanrekening op vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een be-
de reserves geldt dan a1s een aan roerende voor- lastbaar tijdperk dat ten vroegste aaîvaîgt op I ja-
heffing onderworpen dividend. nuad 2018.

Inwerkingtreding : de nieuwe regeling treedt in Meerwaarden op auto's


werking op 1 januari 2018 en is van toepassing Palallel met de wijzigingen die aangebracht wor-
" op de verrichtingen v an kapitaalverminderingen den aan de aftrek van autokosten (zie hoger),
en terugbetalingen van met kapitaal gelijkgestel- worden wijziglngen aangebracht aan het belast-
de uitgiftepremies of winstbewijzen die worden l:aar bedrag van professionele meerwaarden op
beslist door de algemene vergadering vanaf 1 1a- auto's in de sfeer van 'winsten' en 'baten' (aan-
nuari 2018". passing art". 24 en 27 ]i//IB 1992). Dit om te belei-
ken dat het gedeelte van de meerwaarden dat
Aftrek autokosten belastbaar is, overeenstemt met een percentage
De aftrek van ar¡tokosten is voortaan ook in de "gelijk aan de verhouding tussen de fiscaal aan-
personenbelasting afhankelijk van de COr-r.rit- genomen afschrijvingen en de geboekte afschrij-
stoot van de wagen. Daartoe wordt verwezen vingen" (MuT, nr. 54-2864/00I,lÐ.
naar het "tarief van aftrekbaarheid" zoals dit in
de vennootschapsbelasting geldt (zie voor dit Inwerkingtreding : de nieuwe regeling treedt in De aftrek van
Íarief , arl". 198bß ]ü/IB 1992), Maar ten aanzieî werking op 1 januari 2018 en is van toepassing autokosten is
van de v66r I januari 2018 aangeschafte voertui- vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een be- voortaan ook in
gen blijft minimaal 75 0/o aftrekl¡aar. IasÍbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt vanaf de PB afhanketij(
I jantari 2018. van de COr-uitstoot
Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas- van dewagen
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een De bijzondere regeling inzake meerwaalden op
belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op auto's, zoals die in de vennootschapsbelasting van
I januari 2078. toepassing is (art. IS5terWIB 1992) geldt niet ten
aanzienvan de auto's die ingevolge artikel 66, g 2
Aan de uitzonderingen waarin de aftrekbeperking WIB 1,992 niet aan de aftrekbeperking onderwor-
van autokosten niet van toepassing is, wordt een pen zijn (voertuigen die uitsluitend aan derden
nieuwe uitzondering toegevoegd; met name, de worden verhuurd, enz.; zie hoger). Maar die uit-
"kosten die aan derden worden doorgerekend, zondering blijft beperkt tot de voertuigen waarop
mits deze kosten uitdrukkelijk en afzonderlijk op de aftlekbeperking al voorheen niet van toepas-
[de] factuur zijn vermeld" (nieuw art, 66, S 2, 4o sing was; en geldt dus niet ten aanzien van de
wrB 1992). nu nieuw toegevoegde categorie (voertuigen
waaryan de kosten aan derden wofden doorge-
Tevens wordt gesieuteld aan de "uitzondering op rekend, mits deze kosten uitdrukkelijk en afzon-
de uitzondering" van artikel 66, $ 3 \XIIB 1992. derlijk op de factuur zijn vermeld; zie hoger).
De aftrekbeperking voor autokosten geldt in
principe niet (o.m.) voor voertuigen die "uitslui- Inwerkingtreding : idem.
tend aan derden worden verhuurd" (art, 66, S 2,
3' \flB 1992). Maar die uitzondering geldt vol- I nvesteringsaftrek
gens de letter van de (bestaande) wetgeving niet Voor de vaste activa die zijn verkregen of tot
als die voertuigen "toebehoren aan detden" (zie stand gebracht tussen I januarr 2018 en 3I de-
hierover, o.m., Fisc, 201,J, nr. 1362, II). Daaruan cember 2019 wordt het basispercentage van de
wordt nu toegevoegd dat deze'uitzondering op de investeringsaftrek in de personenbelasting ver-
uitzondering' enkel geldt t.a.v. de autokosten die hoogd van I naar 20 o/0.
gedaan worden "door de eindgebruiker van deze
voertuigen". Zij geldt dus bv. niet als iemand een Het basistarief van I 0/o dat in de vennootschaps-
auto huurt om die uitsluitend aan derden te ver- belasting ten aanzien van KMO-vennootschappen
huren; tn dat geval is er dus geen aftrekbeperking. geldt, wordt op overeenkomstige wijze verhoogd
naat 20 % voor de investeringen gedaan tussen
De aanpassing geldt niet enkel tenaanzienvan voer- I jarnart 2018 en 31 december 2079 (aanpassing
tuigen die uitsluitend aan derden worden ver- art. 20I, $ 1, eerste lid, 1" \øIB 1992).
huurd; maar ook Íen aanzten van voertuigen die 3
FISCOLOOG
uitsluitend gebruikt worden voor een taxidienst of Aanvankelijk was erin voorzien dat de verhoging
1549
voor verhuring met bestuurder (en die op grond naar 20 % slechts zou gelden als de investering 1 0.01 .201 B
zou gebeuren in de ioop van een belastbaal fiid- gebleid, Fisc. 2017, nr. 1537, 3; aanpassing afi,
pelk dat aan een van de aanslagjarcn 2019 en 192, $ 1, lid 3.WrB 1992).
2020 verbonden is. Voor KMO-vennootschappen
die hun boekjaar niet per kalenderjaar voeren, Meerwaarden op aandelen waarbij wel voldaan
zou dit tot gevolg hebben dat investeringen die is aan de minimum-participatievereiste, maar niet
zij weliswaar doen in 2018, maar in een belast- aan de vereiste inzake minimale houdperiode
baar tijdperk dat nog verbonden is met het aan- blijven (voorlopig) belastbaal tegen 25 0/o (aange-
slagjaar 2018 uit de boot vallen. Ingevolge een past art, 217, lid 1, 2o \(/IB 7992; maar het tarief
nog op de valreep goedgekeurd amendement is van 25 o/o geldr, niet voor zover en in de mate dat
de beperking (tot de aanslagjaren 201.9 en 2020) de meerwaarden in aanmerking komen om tegen
evenwel geschlapt. Het volstaat dus, zowel in de het verlaagd tarief van 20 0/o in hoofde van KMO-
personenbelasting a1s in de vennootschapsbelas- vennootschappen te worden belast; over dit ver-
ting, dat de investering gebeurt in 2018 of 2019, Iaagd Íaúef , zie verder). De 0,40 o/o-taxatie op
ongeacht het aanslagjaar waaraan het belastbaar 'vrijgestelde' meerwaarden bij niet-KMO-ven-
tijdperk verbonden is. nootschappen wordt geschrapt.

De verhoogde gespreide investeringsaftrek voor Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas-


