Professional Documents
Culture Documents
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBON
. WEEDE JAARGANG
1894.
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND
SESTÜÜft VAN DEN N. S.: Jhr. D. VAN FOREEST, Voorzitter- Dr A TAP
Onder-Voorzitter, J. F. HEBMSKERK, Penningmeester - L H Dmv» r
Materieel; N. W. VAN LEN-NEP. Secret'arisnmWeater; H' COFFIMISS"A™ ™
EEDACTIE: N. W. VAN LENNEP, Kerkstraat 1S8, Amsterdam H 1
HERTOG; DR A. J. A. PRANGE. «msicruam, H. J. DMN
Btcriclit.
De Redactie stelt verkrijgbaar tot het inbinden van den eersten jaar-an?
keunge hnnen bandjes, met titel op den rug en op het plat, V4o Cf'
II.H bondsleden die er een wenschen te ontvangen, wordt verzocht ,00
spoedig mogelijk dit bedrag in postzegels of andere waarde aan ondergetee
b ste lin« retnitteeren' 06 buite^ew°on is berekend nïr e e n
bestelling van minstens 50 exemplaren
_ v. L.
©ud-Ade.
Bedankt • Arnhem.
J. P. van der Voort. . Rechfstreeksch Lid geworden
Amstelveen. i- P - v . A fdeelingslid :
Alhier is een afdeeling opgericht. ^ Mees J' Rzn-
\
i
IffOuda, W. A. Oudshoorn, Steenstraat 19.
Bedankt: H. Witte, Nonnensteeg 7.
Mr. J. Fortuyn Drooglever. E. Kruisinga, Oude Rijn.
's Gravenhage.
J. A. van Hamel, Steenschuur 3.
Bedankt : C. Dutilh, Oude Vest 7.
H. van Werkhoven. Verhuisd :
Overleden . naar Katwijk-Binnen, M. A. van
C. Groenenboom. Rhijn, tevens daardoor geworden
Mr. L. W. C Keuchenius. rechtstreeksch lid ;
Groningen. naar Dordrecht, Voorstraat 207, C.
Mulié, tevens daardoor geworden
Nieuw Afdeelingslid:
rechtstreeksch lid.
F. P. M. Baetens.
Rotterdam.
Bedankt :
A ieuwe A fdeelingsleden :
K. H. Hamming.
H. N. Francois, Diergaardelaan 23.
L. Oetzes.
J. Huinck, Scheepmakershaven 49
Verhuisd:
Afdeelingslid geworden i. p.r.
H. Postma naar Guldenstraat K 9a.
Bechtstreeksch Lid:
Hen Helder.
A. B. Bauer, tevens verhuisd
Nieuw Afdeelingslid :
naar van Oldenbarneveldtstraat 139.
Corn. Bruin, Zeeloods, Molenstraat 5.
Verhuisd:
Afdeelingsleden geworden i. p. v.
Van Oppert 136 naar Boomgaard
Bechtstreeksche Leden : straat 91, A. Deichmann.
S. F. Kleinbentink.
Bedankt :
D. J. ten Klooster.
H. F. J. Güppert.
's HertogenlioHC.il.
D. Haverhorst.
Nieuw Bechtstreeksch Lid, ook
James Willing.
voor 1893 :
Erratum :
M. Hendriks, Café Groenhuis.
In de ledenlijst staat : P. H. Smalt
Hoogeveen.
Jr. ; dit moet zijn P. H. Smalt.
Nieuw Bechtstreeksch Lid :
Warmond.
H. C. Gratama.
Leiden. Nieuw Bechtstreeksch Lid :
Nieuwe A fdeeling sleden: F. Boeker.
Een enkel woord en eenige cijfers over de ledenlijst.
Bij de verschijning van het Maart- nummer telde de bond 129 rechtstreek
sche leden en 21 1 afdeelingsleden.
In den loop van 1893 traden nog toe 15 rechtstreeksche leden en 88 afdee-
lingsledan zDodat wij over 1893! 44 rechtstreeksche leden en 299 afdeelings-
m\\i:\rv\i».
Deze meening behoeft geen toelichting. Laat mij slechts dit opmerken,
dat, hetzij gespeeld wordt met voorgift hetzij zonder, een zuiver resultaat
slechts verkregen kan worden indien ieder deelnemer in de gelegenheid is
met ieder ander minstens één partij te wisselen.
Bij een concours in klassen, die geheel op zich zelf staan en waarvan elk
zooveel mogelijk gevormd wordt door spelers van gelijke kracht, schijnt het
mij toe, dat de beide genoemde stelsels elkaar de hand reiken.
AMSTERDAM *) Het Vereenigd Amsterdamsch Schaak-
Genootschap begon zijn jaarlijkschen wedstrijd in 't begin van Novem
ber. 25 spelers verspreid over drie klassen lieten zich inschrijven.
E e r s t e k l a s s e : B . J . M e y e r 4V3 ; Jhr. A. E. van Foreest 4 Va; E. van
Dien 2 ; L. Gans 2V2 ; N. W. van Lennep 2V2 ; J. H. Sohlberg 3 ; H. Kothe
2 ; J. F. Pilger o.
T w e e d e k 1 a s s e : H . D . B . M e y e r 4Va; A. Bleykmans 6 ; H. Mendes
da Costa 3Va; M. van Gelder en G. J. Gantvoort elk 2 Va; C. Tinholt en J.
C. ten Tusschedé 1V2; W. H. van der Meulen 1.
D e r d e k l a s s e : E . B c f f i e 6 ; A. C. B. Heynert 3V5 ; G. A. van Coe-
verden 3 ; B. Schelts van Kloosterhuis 2 1 /- ; M. Goldschmidt, L. Brandon,
J. J. Ficke, Dr. H. Sanders Ez. elk 2 ; G. H. Manikus o.
In de eerste klasse maakt Meyer groote stappen naar den eersten prijs
toe. Zijn spel is keurig, even sluw bij aanval als verdediging. Hier volge
een proefje :
ConcourepartiJ.
No. 36. Wit: J. H. Sohlberg. Zwart: B. J, Meyer.
Tweepaardspel in de Nahand.
1 e4 e5 15 Lc 3 P dS 29 D f 3 : D c5 :
2 p f3 Pc6 16 P C4 D c7 30 D e2 T ad8
3 L c 4 P f 6 17 Pd6: Dd6: 31 P ^5 L d5 :
4 P g5 d5 18 Dei Dg6 32 cd5 : T d5 :
5 e d5 : Pa5 19 L d2 T e8 33 T fel T d2
6 L b5f c6 20 L e3 P d6 34 D f3 T 12
7 dc6: bc6: 21 C4 P e3 : 35 T a c I D b4
8 Le2 h6 22 D e3 : P f5 36 D c6
o P f3 e4 23 D c 3 c5 ! 37 D a8f K h7
10 P e; Dc7 24 dc5 : L b7 38 D d5 D f4:
11 d4 Ld6 25 Dh3 e3 39 T C4 T g2f:
12 Ld2 Pb7 26 P c3 Pd4! opgegeven
,3 0 _o 0—0 27 D g4 Dc6
14 f4 Db6 28 L f3 Pf3:
*)~Ï IT de volgende verslagen duidt liet cijfer achter eiken deeluemer liet aantal winst
punten aan, tot dusver door hem bthaald.
5
Van Foreest heeft weer menig briljante combinatie gemaakt. Hij verloor
echter tegen van Dien een vermakelijk slechte partij. Van Lennep speelt
bepaald zwakker dan in het vorig concours : Op één avond verloor hij een
dood-gewonen partij tegen Meyer en won hij een dood-verloren partij tegen
Gans!
Ook in de Amsterdamsche Schaakclub houdt een wedstrijd,
en wel in twee klassen, de gemoederen in spanning. De deelnemers zijn:
Eerste klasse: A. H. M. Dieperink 4V2; H. J. den Hartog 7 Va; A.
Klein 1 ; N. W. van Lennep 8 ; C. C. W. Mann 51/2; W. B. H. Meiners
7 ; F. J. Schotel 5 ; J. C. Tersteeg o; W. H. M. de Veer 31/,,; W. E. Vos 3.
T w e e d e k l a s s e : v a n H a r t e s v e l d t 1 ; d e J o n g h 3 ; Lohman 6; ter
Hasselt Puikers 2 ; de Rapper 6.
In de eerste klasse won van Lennep den eersten prijs, den Hartog den tweede,
Meiners den derde, Mann den vierde en Schotel den vijfde.
In de tweede klasse behaalde de Rapper in een kampstrijd van drie par
tijen den zege over Lohman, en daarmee den eersten prijs.
Concourspartij.
No. 37 .Wit : N. W. van Lennep Zwart : Meiners
Spaansche partij.
1 e4 e5 19 I-C3 L g7 37 es des :
2 p f3 P c6 20 P fhs ! ghs : 38 T esf: Kd6
3 L bs a6 21 P h$ : T g8 39 T f5 L e6
4 L a4 d6 22 L g7 : T g7 : 40 T f8 P e7
5 L c6f: bc6: 23 D C3 D f8 41 f5 L d7
6 d4 ed4: 24 T f3 P h6 42 K f4 P c8
7 P d4: L d7 25 Tg 3 T a7 43 T h8 P b6
8 P c3 g6 26 P g7: T g7: 44 T h7: as
9 0-0 L g7 27 T g7 : D g7 : 45 g5 a4
\
6
met voorgift, wordt een proef genomen met het door Steinitz in zijn »Modern
Chess Instructor* aanbevolen stelsel om de voorgift te doen bestaan in pun
ten. De spelers 2de klasse krijgen namelijk twee en die van de 3de klasse
vier punten vóór. Het voordeel is, dat men geen incorrecte partijen krijgt
door voorgave van pion en zet of pion en twee zetten, maar reeds nu blijkt,
dat de voorgift van twee punten zeer groot is. Den uitslag deelen wij later mee.
GRONINGEN. Van den wedstrijd, die hier in »Staanton« gespeeld wordt,
spraken wij reeds in het November-nummer. De »score« der deelnemers die
ieder met ieder een partij moeten spelen is thans :
H. Wiersema 10; II. B. van Rhijn 8; Dr. Westendorp Boerma en H. Post-
ma elk 71/2 ; H. Onnes Fzn. 5 : L. H. Deelman Jzn. en H. Zijlstra elk 41/3.
HELDER. Sinds 12 November wordt hier een reuzen-wedstrijd gehouden:
Ieder moet met ieder twee partijen spelen ; daar er nu 22 deelnemers zijn,
worden er in 't geheel niet minder dan 462 partijen gespeeld !
HILVERSUM. De Hilversumsche Schaakclub hield in de maanden No
vember en December een zeer eigenaardig doch niet onpractisch geregeld
huishoudelijk concours, in drie klassen, met voorgift, af en aanspel, byes d.w.z.
stilstaande nummers . . .
Het groote verschil echter tusschen de bepalingen van dezen wedstrijd
en die der kleine bondswedstrijden komt hierop neder :
i°. In den eerstgenoemde moesten zooveel mogelijk spelers van dezelfde
klasse met elkaar kampen m.a.w. er werden zoo weinig mogelijk
partijen met voorgift gespeeld.
20. Het voordeel van een stilstaand nummer kon alleen aan spelers der
derde klasse dus aan de zwakste te beurt vallen.
Het volgende schema moge dit nader duidelijk maken :
2. de Ruwe | 3. Fransen |
3. Gerard Peet j d' R' won 4. van Driest j F' won
7
ï f' S k a m p I w Westenberg )
6. Westenberg ; W. won Q A]derg > W. won
/. Schobt ) . J. H. Veen )
8. Joh. Alders ) ' Hartman ) H' won
Jac. Peet ) -, XT . ,
de Ruwe d R- bye
4de ronde
v. d. Smit )
D..
de Man ) d' M' won ) p w o n .i
Peet XP CCL
e e t WUI1
w °n
de Man ) I/ van Wes-
°n P e I Westenberg) (
{ 'herberg
e r b e i "g en
cn
~ b ( W.
Derde klasse: P. won Fnn^n { W - won \ Fransen
Fransen ) ) van de
Joh. Alders 1
Zoodat de eerste prijs behaald werd door J. H. Peet de tweede door Wes
tenberg de derde door Fransen.
De volgende incorrecte doch niet onaa.dige partij, in den wedstrijd ge
speeld, moge antwoord geven op de vraag of men bij het schaken" ,hof-
fen« kan of niet.
Coneourspartij.
' e4 e5 10 Dd2 cs 19 in p e,
tr>f 1
;? ds
L b,
'3 ^ D3
p
d6
fr i<f
val, waarin Wit oopt
ee„
F
tot den aanval over „ 7 . . ,
te paan '4 P e3 L h6 aIdus Zwart in de ge-
6 P e5
nadeelig voor
e6
.7 » Lht
16 c4
18 P g 2
L f4 ?
g5
,r5Pxr,e w,jze af
de party in weinig zet-
32 L d l DgS
buitenland,
27 A u g u s t u s . O p e n i n g v a n h e t n a t i o n a l e m e e s t e r - t o r n o o i v a n d e n D u i t -
schen Schaakbond te Kiel. Deelnemers : Von Bardeleben, en Walbrodt I en II
gezamenlijk; Lipte III; Metger, Seuffert, v. Gottschall, Mieses, Schallopp en
Varain.
23 D e c e m b e r . E i n d e v a n h e t m e e s t e r - t o r n o o i g e s p e e l d t e N e w - Y o t k
in de Manhattan-schaakclub. (men zie hieronder.)
Weener partij.
1 e4 e5 14 K d2 T f8 27 P c5 T a7
2 P C3 P c6 15 Kei a6 28 d6 T d7
3 f4 ef4: 16 h4 h5 29 T hfi T d6:
4 P f3 L ey 17 f4 Lh6 30 Lg6: 1) K C7
5 L 04 L h4f 18 d5 P a5 31 L f15: T dif:
6 K fi d6 19 L d3 b5 32 T di : T d8
7 d4 L g4 20 f5 Le3f 33 Td8: K d8
8 L f4: Lf3: 21 De3: c5 ? 34 L f7: Dcó: 5
9 gf3: L f6 22 f6 P c8 £5 D d2f K c7
10 L e3 P ey 23 e5 de5: 36 Da5f: P b6
11 Ke2 D d7 24 D 05: D d6 37 P e6f K b8
12 Dgi g6 25 D f2 Kd8 38 Dei e4
13 T di L g7 26 P e4 D b6 39 D g3f opgegeven
2 d4 cd4: 20 P h2 D dy 38 fg3 : X f3
3 p <3 P c6 2iXgi K hy 39 T da P <r 3 :
Geboren den isten Mei 1837, leerde hij reeds vroegtijdig de beginselen
van het spel, doch werd eerst in 1860 door Max Lange's >Lehrbuch in de
theorie ingeleid. In 1861 richtte hij een Schaakclub op te Naumburg en in
1865 eene te Rudolfstadt in Xhuringia.
In 1873 vestigde hij zich voor goed te Leipzig, waar hij zich aansloot bij
de Schaakclub »Augustea" wier president hij was van 1877 tot zijn dood toe.
Zwanzig's eerste daad van beteekenis was de regeling van het tweede
Midden-Duitsche-Schaak-congres in 1877 Onmiddelijk daarna organiseerde hij
het gedenkwaardige tornooi ter eere van Anderssen te Leipzig bij welke ge-
lngenheid hij tevens den Duitschen Schaakbond oprichtte.
H
Twee jaar later hield de nieuwe bond haar eerste vergadering te Leipzig
met zóó gunstigen uitslag, dat Zwanzig eenstemmig tot Secretaris werd benoemd
voor zijn leven.
Sinds, nam Zwanzig van niet minder dan 15 congressen en tornooien de
leiding op zich. Hij deed dit, zooals men weet, wel op éenigszins ongelikte wij
ze, tegenspraak of ongehoorzaamheid aan zijn bevelen, gelijkstellende aan majes
teitschennis, maar ruimschoots wegen hiertegen op de ongeevenaarde ijver,
welke hij bij voortduring aan den dag legde ten behoeve van de uitbreiding
en de belangen van den Duitschen Schaakbond en de zeer aanzienlijke op
offeringen van tijd, moeite en geld, welke hij zich zoo dikwijls getroostte ten
einde zijn doel te bereiken.
Zwanzig is overleden voordat de Duitsche schaakspelers, hem op meer
royale wijze, dan tot dusver het geval was hun erkentelijkheid hebben kun
nen betoonen, voor de onschatbare diensten hun en ons koninklijk spel
bewezen.
Itockaankoiidiging.
MAX LANGE, Paul Morphy. Sein Leben und Schaffen. Dritte Auflage.
Leipzig Veit & Comp 1894 6 Mark.
P. SCHELLENBERG e. a. Der Siebente Kongress des Deutschen Schach-
bundes, Dresden 1892.
Leipzig Veit & Comp 1894 5 Mark.
ALBERT HEYDE, Der Wettkamp Zwischen Dr. S. Tarrasch und M.
Tschigorin.
Berlin W. T. Bruer 1894 3 Mark.
I. M. BROWM AND JAS RAYNER, British Chess Magazine, Christmas-
number.
Leeds 1893 ish. 3d.
Tusschen het eerste en het laatste dezer werkjes ligt een geheel stuk ontwik-
kelings-geschiedenis van het schaakspel! Het is niet wel mogelijk in een
paar woorden aan te toonen hoezeer in allen deele het schaakspel sinds de
dagen van Morphy is vooruitgegaan. Welk een omvang, welk een diepte
hebben de navorschingen op theoretisch gebied niet gekregen, wat wordt
er niet over het algemeen oneindig correcter (ik zeg niet: geestiger) gespeeld
dan vroeger Het aantal beoefenaars, de lijst der schaak-tijdschriften en
schaak-rubrieken is zeker eenige malen verbubbeld. Tornooien zijn aan de
orde van den dag en al blijft elke belangrijke match van den aanvang tot
het eind ons spannen, op zich zelf is het houden van een tweekamp geen
zeldzame gebeurtenis meer. Voor een uitstekend schaakspeler is het niet
meer voldoende één tegenstander over het bord te kunnen afmaken ; hij wordt
weinig geteld zoo hij niet blind kan spelen (hoe meer partijen, hoe liever)
1$
en minstens du tig spellen simultaan voor zijn rekening kan nemen. Reeds
zijn eigenbelang dwingt hem, zich groote vaardigheid in het maken en oplossen
van problemen eigen te maken. Toen een eeuw geleden Philidor aankon
digde drie partijen tegelijk blind te zullen spelen, liep geheel Parijs uit om
het nieuwe wonder te aanschouwen. En thans ? Hij, die iets nieuws op
spelen ^Een ' a t e n z , e n ' zal meer dan vijftien partijen tegelijk b.ind moeten
pelen, (Een bezoeker van Transvaal, dien ik ontmoette vertelde mij dat
een amateur aldaar er 2 o voor zijn rekening nam ! ?) en in ons land Leeft
ieder schaakspeler reeds gelegenheid gehad door meer dan één liefhebber
seances te zien geven.
Waartoe deze inleiding, zal men vragen. Slechts teneinde met des te meer
nadruk te kunnen wijzen op het feit, dat ondanks al dezen vooruitgang, waar-
or wij natuurlijk dankbaar zijn, de partijen van Paul Morphy ons blijven
na hem W" h ^n'stichten' aIs die van een meester vóór of
na hem. Wij bewonderen dat genie, dat hoe ook toegerust met eeniye uit
kelde afko™stlge theoretische kennis een oorspronkelijk talent ontwik
Indien eens na den dood van Steinitz, Tarra,ch, Tchigorine of van „eiken
„rooten meester ook, een verzameling werd uitgegeven van al h
tijen, natuurlijk voor zoover deze bewaard zijn, zou men, geloof ik verwonderd
zijn over de vele partijen, die, hetzij slecht, hetzij doodsch, hetzij ontsierd
door meer of min grove fouten, het naspelen niet waardig zijn Bii Mor, h
niet alzoo. In het zoogenaamde Morphy- boek waarin met zorg bijeenverza
^i heeftl 'eVenSbijzC;nderheden en partijen, die men met moeite en
jt heeft kunnen vinden, wordt bijv. bij een blindséance van acht partijen
als een groote bijzonderheid gewag gemaakt van het feit, dat de meester een
incorrecte combinatie maakte!
Welk een stijl van spel! Welk een toucher, zou de musicus zewen
elkens het juiste stuk, op het juiste tijdstip op de juiste plaats- Elke par'
tuurliikeT" fr d°°rIUChtlge constructie. Een oogenschijnlijk geheel na
tuurlijke, kunsteloos-eenvoudige opeenstapeling van de steenen en blokies
noodig tot voltrekking van het gebouw. J '
Geen halsbrekende toeren, geen raadselachtig inmetselen van eigen stuk
ken geen jachtmakenj op onbegrijpelijk fijne nieuwigheden, die de tegenpartij
m dC W" m0<!,<!n ^ *Pr'nc'Pienreiteref« .„aai
i6
u L b 2 ^ D f 6 2 o T b i D g 6 2 9 T d 4 : T h d 8
12 L b5+ K f8 21 L b s f5 3oDa5f K c8
13 K h i P h6 22 L d 7 f : K d ; ; 3 i D a 6 f K c7
14 L e2 D f4 23 D a4f c6 32 T b3 T db8
1j „ f3 f6 24 dc6f.: bc6: 33 Dast IC c 8
C I *7 25 ef5 : D f6 34 L d6 opgegeven.
1 ; T C3 D h6 26 T d i f L d 4
18 L a3f K e8 27 f4 K 07
Het moet, dunkt mij, niet voordeelig zijn voor de uitgeversfirma Veit
& Lo. te Leipzig, dat de zoogenaamde Duitsche Congres-boeken, steeds
o n g e v e e r a n d e r h a l f j a a r v e r s c h i j n e n n a h e t c o n g r e s , d a t zij b e h a n d e l e n Maar
nog onvoordeeliger is dit voor de schakers, die niet gemakkelijk een boek
zu en koopen, waarvan het onderwerp al de frischheid van het pasgebeurde
verloren heeft, en aldus verstoken blijven van het genot, zeer interessante
en zeer goed geanalyseerde partijen na te spelen, waarvan nog slechts een
zeer klein gedeelte hun onder de oogen is kunnen komen.
I n D e c e m b e r 1.1. n a m e l i j k v e r s c h e e n h e t t w e e d e v a n d e h i e r b o v e n v e r m e l d e
werkjes. Ik las het met genoegen door, en kan den lezers van dit blad met
vertrouwen den aankoop ervan aanbevelen.
Het is oude maar aan den anderen kant toch geheel nieuwe kost, die
s eeds op smakelijke soms op geestige wijze wordt voorgezet. Zooals 'men
w e e t , n a m L o m a n a a n h e t b e d o e l d e c o u c o u r s d e e l , zij h e t d a n o o k m e t n i e t
bepaald schitterend gevolg.
urend er op u i t zijn d e n i e u w t j e s z o o s p o e d i g a l s m a a r e e n i g s z i n s m o g e l i j k
onder de oogen van het publiek te brengen, schijnen sommige schaakredac-
eurs dit slechts betrekkelijk goede voorbedd te willen volgen. En wij zou-
en afdrukken van belangrijke berichten. Wat moet men echter denken van
blad, Albert Heyde, heeft later zijn dwaling ingezien; althans een der laatste
tiid waT ' f k " m ' d e d e e I m ë ' d a t h e t oorspronkelijk plan luidde, de inder-
j vluchtig bewerkte partijen nog eens van de eerste af, maar nu gron-
diger beploegd, in het blad te doen verschijnen; dat echter wegeris gewich
tige bezwaren van dit plan was afgezien en de partijen nu met portretten
en biographieën der beide meesters tot een op zichzelf staand werkje zouden
samengevoegd worden.
Alzoo is geschied. Voor hen die de geweldige partijen tusschen Tarrasch
en Tchigorine nog niet hebben gezien is het prachtige boekje een ware
uitkomst.
Het bevat daarbij zooveel andere wetenswaardigheden, de analyses zijn thans
van zóó degelijk gehalte, dat men niet moet nalaten zijn bibliotheek er mee
te verrijken.
Wat de match zelf aangaat, daarover is reeds niet weinig geschreven. Indien men
sommige redacteurs moet gelooven, kunnen beide meesters met een gerust
geweten naar het Oude-mannenhuis vooor Schaakspelers gaan. »Nu ja, nu
en dan een niet onaardig partijtje, maar over het algemeen weinig zaaks.
«Tarrasch had de match moeten winnen en hij had dit ook zeker gedaan
indien niet etc . . . . hij speelt oneindig sterker dan Tchigorine."
«Neen, ze^t een ander, Tarrasch, de amateur, mag blij zijn, dat hij het
tegen een professional met zooveel routine als Tchigorine heeft kun
nen houden ; een volgend keer zal hij er wel slechter afkomen."
Ik voor mij vind zulk geschrijf hoogst onverkwikkelijk en de schrijvers meer
dan belachelijk. Leerlingen, die over hun meesters oordeelen! Waarom
zouden in 't vervolg nog matches gespeeld worden ? Immers voordat nog
een stuk is verzet zullen de schaakredacteurs ons mededeelen, niet wie win
nen zal, maar wie winnen moet, te oordeelen naar de resp. krachten der
beide kampers ; in.a.w. zij meenen uit vorige schaakdaden van meesters con-
clusiën te mogen en te kunnen trekken, welke in geval van niet volkomen
verwezenlijking bij volgende schaakdaden, toch betrouwbaarder worden geacht,
dan de uitslag dezer laatste ! De redacteur moet gelijk hebben; de meester
zal dan zwakker hebben gespeeld dan vroeger of wel de plaats waar de slag
is geleverd heeft de schuld, ot de omstandigheden, of kiespijn of hoofdpijn
M.i. zou echter wanneer een groot meester niet in staat is zijn tegenpartij
.e verslaan, de hulp zelfs van een schaakredacteur, weinig verandering in de
score brengen.
Wit Wit
Wit neemt zijn laatsten zet Wit geeft mat in 1/4 zet.
terug en geeft mat in twee
zetten.
PERS.
Onder dezen titel wensch ik maandelijks een overzicht te geven van be-
langrijke artikelen & besprekingen in buitenlandsche schaak-bladen.
In de laatste nummers van de CHESS-MONTHLY, het Londensche orgaan
van den heer Hoffer, wordt door bekende Engelsche spelers & schrijvers,
een vrij heftige polemiek gevoerd over de zoogenaamde onschendbaarheid
van den koning.
Het vuur werd indertijd geopend door Wordsworth Donisthorpe, die in
een artikel »Abolish check« *) den nieuwen schaakregel aangaf:« de koning
mag als ieder ander stuk genomen worden, maar het nemen van den koning
wint de partij« en de redenen opsomde welke hem het voorstel tot deze
wijziging in de schaakcode in de pen gaven. Zijns inziens is de vroegere
ridderlijke & vrijwillige gewoonte den tegenstander te verwittigen van het
gevaai waarin deze verkeert, ten onrechte tot een wet geworden, die weer
andere eveneens onlogische wetten heeft in het leven geroepen. De dwaze
gevolgen, zoo schrijft Donisthorpe, zijn deze : 1. Een speler, die zijn koning
in schaak zet of in schaak laat staan, kan zonder straf niet alleen, maar
moet zijn fout herstellen. 2. Zelfs wanneer hij geen anderen zet heeft,
mag de koning zich niet in schaak begeven ; hij heet dan »pat« te staan en het
spel is onbeslist, zoodat een speler, wicn het gelukt is in het eindspel twee
paarden of een raadsheer over te houden tegen den ontb'.ooten koning niet
mat kan geven ; zelfs zijn in sommige gevallen, raadsheer en pion of paard en
pion niet in staat de winst af te dwingen. Past men daarentegen de af
schaffing van het schaakaanzeggen in al zijn consequenties toe, dan behoort
het patstaan tot de geschiedenis. Immers de koning zal evenals ieder
ander stuk, een zet mogen doen, die hem het leven kost ; is er geen
andere zet, dan is hij zelfs verplicht dien te doen.
Door de invoering van dezen regel: »de patstaande koning verliest" zal in
99 van de 100 gevallen de numeriek sterkere partij in het eindspel kunnen
winnen hetgeen niet slechts zeer rationeel is, maar tevens het te groote aan
tal remises in wedstrijden en matches ontzaglijk zal verminderen. »Laat,
zoo eindigt Donisthorpe, knoeiers roepen »schaak-koning", »schaak-koningin",
»schaak-pion" zelfs; laat hen hun zetten terugnemen of een halfdozijn stuk
ken aanraken voordat zij tot een beslissing kunnen komen, het staat hun
vrij; maar ongetwijfeld is zulk kinderachtig gepruts het wetenschappelijke
schaakspel onwaardig. Ik geef toe, dat ook de beste schaker eens in zijn
leven zijn spel zou kunnen verliezen door zijn koning en p r i s e te laten,
maar hetzelfde overkomt hem thans evengoed indien hij zijn koningin e n
p r i s e laat."
Het spreekt van zelf dat een bestrijding van bovenstaande beweringen niet
uitbleef, en voornamelijk zijn het Richard Teichmann en W. E. Blunt die Do
nisthorpe met tegenargumenten hebben gebombardeerd: i. De invoering van
den nieuwen regel zou het aantal partijen vrij aanzienlijk vermeerderen, die
gewonnen worden door een bévue van de tegenpartij. 2. Het is niet mogelijk
den koning met eenig ander stuk te vergelijken, daar andere stukken straf
feloos geofferd kunnen worden. Nu zou het belachelijk zijn de tegen
partij te waarschuwen voor een gevaar dat niet bestaat; het kan toch juist
zijn plan zijn een stuk weg te geven, welke operatie op den koning toege
past, de partij doet verliezen. 3. Bijzonder vele van de fijnste combinaties,
die in het eindspel gemaakt kunnen worden, zouden in 't vervolg nutteloos
zijn, daar een speler zeer dikwijls door overmacht zou winnen zonder daar
bij veel schaakkennis te behoeven. 4. De onbillijkheid volgens Donisthorpe in het
feit gelegen, dat raadsheer paard of pion niet kunnen winnen zou niet afge
schaft worden, daar verschillende gevallen van dezelfde soort zouden blijven
bestaan. Integendeel de onbillijkheid zou eerder grooter worden, in zoo
verre een raadsheer de winst zou kunnen dwingen, een paard niet, hetgeen
21
Nu in ons land, bij een tusschen twee clubs gehouden wedstrijd, kwesties
zijn gerezen naar aanleiding van de beslissing des scheidsrechters over onbe-
eindigde partijen, schijnt het niet ondienstig kortelings melding te maken van
het opstel, dat, eveneens in de CHESS-MONTHLY, December-nummer, Wyke
Bayliss aan dit onderwerp wijdt. Ook hij wil een nieuwigheid invoeren maar
zij schijnt mij meer gerechtigd toe dan die van Donisthorpe.
> Ik heb, schrijft Wyke Bayliss, honderden partijen beslist, maar ik heb
nooit oneenigheid waargenomen over de vraag wie van beide spelers in het
voordeel is. De twisten, die ontstaan behandelen steeds de kwestie of het
behaalde voordeel werkelijk tot winst moet leiden.
Een schaakpartij is geen slachting maar een campagne. Eerst de opening,
waai in terrein gewonnen of verloren kan worden; dan het middenspel, waar
in een oorspronkelijk verlies somtijds hersteld wordt ; ten slotte het eindspel,
waarin de overwinning wordt verzekerd of vergooid. Het is niet voldoende
vooi een speler, zoo hij een voordeel heeft behaald in de opening of in het
middenspel, om de partij als gewonnen op te eischen. Hij heeft echter iets
gedaan voor zijn club. Hij begon met gelijke krachten. Na twee of drie
uur spelens heeft hij klaarblijkelijk zijn stand verbeterd. H ij h e e ft de
paitij half gewonnen, en daarvoor moet hem een half
winstpunt worden toegekend, En wat zijn tegenstander betreft,
22
wat heeft' deze gedaan voor zijn club ? Ook hij begon met gelijke krach
ten en schoon zijn leger nog niet is weggemaaid ot zijn koning genomen,
is er een bres geschoten in zijn fort en is zijn positie verzwakt. Hij heeft
niets gedaan voor zijn club ; hem kan niets worden toegekend.
Als uitzondering hierop zou ik slechts het geval willen doen gelden, waar
in een speler aangeeft dat hij kan matzetten of een absoluut beslissend aan
tal stukken of pionnen kan winnen en behouden.
Ik zeg niet dat deze regels elke moeilijkheid zouden oplossen maar zij zou
den ons zeker menig onaangename twist sparen. In elk geval zouden zij de
positie der scheidsrechters aanmerkelijk versterken "
miioitie:
Dc Alapin's Opening.
landspel.
l*rohlcmen.
(Redacteur : H. J. den Hertog, Marnixkade 43, Amsterdam.)
100. C. C. W. Maun, 101. H. Mendes da Costa,
Amsterdam. Amsterdam.
UIT DE •'ROItLEilül-WËRüL».
Onder dezen titel denken wij elke maand te verzamelen — in zoo beknopt
mogelijken vorm al wat den probleemvrienden onder onze Bondsleden
belang inboezemen kan.
Correspondentie.
Problemen voor den wedstrijd kwamen in van »Al doende leert men., »Een
ieder meent zijn uil een valk te zijn«, »Voorwaarts., «Eureka, en »Ik leer noa «
b'
»Eureka.« Beleefd verzoek ik U te voldoen aan Art. III van het Regl. op den
Probleemwedstrijd (pag. 137 van den vorigen jaargang.)
Nieuwe leden voor 1894, die wenschen deel te nemen aan den probleem
wedstrijd, kunnen de November-aflevering, waarin de bepalingen daaromtrer.t
zijn vervat, tegen de aan het hoofd van dit nummer beschreven conditiën
bekom-en.
v. L.
2e Jaargang No. 3. Maart 1 894.
TIJDSCHRIFT
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND
BESTUUR VAN DEN* N. S.: Jhr. D. VAN FOREEST , Voorzitter; Dr. A. J. A. I'KANGK,
Onder-Voorzitter, J. F. HEEMSKERK, Penningmeester; L. H. DEELMAN, Commissaris van
Materieel; N. W. VAN LENNEP, Secretaris.
REDACTIE: N. W. VAN LENXEP, Kerkstraat 188, Amsterdam; H. J. DEN
HERTOG ; Dr A. J. A. PRANGE.
^an dit blad, dat omstreeks den laden van iedere maand gratis aan de Bondsleden wordt
toegezonden, zijn extra-nummers verkrijgbaar a 20 cents en een geheele jaargang a f 2.-, eveneens
slechts voor Bondsleden.
lVctlslrfid ie Alkmaar.
Het Hoofdbestuur maakt bekend, dat bij voldoende deelneming van Zaterdag
middag 17 Maart tot Zondagavond daaraanvolgende te Alkmaar, in het Hotel
, de Toelast een Schaakwedstrijd zal worden gehouden met af- en aanspel.
Over het al of niet spelen met voorgift zal door de deelnemers vóór den
aanvang beslist worden. De regelingsbepalingen, in hoofdzaak gelijk aan die
van vroegere wedstrijden, herhalen wij hier in 't kort.
I. Alleen Bondsleden kunnen aan dezen wedstrijd deelnemen.
II. Gespeeld wordt volgens het Reglement op het Schaakspel van den
N. S. B.
III. Het spelen met klokjes is verplichtend. (20 zetten per uur.)
IV. Elke speler is gehouden, zijne partij(en) volledig en duidelijk ge
noteerd bij den leider in te leveren.
V. In de eerste ronde worden slechts zooveel partijen gespeeld als noo-
dig zijn, om het getal deelnemers tot een macht van 2 terug te brengen.
VI. Indien twee spelers van gelijke klasse, tegen elkander spelende, bil
lijkerwijs dezelfde kleur zouden moeten hebben, zullen in de oneven ron
den de h o o g e r e nummers en in de even ronden de lagere num
mers wit hebben. Overigens wordt de kleurverdeeling bij iedere partij tus-
schen spelers van gelijke klasse geregeld door den leider, naarmate der kleur
verdeeling van de bereids door ieder der spelers in hunne klasse gespeelde
partijen.
VII. Indien eene partij hinderlijk lang duurt en daardoor den voort
gang van den wedstrijd bedreigt, waarschuwt de leider de spelers, dat hij na
een kwartier de partij zal afsluiten. Na dat kwartier wordt ieder der spelers
34
l*rwl>Ieciiioi>lossiiigswc<lstr{j tl.
De problemen, welke ter mededinging in den probleemwedstrijd bij den
Bondssecretaris inkomen, zullen genummerd, doch niet in diagram, den Bonds
leden successievelijk ter oplossing worden aangeboden. Dienaangaande maakt
het Hoofdbestuur de volgende bepalingen bekend.
I. De oplossingen, van duidelijke onderteekening (geen motto) voorzien,
moeten worden gezonden aan H. J. den Hertog, Marnixkade 43, Amsterdam.'
De teimijn v a n i n z e n d i n g zal onder elke groep problemen
worden vermeld.
II. Voor elke correcte en volledige oplossing van een 2-, 3- of
4- zettig probleem worden resp. 2, 3 of 4 punten toegekend. (Het is
zeer waarschijnlijk, dat sommige problemen meer dan ééne oplossing toelaten.)
III. Voor elke foutieve oplossing zal 1 punt van het door den
deelnemer behaalde aantal worden afgetrokken.
IV. Voor 't geval, dat een probleem in minder dan het gestel
de aantal zetten oplosbaar is, zullen alleen de kortste oplossingen
in aanmerkingen komen. (Voorbeeld : Een deelnemer zendt van een v i e r z e t
een of meer 4 zettige oplossingen in, een ander een of meer 3 zettige. De
eerste ontvangt o, de ander zooveel maal 3 punten als hij oplossingen inge
zonden heeft, tenzij een nog kortere oplossing mocht ingekomen zijn.)
V. Telkenmale zullen 3 punten worden toegekend aan hem, die het be-
35
-wijs levert, dat de positie van een probleem niet in de practische partij zou
kunnen voorkomen.
VI. Hij, die aantoont, dat een 2 —, 3 — of 4 zettig probleem onop
l o s b a a r is, ontvangt resp. 2, 3 of 4 punten.
VII. 5 punten zullen worden toegekend aan hem die aantoont,
a.) dat een probleem reeds vroeger werd gepubliceerd;
b.) dat een probleem als een plagiaat te beschouwen is.
VIII. De in te zenden oplossingen zullen door den Bondssecretaris met
den Redacteur der probleemafdeeling van dit Tijdschrift worden beoordeeld.
IX. Na afloop van den wedstrijd zal een overzicht worden gepubliceerd
van de door alle deelnemers behaalde aantallen punten.
X. Uitgeloofd worden:
als ie Prijs f15, als 2e Prijs fio, terwijl het Hoofdbestuur zich voorstelt,
bij groote deelneming het aantal prijzen te vermeerderen.
XI. Wanneer meer dan een deelnemer het hoogste aantal punten beha
len, beslist loting.
HET HOOFDBESTUUR.
No. 1. Wit: Ka7, Ta2, Tg4, p. b2, b6, d5, d7, f2.
Lfi, LhS, Pd3, p. b2, bs, C3; Mat in twee zetten.
Z w a r t : Kc4, p. d6, 04. No. 6. Wit: Kh3, Dh6, Td5,
Mat in twee zetten. Te8, La7, Lg6, Pe7, p. d2, g2, gs;
No. 2. Wit: Ka7, Dh4, Th6, Z w a r t : Kf4, TaS, Th8, La4,
Le8, Lh8, Pc2, Pe3, p. a2, bs, c5, Pd7, pb2, C3, cs, c6, f7, f6, I14.
g3, h5; Mat in twee zetten.
Z w a r t : Kas, Tg$, Lc4, Pbi, No. 7. Wit: Kd3, Tci, Tg6,
p. 34, ds, g6, 117. Lei, Lg 4 , Pc2, Pfs, p. bs, f4;
Mat in twee zetten. Z w a r t : Kds, Ta2, La3, Pli4,
No. 3. Wit: Ke8, Dh3, Tb6, p. d4, e6, f3.
L g5, Pc7, P-b4, g3, 114, h5; Mat in twee zetten.
Z w a r t : ICe5, p. b7, c6, e4, f5. No. 8. Wit: Kd3, Tci, Tf6,
Mat in twee zetten. L C 3, L C 8, Pd7, p. f4;
No. 4- W i t : Kf6, De7, Lgi, Z w a r t : Kds, La5,P d8, p. d4, g7_
p. b6, c2, e6, f5; Mat in twee zetten.
Z w a r t : Kds, p. e5. No. 9. Wit: Kd4, Dh3, TI16,
Mat in twee zetten. L ! l 5. p g7,
P- d6, e7, g4, g6, I14;
No. 5. Wit: Kd6, Df8, Ta8, Z w a r t : Kf6, Ld7, LhS, p.[4.
TI14, Pbi, Pe4, p. C3, e5; Mat in twee zetten.
Z w a r t : Kb5, Tal, Tb3, La2, No. 10 W i t : Ka 4 , Dd8, Td2, Lb8,
36
Lg4, Pe7, p. b2, d3, h5; Lei, Lh3, Pe5, Pfs, p. 05, g5;
Z w a r t : Kd4, Pd6, p. ds, g5, Z w a r t : Kd$, Te8, Lf8, Lg6,
h6, I17. p. ey, h7. Mat in twee zetten.
Mat in twee zetten. No. 16. Wit: Kb4, Lbi, Lf8,
No. 11. Wit: Kd4, Dd7, Tgi, Pd3, p. f2, g3;
TI17, Lei, Le4, Pd2, p. c6, g4; Z w a r t : Kd4, Th8, p. d5, d6,
Z w a r t : Kgs, Tg3, Tg7, Lg6,. e6, g4. Mat in twee zetten.
p. c7, f3, f7, h4. No. 17. Wit: Kd2, Dh7, La2,
Mat in twee zetten. Lb8, Pf8, p. f3 I15;
No. 12. Wit: Kb7, Df8, Td6, Z w a r t : Kd4, La8, Lh8, Pg7,
Tf5, Le5, Pai, p. 34, b3; p. c6, ey, g4.
Z w a r t : Kas, Tg3, LcS, Pei, Mat in twee zetten.
p. C7, g6. No. 18. W i t: Kf5, Da7, Td8, Las,
Mat in twee zetten. Lf7, Pdi, Pe6, p. 34, b4, c2, e5, g3;
No. 13. Wit: Kd7, Td4, Le4, Z w a r t : Kc4, Th7, Ld6, Pc8,
Lg5, p. d2, f2; p. 33, b6, c6, f6, g5-
Z w a r t : Ke5, Lal, p. 05. Mat in twee zetten.
Mat in twee zetten. No. 19. Wit: Kh6, Db6, Td7,
No. 14. Wit: Kf8, Dbi, Ta2, Tf2, Lb3, Ld4, Pc6, Pe7, p. dó;
Tc4,. Lb8, p. d2, e3, g6; Z w a r t : KI18, Db5, Te8, Le5,
Z w a r t : Kh8, Lb2, Lc6, Pel, PC4, Pd3, pc5.
p. b4. e4, es. (Termijn van inzending der op
Mat in twee zetten. lossingen V3n bovenstaande proble
No. 15. Wit. Kf4, Tb5, Th6, men: 8 April.)
LEDE JJST.
Amsterdam. rechtstreeksche leden, staan op de
Nieuwe Rechtstreekse/ie Leden : ledenlijst (Maartnummer 1893) abu
J. Ph. Vogel, Prinsengracht 650. sievelijk als afdeelingsleden vermeld.
A. B. Henny, Heerengracht 393. Groningen.
J. C. Loman, Thorbeckeplein. Nieuwe Afdeelingsleden:
Arnhem.
R. Wieringa, Hoendiep.
Nieuw Rechtstreekse/) Lid:
K. R. Velthuis, Middelbeek bij
W. F. Hesselink, Eusebiusbuiten-
Groningen.
singel 33.
Nieuw A fdeelingslid: Helder.
J. J. T. Poederbach, Emmastraat. Nieuw A fdeelingslid :
Correctie: W. Nanning, Officier van Adminis
J. Balthasar, en Dr. J. Swaving, tratie .bij de Marine.
37
Hilversum. Leiderdorp.
Bedankt: Nieuw Reclitstreeksch Lid:
J. H. Veen. J. Samson.
N. J. H. van Groenendaal. Rotterdam.
Leiden. Nieuwe Afdeelingsleden:
Nieuwe Afdeelingsleden : Mr. J. J. Taudin Chabot, Schiekade.
J. Pel, Hoogewoerd. L. J. Terneden, Schiekade 138.
R. F. C. Damstë, Aalmarkt, hoek
Bedankt :
Maarsmansteeg.
A. Deichmann.
liniElLAÜD.
RUITKliLAH».
UIT HEF LAND VAN DEN HUMBUG. Dat men ze'fs het schaakspel kan
exploiteeren tot finantieële speculaties moge blijken uit het volgende feit, tot
dusver, gelukkig, eenig in zijn soort.
Begin Januari deed in verschillende rubrieken de aankondiging van een
internationaal tornooi de ronde, te houden te Terre Haute in Indiana. Het
congies heette uit te gaan van den Indiana—Schaakbond en zou 27
Februari aanvangen. Prijzen van 550, 350, 250, 200, 150, 125, 100 en 75
dollars werden uitgeloofd. Daarenboven 150 dollars voor de briljantste, 100
vooi de bestgespeelde en 50 voor de kortste met mat eindigende partij; ten
slotte 25 dollars voor elke correcte mataankondiging in 5 of meer zetten.
1200 dollars waren uitgetrokken voor de reis- en verblijfkosten der deelne-
meis, waarvan het aantal niet minder dan 26 en niet meer dan 4 0 mocht
bedragen! enz. enz. H e t i n l e gg e l d t e n b e d r a g e v a n 2 5 d o l
lars moest e c h t e r den 27sten Januari in het bezit zijn
van d e n President van d e n Indiana —Schaakbond,
Charles Jackson. — — —
Nu lezen wij in het Frankfurter Schachblatt:
* De New-Yorksche schakers, die gelijk men weet in den Herfst van het vori
ge jaar het aangekondigde meester-tornooi wegens gebrek aan contanten
hadden moeten opgeven,hoorden met begrijpelijke jaloezie dat de Bond te
Indiana zoo spoedig de eerbiedwekkende som van 3650 dollars had bijeengekregen
voor het houden van een congres en zij besloten, zoo mogelijk, een spaak
in het wiel te steken. Zij bereikten dit eenvoudig hierdoor, dat zij den bo-
vengenoemden President Jackson vroegen, wie borg stond voor de prijzen.
Deze onbescheiden vraag deed den talentvollen organisator zoozeer in woede
ontsteken, dat hij onmiddellijk den wedstrijd afwimpelde!«
Volgens het Biitish Chess Magazine, blijkt er achteraf in het geheel geen
Schaakbond in Indiana te bestaan.
PiMCTIÜiCII S P E L .
Partij van den Bondswedstrijd iste klasse te Groningen.
No- 51- Gespeeld 22 Augustus 1893.
Engelsch Paardspel.
W i t: J. \ ijzelaar. Zwart: Jhr. A. E. van Foreest.
1' e2 e4 e7 — 05 Tegenwoordig algemeen als de
2. I gi f3 p b8 — c6 beste verdediging erkend. Het min-
3. c2 — c3 d7 — d5 der sterke 3 . . . . Pf6 werd in ' 8 9
4°
Waardoor het witte paard inge Zwart deed zijn 30sten zet waar
sloten wordt.O. schijnlijk met het doel, Kd7 te
Natuurlijk het eenige. d. H. doen volgen, overzag echter, dat
26. 05 — c6f Wit nu 11a 31 ... . Kd7 door 32
Door Te2 had wit zich niet Lf6 het paard zou winnen. (Op
voldoende kunnen verdedigen bijv. 32 ... . Pg8 volgt 33 Te8: en
26. Te2 Pc6 27. Tdei PD4: 28. Zwart mag den looper niet nemen,
c6! Kc6: 29. Tc 17 Kb6 en 30. d. H.
Tcy : kan niet wegens Te6:0. 32. T e2 X e7 T e8 X e7
by X c 6! 33. T ei X e7 f4 X g3
27. P e6 — 05 j K d7 — c8 34. h2 X g3 h7 — I15
28. T ei — e2 L h6 — f4 35. Kgi — f2 a7 — a5
Blijkbaar reeds gespeeld met 36. a2 — 33 a5 X b4
het doel, den looper tegen paard 37. 33 X b4 g6 -- g5
05 af te ruilen. Het vervolg der
partij toont aan, dat dit plan te 38. T e7 — e5 T d5 — d2f
veroordeelen is. d. H. 39. T e5 — e2 T d2 — d5
29. T di — ei L f4 — d6 40. K f2 — e3 K c8 — b7
30. g2 — g3 41. K e3 — e4 K b7 — a6
Het zwarte spel is lamgeslagen. 42. L 03 — e5 K a6 — b5
De volgende atruil geeft Lb2 ge 43. T e2 — b2
legenheid, actief op te treden, en Wit geeft Zwart ook niet de
maakt dus Zwart's positie ten minste kansen op remise.O.
eenen male onhoudbaar, d. H. K b5 — C4
L d6 X c5-? 44. L eS X c7 h5 — 1H
Een grove fout, waardoor een 45- g3 X H gS X h4
stuk verloren gaat en hiermede de 46. L c7 — e5 h4 — 113
partij. Door g5 had Zwart nog 47. b4 — b5! h3 — h2
goede kansen op winst.O.
48. L e5 X h2 T d5 — d8
31. d4 X c5 fs — f4
49- '35 X T d8 —• e8f
Zwart had hier kunnen opge
ven. Op 31. . . . Td7 ware gevolgd 50. L h2 — e5 T e8 — g8
32 Lf6 Kd8 33 bs cb5 : 34 c6 51. c6 — c7 Opgegeven.
waarop de partij zeer snel beslist O. = A. G. Olland.
is.O. d. H. = H. J. den Hertog.
deze spelers maakten er, zooals in door het voorbereidende Tac8 zoo
den laatst en tijd meestal gebeurt, kansrijk mogelijk heeft willen ma
een doodgewoon Giuoco Piano van. ken wordt juist door Wit's zet ge
f8 — 05 pareerd. Het best had Zwart o. i.
3- P gi — f3! nog gedaan met het zeer actieve
Paard te nemen, in ruil voor den
Hier stellig de sterkste voortzetting;
Looper die toch al zijn »Schuldig-
de «klassieke» voortzetting 3. 03
keit« gedaan heeft. . . . en hoe!
met al haar verrassende wendingen
en gevaarlijke klippen komt in een L b6 X d4
concourspartij liefst niet in aanmerking. 18. e5 X d6 DC7 — d7
19. T di X d4 t>7 — b5
d 7 — d6
20. D a4 — a3 ! b5 X c 4
4. C2 — 03 L c8 — g4?
Deze zet is niet best: het vast 21. P f3 — e5 D d7 — e6
houden van het paard brengt Zwart 22. d6 — d7 T cS — d8
geen voordeel aan; Wit vormt zijn 23. P e4 — c5 D e6 e7
centrum toch. — Met 4 —, Pc6 24. K ci — di C4 — C3
had Zwart het spel in het Giuoco Dit kan Zwart toch geen redding
Piano kunnen doen overgaan.— De meer aanbrengen.
theorie geeft hier ook 4—, De7 5. 2 5- ? es X g6 03 — c2f
o—o (sterker dan d4), Le6 enz.
26. Kdi X c2 D e7 >< ei
5. Ó2 — 6 4 e5 X d4
27. P g6 X f8 D ei — e2f
6. C3 X d4 L 05 — b6
Zwart wil eventueel op C4 schaak
De afruil op f3 zou natuurlijk geven; daarom niet 27—, Df2 :f
slechts Wit's spel versterken; waar
28. K c2 — cl D e2 — fif
toe dus 4—, Lg4?
29. T d4 — di D f 1 -— C4f
7. L cl — e3 P g8 •— f6
30. Kei — bi P d5 — b4
8. h2 — h3 L g4 — h5
Gelijkstaand met opgeven. — Door
9. D di — a4f c7 — c6
30—, Tf8: kon Zwart de partij in
10. P bi Ó2
elk geval rekken, maar ook niet meer
Blijk gevend van Wit's plan, om
bv. 30—, Tf8: 31. Pe6!, fe6: 32.
bij afruil op f3 met den pion terug te
Df8:f, Kf8: 33. d8 0>f enz. (Wit
nemen, daar hij toch lang rocheert.
zal met de kwaliteit vóór en verre
P b8 — d7
weg de beste pionnenstelling wel
"• ë 2 — g4 L h5 — g6
winnen.) Of: 31. (Pe6), De4f 32.
12. L e3 — g5 0-0 Kal (is er iets beters?), De6: 33.
13. 0—0—0 D d8 — c7 Df8:f, Kf8: 34- d8»f, De8 35-
14. L g5 X f6 Pd7 X f6 Td5cd5: 36, De8 :f, Ke8: 37.
15. e4 — e5 P 16 - d5 b4' en de verbonden witte pionnen
zullen winnen tegen de geïsoleerde
16. Thi — ei T a8 —• c8
zwarte pionnen a en d.
17- P d2 — e4!
De partij treedt nu in een onge 31. T di — ci Dc4 — d4
meen levendig stadium. De combi 32. D a3 — C3 D d4 — f4
natie van Zwart, die nu volgt, en 33. P C5 — b7 Zwart geeft op.
die hij blijkbaar reeds eenigen tijd Aanteekeningen van H. J. den
op 't oog heeft gehad, doch eerst Hertog.
43
Problemen.
(Redacteur : H. J. den Hertog, Marnixkade 43, Amsterdam.)
112 G Chocholous, 113. H. Mer.des da Costa,
Praag. Amsterdam.
danken is. Het geldt hier een probleem, dat in een wedstrijd werd bekroond—
en dat maakt de zaak vrij ernstig. Het zou, uit een oogpunt van eerlijkheid
in elk geval aanbeveling verdienen, dat een componist, wanneer hij in
een wedstrijd een bewerking van een oud idee wilde doen mededingen, den
prijsrechters mededeelde, waarom zijn probleem als niet geheel oorspronkelijk
kan worden beschouwd.
Het «Frankfurter Schachblatt" schrijft een probleemtornooi uit. Verlangd
wordt één driezettig probleem (zonder voorwaarden en nog niet ge
publiceerd). Drie prijzen: 20, 15, en 10 Mark. Adres: Redaction des
«Frankfurter Schachblattes'" Neue Mainzerstrasse 82, Frankfurt a.M. T e r
mijn van inzending: 30 April 1894. Wijze van inzending dezelfde
als die, voorgeschreven in 't Novembernummer 1893 van dit Tijdschrift.
Jury: G. Erlanger, te Frankfort en Dr. S. Tarrasch, te Neurenberg. Ver
zending der prijzen 4 weken na de verschijning van 't Rapport.
Correspondentie.
Dengenen, die een bandje bestellen, wordt tegelijk een papieren om
slag met titel verstrekt. De 50 exemplaren zijn echter nog lang niet
volteekend. v. L.
Bij het ter perse gaan van dit blad vernemen wij, dat er Maandag 26
Haart (2en Paaschdag) te twee uur, in het hotel »Le Soleil d'Or" loeiden,
een w edstrijd zal worden gehouden met af en aanspel» H. H. deelne
mers moeten zich voor 15 Maart aan den heer J. Fles, Leiden opgeven
en het inleggeld ad f0,75 voldoen. Wij wenschen dezen wedstrijd, die door
den uitgever van de «Handelspost", Eduard Ydo, op touw wordt gezet,
veel succes toe, al verklaren wij niet te begrijpen hoe de zaak bij eenigszins
groote deelneming in één middag en éên avond kan afloopen.
AMSTERDAMaCHE STOOMDRUKKERIJ.
2e Jaargang No. 4. ' April 1894_
TIJDSCHRIFT
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND.
BESTUUR VAN DEM T
N. S.: Jhr. D. VAN FOREEST', Voorzitter;' Dr.
^ IYI- A J A II 'RANGE
RANGE
Onder-Voorzitter, J. F. HEEMSKERK, Penningmeester; L. H. DEELMAN, Commissaris van
Materieel; N. W. VAN LEXNEP, Secretaris.
REDACTIE: N. W. VAN LENNEP , Kerkstraat 188, Amsterdam H J DKV
H ERTOG ; Dr A. J. A. P RANGE. '
\an dit blad, dat omstreeks den loden van iedere maand gratis aan de ,
toegezonden, zijn extra-nummers verkrijgbaar a 20 cents en een geheele jaargang A f 2 8
slechts voor Bondsleden • • jaaigang a f 2.-, eveneent
LEDENLIJST.
Alfen. Dordrecht.
Verhuisd:
Verhuisd :
van Leiden naar Alfen, J. van der
Linden, tevens daardoor geworden van Alkmaar naar Dordrecht, Voor
straat 379, P. L. van de Polder.
Iiechtstreeksch Lid, ook over 1894.
Andijk. 's (ïravenliaje.
Nieuw Rechtstreeksch Lid: N ieuwe A fdeelingsleden :
M. Veer. Mr. M. A; Eekhout, Laan Copes van
Amsterdam. Cattenburgh 43.
Kieuwe Af deeling sleden. H. Nanning, Korte Poten.
K. & J. D. Blykmans, Vossiusstraat. Verhuisd :
Bedcmkt voor 1895; Van Amsterdam naar 's Gravenhage,
M. J. Lobo. Huygensstraat 30, J. C. Klinkenberg.
Antwerpen.
Groningen.
Nieuw Rechtstreeksch Lid: Bedankt:
A. Mendes da Costa, Longue Rue L. Zuidema.
d'Hérenthals 51.
Arnhem.
Verhuisd:
Nieuw Afdeelingslid : van Zwolle naar Groningen A. A. J.
van Seters.
A. Vecht, Oeverstraat 62. Helder.
Delft. Correctie:
Nieuw Rechtstreeksch Lid: De Heer D. J. ten Klooster wenscht
S. R. J. Onnen, Pepersteeg 5. Rechtstreeks Lid te blijven.
Koetinchem.
Nieuwe Ajdeeli/igsleden:
Nieuw Rechtstreeksch Lid:
M. Malherbe J. H. A. Verheijs, Plantsoenstraat 2.
F. Sant.
50
Haarlem. Lelden.
Nieuw Rechtstreeksch Lid: Nieuw A/deelingslid:
Mr. Ch. Enschedé, Spaarne 56. J. P. Sasse, Aalmarkt 1-8.
Hilversum. Utreelit.
Nieuw A/deelingslid: Verhuisd:
B. Elskamp, Langestraat. naar Volderbrug 210, G. M. Stolte Jr.
Bedankt voor 1895: Zwolle.
Jhr. H. B.Smissaert. Bedankt «oorl895 :
Mr .J. II. de Vries.
PROBLEEMOPLOSilMUSWIiOiTRIJD.
Termijn van de inzending der oplossingen: 15 Juni.
Tweezetten.
No. 20. Wit: Khi, Dfi, Td6, Lc3, Pd8, Pf6, p. a4 b6, b7, d2 ; Zwart,
Kc5, Dh7, Lh2, Pb8, p. a5, C4, d3, h3. —
No. 21. Wit: Kei, Dh4, Ldj, Pd6, Pf4, p. a5, d2; Zwart: Kd4
Ld3, Pe3, Peg, p. bs, g4.—
No. 2 2 . Wit: Kd2, Dh7, Lf3, Pd8, p. b3, C2, e6; Zwart: Kd4t
Da6, Pc5, p. b4, b5, f4, f6.—
No. 23. Wit: Kei, Df7, Ld2, Lhi, Pe5, Td8, Th5, p. C3 ; Zwart:
Ke4, Dfs, Ld7, p. b5, C4, f3.—
No 24. Wit: Kg2, Da6, Le3, Pc7, Ph6, p. b3, c5, d2; Zwart: Ke4
De7, Lb4, Le6, p. a7, d7. eg, g4_—
No. 25. Wit: Ke2, Td5, La6, Lgi, Pe3, Ph7, p. f4, g3 ; Zwart: Ke4,
Th5, Lb7, Ld8, p. C4, e6, g2, gó.—
No. 26. Wit: Kal, Dc6, Lh6, Pd2, Pf4, p. f3; Zwart: Kd4, Lg8,
p. e3, e6.—
No. 27. Wit: Ke2, Td5, Ld7, Lg7, Pa2, Pe8, p. b3, bs, g3, g4;
Zwart: Ke4, Da3, Tg8, Tc6, Lb2, p. C5 cj. e6, f7.—
No. 28. Wit: Ka8, Tb6, Tg5, Ldi, Pe3, Pd5, p. a3, b2, C4 ; Zwart
Ka5, TC2, Ld8, p. a6, d3-—
No. 29. Wit: Kg6, Dgi, Td7, Lbi, Pa4, Pa3, p. f4; Zwart: Keó,
De4, Pb3, p. c7, f5, g5.—
No. 30. Wit: Kf8, Dfi, Td4, Td5, La2, Lh2, Pb3, Pe8, p. b4, c6, d3,
g5, h4; Zwart: Ke6, De5, Lf3, Pg3, p. b6, gó.—
No. 31. Wit: Kcó, Da7, Lb8, Pbi, Pe3, p. a4, d3, e2, g5 ; Zwart:
Kd4, Lf8, p. bó, dó, eó, f2.—
No. 32. Wit: Kd3, Dgi, Tg7, Ld5, Lh8, p. g4; Zwart: Kdó, La3,
p. có, eó, f4, I17.—
No. 33. Wit: Kh3, De2, Tb2, Tb4, Lfó, Pd4, Ph4, p. e5, eó ; Zwart:
Kf4, Dd5, Tei, Pe7, Ph2, p. bg.—
5'
No. 34- Wit: Khi, Dgi, Ta4, Pd5, Ph3, Lf4, LgS, p. c2, f6;
Z w a r t : Ke4, T e 6 , L c 4 , L d 4 , p. 05, f3, f5.—
No. 35- Wit: Kd2, Dbi, Tc3, Le7, Lh3, Pf3 ; Z w a r t : Kd5, Pd7,
Pf4, p. b s , e6.— 3 /
W i t . K g 5 , D b 3 , L a 3 , p .03, I16; Z w a r t : K e 6 , L g 8 , p . d 5 ,
Kd^Td5, T " i r * * D " ' ™' Th^ Lh>. P»3, Pe6, p . a 2 ; Zwart:
Kd5> I d 3 , Te4, Pf2, p. c 3 . —
W i t : K a 7 , D d 6 , T d , . L b l , P e S , p : b 2 , d 3 ; Z w a r t : K d 4 ,
K d t ' l . 4 b , . - W i t : K a 5 ' ^ L ° ? ' U " ' P C 2 ' P e 4 ' r , b S ' d - ' ' Z w . r t :
T e 4 ' L g 6 - L h z ' « • . 5 ;
No. 55. Wit: KC 3, Dg6. La2, Lb8, Pb3, p. a5, b4, d2, d3 ; Zwart:
Kds, Dhi, Ldi, p. b6, d7, e7, f7, h4.—
No. 56. Wit: Ka7, Dg8, T J J , T115, Lfi, L'12, P.14, Pg4, p. b3, e3 ;
Zwart; Ke4, Te2, Pa2, Pc2. p. d7, e6, f3, f5.—
No. 57. Wit: Kg4, TeS, La5, Lh3, Ph2, Ph8, p. 04, h6; Z w a r t: Kt6
Ld6.—
No. 58. Wit: Kh'8, Dgi, Lb4, Pg3, p h2, I14; Zwart: Ke5 —.
No. 59. Wit: Kh 7, Dbi, Lg5, Pa8, p. 04; Zwart: KeS, Lgi, p. 03,;
g4-~
No. 60. Wit: Ke2, Tb7, Lai, La8, Pg7, Phs, pioenen b3, 05, d5;
Zwart: Ke4, pioen c6.—
No. 61. Wit: Ke2, Df8, Pd6, La8, Lc7, pioenen b4, f4, f6, g4; Zwart:
Kd4, Th5, Th6, Pd7, pioenen 03, 04, e7, 114.—
N. B. De nieuwe schaakterm, door den inzender der beide laatste pro
blemen uitgedacht, heeft niet nagelaten, ons eenige vroolijke oogenblikken te
verschaffen.
No. 62. Wit: Kh6, Dd8, Tgi, La6, Lei, Pc5, PI13, p. c2, c6, e7 f4,
I15; Zwart: Kf3, Tc4, Ld5, p. C3, f5.
No. 63. Wit: Kf5, Dh2, PC4, p. a2, bs; Zwart: Kd5, Ta6, Lg5,
p. 1:6, es, d4.
N). 64. Wit: Khi, Dg8, Tf2, Pc4, Ph3, p. C3, 114; Zwart: Ke4
Tli5, P- 05.
No. 65. Wit: Kg2, Ddl, Lai, Pd8, p.b4, d3 ; Zwart: KdS, Da2,
Ta8, p. d2, d6, e4, gs.
No. 66. Wit: Kt7, Dh4, Tei, Lb5, Pc6, p.e2 ; Zwart: KdS, Tbi,
I-e3, Pa5, p. c$, d6, f3, h6.
No. 67. Wit: Kb3, Dg8, Lh7, Pd7, p. f2, h2 ; Zwart: Kds, Dh3,
p. d3, ds, f6.
Drlezetten.
No. 68. Wit: Kh8, Dgi, Le3, LI17. Pa6, p. ds, e6; Zwart: KeS,
P- g3, g2, h4, h6.
No. 6•-). Wit: Kc8. Tbi, Lhs, Pc6, Pg6, p. a2, b4, C2, d2, e5, f4 g3 ;
Zwart: Kc4, p. 33, b6. g7.
No. 70. Wit: K^7, Dh8, Tb6, La7, Pds, Pei, p. f4 ; Zwart: Ke4,
Lh2, Pc4, Pcs, p. f5.
No. 71. Wit: Kb8, Dai, Lbi, p. c3, e3, fs ; Z w a r t: KeS, p. bs, f7, h6.
No. 72. Wit: Kei. Db8, L c y , Pc7, Pg6, p. a2, d2, e3, I12, hs ; Zwart
Ke4, Lc6, p, b7, es, f3.
No. 73. Wit: Ka8, Dgi, Tel, Te7, Pe4, p. a4, d4, f6; Zwart: Kc6,
Pe3, Pfi, p. 35, g3.
53
No. 74- Wit : Kh8, Dh3, Ta7, Th2, LbS, Lei, Pc5) Pf?, p. a3) g5 ;
Zwart: Ke5, Pc;, p. b6, d5, e4, g6, g7, I14.
No. .75. Wit: Kf3, Db3, Tf7, Lb8, Lhi, p. c5 ; Zwart: Kc6, Lf2
Pa8, Ph6, p. d3, d6, e3, e6. g5.
No. 76. Wit: Kei, Dg8, Lc8, Lc7, Peö, Ph6, p. b3) c6, f5l g2 ;
Zwart: Ke4, Phi, p. e5, ey, h4, h5.
No. 77. Wit: Kei, Dg8, Lc7, Lc8, Peö, Ph6, p. b3, c5, g2 ; Zwart:
Ke4, Lh3, p. c6, eS, ey, 1:4.
No. 78. Wit: K16, D12, Lei, Pi8, Peö, p. c4, e2, f5, I15 ; Zwart:
Ke4. I-b8, Lf3, Pei, p. b4, C3, e5, f6, g4.
No. 79. Wit: Kbs, Da2, Peö, Pf7, Lc8, p. C4, e5, fó, I12 ; Zwart:
Ke4, La7, p. d3, e2, e3, e y , f3.
No. 80. Wit: Ka7, Pdó, Ph5, La3) Lh3. p. b3, g3 ; Zwart; Kcö.
No. 81. W i t : KeS, Tc8, Lb2, Pa2, Pg3, p. c3, es, f5, g2, h 4 ; Z w a r t :
KdS, p. C4, e3, g4.
No. 8 2 . Wit: Kh2. Tg7, Le7, Le8, Pa8. p. aö, 37, d2, d4 ; Zwart:
Keö, p. ds.
No. 83. Wit: Kgs, Dai, Ldi, Lg3, Ph2j Z w ar t: Khi, Tgi," p. 32,
c4ig2.
No. 84. Wit: Ka 7, Dd8, Pf3, Pg5, p. f2, h3 ; Zwart: Kf4, Lf5, Pba,
Pfi, p. es, h4, hs.
No. 85. Wit: Kg4, Tb5, TdS, Le8, Lf8, Pf3, p. g2 ; Zwart; Kc4l
Tbi, Lei, Paö, p. b2, e3.
No. 8ö. Wit: Ka4, Db5, Pd8, Pe5, p. e2 ; Zwart: Kdö, p. d7.
No. 87. Wit: Kes, Da8, Las, Pd3, p. b2, 04; Zwart: 'Kca, p.c5 ,
eó.
No. 88. Wit: Kb2, Td7, Tg4, Lh4, Pe4 ; Zwart: Kh8, Tg7, Pds_
No. 89. Wit: Kaó, Dh4, LgS, Lg8 ; Zwart: Kc5, p. g4.
No. 90. Wit. Khi, Df8, Ldi, Pa5, Pe4, p. f5 ; Zwart: Kd3, Pg7,
p. cy, fö.
No. 91. Wit: KI13, Th7, Pc4, Pdö, p. d3 ; Zwart: Keö.
No. 92. Wit: Kei, Tb8, Lbó, Pe3, Pg3, p. d2, ds, eó, I14. Zwart-
Kc5.
No. 93. Wit. KC 7 , Lfi, Lh8, Pb5, Pc5, p. e2, d3; Z w a r t : KaS,
p.d7.
No. 94. Wit: Kfó, Dh3, Td7, Pfi, p. a3, bS, c2; Zwart: Kc4,
Lh2, Lh7, Pf8. p. 34, b2, d4 g3, gö.
No. 95. Wit. Kd3, DC 3 , Tf8, Ld4, Le8, Pc8, Pe2, p. c2, f4, h3 •
Zwart: Kds, Laó, Lfö, Ph7, p. bs, 05, g5_
54
No. 96. Wit: Khi, Dc6, Lf3 Pd5, p b2, e2 ; Zwart: Kd4, Lgi,
p. a5- b4. f6.
No. 97. Wit: Kd2, Tdi, Th5, Lb7, p. a5 ; Zwart. Kd4, p. a4, a7, f6.
No. 98, Wit: KgS, Ddi, Ld2, Le2, p.d5 d6, f2, h3 ; Zwart: Kh6,
Lei, p. a2, d3, gs, 115.
No. 99. Wit: Kc6, Te4, Lgi, p. f3. Zwart: Ka8, Lal, Lg2, p. a 7,07.
Vterzetten.
No. 100. Wit: Kf7, Db7, Pd3, p. e3 ; Zwart: Kd6, Ld8 p.'a3 a6, c6.
No. 101. Wit: Kb2, La4, Lf2, Pa7, Pgl, p. e4 ; Zwart: Kd2, p. d4, f3-
No. 102 Wit: Kg6, Db6, Lc4, Pci, p. t>3 ; Z w a r t: Ke5, p. c2, 03, I13, h6'
No. 103. Wit: Ke7, Ld6, Ld7, Pc6, p. a3 ; Zwart: Ka8, p. a6.
No. 104. Wit: Kd3, De4, Pd8, p. b2, d5, f2, h4; Zwart: Kd6.
No. 105. Wit: Kd7, Dfi, Tb5, Lc7, La2, Pf2, Ph3, p. b2 ; Zwart
Kd4, LC2, LG7, Phi, Pe7, p. 33, A5, A7, d3, d6, I12.
No. 106. Wit: Kdl, Dhi, Pg5, p. b4, b5, e3, f4; Zwart: Kd5, Te4
p. C4, d6, d7, f5.
Eo. 107. Wit: Kgi. Dh5, Te8, Lc5, Lg8, Pa2, p. b5, c2, d4, d6, e3,
h3 ; Zwart: Ke4, Lc8, Pb7, p. 03, d7, e6, f6, g2.