vaste activa "in productiemiddelen van hoogtech- sing vanaf aanslagjaat 2019 verbonden aan een
nologische producten" (art. 70, lid 1, 2o WIB belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op
7992) wordt afgeschaft (aangezten die geen fiat I janvart 201.8.
van Europa heeft gekregen). Hetzelfde geldt
trouwens ook voor de verhoging van de vrijstel- I nschakelingsbedrijven
De vr'rjstetling van ling van de doorstortingsvelplichting bij ploegen- Een erkend inschakelingsbedrijf geniet een vrij-
meerwaarden en nachtarbeid in ondernemingen die dergelijke stelling van vennootschapsbelasting ten aanzien
op aandeten wordt hoogtechnologische producten produceren van de winst die het in zijn vermogen houdt
in het algemeen (afschaffing xt.275/5, $ 4 wIB 7992); (voor deze door deze te boeken op een afzonderlijke reke-
afhanketijk gemaakt afschaffingen, zie Wet, art. 89). ning van het passief. Aanpassing van het stelsel
van het votdoen aan teneinde te vermijden dat bepaalde vrijgestelde
atte toepassings- Stopzetti n gsmeerwaa rden premies leiden tot een dubbele vrijstelling van
voorwaarden Stopzettingsmeerwaarden op immateriële vaste belasting. En aanpassing van de vrijstelling van
inzake DBI activa z\îvoortaan binnen de zogenaamde'4x 4'- vennootschapsbelasting in functie van het aantal
regel in de personenbelasting siechts belastbaar personeelseenheden dat behoort tot de doel-
tegen 10 o/0, wanîeer zij verkregen of vastgesteld groep van moeilijk te plaatsen werklozen (nieuw
ziln naar aanleiding van de stopzetting van de art. 193 qua,ter WIB 7992).
werkzaamheid vanaf de leefti¡d van 60 jaar of
ingevolge het overlijden of saar aanleiding van Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas-
een gedwongen definitieve stopzetting; het 10 %- sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een
tarief geldt ook ten aanzien van de stopzettings- belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op
meerwaarden op 'andere activa dan immateriële I januart 2018,
vaste activa' die naar aanleiding van dezellde
gebeurtenissen zijn verkregen of vastgesteld De (oude) regeling zoals die tot nog toe te lezen
(diverse aanpassingen aafl arÍ-. 17I WIB 1992). stond in de Vet van 26 maart 7999 wordt opge-
heven. De opheffing geldt vanaf het aanslagjaar
Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas- 2019 verbonden aan een belastbaar tijdperk dat
sing vanaf aanslaglaar 2019 verbonden aan een ten vroegste a nvangl, op I ianuari 20L8.
belasÍbaar tijdperk dat ten vroegste aanvaîgl. op
I januari 2018. Voorzieningen voor risico's en kosten
Voorzieningen voor risico's en kosten ziin in de
Meerwaarden op aandelen vennootschapsbelasting nog slechts aftrekbaaq voor
De bestaande vrijstelling van meerwaarden op zover (1) de voorzieningen voortvloeien "uit
aandelen in de Venn,B. wordt in het algemeen verbintenissen dìe door de onderneming zijn
alhankelijk gemaakt van het voldoen aan alle aangeg an gedurende het belastbaar tijdperk of
toepassingsvootwaarden inzake DBI, inclusief de een van de voorgaande belastbare tijdperken";
minimum-participatievereiste en de veteiste in- of Q) de voorzieningen voortvloeien "uit wette-
zake minimale houdperiode (met een afwijkende lijke of reglementaire verplichtingen, andere dan
regeling voor verzekerings- en heruerzekerings- de verplichtingen die louler voortvloeien uit de
ondernemingen); (aanpassing art. I??'WIB 1992). toepassing van een boekhoudkundige of laar-
rekeningsrechtelijke reglementering" (veruanging
Tegelijk wordt in een aanpassing voorzien van art. L94WB 1992). Merk op, dat het gecursiveerde
4 de specifieke'antimisbruikbepaling' ten aanzien woordje'loutet' niet voorkwam in de oorspronke-
FISCOLOOG
van lneerwaarden op aandelen die afkomstig zijn lijke teksten.
1549
1 0.û 1 .2018 van een belastingneutrale 'ruil' (zie hierover, uit-
Inwerkingtreding : 1 jantari 2018 en van toepas- \øIB 1992). Daar wordt aan toegevoegd dat een-
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een zelfde regeling voortaan ook geldt ten aanzten
belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt van de overgedragen DBl-aftrek.
vanaf I januari 2018. Maar de nieuwe regeling
geldt niet voor voorzieningen of toevoegingen Inwerkingtreding : 1 januart 2018 en van toepas-
aan voonieningen die zijn aangelegd in belastba- sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een
re tijdperken die aanvangen vóór 7 januari 2078. belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op
1 januart 2078.
Tax shelter
In het kader van de tax shelter voor de film- Aftrek voor ris¡cokapitaal.
industrie en de podiumkunsten worden de nodige Het bestaande systeem inzake de aftrek voor risico-
wijzigingen aangebracht om rekening te houden kapitaal wordt omgevormd tot een systeem waar-
met de nieuwe tarieven inzake vennootschaps- bij de aftrek enkel nog berekend wordt op basis
belasting (wijziging art. lg4terWlB 1992). van een vijfde van het positieve verschil tussen
enerzijds het eigen vermogen op het einde van het
Inwerkingtreding : 1 januarr 2018 en van toepas- belastbaar tijdperk, en andenijds het eigen ver-
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een mogen op het einde van het vi¡fde voorgaande be-
belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op lastbare tij dperk (aanpassing arÍ.. 205 t er.VnB 1992),
I januarr 2018.
Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepassing
I nvesteringsreserve vanafaanslagjaar 2079 verbonden aan een belast-
De bestaande regeling inzake de 'investerings- baar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari
reserve' voor KMO-vennootschappen (van art. 20i8.
I)4quøter lü/IB 1992) blijft slechts (voorlopig)
behouden voor investeringsreserves aangelegd Voor de invoering van de nieuwe specifieke anti-
bij het verstrijken van een belastbaar tijdperk dat misbruikbepaling ter bestrijding van'dor"rble Dewet schrijft
ten laatste afsluit op 30 december 2018. dips', zie p. 1 van deze editie. bijzondere
aanrekeningsregets
De maatregel treedt in werking op 1 januari 2018 en Aanrekening aftrekbare bedragen : de korf voor t.a.v. een aantal
is van toepassing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden De nieuwe wet schrijft bijzondere aanrekenings- aftrekposten
aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aan- regels voor t.a.v. een aantal aftrekposten (DBI,
vangtvanaf 7 januaú 2018. Hoe deze manier van investeringsaftrek, aftrek yoor innovatie-inkom-
inwerkingtreden in casu concreet moet worden sten, enz.) en beperkt de aftrek globaal per belast-
toegepast, is niet meteen duidelijk. baar tijdperk tot i.000.000 EUR, vermeerderd met
70 0/o van het saido van het fiscaal resultaat;
Vooruitbetaatde kosten zodat 30 0/o van dit saldo een minimale belastbare
Vooruitbetaalde of aIs zodanig geboekte kosten, grondslag vormt (aanpassing art. 207 WIB 1992;
die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op en aanpassing aan art. I)4quinquiesVlB 1992).
een toekomstig belastbaar tijdperk, zijn voortaan
slechts als beroepskosten "aftrekbaar in het Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas-
belastbare tijdperk waarin ze ofwel zijn betaald sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een
ol gedragen, ofwel als schuld zijn geboekt, als- belastbaar tijdperk da[ ten vroegste a nvangf, op
mede in de volgende belastbare tijdperken, in 1 januari 2018,
verhouding tot het gedeelte van die kosten dat
betrekking heeft op dat belastbare tijdperk" Uitstuiting aftrek na controlewijziging
(nieuw art. 195/t V,IIB 7992). Bij verwerving of wijziging van de controle van een
vennootschap die niet beantwoordt aan recht-
Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas- matige financiële of economische behoeften,
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een kunnen bepaalde aftrekposten niet (meeÐ worden
belastt¡aar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op toegepast. Dit geldt voortaan ook voor de over-
1 januari 2018. gedragen innovatie-aftrek en de overgedragen
DBl-aftrek (aanpassing art. 207, lid 3, dat lid 8
DBI \XIIB 7992 wordt),
De DBl-aftrek wordt in het algemeen uitgebreid
van95 naar 100 o/o (aanpassing art. 204 en 205, g 3 Inwerkingtreding : 1 janu,ari 2018 en van toepas-
wrB 1992). sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een
l:elastbaar tijdperk dat ten vroegste aaîvangÍ. op
Bij een inbreng van een bedrijfsafdeling of tak I januarr 2018,
van werkzaamheid of van een algemeenheid van
goederen, of na een fusie, splitsing of ermee Uitstuiting aftrek na belastingcontrole 5
FISCOLOOG
gelijkgesteide verrichting, geldt vandaag al een Met uitsluiting van de DBl-aftrek van het jaar zelf ,
1549
'proportionele verliesoverdracht' (art. 206, 5 Z worden voortaan in de vennootschapsbelasting 10 01 2018
geen aftrekken (bedoeld in de art. I99 tot206 en art. Vooraf betalingen
536 \ølB 1992), noch compensaties met verliezen De basisrentevoet voor de berekening van de be-
van het belastbaar tijdperk meet aanvaard op de lastingvermeerdering wanneer niet of onvoldoende
verhogingen van de belastbare grondslag die wordt voorafbetaald, mag in de vennootschaps-
worden vastgesteld na een belastingcontrole, met belasting vooltaan niet lager zijn dan 3 0/0. De
dien verstande dat de uitsluiting slechts geldt in- 'de minimis'-regel van artikel 163 \íIB 1992 die
dien er ingevolge artikel 444l /I8 1992 als sanctie geen belastingvermeerdering oplegt wanneer de
een effectieve belastingverhoging wordt toegepast vermeerderin g bepaalde grenzen niet overschrijdt,
van minstens 10 % (nieuw art.207,lid 7 V/IB 1992). geldt niet langer in de vennootschapsbelasting.

Inwerkingtreding : 1 januail 2018 en van toepas- Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas-
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een
belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op belastlsaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op
I januari 2018, 1 januari 2018.