No. 108. Wit: Ke7, Tb5. Lh3, Pei, Pe5, p. C 2 , f 2 , f6, g5 ; Zwart:
Kd4, P- f7- g6-
No. 109. Wit: Kfi, De4, Tg4, Thi. La4, Lei, Pf5, p. c2, ds f6, g7
hö ; Zwart; Kg8, Db7, Tc 7, Tc8, La7, p. 04, f7, I17.
No. MO. Wit: Kh8, Dgi, Lbl, Le3, Pa7, Pc5, p. h2 ; Zwart: Ke5,
P-g2, I14, I15.
No. ui. Wit: Kh8, Dgi, Lb7, Le3, Pc5, Ph4, P- d3, e2, e6, f3, g2.
g4 5 Zwart: Ke5, p. c6, 04, g3.
No. 112. Wit: Kli4, Lb6, Lfi, Pf7, p. a4, d6, g3, g5. Zwart: Kf3
p. d7, f2, g6.
Alkmaar.
Wanneer de ruimte van dit blad het toeliet, zou ik zeker mijne lezers
onthalen op een schitterende beschrijving van al het onverwacht-goede, dat
ik te Alkmaar heb mogen ondervinden : hoe gezellig en ruim de localiteit
was ; hoe beleefd de eigenaar en de keilers zich betoonden; (zelfs tegen
schakers, die nu juist niet den naam hebben van veel te »gebruiken « !) hoe
talrijk en vooral hoe sterk de deelnemers waren; hoe hoopvol en moedig
deze kwamen, hoe welwillend en vredelievend zij te ssmen streden, hoe tevreden
allen scheidden ; in één woord hoe uitstekend alles van stapel liep. En al
trachtte ik met een enkel woord iets van het genotene weer te geven, het
zou eerder geschieden, teneinde zoowel mededingers als medewerkers op het
feest, een hartelijk woord van hulde toe te zwasien, dan cm 450 Bondsle-
55
den zoo scherp, zoo snerpend mogelijk te doen gevoelen, dat zij van veel ge
not verstoken bleven door niet mede op te gaan naar den Alkmaarschen wedstrijd '
Veel had de Bond goed te maken in Noord-Holland. Leden in plaatsen
als Beemster en Oterleek hadden tot dasver tevergeefs uitgezien naar een
concours in een hun gelegen komend jaargetijde. Ook den nieuwen afdee-
lingen den Helder en Wormerveer mocht geen reden tot ontevredenheid
worden gegeven. Het spreekt van zelf, dat Alkmaar, juist in het centrum
van al deze schakers-groepen gelegen, tot slagveld werd uitverkoren De
uitkomst heeft mijn verwachtingen overtroffen. Trouwens kon dit wel an
ders ? Kon de Bond in eenige andere stad van ons land het jaar 1894 met
een schooner zegepraal inwijden dan te Alkmaar ? Immers de welluidende spreuk
.Alcmana Victrix. Van Alkmaar da Victorie, heeft zijn kracht nog niet verloren -
Zaterdagnamiddag 17 Maart opende onze Voorzitter, Jhr D
van oreest, met een welkomstwoord den wedstrijd, waarna de volgende
heeren z.ch opgaven als mededingers : J. Vijzelaar, A. Bleykmans, K. J. Bleykmans
en N. W van Lennep uit Amsterdam ; D. van Foreest uit Oosthuizen; A. J. Maas I
P. Berkhout, S. F. Klembentink en A. van Voornveld uit den Helder K de
Heer uit Beemster ; D. Reyne, C. Gorter, M. Gorter, en J. Bruin uit de Zaan •
Jacob Beets en F. de Boer uit Oterleek; M. Veer uit Andijk en S de
eer u.t Lrsem. Toen het aldus bekend was, dat er 18 deelnemers waren, trokken
D. van Foreest en N. W. van Lennep zich terug daar een getal van ,6
spders, meer zekerhe.d opleverde voor een tijdigen afloop van den kamp.
H.erna werd door stemming uitgemaakt, dat er zou worden gespeeld met
voorg,ft geheel op dezelfde wijze als te Breda en greep de loting pbats
No k I m ° g e h C t V e i l ° O P V 3 n d C n h °° f d S t r i j d veraanschouwelijken :
I-.
1 I K. de Heer )
2.
2. IIM. Gorter ) de H' won j j
2
2.. I Vijzelaar ) , 1 v. won.I
4- IIC. Gorter. ) V' won | f
5- IIS de Heer ) /V. won
6.
6. II Reyne ) • won j ( \ Vijzelaar won
;•
7- II Kleinbentink ) R- w o n 1 Jtegen Bleyk-
8. II de Boer 'j Won j I I mans en Rey-
9.
9- III Maas ) ' ~ Ine maak:e re-
10. II Berkhout ) ' won ) j [ m ise tegen
I Beets ) ts
| ® - won I iBeets, bij lo-
11.
12.
12'. IIIK. Bleykmans ) Bts' won j [ ] t i n S won'Rey-
13-
13. I Veer ) / BI. won ^ n e '
14- IA. Bleykmans ) Bl' won l
15- I Voornveld ) ( B1' w o n \
16. II Bruyn ) B r - won I ]
56
I. K. de Heer ) ,
II. Kleinbentink ) K' won . )
II. Berkhout ) \ ^r- won
II. J. Bruyn ) Br' won (
Zoodat de pi ijzen, die Zondagavond met een kort slotwoord door den
Bondssecretans werden uitgereikt, achtereenvolgens werden gewonnen door
J. Vijzelaar, A. Bleykmans, D. Reyne, Jacob Beets, J. Bruyn, S. F. Kleinbentink,
M. \ ec r en C. Gorter. Twee extra prijzen verwierven K. de Heer
en J. P. Berkhout.
Allerminst mag hier een afzonderlijk woord van hulde ontbreken aan den be
kenden dam — en schaakspeler Klaas de Heer, die ondanks zijn leeftijd, den
wedstrijd door zijn deelneming heeft opgeluisterd, vermoeienissen van allerle
aard niet ontziende.
I en slotte' zij nog vermeld, dat vele toeschouwers den loop der partijen
volgden, waaronder de heer Klein uit Amsterdam, die te laat was gekomen
voor de loting.
Allen deelnemers een hartelijk tot weerzien !
AMSTERDAM. De onderlinge wedstrijd in het V. A. S. liep ten einde.
In de e e r s t e k 1 a s s e behaalden A. E. van Foreest en B. J. Meyer ieder
5 k winstpunt. Een match van drie partijen eindigde ten gunste van laatst
genoemde met twee winstpunten. Verder behaalden N. W. van Lennep
4 punten, J. H. Sohlberg 3V2, H: Kothe 2, E. van Dien iVsen J. F. Pilger o.
In d e t w e e d e k l a s s e verkreeg A. Bleykmans den eersten prijs met
6, H. D. B. Meyer den tweeden met 5^2 punten. Verder behaalden H. Mendes
da Costa, M. van Gelder, C. Tinholt en G. J. Gantvoort 3V2. punt J. C. ten Tus-
schedé 1V2 en W. H. v. d. Meuleni.
Het resultaat in de derde klasse deelen wij in het volgend nummeri
mee.
57
( Z w a r t ) Elberfeld.
No. 57. Wit: H. J. den Hertog. Zwart: J. van der Linden Jr.
Spaansche partij.
1. e4 e5 13. L {4 D g6 25. d5 L d7
2. P f3 P c6 14. P 114 D f6 26. T e7 L f5
3. L b5 a6 15. L 07 : o—o 27. d6 D g4
4. L a4 P f6 16. P d5 D g5 28. h3 D g5
5. 0—0 b5 17. P e7 :f P e j : 29. d7 L h3 :
6. L b3 d5 ? 18. D e2 P f5 30. T e8 L d7 :
7. ed5 : P d5 : 19. P f5 : L f5: 31. T a8 : g6
8. T ei D d6 20. T e5 D g6 32. T f8 :f K f8 :f
9. d4 e4 21. C3 L h3 33. L dóf K g7
10. T e4 :f L e y 22. D f3 L g4 34. Dd7: Zwart geeft
11. L d5 : D d5 : 23. D b7 L e6 op.
12. P 03 D dó 24. T aei h6!
Door zijn verkeerden Óen. zet kwam v. d. Linden in groote moeilijkhe
den. Hij maakte echter van de partij, wat er nog van te maken viel.
Gelijk met dezen wedstrijd werd een tombola-tornooi gehouden, waarin
niet minder dan 35 partijen werden gespeeld; wel een bewijs, dat deze wedstrijd
zeer in den smaak viel van hen, die reeds afgespeeld waren, of in 't geheel
niet aan den hoofdwedstrijd hadden kunnen deelnemen.
Een woord van hulde aan de Heeren Fles en Barneveld, die zich met de
leiding der tornooien hadden belast, mag hier niet ontbreken. Evenmin
mogen we nalaten, de aandacht erop te vestigen, dat de Heer IJdo, de
uitgever van »De Handelspost», door dezen wedstrijd uit te schrijven, op
zeer verdienstelijke wijze heeft medegewerkt aan het streven van onzen Bond.
Hem komt daarvoor een welgemeend woord van dank toe !
UTRECHT. De bondsecretaris gaf den I3den Maart alhier op uitnoodi-
ging van de Schaakclub een simultaan-voorstelling van 17 partijen, waarvan
hij 14 won en 1 verloor tegen A. G. Olland.
HELDER. Ons vorig bericht aangaande den onderlingen wedstrijd in de
schaakvereeniging alhier berust op een vergissing. De spelers waren n.1.
verdeeld in drie klassen: in de eerste 9, in de tweede 5 en in de derde 5.
Daar ieder niet ieder twee partijen spelen moest, werden niet 462 maar 112
partijen gemaakt. De uitslag was als volgt: iste klasse: iste prijs: A. van,
Voornveld na tweekamp met Heeroma, 2den Heeroma, 3den D. J. ten
Klooster na tweekamp met S. Gazan. 2de klasse isten prijs: A. J. Maas,
2den, W. Thie, 3deklasse iste i prijs H. Keizer, 2den : Jan van Wijngaarden.
GRONINGEN. De onderlinge wedstrijd in het Schaakgezelschap »Staun-
ton is afgeloopen. Den isten prijs behaalde H. Postma, den 2den H. Wiers-
ma, den 3den H. B. van Rhijn, dan 4Jen L. H. Deelman Izn, dei 5den
6i
Nadat deze prijzen door den Vice-voorzitter den heer J. P. Runsink uitge
reikt waren en nog menig hartelijk woord getuigd had van den vriendschappelijken
omgang tusschen de leden onderling, ging de vergadering uiteen.
Matcli Stcinltz-Liiskcr.
De strijd, waarvan misschien ook de meest optimische enthousiasten vrees
den, dat hij tot de vrome wenschen zou blijven behooren is tot stand gekomen.
Dit valt gelukkig niet meer te betwijfelen : de eerste partijen zijn te New-
York in het Union-Square Hotel gespeeld, voor een gedeelte reeds gepubli
ceerd en de score is op dit oogenblik Lasker 4, Steinitz 2, remise 2.
62
Overzicht.
Datum. Voorzet. Opening. Winner. Aantal zetten.
15 Maart. L Spaansche partij. L. 60
19 Maart. S » S. 42
21 Maart. L » L. 52
23 Maart. S Giuoco Piano. S. 90
28 Maart. L Spaansche partij, remise 50
30 Maart. S Giuoco Piano remise ?
3 April L Spaansche partij. L 45
6 April S Fransch L 77
Het laatste telegram uit Amerika bevatte naast de mededeeling van Las-
ker s overwinning de achtste partij, nog de volgende kenschetsende woorden :
Ofschoon Steinitz derhalve twee winstpunten achter is, twijfelt hij geen oogenblik
aan een voor hem gunstigen afloop der match!
De voornaamste voorwaarden, waaronder gespeeld wordt, zijn : overwin
naar is hij, die het eerst tien winstpunten behaalt, waarbij remisepartijen
niet tellen ; 15 zetten per uur; drie partijen per week; de match wordt ver
deeld over drie steden New-York, Philadelphia en Montreal, telkens met een
week reces ; het inleggeld bedraagt beiderzijds 4 8 0 0 gulden.
Dit alles schijnt eenvoudig genoeg en in een paar woorden is het antwoord
dan ook niet te geven op de vraag, waarom sedert het einde van ' 9 2 (!) door Ame-
rikaansche clubs gepolst en onderhandeld, door de beide matadors gesnoefd
gekonkeld, gebedeld en voorbarige berichtjes* in de wereld gestuurd moesten
worden, alvorens men op eenig resultaat kon wijzen.
Een vredesverdrag, zegt het British Chess Magazine, tusschen twee oorlogvoe-
ïende mogendheden schijnt gemakkelijker te kunnen worden getroffen, dan
een match tusschen twee schaakmeesters. Dat dit echter geen noodzake
lijk, in den aard der zaak liggend kwaad is heeft de kamp Tarrasch Tschigo-
rin bewezen, die in betrekkelijk zeer korten tijd zonder oneindige onderhan
delingen en zonder eenige reclame tot stand werd gebracht.
(Wordt vervolgd.)
PARIJS Het is aangenaam, eenig interessant nieuws uit Parijs te kunnen
melden. Groote gebeurtenissen op schaakgebied vinden in Frankrijk zelden
of nooit plaats. Ondernemende en geestige spelers zijn daar natuurlijk wel
en misschien niet minder dan elders; echter schijnt het, dat den frivolen
Galliër de noodige ernst, volharding en »sitzkraft« ontbreken om een buiten
gewone macht te kunnen ontwikkelen op het bord van 6 4 velden. Eigen
aardig daarbij mag het feit genoemd worden, dat de namen der meeste
Fransche matadors zeer onfransch klinken. Wij denken aan Rosenthal, Tau-
benhaus, Sittenfeld, Janowsky, Goetz etc. De eenige meester van den eer
sten rang, dien Frankrijk werkelijk heeft opgeleverd was Labourdonnais (i 795)-
1840). De 88 match-partijen door dezen in November 1834 met den be
roemden speler Aiexander Mac. Donnell gewisseld »zijn klassiek en een
blijvende oefenschool voor ware schaakvrienden» (Dr. A. v. d. Linde).
In het Januari-nummer berichtte ik het oogenblikkelijk vertoef van den Rus
Alapin te Parijs. Ongetwijfeld door zijn toedoen is thans een consultatie-
match tot stand gekomen van drie partijen tusschen Alapin en Sittenfeld
tegen Arnous de Rivière en Janowski. De eerste partij is reeds gespeeld en
moge hier een plaats vinden.
Consultatie-partij.
PWACTISCH §PEL.
i s t e Match-partij.
No. 60. Gespeeld t e New-York 15 Maart 1894.
W i t : E . Lasker Z w a r t : W . Steinitz.
Spaansche partij.
1. e2 — e 4 ey e$ 34. ' > 4 X d5 c 6 X d5
2- P gl — f3 P b8 — c 6 Terug nemen met den toren
3. L f i — b5 d7 d6 ware beter geweest-
4. Ó 2 — d4 L c8 — d7 3^' P d2 b3 T e8 e3
. bi - c3 P 8 - ey 3Ö' _T J 1 ~ f' T gS ~ eS
s P g
6. L b - P c6 d 3 « ' p 3 _ C , l ! ! ; b 6 _ C 7
5 C 4 X 4
7- P f3 X d4 e5 d4 3 l °! ~ ?3 leS ~ &
X
8. D d i d4 P e 7 - c6 39' ~ ^ J 63 ~ e5
X
9. D d4 - e3 P c6 - e5 4 °' 1dl ~ d4 L °7 ~ b6
* g5 18 67 46. b2 — b 4 ds — d4
15. O - O - O e 6 — e5 4?. c3 _ c4
Problemen.
(Redacteur: H. J. den Hertog, Marnixka'de 43, Amsterdam.)
V. Tnzar, 125. P f{. Williams,
PraaS- T.nmlpn
Mat in 3 zetten.
Mat in 3 zetten.
128. H. Keidanski, 129. Mevr. W. J. Baird.
Berlijn. (2e Prys in een Engelsch tornooi)
Mat in 3 zetten.
Mat in 2 zetten.
66
is op te maken, d a t d e b o v e n k a n t v a n h e t d i a g r a m d e k a n t
van \\ i t i s. Immers, was dit niet zoo, dan zouden de witte pionnen 12
maal hebben moeten nemen (Lb5 is door damhalen ontstaan: zie p. e2 en
g2!, en dit is onmogelijk, want er ontbreken slechts 11 stukken van Z w a r t
67
Met het oog daarop, dat weer eenige voor den Bondswedstrijd ingekomen
problemen in dit nummer opgenomen zijn, publiceeren we ditmaal slechts
een zestal buitenlandsche compositiën in diagram.
Bijzondere aandacht verdient de prachtige vierzet No. 124. Het is een der
Boheemsche problemen, die uit het tornooi dor «Münchener Neuesten Nach-
richten« teruggetrokken zijn, naar aanleiding daarvan, dat een der inzen
dingen een motto drosg, dat den Bohemers niet aanstond: »Kein Böhm,
aber auch garstig". Hij, die zich daarachter verschuilt, heeft heel wat op zijn ge
weten. Over en weer is er over deze zaak geschreven, en dikwijls vrij heftig ook. Het
js toch treurig, dat er op het gebied der edele schaakkunst nog zulke on
aangename kwesties kunnen rijzen.
De Nos. 126 en 127 zijn een paar niet onverdienstelijke driezetten uit den
Russischen wedstrijd, waarvan we reeds meermalen melding maakten.
No. 128 is opgedragen aan Dr. Tarrasch. Met wat goeden wil kan men
uit de positie de letter T maken. Dit is het eerste van de ons onder de
oogen gekomen letterproblemen, dat werkelijk eenige aesthetische waarde
bezit. Over het algemeen hebben we 't niet erg op deze soort van pro
blemen.
No. 123 in ons vorig nummer is gebleken een nevenoplossing toe te laten,
die echter gemakkelijk wordt verijdeld door bijvoeging van een z w a r t e n
p i o n o p a 7.
Met de keuze van de problemen van Galitzky en Istomin in 't Februari
nummer hebben wij met recht »Pech< gehad. Het is wel jammer, dat de
driezet van eerstgenoeinden auteur — o. i. verreweg de beste probleem
componist, dien Rusland ooit bezeten heeft — reeds in twee zetten op te
lossen is. De fraaie auteursoplossing begint met 1. Lft.
Dr. larrasch heeft onlangs een plan aangegeven tot reorganisatie van den
Duitschen Schaakbond, voornamelijk rekening houdend met belangrijke finan-
ciëele hesparing. Hij stelde daarbij ook voor, de internationale probleem
wedstrijden van den D. S. B. af te schaffen. Dit voorstel vond zooveel
tegenkanting, dat Dr. 1. erop teruggekomen is. De opheffing dier tornooien
zou de proble.emwereld ook een niet te berekenen nadeel berokkenen.
De bekende Spaansche componist Tolosa-Carreras heeft een heel goeden
tweezet opgedragen aan Prof. Berger, te Gratz. Dit is de stelling: W i t :
Kf8, Dh4, Tf6, Pe3, p. d2, f5; Zwart: KeS, Pbs, Pg7, p. c6.—
68
•V o o r w a a r t s e n « J o n k e r J a n » . — A a n u w v e r z o e k i s v o l d a a n .
M. E. te Z. — De door U. beoordeelde partij moge U aanmoedigen ook
eens iets ter plaatsing bij de Redactie in te zenden.
Er zijn nog over een tiental bandjes voor het tijdschrift. Wie?!
Laatste Berichten.
HELDER. In 't Vliegend Blaadje, Kleine Courant voor Helder enz. van
7 April lezen wij :
Aan den heer J. van der Laan, Lid van de Schaakvereeniging H. S., al
hier, werd in de jongste vergadering op 2 April een bijzondere hulde ge
bracht. Sedert de oprichting dezer Club is de heer v. d. L.,
ondanks zijn hoogen leeftijd, een ijverig bezoeker en op dien dag vierde hij
zijn 85e levensjaar. De Voorzitter, de hr. van Voornveld wenschte hem hier
mede geluk en noemde hem den Nestor der Schaakvereeniging H. S. Hij bood
hem, namens deze, het Eere-lidmaatschap aan en overhandigde den hr. van
der Laan een sierlijk op naam gedrukt diploma. Al de aanwezige leden
betuigden door luide toejuichingen hunne instemming met deze ovatie.
Moge het den hr. v. d. L. gegeven zijn nog menigen kampstrijd daar te
kunnen voeren, zulks is ongetwijfeld de wensch van velen».
ROTTERDAM. Van den onderlingen wedstrijd, dien de afdeeling alhier
heeft uitgeschreven en die in ons Januari nummer werd aangekondigd is de
uitslag als volgt :
E e r s t e k l a s s e isten prijs: E. H. E. van Woelderen, aden J. van Rosen-
daal Derde klasse isten prijs: G. W. H. van der Voo 2den: S. Cohen.
2e Jaargang No. 5. Mei 1894.
TIJDSCHRIFT
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND.
BESTUUR VAN DEN' N. S.: Jhr. D. VAN FOREEST , Voorzitter; Dr. A. J . A. PRANGE
Onder-Voorzitter, J. F. HEEMSKERK, Penningmeester; L. Ii. DEELMAN, Commissaris van
Materieel; N. W. VAN LEXNEP, Secretaris.
REDACTIE: N. W. VAN LENNEP, Kerkstraat 188, Amsterdam; H. J. DEN
HERTOG ; Dr. A. J. A. PRANGE.
Van dit blad, dat omstreeks den 15den van iedere maand gratis aan de Bondsleden wordt
toegezonden, zijn extra-nummers verkrijgbaar a 20 cents en een geheele jaargang a f 2.-, eveneens
slechts voor Bondsleden.
De aandacht der lezers wordt gevestigd op de laatste pagina's van dit nummer
LEDENLIJST.
Amsterdam. naar w e s t Nieuwland 16, G. A
Nieuw Rechtstreeksch Lid : V an Haeften
C. A. E. Wolff von Wulfïng p. a. naar West Nieuwland 16, G. J.
van Eeghen van Heel & Co. Lantsinck.
ro,,|,,geii. Kralingen naar Assendelftstraat
van
J erhuisd: 36, B. Pak.
naar Oude Boteringestiaat p.a. Jonk- naar Boompjes 31, L. J. Terneden.
hoff, H. Postma. » Witte de Withstraat, G. W H
Rotterdam. V£m der VoQ
1 erhuml: Utreel.t.
naar Boompjes 31, B. Helders Verhuisd :
» Kruisstraat 12, J. A. Hoezoo(abu- n a a r Weesbrug, p. a. Joh. de Liefde,
sievelijk in de ledenlijst: J. H. Hoezoo.) F. C. Kraaij.
I1I\\C\L1\I>.
2de Match-partij.
No. 61. Gespeeld 18 April 1894 in het V. A. S.
Wit: ,N. W. van Lennep Zwart: Jhr. A. E. van Foreest.
Spaansche Partij.
(1) Wit is m. i. thans in 't voordeel met twee loopers tegen looper en
paard en open g-lijn. Het best ware thans geweest: 13 Ld2 gevolgd door
0 — 0—o. Wit verliest door zijn volgende zetten eenige tempi, zoodat Zwart
tot een gevaarlijken tegenaanval komt op den damevleugel.
(2) Het nemen van den pion is klaarblijkelijk te gevaarlijk.
(3) Beter dan bc3 : 23. Dt5 : c Ó 2 : f 24. Kdi en Zwart staat op verlies.
(4) Hier had Kdi de winst der partij opgeleverd; Zwart's 28ste zet had
dan niets uitgewerkt.
(5) Deze fout kost het spel; na 31. Le4! moest Zwart zich waarschijnlijk
met remise door eeuwig schaak tevreden stellen.
De match den Hertog-Meiners staat nu: d. H. 5, M. 2, Rem. 2.
BEETSTERZWAAG. De heer G. Halbertsma schrijft mij: De schaak
club, te Beptsterzwaag opgericht in 1892, hield gedurende het vereenigingsjaar
1893-1894 een onderlingen wedstrijd met voorgift. Door de eigenaardigheid
der voorgift is het misschien de moeite waard, iets hierover mede te deelen.
Door den Penningmeester was over het vorig vereenigingsjaar aanteekening
gehouden van de winst- en verliespunten van al de gespeelde partijen der
verschillende spelers. Het aantal winstpunten werd op het einde van het vei-
71
eenigingsjaar voor ieder speler procentsgewijze bepaald en wel voor A. 15
P Ct. B. 25 pCt. C. 35 pCt, D. 36 pCt, E. en F. 45 pCt, G, H, J, K en L
67 pCt. en M, op 85 pCt,
Er werd voor het concours bepaald, dat iedere speler 3 partijen met eiken
anderen moest maken. Wie het meest vooruitgaat in pCt. pCt. gehalte is
ie prijswinnaar enz. Daar men van oordeel was, dat de minst geoefenden
hierdoor te veel werden bevoordeeld, werd er besloten dat het behaalde pCt.
pCt. verschil van A door 9, van B door 8. van C en D djor 7, van Een F
door 6, van G, H, J. K, en L door 4 en van M, door 2, moest worden, ge
deeld. De drie daardoor gunstigst verkregen quotienten waren prijswinnaars.
De uitslag was als volgt :
ie prijs G. Halbertsma boven aangeduid door M. met 5,5
2e » S. Slager » * > J. » 1.25
3e » A. Zwart » > » D. » 2.14
terwijl een schaakwerkje werd uitgereikt aan den speler C. welke de minst
gunstige uitkomst had behaald.
W i t : Excelsior. Z w a r t : H e e m k e r k .
Fransche Partij.
1. e4 e6 9. I13 c6 16. 04 P e4
2. d4 d5 10. P h 2 D C7 | 17- 05 L 07
7. ed5: ed5: 11. f4 P e8 18. D b3 T b8
4. Ld3 L d 6 12. P e a f5 19- a 4 L e 5
5. P t'3 P f6 13- P f3 D e7 2°- fe5: g5
6. Le3 De7 14. P e5 P d7 21. D d i f4
7 . 0 - 0 Le6 15. T c i P dfó 22. L f 2 f3
8. P 03 0 - 0
Eerste Klasse:
V. WoELDEREN.
v. BOSENDAEL.
P r ij z e n.
HARTONG.
DIJKMAN.
NAMEN.
MALTA.
Totaal
,T. F. MALTA — 10 00 11 01 4
Derde klasse:
v. d. Voo
HUINCK.
Totaal.
COHEN.
N A M E N. P r ij z e u
PAK
B. P AK . — 11 10 00 i 3
. . ( •
J. H UINOK. . ! 00 _ 01 00 1
IIIITEKLAWD-
LONDEN. Een statistisch overzicht van het aantal schakers in verschil
lende landen, van hun respectieve krachten en van het geld, dat zij gemid
deld aan hun liefhebberij besteden, zou ongetwijfeld onzen lezers veel nieuws
en verrassends openbaren.
74
Een dergelijke maatstaf van beschaving moet echter nog worden gemaakt
en zou trouwens, al rekende de Redactie zich tot dit werk in staat, 't geen
niet het geval is, buiten het kader vallen van ons blad.
Bij het doorlezen van buitenlandsche tijdschriften springt echter herhaalde
lijk en telken male duidelijker in 't oog, het onderscheid tusschen Duitsche
en Engelsche schakers en zelfs een eenigszins oppervlakkige beschrijving dezer
verhouding is te interessant, dan dat het niet de moeite zou loonen, enkele
regels eraan te wijden.
In Engeland wordt méér en beter schaakgespeeld dan in eenig ander land.
Of de oorzaak van dit feit gezocht moet worden in de meerdere ontwikkeling
van het Engelsche volk, weet ik niet; zeker is het echter, dat aan gene zijde
van de Noordzee het schaakspel als een zeer voornaam bestanddeel der op
voeding en der samenleving beschouwd wordt, als een alleszins gedistingeerd
amusement, waarvan de kennis nu eenmaal onmisbaar is om op een
aangename en fatsoenlijke wijze het leven te genieten.
Het gentlemanschap hangt weinig meer at van physieke geschiktheid voor
het football en cricketspel dan van bekwaamheid in het whisten en schaakspe
len. (Schoolgeleerdheid komt niet in aanmerking.) De Pers en alle inrich
tingen van onderwijs voeden deze populariteit: elke schaakgebeurtenis van
eenig belang is niet slechts waardig vereeuwigd te worden, den jongelieden
moeten een of meer vacantie-dagen de gelegenheid verschaffen, ze bij te wonen-
Kortom, het schaakspel is in de zeden, in de gewoonten, in de gedachten van
het Engelsche volk geheel ingeweven.
Een bewijs voor de geanimeerdheid van het schaakleven in Engeland
zijn wel de bijna dagelijks plaatsgrijpende clubmatches. Het zou dwaas
heid zijn, hiervan uitvoerige verslagen te geven. Genoeg zij het, te vermel
den, dat, voor zoover men staat kan maken op Engelsche tijdschriften, daar
van Januari tot thans ten minste 150 min of meer belangrijke massakampen
plaats grepen.
In de London Chess League Competition dongen 3 8 clubs mede, verdeeld
over drie klassen. In elke klasse moest elke club met elke andere een
match spelen!
Den 7den April 1.1. greep er te Londen een groote kamp plaats tusschen
Noord- en Zuid Engeland. Aan beide zijden streden 108 man! Zuid-Engeland
won met 64V2 tegen 43V2 winstpunt. (Een drietal mooie partijen in den loop
dezer maanden opgeteekend mogen hieronder een plaats vinden).
Tot weddingschappen geeft het schaakspel den Engelschen voldoende aan
leiding en dat is een zeer voorname zaak; met hartstocht wordt het gespeeld,
met liefde, ja met ernst echter het blijft spel en wordt geen
wetenschap.
75
Waar misschien geen land zoo rijk is aan zeer sterke amateurs, Duitsch-
land wint het verre, wanneer het aankomt op e e r s t e meesters. Bij een
match tusschen beide natiën zou de uitslag afhangen van het aantal strijders.
In Duitschland zijn tien, twintig spelers te vinden, die elk even talrijk stel
Engelsche spelers zullen verslaan. Plaats echter een paar honderd schaak-
vertegenwoordigers van beide volken tegenover elkaar, Duitschland zal het
zonder twijfel afleggen!
Onze Oostelijke buren kunnen niet in de schaduw der Engelschen staar
waar het geldt, het aantal beoefenaars, de openbare belangstelling en last not
least de algemeene finantieele medewerking. Om een enkel voor zich zelf
sprekend voorbeeld te noemen; te Berlijn waren in 1893 3 schaakclubs, te
Londen 106.
Dit neemt niet weg, dat Duitsche hersenen als geknipt zijn om goed en
diep te kunnen schaak-denken. In Engeland is het schaakspel gemeen be
zit van jong en oud, arm en rijk; in Engeland treedt de artistieke zijde van
het schaakspel op den voorgrond, in Duitschland de wetenschappelijke. De
Duitscher speelt niet, wanneer hij schaakt; hij studeert, hij tracht op te gaan
in een wetenschap en deze geheel en al te doorgronden. Het hoofd
doel is niet meer, den tijd aangenaam te verdrijven, maar de wellust is gele
gen in het navorschen van theoretische vraagstukken, in het oplossen der
moeilijkste kwesties, in het vinden van nieuwe wendingen en combinaties, in
het volkomen beheerschen der stukken.
Naar den Engelschen smaak moet men zijn: a b r i l l i a n t player, naar
den Duitschen: ein s t a r k e r Spieier.
Spaansche partij.
1• e4 e5 6. d6 11.
0—0 e d5: D c5f
2- p f
3 p c 6 7-D b3 De7 12. Khi P f2f
3. L b5 P d4 8. P C3 c6 1 3 . KI 1 2 h5
4 . L c 4 (i) Pf 3 :f 9. }4(2) p g4 I 4 . d c 6 ;?(3) P g 4 f
Vierpaardspel.
c4 e5 9- P g3 P e8 17. P f3 Ths
2. P f3 P c6 10.L e8 D es 18. Lb6: ab6
3. P c3 P fó 11. L e 3 f5 19. Khi L g4
4-LbS L 1>4 12. c3 La? 20. T gi T f8
5. 0-0 0-0 i3. ef5; P f5 : 21. b4 T f3;
6- d3 dó 14. P f 5 : T f5: 22. gf 3 : T h2 :f
7-Lgs Le6 15. P d2 L b6 23. K h2: D hsf
S. P e2 P e7 16. b3 D g6 24. K g2 D h 3 mat.
77
t «2, 2 4 L C 4 : b C 4 : ^ K r 2 Les
. 25-Pe5
' I e n _ ! Tb; 45-Ke3 K d6
7 ' D e 7 ; 26. P f 7 : D f 7 : 46 Kd2 [ d,
7- P bs(i) D d81(2) 27. T fbi T bi :f 47. K c2 K c6
' ^ 2S- T bi: D c7 48. K b2 L c8
10
M P h
17 T
L p'k
t 2 9
3
^C2
° I a I
3 I ' P b 4
L d ?
D b ?
T a 8
49- K a 3
5 ° '
51. Kb2(4)
Kb5
K a S
Kbs
12. e2 O O 3? T aft -4- Pi nO • T7-
n Dd2 hr i ' 52. k e i Kc6
14 n ? 33' Da2: 53-Kd2 Kd6
14- o—o D ey? 34- P a2: K f7 u Re? I ri,
15- P c2 Pb6 35- K f2 KfS 55- Kf3 L C,S
Match Stcliiitz-I>aslier.
dan iets te verliezen, daar men slechts speelt voor de risico van anderen.
En daarom zijn de heeren dan ook broodschakers.
\\ anneer in Engeland of Amerika twee professionals van naam ons
leeken een serie mooie partijen willen laten genieten en tevens eenigermate
behoefte gevoelen aan de goede eigenschappen van het aardsche slijk, dan
is wel het meest probate middel een tweekamp.
Eerste bedrijf: De verschillende schaak-periodieken doen dienst als verken
ners, wegbereiders, reclame — makers, claqueurs. Zij moeten het publiek ver
lekkeren en, luid gewagende van de voortreffelijkheid der kampioenen in
casu zinspelen zij met niet al te bedekte termen op de mogelijkheid, ja
noodzakelijkheid eener onderlinge toetsing van krachten.
Tweede bedrijf: Rijke clubs beginnen zich de zaak aan te trekken en
ti achten door middel van allerlei verleidelijke aanbiedingen (echter nog niet
verleidelijk genoeg!) als vrij reis- en verblijfkosten, een zóó groot bedrag voor
den winner, een zóó groot voor den verliezer enz., de spelers tot elkaar te
brengen en hen tot een match in haar lokalen te bewegen.
Derde bedrijf: De helden van den dag doen alsof zij wakker worden en
schoon aarzelend en tegenstribbelend (voor de leus!) daagt de een den ander
uit. De laatste neemt, evenzeer aarzelend en tegenstribbelend, de uitdaging
aan. Bepalingen worden opgeworpen, verworpen, gewijzigd of aangenomen
waarvan de quintescens meestal is, dat er zal gespeeld worden om een mi
nimum van eenige honderden »pounds«.
Vierde Bediijf. In dit bedrijf treden de hoofdpersonen voor het eerst
handelend op. Alle ten dienste staande middelen te baat nemende om re
clame te maken, zich zelf enden concurrent tegen de klippen aan
opkammende, is elk van beiden er op uit, zijn vrienden en vereerders te be
wegen tot flinken finantieelen steun, m. a. w. tot spekking van zijn inlegsom.
)it laatste noemt men met een technische Engelsche uitdrukking „backen"
De „backers" van den speler, die de match wint, ontvangen buiten de ge
storte som 50 of 30 pCt. terug, terwijl natuurlijk de backers der tegenpar
tij hun geld kwijt zijn.—
't Is dus een soort speculatie, waarbij ieder speculant moet vertrouwen op
zijn eigen oordeel (of dat van anderen) aangaande de onderlinge sterkte — ver
houding der twee strijdenden.
Revenons a nos moutons. In het onderhavige geval nu dat Steinitz, de
erkende schaakwereld-meester, een kamp aanging met Lasker, die buiten ee
nige goedkoope triomfen nog niets gedaan heeft dan Blackburne verslaan,
spreekt het van zelf, dat, terwijl Steinitz de benoodigde sommen in korten
tijd eenige malen volteekend kreeg, het Lasker niet zoo spoedig mocht ge-
So
lukken schakers te vinden, die even zeker waren van zijn superioriteit over
Steinitz, als hij zelt het was.
Lasker moest ,,backers" werven. Vandaar zijn weigering in '93 een
match met Walbrodt aan te gaan: immers won hij, het zou betrekkelijk
weinig tot zijn roem hebben bijgedragen; verlies daarentegen zou hem alle
uitzicht op een match met Steinitz hebben ontnomen.
Vandaar zijn herhaalde succesvolle Simultaan- en blindséances in Amerika,
vandaar zijn deelneming aan wedstrijden, waarin hij te voren zeker kon
zijn, den eersten prijs te zullen behalen.
Vandaar eindelijk het herhaaldelijk uitstellen van den kamp en de op Las-
kers's dringend verzoek (welk verzoek genadiglijk door Steinitz werd inge
willigd) van 800 tot 400 pond gereduceerde »stakes«.
Behalve de hier behandelde kwestie, die van algemeen broodschakers-matches-
belang is (ik laat het den lezers over een oordeel te vellen over de geschetste
exploitatie van het edele verstandspel door onze practische overzeesche
broeders), treft een tweede omstandigheid, die meer bijzonder de match van
thans karakteriseert, de aandacht n. 1. de houding zoowel van Steinitz als
van Lasker vóór en tijdens de onderhandelingen.
Toen Steinitz zich in 1892 ten strijde gordde tegen Tschigorin, liet hij zich
op de volgende wijze uit in zijn orgaan The International Chess Magazine op
een vraag, welke verwachting hij koesterde aangaande den uitslag.
„Het schaakmeesterschap der wereld zal spoedig op een proef worden ge
steld, die, uit den aard der zaak, waarschijnlijk de zwaarste zijn zal, sedert
mij deze titel, na langer dan 25 jaar toegekend is. Sommige mij
ner vrienden zijn steeds meer sanguinisch in hun verwachting geweest
dan ik zelt, wanneer ik mij tot een harden openbaren strijd gereed maakte.
Nog minder heb ik thans het recht of eenigen grond, veel hoop te koeste
ren, waar ik een der allersterkste tegenstanders moet bevechten, die ooit de
schaak-arena hebben betreden. Tschigorin is n.1. veel jonger dan ik en vol
eerzucht, terwijl ik een leeftijd heb bereikt, die nauwelijks tegen zwaren her
senarbeid opgewassen is, want men moet zich herinneren, dat sedert het
in zwang komen van publieke matches, geen vroegere meester-schaker meer
dan tien opeenvolgende jaren een onafgebroken reeks van overwinningen
vermag aan te wijzen, en gewoonlijk neemt de kracht der meester-schakers af,
wanneer de veertig jaren overschreden zijn. De last, welke mijn litteraire werk
zaamheden mij gedurende een zoodanigen kamp opleggen, moet evenzeer
in aanmerking worden genomen, als de in mijn vorige matches steeds voor
gekomen omstandigheid, dat ik wegens mijn afgematheid en mijn gemis aan
Oefening, in het begin van den kamp een ongunstig resultaat bereik, waarvan
men zich slechts met onzaglijke inspanning herstelt. Desniettegenstaande
8i
[*] Zooals men zich zal herinneren, werd Dr. Tarrasch in 1892 na het
Dresdener concours, het derde groote meester-tornooi, waarin hij den eer
sten prijs verwierf, door Lasker uitgedaagd, welke uitdaging door T. niet
werd aangenomen. Eerst moest Lasker, meende hij, ook eenmaal in een der
gelijk tornooi een eersten prijs behalen.
82
Burn, Weiss enz, heeft hij zich nimmer of hoogstens in een enkele partij
gemeten. Steinitz had, zonder dat iemand daarin eenigszins aanleiding had
gevonden, hem niet langer als wereld-kampioen te erkennen, aan Lasker het
zelfde of een ander antwoord kunnen geven als Tarrasch deed.
Vóór de match met Tschigorin achtte Steinitz het noodig, van al
de voor hem ongunstige omstandigheden gewag te maken, maar thans, wat
ook door Steinitz in het midden is gebracht, hoe hij zich ook heeft uitgela
ten, geen woord is door hem gerept aangaande zijn eigen ouderdom en de
jeugd, de eerzucht enz. van den tegenstander.
Is de conclusie al te gewaagd, dat Steinitz, ondanks zijn tegenovergestelde
beweringen, geen buitengewoon hoogen dunk had van Lasker's bekwaamheid?
Nu Lasker.
Lasker, die ongeveer' twee jaar geleden in een brief aan den Secretaris der
Havanna-schaakclub de bescheiden opmerking inlaschte, dat hij gaarne met
eiken Engelschen meester wilde spelen, maar dat hij zich te zwak oordeel
de, om den champion het championship te betwisten, — diezelfde Lasker
zond dienzelfden champion in den zomer van 1894 een officieele [*] uitdaging en
liet zich op de volgende, iets minder bescheiden wijze uit tegen een journalist op
diens vraag of hij (Lasker) Steinitz dacht te verslaan: «Ongetwijfeld; zou
ik anders 5000 dollars wagen en mijn naam op schaakgebied? Ik erken, dat
ik mij moet voorbereiden op den zwaarsten strijd van mijn leven ; dat ik mij
zal moeten inspannen zooals ik nog nimmer deed, en dat ik beter en dieper
dan tot nog toe zal moeten schaken, teneinde hem te kunnen overmeesteren.
Ik koester grooten dunk van Steinits bekwaamheid (!!) Ik weet, dat het geen
gemakkelijke taak zal zijn, hem het wereld - kampioenschap te ontweldigen,
hetwelk hij nu langer dan een kwart eeuw zoo eervol en dapper heeft ver
dedigd ; maar ik bezit genoeg zelfvertrouwen, om die moeilijke taak aan te
durven. Ik ben ijdel genoeg, om tegelooven, dat deze match de meest grootsche,
de prachtigste zal zijn, die ooit gespeeld is. Al wat ik zeggen kan is, dat ik
mijn best zal doen; maar of dit <best» nu goed genoeg is, om Steinitz te
verslaan, blijft te bezien.
Ik stel er prijs op, te verklaren, dat ik nog nooit mijn uiterste krachts
inspanning bij 't schaken te baat nam, want om de spelers, die ik tot dusver
ontmoette, te kloppen behoefde ik mij geen bijzondere moeite te geven
(o. a. Blackburne!!) Ik geef gaarne toe, dat Steinitz aanmerkelijk sterker is
dan wie ook mijner vorige tegenstanders, maar ik zal tegenover hem gaan
zitten met de vaste overtuiging, hem te zullen verslaan. Ik ben van plan
Steinitz en de schaakwereld een verrassing te bereiden. Men is algemeen
van meening, dat mijn groote kracht in de verdediging schuilt en in het
eindspel; in mijn match met Steinitz zal ik bewijzen, dat de aanval mijn
[*] Augs. '93 ontving Steinitz de uitdaging, maar reeds langen tijd daar
voor waren de onderhandelingen begonnen, en had Lasker gelden trachten
te verzamelen !
83
ort is. Ik zal de oogen der schaakspelers openen. Ik word verteerd door
een ambitie, om erkend te worden als weyeld-meesterschaker en, als de match
met Steinitz tot stand komt, zal die ambitie spoedig worden bevredigd."
V\ elke waarde aan een dergelijken uitval gehecht moet worden ? Dit is U na
lezing van dit geheele opstelletje ongetwijfeld duidelijk genoeg.
In de match zijn intusschen weder drie partijen gespeeld, (de eerste 8
partijen werden te New-York gevoerd, waarna de strijd gedurende een
week werd afgebroken, opdat de spelers krachten zouden kunnen putten voor
de hervatting der vijandelijkheden te P h i 1 a d e 1 p h i a.)
Ovei-ziclit.
Datum Voorzet Opening Winner Aantal zetten
14 April L Spaansche partij I, 49
18 April S d4—opening L 37
2 1 April L d4—opening L 38
De score is thans: Lasker 7, Steinitz 2, Remise 2. Op dit oogenblik is
wederom een rust-periode ingetreden ; de match wordt te Montreal voort
gezet en geeindigd.
De arme Steinitz krijgt thans, nu het geluk hem niet meeloopt, van alle
kanten op zijn kop, zelfs van hen, die steeds tot zijn vurigste vereerders
nebben behoord.
Zoo vermeet zich R. j. Loman in het weekblad de Amsterdammer, den
giooten man, het schaak-genie bij uitnemendheid, wiens roem niet afhangt
van den u.tslag eener match, behalve voor hen, die zelf te laag staan, dan
dat zij zijn grootheid zouden kunnen begrijpen, het volgende te schrijven:
„Steinitz schijnt geheel gedemoraliseerd te zijn. De korte wapenstilstand
en de verandering van omgeving schijnen geen invloed ten goede op zijn
spel te hebben uitgeoefend. De drie partijen, die te Philadelphia werden
gespeeld, zijn gemiddeld de helft korter dan die te New-York. De schuld
lag dit keer zeker niet aan de opening, want twee der partijen werden met
d 4 geopend, de partij, waarin 't heette, dat Steinitz onoverwinnelijk was. De
partijen, die wij tot dusver onder de oogen kregen, moeten o. i., wat gehalte
en correctheid betreft, al zijn zij ook vol geniale momenten, bij die van Tar-
rasch en Tschigorine achterstaan. Evenals bij zijn kabelmatch met Tschigo-
nne b l , J k t 't weer opnieuw, hoe weinig waarde men aan de voorspellingen en
aan al 't ijdel en onnoodig gepoch van Steinitz kan hechten. De stand is
thans : Lasker 7, Steinitz 2, 2 remise. De match wordt te Montreal voort
gezet."
Steinitz geproclameerd tot een ijdelcn pocher.!!! foei, meneer Loman! en
84
dat den volke te verkondigen, nog wel in een blad, waar uw eigen beeltenis
prijkt! brrrrr . .
Dr. Tarrasch schrijft in 't Frankfurter Schachblatt:
«Lasker heeft thans een voorsprong van drie partijen (na de 9de partij) en
het zal Steinitz, zoo ooit, slechts dan gelukken, dezen voorsprong in te
halen, wanneer hij ertoe kan besluiten, d^ openingen eenvoudiger, gezonder
krachtiger te behandelen. Een éclatant voorbeeld hoe spoedig hij door gekuns
telde behandeling der opening beslist in 't nadeel geraakt, biedt de derde
partij van de match« enz.
PIIACTISCII SPEL.
2de Matchpartij.
W i t : W . Steinitz Z w a r t : E. Lasker.
Spaansche Partij.
1 e2 — e4 07 — eS 9. P C4 — e3 P c6 — ey
2. P gi — f3 P b8 — c6 10. L a4 —• b3 c7 — c6
3. L fi — b5 P g8 — f6 11. h2 — I14 D d8 — C7
4. d2 — d3 d7 — d6 12. P f 3 — g5
3de Match-partij.
No. 69. Gespeeld 21 Maart 1894 te New-York.
Wit: E. Lasker. Zwart: W. Steinitz.
Spaansche Partij.
1. e2 — e4 e7 — e5 om 800 pond van de zijde van
2. P gi — f3 P b8 — c6 den »champion of the world« in
3- L fi — b5 d7 — d6 de eerste zetten van een der
meest bekende openingen. (Guns-
4. d2 — d4 L c8 — d7 berg).
5- P bi — 03 P g8 — e7 f7 — f6
6. L b5 — 04 e5 X d4 Terstond P e5 ware minder
7. P f3 X d 4 Pc6 X d4 slecht geweest.
8. Ddi X d4 P e7 — c6 18. P C3 — e2! P d7 •— e5
9. D d4 — e3 P c6 — e5 19. P e2 — d4 D C7 — b6
10. L'c4 — b3 L d7 — e6 20. C2 — c3 o—o—o
In de eerste partij speelde Stei Zooals men zal zien, moet
nitz hier c6. Zwart nu hetzij een zeer sterken
aanval verduren, hetzij een stuk
11. f2 — f4 P e5 — C4
verliezen. Door de keuze der laat
D e z e zet bevalt mij niet; hij ste speelwijze erlangt Zwart een
brengt het paard uit het spel ; doodelijken aanval, die hem bijna
L b3 : of P d7 ware beter geweest, de winst der partij had bezorgd.
zelfs P g6 is niet zoo gevaarlijk 21. P d4 — e6 T d8 — d7
als het er uitziet, bijv P g6 12.
22. L f4 — e3 D b6 — b5
f5 L b3: 13. fg6: L e6 14. gf7:f
Op c5 volgt 23. P f4 en 24.
K f7:
o —o met sterken aanval.
12. D e3 — g3 p 04 — b6
Wit dreigde 13. f5. De verde 23. T ai X a-7 b7 — b6!
diging, door Zwart gekozen, moet Zeldzaam scherpzinnig en diep
slecht zijn; van de tot hier ge berekend, doch tevens de eenige
speelde 12 zetten heeft Zwart er goede zet; na Kb8 24. Ta5 Dd3
5 gedaan met het koningspaard, 25. La7f, Kc8 26. Dd3: Pd3:f 27.
dat desniettegenstaande nog steeds Ke2Pb2: 28. Lb6 wint Wit terstond.
in een ongunstige positie staat, 24. T a7 — a8f K c8 — b7
zooals het uitstekende spel van 25. Ta8 X fB Th8 X f8
Wit spoedig bewijst. 26. Pe6 X f8 D b5 — d3
13. L cl — e3 c7 — c6
Dreigende eeuwig, schaak te
14. f4 — f5 L e6 X b3 geven.
15. a2 X b3 P b6 — d7 27. T hi — fi D d3 — c2
16. L e3 — f4 Dd8 — c7 28. L e3 — d2 T d7 — e7?
17- b3 — b4 Achteraf is Steinitz van oor
Knap gespeeld. Zwart lijdt aan deel, dat Pc4 29. Df4 Td8 30.
een soort van asthma, hetgeen abso Pe6 Ta8 31. Ke2 Ta3 hem min
luut bespottelijk is in een match stens remisespel had verschaft.
87
29. P f8 — e6 D c2 X e 4 f 42. P g 7 — e 8 P d3 — b4
30. D g3 — e3 D e 4 X g2
43- T f 3 — g3 T b3 — a3f
31. b2 — b3 T e7 — e8
44- K a l — bi T a3 — b3f
32. D e3 — e2 D g2 — h3
45. K bi — ei P b4 — d3f
33. K e i — dl T e8 — a8
46. T g3 X d3
34- T f i — t2 Dit is blijkbaar een vergissing;
De beide laatste zetten van waarom niet K d i ?
Wit keeren Z w a r t s aanval o p c4 X d3
meesterlijke wijze af. 47- P e 8 X 16 T b3 X b5
T a 8 - a2 8. P f6 — e8 Kb; — c6
35- b4 — b5 c 6 — 05 9- fS — <6 d5 — d4
36. P e 6 X g7 d6 — ds 50. P e 8 — g7 d 4 X C3
51. L d 2 X C3 T b5 — g 5
37- K d i — c i ! Dh3 — d3
E e n grove fout; na K d 7 ware
38. D e2 X d3 Pes X d3f
het lang niet gemakkelijk geweest
39- K c i — bi T a 2 — b2f voor Wit, om t e winnen.
40. K b i — ai T b2 X b3 52. f6 — ty Zwart geeft op.
41. T f2 — f3 C5 — C4 O p T g i f volgt 53. K. onv. T f i
54- P e 6 T f 7 55. Pd8+.
4 d e Match-partij.
; 7 . K f5 — f6
57- g4 — g3 59- d5 — dó g2 — g2
58. K f6 — {7
58. Kd6 — d7
d7 60. Tei — gi geeft op.
5de Match-partij.
No. 71. Gespeeld te New-York, 28 Maart 1894.
Spaansche partij.
W i t : E. Lasker. Z w a r t : W . Steinitz.
1. e2 — e4 e7 — e5 Hier echter slaat hij de plank
mis en berooft p. a4 van een on
2. P gi — f3 P b8 — c6
misbare dekking. Ted8 ware beter.
3. L fi — b5 d7 — dó
23. T di — d4 1 dó —d5
4. d2 — d4 L c8 — d7
Op Tda8 volgt Tb4.
5. P bi — C3 P g8 — e7
24. e4 X d5 ?
6. L b5 — 04 es X d4
Het is niet recht duidelijk, waar
7. P f3 X d4 P c6 X d4 om Lasker niet La4 : speelt.
8. D di X d4 P e7 — c6 L e7 — c5
9. D d4 — e3 L d7 — e6 25. T a4 — f4
In vroegere partijen speelde Stei-
Thans ware La4 : minder goed
nitz hier Pe5.
wegens Das.
ïo. P c3 — d5 L f8 — e7
P f8 — gó
11. L cl — d2 0—0
26. C3 — C4 D b5 — aó
12. 0-0 P c6 — e5
27. L c2 X gó f7 X g6
13. L 04 — b3 Le6 X
28. T f4 — h4 h7 — h5
"14. L b3 X d5 07 — c6
29. L ci — g5 T d8 — dó
15. L d5 — b3 P es — d7
30 d5 X có D aó X có
16. T ai — dl a7 — a5
Dit verhindert Lb4 en wint 31. DI13 — f3
Deze zet is door verschillende
tijd.
critici, o.a. Gunsberg afgekeurd.
17. C2 — 03 a5 — 34
Het is echter rrioeiiijk, voor wit
18. L b3 — c2 T f8 — e8 een betere verdediging te vinden
19. D e3 — I13 P d7 — f8 tegen de dreiging Te2 gevolgd door
Wit dreigde 20. e5- Zwart's Tf2 : en Tdif.
verdediging wil ons niet recht D có X f3
behagen. Wit heeft twee loopers
32. g2 X f3 T e8 — e2
en vrijer spel, terwijl pion d6 in
voortdurend gevaar verkeer. 33- L g5 — ci T e2 X ^
Een aardige combinatie, waar
20. L d2 — e3 D d8 — a5
door Zwart zijn pion terugkrijgt.
21. a2 — a3 D a5 — b5 34. T fl X '2 T dó — dif
22. L e3 — cl T a8 — d8 . K gi — g2
Tot zoover heeft Zwart zich han 35- L C5 X <"2
dig uit alle moeilijkheden gered 36. K g2 X f2 T dl X cl
en Wit's booze bedoelingen op 37. K f2 — g3 b7 — bó !
p dó met succes verijdeld door Indien Zwart hier terstond Tc2
een tegenaanval op den damevleu had gespeeld, ware het antwoord
gel. c5 geweest; de zet in den tekst
9o
7de Match-partij
X No. 73. Gespeeld te New-York, 3 April 1894.
Wit: E. Lasker. Z w a r t : W . Steinitz.
Spaansche partij.
1. e2 — e4 e7 — e5 autoriteiten zwak is verklaard.
2. P gi — f3 P b8 — c6 4. d2 -— d4 L c8 — d7
3. L fi — b5 d7 — d6 ? 5. P bi — C3 P g8 — e7
Zelfs in deze voor Steinitz zoo 6. L ci — e3
bijzonder ernstige match wil de In vorige partijen geschiedde
wereldkampioen een verdediging hier 6. LC4.
maar niet loslaten, die door alle p e; — g6
92
y . Ddi — Ó 2 L f8 — ey de in te halen.
8. O —o —O a7 — a6 d6 — d5
g . L b5 — c 2 e5 d4 Op hg6 ; kon vo'gen 24. h5 g 5
io. P f3 (J4 P c6 d4 (Zwart mag niet gedoogen dat
ii- D d | d4 Wit op de h. lijn zijn torens ver
Sterker dan Ld4 waarna Zwart dubbelt) 25. I16 g6 26. h7f Kf8
Pf4 ! had kunnen spelen. 27. IJ7: ( 2 6 . . . . Kg7 27. Dh2.
L e7 — f6 24. g6 h7f K g8 I17
12. D d4 — d2 L d7 — c6 25. L C4 — d3f K h7 — g8
Deze zet schijnt van weinig nut; • 26. I14 — I15 T a8 — e8
indien Zwart hier niet kan rochee- Tg3 ware beter geweest.
ren, is dit een zeker bewijs, dat 27. hs — h6 g7 — g6
zijn verdediging niet deugt. (Guns-
28. h6 — h/f K g8 — g7
berg.)
29. K ei — bi D e y — e5
13. P C3 — d5 o—o
30. a2 — a3
'4- g2 — g4 T f8 — e8
Wit maakt een luchtgaatje voor
De aanvang van een zeldzaam
den koning, teneinde zijn koning
fijne combin itie.
in vrij te maken.
'5- g4 — £5
c6 — C5
Wit loopt in den val.
31. D d2 —'f2 c5 — C4
L c6 d5
32. D f2 — h4 f7 f6
16. Ddt d5
Veel beter schijnt hier Kf8.
Beter ware hier ed5 maar Wit
33. L d3 — f5! K g7 — f7
heeft blijkbaar Zwart's bedoelin
gen nog niet doorzien. Op gf5 : ware gevolgd 134, Dh5
Kf8 35. Thgi Ke7 36. Tg8 K8. onv.
T e8 — e5
37. Tf5 : enz
17. D d5 — d2 L fó g5
34. T hi — gi g6 f5
18. f2 — f4 T e5 e4 ,
35. D h4 — I15f K f7 — e7
19. f4 g5 D d8 — e y )!
36. T gi — g8 K e y — d6?
20. T di — fi T e4 e3
37- T fi f5 D e5 — e6
21. L e2 — 04 P g6 — h8
38. T g8 e8 De6 X e8
De steeds in deze partijen te-
rugkeerende dreiging h4 & I15 toont 39- T t S X fóf K d6 — c5?
duidelijk aan, dat het paard op 40. D I15 --- I16 T e3 — e y
gógeen gelukkige plaats heeft. Hier Wit dreigde Tl'8, waarop nu
ware echter Tf8, gevolgd door De5 Th7: zou volgen.
beter geweest.
41. D I16 — h2
22. h2 — I14 C7 — c6
Na de twee laatste fijne zetten
2 3- g5 — g6 van Wit schijnt Zwart geen be
Een meesterlijke zet, alhoewel vredigend antwoord te hebben. Op
Wit feitelijk gedwongen, is door 41 . . . . Te6 volgt 42.Df2f43.
een wanhopigen aanval zijn scha Tf8. Op 41 . . . . Dd8 volgt 42.
93
Van een opstel van de hand des heeren Jean sans Terre, dat onlangs ge
ïllustreerd met portretten en vignetjes in LE PETIT JOURNAL verscheen, bied
ik den lezers hieronder een vertaling aan. Slechts enkele aanteekeningen heb
ik erbij gevoegd, daar ik veronderstelde dat de lezers zelf zullen onderschei
den, de beschrijvingen en opmerkingen, die van een internationale waarheid zijn
en de geestigheden, die blijkbaar door een speciaal «Franschen wind« zijn
ingeblazen.
E» het café de Ia Kégenee.
. Meendet gij niet te droomen, toen gij een paar dagen geleden de op
zienbarende mededeeling laast: de dagelijksche bezoekers van het café de
la Régence, de groote Schaakspelers voor het aangezicht des Heeren, zijn
juist een partij begonnen met die van St. Petersburg! Per draad! Zoo zullen
wij dan ditmaal met de Russen, onze vrienden, den strijd aanbinden! Maar
de strijd is zóó vreedzaam !
Niets méér waar dan het bericht aangaande dezen telegrafischen kamp.
Op dit oogenblik wordt hij gevoerd tusschen St. Petersburg en Parijs.
Laatstleden Dinsdag (3 April) namen de vijandelijkheden, zooals men in dit
blad heeft kunnen lezen, een aanvang en ze zullen wellicht niet voor het einde
van 1894 gestaakt worden. Geduld dus! Het Schaakspel, het bij uitnemend
heid edele spel is in den grond der zaak een wetenschap. Onze tegenpartij
kan haar hoop niet bouwen op het geluk, de voorzienigheid der spelers;
toeval is buitengesloten en de combinatiën zijn evenveel wiskundige vraag
stukken, waarvan de oplossing slechts door deskundigen kan worden
93
aangetoond. Van zeer oude dagteekening, van het begin der 5de eeuw af
heeft de Schaakkunst, uit Indië tot ons gekomen, op den geest van vele
groote mannen ' beslag gelegd: Voltaire, Rousseau, Frederik de Groote,
Napoleon I. kozen het spel tot ontspanning na arbeid en vermoeienissen
Het schijnt overigens, dat deze illustre personages niet veel hebben bijge
dragen tot den roem van hun geliefkoosd tijdverdrijf; hun partijen zijn in de
annalen der Schaakgemeente niet bewaard gebleven. (1)
Napoleon vooral, was een minder dan middelmatig speler (2) en zijn speel-
trant herinnerde in geen enkel opzicht aan dien van Greco, den „professeur"
die onder de regeering van Lodewijk XIV de hoofsteden van Europa afreis
de zonder een tegen hem opgewassen concurrent te kunnen vinden.
Deze Greco, die tot den luister van de eeuw des zonne-konings ook met
zijn specialen roem bijdroeg, heeft opvolgers nagelaten, waarvan de beroemd
ste waren, in de vorige eeuw Philidor en later, in het begin van het tweede
Keizerrijk, Anderssen en Morphy (3). Allen zijn zij de glorie geweest van
het vermaarde café de la Régeuce, waar gij en ik de eer kunnen genieten,
een potteke bier te drinken naast de beroemdste hedendaagsche spelers.
Philidor is de schrijver van de meest geleerde en meest systematische hand
leiding over het vak; hij had zijn werk, dat in 1794 t e Londen verscheen,
betiteld : 1' Analyse des Échecs. Het was de eerste meester van
zijn tijd in zijn zoo veelomvattende kunst. Philidor had tot tegenspelers
{van welke hij met sommige dagelijks, met andere bij gelegenheid speelde)
Jean-Jacques Rousseau, Diderot, d' Alembert, Bernardin de Saint-Pierre en
den Maarschalk de Richelieu. Aanzienlijke namen !
In 1858 verkreeg plotseling het schaakspel een nieuw aanzien door de komst
in Frankrijk van Morphy, den jeugdigen Amerikaan.
De roep, die van hem uitging, bleek niet overdreven te zijn; hij versloeg
bij eerste ontmoeting alle bekende spelers en den reeds genoemden Anders
sen, die van Breslau was aangesneld, om zich te meten met dezen geduch-
(1) Hoffer, die dit artikel in de Chess- Monthly opneemt, teekent hierbij
zeer terecht aan, dat deze partijen niet verloren gingen, omdat zij niet waard
waren, te worden vereenigd, maar omdat zoowel de partij-notatie als de pu
bliciteit nog in hun kindsheid waren.
(2) De schrijver spreekt hier onnoodig kwaad van Napoleon. Zoo 'n
knoeier nu was deze niet. Opdat ik den man zou kunnen logenstraffen, zijn
toevalliger wijze van Napoleon een paar partijen niet in den doofpot gegaan/
I W : Mad. de Rémusat. Zw : Napoleon. 1. d 3 Pf6 2. e4 Pc6 3. f4
e5 4. fes: Pe5 : 5. PC3 Pfg4 6. d4 Dlnf 7. g3 Df6 8. Ph3 Pf3j 9. Ke2
Pd4 :f 10. Kd3 Pe5j li. Kd4 : Lc5f 12. Kc5 : Db6f 13. Kd5 Dd6 mat.
II W : Napoleon I Zw: Maréchal Bertrand. 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3d4 Pd4:
4. Pd4: ed4: 5. Lc4 Lc5 6. c3 De7. 0—0 De5 8. f4 dc3 :f 9. Khi cb2:? 10.
Lf7 :f Kd8 11. fe5 : bal :D 12. Lg8: Le7 13. Db3 a5 ? 14. Lg5 d6 (nog
het beste) 15. Tf8f Kd7 16. Leóf Kc6 17. Ldsf Kc5 18. Le3f Dd4 19.
Dc4f Kb6 20. Ld4:f, opgegeven.
(3) Uit den mond van een Franschman vrij povere voorbeelden! Heeft de
man dan nooit gehoord van Labourdonnais, Deschappelles, Cochrane, Saint-
Amant enz !
96
Het is aan het initiatief van de Rivière, dat men o.a. in 1867 het organi-
seeren van een internationaal concours te danken heeft, hetwelk tijdens de
wereld-tentoonstelling werd gehouden en door Napoleon III met een priis
werd begiftigd. y -
Eindspelen.
Kindstelling uit eene onlangs te Utrecht Er volgde:
gespeelde party.
22. T d6:! Dd6:
N. N. (Zwart)
23. D g5 :f K h8
24. P hgóf ligó:!
25. P g6:f K h7
26. P f8 :f D f8 :
27. L c2j* K h8
28. T e6:!! P eó:
29. D h5-j- K g7
30. D g6f K h8
31. Db7 mat.
tl*. 1. Ta4, Td5: 2. Tc4:f, K.C4: 3. Pb2f enz. 1—, Pd3 : 2. Tc4:f,
K c 4: 3. Pb6f enz. In deze mooie varianten is het idee uitgedrukt; de ove
rige meenen wij veilig te kunnen weglaten. Een paar oplossers geven 1.
Pc5 :; maar hoe kan Wit mat zetten na 1. Pc5 :, Pe2. 2. De2 : TdJ :! of 2. Ddif,
Ke5 3. De2:f, Kf5 ! ?— 113. 1. Dg6, Kc5 2, Pb5 enz. 1—, Ke5 2. Pab7
enz. 1—, Kd4 2. Df5 enz.— 11-4. 1. Tb3, Ldi ad lib. 2. Tf4 enz. 1 —,
Pd6: 2. Dc5f enz. 1—, IJ4 2. Tf4: enz. 1—, Ld2 2. Pf7f enz. 115 Td8,
Kc4 2. Dd5f enz. 1—Ka2 2. Le6f enz. 1—, anders 2. Dd5 enz.— S1G.
I. Pd6, Kd6: 2. De6:f enz. 1—, dl 2. Dgsf enz. I—, anders 2. Dd2 :f
enz.— 11S. 1. De7:, Ke4 of-e5 2. Pf4f enz. 1.—, dc5 : 2. Pc4: enz-
1—, c3 2. Pc7f enz.— 118- 1. Dhi, Kc5: 2. Le7f enz. 1—, b5 2. Lf4f
enz. Dreiging: 2. PC7: enz.— 11?>. 1. Kf6, Kc6: 2. De4f enz. 1.—
K c5 2. b4f enz. I —, Pb5 ad lib. 2. Dd4f enz. 1— Lc4 2. Dhlf enz. 1 —
anders 2. P6e7f enz.— 1'iö. 1. Pc$ enz.— 191. Onoplosbaar! 1. Le6
faalt op I—, Ld4.— 139. 1. Dhi enz.— 193- Van dit probleem houden
wij de oplossing nog een maand achter. De zwarte pion op aïbrengt een
groote verandering te weeg !
IOI
Goede oplossingen ontvingen wij van de H.H. A. Korst (alle, behalve 121;
No. 123 telt nog niet mee!); C. C. W. Mann (alle); W. B. H. Meiners (alle);
G. J. v. d. Stouwe (alle, behalve 112 en 121); C. T. van Ham (alle, behalve
112); A. Bleykmans (alle, behalve 112 en 121); W. de Bloeme (alle, behalve
112 en 121; ook motto: ,,Klein maar rein"— 1. Lc4.); Jos. Reijalt (alle, behal
ve 112.); Joh. N. M. v. d. Elft (alle, behalve 112, 116, II7, 118.); M.
J. de Jongh (Februari-probl.; te laat ingekomen, om nog in 't vorig nummer
te worden vermeld.); H. Mendes da Costa (alle, behalve 112 en 117)-
UIT DE («nOllLUElMVEHELn.
De driezet van L. A. Kuijers, te Amsterdam, die in den wedstrijd van
't Weekblad „De Amsterdammer" met den ien Prijs werd bekroond, schijnt
in 't buitenland zeer in den smaak te vallen. Achtereenvolgens zagen we
hem opgenomen in „British Chess Magazine", „DeutscheSchachzeitung", „Chakh-
matny-Journal", „La Stratégie," „Svetozor". en «Deutsches Wochenschach»
De heer L. N. de Jong, te Leiden stelt ons in kennis met een merkwaar
dig staaltje van verschil van meening onder de verschillende Jutyleden van een
probleemtornooi. Het geldt een driezet van zijne hand, die mededong in den
„Pitsburg Dispatch" - wedstrijd : Wit: Kd8, Da4, Te8, Lf5, Lf2, Pb3,
Pdi, p. a7, C4, g4, g2, C2 ; Zwart: Ke5, Tal, La3, La8, Pbi, Pe7, p.
b6, c6, C5, C3, f7, 16, g5, 114. (Sleutelzet : 1. Db4). De heer De Jong
schrijft ons : „Ook mijn probleem kwam in aanmerking, althans het werd
geteld onder de goede problemen. Wat wil nu het geval? De Jury, bestaan
de uit Loyd, Wainwright en Joseph verschilde nogal van meening: de eer
ste plaatste het zoo ongeveer in het midden van de „candidaten", de tweede
wilde het den 2den prijs geven en de derde - vond het een uitermate slecht
probleem, dat hij alleen noemde, naar het mij voorkwam, omdat de andere
Juryleden er nog al wat mee op hadden. Het gevolg was, dat het No. 6 werd.
Hoofdkwestie was, of de vorm, dan wel de aard der matstellingen het zwaarst
moest wegen. Ik had n.1. met een menigte varianten een 8-tal verschillende
zuivere matvoeringen verkregen, waarbij echter de pionnenstelling sterk had
geleden." Ter aanvulling volgt hier een overzicht van 't resultaat van den
bedoelden wedstrijd:
Wainwright Joseph Loyd Totaal
Mackenzie . ie Pr. 86 89 100 275
Fuss . . . . 2e Pr. 81 88 85 254
Kellner . . 3e Pr. 77 86 90 253
Mackenzie . 4e Pr. 81 86 75 242
Buil . . . . No. 5 80 72 54 206
de Jong . . No. 6 85 62 58 205
102
N i e u w u i t g e s c h r e v e n p r o b1 e e m w e d s t r i j d . — A d r e s :
Chess-editor of «Leeds Mercury Supplement," Leeds, England. Twee-
zetten en driezetten. Ieder deelnemer kan meer dan een probleem inzenden
in elke afdeeling. Motto's en verzegelde enveloppen o n n o o d i g, want de
problemen worden genummerd. Diagrammen, met volledige oplossingen be
nevens den naam van den componist. Verscheidene belangrijke prijzen in
elke afdeeling. Jury: B.G . Laws en J. Rayner. T e r m i j n v a n i n z e n d i n g '
i Juni 1894.
De Nos. 130 en 131 in dit nummer zijn bewerkingen van het voor den
laatsten wedstrijd der „Münchener Neuesten Nachrichten" opgegeven t h e m a
[Zie Blz. 60 van den Jaargang 1893 van dit Tijdschrift.]
De probleemcomponist J. Oehquist, te Helsingfors schreef eenigen tijd ge
leden een wedstrijd uit voor driezetten, waarvan in een oi meer varianten de
3e zet der oplossing zou moeten bestaan in het e n p a s s a n t n e m e n
van een pion.
J. Oehquist. Ter verduidelijking van zijn bedoeling gaf
hij het nevenstaande probleem.
O p l o s s i n g : 1. Le8, Kf3: 2. Dc6f, ds
3. ed6: [en passant) mat.
De prijsrechter N. Maximoff, te St. Peters
burg maakt nu in het jongstverschenen num
mer van het „Chakhmatny-Journal" zijn be
slissing bekend. Hier volgen de bekroonde
problemen :
ie Prijs. Ottmar Nemo, Weenen. Wit
Kh3, Dai, Te8, La7, p. a4, c5, d2, d3, f4,
f7; Z w a r t : Kd5, Pf8, p. d7, f6, fc. M a t
in 3 zetten. (1. Td8 enz.)