Tarief vennootschapsbetast¡ ng Sanctie bij gebrek aan m¡n¡mum-


Het algemeen tarief van de vennootschapsbelas- bezol.diging
ting daalt in een eerste fase naar 29 0/0. Een vennootschap - ongeacht of ze klein ol
gl'oot is - die ten laste van het resultaat van het
Voor KMO-vennootschappen daalt het talief op belastbaar tijdperk niet aan ten minste een van
de eerste schijf van 100.000 EUR naar 20 0/0. Yoor haar bedrijfsleiders een bezoldiging van mini-
toepassing van deze verlaging vormt het uitkeren mum 45.000 EUR toekent, verbeuLt een afzonder-
van een dividend van meer dan 13 % geen belet- lijke aansiag van 5 % op het verschil tussen
sel (meer); (schrapping afi. 2I5, lid 3, 3" \ølB 45.000 EUR enerzijds, en de hoogste bezoldiging
Het atgemeen tarief 7992). De minimale bezoldiging die KMO-ven- door de vennootschap aan eeîvanhaar bedrijfs-
van de Venn.B. nootschappen moeten uitkeren aan minstens één leiders toegekend anderzijds (ook hier mag het
daatt in een eerste van de bedrìjfsleiders willen zij in aanmerking minimumbedrag van de bezoldiging lager zijn
fase naar 29 % komen voor de verlaging naar 20 %, wordt opge- dan 45.000 EUR, als ze dan we1 minimaal gelijk
trokken naar 45.000 EUR (met een overgangs- is aan het fiscaal resultaat); (nieuw art. 2lgquin-
regeling waarin die bezoldiging lager mag zijn dan quies\XllB 1992).
45,000 EUR, op voorwaarde daÍ" ze dan wel mini-
maal geli¡k is aan het resultaat van het belastbaar Bij startende KMO's is deze nìeuwe afzonderlijke
tijdperk). Bij staltende KMO's moet in de eerste aanslag niet van toepassing gedurende de eerste
vier belastbare tijdperken vanaf hun oprichting vier belastbare tijdperken vanaf de oprichting.
niet aan deze voorwaarde voldaan zijn.
Ten aanzien van 'verbonden' vennootschappen
Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas- in de zin van artikel II van het lletboek van
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een Vennootschappeî waarvan minstens de helft van
belastbaar tijdperk dat ten vroegste aaÍ:vangt op de bedrijfsleiders dezelfde personen zijn in ieder
I januari 2018. van de betrokken vennootschappen, is in een
bijzondere regeling voorzien. Voor de toepassing
De hervormingswet voorziet ook in een specifie- van de minimumbezoldiging mag in dit geval het
ke regeling ten aanzien van (o.m.) vrijgestelde totaal van de door deze vennootschappen aan
meerwaarden die bv. belastbaar worden omdat een van diezelfde personen gestorte bezoldigin-
de herbeleggingsvootwaarden niet worden nage- gen gezamenlijk in aanmerking worden ggno-
leefd; in bepaaide omstandigheden zal dan niet men. De vereiste minimumbezoldiging wordt
het nieuwe tarief , maar wel het oude tarief van dan op 75.000 EUR gebracht.
de vennootschapsbelasting van toepassing zijn
(nieuw 217/I UlIB 1992 en aanpassing art. Vanneer in geval van 'verbonden' vennootschap-
246,Lid ^rt.
r \xrrB 1992).Inwerkingrreding : idem. pen niet aan de bezoldigingsvootwaarde voldaan
is, wordt de sanctie (de afzonderlijke aanslag van
De aanvullende crisisbijdrage wordt veiaagd van 5 0/o op het verschil) toegepast in hoofde van de
3 naar 2 opcentiemen vanaf het aanslagjaar 2019 vennootschap met het hoogste belastbaar resui-
verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten taaI".
vroegste aanvangt vanaf I januari 2018.
De afzonderlijke aanslag is als beroepskost af-
De'exitheffin g' van 76,5 % bedoeld in artikel 2I7, treklsaar (aanpassing ar¡". I98, $ 1, 1" ìøIB 1992),
lid 1, 1" WIB 1992 wordt in een eerste fase ver-
minderd naar 72,5 %. Inwerkingtreding : 7 januai Inwerkingtreding : 1 jan:uari 2018 en van toepas-
6 2018 en van toepassing vanaf aanslagjaar 2019 sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een
FISCOLOOG
1549
verbonden a n ee l:elastbaar tijdperk dat ten belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op
10.01 2018 vroegste aanvangt op 1 januari 2018. 1 januari 2018.
Roerende voorheffing : Tate & Lyte Natatig heids¡nteresten
De oplossing die de wetgever een tijdje geleden Het tarief van de nalatigheidsinteresten inzake tn-
uitwerkte om tegemoet te komen aan het arrest komstenbelastingen l:edraagt tot nog toe 7 o/0. Het
van het Europees Hof inzake 'Tate t Lyle', kan wordt voortaan volgens een nieuwe berekenings-
om technische redenen niet behouden blijven. wijze jaarlijks vastgesteld in een vork van 4 tot
Die oplossing ging immers uit van een DBI- 10 %. De hervormingswet voegt er meteen aan
aftrek tot beloop van 95 %, terwijl deze aftrek toe dat de voor het kalenderjaar 2018 toepasse-
door de hervormingswet verhoogd wordt naar lijke rentevoet gelijk is aan 4 % (Wet, art. 90).
I00 0/o (zie hoger). Daarom is in een alternatieve
oplossing voorzien in de vorm van een nieuwe Yandaag zljn al nalatigheidsinteresten verschul-
'vrijstelling' van roerende voorheffing voor de digd wanneer bepaalde vrijgestelde meet'waar-
betrokken dividenden (nieuw arr". 264/I \XIIB den belastbaar worden doordat niet tildig vol-
1992 en schrapping art. 269/7 \xllB 1992; zie over daan is aan de gestelde herbeleggingsvoorwaar-
deze problematiek, onder meer, Fisc. 201.6, den. Die regeling wordt nu uitgebreid naar
nr. 7485,73). gevallen waarin er sprake is van schending van
de onaantastbaarheidsvoorwaarde (aanpassing
Inwerkingtreding : 1 janttari 2018 en van toepas- art. 416 \XIIB 1992). En ook naar het geval waarin
sing op de dividenden betaald of toegekend niet voldaan is aan de herbeleggingsvoorwaar-
vanaf 7 januart 2018. den bij vrijgestelde meerwaarden op zeeschepen.
lnwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas-
Vrijstetting doorstorting BV voor sing vanaf aanslagjaar 2019 velbonden aan een
wetenschappetij k personeel belastbaar tijdperk dat ten vroegste aarwangÍ op
De bestaande regeling waarbij onder bepaalde I januari 2018,
voorwaarden in een gedeeltelijke vrijstelling van
de doorstorting van bedrijfsvoorheffing wordt Moratoriuminteresten
voorzien, bij tewerkstelling van wetenschappelijk Voortaan worden bij terugbetaling van inkom-
personeel (art. 275/3 WIB 1992), is op verschil- stenbelastingen, voorheffingen, voorafbetalingen, Het tarief van de
lende punten aangepast. In essentie komt het enz. niet langer automatisch lnoratoriuminteres- natatigheids-
erop neer dat ten aanzien van ondernemingen ten betaald. Dit geldt nog slechts als de Ad- interesten wordt
die onderzoekers met specifieke diploma's te- ministratie "in gebreke werd gesteld door een voortaan jaartijks
werkstellen nu ook in een bepaalde vrilstelling aanmaning of door een andere daarmee gelijk- vastgesteld in een
van doorstorting s/ordt voorzien ten aanzienvan staande akte" (aanpassing art. 418V,llB L992). vorkvan4totl0%
onderzoekers die over professionele'bachelor'-
diploma's in met name aangeduide studierichtin- Yandaag bedraagt het tarief van de moratorium-
gen beschikken. Die vrijstelling bedraagt in een interesten inzake inkomstenbelastingen ook 7 0/o
eerste fase 40 0/0. Yerder wordt het bedrag dat op (zoals dat tevens het geval is voor de nalatig-
deze wijze kan worden vlijgesteld, in bepaalde heidsinteresteni zie hoger). Ook hier geldt voort-
mate verhoudingsgewijs beperkt ten opzichte aan een nieuw berekeningswijze (zoals bij de
van het bedrag dat al vrijstelling geniet onder de nalatigheidsinteresten), met dien verstande dat
regeling die ten aanzien yan onderzoekers met de uitkomst hier verminderd wordt met 2 pro-
een'master'-diploma geldt. centpunten. De heruormingswet stelt meieen de
voor het kalenderjaar 2018 toepasselijke rente-
Inwerkingtreding : 1 januari 2018 en van toepas- voet vast op 2 o/o (Vet, art. 90).
sing op de bezoldigingen die vanaf 7 jantari
2018 worden betaald of toegekend. Geen moratoriuminterest is verschuldigd, (onder
meer) wanneer hij geen 5 EUR per maand be-
Niet of Laattijdige aang¡fte draagt (art. 4L9,Iid 1, 1o VIB 1992). De heruor-
Bij niet-aangifte of laattijdige aangifte kan een mingswet voegt hieraan toe dat deze grens geldt
onderneming of beoefenaar van een vrij beroep "per aanslag, voor eenzelfde aanslagjaar".
vandaag al belast worden op een forfaitair mini-
mum van 19.000 EUR (art. 342, 5 3 WIB 1992), De heruormingswet zegt veruolgens dat voortaan
De hervormingswet voorziet wat vennootschap- geen moratoriuminteresten verschuldigd zijn, als
pen betreft in een verhoging van dit bedrag naar de Administraiie "redelijkerwijze in de onmoge-
34.000 EUR; het voegt eraan toe dat dit minimum lijkheid verkeerde om de terugbetaling te vol-
bij herhaalde inbreuken verhoogd wordt met 25 doen, omwille van onder meer de afwezigheid
tot 200 % volgens een schaal waaÍvan de trappen van gegevens over de identiteit of de bankge-
door de Koning worden vastgesteld. gevens van de begunstigde". De interesten lopen
dan pas vanaf het einde van de tweede maand
Inwerkingtreding : 1 januart 2018 en van toepas- volgend op deze waarin de ingebrekestelling
sing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een werd verstuurd en op voolwaarde dat die de 7
FISCOLOOG
belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op voormelde onmogelijkheid heeft doen ophouden 1549
I januari 2018. te bestaan. i 0.01 .2û 1 8
De nieuwe regels gelden in principe vanaf I ja- wijze" de terugbetaling niet kan voldoen, gelden
nuari 2018. Maar dat moratoriuminteresten voort- slechts voor "de vanaf I januari 2018 ingekohier-
aan slechts verschuldigd ztjn na aanmaning, en de aanslagen".
de nieuwe regel dat geen moratoriuminteresten
verschuldigd ztjn als de Administratie "redelijker- Jan Van Dyck

T@
Prog ra m mawet van 25 decem ber
2017: wat haaLde de eindmeet ?
ßS 29 de-
De fiscale en paraf iscale bepatingen van de Programmawet van 25 december 2017
cember 20171 kwamen in de voorbije periode gefragmenteerd aan bod. Bovendien zijn ver-
schitlende bepalingen uit het oorspronketijke ontwerp geticht. Daarom volgt hierna een
systematisch overzicht van wat overgebteven is, met bijkomende toetichting waar nodig, en
verwijzing naar de vindptaats van eerder gepubticeerde commentaar. Blikvangers zijn o.m.
de aanpassingen aan de 'kaaimantaks', de vermindering van bepaalde fiscate voordelen in
hoofde van natuurlijke personen wanneer het belastbaar tijdperk fom een andere reden
dan overtijdenl niet overeenstemt met een volledig katenderjaar, de uitbreiding van de
ftexi-jobs, en de 'activering van spaargetden'.