2e Prijs. Konrad Erlin, Weenen. Wit: Kd8, Dei, Pf6, Ph4, Ld7, p. C5,
d5> e2, g 3 ; Z w a r t : Ke5, P b i , Ph2, Lb5, Lf8, p. e7, g5_ M a t i n 3 z e t
ten. (1. Db4 enz.)
Wij noodigen onze lezers met aandrang uit, deze beide problemen onder-
ling, en met het voorbeeld van Oehquist te vergelijken.
Pr. Dubbe, te Rostock heeft onlangs een eigenaardige beschouwing over
probleemcompositie gehouden. Den zakelijken inhoud daarvan willen we
hier even weergeven. De schrijver verwondert zich erover, dat er tegenwoor
dig zooveel auteurs zijn, die zich maar in 't geheel niet storen aan de rege
len der kunst, hoewel die zoo scherp mogelijk zijn geformuleerd. Onwillekeu
rig komt men ertoe, de kwestie op te werpen, of die wetten dan wel recht
van bestaan hebben. En Dubbe gelooft nu, dat daaromtrent niet de minste
io3
twijfel mogelijk is. Immers, de bedoelde regelen zijn uit de natuur van het
probleem afgeleid door meesters, die zijne ontwikkeling in alle opeenvolgen
de perioden minutieus hebben nagegaan. Zulke wetten, „die het resultaat
zijn van den geestelijken arbeid van meer dan een geslacht, zijn geenszins
te vernietigen door de eerste de beste bewering, maar alleen door een gron
dig bewijs van hare verkeerdheid, hare onwaarheid. Dit bewijs is tot op dit
oogenblik door niemand geleverd, en zoolang dat niet gebeurd is, moeten
de regelen der probleemaesthetica onvoorwaardelijk van kracht blijven." De
schrijver wil er ook niet van hooren, dat men bij u i t z o n d e r i n g d e
bedoelde wetten wel wat minder streng mag nemen : natuurwetten la
ten geen exceptie toe.— Zoo dikwijls hoort men beweren, dat een bepaald
idee niet t e bewerken is, zonder t e zondigen tegen d e principes der m a t -
reinheid. Nu is het mogelijk, dat hij, die dat zegt, niet de noodige vaar
digheid bezit of zijn pogingen te vroeg heeft gestaakt, of dat werkelijk nie
mand in staat zou zijn, het gegeven doel te bereiken.
Alleen met het laatste geval heeft men natuurlijk rekening te houden. En,
waar Dubbe dat ter sprake brengt, wijst hij er op, dat, nu men toch de pro
blematiek de »poëzie« van het schaakspel genoemd heeft, men die vergelij
king ook moet doortrekken, en moet trachten, vertrouwd te raken met het
idee, dat, even goed als men wetenschappelijk letterkundig materiaal, dat
zich niet laat dwingen in het keurslijf van maat en rijm, [en waarschijnlijk
ook in versvorm een dwazen indruk zou maken] den vorm geeft van eene
verhandeling, men motieven, waarop geen probleem te bouwen is,
kan bewerken in den vorm van de wetenschappelijke verhandeling op schaak
gebied : de s t u d i e.—- Dubbe herinnert er nu nog aan, hoeveel schoons op
dat gebied door mannen als Kling en Horwitz is geproduceerd, wijst er ver
der op, dat ook in de laatste jaren, bv. door Berger, Tschigorine en Beh-
ting studies zijn gecomponeerd, die meerendeels klassieke waarde bezit
ten, en besluit met den wensch uit te spreken, dat eerlang dit genre van schaak
vraagstukken in de tornooien weer de plaats zullen innemen, die ze vroe
ger met zooveel eere bekleedden.
Wij voor ons deelen des schrijvers meening slechts tot op zekere hoogte.
Ook wij vinden het te bejammeren, dat zoo menigmaal het spreekwoord van
het alle teugels verachtend genie misbruikt wordt door probleem-auteurs,
wier talent nog niet tot rijpheid gekomen is, maar achten het stellig onnoo-
dig, zoo ver te gaan als Dubbe wil, en den naam van probleem te ont
houden aan elke compositie, waarin een fijn idee zoo volkomen mogelijk is
voorgesteld, al moest de maker zich dan ook bij de samenstelling een ruime
Opvatting van bepaalde wetten der probleem-aesthetica veroorloven. En dan
te zeggen, dat, daar nu toch de bedoelde regelen uit de natuur van het pro
bleem zijn afgeleid, ze evenmin uitzonderingen toelaten als alle natuurwetten,
bv. de zwaartekracht hm, hm !
ic>4
WEDSTRIJD te AMSTERDAM.
Tusschen het Hoofdbestuur van den Bond en het Bestuur van het Vereenigd Amster-
damsch Schaakgenootschap is een overeenkomst gesloten tot het uitschrijven, voor gemeen
schappelijke rekening, van een wedstrijd met af- en aanspel op 9 en 10 Juni e.k. in het
Café de Roode Leeuw, Vijgendam. Gespeeld wordt in drie klassen met voorgift, tenzij de
meerderheid der deelnemers zich hiertegen verklaart.
De deelneming is open alleen voor leden van een der beide bovengenoemde vereenigingen.
De loting voor den wedstrijd grijpt plaats des Zaterd^gavond's te 8 uur precies
Het aantal prijzen (kunstvoorwerpen en boeken) is afhankelijk van het aantal deelnemers,
Leiders van den wedstrijd zijn de Secretaris van het Vereenigd Amsterdamsch Schaakge
nootschap, E. van Dien, en de Bondssecretaris Voor het overige zijn de regeiingsbepalingen
voor dezen wedstrijd geheel gelijk aan die voor den wedstrijd te Alkmaar, neergelegd in
het tijdschrift van Maart 11. bladz. 33.
WEDSTRIJD te 'sGRAVENIIAGE.
Het Hoofdbestuur maakt bekend, dat bij voldoende deelneming op Zondag 17 Juni te
'sGravenhage in de bovenzaal van het Zuid Hollandsch koffijhuis (over de Groote Kerk) een
wedstrijd zal worden gehouden met af- en aanspel en met voorgift.
De loting zal plaats hebben Zondagmorgen 10 uur precies, tevens termijn van toetreding.
Overigens zijn de regelings-bepalingen voor dezen wedstrijd geheel gelijk aan die voor
den wedstrijd te Alkmaar, neergelegd in het tijdschrift van Maart 1.1. bladzij 33.
SCHAAKDAG te CiK«\IKftE\.
Het Hoofdbestuur maakt bekend, dat op Zondag 24 Juni des namiddags te 2 uur, te
Groningen in „het Huis de Beurs" een tombola-wedstrijd zal worden gehouden Des avonds
te 8 uur zal de Bondssecretaris een simultaan-partij spelen tegen de aanwezige liefhebbers.
De bepalingen voor den t >mbola-wedstrijd zijn als volgt:
I. De deelneming is open voor een ieder.
II. Een aantal voorwerpen zijn als prijzen genummerd Ten einde hiernaar mede te din
gen, koopt men met een tegenstander te zamen een lot van 50 cents en speelt met hem
eene partij waarbij om de kleuren geloot wordt. De winner van de partij is eigenaar van
het lot; wordt de partij remise, dan wordt ze herhaald met andere kleurverdeeling.
III. Elk lot vertegenwoordigt een prijs.
IV. Leider van dezen wedstrijd is de Bondssecretaris.
A LiO E.TI EEX E VERGADERING te ROTTERDAM.
De jaarlijksche Algemeene Vergadering zal den eersten of tweedeu Zond#g in Augus
tus te Botterdam worden gehouden
Den secretaris-penningr.1eesters wordt verzocht een bijeenkomst hunner resp. afdeeliugen
te beleggen tot het benoemen van afgevaardigden.
Afdeelingen of leden, die eventueel één of meer voorstellen willen doen, moeten deze
vóór 20 Juni schriftelijk bij den Bondssecretaris indienen.
1'ROBLEEMOPLOSSl^GSWEDSTRIJD.
In de opgave der wedstrijdproblemen zijn een paar drukfouten ingeslopen. H.H. deelne
mers aan den o| lossingawedstrijd wordt verzocht, de verschillende positiën zoo te beoordee-
len, als r.c iii het tijclselirirt xijn genoteerd. (Het Reglement in 't Maart-num
mer voorziet in alle gevallen )
HET HOOFDBESTUUR.
Laatste Reriehten.
AMSTERDAM. In de match van Foreest - van Lennep won v. L. de 4de en 5de partij.
Stand: v. L. 3; v. E. 2. In 't geheel worden 7 partijen gespeeld.
LONDEN. In Simpson's Divan is een voorgift-tornooi gehouden. Er waren elf deelne
mers, onder welke Bird, Teichmann, Guest, Muller en andere sterke spelers. Teichmann
won den lsten prijs met 9 punten, Rolland den 2den met 7y2 de oude Bird den 3den met
7. De eerste prijswinner is een van die buitenlandsche jonge spelers, die in een schier on
afgebroken reeks naar Engeland trekken en de gelederen der eerste-klasse-spelers vullen Waar
om niettegenstaande de groote, steeds wassende populariteit van het schaakspel, geen En-
gelsche meesters gevormd worden, is een raadsel, dat wij niet kunnen oplossen. (Dayly News)
MONTRICAL. In de Match Steinitz-Lasker werd de 12de partij remise, de 13de en de
14de won Steinitz, de 15de won Lasker. Stand: St. 4, L. 8, Rem. 3.
2e Jaargang No 6. & 7. Juni & Juli 1894.
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND.
BESTUUR VAN DE'I N. S.: Jhr. D. VAN FOREEST , Voorzitter; Dr. A. J. A. PRANGR
Onder-Voorzitter, J. P. HEEMSKERK , Penningmeester; L. H DEELMAN , Commissaris van
Materieel; N. W. VAN LESNEP . Secretaris.
REDACTIE: N. W. VAN L ENNEP , Kerkstraat Amsterdam; H. J. DKN
HERTOG : Dr A. J A. PRANGE.
Van dit blad, dat omstreeks den 15den van iedere maand gratis aan de Bondsleden wordt
oegezonden zijn extra-nummers verkrijgbaar a 20 cents en een geheele jaargang a f 2 - eveneens
slechts voor Bondsleden. ' eveneel,s
In dit nummer vinden onze lezers onder meer het programma voor de Al-
gemeene Vergadering te Ro'tterdam, de bepalingen voor een wedstrijd met
af- en aanspel te Amsterdam en het rapport der jury over de concours-pro
blemen en over den oplossingswedstrijd.
^ Wij meenen dit hier bizonderlijk te moeten releveeren, omdat hel der
Redactie wegens allerlei omstandigheden, ditmaal onmogelijk was de rubrie
ken in de gewone volgorde en de berichten aaneengeschakeld te geven.
LEDENLIJST.
Amersfoort. Claimtlial (in Hessen)
Verhuisd: Nieuw Rechtslreeksch Lid:
van Utrecht naar Amersfoort, Zuid H. J. Buysman, Baderstrasse 27.
singel B 262, Dr. A. J. A. Prange. '«®i areland.
Amsterdam, Nieuw Rechtstrceksch Lid :
Nieuwe Afdeelingsleden : Mr. M. J. van Lennep.
A. J. Egelie, Brouwersgracht 116. 'sGravenhage.
W. van der Grinten, Hartenstraat Nieuwe Afdeelingsleden:
3- C. Bakker, Hugo de Grootstraat 23.
Mr. F. K. van Lennep, Heeren H. W. Borgerhoff Mulder, Riouw-
gracht 513. straat 54.
Verhuisd: E. Edersheim Bzn, N. Molstraat 19.
naar Swammerdamstraat 3, B. I. M, Herz, Kanaal 9 b.
Meyer. J. J. van der Pot, Riouwstraat 188
Arnhem. P. Uittenbogaart, Scheveningen.
Nieuwe Ajdeelingsleden : A.G. Vreede, Anna Pau!ownastraat76.
J. F. Manikus, Bakkerstraat 34. Verhuisd:
J. M. Wolff, Velperbinnensingel 5. van Amsterdam naar 'sGravenhage,
Breda.
Hofspui 75, Mr. A. Heemskerk
Nieuw Afdeelingslid : ft rollingen.
C. J. Tijken, Nieuwe Ginnekenstraat Verhuisd :
E 221.
van Amsterdam naar Groningen,
io6
F. Dijksterhuis. Verhuisd:
Lelden. naar Schiedamsche Singel 56, H.
Nieuwe A jdeeli-ngsleden: Heijermans.
W. Keuls. naar West Nieuwland 13, J. Huinck.
E. C. H. F. deRuyter, Hoogewoerd88 » van Oldebarneveldstraat 119,
H. M. Sasse, Rapenburg 9. J. Vellenga.
It otterdam. 11r* u111
Nieuw A fdeeiingslid: Nieuw Rechtstreeksch Lid:
J. P. J. Lucardie, Schiedamsche Singel C. Nan.
Vorige opgaaf (Maart-nummer) 154 rechstreeksche ledenen 319 aideehngs-
leden.
Rechtstreeksche leden: 11 traden toe.
Afdeelingsleden: 26 » » 3 bedankten.
Totaal: 165 rechtstreeksche leden en 342 afdeelingsleden.
Van deze rechtstreeksche leden bedankten echter 3 voor 1895 (zie April
nummer.)
De bond telt thans derhalve ruim 500 leden. Wanneer men in aanmer
king neemt, dat aan het einde van '92 dit aantal nog slechts 181 bedroeg,
bestaat er alleszins reden tot blijdschap. In de bovenstaande lijst hebben
wij den naam van den Heer W. van der Grinten, onze 500ste aanwinst, vet
doen drukken ter bizondere aanstipping van een heuglijk feit, hetwelk verre
van tot vadsige tevredenheid te v o e r e n , o n s m o g e aansporen met verdubbelden
ijver voort te werken in de ingeslagen richting.
Nog een goede tijding. Het Amsterdamsche Studenten Schaakgezelschap Philidor
(onder de" zinspreuk: Pete Hostem Insta Latronibus Inermis Deme Obtege
Reginam.) besloot in zijn jongste vergadering, gehouden 19 Mei 1.1., als bui
tengewoon lid toe te treden tot den Bond. Dit lidmaatschap gaat in 1 Janu
ari & I895 en zal waarschijnlijk de Amsterdamsche afdeeling een veertigtal leden
sterker doen worden!
;iL«tr'Voorz,tter en jj
seert telken^are'geïtadTT^maande^AprTt
Z •SR^Z. sxzr-
van niet a, ,e ongele J^TkJpt "" **"
Ditmaal hadden achttien ieden „op de lijst geteekend."
4de Match-partij.
Spaansche Partij.
1. e4 e5 19. L e 3 D e7 37- h5 ^3
2. P f3 P c6 20. L e 4 P f4(i) 38. b4 Kg7
3. L b 5 P f6 21. L f 4 : ef4: 39- h6f K h8
4. d3 d6 22. T e i T e8?? 40. T d 6 : cd6:
5. 03 L ey 23. D c2 D f6 41- K h2 f4
6 . P bd2 0-0 24. L h 7 : f K h8 42. K h3 T c8
7. h3 Le6? 25. g5 D d8 43- K g 4 1 b8
8. P f i a6 26. g6 T e i :f 44- K f5 f c8
9 . L 34 P d7 ? 27. T e i : D f6 45- K e6 T b8
10. g4 P c5 28. h4 L ey 46- K ey Tb7f
11. L C2 d5 29. gf7: L d6 47- K d6: T b8
12. D e2 de4; 30. L g8 g6 48- K c7 T a8
13. de4: b5 31. T e 6 D f5 49- d6 a5
14. P e 3 P b7 32. D f5 gf5: 5°- ba5 : b4
15. o—o! L d 6 33. T g 6 ? ( 2 ) P d 8 51- ^7 ^ a7i
1 6 . P d5 P e7 34. P g5 L e7 52- K d6 T a8
17. T d i L d5: ? 35. P e 6 P e6: 53- K e7 opgegeven.
l i d e Match-partij.
Fransche Partij.
getrokken, Een volledig schema zal na afloop van den wedstrijd wordeu
gepubliceerd.
A. G. Olland 6Vs, Mr. P. H. R. van Rossem 4, G. If. B. Hogewind 5^-t
E. L. Olland 6V5, D. W. van Rennes 6V2, L. Cramer 6V2, J. Wiedeman 8Vi'
J. J. R. Moquette 5V2, F. J E. de Veije 4V2. A. C. J. van Eelde 2, W. L-
F. P. de Koek 6, H. J. Daniels 3, en A. G. Vreeswijk 3.
WORMERVEER. Van 23 September '93 tot 15 Maart '94 werd tusschen
onzen Voorzitter, D. van Foreest, en de afdeeüng Wormerveer een corres-
pondentie-partij gespeeld, die hier een plaats moge vinden.
No. 77. Wit: Jhr. D. van Foreest. • Zwart: Wormerveer.
Tweepaardspel in de nahand.
1- e4 e5 11. d4 D c7 21. P c4 P a5
2. P (3 P c6 12. L d2 o—o 22. D d3 P C4 :
3. L C4 P f6 13. 0-0 Pb; 23. D C4: P e3
4- P g5 d5 14. f4 ef3:e.p. 24. L e3: L e3: f
5- ed5: Pa5 15. P f3 P e4 25. K hl T e4
0. L b5f c6 16. L d3 L f5 26. Tael T ae8
7. dc6: bc6: 17. L e3 T fe8 27. b4 g5
8. L e2 h6 18. P bd2 P g3 28. I) d3 D d6
9- P ^3 e4 '9- F f5 : P f5: 29. P e5 opgegeven.
10. P e5 L d6 20. L f2 L f4
l»9t tCTIM II
Jlntch §trini(x-La»iker.
9de Match-partij.
No. 78 Gespeeld te Philadelphia 14 April 1894.
W i t : E. Lasker Z w a r t : W . Steinitz.
Spaansche partij.
1. e2 — e4 e7 — es 8. P f3 X d4 P c6 • d4
2- P gi — f3 P b8 — c6 9. D dl X d4 P g8 — e7
3. F f i — bs d7 — d6 Beter dan Pf6 10. LgS Le7 11.
4 . P bi - c 3 a7 — a 6 0 — 0 o - O — O 1 2 . Dc 4 Dc8 (Dd 7
, , . . . 1 3 . e S ) 1 3 . e S d e55 : ( d 53 ? 1 4 . D I 1 4 )
In de vroegefe partijen van de ^ ^ ^ T d e I e nz
match speelde Lasker 4.d4 en 1Q l CI g5 P ey c6!
Steinitz 4 Fd7 11 L gs x d8 P c6 X d4
5. L b5 C4 L c8 e6 ! 2 , o— 0-0 P d4 — b5
6. F C4 X e6 c<
f7 X 5 Tad8: was de eenvoudigste en
7. d2 — d4 e5 X d4 daarom de beste voorzetting. Het
111
iode Match-partij.
No. 79 Gespeeld te Philadelphia 19 April 1894.
Wit: W. Steinitz. Zwart: E. Lasker.
Geweigerd damegambiet.
1. d2 — d4 d7 — d5 3. P bi — C3 P g8 — f6
2. C2 — CC4A e; e6
1
4- f2 — f3
I 12
5. d4 X c5 L f8 X es 18. L ci — g5 f7 — f6
d4 is sterker bijv. 6. Pa4 Lc5 ; ! 9- L g5 e3 T aS -
7. Pc5: Da5f 8 Ld2 Dc5: en 20. o—0—0 K c7 — b8
Zwart beheerscht het zwakke punt 21. P h3 — f2
e 3 volkomen. j e t s b e ter ware nog 21 Kb2,
6. 04 X ^5 P f6 X d5 waarop kon volgen Pa5 22 Pf3
beter ware ed5: Op 7. Lg5 kon Tdl : 23 Idi: La3f 24. Ka3:
dan volgen d4 8. Pe4Pe4:9Ldg: Tc3 :f 25 Kb2 Te3: 26 Ld3 h5
Lb4f enz.
7. e2 — e4 Pc6 — d4
Na 7. Pd5 : ed5 : e3 is de witte 2 2 . L e3 X d4 es X d4
koningspion zwakker dan de zwarte N u i s p i o n c 3 o p e e n s tweemaal
damepion. Verder dreigde Zwart aangevallen en verloren, en daar daar-
Lgi : en Dh 4 f. mee ook de partij. De volgende
P d5 X c 3 zetten werden nog gespeeld: 23.
8 . D d i X d8f Ke8 X d8 Ld3 dc3: 24. g4 La3f 25 Kc2
9. b2 X c 3 P b8 — c6 Lc6
I- c 6 26. Kb3 Les LcS 27. 1113Ph3 Le3
9-
D v ,s 28 L Lc2 C 2 Ld2 29. y Pf2 Td4Td4 30. Ka3
Ka3
10. P g i - h 3 Kd8 - c7 Le8 3i pd3 Te4; 32 pb4 Td4
Le8 31. Pd3 Te4: 32. Pb4 Td4
11. P h3 — f4 T h8 dB ^
33. Lb3 a5 ^4. 34. Pc2 b5- Steinitz
Z w art ontwikkelt eenvoudig al g a f de partij op; hij heeft het
gaf
zijn figuren en grijpt dan pion C3 derde gedeelte der zetten met het
aan, dien Wit hem zonder strijd koningspaard gedaan!
11 de Match-partij
No. Gespeeld te Philadelphia 21 April 1894,
W i t : E . Lasker Z w a r t : W . Steinitz.
Geweigerd damegambiet.
1. d2 — d4 d7 — d5 2. C2 — C4 e.7 — e6
H3
7. d4 X c5 d5 X C4 23" 03 ~ e4 f6 X e5
8 Ld* V ca DHS Y H i ! N o g d e m i n s t s l e c h t e z e t - Op
o K 3 v nt p bh« Pe7 vo,gt 24' Lc? Ta8 2 5 Thdl
9- K ei X di P 8 — c*
6 L c 8 z 6 j d 6 Teg 2 / L e ? T .
10. a2 a3 L e 7 X cS 28. T d8f
11. b2 — b4 L 05 — b6 24. e4 X d ; K g8 — f7
Wij zouden de voorkeur geven 25. T h i — dl K f7 — e7
aan Ld6 om den damelooper, die 26 d5 d6f!
in deze partij zulk een ongeluk- v <. j • j >
kige rol speelt, naar b 7 te ont- Zwart dre,gde ed$ :
wikkelen. K ey — f6
12. K d i — e2 L c8 — d7 27' K e2 e3 f c8 X ci
13. L c 4 — b 3 Ta8 — c8 2 8 ' T d ' X C I T f 8 — c 8
12de Match-partij.
No. 8 r Gespeeld te Montreal 3 Mei 1894.
W i t : W . Steinitz Z w a r t : 5 . Lasker.
Geweigerd Damegambiet.
1. d2 d4 d7 — ds 2. C2 *— C4 e y — e6
114
6. e2 — e3 P b8 — d7 18. a2 X b3 T a8 — b8
7. C4 — 05 19. D d4 — C3
c 7 — c 6 22. P e2 — f4 D b6 — b4
8. L fi — d3 23- T di — gi D b4 X C3
h7 — h6 L ey — f8
27. P f4 — e2 L f8 — g7
9- ^ 28. h4 — h5 g6 — g5
e 6 - e ! 3 ° I 5 ' ~ f ° 6 ~ ° 5
5
31. P d4 — f3 05 — C4
10. d4 X e 5 P f6 — e4 . Kei X d2 f7 — f6
34
'2. L e4 — c2 P d7 X c5 36. f4 X g5 L f6 X gS
13. D di — d4 L h4 — e7 37 . T hi — bi T b8 X bi
15. h2 — h4 b7 — b5 39 . p e 2 — d4 K f8 — ey
16. P 03 — e2 ^ L bi — a2 T 04 — 05
d^n. 43 T b2 — b6 K d6 — cy
bs b4 44• T b6 — a6 K 07 — b7
17. g2 — g4 b4 — b3 45- T a6 — d6 Kb y — cy
Eveneens lag het voor de hand, ^ a<^ K 07 b7
X 13de Match-partij.
No. 82. Gespeeld te Montreal. 5 Mei 1894.
Wi t. E. Lasker Zwart! W. Steinitz.
Spaansche Partij.
14de Match-partij.
No. 83. Gespeeld te Montreal 8 Mei 1894.
Wit: W. Steinitz. Zwart: E. Lasker.
Geweigerd Damegambiet.
9. P c3 X e4 P f6 X e4
1. d2 — d4 d7 — d5
10. L d3 X e4 h7 —
2. c2 — C4 e6 — e6
3. P bi — C3 c7 — c6 Beter: e5 of f 5 .
Deze voortzetting belemmert 11. L e4 — c2 f7 — f5
gedurende langen tijd den dame- 12. T fi — ei P d7 — f6
looper in zijn ontwikkeling. Wan 13. I. ci — d2 L c8 — d7
neer men door c6 ervan afstand
14. L d2 — c3 D d8 — c7
wil doen, om den looper op b7
te plaatsen, dan pleegt men, voor 15. P f3 — e5 L d7 — e8
dat men den e-pion verzet, den 16. D di — d3 g7 — g5
looper naar f5 te ontwikkelen en 1 7 . D d3 — h3
het opspelen van den koningspion Nog sterker ware hier c5 ge
voor te bereiden. weest, hetgeen den aanval van
4. e2 — e3 P g8 — f6 Zwart terstond had gebroken.
5. P gi — 1'3 L f8 — d6 Op Les : volgt 18. Te; : en op
6. L fi — d3 P b8 — d7 Le7 18. g4 met voordeel voor
Wit.
7. o —o o—o
D e7 — g7
8. e3 — e4 d5 X e4
1 '7
te spelen; hij zag echter bijtijds ^aó Tf7 29. 05 Td8 30. Kgi
in, dat 20. Pg4: dan volgen kon. ^e7 31. Kf2 Tb8 32. Lb3 Te8
20. P e5 X c6 L dó X h2f 33' W Tb8 34. Ld3 h5 35. Kf3
21. K P I X h2 PA ^ Tf7 37. Ke4 T e 2 f
„ g ^31 3 8 , Kd3 Tg2: 3 9 . Tyóf K f 8 40'
22. D e3 X g3 Dg7 X g3f Le4 Tgi 4 , . Td5 g7 4 2 Tg7:
23- f2 X g3 Lh5 X di Kg7 : 4 3 . c6 Kf6 4 4 . c7 Tg3 :f
24. Lc2 X di b7 X c6 45- Kd4 Tg8 46. dó en Zwart
25. Tei X eó abandonneerde.
Wit heeft nu een dood-gewon- deZG ZGS
ó- o—o T c8 — &PA at • P 67 g6
r, , T Met uitstekende stelling
De voorkeur geven wijJ aan Leó IT -r
, , „ 11. 1 ai — ei
7- b2 — b4 T c5 — bó n ,
8. P bi — d2 . Um d4 mogelijk te maken. Wit
Is evenwel nu al in verlegenheid
Deze zet is zwak, voor de r'aads- door de slechte stelling van zijn
,°,P 63 ,1S §esPeeld' z°°als raadsheer op b2. Het beste ware
duidelijk uit het vervolg blijkt; hij hier misschien nog 11 hl (I f»
leidt ten slotte tot verlies der 12. Pf3: eventueel gevolgd door
witte partij De gewone voortzet- Lei)
ting zou hier zijn: 8. 34 aó 9. ' ,, Hs
Le3 La7 (misschien is Pe7 nog N- f • .. „ . "" C/
beter) io.Pd2 o—o 11. Db^ en/ 1^ , e ster ker ware
p c6 . ' "• Dd7 gevolgd door Pf4, waarop
o q u, ^3 verijdeld wordt en wit redde-
loos staat.
M. ,• „ Bijv. 11. Dd7 12. d4
Misschien zou hier Tei gevolgd Pf4 13. Le2 Lh3 enz
door Pfi nog gaan. ^ I2 ^ ^ T a8 — e8
t ° 13-32 a3 37 — aó
CI b2 14- d4 X e5
118
W i t : A. Bleykmans. Z w a r t : J. Beets.
Engelsche Partij.
14- L b5 X c6 Dh6 X c6 f7 X e6
15. Da4 X c6 b7 X c6 33. f5 X e6 j 4 ... d 3 p
^ ^ ^^ e2 Zwart laat hier de gelegenheid
'7- T fi —- t4 1 a8 --- b(S voorbijgaan, om zijn spel te ver-
18. Kgi — f2 L e2 — a6 beteren. Hier komt de Volgende
19. b2 — b3 T f8 — e8 voortzetting in aanmerking. 33.—
20 02 — 04 Tb6; 34- Pb5: f't beste), Tf8f
20. T G, is beter; nu heeft | 5 - Kg3, ab 5 36. Ta 7 . Td6 en
7 . , Zwart staat minstens geluk. Of 3 4
Zwart gelegenheid, zijn dubbelpi- p TfiJ+ - t
on kwijt te raken en het centrum Zwart staat beter
van wit te verzwakken. „
, Gaat het paard naar f5, dan
c volgt. Tf8 en op 34. Pf7 speelt
21. P dl f3 c5
X d4 zwart 34—, Te8. Op 34. e 7
22. T f4 X d4 L a6 — b7 volgt 34.— Td6:; 35. Tb5 :, ab5:
23. T ai — ci C7 — c6 36- e8Df, Te8: 37- Te2f:, Kf/
24. h2 — h 4 . T b8 — c8 cn Zwart staat beter'
2 5- g4 g5 c6 — C5 34- e6 — e7 L b5 — e8
26. T d4 — a4 d5 — d4 Nu helpt 34.—Tb6 natuurlijk niet
27. T cl — ei a7 — a6 meer; er zou dan afruil op b5 volgen,
De afruil van het paard is waarna Z w a r t e e n t o r e n verliest.
22. h3 — h4 h y — h5 dS X C4
23. T ai — ci
30. D d3 — e3
Om na 05 X M c3 X d4 te
Na Pa3 X c4 won Zwart al de
spelen; beter was het evenwel
drie pionnen terug door Dd5,
om 23. Pa3 — C2 te spelen en
Pe3 en dan Dhif, DXli4T. DXg5,
na 05 X d4 Pc2 X <^4 en na 05
en DXf6. Daarentegen was 30.
— 04 b3 — b4 te doen; had
Dh3 wel zoo sterk om op e5 X
Wit bij zijn twintigsten zet het
d4 Tci—di en op Dd5 Pc2 te
P. naar het natuurlijker veld d2 ge
laten volgen.
speeld dan was thans Tal — ci
meer op zijne plaats. D d7 — d5
T f8 — c8 31. D e 3 — h3 es X d4
ALLERLEI.
Men heeft opgemerkt, dat met uitzondering van het paard en den
pion alle schaakstukken, na een wettigen zet op het leege bord te
hebben gemaakt, minstens één veld beheerschen van die velden, welke
zij reeds beheerschten vóór het maken van den zet. Er is echter een
uitzondering, welke de lezer gelieve te vinden. (B. G. Laws).
loon een positie aan, waarin Wit met twee torens bij den eersten zet
mat kan geven, maar waarin dit onmogelijk wordt, zoo men de konin
gin in de plaats van een der torens stelt. (B. G. Laws).
124
II n p I» o r I
ln zake den
PROBLECIIWEDSTRIJD 18»3-l§94
van «len Nederlandsclien Schaakbond.
Voordat de beide Juryleden met de beoordeeling der ingekomen proble
men een aanvang maakten, kwamen zij overeen, daarbij de methode te vol
gen, die o. a. bij de wedstrijden van den Duitschen Schaakbond gebruike
lijk is. De incorrect bevonden problemen werden onmiddellijk ter zijde ge
legd, en de overige i n d r i e k l a s s e n i n g e d e e l d .
Klasse 1 bevat de problemen, die in nader vast te stellen volgorde be
kroond en eervol vermeld worden.
Tot Klasse 3 behooren de middelmatige en tot Klasse 3 die pro
blemen, welke als geheel onvoldoende moeten worden beschouwd.
In de volgende bladzijden zijn achtereenvolgens alle problemen besproken.
(De verschillende positiën zijn genoteerd in de nummers van Maart en
April 1894 van dit Tijdschrift.)
Tweezelten.
A l g e m e e n e i n d r u k .— Een bijzonder groot aantal van de in deze
afdeeling mededingende problemen zijn op meer dan éene wijze op te los
sen. Wel merkwaardig, en in het belang van het wedstrijd-resultaat zeker
gelukkig is het, dat die problemen zich geen van alle boven het middelmatige
vei heften. Het is echter van algemeene bekendheid, dat meermalen in pro-
bleemtornooien werkelijk uitstekende compositiën op grond van het toelaten
van nevenoplossingen moesten worden terzijde gelegd, terwijl ze anders stel
lig voor een prijs in aanmerking zouden gekomen zijn. Naar aanleiding van
een en ander meent de Jury er nogmaals met nadruk de aandacht op te
moeten vestigen, dat de auteur slechts op een manier kan geraken tot de
zekerheid, dat zijn oplossing de eenig mogelijke is, n.1. door de gevolgen na
te gaan \ an alle zetten met alle witte stukken, die in de positie voor
komen. Hielden alle deelnemers aan probleemwedstrijden zich trouw aan
dit voorschrift, dan zouden zij stellig voor menige grievende teleurstelling
bewaard blijven.
Een paar problemen bleken onoplosbaar te zijn; wel een bewijs daarvoor,
dat hun auteurs de nauwgezetheid missen, die behoort eigen te zijn aan
ieder goed probleemcomponist.
Vele van de correct bevonden tweezetten strijden met zeer voorname
punten van den vroeger gepubliceerden M a a t s t a f v a n b e o o r d e e l i n g
(Novembernummer 1893.) Er werd voornamelijk nog al gezondigd tegen
125
No. 51. (b4 enz ) Na zetten met Pd4 komen soms tegelijkertijd twee
ongeveer gelijkwaardige matstellingen voor. Dit maakt in een tempoprobleem
een min gunstigen indruk.— KL. 2.
No. 52. (Kb7 enz.) „Duals" zeer hinderlijk. Van dit idee was meer te
maken geweest.— KL. 2.
No. 53. (Dd3 enz.) Het opofferen van de Dame op den ien zet maakt
al heel weinig indruk. Slechts één reine matstelling.— KL. 2.
No. 54. (Dfi enz.) Sleutelzet slecht; één reine en twee onbeduidende
matstellingen; het probleem mist het „achevé", dat de hooge waarde van
zulke problemen moet vormen.— KL. 2.
No. 55. Incorrect! Zes opl: 1. Dg4, 1. Palf, 1. Pcif, 1. Pd4f, 1. Pc5f en 1.
Df5f. (Pion b6 te verplaatsen naar b7. Dg4 en Dfsf gaan in de oorspronke
lijke stelling niet op.)
No. 56. (Td5 enz.) Bekend torenoffer! Bevat over 't algemeen niet vee!
nieuws; witte Koning is figurant; overigens niet kwaad geconstrueerd. KL. 2.—
No. 57. (Kf3 enz.) Onberispelijke matstellingen, doch veel te weinig de
gelijke inhoud.— KL. 2.
No. 58. (Dbi enz.) Niet kwaad, maar toch wel wat al te sober. KL. 2.
No. 59. (Db7 enz.) Voortdurend dezelfde matzet; daardoor hoogst een
vormig.— KL. 2.
No. 6o. Incorrect! Drie opl: 1. TbJ, i- Td7 en 1. Te7|.
No. 61. (f5 enz.) Dit is eenvoudig geen probleem.— KL. 3.
No. 62. (Pe6 enz.) KL. 1.
No. 63. (Dg3 enz.) Sleutelzet leelijk. In zulk een probleem komt het
voornamelijk op" matreinheid aan, en slechts de matstelling met Db 3 is rein,
Overigens niet kwaad; maar toch ontbreekt ten eenen male ook het pikante
van 't nieuwe.— KL. 2.
No. 64. (Tf3 enz.)— KL. 1.