'Wijninckxbijdrage' ; verdubbeting tarief gingen die daadwerkelijk zijn onderworpen aan


ll e Proqrammawet verdubbelt het tarief van dezebi)zondere sociale brjdrage (art.38, $ 1, al. 1,
IV lO" zoleheten '\Øijninckxbijdrage'van r,5
(cf. de bijzondere socialezeker-
0/o
29''wrB 1992).
naar 3
heidsbijdrage die verschuldigd is op door een Daarnaast heeft de wetgever voor de horecasec-
werkgever of vennootschap betaalde extralegale tor ook een gunstregeling ingevoerd op het vlak
pensioenbijdragen of -premies, in de mate dat van de oueruren. Die regeling voorziet o.m. (wat
die bijdragen of premies in een bepaald jaar de werknemers betreft) in een volledige belas-
voor een aangeslotene uitstijgen boven de drem- tingvrijstelling voor de bezoldigingen i.v.m. over-
pel van 30.000 EUR (nog te indexeren)); (Fisc, uren die aan l:epaalde voorwaarden beantwoor-
2017, nr. 1.545, Ð. De verhoging treedt in wer- den (art. 38, $ 1, aI. I, 30o VIB 1992); wat de
king vanaf I januari 2018, De minister van 'andere' overuren betreft, is het bestaande stelsel
Sociale Zaken heeft bevestigd dat de verhoging inzake'belastingvermindering voor overuren' uit-
dus reeds geldt voor de bijdrage die "wordt gebreid (art.754bis \ürlB 1992); (zie over dit alles
berekend op basis van de in 2017 betaalde pre- uitgebreid Fisc. 2017, nr. 1518, 5).
mies" (Verslag, Pøú,Ît. Kamer 20I7-I8, nr. 54-
2746/009, 3); (pro memorie : indexaangepast De Programmawet breidt nu de eerste regeling
voor 2017 bedraagt de voormelde drempel - deze inzake ðe flexi-jobs'dus - op een dub-
31.836 EUR). bele manier uit (de minister van Sociale Zaken
heeft bevestigd dat de tweede regeling (inzake
Uitbreiding regeling f Lexi-jobs de overuren) daarentegen niet wordt gewijzigd;
De wet van 1.6 november 2015 heeft een bijzon- Verslag, m. 54-2746/009, 12). Vooreerst is de
dere regeling ingevoerd yoor personen die al in regeling inzake flexi-jobs (met de daaraan ge-
bepaalde mate als werknemer actief zijn en die koppelde voormelde bijzondere fiscale en para-
daarnaast worden tewerkgesteld in het kader fiscale regeling) voortaan niet langer beperkt tot
van een flexi-job'in de horecasector. Die bijzon- de horecasector, maat komen ook verschillende
dere regeling houdt o.m. een gunststelsel op andere sectoren in aanmerking, zoals de werk-
sociaal en fiscaal gebied in. Op sociaal vlak geldt nemers en werkgevers die onder het paritair
o.m. dat op het 'flexiloon' en het 'flexivakantie- comité voor de handel in voedingswaren (PC 119)
geld' enkel door de werkgever een bijzondere vallen of onder dat voor de zelfstandige klein-
sociale bijdrage van 25 % verschuldigd is (bij- handel (PC 201), enz. (zie de lijst vermeld in
I
FISCOLOOG
drage die voor de werkgever een aftrekbare Fisc. 2077, nr. 1543,6 op basis van het ontwerp
1549
beroepskost vormt; art. 52,3o, e \ØIB 1992). Op van Programmawet die uiteindelijk niet meer is
10 01.2018 fiscaal vlak geldt een vrijstelling voor de bezoldi- gewijzigd).
Daarnaast wordt een uitzondering ingevoerd op van de regels omtrent de toekenning van het
de regel dat een flexi-job enkel openstaaÍ" voor voordeel (wat de zgn. 'identieke' winstpremie
personen die reeds in voldoende mate tewerk- betreft, volstaat bv. een beslissing van de alge-
gesteid zijn aIs werknemer : die uitzondering mene vergadering van aandeelhouders; bedoeld
viseert de personen die een wettelijk pensioen is hier een winstpremie waarvan het 'bedrag'
genieten (met uitsluiting van de personen die gelijk is voor alle werknemers of waaruan het
een'overgangsuitkering' genieten; zie daarover bedrag overeenkomt met een 'gelijk percentage'
Fisc. 2077, nr. 7543,6). Volgens de minister van van het loon van alle werknemers); alsook door
Sociale Zaken gaat het dus "om een ruime defini- een gunstigere fiscale behandeling in hoolde van
tie, die [ook] alle mogelijke vormen van ver- de werknemers. Zo daalthet algemene belasting-
vroegd pensioen omvat, maar mel, uitsluiting van tarief op winstpremies îaar 7 o/o (daar waar dit
personen in een stelsel van werkloosheid met voor de 'deelnames in de winst' kon oplopen tot
bedrijfstoeslag" (Verslag, nr. 54-27 46/009, 4). 25 0/o). Ook onder het nieuwe stelsel moet deze
Komen ook in aanmerking voor de uitzondering, belasting worden ingehouden door de werkgever
de genieters van vergoedingen "die internatio- en is de premie voor de rest vrijgesteld van (ver-
nale instellingeî aan hun gewezen personeels- dere) inkomstenbelasting.
leden toekennen" (Verslag, nr. 54-27 46 / 009, I3).
Voor een bespreking van het nieuwe stelsel, zie
Tijdsregistratie Fisc.2017, nr.7542,7 (de aldaar besproken rege-
De werkgever die een beroep doet op een flexi- ling op basis van het wetsontwerp heeft geen
job-werknemer moet gebruikmaken van een sys- wijzigingen meer ondergaan in vergelijking met
teem dat voor iedere afzonderlijke flexi-job- de uiteindelijk gepubliceerde wettekst).
werknemer het juiste tijdstip van begin en einde
van de arbeidsprestatie registreert en bijhoudt Merk op dat ook hier de toegekende premie
(voormelde wet van 16 november 2015, art. 24). wordt "vermeld op de berekeningsnota die ge- Voor de toekenning
De Programmawet bepaalt nu dat deze registratie voegd is bij het aanslagbtljet inzake personen- van een identieke
ook mag gebeuren aan de hand van de "appara- belasting van de werknemer" (aanvulling van art. winstpremie volstaat
ten zoals bedoeld bij artikel 764 van de Pro- 304bß WIB 1992). Ook hier dienr deze vermel- een bestissing van
grammawet van 22 december 1989". Volgens de ding "als aftoetsing bij het gebruik van [bepaaldeJ de atgemene
minister van Sociale Zaken kan het bv. gaan om voordelen, zoals bijvoorbeeld studiebeurzen" vergadering van
"een puntensysteem, zoais de klassieke prikklok- (Verslag, nr. 54-2746/077, I0). aandeethouders
ken" (Ibidem).
Het nieuwe stelsel geldt vanaf I januart 2018. De
Vermelding op berekeningsnota bij Plogrammawet voegt eraafi Íoe dat de winstpre-
aanslagbiliet mies "kunnen worden toegekend op basis van
De Programmawet voegt aan de regeling toe dat de winst van het boekjaar met afsluitdatum ten
de van belasting vrijgestelde inkomsten uit flexi- vroegste op 30 september 2077".
jobs worden vermeld "op de berekeningsnota
die gevoegd is bij het aanslagbiljet inzake perso- Niet-recurrente resultaatgebonden
nenbelasting van de werknemer". Volgens de voordelen
minister van Financiën past deze vermelding in Met ingang van I januari 2018 geldt de bijzonde-
de controle "op het al dan niet lkunnen] genieten re fiscale en parafiscale regeling voor aan werk,
van l:epaalde voordelen, zoals bijvoorbeeld de nemers toegekende'niet-recurrente resultaat-
stu dietoelage " (Versl ag, nr. 5 4-27 46 / 016, I 4)
. gebonden voordelen' niet langer als "de werkge-
ver [...] overgaat tot een procedure van inlichting
Inwerkingtreding en raadpleging met betrekking tot het collectief
De uitbreiding van het stelsel van de flexi-jobs ontslag met sluiting van de onderneming" (over
geldt vanaf I januari 2018. En de vermelding op deze regeling, zie Fisc. 2017, nr. 1542,9). Met
de berekeningsnota inzake PB geldt voor de dien verstande dat een CAO of een (in het kader
"bezoldigingen die vanaf I januari 2018 worden van deze regeling bedoelde)'toetredingsakte'
betaald of toegekend". (die in de bedoelde voordelen voorziet) "van
kracht blijft", indien ze is "neergelegd" bij de
Winstpremies voor werknemers bevoegde dienst van de FOD Werk "vóór de aan-
De Programmawet vervangt het stelsel inzake kondiging van het collectief ontslag met sluiting
"deelname in de winst" ten behoeve van werkne- van de onderneming". Anders gezegd, de nieuwe
mers van vennootschappen (zoals dat stelsel uitsluiting geldt enkel "voor CAO's en toetre-
werd ingevoerd door de wet van 22 mei 2001 dingsaktes afgesloten na aankondiging van de
"betreffende de werknemersparticipatie in het sluiting" (Verslag, m. 54-2746/0t7, Ð.
kapitaal en in de winst van de vennootschap-
pen") door een nieuwe regeling met als naam
"winstpremies voor de werknemers". Het nieuwe
Kaaimantaks
FISCOLOOG
I
De Programmawet bevat verschillende wljzigin-
1549
stelsel wordt gekenmerkt door een versoepeling gefl aan de belasting op inkomsten uit zoge- 10.01 .2018
naamde 'juridische constructies' @f . de zgn. die eventueel indilect cloor deze vennootschap
'doorkijkbelasting' of 'kaaimantaks'). Zij komen zou worden aangehouden" (Verslag, nr. 54'
samengevat hierop neet. 2746/016,27).

. Vooreerst wordt een 'derde' categorie van gevi- "In verband met tussengeschoven vennootschap-
seerde'juridische constructies' toegevoegd (naast pen" heeft de minister eraan toegevoegd dat
de bestaande juridische constructies van de eerste "meer specifiek voor wat bv. een Luxemburgse
categorie (trustachtige figuren) en van de tweede SOPARFI betreft, evenwel de specifieke antimis-
categorie (rechtspersonen)); (nieuw art. 2, $ 1, bruikbepaling in het kader van de doorkijkbelas-
13o, c \llB 1992), Deze nieuwe definitie moet ting werd herschreven, zodat in elk geval het
ervoor zorgen dat de kaaimantaks niet kan wor- tussenschuiven van dergelijke entiteit kan wor-
den omzeild door een juridische constructie van den tegengegaan indien deze erop gericht is om
het eerste of het tweede type in [e brengen of te aan de bepalingen van de doorkijkbelasting te
'verpakken' in een 'overeenkomst' (zoals een ontsnappen" (lbid.em);(zie verder over deze spe-
verzekeringsovereenkomst; in die zinbv. dat de cifieke antimisbruikbepaling van aît. 344/1 WIB
verzekeringspremies tot doel hebben te beleggen 1992).
in een juridische constructie van het eerste of het
tweede type; zie Fisc. 2017, nr. 1.536, 1). De In zrjn bespreking ging de minister ook in op het
inkomsten verkregen door de juridische con- voorbeeld dat werd gegeven door één van de
stl'uctie van het 'eerste' of het 'tweede' type die Commissieleden waarbil een familie "het aan-
deel uitmaakt van een juridische constructie van deelhoude rs chap" van de (normaal belaste en
het 'derde' type, worden in dergelijk geval belast dus niet als een juridische constructie kwalifice-
in hoofde van de persoon die de "overeenkomst rende) familiale vennootschap wenst te "veran-
heeft gesloten en in wiens naam de premie of de keren voor de volgende genetatie" door de aan-
De wet bevestigt premies van deze overeenkomst worden vol- delen onder te brengen in een "discretionaire
uitdrukketijk de daan" (aanvulling art, 2, S I, L4o \(/IB 1992). trust" (juridische constructie van het eerste type).
toepassing van de
\íat is dan de situatie als de vennootschap over-
kaaimantaks op
. Vervolgens wordt een regeiing toegevoegd g^al tot een terugbetaling van gestort kapitaal
'dubbetstructuren' die de toepassing van de kaaimantaks op zgn. aanhaar aandeelhouder, de trust (Verslag, nt. 54-
'dubbelstructuren' uitdrukkelijk bevestigt (toepas- 2746/016,23-24) ? Volgens de minister zullen de
sing die de minister van Financiën en de Ruling- inkomsten die de trust aldus verkrijgt, "geacht
commissie al mogelijk achtten op basis van de worden rechtstreeks te ziiî ontvangen door de
originele wettekst; Fisc,2017, nr. 1512,8). Daar- natuurlijke personen, die de betrokken trust op
toe worden in de wet definities ingevoerd van hun beurt aanhouden". Hii wijst er veruolgens
'moederconstructie','dochterconstntctie', en'keten- evenwel op dat "een terugbetaling van gestort
constluctie' (nieuw art. 2, $ 1, I3o/2, I3o/3 en kapitaal ontvangen door een natuudijke persoon,
13"/4WIB 1992). Het gaat dan bv. om de situatie in principe is vrijgesteld van belasting bii uitke-
waarin belastingplichtige X een juridische con- ring" (in toepassing van art. !8, al. 7, Io en 2o
structie A opricht ('moederconstructie'), en waar- VIIB 1992). En dat "indien de trust vervolgens
bij A vervolgens zelf een juridische constructie B deze inkomsten effectief uitkeert, er [...] in prin-
in het leven roept ('dochterconstructie'). De cipe geen belastingheffing meer verschuldigd
inkomsten uit deze 'constructieketen' moeten is, gezien de inkomsten reeds in hoofde van
dan worden 'geconsolideerd' (m.a.w., de inkom- een natuurlijke persoon hun belastingregime in
sten verkregen door B maken deel uit van de België hebben ondergaan" (toepassing van art.21',
inkomsten van A in verhouding tot de deelne- al. 1", 72o WB 1992; zie verder over dit artikel).
ming van A in B), en zijn op transparante wijze Met dien verstande dat "de precteze uitkomst
in principe belastbaar in hoofde van X, de uiteraard afhangt van de specifieke omstandig-
oprichter van de 'moederconstructie' in de keten heden van elk geval dat zich kan voordoen"
(gewijzigd art.5/I, $ 1 WIB 1992). (Verslag, nr. 54-27 46/ 076, 28).

Tijdens de bespreking van deze regeling in de . Als "de economische rechten, de aandelen of
Kamercommissie Financiën benadrukte de minis- de activa" van een juridische constl'uctie (van de
ter van Financiën dat de regeiing elk geval vi- eerste of tweede categorie) worden ingebracht in
seert "waarin een juridische constructie boven of een nieuwe structtlur, of als de "activa" van een
onder een andere juridische constructie wordt juridische constructie (van de eerste of tweede
geplaatst"; en dat niet de situatie is bedoeld categorie) "worden overgebracht" naaÍ een an-
"waarin een belastingplichtige indirect oprichter dere Staat, worden de (nog) niet uitgekeerde
is van een juridische constructie en dit om te ver- inkomsten van deze juridische constructie voort-
milden dat een aandeel in een normale vennoot- aan geacht" aan de oprichter elvan te zijn toege-
10 schap, bv. een gewone handeisvennootschap, kend of betaall¡aar gesteld "op het ogenblik dat de
FISCOLOOG
ertoe zou kunnen leiden dat men oprichter zou inbreng of overdracht is voltooid". Maar bij ver-
1549
10.01 2018 worden van een eventuele juridische constructie huis naar een andere Staat geldt deze regeling niet
als die andere Staat fiscale iniichtingen uitwisselt, of betaall:aar gesteld, en wat de roerende voor-
bv. op grond van een dubbelbelastingverdrag heffing betreft, op de inkomsten toegekend, of be-
(gewilzigd art. 5/I, g 2 en 220/I, $ 2 \øIB 1992). taalbaar gesteld vanaf de eerste dag van de maand
na de maand van publicatie in her Belgisch
. Inhet kader van de bestaande vrijstelling van Staatsblad (dit laatste komt dus ook neer op
de kaatmantaks t.a.y. een juridische constructie L januari 2018). De afwijkende inwerkingtreding
met een "daadwerkelijke economische activiteit" (op 17 september 2017) geldt o.m. voor de
die gevestigd is in een land dat inlichtingen uir schrapping van de transparante belasting in
wisselt inzake belastingaangelegenhede n (Fisc. hoofde van de derde begunstigden; voor de
2016, nr. 1458, I), wordt gepreciseerd dat deze kwalificatie als dividend van wat door een juri-
activiteit "het beheer van het privévermogen van dische constructie (ook van de eerste categorie)
de oprichter of van een van de oprichters van wordt uitgekeerd; en voor de voormelde bijzon-
deze juridische constructie niet tot doel [magJ dere regeling in geval van inbreng of overbren-
hebben" (gewrjzrgd art.5/1, $ 3, b wlB 1992). grng naat een andere Staat.