No. 65. (De 2 enz.) Een slecht dreigprobleem : dubbele dreiging,
slechts één verdedigingszet (terwijl Zwart twee zoo belangrijke stukken heelt),
hoogst triviale matzetten.— KL. 3.
No. 66. Incorrect! Twee opl: 1. Df4 en 1. Dh5f.
No. 67. (Dgi enz.) Dubbele dreiging, geen der matzetten heeft iets
pikants, geen enkele der matstellingen is rein. KL. 3.
No 113. (Dhi enz.) Een oud idee in weinig aantrekkelijken vorm.
Sleutelzet bepaald leelijk, terwijl het schaakgeven van de zwarte koningin
de zaak niet moeilijker maakt.— KL. 2. (Van dit probleem,
dat niet in 't April-nummer kon opgenomen worden is de stand: Wit: Kd2,
DI18, Tf 3, Tf5, La7, Pb7,Pf8, p. b3 ; Zwart : Kd5, Db6, Pb5, p. e5, g6. v. L.)
129
paald elegant.
Mat in 2 zetten.
130
f ' t
Tweede eervolle vermelding.
TWEEDE EERVOLLE
VERMELDING.
verzorgd.
Mat in 2 zetten.
•
VERMELDING.
VIERDE EERVOLLE
Vierde eervolle vermelding.
VERMELDING.
Drlczetten,
ALGEMEENE INDRUK. Kon de Jury over 't algemeen met eenigen lof
gewag e n v a n d e c o r r e c t e t w e e z e t t e n , d e i n g e k o m e n d r i e z e t t e n h e b b e n n i e t
beantwoord aan hare goede verwachting. Een voldoend aantal was in
gezonden, waarvan echter twee onoplosbaar bleken en verscheidene meer dan ééne
oplossing toelieten, waaronder ook een overigens zeer goed probleem. Eén
driezet was buitengewoon incorrect, want de zwarte Koning kon reeds in
e é n zet matgezet worden.
De correct bevonden problemen verheffen zich voor het grootste gedeelte
niet boven het middelmatige, zoodat de Jury iets van hare eischen moest
laten vallen, om tot een bekroning te kunnen geraken. Eerst na een nauw
keurige vergelijking van de meest in aanmerking komende problemen kon
het resultaat worden opgemaakt, terwijl tot bepaling van de volgorde van
No. 71. en No. 81. de hulp van den scheidsrechter moest worden ingeroepen.
Wel een bewijs, dat er geen „hervorragende" problemen onder waren.
De oorzaak van het betrekkelijk ongelukkig resultaat in deze rubriek moet
voor een groot deel geweten worden aan d e veelal s l o r d i g e b e w e r
king en de slechte variantenvorming, zooals uit de hieronder
volgende, meer gedetailleerde beoordeeling zal blijken. De meeste proble
men vertoonen nog eene ongeoefende hand, ofschoon niet verzwegen mag
worden, dat vele door o o r s p r o n k e l i j k h e i d v a n c o n c e p t i e en
geestigheid van gedachte de belofte in zich dragen van een be
ter resultaat. De beoordeeling der Jury is als volgt:
No. 68. (Lc5 enz.) Directe matdreiging; de herhaling van denzelfden
tweeden zet maakt een eentonigen indruk. Alleen de vrij goede matstellingen
verheffen het probleem tot het middelmatige. KL. 2.
No. 69. Incorrect! Twee opl.: 1. Tel en 1. Pge7.
No. 70. (Tb3 enz.) De hoofdvariant is zeker 1.—, Pb3 :, 2. Lf2, maar
2. Dc3 leidt ook tot het doel, wat het probleem van nul en geener waarde
maakt. KL. 3.
No. 71. (Da5 enz.) KL. 1.
No. 72. Onoplosbaar! 1. Dg8 faalt op 1 —, b5.
No. 73. (Pc3 enz.) De sleutelzet ligt voor de hand. De stand van den
witten Koning is al zeer ongelukkig. Het Dameoffer op g2 is onbeduidend
en de matstellingen zijn slordig behandeld. KL. 3.
No. 74. Incorrect! Vier opl: 1. Pd4, 1. Lf4f, 1. Dc3f en 1. Tf2.
No. 75. (Tt>7 enz.J Ook een dual in de hoofdvariant! Na 1.—, dc5 :
was de bedoeling 2. Les, maar 2. Dbsf is wel zoo eenvoudig. KL. 3.
No. 76. (Pg4 enz.) De matstellingen vertoonen niets bijzonders, ofschoon
de matvoering niet van idee is ontbloot. Na 1.—, Kf5 : gaat zoowel 2. Df/f
als 2. Dh7f op! Het geheel is te houterig van stijl! KL. 2,
132
No. 95. (1) (Da3 enz.) Den Koning naar dl. de Dame naar cl te verplaat
sen ! De eerste zet is zwak, het geheel overladen. De eenige variant, die
ets beteekent, is 1.—, Ke4, 2. Df3f; het overige is waardeloos. KL. 2.
No. 96. Incorrect! Twee opl: 1. Pe7 en 1. b3.
No. 97. (Tc5 enz.) Het offer op C5 is wel niet onaardig, maar toch te on
beduidend, om alleen den inhoud te vormen. Het idee is in elk geval
meer origineel dan dat van No. 91. KL. 2.
No. 98. Incorrect! Twee opl: 1. I14 en 1. Dei:
No. 99. Incorrect! Mat in 1 zet door Te8!
terwijl d e v e r t a k k i n g d e r v a r i a n t e n
Mat in 3 zetten.
Tytéede eervolle vermelding.
No. 81.
Mat in 3 zetten.
X*.
Derde eervolle vermelding. DERDE EERVOLLE VERMELDING.
No. 71. Aldus is de volgorde van deze
beide problemen door den Heer VAN DER
STOUWE vastgesteld, omdat No. 81. niets
anders dan reine matstellingen heeft, terwijl
No. 71. in enkele varianten niet rein is be
werkt. Verder ligt in No. 81. de tweede
zet voor Wit, vooral als Zwart op den eer
sten zet niet met den Koning heeft gespeeld,
niet zoo voor de hand als in No. 71, terwijl
dit gedeelte van het spel in No. 81. meer
Mat in 3 zetten. interessant is dan in No. 71. \ an weinig
135
invloed is het verschil in materiaal, terwijl het aantal varianten hetzelfde is.
De meerdere levendigheid in No. 71. weegt op tegen de groote vrijheid, die
de Koning in No. 81. geniet, als hij pion e5 heelt genomen.—
Vlerzetten.
vormen van een reine matstelling is zelfs niet gestreefd. Alle zetten van
Zwart zijn gedwongen!
No. 107. Incorrect! Mat in hoogstens 3 zetten door 1. De2 enz. (De
auteursoplossing is I. La3 enz.)
No. 108. Incorrect! Tien (!) opl: 1. Ld7, 1. Kd6, 1. Kf71. Kf8,
1. Ke8, 1. Kd8, 1. Kd7, 1. Lg2, 1. Pef3f en 1. Lc8.
No. 109. (Le8 enz.) Zoo iets heette omstreeks 1850 een probleem.
No. HO. Incorrect! Mat in hoogstens 3 zetten door 1. Ddi en 1. Df2
enz. (De auteursoplossing is I. Pa6 enz.)
No. 111. Incorrect! Mat in 3 zetten door i.Lg5enz.
No. 112. (La7 enz.) De matstelling 4. Lg2 is goed. Het geheel is echter
veel te eenvoudig.
Hiermede aan het einde van haren arbeid gekomen, legt de Jury haar taak
neder, met dankbetuiging aan het Hoofdbestuur voor het in haar gestelde
vertrouwen.
Utrecht L- N- D E
J° N G "
Amsterdam, l 6 -> u m i 8 94- H. j. DEN HERTOG.
Naschrift.
Bovenstaand rapport was zoo goed als gereed, toen de heer J. van der
Hulst, te Oud-Ade ons mededeelde, dat No. 86. a l s h e t plagiaat te
beschouwen is van onderstaand probleem.
J. ENGELHART. (Uit het ie nummer van het Parijsche schaakblad »Le
Sphinx".) Wit: Kh4, Dg5, Pds, Pe8, p. d2; Zwart: Ke6, p. e7. —
Sleutelzet: Dg2.
Het is wel te bejammeren, dat het Reglement het openen der bij niet
bekroonde of eervol vermelde inzendingen behoorende enveloppen verbiedt;
wij zouden anders zeker den auteur van deze ellendige naknoeienj aan de
kaak stellen. —. Dit is zeker: in het reglement voor den volgenden pro
bleemwedstrijd van den N. S. B. moet eene bepaling opgenomen worden,
die in dit geval voorziet.
Het resultaat der driezetten-afdeeling is nu aldus: ie Prijs: No. 94; 2e
Prijs: No. 90; ie eerv. verm: No. 81; 2e eerv. verm: No. 71.
De Jury.
x37
PROBLEEMOPLOSSINGSWEDSTRIJD.
Aan dezen wedstrijd namen deel de heeren A. Korst (I), Bergen op Zoom,
G. J. v. d. Stouwe (II), Dordrecht, C. van Leeuwen (III), Gouda, W. Albregts (IV),
Amsterdam, A. Okkinga (V), Dronrijp, W. de Bloeme (VI), 's Hage, E. H". E.
van Woelderen (VII), Rotterdam, J. v. d. Hulst (VIII), Oud-Ade, C. T. van
Ham (IX), Gorredijk, E. Wieling (X), Groningen, Jos. Reijalt (XI), Nijmegen,
F. F. Knalmann (XII), Gouda, W. Fermie Wz. (XIII), Amstelveen, Jhr. J.
van Heemskerck van Beest (XIV), Utrecht, W. Beekhuis Jz. (XV), Groningen,
D. J. ten Klooster (XVI), Helder, B. Deutz Hartong (XVII), Rotterdam.
Verder werden alleen de eerste 19 tweezetten opgelost door de heeren
A. Bleykmans, H. Mendes da Costa, beiden te Amsterdam, H. G. van Royen,
's Hage, A. G. L. Westenberg, P. de Man, beiden te Hilversum, G. Hal-
bertsma, Beetsterzwaag, Joh. N. M. v. d. Elft, Nijmegen, T. N. v. d. Stok,
Zwolle, L. A. Noordwijns, Arnhem, J. F. Heemskerk, Sas van Gend,
A. Mendes da Costa, Antwerpen.
Hier volgt een tabel van de punten toegekend aan de 17 eerstgenoemde
oplossers.
1 2 2 2 * * * * * 2 2 2 2 2 2 2 2
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
3 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 ^ 2 ?
4 2 2 2 * 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
5 2 4 2 2 4 4 ^ - 2 4 2 2 4 4 2 2 2
6 2 2 2 2 2 —1 2 2 2 —1 2 2 —I —I 2
2
1 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 0
8 2 2 2 * 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
9 4 2 2 * * * < \ * 2 2 2 2 2 2 2 2
1 0 2 2 4
2 2 2 2 2 4 2 4 4 2 2 2 2
1 1 4 4 4 2 4 2 4 2 4 2 2 4 2 2 2 2
1 2 2 2 2 * 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
| 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
' 4 4 4 4 2 I 4 2 4 4 4 2 4 2 4 4 2 2 2
' 5 2 4 4 2 4 2 2 2 4 2 4 4 2 ? 2 2
1 6 2 2 2 * * * * * 2 2 2 2 2 ^ 2 2 2
17 2 4 4 2 4 2 2 1 4 4 2 4 4 4 2 2 2
1 8 2 2 2 — 1 — 1 —1 — 1 — 1 2 2 2 2 2 2 2
2
1 9 4 4 4 2 2 4 4 2 4 2 2 4 4 2 4 2
~ ° 4 4 - 4 4 4 4 4 4 4 4 2 2 2 2 2 '
2 1 2 2 2 * * * * * * 2 2 2 2 2 2 2 2
* * * * * 2 2 — 1 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 — 1
23 2 2 4 - 1 2—1 2 2 2 2—1 4 2 2 4—1 2 2 4 . ,
2 4 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 ?
2 2
139
7 ° 3 3 3 3 3 3 3 — 1 3 3 3 3 3 — i — i o
7 ' 3 3 3 0 0 0 3 3 3 3 3 3 3 3 0 0
7 2 3 3 3 — 1 3 o 3 — 1 3 — 1 3 3 3 —1 —1 o
7 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
7 4 3 6 3 0 3 0 6 6 6 3 3 3 3 3 0 3
7 5 3 3 3 — 1 3 0 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
7 6 1 3 3 3 3 2 0 3 3 3 3 3 3 3 3 3 °
7 7 3 3 3 3 — 1 0 3 3 6 3 3 3 3 3 0 3
78 j 3 3 3 —1 —1 o —i —1 3 3 3 3 — 1 o 3 o
7 9 3 3 3 0 3 3 3 3 3 3 3 3 3 0 3 3
8 0 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 — 1 3 0
8 1 0 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 — 1 0 3
8 2 6 3 3 3 3 3 3 3 6 3 3 3 3 3 3 0
8 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
8 4 3 3 0 — 1 3 o 3—1 0 3 — 1 3 0 3 o
8 5 3 3 5 — 1 3 0 3 3 3 0 3 3 3 3
86 0 3 3 3 3 3 3 3+5 3 3 3 3 3 3
8 7 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
8 8 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
8 9 3 3 3 0 3 0 3 3 3 — 1 3 3 3 3
9 ° 3 3 3 3 3 0 3 3 3 3 3 3 3 3
9 1 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
9 2 3 3 3 3 3 5 3 3 6 3 6 3 6 3
9 3 3 6 6 3 3 3 3 3 6 3 6 6 3 3
9 4 3 3 3 0 3 0 — 1 3 3 3 3 3 3 o
9 5 0 2 2 0 2 0 2 0 2 0 0 2 0 o
9 6 3 6 3 3 3 0 3 3 3 3 3 3 3 o
9 7 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
9 8 3 3 3 3 3 0 3 3 6 3 6 3 6 3
9 9 1 i 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 i
J O O 4 4 4 4 4 4 4 8 — 1 8 4 4 4
101 44444 4444444 4
1 0 2 8 12 8 4 4 8 12 28 4 4 8 16 4
103 44444 4444444 4
104 4 4 8 4 4 4 4 1 6 4 4 8 4 4
i ° 5 4 4 4 4 4 — 1 4 8 4 4 4 4
106 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4 4
107 3 5 3 3 3 355 555 5
108 8 32 12 4 8 8 8 36 4 12 4 4
109 4 4 4 4 0 4 4 4 4 4 4 4
110 05536 355 0 3 6 3
111 5 3 o o o 0 0 3 3 0 3 3
112 4 4 4 4 4 444 4 4 4 4
Stouwe 374, Van Leeuwen 317, Albregts 230, Okkinga 282, De Bloeme 171,
Van Woelderen 330, Van der Hulst 309, Van Ham 436, Wieling 228,
Reyalt 326, Knalmann 319, Fermie 318, Van Heemskerck 94, Beekhuis 154,
Ten Klooster 157, en Hartong 189.
De Jury kent derhalve den isten prijs toe aan den heer C. T. VAN HAM
en den 2den prijs aan den heer G. J. VAN DE STOUWE.
De heer Van Ham heeft in dezen wedstrijd getoond een uitstekend oplosser
te zijn; zijn prachtige score wijst aan, dat hij alle overige deelnemers verre
de baas is. Wij wenschen hem van harte geluk met dit succes, hetwelk zeker
niet verkregen is dan ten koste van zeer veel ingespannen arbeid.
Daar, met het oog op het kolossale aantal op te lossen problemen en de
ongewoonte der Nederlandsche probleemliefhebbers aan oplossingswedstrijden
van dezen aard, het aantal deelnemers belangrijk mag worden genoemd,
heeft het Hoofdbestuur besloten nog twee prijzen, schaakwerken, toe te
voegen aan de oorspronkelijk uitgeloofde. Winners hiervan zijn de heeren:
E. H. E. VAN WOELDEREN en Jos. REYALT.
Er is wellicht in de geschiedenis van het Schaakspel nog slechts één
voorbeeld aan te wijzen van een oplossingswedstrijd op even breeden schaal
aangelegd als de onderhavige n.1. die van de „Mirror of American Sports",
waarin Berger den titel van „Solving-champion of the World" behaalde.
Het bereikte resultaat kan dan ook in alle opzichten zeer bevredigend worden
genoemd. In betrekkelijk korten tijd 112 problemen op te lossen is een werk
waartoe ongetwijfeld moed en volharding behoort. Dat niettemin 17 heeren
zich eraan waagden, geeft hoop op een toenemende liefhebberij in ons land
voor problematiek, die aparte kunst, (slechts iets minder in diepte en stree-
lende bekoring dan haar tweelingzuster, de practische schaakpartij) ten
opzichte waarvan de buitenlanders op zoo'n oneindig hooger standpunt staan
dan wij.
Met des te grooter genoegen wijst onderget. op de vruchten dezer proef
neming, omdat hem daarbij de gelegenheid wordt gegeven een kleine fout
te herstellen, welke in het Tijdschrift bladz. 35 van den loopenden jaargang
is ingeslopen. Bepaling VIII van den probleemoplossingswedstrijd bevatte
de mededeeling, dat de oplossingen door den Bondssecretaris met den
Redacteur der probleemafdeeling zouden worden beoordeeld. Dit nu is in
zooverre onjuist, dat Den Hertog al het werk, dat deze wedstrijd met zich
sleepte, alleen heeft verricht. Wie beseft, hoevéél dit wil zeggen brenge hem
ervoor dankbare hulde.
V. L.
141
Wedstrijd te Amsterdam.
HET HOOFDBESTUUR.
Het is zeker onnoodig, de Bondsleden krachtig aan te sporen tot groote
deelneming. De heeren van Holkema & Warendorff, die, op instigatie van Rud.
Loman, den bloei van het schaakspel in ons land op zoo onbekrompen
wijze trachten te bevorderen, mogen niet worden teleurgesteld. Art. II van
bovenstaande bepalingen bevat een eervol privilegium, alleszins waardig, op
prijs te worden gesteld. Wie zonder geldige reden thuis blijft, toont gebrek
aan piëteit tegenover de heeren van Holkema & Warendorff, het Schaakspel
in 't algemeen, den Bond in 't bijzonder en zich zelf. Zoo zij het niet!
142
e. Zij doen, wat hun finantiëele verplichtingen tegenover den Bond be
treft, rechtstreeks verantwoording aan den Bondspenningmeester, terwijl zij van
elke wijziging, die hun Bestuur of hun ledental door toetreden, verhuizen, bedan
ken of overlijden ondergaan, mededeeling dóen aan den Bondssecretaris.
f. Zij hebben het recht, het Bondstijdschrift te beschouwen als hun
officieel orgaan en kunnen daarin doen opnemen alle berichten, hen be
treffende, mits niet hinderlijk lang (ter beoordeeling van den Hoofdredacteur.)
g. Bij de bepaling van de bijdragen over het eerste jaar van lidmaatschap
betaalt ieder buitengewoon lid f0.25, waarvoor het voor zijn archief ont
vangt reglement van den Bond en laatst verschenen ledenlijst. Voorts ont
vangt ieder buitengewoon lid voor zijn archief tijdschrift, vergadering-op-
roepingen enz'
h. Zij worden overigens, ten opzichte van hun rechten en plichten en
van hun verhouding tot den Bond, beschouwd als zelfstandige afdeelingen,
met dien verstande, dat ter bepaling van het aantal stemmen door hen uit
te brengen op algemeene vergaderingen niet meegerekend mag worden de
contributie van diegenen hunner leden, welke rechtstreeksch lid van den Bond
zijn. Op dezen blijft Art. 5 van volle toepassing.
Leden eener schaakclub, welke tevens leden zijn van een in dezelfde ge
meente gevestigde afdeeling, houden door de toetreding der club op, atdee-
lingsleden te zijn.
Mocht omtrent de in sub c genoemde goedkeuring geschil ontstaan, dan
beslist de eerstvolgende algemeene vergadering.
Deze bepaling treedt in werking 1 januari 1895.
T o e l i c h t i n g . Den sleutel voor deze reglementswijziging vinden d e
lezers in het eerste gedeelte van het sub. h bepaalde. Het komt ons voor,
niet meer dan billijk te zijn, dat buitengewone leden, die natuurlijk geheel
aparte belangen hebben, een op zich zelf staand geheel vormen met betrekking
tot den Bond. Het toetreden eener schaakclub is voor den Bond voordeeli-
ger dan het tot stand komen eener afdeeling; immers eerstgen. bezit meer
levensvatbaarheid. Daarom wenschen wij, dat een buitengewoon lid niet
langer beschouwd zal worden als een bestanddeel eener afdeeling maar dat
het gelijk trouwens logisch uit Art. 3. van het Reglement voortvloeit, naast
een afdeeling en evenals een afdeeling, zal vormen een zelfstandige corporatie.
20. de W e d s t r ij d e n.
Het Bestuur wenscht aan Art. 43 de volgende alinea toe te voegen:
„Echter heeft het Bestuur het recht, in exceptioneele gevallen, waar het zulks
in het belang van den Bond noodzakelijk acht, wedstrijden uit te schrijven,
ook toegankelijk voor niet-Bondsleden."
T o e l i c h t i n g . Slechts omdat Art. 43, zooals het thans in het regie-
144
ment is opgenomen, een geduchte hinderpaal vormt, die ons belet, zóóveel den
bloei van den Bond te bevorderen, als wij wel zo"den willen, wordt deze
bijvoeging noodzakelijk geacht. Wij a:hten het n.1. bepaald nuttig, nu en
dan ook eanen wedstrijj te houden in plaatsen, waar de Bond weinig of
geen leden telt. 't Is een doeltreffend propaganda-middel. dat weinig of
geen kosten met zich sleept.
3e. het Reglement op het Schaakspel.
Het Bestuur wenscht in Art. 8 2de alin. te schrappen de woorden : „Re
glement op het Schaakspel."
T o e 1 i c h t i n g. Daar nog slechts enkele exemplaren van dit reglement
over zijn, werd door ons de wensche'.ijkheid besproken, om het te doenher-
drukken. Wij achtten dit overbodig, omdat hetzelfde reglement in alle goe
de leerboeken is te vinden en ieder schaker, die zich aansluit bij den Bond,
de bepalingen, erin vervat, behoort te kennen. Hierbij komt, dat het bestu-
deeren ervan iemand, die niet kan schaken, weinig of niets kan baten. Wij
kunnen echter eenige exemplaren in het archief bewaren, teneinde één ervan
bij wedstrijden enz. op de groene tafel ter visie te leggen.
XIV. Vaststelling der plaats, waar de Algemeene Vergadering zal worden
gehouden in '95.
XV. Wat verder ter tafel wordt gebracht.
XVI. Sluiting.
B
Een gemeenschappelijke maaltijd a f. 1.50 per couvert, zal worden gehouden
na afloop der Vergadering, Zondagmiddag te 6 uur, in bovenvermelde loca-
liteit.
Des avonds te 8 uur zal een blindséance van 6 partijen worden gegeven
door den heer Rud. Loman, die zich daartoe op ons verzoek met de meeste
welwillendheid bereid heeft verklaard.
C
De wedstrijden zullen worden gehouden Maandag 13 Augustus en volgende
dagen. Dienaangaande zijn de volgende bepalingen vastgesteld.
I. Gespeeld wordt in twee klassen. De iste klasse is open voor
ieder; de tweede voor ieder, die nog geen prijs in de iste klasse won en
nog geen isten prijs in de 2de klasse won of deelde. Bij minder dan 5 deel
nemers in een klasse gaat de wedstrijd in die klasse niet door; bij 5 of 6
deelnemers speelt ieder met ieder twee partijen, bij grooter aantal één partij.
II. De deelnemers moeten zich opgeven vóór 13 Augustus aan
den Bondssecretaris.
III. Er wordt gestreng naar een rooster gespeeld volgens 't stelsel
145
Schurig en wel van 's morgens 9 tot 's middags 2 uur, en van 7 tot 's avonds 12 uur.
Eiken dag worden minstens twee ronden gespeeld. Komt eene partij in den
daarvoor bestemden speeltijd niet af, dan moet zij den eerstvolgenden namid
dag tusschen 2 en 5 uur worden beëindigd.
IV. Gespeeld wordt volgens het reglement op het Schaakspel van
den Bond en in het algemeen volgens de regels, die in alle landen bij der
gelijke tornooien van bindende kracht worden beschouwd. Bij verschil van
meening tusschen de deelnemers beslist het dienstdoend Bestuur.
V. Ieder speler is verplicht, met klokjes te spelen (20 zetten pei
uur) en zijn partijen nauwkeurig en volledig op te teekenen of te laten op,
teekenen. Overtreding dezer bepaling heeft het verlies der partij ten gevolge.
Alle partijen, in den wedstrijd gespeeld, zijn het eigendom van den Bond.
die voor zich behoudt het recht tot publicatie ervan.
VI. Bij den aanvang van eiken speeltijd worden door een der
leden van het dienstdoend Bestuur de klokjes in werking gesteld. Spelers,
die ter bestemder tijd niet aanwezig zijn, zijn verplicht de eerste twintig zet
ten te doen gedurende den tijd, dien zij minder dan één uur te laat komen-
Een vol uur te laat komen heeft het verlies der partij tengevolge.
VII. Het inleggeld bedraagt voor de deelnemers iste klasse f. 5,—
voor die der 2de klasse f. 2.50, vooraf te voldoen.
VIII. Als prijzen worden uitgeloofd voor de iste zoowel als voor
de 2de klasse, bedragen in geld, gelijkstaande aan 4 malen de som der in-
leggelden, tot een maximum van f. 180 — voor de iste en van f. 100 — voor
de 2de klasse. Deze geldsommen worden onder alle deelnemers der respec
tieve klassen verdeeld volgens het stelsel Sonneborn-Berger.
T o e l i c h t i n g . H e t Hoofdbestuur is bij het invoeren dezer bepaling
van de meening uitgegaan, dat de deelneming aan onzen jaarlijkschen grooten
wedstrijd, zooveel het eenigszins mogelijk is, moet worden aangemoedigd. De
kleine wedstrijden, wier onloochenbare verdienste t. a. p. wordt uiteengezet,
behooren allerminst als geduchte concurrenten op te treden, m. a. w. een
bondslid, dat af- en aan- heeft gespeeld mag daarin volstrekt niet een geldige
reden vinden om zich te onttrekken aan de nationale kampioenschappen.
Eén maal in het jaar een paar dagen aan ernstig schaken te wijden, is
toch niet te veel. Echter treden blijkbaar twee ongunstig-werkende ver
schijnselen telkenmale duidelijker op den voorgrond. Ten eerste de omstan
digheid, dat bijna altijd dezelfde personen de prijzen winnen. Niet dat dit op
zich zelf iemand tot eenig verwijt, welk ook, mag strekken, maar niet zelden
hoort men het verkondigen, naar het ons voorkomt niet geheel ten onrechte,
dat zelfs de schijn vermeden moet worden, alsof het bij den grooten wed.
146
strijd eerder te doen is om 100 gulden, dan om den titel van meester-
schaker te winnen.
Ten tweede schrikken de kosten, welke uit den aard der zaak aan een
verblijf, hoe kort ook, in een vreemde stad verbonden zijn menigeen af, die,
hartstochtelijk en sterk schaker, echter niet zeker is, een prijs te zullen
winnen. Beide bezwaren worden opgeheven door de voorgestelde wijze van
prijsverdeeling:
E l k e d e e l n e m e r , d i e n i e t m e t o p u n t e n h e t s t r ij d p e r k
verlaat, ontvangt een som, berekend zoowel naar de
quantiteit, als de qualiteit der door hem gewonnen en
t o t r e m i s g e v o e r d e p a r t ij e n
IX. Dienstdoend Bestuur zijn allle leden van het Bondsbestuur en
van Afdeelingsbesturen, voor zoover zij aanwezig zijn en niet deelnemen in
die klasse, ten opzichte, waarvan een beslissing genomen moet worden. In
dien vóór den wedstrijd wordt gevreesd, dat het getal te klein zou kunnen
zijn, kan een commissie van drie Rotterdamsche, liefst niet medespelende.
heeren tot mede-leiding van den wedstrijd worden aangewezen.
X. Ieder deelnemer onderwerpt zich aan alle beslissingen van het
dienstdoend Bestuur, dat daarentegen deze bepalingen gestreng moet volgen.
HET HOOFDBESTUUR.
147
beter dan alle andere deelnemers heeft gespeeld. No. 2 heeft alle par
tijen gewonnen op ééne na, die tegen No. 1. No. 3 en 4 hebben na
tuurlijk eveneens slechts ééne partij verloren, maar zij hebben een
partij minder gewonnen dan 1 en 2, daar zij in de voorlaatste ronde
zijn afgespeeld. No. 5 tot 8 hebben bij 1 verliespunt, 2 partijen minder
gewonnen dan 1 en 2, daar zij in de op 2 11a laatste ronde zijn afge
speeld enz. enz.
't Hangt slechts af van het aantal beschikbare prijzen, of men tevre
den is, wanneer is uitgemaakt, wie No. 1 en 2 z'y'n, dan wel of men
van de, het dichtst deze beiden op de hielen zittende, deelnemers ook
de juiste volgorde wil kennen. Zijn er bijv. 4 prijzen, dan is het duidelijk,
dat na No 1 en 2 daarop het, meeste recht hebben No 3 en 4. Immers
de stand van den wedstrijd is een oogenblik aldus: alle deelnemers
zyn afgespeeld op 4 na.
No. 1 \
' 3 M-
» 2 ! 2 \
„ 4 I /
opgelost, voor vele schakers een struikelblok. Ik bedoel het spelen met
byes of stilstaande nummers.
A\ ilde men het hierboven omschreven systeem uitvoeren, zonder
evenwel de eenig afdoende wijze te kennen, waarop de hyes-kwestie
te regelen is, dan zou men afbreken met de eene hand, wat met de
andere wordt opgebouwd; men zou tevergeefs beproeven, de orde te
handhaven in een koninkrijk, dat tegen zichzelf verdeeld is ten
zij men zyn koninkrijk in een republiek herschiep m. a. w. do grond
beginselen losliet, waarmee het systeem staat of valt.
Het behoeft geen betoog, dat het spelen met stilstaande numme/s,
zoodra het aantal deelnemers facultatief is, onvermij lelyk wordt. Im
mers bij een oneven aantal staat in de eerste ronde, nolens volens,
een nummer stil en bij een even aantal, behalve wanneer dit een
macht is van 2, zal steeds in een der volgende ronden een nummer
stil moeten staan. Daar het een onloochenbaar voordeel is, bye te zijn,
geldt het derhalve, dit voordeel (nadeel dus voor de overige deelnemers)
zoo gering mogelijk te maken. Stel in de eerste ronde 21 deelne
mers ; dit geeft in de 2de ronde 11 spelers n.1. 10 winners en 1 bye. (No. 21);
in de 3de ronde 6 spelers n.1. 5 winners en 1 bye. (No. 21); in de 4.
de ronde 3 spelers n.1. 3 winners en een bye (No. 21). In deze laatste
ronde wint No. 21 de partij en daarmee den eersten prijs!
No. 21. won twee partijen en kreeg er drie cadeau! Dit is echter een
schromelijk onrecht, wortelende in de natuurlijke omstandigheid, dat
het bezit van een stilstaand nummer des te voordeeliger is, naar
mate de wedstrijd ten einde loopt. Hierbij komt nog, dat in boven
staand geval voor het toekennen van eene ventueelen4den prijs een kamp moet
plaats grijpen tusschen de drie verliezers der 3de ronde, waarbij weder
een stilstaand nummer vereischt wordt. Wij stellen een ander voor
beeld: 15 deelnemers; in de 2de ronde derhalve 8 spelers (7 winners
van de eerste ronde en 1 bye); in de 3de ronde 4 spelers en in de
5e 2. Hier is slechts éénmaal sprake van een bye n.1. in de 1ste
ronde en wel om de zeer eenvoudige reden, dat men in de 2de ronde
te doen had met een macht van 2, die, hoe dikwijls ook gehalveerd,
nooit een oneven getal kan opleveren. De conclusie is gemakkelijk te
trekken: is in de 2de ronde het aantal spelers een macht van twee, dan
blijft het noodzakelijk kwaad der byes tot de eerste ronde beperkt en wikkelt
zich het verdere verloop van den wedstrijd als vanzelf af, zonder
i5i
lste ronde 2de ronde 3de ronde 4de ronde 5de ronde
1. Meiners bye ) L. won )
2. Lennep bye ) door lot. / L. won j
3. Hertog bye ) ,T I
4. Manikus bye ) won \ I
5. Laan bye ) i
6. Beets bye ) 1 1 w o n ( B won I B won
7. Goudsmit ) ) door l j Bleyk.
9 • ?r
' v j (Al dl I L )'
)« r I «• - » ' o t i " s
/ / imans
I I I
wr-
10. Meulen ) L" 0 '' ' T "
1 n , , ( . Beets door
11. Gantvoort )r> ) \ V i •
12. Pilger )l • w o n ) i \ f lotin " en
13. J. BleykmansU ) R won / Tinholt
14. Onnen )ü' won ) [ J. B. / \ verloor
te"
Faber ' j R w o n ]
De verliezers der 2de ronde speelden om 7den tot 9den prijs als volgt.
Meiners j Meiners i , r . \
Manikus won I Meiners ,
Tann W O n „ . ,
I won ' f Meiners verloor
Meulen j \ tegen Gans door lo-
Pilger I p i [ e n Klein won
r
Gans | ' ^ von jf Qans \ tegen v.d. Meulen.
Mendes ) v 1
Klein f K' won- ) ™
153
De verliezers der 1ste ronde speelden om 10 den en 11 den prijs als volgt:
1. Gantvoort bye <
2. Dieperink / w i ^ • won 1
q t? ^
ó . i ^ oreest
t r- won |
'
f
\ \r t? ±
_T ' } Van r'oreest won.
4. Veraart )
5 Onnen ? * • won ' ^ \
unnen \ } Y. won
6. Kothe bye | '
Prijzen
Vellenga.
N A M EN.
Schipper.
Francois.
Haeften.
Totaal.
Bauer.
Lowis.
Elzas.
Hoes.
I
i
D. J. Lowis 11 11 10 11 lVs - Val Val Vil 13 len
. , .
S. Elzas. V1
2 11 01 11 01 j i/30 10 — 11 j 11 2en
'la Ie li itlrliiitz-Lasker.
De verwachting, gegrond op den uitslag der laatste partijen, dat Lasker
de match zou winnen, is verwezenlijkt. Het eindresultaat was Lasker 10,
Steinitz 5, Remise 4.
159
Overzicht.
luid gejuich der toeschouwers »de match« werd gegeven; *dat in één woord
te Montreal niet anders gedroomd, gedacht, gesproken en gewed werd dan
»de match om het kampioenschap»
Nog maakten de Amerikaansche rubrieken eenige belangrijke geschillen
wereldkundig, die tusschen Steinitz en Lasker bij het spelen rezen. Toen
Steinitz zijn iiden zet in de 12de partij moest doen, stond Lasker op en
begon een gordijn neer te laten, teneinde zich tegen de zon te beschutten.
„Laat dat, zeide Steinitz' nijdig, of doe het in Uw eigen tijd. Ge hebt der
gelijke praktijken te Philadelphia beproefd, maar ge kunt ze hier niet her
halen^ Dit incident scheen Steinitz' gedachtengang geheel te hebben ver
stoord, want het duurde een vol kwartier voor hij zijn keuze definitief
had bepaald.
Een ander maal was het Lasker, die zich over Steinitz' gewoonte, onder
het spelen voortdurend limonade door strootjes op te slurpen, meende te
moeten beklagen en verzocht aan een apart tafeltje te mogen plaatsnemen,
't geen echter door de scheidsrechters werd geweigerd.
Verreweg het meest tragi-komisch was evenwel een 11 Mei uit Montreal
verzonden telegram, dat Lasker's vertrek naar St. John aan diens vrees toe
schreef, vergiftigd te worden, daar hij zich beklaagd had over de leden van
de Cosmopolitan club, die hem voortdurend wat te drinken boden !! De ware
toedracht der zaak was echter, dat Lasker gesproken had van de verveling,
telkens de gastvrijheid van de hand te moeten wijzen, die hem letterlijk van alle
kanten werd opgedrongen, zoodat zelfs Pollock lachend het voorstel deed,
biljetten aan te plakken, waarop den toeschouwers verzocht werd geen ver-
vei schingen aan de beide spelers te offreeren!