. De inkomsten van een juridische constructie . Merk op dat de minister van Financiën heeft
worden voortaan nog slechts transparant belast aangekondigd dat het "koninklijk besluit van
in hoofde van de 'oprichter' ervan (en dus niet 18 december 2015 [inzake de 'juridische con-
meer in hoofde van een derde begunstigde, zoals structies' uit de EER; zie Fisc,2076, m. 1458,21zal
voorheen soms het geval kon zijn); (aanpassing worden aangepasl" teneinde de toepassing van de
van o.m. art. 2, g 174'/IWIB 1992 en, inzake rechts- doorkijkbelasting op private insteliingen voor
personenbelasting, vaî art. 220/I WIB 1992). collectieve belegging te verzekeren" (Verslag, nr.
54-2746/016, 6 en 2Ð.
. De uitkeringen van een juridische constructie
worden voortaan altijd beschouwd als een 'divi- Bankrekeningen van feitetijke veren¡g ¡ n gen De vrijstetting getdt
dend' dat belastbaar is in hoofde van diegene die De Programmawet bevat - in het onderdeel over niet als de juridische
het onlvangt; dus ook als het ga t om een juri- de kaaimantaks - ook een specifieke bepaling constructie het
dische constructie van de eerste categorie (de omtrent de "roerende inkomsten die werden ver- beheervan het
trustachtige figuren), Deze belasting als dividend kregen op een rekening op naam vân een ver- privévermogen
geldt, "in de mate dat de belastingplichtige niet eniging, die geen winsten of baten verkrijgt of van de oprichter
heeft aangetoond dat [de] toekenning of betaal- die niet onderworpen is aan de vennootschaps- tot doel heeft
baarsteiling, het vermogen van de juridische con- belasting of de rechtspersonenbelasting". Der-
structie doet dalen beneden het door de oprich- gelijke inkomsten worden belastbaar gesteld "in
ter ingebrachte vermogen" (gewilzigd art. 18, hoofde van de rijksinwoner die gemachtigd is
al. I, 3o UlIB 1,992), Het dividend wordt in hoof- deze rekening te beheren, alsof deze rijksinwo-
de van de ontvanger vrijgesteld, in de mate dat ner deze inkomsten rechtstreeks zou hebben ver-
wordt aangetoond dat het samengesteld is uit kregen". Zijn er meerdere beheerders, dan "is
door de juridische constructie verkregen inkom- elke rijksinwoner belastbaar in verhouding tot
sten die de kaaimantaks al hebben ondergaan het aantal [beheerders]" (nieuw afi. 5/2 \NIIB
(gewijzigd art. 2I, aL. I, L2" \X/18 1992). 1992).

. De Programmawet herschrijft de antimisbruik, De beheerder van de rekening kan aan deze


bepaling van artikel 344/I WB 7992 die de wer- belasting ontsnappen als de vereniging ervoor
gever in het kader van de kaaimantaks destijds opteert om gedurende "ten minste zes opeenvol-
heeft ingevoerd. De nieuwe versie moet het gende belastbare tijdperken" te worden onder-
mogelijk maken dat de 'algemene' antimisbruik- worpen aan de rechtspersonenbelasting (nieuw
bepaling (van arr,, 344, S 7 \X|IB 1992) ook van afi.220,4. ] ilB rgg2).
toepassing kan zijn op het 'fiscaal misbruik' dat
wordt gesteld door een juridische constructie Gaat het om een buitenlandse rekening, dan
(daar waar "die normaal gezien op zichzeff be- moet de beheerder het bestaan eruan in zljn aan-
schouwd geen belastingplichtige is"). Hei 'door- gifte in de personenbelasting vermelden (nieuw
kijkprincipe' wordt "bijgevolg doorgerrokken en art. 307, $ 1/1 \trIB 1gg2).
ook toegepast op de [...J algemene antimisbruik-
bepaling, zodat de Administratie de mogelijkheid Inwerkingtreding : 1 januari 2078.
heeft om rechtshandelingen van een juridische
constructie in geval van fiscaal misbruik te nege- Heffing op het sparen
ren" (MuT, nr. 54-2746/00I,4I). In het kader van de 'heffing op het sparen' (van
afi, IgbistVlB 1992) :

.Inwerkingtreding : 1 januari 2018. Met dien ver-


stande dat een aantal bepalingen al van toepas- . wordt de term "collectieve beleggingsinstelling 11
sing verklaard worden op de inkomsten die sinds in effecten" veffangen door de term "instelling FISCOLOOG
1549
17 september 2017 werden verkregen, toegekend voor collectieve belegging", zodat ook 'alterna- 10.01 2018
tieve instellingen voor collectieve belegging' die WIB 7992); uitgesloten van de vli¡stelling zijn
niet enkel in effecten beieggen onder het toepas- evenwel, (1) "dividenden uitgekeerd door luri-
singsgebied van de regeling vallen; dische constructies of [...] verkregen door tlÌssen-
komst van juridische constructies" (in de zin van
. wordt de drempel van de (cf. het
'a,sset test' de 'kaaimantaks'), (2) "dividenden van instellin-
deel van het vermogen dat belegd moet zijn in gen voor collectieve belegging", en (Ð "dividen-
kwalificerencle schuldvorderingen) v erlaagd v an den die zijn verklegen door tussenkomst van
25 naar I0 o/0. gemeenschappelijke beleggingsfondsen" (nieuw
aft. 2I, al. 1., I4o lç¡IB 1992); (voor de verhoging
Deze wijzigingen gelden voor "de inkomsten van het vrijgestelde bedrag vanaf 2019, zie deze
betaald of toegekend voor vanaf I januari 2078 editie, p. 1);
verworven rechten van deelneming in een instel-
ling voor colleciieve belegging". Voor een uitge- . wordt gepreciseerd dat "het gedeelte van de
breide toelichting, zie Fisc.2017, nr. 1546,7 , aan natuurlijke personen toegekende dividen-
den van door de Nationale Raad van Coöpelatie
Merk op dat de Programmawef" daarnaast ook de erkende coöperatieve vennootschappen dat niet
regeling itzake roerende voorheffing aanpast meer bedraagt dal I25 er.rro lbedrag vóór indexa-
teneinde bij'gemeenschappelijke beleggings- tiel per natuurlijke persoon", niet moet worden
fondsen' (GBF) die aan de'ventilatieverplichting' opgenomen in de belastbare basis van deze ven-
(van art. 32lbis \X.IB 1992) voldoen, de transpa- nootschappen (gewiizigd arÍ.,I85, $ 1 \flB 1992);
rantie op het gebied van de RV voortaan ook toe (over de ratio legis, zie Fisc,2017, nr, 1544, 7).
Ats het betastbare
tijdperk niet te passen t.a.v. de inkomsten die in de scope van
overeenstemt met de heffing op het sparen vallen (gewijzigd art. Inwerkingtreding : de inkomsten die vanaf I ia-
een vottedig 265 \XIIB 7992). Daardoor wordt er yoor de toe- nuari 2018 worden betaald of toegekend. De
katenderjaar om passing van deze heifing "niet meel gekeken op laatst vermelde wijziging geldt evenwel (bij ge-
een andere reden het niveau van de GBF, maar op het niveau van brek aan specifieke bepaling) vanal I ianuari
dan overtijden, de onderliggende beleggingen, waardoor de 2018 (tien dagen na publicatie).
gelden voortaan inkomsten bedoeld in [de heffing op het sparenl
bepaatde steeds hun geëigende fiscale regime zullen heb- Beperking van bepaalde vriistel.tingen en
beperkingen ben ondergaan, hetzlj door inhouding van roe- voordelen
rende voorheffing aan de bron, hetzii via aangifrc . In het kader van de personenbelasting wordt
in de personenbelasting" (MuT,4). een bijzondere regeling ingevoerd voor de geval-
len waarin het belastbare tijdperk niet overeen-
Inwerkingtreding : datum van publicatie, dus stemt met een volledig kalenderjaar "om een
29 december 2017. andere reden dan overlijden" (nieuwe afr^ 129/1
en I74/I WIB 7992). Geviseerd is dus bv. de
Activering van spaargelden situatie waarin een belastingplichtige zijn "fiscale
In het kader van de 'activering van spaargelden' woonplaats loverbrengtl van België naar een
andere Staat" (en daardoot', tijdens het kalender-
. wordt de bestaande vrijstelling t.a.v. de eerste jaar, zrjn statuut vaî aan de PB onderworpen
schijf van interesten van een gewoon spaarboek- belastingplichtige verliest; MuT, 54). De regeling
je gehalveerd, zodal deze schijf nog slechts 625 komt erop neer dat in dergelijk geval bepaalde
EUR (bedrag vóór indexatie) bedraagt (gewijzigd bedragen in het kader van de PB voortaan wor-
afi.21, al.1.,5o WIB 1992); den "uerminderd in uerboud.ing tot de duur uøn
het belastbare tijdperk uitgedrukt in maanden
. wordt de bestaande belastingvrijstelling van de ten opzicbte uan 12 maanden". Daarbij wordt
eerste schijf van I25 EUR (nog niet geïndexeerd) "elke kalendermaand waarvan de viiftiende dag
van dividenden van erkende coöperatieve ven- tot het belastbare tijdperk behoort, als een volle-
nootschappen geschrapt (schrapping art.2I, aL I, dige maand in aanmerking genomen" (zodat een
6" \ttB rgg2); belastbaar tijdperk in de PB dat begint op 1, ia-
nuari 2018 en eindigt op 20 juni 2018, zal wor'
. wordt de regeling op grond waarvan de eerste den geacht een duur te hebben van 6 maanden
schijf van 125 EUR van "interesten of dividen- en de toe te passen breuk in het kader van de
den" betaald of toegekend door een vennoot- vermindering bijgevolg 6 / 1,2 bedraagr).
schap met een sociaal oogmerk, beperkt tot de
"interesten" van een dergelijke vennootschap - Deze verhoudingsgewijze vermindering moet
(gewijzigd art.2I, al. 1, 10o WIB 7992); vooreerst worden toegepast op de bedragen die
gelden in het kader van bepaalde fiscale gunst-
. wordt een nieuwe (algemene) vrijstelling inge- regelingen, Het gaaT,, ond.er meer, om de vrijgestelde
12 voerd t.a.v. de eerste schijf van 476,50 EUR (nog eerste schijf van interesten van een gewoon spaar-
FISCOLOOG
niet geïndexeerd) van dividenden van aandelen boekje en van dividenden van aandelen (in het
1549
10 01.201B en winstbewijzen (in de zin van art. 18, aL I, 7o kader van de voormelde nieuwe regeling inzake
de 'activering van spaargelden'); het maximum- 155 of 156' \øIB 1992 (zijndq de belastingver-
bedrag tot waaÍaan'auteursrechten' onweerleg- mindering voor inkomsten van buitenlandse oor-
baar worden vermoed roerende inkomsten te sprong); (gewijzigd art, I54bis, al. 8 \7IB 1992).
zijn (art. 37, al, 2 WIB 1992); het maximum-
bedrag van de vrijstelling van de werkgevers- . De voormelde verhoudingsgewijze beperking
tussenkomst in het kader van de 'PC privé-rege- (in functie van de duur van het belastbaar tijd-
ling' (art. 38, $ 1, al. 7, I7o \YIB 1,992); enz. De perk) wordt ook doorgevoerd in het kader van
beperking geldt ook in het kader van het maxi- het maximumbedrag van het belastingkrediet
maal aantal overuren (300 of J60 naargelang het voor genieters van winsten of baien (cf. het
geval) in verband waarmee in de horecasector belastingkrediet in functie van de stijging van
een belastingvrijstelling kan worden genoten (cf. hun 'activa' van 289bßWIB 1992); de bedra-
voormeld art.38, $ 1, al. I,30"'VIIB 1992). ^rt.
gen voor de berekening van het belastingkrediet
voor lage activiteitsinkomsten (van art. 289ter
Merk op dat de lijst van geviseerde gunstregelin- \XIIB 1992), en het maximumbedrag van het
gen nog gewijzigd is in vergelijking met her aan- belastingkrediet'werkbonus' (van art. 289ter/I
vankelijke vooroniwerp van Programmawet. Zo wrB 1992).
maakt de definitieve wettekst geen melding meer
van het maximumbedru,g van de vrijstelling van \Øat de berekening van het voormelde belasting-
de vergoedingen van de vrijwilligers van de krediet voor genieters van winsten en baten
openbare brandweerkorpsen en van de Civiele betreft, voegt de Programmawet eraan toe dat
Bescherming (art. 38, g 1, al. 7, 12" WB 1.992). voortaan geen rekening meer "wordt gehouden
Daarentegen maakt de definitieve lijst nu wel met de vaste activa en de schulden in de mate
melding van het maximumbedragvan de vrijstel- dat die verband houden met werkzaamheden die De verhoudings-
ling van de werkgeverstussenkomst in de kosten inkomsten opbrengen waarvoor artikel 155 of gewijze beperking
van het woon-werkverkeer (op een andere wijze getdt ook t.a.v, het
dan met het openbaar vetvoer of met het door belastingvermindering voor inkomsten van bui- maximumbedrag van
de werkgever georganiseerd gemeenschappelijk tenlandse oorsprong). het betastingkrediet
vervoer); (art. 38, g 1, al. I, 9o, c WIB 1992). voor genieters van
En wat het belastingkrediet 'werkbonus' betreft, winsten of baten
- De verhoudingsgewijze beperking (in functie kan het voordeel - wat de niet-inwoners betref[ -
van de duur van het belastbaar tijdperk) moet niet meer worden genoten door de 'gewone'
veruolgens ook worden toegepast t.a.v. l>epaalde niet-inwoners (zij die niet voldoen aan de zgn.
bedragen in het kader van de berekening van de 75 o/o-rege| zie daarover Fisc. 2017, nr. 1507, 8).
personenbelasting. Hier gaat het, onder meer, om
de basisbedragen van de belastingvrije som en . Ten slotte worden in het kader van de BNI nog
de in dat verband geldende inkomensschijven een aanlal specifieke beperkingen ingevoerd. Zo
(art. I3I WIB 1.992); de bedragen van de roesla- wordt bv. voor alle categorieen van niet-inwo-
gen op de belastingvrije som voor personen ten ners de regel ingevoerd dat de belastingvermin-
laste (art. 732 en 133 V/IB 1992); de maximum- dering i.v.m. 'werkgeversaandelen' enkel nog
bedragen in het kader van de nettobestaansmid- van toepassing is indien "de vennootschap-werk-
delen van deze personen ten laste (art. 136; I40, geefster tildens het belastbare tijdperk aan de
a|. 2; I4I; I42, al, 2; en t43 \7IB 1992); de belastingplichtige bezoldigingen heeft betaald of
bedragen voor de berekening van de federale toegekend die voor hem in België belastbare
'korf langetermijnsparen' (art. I45/6, al, 1, eerste beroepsinkomsten vormen die in de aangifte
gedachtestreepje \ØIB 1992); het maximumbe- daadwerkelijk worden geregulariseerd" (overeen-
drag van de uitgaven voor de belastingverminde- komstig arr" 232 en 248, gg 2 en 3 \tIB 1992);
ring voor het velwerven van werkgeversaandelen (aangepaste art. 243, 243/1 en 244 VIIB 1992).
(art. 145/7, $ 1, al. 4 \nB 1992); het maximum-
l:edragvan de betalingen in het kader van de tax . Inwerkingtreding : aanslagjaar 2018 (behalve de
shelter voor startende KMO's (art. 745/26, S 3, verhoudingsgewijze beperking van de nieuwe
al. 4 \ØIB 1992); enz. vrijstellingsregeling inzake dividenden, aangezien
deze vrijstelling zelf pas geldt voor inkomsten
- Dezelfde verhoudingsgewijze beperking geldt verkregen vanaf I januari 2018).
ook in het kader van de BNI (o.m. art. 235, Io
lü/IB 7992 waarin een verwijzing is opgenomen Beurstaks
naar hel" voormelde nieuwe art. I29/1 WIB De Programmawet verhoogt het tarief van de
1992); (MuT, 57). beurstaks van 0,90 per duizend naar I,20 per
duizend; en het tarief van 2,70 per duizend stijgt
. De belastingvermindering inzake'overwerk' is naar 3,50 per duizend (aangepaste art. I2I en
niet langer van toepassing wanneer "de belasting 122 \íDRT). Anders dan het voorontwerp van 13
op de bezoldiging die erop betrekking heeft, Programmawet, vermeldt de definitieve wettekst FISCOLOOG
1549
wordt verminderd bij toepassing van de artikelen geen specifieke datum van inwerkingtreding 1 0,01 ,201 I
meer. Biigevolg gelden de verhoogde tarieven (en schenden dus niet hun beroepsgeheim) wan-
vanaf 8 januari 2018 (tien dagenna publicatie). neer zij tijdens een fiscale controle "een beroep
doen op de specifieke kennis en de eruaring van
Accijnzen de personeelsleden van het Federaal Agentschap
De Programmawet bevat voorts enkele wijzigin- van de Schuld" (aangepast art. 337 \tIB 1992).
gen inzake de accijnzen op sigaretten en rook- Volgens de minister van Financiën wordt op deze
tabak; de accijnzen op frisdranken met toege- 'kennis en eruaring' vooral een beroep gedaan
voegde suiker of andere zoetstoffen alsook op door de "Cel Verrekenprijzen", in het bijzonder
poeders en siropen ter vervaardiging van derge- gelet op "de specifieke kennis van de financiële
lijke frisdranken; en de accijnzen op benzine en producten" (Verslag, nr.54- 2746/U6, rc).
gasolie (zie Fisc.2017, nr. 1536,4).
. Inwerkingtreding : 8 januari 2018 (tien dagen
Strijd tegen fiscate fraude na publicatie bij gebrek aan specifieke regeling).
De nieuwe wet bevat twee mâatregelen die pas-
sen in de strijd tegen fiscale fraude. Compensatieregeting
De compensatieregeling waarbij terug te geven
. De eerste maatregel betreft de buitengewone belastingen automatisch gecompenseerd kunnen
'aanslagtermijn' waarover de Administratie be- worden met nog openstaande fiscale schulden
schikt wanneer een controle of een onderzoek in werd al eerder uitgebreid naâr tertlg te geven
verband met de toepassing van de inkomsten- bedragen op het gebied van de sociale zekerheid
belastingen ten name van een welbepaalde (zie daarover Fisc. 2017, nr. 7533,3). Zij wordt
belastingplichtige, uitwijst dat die belastingplich- nu opnieuw uitgebreid naar sommen die moeten
tige de bepalingen van het WIB 7992 of van ter worden teruggegeven of betaald "door een ande-
uilvoering efl/an genomen besluiten inzake roe- re federale overheidsdienst of staatsorganisme".
rende voorheffing of bedrijfsvoorheffing heeft
overtreden, in de loop van êên van de viif jaren Inwerkingtreding : door de Koning te bepalen,
vóór het jaar van de vaststelling van de inbreuk. maar ten laatste op I januari 20I).
De belasting kan dan nog gevestigd worden bin-
nen lwaalf maanden te rekenen vanaf de datum Burgerreken¡ng
waarop de inbreuk werd vastgesteld (art. 358, $ 1, De Programmawet voert het concept van de
1o en $ 2, 1o \(/lB 1992). De Programmawet ver- 'burgerrekening' in, zijnde een soott van over-
leent nu aan de Administratie het recht om bin- zicht van de schulden en tegoeden die elke
nen die 'aanslagtermijn'van twaalf maanden ook natuurlijk of rechtspersoon tegenover de federale
nog ond.erzoek te verrichten ten aanzien van de overheid heeft (zie Fisc.2017, nr. 1536, 6).
voormelde vijf jaar, althans wat de roerende
voorheffing betleft (nieuw art.333/3 \øIB 1992). Inwerkingtreding : door de Koning te bepalen,
maaÍ tefi laatste op 1 jantari 2019.
. De ambtenaren belast met de vestiging van de
inkomstenbelastingen "oefenen hun ambt uit" Christian Buysse

kort
.Bericht van het Waa[s Gewest; goedkeurìng bij
STAATS B LAD MB van diverse besLìssingen inzake betastingen
vanwege de gemeenten Aubel, Ciney, Gedinne,
)verzicht van de fiscaal relevante wetteliike en reglementaire
Houffalize, LégLise, Nandrin, 0uffet, PhitippeviLte
akten en berichten die tn de periode van 18 december 2017 tot
en Rebecq
en met 4 januari 2018 in het Be[gisch Staatsblad werden
gepubliceerd
BS lB december 2017