Toen Steinitz de laatste partij had opgegeven, stond hij onmiddellijk op
en bracht een driedubbelen dronk uit op het succes van zijn tegenstander.
Deze bedankte en gaf verder in zijn antwoord zijn groote waardeering voor
het spel van Steinitz en diens hoffelijke manieren tijdens de match te kennen-
Daarna zette zich Steinitz, als ware de uitslag hem gansch onverschillig, tot
kaartspelen met eenige vrienden. „Evenwel, schrijft de Baltimore News, lijdt
het geen twijfel, dat hij in de laatste partij al zijn krachten inspande en zich
haar verlies bijzonder aantrok. Zoowel in de pauze tusschen 6 en 8 uur
des avonds, als eenigen tijd na het opgeven der partij kon men opmerken,
hoe hij haar voor zich zelf oplettend bestudeerde, alsof hij wilde nagaan welke
* Een kleinen nagalm hiervan kon men onlangs in het Theater de Ver-
eeniging te Amsterdam vernemen, waar de bekende komiek Nico de Haas
in een zijner coupletten uitdrukking gaf aan de gedachte, dat iemand mins
tens de hersenen van Lasker noodig had, wilde hij het biljet der bedrijfsbe
lasting naar behooren kunnen invullen!
16]
zijn beslissende fout was geweest. Steinitz is der meening toegedaan, dat,
zonder Lasker te na te spreken, die veel kracht en talent ontwikkelde, de
match een anderen uitslag zou hebben opgeleverd, wanneer hij in het begin
van den strijd goed gedisponeerd geweest was. Ook nu nog meen t hij Las
ker te kunnen kloppen en de meerderheid zijner backers schijnt door Las-
ker's overwinning niet in hun vertrouwen op Steinitz' onoverwinnelijkheid
geschokt te zijn! De backers van Lasker hebben gevolg gegeven gegeven aan hun
voornemen, om hun aandeel in de winst af te staan ten voordeele van Stei
nitz. Verder moeten verschillende liefhebbers het initiatief genom :n heb
ben, om den grijzen meester een jaarlijksche tegemoetkoming te verschaf
fen".
Evenals in zijn laatste match met Tschigorin, leed Steinitz ook in dezen
kamp voortdurend aan hevige slapeloosheid, Daarbij komt, dat de 59-jarige
meester reeds tweemaal door een beroerte getroffen en lichamelijk geheel
gebroken is. Slechts met behulp van een kruk en een stok kan hij zich nog
voortbewegen.
onpartijdig zouden kunnen blijven. Slechts dit wil'en wij opmerken, dat
Lasker geer. enkele partij in grootschen stijl heeft gewonnen; veelmeer kan
men, zoo men aan de meermalen getrokken- parallel tussche n het schaakspel
en den krijg wil vasthouden, Lasker's speelwijze met den Guerilla-oorlog verge
lijken.»
Steinitz heeft terstond den nieuwen wereldkampioen tot een tweede match
uitgedaagd, te spelen onder dezelfde conditiën als de eerste.
Volgens de New York Sun was Lasker den aden Juni in New York, waar
hij tot een berichtgever van genoemd blad zeide: ,,Waarschijnlijk zal ik de
uitdaging aannemen, daar ik van oordeel ben, dat Steinitz dienaangaande
aanspraak kan maken op de eerste rechten. Echter zal ik de zaak zeer
ernstig overwegen. Ik heb eenige zaken in deze stad af te doen en zoo
spoedig ik kan, vertrek ik naar Europa. Vermoedelijk zal ik Berlijn bezoe
ken, Engeland en Frankrijk. Ik zal geen moeite hebben, om backers te
vinden. Ik za! voorstellen, om de nieuwe match in Montreal Ie beginnen,
want ik ben van oordeel, dat de schaakspelers te New York recht hebben
op het slot ervan.»
Noch schrijft Dr. Tarrasch naar aanleiding hiervan: »Naar alle waarschijn
lijkheid zal Steinitz ook de tweede match verliezen, want hij is verreweg
niet meer in het volle bezit van zijn vroegere veerkracht, terwijl alle excen
triciteiten van zijn speeltrant gebleven zijn. Slechts één is het vergund ge
weest, tot aan zijn dood de sterkste schaker der wereld te zijn n.1. aan
Philidor. Maar destijds was de concurrentie nog niet zoo hevig. Steinitz
heeft niet goed eraan gedaan, Lasker's uitdaging aan te nemen; hij had zich
kunnen tevreden stellen met den roem, gedurende een kwart eeuw al zijn
tegenstanders te hebben overwonnen. D e Steinitz, die in het Weener tor
nooi 1873 den eersten prijs behaalde, was onoverwinnelijk, evenals de
Zuckertort, die in het Londensche tornooi 1883 de zege wegdroeg!
LEIPZIG. Het negende congres van den Duitschen Schaakbond zal ge
houden worden te Leipzig, van 1 tot 15 September, in het hotel „Europai-
scher Hof'. Het programma is buitengewoon afwisselend en belooft den
deelnemers en bezoekers veel genot. Al lezende krijgt men den indruk van
één groot feest. De eigenlijke wedstrijden schijnen bijzaak; hoofdzaak daar
entegen : banketten; riitoertjes, concerten, uitstapjes, voordrachten van aller
lei aard etc. etc. niet te vergeten: een „Famihen-Abend in Gemeinschaft mit
Damen" ! Zondagmorgen 2 September, zullen de Congres-bezoekers zich ge
zamenlijk naar het kerkhot begeven, ten einde op het graf van den diep-
betreurden Zwanzig een krans te leggen.
Op de Vergadering zullen voornamelijk voorstellen in behandeling komen,
die de reorganisatie van den Uuitschen Schaakbond bedoelen.
163
TIJDSCHRIFT
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND.
BESTUUR VAN DEf N. S. : Jhr. D. VAN FOREEST , Voorzitter; Dr. A. J . A. PRANGE
Onder-Voorzitter, J. F. HEEMSKERK, Penningmeester; L. H. DEELMAN, Commissaris van
Materieel; N. W. VAN LEXNEP. Secretaris.
REDACTIE: N. W. VAN LENNEP , Kerkstraat 188, Amsterdam; H. J. DEN
HERTOG : Dr A. J . A. PRANGE.
Van dit blad, dat omstreeks den 15den van iedere maand gratis aan de Bondsleden wordt
toegezonden, zijn extra-nummers verkrijgbaar a 20 cents en een geheele jaargang a f 2 —, eveneens
slechts voor Bondsleden.
LEDENLIJST.
Amstelveen. Helft.
Nieuw A/deelingshd: Verhuisd:
H. Hogenboom. van Clausthal naar Delft, Oostsin
Amsterdam. gel 90, H. J. Buysman.
Nieuwe Rechts! reeksche Leden: 's Cravenliage.
H. Goudsmit, Ruyschstraat 13. Nieuwe Rechtstreeksehe Leden :
C. F. Haje Vondelkade 49. L. J. Cohen, Oranjeplein 71.
W. Muntjewerff, Pieter Vlamingstraat 7 J. G. H. C. Zier, Hofspui 40.
Verhuisd: Nieuwe Afdeelingsleden :
naar N. Z. Voorburgwal 214, E. A. van Dongen, Halstraat 8.
van Dien. E. L. Elias, de Riemerstraat 174.
naar Sarphatipark 78, Chr. Dekna- J. J. van Starrenburg, Mallemolen
tel. 55/27.
Bedankt voor 1895: J. M. van Starrenburg, Kemperstraat
H. E. Clausen Jr. 100.
F. H. Meijerink. J. B. Wesseling, Halstraat 6.
A rn hem. Verhuisd:
Rechtstreeksch Lid geworden i. naar Rubensstraat, Mr. v. d. Bosch,
p. v. A jdeelingdid : naar de Riemerstraat 176, H. G,
Leo A. Noordwijns. van Royen.
Nieuw Afdeelingslid : Groningen.
A. Moll, Notaris, Rijnkade 24. Rechtstreeksche Leden geworden
Overleden: i. p. v. Afdeelingsleden:
Dr. J. Swaving. E. Sikkema, ook over 1894.
i66
1»IIACT1SCH SPEL.
15de Match-partij.
No. 92. Gespeeld te Montreal 15 Mei 1894.
Wit: E. Lasker Zwart: W St^initz.
Geweigerd dame-gambiet.
1. d2 — d4 d7 — d5 rasch 5. Lf4.
2. c2 — C4 e7 — e6 o—o
3. P bi — c3 P g8 — f6 6. L fi — d3 C7 — C5
4. P gi — f3 L f8 — e7 7. 0—0 C5 X d4
5. e2 — e3 Dit bezorgt Wit een geïsoleer-
Voor iets sterker houdt Tar- den d-pion, die volgens Steinitz
167
16de Match-partij.
.No. 93 Gespeeld te Montreal 17 Mei 1894.
Wit: W . Steinitz Z w a r t : E. Lasker.
Geweigerd damegambiet
1. d2 — d4 d7 — d5 5- P gi — f3 P b8 — d7
2. C2— C4 e7 — e6 6. e2 — e3 o—o
3. P bi — C3 P g8 — f6 7. C4 — c5 P f6 — 04
4 . L ci — gS L f8 — e7 8. P C3 X e 4 d5 X e4
i68
17de Match-partij.
No. 94.. Gespeeld te Montreal 19 en 21 Mei 1894
Wit: E. Lasker Zwart : W . Stelnitz
Giuoco Piam.
18de Matchpartij.
> No. 95. Gespeeld te Montreal 22 Mei 1894.
Wit: W . Steinitz. Zwart: E. Lasker.
Geweigerd dame-gambiet.
1. d2 — d4 dy — <35
d5 Noodzakelijk, daar de werking
2. c2 — 04 ey
ey — e6 van den zwarten looper op den
diagonaal b7-hi te gevaarlijk is,
3. P bi — 03 P g8 - — f6
een gevolg van den 7den zet van
4. L e i — g 5 L ff88 — e y7 Wit.
5. P gi — t3 o—
0 o
-0 T e8 — c8
6. e2 — e3 Zwart erlangt wel is waar door
Hier komt 6. Lf6: Lf6: 7. e4 verdubbeling der torens op de
in aanmerking. c-lijn geen onmiddellijk voordeel
P b8 — d7 oefent echter erdoor een druk
7. T ai — cl uit op de vijandelijke positie.
Eindelijk ziet Steinitz van de 23. L c2 — bi P gó — e5
ongunstige voortzetting c5 af. 24. b2 — b3 f7 — f6
C7 — c6 25. T ci — c2 f6 — f5
8. L fi — d3 d5 X C4 Meer kansen bood a5 gevolgd
9. L d3 X C4 P f6 — d5 door a4-
10. L g5 X e7 Dd8 X e 7 26. e4 X f5 e6 X f5
11. e3 — e4 P d5 — f4 27. D e3 — f2 g7 — g6
12. g2 — g3? 28. P e2 — f4 P c5 — d7
De nadeelen van een dergelij- 29. P f4 — d5 D e y — d6
ken zet moeten vroeg of laat 30. T c2 — d2 T c7 — ci
kenbaar worden. Beter ware de Een geestig en niet voor de
rocliade. hand liggend manoeuver om den
P f 4 - g6 afruil van een der torens te dwin
13. o —o T f8 — d8 gen en zoo Wit's aanval te bre
ken.
14. D di — e2 b7 — b5
31.Pd5 — e3 Tci X dl
15. L C4 — b3 L c8 — b7
32. P e3 X di D d6 — eö
16. D e2 — e3 a7 — a6
33. K gi — fi T c8 — c5
17. P C3 — e2
34. D f2 — e3 T C5 — d5
De voorkeur verdiende i7Tfei.
35. T d2 X dj D e6_ X ds
T a8 — c8
36. P dl — C3 Dd5 — c6
18. T fi — di T d8 — e8
37. K f i — f2 KgS — g7
19. P f3 — ei c6 — C5
38. P C3 — e2 D c6 — d6
20. d4 X 05 P d7 X c5
39. P e2 — d4 D d6 — f6
21. L b3 — c2 T c8 — C7
Er dreigde 40. Lt5 :
22. f3. — f3 40. P ei —• g2
172
THEORIE
S pel-on tw1It keii ng.
(Naar het Engelsch van S Tinsloy.)
Als men ons eene oprechte verklaring vroeg van wat naar onze meening
het eerste en meest levensvatbare beginsel van het schaakspel is, en wat
voor alles een ieder op het hart gedrukt moet worden, die als schaakspeler
een tamelijke hoogte wenscht te bereiken, dan zou het antwoord niets anders kun
nen zijn dan: »spel-ontwikkeling«. Laat men toch nooit vergeten, dat de stuk
ken over 't algemeen van weinig nut zijn, en dat ze zoo dikwijls in den weg
staan, als ze zich nog op hun oorspronkelijke standplaats bevinden. Om
eenigszins van dienst te kunnen wezen, moeten ze in werking gebracht wor
den ; steeds moet men trachten, het spel zoo te openen, dat elk stuk mee
werkt, en in de eene of andere combinatie, hetzij voor den aanval, hetzij
voor de verdediging, of wel voor beide tegelijk gebruikt kan worden.
, En als de beginnende schaker (wij nemen dit nog al in een rui
me beteekenis, en veronderstellen namelijk, dat hij met al de openingen be
kend is) zich zelf in die mate in bedwang heeft leeren houden, als noodig is,
om voorbarige aanvallen te vermijden, dan is hij al een aardig eind op weg
om zoo iets als een sterk speler te worden.
175
Gij, d e schaakspeler, zijt een generaal e n het spel is een veldslag. Geen
generaal m e t een behoorlijke dosis gezond verstand zou het in zijn hoofd krij
gen, met niet meer dan een of twee van zijn meest geoefende bataljons d e
vijandelijke linie t e naderen, e n een gevecht met d e gansche strijdmacht d e r
tegenpartij uit te lokken, die achter haar verschansingen veel minder heelt
te vreezen, dan hij, die zich met d e zijnen in ' t open veld bevindt. Maar
e e n nog minder gezonde taktiek valt eiken dag o p t e merken al in onze clubs
e n schaak-cafe's. H e t eene ofandereschakertje hoopt, eventjes door een „gelukkie'-
t e winnen, koningin en paard worden met geniale minachting d e r allereerste prin
cipes, o p het eene of andere punt gericht, dat d e tegenpartij nu zonder ee-
nige moeite verdedigt i onze maestro moet t e r u g ; zijn partner w o n e n hij v e r-
1 o o r tijd, hij heeft attaque uitgelokt, is misschien wel in al d e herrie een pion of twee
o p zijn minst kwijt geraakt, en, ten einde raad, ziet hij zijn weerpartijder meester van
het slagveld, verreweg zijn meerdere in strijdkracht, en zijn eigen aanval totaal ver
nietigd. Als hij nu die weinige verloren zetten had gebruikt om zijn spel
t e ontwikkelen, hoe veel beter zou zijn stelling dan geweest zijn !
Hoe te ontwikkelen, is een zuiver practische kwestie.-Fouten zijn gemak-
aan t e wijzen, maar w«t is d e remedie?
Leer voor alles d e openingen. Maar hoe ? Door in d e eerste plaats e r
naar t e streven, van dit eene beginsel — spel-ontwikkeling — diep doordron
gen t e worden. H e t zal u menige klip doen ontzeilen. Als dat principe e r
vast inzit, kunt ge u, al na«r d e omstandighen het vereischen, t o t d e boeken
wenden om meer licht en een vollediger behandeling van elke bijzondere,
methode, volgens welke het spel ontwikkeld kan worden.
Een paar woorden meer in het bijzonder t o t d e nieuwelingen in het vak.
Het is over 't algemeen, en voornamelijk t o t ge behoorlijk thuis raakt in
zekere gambieten, het meest aan t e bevelen, in den beginne uwe pionnen
niet te ver vooruit t e brengen. Gij zult voor menige moeilijkheid bewaard
kunnen blijven — in d e eerste p/aats als ge Zwart, e n ook zelfs, als ge W i t
hebt—, door in een vroeg stadium gewichtige ontwikkelingszetten t e doen
als e7-e6 (e2-e3), gevolgd door d7-d5 (d2-d4) e n C7-C5 (02-04). Dan is het
van het allergrootste belang, d e paarden uit t e brengen, en wel bijna altijd
naar de lijnen c e n f. Met Lf8-e7 (Lfi-e2) of Lf8-d6 (Lfi-d3) is uw s p e l
heel goed ontwikkeld, en waarschijnlijk vindt ge spoedig gelegenheid t o t
belangwekkende combina.iën. G e zijt ook gereed t e rocheeren, en zult weldra
offensief kunnen optreden met veel kans o p succes. Indien ondertusschen d e
vijand nader rukt, zult ge slagvaardig zijn. Hier schijnt e e n beperking t e n op
zichte van een gewichtig punt noodzakelijk. Voor alles moet ge u wel wachten,
d e n aanval uit t e lokken.
176
Maar aan den anderen kant moet gij den slag niet ontwijken, wanneer
de vijand met kracht voorwaarts dringt en aanvallender wijze begint te werk
te gaan. Gij moet u niet uit misplaatste bescheidenheid of overdreven fijn
gevoel, door de vijandelijke pionnen en officieren laten tergen. Gij moeten hun
net als in den veldslag, den kop afslaan. Met andere woorden, ge moet, in
sommigge gevallen, zonder te aarzelen, alle stukken, alle pionr.enafiuilen, die
u maar in het minst er toe zouden brengen, U minder op uw gemak te
gaan gevoelen, of gij zult voor uw dwaze, overdreven bescheidenheid boeten
en uw verdiende loon krijgen. Wanneer ge niet goed weet, wat ge doen
zult, is het maar het maar 't allerveiligst, af te ruilen, vooral wanneer daar
door een stuk van 't bord gaat, dat in de opening offensief optreedt.
Men kan zich een goeden stijl eigen maken, en dieper doordrongen wor
den van het groote beginsel der spel-ontwikkeling door evenals verreweg de
meeste spelers van eiken rang, het zich tot een gewoonte te maken, goede
geplubliceerde voorbeelden in den vorm van werkelijk gespetlde partijen, na
te spelen en te noteeren.
Dit kan niet met te veel aandrang aanbevolen worden. De beste voor
beelden van moderne schrakkunst wijzen ieder speler in alles den weg, en
dat wel in den prettigsten en meest aantrekkelijken vorm.
H. J. d. H.
Voorglf-spclt
Deze titel geeft zeer onvolledig en zeer vaag te kennen, wat ik in de vol
gende bladzijden wil trachten uiteen te zetten. Immers de veelzijdige en
hoogst belangrijke kwestie van het spelen met voorgift geeft aanleiding tot
meer dan één vraag en tot meer dan één beschouwing.
10. Is het aanbevelenswaardig met voorgift te spelen?
Laat mij beginnen met aan te halen, wat Dr. A. van der Linde in zijn
Leerboek van het Schaakspel i) ten opzichte hiervan schrijft. (Dit moge
tevens strekken als beknopte historische inleiding.)
„Uit de schaakweddenschappen der middeneeuwen ging het spelen met
het voorgeven (van éen of meer zetten, pionnen of officieren) ook in het
nieuwe schaakspel over. Lopez wijdt er 1561 een zijner „boeken" aan, Gi-
anuzio 1597 bijna zijn geheele werk, evenzoo Carrera in 1617 en de Ama
teurs in 1775- In de Philidor-periode speelde men bijna
Proltlemevi.
Redacteur : H. J. den Hertog, Marnixkade 43, Amsterdam.
143 M. Karstedt. 144. F.- Möller.
Ie Prys : M. N. N.) 1 le Prijs: M. N. N.)
«• A -f .... I
149- L. Fechter, Weenen. (2e Prijs: M. N. N.) — Wit: Kh7 Da5, ff5,
Pd4, Pg2, p. ds, d2, e2, f6, g5, h4; Zwart: Ke4, Pa6, Pfi, Lbi, Lg3,
p. h7, g4,— M a t i n 4 z e t t e n .
150. O. Fuss, H.mnover. (3e Prijs: M. N. N.) — Wit: Kc7, Db8, Tg4,
Pe6, Pf4, Ld 1, p. a2, a4, f2; Zwart: Ke5, PI12, Lf3, Lg7, p. a6, h6.—
Mat in 4 zetten.
151. N. Sardotsch, Triest. (3e Prijs: M. N. N.)— Wit: Ka2, Dt2, Tf6 )
Pc5, p. d2, d4, g3, h6; Zwart: Kdj.Dhs, LI14, P- a+, b5, g6, g5, g4.—
M a t in 3 z e t t e n .
152. C. Behting, Riga. (ie Eerv. verin: M. N. N.)— Wit: Kh2, Da5,
Td5, Lei, Lfi, p. a2, a7, b6, 05, d4; Zwart: Ke*4, Tb4, Th7, Pg7, p.
c2, f2, g5, h5.— M a t i n 3 z e t t e n .
153. E. Hallgren, Stockholm. (2e Eerv. verm: M. N. N. )—Wit: Kd5,
Dg8, Tg2, Lb5, Lh6, p. b2, e6, I14; Zwart: Kd4, Pd3, Pf3, p. g3, I15,
h7.— M a t in 3 z e t t e n .
154. J. Salminger, München. (Eerv. verm: M. N. N.J—Wit: Kb6, Dh 5,
Pf4, Ph7, Lei, p. a2, 04, d2, e6, g7, h;; Zwart: Ke5, Le4, p. a3, b7,
c6, 03, f5, g5-— M a t i n 4 z e t t e n .
Oplossingen der A p r i1 - p r o b l e m e n .
1. Pf5, Pd4 2. Pd6:f, Kf4: 3. D„*5f enz. 1 —, Pb4 2. Pg3f, Kf4 :!
3. De8 enz. 1 —, Pe5 2. Le3:, Pc4 3. Dc4:f enz. (2—, ad. lib. 3. Dd5
enz.) 1—, Pe7 2. Pd6:f, Kf4: 3. Dd3 enz. V i e r z e t t i g e d r e i g i n g :
1—, ad. lib. 2. Dd5f, Pd5 ; 3. Lc2f enz. In enkele varianten volgt het mat
reeds op den 3en zet. 135. 1. Da3, cd4: 2. Db3f enz. 1—, Kc4 2.
Db3f enz. 1—, Ke4: 2. Df3f enz. Dreiging: 2. Dc5f enz. — l'i«.
1. Pci, Pc5 2. Dd2f enz. 1—, Pc3 2. Db6f enz. 1—, ad. lib. 2. Pb3f enz. —
12ï. 1. Lfi, Kd5 2. Df4 enz. 1—, f4 2. Dc5 enz. 1—, C2 2. Dd2 enz.
1—, anders 2. Lg2f enz.---15W. 1. Dbi, Kd5 : 2. Lc4f enz. 1—, cds : 2.
Ld7f enz. 1—•, Le5 2. Dg6:f enz. I—, anders 2. De4f enz. — 13!). 1.
Dg4 enz.
Goede oplossingen ontvingen wij van de H.H. C. T. van Ham (alle); G.
J. v. d. Stouwe (alle); W. de Bloeme (alle, behalve 124); S. te A. (alle, ook
van de Maart-problemen); M. J. de Jongh (alle, behalve 124); A. Korst (alle);
Joh. N. M. v. d. Elft( 125 & 127); W. Fermie (alle); W. B. H. Meiners (alle);
C. C. W. Mann (alle).
mede, dat in dit concours de beslissing gevallen is. Het rapport van de hand
der beroemde componisten Kohtz en Kockelkorn is zoo degelijk van inhoud,
dat wij het stellig in het belang achten van de lezers van dit tijdschrift, het
in deze bladzijden eenigszins uitvoerig te bespreken.
Dit tornooi is stellig het belangrijkste, dat in de laatste jaren gehouden is.
Niet minder dan 447 problemen van auteurs van elke nationaliteit dongen
mede. Ongeveer een derde deel daarvan werd als incorrect ter zijde gelegd,
9 werden bekroond met prijzen tot een totaal bedrag van 610 Mark, en 143
werden door de prijsrechters uitgezocht, en naar hun waarde in vier groepen
gerangschikt. Al die problemen zijn door de Redactie der «Miinchner Neues-
ten Nachrichten* aangekocht voor 5 Mark per stuk. Het totaal der prijzen
vertegenwoordigt dus een bedrag van 1325 Mark = f. 795 !! De uitgevers
firma van het meergenoemde Duitsche blad heeft das recht op de dankbaar
heid van de geheele probleemwereld voor de onbekrompen wijze, waarop ze
den bloei der problematiek bevordert.
Niet minder verdienen Kohtz en Kockelkorn ons aller dank voor hun ge
niaal rapport, dat getuigenis aflegt van hunne degelijke wijze van beoordee-
ling, en tevens uit een didactisch oogpunt zeer te roemen is. Wij persoon
lijk zijn een en al lof voor dit kranig stuk schaakwerk, al leggen de auteurs
ook op verschillende plaatsen den nadruk op een principe, waarmede wij ons
nooit zullen kunnen vereenigen. Wij bedoelen het idee, dat de waaide van
een probleem zeer wordt verhoogd door het voorkomen van zoogenaamde
schijnoplossingen. Wij voor ons nu houden bij de beoordeeling van
een probleem daarmede in 't geheel geen rekening. Stel, dat een componist
een nieuw product van zijn geest ter beoordeeling geeft aan een zeer geoefend op
losser en probleemkenner. Deze kijkt de stelling aan, vat al spoedig het idee van
den maker, rekent alle varianten door, beschouwt het probleem in verband met
het idee, de constructie en de wetten van economie en matreinheid, en spreekt daarna
zijn oordeel uit. Zou zoo iemand het nu ooit in zijn hoofd krijgen, ten
slotte nog eens te gaan nazien, of hij misschien niet andere sleutelzetten zou
hebben geprobeerd, als hij niet dadelijk des auteurs bedoeling gesnapt had ?
Dit is toch al te gek.— En we behoeven er toch stellig geen rekening mee
te houden, dat ook minder geoefende oplossers het probleem onder de 00-
gen krijgen; immers, die zien al heel veel oplossingen, waar ze in werkelijk
heid niet bestaan.
Nu is het natuurlijk heel wel mogelijk, dat een prijsrechter.
die tevens vaardig oplosser is, van zeker probleem de oplossing eerst na
\
181
heel lang zeuren vindt, maar dit geeft hem, naar onze meening, volstrekt
niet het recht, het probleem eene hoogere waarde toe te kennen, als voor
zien van een behoorlijk aantal »schijnoplossingen«. Immers, wie zal uitma
ken, of er niet een ander oplosser bestaat, die, na eene vluchtige analyse
van de stelling, de bedoeling van den componist in eens doorziet ? Voor
den één h e e f t een probleem een schijnoplossing, voor den ander n i e t ,
en daarom heeft o. i. het al of niet voorkomen van zulke schijnoplossingen
met de waardeering van een probleem niets te maken.
In 't algemeen is het begrip «moeilijkheid* veel meer subjectief dan het
begrip »schoonheid», en daarom is het 't best, wanneer de prijsrechter ze
behoorlijk van elkander" scheidt.
We gaan er nu toe over, hier en daar iets uit het rapport van Kohtz en
Kockelkorn te vertalen, en kiezen daartoe eerst de beoordeeling van de prijs-
problemen der Afdeelingen I (Vierzetten) en II (Driezetten).
No. 143 (M. Karstedt, Cottbus), ie Prijs.—
• Hier hebben we te doen met een inleiding s- idee van den eersten
rang. Evenals in No. 149 kon de sleutelzet niet beter bedacht zijn. Hij maakt
hier zelfs met de uitstekende dreiging den eigenlijken inhoud van 't probleem
uit. Toch ontbreekt het niet aan zeer goede slot- combinaties. Na een to
ren-offer ontwikkelen zich — dei eenen keer uit de dreigvariant, den ande
ren uit eene verdediging tegen de dreiging — twee reine matstellingen met
Dame en Paard, waardoor van de stelling van laatstgenoemd stuk heel goed
wordt gebruik gemaakt.»
No. 149. (L. Fechter, Weenen), 2e Prijs.— »Welk een fraai effect een
probleem maken kan, ook wanneer zijn idee wordt uitgedrukt zonder samen
vlechting met andere varianten, die even of minder hoog staan dan de hoofd
variant, toont weer eens heel duidelijk het uitstekende probleem No 149.
Wel moeten, wil zulk een effect verkregen worden, zooals hier i n l e i d i n g
en slot met elkander in volkomen harmonie zijn; elke zet moet niet alleen
direct in verband staan met het idee, maar ook den indruk maken van de
natuurlijkste voorbereiding tot den volgenden. Komen er dan nog, als hier,
een goede dreigvariant en v e r s c h e i d e n e » s t a r k e « s c h i j n o p l o s -
singen bij, dan wordt het vinden van den eersten zet zoo moeilijk gemaakt,
dat de oplosser er nauwelijks op komen kan, voor hij het idee in zijn geheel
heett doorzien.*
No. 150. (O. Fuss, Hannover), 3e Prijs.— »De driezettige slot-combina-
182
tie van No. 150 met hare vier uiterst schoone wendingen komt ons wel be
kend voor, maar, al is ze ook werkelijk niet nieuw meer, toch stempelen de
voortreffelijke inleiding, met het daaraan verbonden omvangrijke en goe
de variantenspel, en talrijke sterke verleidingszetten de compositie al tot eene
van zeer hooge waarde. Dit probleem staat o. i. slechts bij de Nos. 143 en
149 ten achter. Het zou wenschelijk zijn, dat voor deze compositie een
derde prijs werd uitgeloofd.« 1)
No. 144 (F. Möller, Ahlten), ie Prijs,— «Dit probleem bezit in den stil
len 2en zet der hoofdvariant een groote fijnheid en zeer fraai ontwikkelen
zich de beide reine matstellingen uit de verdediging tegen het dreigende di
agonaal-mat. De na den eersten zet dreigende voortzetting wordt door
het antwoord Lh6 met een schoone wending verrijkt en daardoor tot een
tweede hoofdvariant. Ook de beide varianten na de zetten van den Koning
bezitten hooge waarde.
No. 145, (K. Pater, Weenen), 2e Prijs.— »Dit probleem heeft slechts
weinig verleidingszetten, en de oplosser heeft er zich al gauw van overtuigdi
dat ze niet opgaan; maar daarom is de oplossing toch niet gemakkelijk.
Verrassend en in hoogen graad bevredigend werkt de idee-variant, en de
eerste zet is niet alleen als doelmatigste inleiding zeer gelukkig gevonden,
maar doet ook een zeer goede nevenvariant heel aardig opgaan, zoodat de
grove dreiging te vergeven is.«
No. 151. (N. Sardotsch, Triest) 3e prijs2)— «Dit vrij moeilijk op te lossen
probleem heeft in de hoofdvariant slechts een paard-offer, maar de stille zet
in deze speelwijze en de matstellingen hebben een schoon effect; een toe
voegsel van vrij hooge waarde is ook de nevenvariant met Dame-offer.»
Thans zou een excerpt aan de beurt komen van de beschouwingen der
prijsrechters over het M a t s t e l l i n g - t h e m a en het G a t t u n g s -
thema, doch daar deze beide onderdeelen van het oorspronkelijk rapport
vrij omvangrijk zijn en ons uittreksel dus ook nog al uitvoerig zou worden,
willen we liever de beide bedoelde afdeelingen in het volgend nummer be
spreken.
ltlNMEMLtMn.
AMSTERDAM. De wedstrijd met af-en aanspel, door de uitgevers van
het weekblad de Amsterdammer op 29 Juli alhier uitgeschreven, is goed ge
slaagd. Er waren 16 deelnemers, zeker het ideaal-geval bij dergelijke gele
genheden. Toch had ik een grootere opkomst verwacht. In Amsterdam
wordt het meest en het sterkst geschaakt, in Amsterdam zetelt de grootste
schaakclub en het grootste aantal bondsleden
en een ééndaagsch concours te Amsterdam trekt 16 (zegge zestien) concur
renten, waarvan nota bene de helft geen Amsterdamsch spreekt ! !
Waarschijnlijk droegen van deze koelheid voor een groot gedeelte de
warmte schuld en het mooie weer; ook eenigszins de vrees, dat de wed
strijd 'sZondags niet zou afloopen. Tegenover deze teleurstelling constateer
ik met genoegen het feit, dat deze bijeenkomst alle vorige slaat, wat betreft
de sterkte der deelnemers, onder welke zich niet minder dan 10 eerste-klas-
se-spelers bevonden. De loting gaf de volgende volgorde aan: 1. Dr. A.
van Rhijn, Leiden, 2. A. Bleykmans Amsterdam, 3. H. Vink, Dordrecht,
4. A. E. van Foreest, 5. C. C. W. Mann, beide Amsterdam, 6. R. J. Loman,
Londen, 7. D. Bleykmans, Londen, 8. Jan Peet, Hilversum, 9. N. W. van
Lennep, Amsterdam, 10. Gerard Nierman, Hilversum 11. JT. Wiedeman
)
volharding aangaat, 't gerust met hunne jongere kunstbroeders kunnen op
nemen. Na middernacht was zijn spel nog even frisch en rustig als bij
den aanvang.
Een woord van dank aan de firma Holkema en Warendorff voor dit nieuwe
bewijs hunner belangstelling en krachtigen steun, waar 't geld de bevordering
der edele schaakkunst, mag hier niet achterwege blijven.
's GRAVENHAGE. De heer d'Aumerie schrijft mij:
Den 29 Juni j. 1. heeft de prijsuitdeeling plaats gehad aan de winners in
den voorjaarswedstrijd, gehouden tusschen de leden van het Schaakgenoot
schap: „Discendo Discimus"
Deze wedstrijd, welke een aanvang nam den 3en April j. 1. werd gespeeld
in drie klassen, elke klasse met eigen prijzen. Ieder deelnemer legde f 2.50
in en moest zich rangschikken in één der klassen, behoudens goedkeuring
van het bestuur. In elke klasse waren 2 prijzen uitgeloofd; elk ter waarde
van f 10.— zoodat de zes prijzen elk een gelijke waarde hadden, eene nieuw-
iaheid inaevoerd door de regelir.gs-commissie, om den aard van het schaakspel
meer 'tot "zijn recht te doen komen. Men speelde namelijk om de eer van ie
prijswinner te zijn, de prijzen waren bijzaak. „
Voor de ie klasse hadden zich opgegeven de heeren Mr. S. van Houten,
T Andriessen, M. Edersheim, J. J. van der Pot, en J. Simons.
Voor de 2e Klasse de heeren W. A. Kramers, P. C. Uittenbogaard, Mr.
M A Eekhout, J. G. L. Eisen, A. Oppenheim en F. L. G. d' Aumerie ;
en voor de 3e klasse de heeren S. T. Land, A. H. Beijer, H. W. Tydeman,
H. Nanning en M. Herz.
De uitslag was de volgende:
Mr. S. van Houten, gedurende den wedstrijd benoemd tot mimster van
Binnenlandsche Zaken, won den ien prijs met 6VS van de 8 winstpunten en
toonde daarmede zijne strijdvaardigheid ook buiten het gebied der
staatkunde. , Q
De 2e prijs viel den heer J. Simons ten deel met 6 winstpunten van de 8.
In de 2e klasse werd de ie prijs behaald d o o r d e n heer F . L. G . d' Aumerie
met 9 winstpunten van de 10 en de 2e prijs door den heer J. G L. Eisen
met 6Vs winstpunt van de 10.
In de 3e klasse verwierf de heer M. Herz. den len prijs met 6V, winst
punt van de 8 en de heer S. T. Land den 2en prijs met vijf winstpunten
van de acht. ,
Volgens besluit van de jongste algemeene vergadering van Discendo Dis
cimus mogen de heeren mr. S. van Houten en F. L. G. d' Aumerie als ie
prijswinners, voortaan, in de klassen-wedstrijden van het genootschap, slechts
mede spelen in de ie klasse en de heer M. Herz alleen in de ie of 2e
klasse.