. Wet van 5 december 2017 "houdende diverse . KB van i3 december 20'l 7; voordeeL van atle aard
financieite bepalingen" {aan de Koning wordt de
inzake bedrijf swagens; voor 2018 bedraagt de
bevoegdheid gegeven de voorwaarden te bepalen
referentie-C02-uitstoot voor wagens met een ben-
waaronder de F0D Financiën'een ìnstitutionete
zine-, LPG- of aardgasmotor 105 g/km [net zoats
rnstetting voor beLegging in schutdvorderingen' kan
vorig jaar) ; voor diesetwagens is dat nu Bó g/km
schrappen van de lijst van dergeLijke instellingen;
1l+ [tegenover 87 glkm vorrg jaar]
FISCOLOOG aanpassing art. 1B5brs, I 4 WIB 19921
1549
BS 19 december 2017
10.01 .2018 BS B december 201 7
1
. Bericht van het WaaLs Gewest; goedkeuring bij . Waats decreet van 'l 3 december 2017 "houdende
MB van diverse besLissingen inzake bel.astingen de aLgemene ontvangstenbegroting van het Waalse
vanwege de gemeenten Chièvres en Gerpinnes Gewest voor het begrotingsjaar 2018" [wijzigingen
inzake de beLasting op afvaLl
BS 19 december 2017

BS 22 december 2017
. Drie KB's van 13 december 2017; deeLeconomie;
erkenning van eLektronische pLatformen en intrek- .KB van 17 december 2017: niel voor beslag vat-
king van een erkenning bare bedragen (art. 1409, $ 2 Ger:W.ì; geìndexeerde
bedragen vanaf 1 januari 2018
BS 20 december 2017, tweede editie

BS 27 december 2017
. Wet van 17 december 2017 "houdende diverse
f iscate bepatingen ll" lFisc.2017, nr. 1543,2) .Wet van 22 december 20'1 7 "houdende de
BS 22 december 201 7
Middetenbegroting voor het begrotingsjaar 2018"
Icf. de jaartijkse Financiewet]
. KB van 10 december 2017 m.b.t. de nieuwe anti-
BS 27 december 2017
witwaswetgeving [Frsc. 2017, nr.153ó, BJ; goedkeu-
ring van het regtement van de NBB inzake de risico- . Programmawet van 25 december 2017 [zie deze
beoordeling, het onderzoek van verrichtingen, editie, p. BJ
enz., die moeten worden verricht door krediet-
instetlingen, verzekeringsondernemingen, e.d. BS 29 december 2017

BS 22 december 2017
. Wet van 25 december 2017 "houdende diverse
fiscale bepaLingen lll" (Fisc. 2017, nr. 1545, 9l
. KB van 10 december 2017 lol uitvoering van de wet
van 3 augustus 2012 inzake de "verwerking van BS 29 december 2017
persoonsgegevens door de [F0D] Financiën in het
kader van zijn opdrachten" over deze wet, zie Fisc.
f . Wet van 25 december 2017 "houdende diverse
2012, nr.130ó, '12); regtement inzake de'uitwisse- fiscaLe bepatingen lV" lFisc.2017, nr. 1547,1)
Ling'van verkregen gegevens tussen de verschi[-
[ende Administraties en diensten onderling; deze BS 29 december 20 1 7

uitwisseting moet worden goedgekeurd door de


Voorzitter van het Directiecomité van de F0D via .Wet van 25 december 2017 inzake de vennoot-
één van de in het reg[ement beschreven procedures schapsbelasting lzie deze editie, p. 2l

BS 22 december 2017 BS 29 december 2017

. KB van 10 december 2017; het vertaagd BTW- . KB van 25 december 2017: wiJziginq van de art.
tarief van ó 0/o
getdt vanaf 1 januari 2018 ook voor 6316 en 6317 l<BlWlB 1992 inzake pensioenspaar-
externe defibrittatoren en bepaalde producten fondsen [aanpassing van verwijzingen naar inmid-
bestemd voor de intieme hygiënische bescherming dets gewijzigde financiëte wetgeving en technische
lFisc. 2017, nr. 1537, 1 41 aanpassing opdat bepaaLde ICBE's kunnen worden
erkend aLs pensioenspaarfondsÌ
BS 22 december 201 7
BS 29 december 2017
. KB van 19 december 2017; de nieuwe 'autono-
miefactor' bedraagt 24,957 % tegenover 25,99 o/o .KB van 22 december 201 7; sociaat statuut van de
voorheen lbedoetd is de factor waarmee de belas- zetfstandigen; bijdragen voor het jaar 2018; indexa-
ting verschutdìgd op grond van de federate belas- tiecoëff iciënt
tingtarieven wordt vermenigvuLdigd teneinde de
'gereduceerde betasting Staat' BS 29 december 2017
te berekenen; op
deze belasting kunnen de Gewesten opcentiemen
. Vtaams decreet van 22 december 2017 "houden-
heffen; Fisc. 2014, nr. 1373, 1l; de nieuwe factor
getdt vanaf 1 januari 2018 [inzake inkomstenbetas- de bepalingen tot begeLeiding van de begroting
tingen is dat vanaf aj. 2018ì 2018" Imet in het fiscaLe [uik maatregeLen inzake
de verkeersbetasting en de kilometerheffingl
BS 22 december 2017
BS 29 december 2017
. WaaLs decreet van 'l 3 december 20'l 7 "houdende
diverse fiscal.e wijzigingen" f o.m. schrapping van het . Bericht van het Waats Gewest; belastingen op
verkooprecht van 1 5 %; zie Fisc. 2017, nr. 15L6, gl afvalstoffen ; indexaan gepaste bedragen voor 20 1 8 15
Frsc0t00G
BS 22 december 201 7 1549
BS 29 december 201 7
1 0.01 .2018
INHOUD
1 Varia KORT
Exit fairness tax en verhoging vrijsteLting 14 Staatsbtad
d ividenden . 1B decemb er 2017 tot en met 4 januari
201 B
2 Varia
Hervo rm i n g ven nootscha psbelasti ng

wat verandert er vandaag ?

I Varia
Programmawet van 25 december 2017
wat haatde de eindmeet ?

lìesch¡kl rr ()vrr ccrr ¡lla(l ilÍ1 c¡nl( ri.


d¡n <lczt coclt trì ()rtl(l( li (xìzc
Voor een overzicht van de tijdens de voorbiie periode scan
\c\\s-.\pl). lìcs(lr¡kl u ovcrctrl ¡ltdtr
gepu bli ce e rd e va kp e rs, zi e www.fiscoloog.be l! pc srnnrtphonc. scin <l¡n tlcut cotle
cr onttlck or¡zt site.

Documentatiedienst:
Van de nog nìet gepubliceerde vonnissen en arresten die in
Fiscotoog besproken werden, kunt u tegen vergoeding een
kopie aanvragen bij de redactie.
Abonnementen:
tet, 078 35 33 05 - infoldabonnementen.be
Abonnementendienst Fiscotoog, PB 3ó0,
Hoofdredacteur: Jan Van Dyck BB00 RoeseLare
Adjunct-hoofdredacteur: Christian Buysse Tarieven en voorwaarden : www.abonnementen. be
Redactionele coõrdinatie: Katrien van TiLborg Fiscotoog verschijnt 45 keer per jaar,
Kernredactie: Een opbergmap kan worden verkregen door storting van
André Bai[Leux, Patrick Lauwers, Luc N/aes, lvan Massin, 20 euro op rekening KBC BE70 4721 0111 7125
Stefaan Van Crombrugge, PeterVerbanck van RouLarta Medìa Group NV met vermetding
"map FiscoLoog".
Medewerkers:
Dìrk Coveliers, Marc De Munter, Marc Dhaene, Verantwoordelijke uitgever:
Luc Foguenne, AxeI HaeLterman, Phittìppe Hinnekens, Sophie Van lseghem
Atain Huyghe, Luc Meeus, Patrick Smet, Henrì Vandebergh, p/a Meiboomlaan 33, BB00 Roeselare
Piet Vandendriessche, PauI Van Eesbeeck, Michae[ ALle rechten voorbehouden. lnformatie afkomstìg van
Van Gil.s, Luc Vereycken, Henk Verstraete, bronnen welke wij aLs betrouwbaar beschouwen,
Eddy V[asse[aer, e.a.
maar zonder onze verantwoordeLijkheid.
Redactie en advertenties:
Wìlnegembaan 2 bus 40, 2900 Schoten
16 tet. 03 241 1ó 53 - fax 03241 16 44 - fiscoLoogftìroularta.be ,'r.o,oon is een uitgave van Routarta Media Group
FISCOLOOG
www.f iscoLoog.be fl
1549
1 0,01 .2018

You might also like