185
Als een bizonderheid dient verder te worden vermeld, dat van de 30 par
tijen in de 2e Klasse gespeeld, er 20 gewonnen werden door „wit" en slechts
10 door „zwart" en dat van de 20 partijen welke in de 3e klasse werden
gespeeld, er 13V2 gewonnen werden door „wit" en slechts 6V2 door „zwart
Deze gunstige kansen voor wit bleken in de ie klasse niet te bestaan,
daar in die klasse van de 17 werkelijk gespeelde partijen er 8Va gewonnen
werden door „wit" en 8V2 door „zwart." Voor minder geoefenden blijkt het
spelen met wit derhalve een voordeel op te leveren.
Daar bijna geen der spelers zijn partij opteekende (dit was helaas niet
verplichtend gesteld) valt er weinig over de gespeelde partijen te zeggen.
Hier onder volgt o. a. als curiosum de kortste partij in dezen wedstrijd
gespeeld.
Het bestuur van Discendo Di'sci'mus is thans, sedert de algemeene ver
gaderingen van 10 Januari en 9 Februari 1894 samengesteld uit:
Voorzitter: Zijne Excellentie mr. S. van Houten. Onder-Voorzitter: J.
Andnessen.
Secretaris: F. L. G. d'Aumerie, Helm-State, Oude Scheveningsche weg,
Scheveningen.
Penningmeester: M. Edersheim.
Bibliothecaris: J. J. van der Pot.
Twee concours-partijen uit den onderlingen wedstrijd in „Discendo Dis-
cimus."
1. e4 e5 5. d4 D f6 8. P c j :f K f8
2. P c3 P c6 6. dc5: d6 9. D d6:f P e7
3. P f3 L c5 7. P d5 D h4 10. D d8 mat.
4. P e5 : P e5 :
1. e4 e5 4- h4 g4 7- c4 L d6
2. f4 ef4: 5. P e5 d5 8. d4 C5
3. P f3 g5 6. ed5: P f6 9. L £4: D ey
i86
1. e4 e5 9. P g3 T b8 17. P d2 f4
2. P C3 P c6 10. D e2 K h8 18. D e2 D h4
3. P f3 P f6 11. h3 Lb6 19* P f3 D h5
BIIIIE:NL4ID.
LONDEN. Hieronder volgt de in het vorig nummer beloofde partij uit
de match Loman-Trenchard.
No. 103.
Wit: Rud. Loman. Zwart: H. W. Trenchard.
Spaansche Partij.
1. e4 e5 3. L b5 P f6 5. D e2 P d6
2. P t3 P c6 4. o—o P e4: 6. L c6: dc6:
190
(1) Gunsberg recommandeert 20. Df3, met 't beste spel voor Wit.
(2) Wit kon remise maken door 37. Tel, Le2: 38. Te2:, Td8 39. C4 enz.
I9i
2de Match-partij.
No. 105. Gespeeld 2 Augustus 1894.
Wit: Dr. S. Tarrasch. Zwart: A. Walbrodt.
Russische verdediging.
]\ 7e Matchpartij.
1. e4 e5 5. P C3 L c5 9- P d5 0-0
2. P f3 P c6 6. d3 h6 10. C4 P d5 :
3. Lb5 a6 7. Le3 L e3 : 11. cds: P e7
4. L 34 P f6 8. fe3 : d6 12. 0-0 c6
192
en Zwart won. Dr. Tarrasch verkreeg voor deze partij een speciaalprijs,
uitgeloofd voor den winner der beste partij van de match.
Dr. Tarrasch schrijft in 't Frankfurter Schachblatt het een en ander over
den tegenwoordigen stand van beide partijen. >D4-opening: Parijs
staat zeer goed, houdt het centrum bezet en de open c-lijn, terwijl de zwar
te D a m e ongunstig geposteerd e n d e zwarte Dame-vleugel verzwakt is. Z a l
het Tschigorin's genie nog. gelukken, zich met eere
uit de zaak te redden? E v a n s-ga m b i e t: De kwestie omtrent de
waarde der Alapin verdediging is met deze partij opgelost. Het is nu dui
delijk, dat zij boven alle tot dusver gebruikelijke verdedigingen de voorkeur
verdient. Het is Wit niet gelukt, een sterken aanval te krijgen; hij moest
zich tevreden stellen met het terugwinnen van den gambiet-pion, en, met
't oog daarop, Zwart het iets betere spel laten; want het is duidelijk, dat
Zwart in de afbreek-stelling in 't voordeel is door den belangrijken voor
sprong in de ontwikkeling. Of dit voordeel voldoende is, om te winnen, is
heel onzeker; het is waarschijnlijker, dat de partij op remise uitloopt.
193
I 2 — i 6 Augustus 1894.
Mijne heeren!
Naast de vele leemten en gebreken, die de tegenwoordige organisatie van
onzen Bond aankleven en waarop ik ongetwijfeld gelegenheid zal vinden straks
terug te komen, is althans op één instelling te wijzen, die zeker de
onverdeelde sympatie van alle leden geniet en in groote eere is gehouden
van het eerste Bondsjaar af tot den huidigen dag toe; ik bedoel de instel
ling der jaarlijksche algemeene vergadering.
Dit is de oudejaars-viering van onzen Bond, waarop de kinderen des hui
zes zich nederzetten om den disch, teneinde het door hen gewrochte rustig,
als 't ware op een afstand ga te slaan, gelijk een schilder zijn schilderij, en
in ernstig, doch vrijmoedig gesprek de gebeurtenissen te herdenken, die
plaatsgrepen gedurende het afgelooptn jaar. Naarmate meer of min wordt
gewaagd van droeve herinneringen, van misslagen of van onvoorziene rampen,
zijn ook de blikken meer of min hoopvol naar de toekomst gericht.
M. a. w. wij zijn hier van de uiterste plaatsen des lands bijeengekomen, ook
om elkander weer eens de hand te drukken en eenige gezellige dagen door
te brengen in gezelschap van schaakbroeders en schaakborden, maar tevens
en voornamelijk, teneinde, toegerust met opgedane ervaring, deze zij dan van
195
waarschijnlijk niet door hen aanvaard. Nu moest een keus gedaan worden: óf de
werkkring van den Bond aanmerkelijk bekrimpen, als een verstandige huis
vader de tering naar de nering te zetten, zelfs op gevaar af, daardoor misschien
een stilstand, ja achteruitgang in het ledental te brengen, óf met kunst en vliegwerk
trachten nog een jaar op grooten voet, althans schijnbaar grooten voet te leven, m.
a. w. zooveel mogelijk bezuinigingen invoeren, zonder dit echter op een voor de
leden merkbare wijze te doen.
Besloten werd na eenige aarzeling, den laatstgenoemden weg in te slaan,
eensdeels teneinde, indien mogelijk, een zóó groot aantal leden te werven
dat de kosten gemakkelijk bestreden konden worden, anderdeels teneinde den
Bond, sterk door jeugdig bloed, niet opnieuw te doemen tot een periode van ou-
delijke traagheid en nietsdoenerij.
Het tijdschrift moest in allen gevalle behouden blijven, moest zelfs eerder
dikker dan dunner worden, wilde de concurrentie tegen wekelijksche rubrieken
met succes gevoerd worden; een eerste vereischte daartoe was echter, dat
wij een goedkooper en minder blanco papier vertoonenden drukker vonden.
Na eindelooze verkenningsreizen en onderhandelingen gelukte dit. De Am-
sterdamsche Stoomdrukkerij verklaarde zich bereid, 600 exemplaren a 1 vel
in het tijdschrift-formaat, te leveren voor 14 gulden. Wanneer ik U daarbij
mededeel, dat de vorige drukker 42 gulden vroeg en ontving voor hetzelfde,
dat de jaargang 93 156 bladzijden sterk was, dat de jaargang 94 waarschijn
lijk 280 bladzijden zal worden, en dat thans op één bladzij meer druks en
minder interlinies voorkomen dan voorheen, zoo zal het feit U niet meer
verwonderen, dat wij allen, wat het tijdschrift betreft, dit jaar, vergeleken bij
het vorige, 70 a 80 p. c. voordeeliger »uit zijn«
Ook ten opzichte der wedstrijden meenden wij enkele wijzigingen, verbe
teringen te moeten aanbrengen. 1 e. de zoogenaamde kleine wedstrijden; deze maak
ten wij aantrekkelijker, door het aantal prijzen aanzienlijk te vermeerderen,
doch tevens goedkooper door den aard der prijzen en de wijze van inleg-
geldsheffing te wijzigen. Waar alzoo verleden jaar de drie wedstrijden, ge
houden te Hilversum, Zwolle en Arnhem den Bond f. 86.50 kostten netto, orga
niseerden wij dit jaar wedstrijden te Alkmaar, Amsterdam en s' Gravenhage
waarvoor slechts f30 behoeft te worden uitgetrokken. Dat het aantal deel
nemers hieronder zou lijden, is niet gebleken; integendeel, dit ging ongeveer
35 p. c. vooruit. 2e. de groote wedstrijd. Ik verbeeld mij, dc.t reeds bij
enkelen van U, die het plan hebben opgevat zich morgen te voegen in de gele
deren der strijders, een glimlach om de lippen zweeft. Ja, het moet eerlijk
bekend worden, d e ingevoerde wijze van prijsverdeeling is n i e t a l l e e n
voordeelig en aanmoedigend voor de deelnemers: ook de bondskas profiteert
197
erbij; immers bij eiken L S T E klasse-speler, die er minder is dan IO, spaart de
penningmeester f20,— uit en bij eiken 2llu klasse-speler f 10.—
Ofschoon nu in '94 vrij belangrijke bedragen moeten worden besteed aan
twee probleemwedstrijden en aan diverse diploma's, zoo bedragen toch de
gezamenlijke uitgaven ovei dit jaar, zoo nauwkeurig mogelijk begroot, onge
veer 125 gulden minder dan die over het vorige.
Nu komt echter de keerzijde der medalje. In de eerste plaats mag ik U
niet verzwijgen, dat het zooeven door mij omschreven gunstige resultaat
slechts verkregen kon worden door buitengewoon gunstige omstandigheden. Een
warm vriend van den Bond, die onze nooden kent, paste herhaaldelijk bij in
de onkosten van tijdschrift, wedstrijden enz, wanneer ik hem erom verzocht
en stelde zeer vaak verschillende prijzen voor de wedstrijden met af- en aan-
spel beschikbaar, zich daarbij koesterende met de hoop, dat onze financiën
weldra hun crisis zouden dooi staan hebben en dat zijn handteekening voor
een gift in eens niet zou misbruikt worden voor een jaarlijksche ondersteuning.
In de tweede plaats brengt de oogenblikkelijke ongelooflijke goedkoopte
van het tijdschrift veel bezwaren en nadeelen met zich. Niet alleen is het
papier slecht, is de keus van lettersoorten uiterst beperkt, en zijn de zet
ters van den nieuwen drukker merkwaardig onbekwaam, zoodat den Hertog
en ik alleen door het maandelijks vier en meermalen corrigeeren van uitge
zocht slechte proeven, grijze haren dreigen te krijgen, maar tevens hebben
wij dcor de geringe-betaling zoo weinig macht over den leverancier, dat hij
herhaaldelijk onze copieën voor andere, die hem meer geld opbrengen, laat
staan en dat van onzen kant het onmogelijke gedaan moet worden, teneinde
de verschijning van het tijdschrift niet nóg later te doen plaatsgrijpen dan
reeds in werkelijkheid het geval is. In één woord, de gelden, die de Bond
uitwint op het tijdschrift, worden omgezet in verdriet voor de Redacteuren.
Wanneer ik gadesla de tegenwoordige schaakbeweging, de liefhebberij in
het edele spel, die met den d*g toeneemt, dan rijst bij mij onwillekeurig de
vraag: moet in ons land de mogelijkheid dan buitengesloten b 1 ij v e n
dat de Nederlandsche Schaakbond, die uiterlijk steeds in bloei toeneemt, zich
zelf bedruipe en dat op een fatsoenlijke manier?
Wij hebben een reglement, hetwelk spreekt van een doel: de beoefening
van het schaakspel in Nederland in stand te houden, uit te breiden en te
ontwikkelen, hetwelk spreekt van groote wedstrijden, kleine wedstrijden
schaakbijeenkomsten, simultaan-en blindséances, tombolawedstrijder), consulta
tie-partijen, massa-kampen, briefwisseling-schaakwedstrijden, probleemwedstrij
den, internationale wedstrijden, buitenlandsche schaakmeesters etc. etc. het
welk ten slotte haai fijn vertelt, dat en hoe een tijdschrift uitgegeven moet
worden.
i g8
Wij hebben een dergelijk reglement, zeg ik, maar wij hebben ook een
Bond, die 504 leden telt, waarvan het grootste gedeelte de fabelachtige som
van één gulden contributie betaalt, een Bond, die zijn eigen leden voor den
gek houdt, het doende voorkomen, alsof hij een vermogend man is met een
hoogen hoed en een gekleede jas, doch in werkelijkheid leeft hij van pingelen
en bedelen, daar hij niet in staat is, zijn eigen ondergoed te bekostigen.
Lang behoef ik bij dit punt niet stil te staan. Het zal ieder Uwer duide
lijk zijn, dat de toestand thans onhoudbaar is. De Bond bloeit niet door
eigen kracht, door eigen algenoegzaamheid, de Bond bloeit door enkele vuri
ge geesten, die met hun geest driftig werken er. ijveren, zelfs groote leemten
weten bedekt te houden. Dit is een hoogst ongezonde en immoreele toe
stand, die, bestendigd, vroeg of laat een plotselingen en onherstelbaren ach
teruitgang en neerstorting zou teweegbrengen van het schitterende, doch
met ietwat slechte grondstoffen opgetrokken gebouw.
De Nederlandsche Schaakbond, dien wij liefhebben, moet dezer liefde
waardig zijn, hij moet een tijdschrift uitgeven, dat, wat inhoud en vorm be
treft, met buitenlandsche producten mag worden vergeleken, hij moet zijn
reglement niet maken tot een doode letter, maar in tegendeel het omzetten
in daden, maar vooral, hij moet zijn leden eerlijk onder de oogen kunnen
zien en kunnen zeggen: gij betaalt mij zóó e n zóóveel contributie, a l l e s ,
wat gij ontvangt en geniet wordt ruimschoots door Uwe contributie gedekt.
Ik zal U in 't kort mededeelen, wat ons plan is, want gij zoudt mij terecht
verwijten, een slecht geneesheer te zijn, indien ik den vinger op de wonde
legde, zonder tevens een middel tot genezing aan te geven. Alvorens over
te gaan tot een reglementswijziging, waarbij de contributie, althans die der
afdeelingsleden verhoogd zou worden, wjnschen wij een krachtigen steun
van de leden zelf en van de leden vrijwillig te doen uitgaan, en daartoe in
een der eerstvolgende maanden onder U allen gedrukte kaarten te versprei
den, waarop met een herinnering aan den zoo ernstigen toestand van den
Bond den afdeelingsleden zal worden verzocht, zich te laten overschrijven als
rechtstreeksche leden en den afdeelingsleden en rechtstreekschen leden bei
den, voor een onbepaald bedrag toe te treden tot een corps de donateurs.
Wij achten het ontbreken van een dergelijke keurbende een fout in de orga
nisatie van den Bond, die hoe eer hoe beter moet worden hersteld en wij
vertrouwen, dat het beoogde doel ten volle zal worden bereikt. Dat wij
daarbij op Uw aller hulp en medewerking rekenen, behoeft geen verzekering.
Laat er van U een krachtig voorbeeld ten goede uitgaan.
Indien ik naar de meening van enkelen Uwer sommige punten ten onrech
te niet heb aangeroerd in dit verslag, dan is dat, dewijl deze bij de behande
ling der begrooting over 1895 vanzelf ter sprake moeten komen.
199
Slechts wil ik nog vermelden, dat het ledental van den Bond steeds voor
uitgaat; wij tellen op dit oogenblik 178 rechtstreeksche leden en 356 afdeelings-
leden. Sinds 1893 werden wij 1 afdeeling rijker, te Amstelveen, die aanvan
kelijk 6 leden sterk is, terwijl tot onze vreugde het Schaakgezelschap »Staun-
ton« te Groningen als Buitengewoon lid toetrad.
Voor het grootste gedeelte natuurlijk is deze vooruitgang te danken aan den
onvermoeiden ijver, waarmee de Secretaris-Penningmeesters, gesteund door
sommige leden hunner respect, af deelingen hun taak opvatten. Ik meen dan
ook niet beter te kunnen eindigen dan door hun en in 't algemeen allen, die
op eenige wijze hun trachten aan den bloei van den Bond hebben gewijd,
daarvoor den hartelijken dank over te brengen van het Hoofd-Bestuur.«
Naar aanleiding van dit jaarverslag merkt de heer Heemskerk op, dat hij
wel degelijk op de Algemeene Vergadering te Groningen een jaarverslag had
willen voorlezen, dat de aanwezigen dit echter onnoodig hadden gekeurd,
omdat het reeds in het Januari-nummer van het Tijdschrift opgenomen was
geworden.
Over de eischen, die redelijkerwijs aan een jaarverslag gesteld kunnen
worden, ontstaat nu eenig debat tusschen Heemskerk en van Lennep, waar
aan de Voorzitter gelukkig spoedig een einde maakt.
De verkiezingen, die nu aan de orde zijn, loopen vlug van stapel. Het
Bestuur had nl. het volgende candidaten-lijstje opgemaakt.
Voorzitter: Jhr. Dr. D. van Foreest.
Onder-Voorzitter: E. van Dien.
P e n n i n g m e e s t e r : J. C. t e n T u s s c h e d é .
R e d a c t e u r e n : H. J. den Hertog e n J. D. T r es1 i n g.
Al deze heeren worden met algemeene stemmen gekozen, (respect, herko
zen), wat de heeren van Foreest, van Dien en den Hertog betreft, op één
blanco-stem na sommigen nemen tijdens, anderen na de Vergadering, de
benoeming aan.
De finantieele rekening van den Penningmeester over 1893 wordt goed
gekeurd.
Deze en tevens de voorloopige rekening over '94 en de begrooting over
'95 zullen in een volgend nummer opgenomen worden.
Voordat het bestuur nu overgaat tot het openen der couverten, bevatten
de de namen der prijswinnaars en eervol vermelden in den Probleemwed
strijd, geeft de Voorzitter het woord aan het Jurylid den Hertog, die mede
deelt, dat de heer F. H. H. Schuite, van Den Haag zich bij hem heeft be
kend gemaakt als auteur van probleem N°. 86, aanvankelijk met den l e * prijs
bekroond, doch later als plagiaat gebrandmerkt, en diensvolgens van den
200
wedstrijd uitgesloten. De heer Schuite beweert, dat hij het probleem heett
vervaardigd zonder zijn dubbelganger te kennen. De jury echter (de heer
den Hertog weet, dat zijn collega de Jong, die onmogelijk ter vergadering
kon komen, het in dezen geheel met hem eens is) meent aan deze bewering
geen geloof te moeten hechten. Hoewel zij ten volle de onmogelijkheid er
kent, in elk geval te kunnen b e w ij z e n, dat er plagiaat is gepleegd, meent
zij toch ten aanzien van het probleem-Schuite hare beschuldiging te moeten
handhaven. Bovendien is de reputatie van den heer Schuite als probleem
maker verre van vlekkeloos.
In de eerste plaats heeft genoemde heer openlijk erkend, dat, toen voor
eenige jaren de redacteur der rubriek van »De 1 ijd« hem als »probleemdief«
signaleerde, hij wel degelijk eens anders werk onder zijn (d. i. Schuite's) naam
had ingezonden. Dit feit vindt de heer den Hertog op zich zelf al voldoen
de, om den heer Schuite voor goed van zijn eerlijken naam als schaker te
berooven. Doch, nog meer is er tegen den heer S. in te brengen. In 't
Februari-nummer van den icn jaargang van 't Bondstijdschrift werd een pro
bleem van den heer Schuite besproken, dat feitelijk niets anders was dan het
spiegelbeeld van een driezet van Ph. Klett, alleen met verknoeide zwarte-
pionnen-stelling. Zeer merkwaardig ook is het, dat het tweede wedstrijd-pro
bleem, door de Jury als plagiaat beschouwd, N°. 34, zie Blz. 127) ook al
van den heer Schuite is. Een bijzonder eigenaardigen indruk daarbij maakt
de omstandigheid, dat dit werkelijk uitstekende en een ander, middelmatig
probleem (N°. 39) de eenige correcte nummers zijn van de vrij omvangrijke
verzameling tweezetten, door den heer Schuite ingezonden. Een en ander
heeft de Jury en het Hoofdbestuur, (dat hare meening deelt) doen besluiten
aan de Vergadering voor te stellen, meergenoemden heer Schuite voor dezen
wedstrijd te disqualificeeren, voornamelijk met 't oog daarop, dat de oor
spronkelijke i° eervolle verm., ook van den heer S., nu 2L' prijs geworden is,
en op deze wijze de auteur van het plagiaat Nu. 86, juist doordat het uit
vallen van dit probleem eene opschuiving heeft veroorzaakt, toch nog een
aardige vergoeding zal krijgen.
De heer Schuite, repliceerend, herhaalt, dat zijn N°. 86 geen plagiaat is,
geeft eenige opmerkingen omtrent de wordingsgeschiedenis van dat probleem
ten beste, verhaalt verder, hoe een vriend, die meermalen getuige mocht
wezen van het in zee sturen van een »heele scheepslading« problemen van
den heer Schuite, op 't laatste oogenblik nog een nevenoplossing vond,
waarna spr. het verbeteren van die fout als de oorzaak schijnt te willen
doen voorkomen van de volmaakte overeenstemming van zijn No. 86, met
Engelhart's driezet. Spr. eindigt met de mededeeling, dat hij het onbillijk
201
zou vinden, als voor No. 70, waarop toch stellig niets aan te merken valt,
hem de 2e prijs onthouden werd.
De heer Malta valt den heer Schuite bij, de heer Messemaker verklaart,
dat de schijn zeer sterk tegen den heer Schuite is, de heer Runsink wenscht
het oordeel der Jury als onschendbaar te beschouwen, vergeet daarbij echter,
dat de Jury slechts in overweging geeft, en nooit kan beslissen; de heer
Heemskerk wijst erop, dat in 't reglement geen termen te vinden zijn voor
de voorgestelde disqualificatie, waarna de heer Van Dien opmerkt, dat men
bij 't vaststellen van een reglement niet rekent op oneerlijke handelingen als
die, waarvan thans sprake is. Hij is sterk vóór de disqualificatie van den
heer Schuite, als waarschuwend voorbeeld voor iedereen, die het later ooit
in zijn hoofd mocht krijgen, zich door dergelijke onedele practijken succes
te verschaffen.
Bij stemming wordt het voorstel van Jury en Bestuur verworpen, en
de Heer Schuite krijgt dus zijn zuurverdienden prijs!
De Voorzitter brengt den heeren de Jong en den Hertog hulde voor de
wijze, waarop zij hunne taak hebben opgevat.
De heer Smalt, sprekende namens den inzender van den vierzet No. 109,
teekent protest aan tegen de beoordeeling, door de Jury van dat probleem
gegeven: »Zoo iets heette omstreeks 1850 een p r o b l e e m . «
De heer den Hertog, nogmaals het woord erlangend, dankt den Voorzit
ter voor zijne waardeerende woorden, en antwoordt den heer Smalt, dat de
Jury de geïncrimineerde woorden niet ironisch, doch in vollen ernst heeft
bedoeld. Hij meent, dat het van al heel weinig belangstelling in het werk
der Redacteuren getuigt, wanneer een Bondslid zich niet eens de moeite
geeft, van den inhoud der verschillende rubrieken geregeld en behoorlijk
kennis te nemen ; en dit laatste heeft de beleedigde inzender stellig nooit gedaan;
anders was hij stellig tot de overtuiging gekomen, dat het met zulke pro
blemen als het zijne voor goed uit is. (1) Spr. acht het verwijt van den
heer Smalt, n. 1. dat de Jury hare taak niet zoo heeft opgevat als de buiten
landers dat gewoon zijn, en dat zij haar oordeel niet voldoende met redenen
heeft omkleed, ten zeerste onverdiend.
Alsnu wordt overgegaan tot het openen der verzegelde couverten, waarna
de uitslag van den Probleemwedstrijd als volgt is vastgesteld:
(1) Voeg ik hier nog bij, dat de auteur van No. 109 mij na afloop van
de vergadering mededeelde, dat het probleem uit eene practische partij ont
staan is, dan begrijpt men zeker wel, dat ik na dit door den maker over
ziin eigen werk gevelde vonnis, maar liever niet meer over de zaak
spreek, (d. H.)
202
Y. R HIJN.
M ELXEKS.
T OTAAL.
LLAND.
ALTA.
BENIMA.
L OMAN.
DEELNEMERS:
M
W.B.H.MEINERS,Amst. O Va Va Va — Va O O 2
A . U . O I.LA.ND Utrecht. 1 o Va 1 1 1 Va 5
I
204
Tweede Klasse.
v. d. STOUWE.
MOQUETTE.
SCHEFFER.
TOTAAL.
HUINCK.
SPEET.
VINK.
DEELNEMERS.
(Groep A.)
Dr. SCHEFFER, Breda — i o i Va i 3V2
SPEET, Breda 1 o — o 1 02
MOQUETTE, Utrecht 0 1 1 — 1 14
v. d. STOUWE, Dordt Va 1 00 — Va 2
VINK, Dordrecht o 1 1 O Va — 2 Va
LUTTERBACH.
GEVERDING.
KLEINBENT.
BOERMA.
TOTAAL.
ONNEN.
FABER.
DEELNEMERS.
(Groep B.)
KLEINBENTINK, Helder. Va — Va o o o 1
1
FABER, Andelst. o Va — 1 1 Va 3
GEVERDING, Rotterd. o 1 o — j 1 1 3
LUTTERBACH, Rotterd. o 1 o o — o 1
GEWONE TORNOOI-TABEL I
Deeln: A. B. C. D. . E. Totaal:
2 1/2
A. — o 1 1/2 1
B 1 — 1/2 o 1 21/2
C. O 1/2 — !/2 1 2
D. 1/2 I 1/2 — O 2
E. O OO I — 1
Het valt dadelijk in 't oog, dat B beter gewonnen partijen heeft dan A,
want hij won tegen een der sterkste deelnemers (A) en heeft overigens een
remise- partij en een gewonnen partij van gelijke waarde als A. Eveneens
is het duidelijk, dat D beter speelde dan C, daar hij niet tegen de s t e r k s t e
maar juist tegen de zwakste tegenpartij verloor. Hij was een gevaar
lijke tegenpartij der prijs-kandidaten.
Deeln: A. B. C. D. E. Totaal:
A. — o 2 i i 4
B. 2 1/2 — 1 o 1 4 1/2
C. o 1 1/4 — 1 1 31/4
D- 1 1/4 2 1/2 1 — o 4 3/4
E . 0 0 0 2 — 2
Uit deze tabel blijkt dus, dat D feitelijk het best gespeeld heeft, daar hij slechts
(waarschijnlijk toevallig!?) tegen den zwaksten verloor; na hem komt B met
41/2 punt; na B komt eerst A, met 4 punten.*
W. Sonneborn, te Londen en J. Berger stelden achtereenvolgens, doch
beiden onafhankelijk van elkander, in 't licht, dat door 't stelsel-Gelbfuhs
de spelers met minder winstpartijen begunstigd worden ten nadeele van hen,
die een beteren stand bereikt hebben.
(Zie voor Berger's argumenten Deutsche Schztng. 1887, Blz. 33
en 1888, Blz. 33.)
Volgens Sonneborn-Berger krijgt nu een speler A voor een gewonnen
partij tegen B : d e s o m d e r p u n t e n - a a n t a l l e n v a n A. e n B.
v o l g e n s d e g e w o n e t a b e l I.
Het gemakkelijkst past men het systeem-Sonneborn-Berger toe, door
de k w a l i t e i t s t a b e l v o l g e n s G e l b f u h s o p t e m a k e n , m e t d i e n v e r s t a n d e , d a t
voor eiken deelnemer het aldus verkregen punte n-a a n
tal vermeerderd wordt met het kwadraat van zijn ei
g e n s c o r e i n d e g e w o n e t o r n o o i - t a b e l I.
Thans beschouwen we de kwestie als voldoende toegelicht, om hier de
kwaliteitstabellen voor den Rotterdamschen wedstrijd (verkort genoteerd) te
kunnen laten volgen : (p. beteekent p 111 s.)
EERSTE KLASSE.
1 11 ( c i ' 11 a i I o 1» a a l 14. « i » g v c s
Ik kom hier met mijn bericht omtrent deze groote schaakgebeurtenis met
de nachtschuit, en wél vind ik dat te betreuren, vooral, waar met dit eve
nement het schitterend succes in verband staat van onzen Van gennep. 1 r
is echter in dit nummer over het te laat verschijnen van 't Tijdschrift al
aardig wat afgejammerd; waarom dus zou ik in mijn eentje nog wat gaan
' Ik ga liever dadelijk over tot de hoofdzaak: in de annalen van den Ned.
Schaakbond moet vereeuwigd worden het feit, dat van Lennep in Leipzig,
na zijn zegepraal in 't Hauptturnier, otficiëel als schaakmeester is erken .
De eerste Hollandsche meester dus, en ook de eerste niet-Duitscher, die op
een Bonds-Kongres den meestertitel verwierf!
Wij allen zijn trotsch op hem; van Lennep heeft het ondervonden, toen
hij terugkwam.
W a a r o m wij ons zoo verheugen over zijn succes? Onze meester
208
ik ben ervan overtuigd— zou het niet prettig vinden, als ik het hier nog
eens in den breede ging uiteenzetten; h ij weet het, al de leden van onzen
Bond weten het ook.
Naast van Lennep's overwinning verdient ook Vijzelaar's kranige houding
te Leipzig ons aller waardeering. Hij kwam met Barnes en Dr. Lewitt slechts
1/2 punt beneden de winners der beide hoofdprijzen uit. Dat hij zoo de eer
van ons land wist hoog te houden, doet Vijzelaar de oprechte dankbaarheid ver
dienen van alle Nederlandsche schakers.
Dat ons land op alle volgende Duitsche Bondswedstrijden even goed moge
vertegenwoordigd worden als thans het geval geweest is, ziedaar een wensch,
dien allen, die belang stellen in den bloei van ons schaakleven, moet mij
uitspreken.
De Duitsche pers nam tegenover Van Lennep's zegepraal een ietwat ge
reserveerde houding aan. Verwondering baart dat niet! Dat b.v. het >Wo-
chenschach« echter aanleiding vond, nu het stelsel eens scherp te critiseeren,
dat aan Van Lennep de mogelijkheid liet, zich den meestertitel te verwer
ven in een match van slechts ééne partij, dat is nu toch al heel weinig
ridderlijk. Toen Lasker in Breslau gelijk uitkwam met Von Feyerfeil, de
»Stichpartie« won en meester werd, ja, toen was 't nog »ganz natürlich.* !
H. J. d. H.
209
In dit nummer vinden onze lezers twee kaarten, waarvan het doel reeds
met enkele woorden in een hun toegezonden circulaire is uiteengezet.—
Er moet groote verbetering worden gebracht in den finantieelen toestand
van den Bond. Dat deze ongunstig is en moet zijn, is slechts een gevolg
van de te geringe contributie, die de leden gezamenlijk opbrengen. Toen
ondergeteekende het secretariaat had aanvaard en zich op de hoogte had
gesteld van de eischen en verplichtingen der leden, in het bijzonder van die
der afdeelingsleden, wist hij niet, waarover hij zich meer moest verbazen.
over het feit, dat ons reglement aan hen, die nauwelijks één gulden (immers
er gaat nog tien cent af voor afdeelingskosten,) jaarlijks in de bondskas stoi-
ten, belooft: een maandelijks verschijnend en alle mogelijke schaaktijdingen
bevattend tijdschrift, een jaarlijkschen grooten wedstrijd met aanzienlijke
geldprijzen, kleinere locale wedstrijden, probleemwedstrijden, massa-kampen,
matches, buitenlandsche meesters enz. enz óf over het betreu
renswaardig verschijnsel, dat niet daaglijks zijn schrijftafel overstroomd werd
met brieven, waarin guldens-leden verklaarden, het niet langer met hun ge
weten te kunnen overeenbrengen, zóóveel voorrechten te genieten tegen een
zóó bespottelijk lage vergoeding
Toen ondergeteekende daarop in de meening, dat de bewuste leden zich
slechts onbetuigd lieten uit onwetendheid en in de overtuiging, dat zij een
ruimschoots voldoende bijdrage stortten, het December-nummer van den vo-
rigen jaargang met een »Jaarverslag« opende, waarin hij zoo duidelijk en zoo
dringend mogelijk het tegendeel trachtte uiteen te zetten .... toen
ontving hij het verzoek van één, zegge één enkel afdeelingslid, dezsn over te
schrijven als rechtstreeksch lid ! !
'tWare echter dwaasheid geweest, toen reeds den moed te faten zakken
en besloten werd, zoo mogelijk nog een jaar met de oude riemen voort te
roeien. Hieromtrent raadplege men het op bladzij 194 van dit nummer
voorkomende jaarverslag: waarin tevens met grooten nadruk gewezen wordt
op de thans dringender dan ooit zich openbarende noodzakelijkheid, veran
dering in den onhoudbaren toestand te brengen. Het is geheel overbodig,
het te dier plaatse geschrevene te herhalen. De leden zullen begrijpen, dat
ik deze dingen niet zeg uit aardigheid of teneinde bot te kunnen vieren aan
een lust tot weelderige en onnoodige bondsuitgaven. Slechts hooge ernst
en groote liefde tot den Bond bezielen mij, nu ik het mijn plicht reken, de
leden wakker te schudden en hen ten volle in te lichten over de verwoesting
die het geheele schaakleven in ons land bedreigt.
Wel zwaar is de verantwoordelijkheid van hem, die zonder voldoende be-
2IO
v. L.
Wedstrijd te Lcidrn.
Wedstrijd Ie Utrecht
28 October 1894.
In den tegelijk met dit concours gehouden tombola wedstrijd werden niet
minder dan 20 partijen gespeeld.
Corrcsi»«n«!en< ie.
AAN ALLE LEZERS. Dit nummer verschijnt veel te laat, daar de Ra
dactie het niet zoo spoedig kon gedrukt krijgen, als zij wel wenschte.—
Het eerste vel zit vol met ergerlijke drukfouten: het werd afgedrukt,
212
Wij maken nog opmerkzaam op den wedstrijd, die a.s. Zondag te Leiden
wordt gehouden. (Zie blz. 210)
2e Jaargang. No. 10, 11 & 12. October tot December 1894.
TIJDSCHRIFT
VAN DEN
NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND.
BESTUUR VAN DEN N. S.: Jhr. D. VAN FOREEST, Voorzitter; E. van DIEN, Onder
Voorzitter, ,T. C. ten TÜSSCHEDB, Keizersgracht 100, Amsterdam, Penningmeester; L. H.
DEELMAN, Commissaris vanMateriëel; N. W. VAN LESNEP, Secretaris.
REDACTIE: N. W. VAN LENNEP, Kerkstraat Amsterdam; H. J. DEN
HERTOG: J. D. TRESLING.
. Van dit blad, (lat. omstreeks den 15den van iedere maand gratis aan de Bondsleden wordt
toegezonden, zijn extra-nummers verkrijgbaar a 20 cents en een geheele jaargang a f 2.—, eveneens
slechts voor Bondsleden.
LEDENLIJST.
llmkrrk.
Bedankt: D. Iken, Rusland 23.
N. J. van Breemen. H. D. B. Meyer, Geldersche Kade 37.
Amsterdam. H. G. Reeders, Gerard Doustraat 152.
Nieuwe Rechtutreeksche Leden : Mevrouw J. ten Tusschedé-Borst.
J.C. Hermann.Govert Flinckstraat4o6, Keizersgracht 100.
\
214
Verhuisd : Heteren,
DONATEURS-LIJST.
A l s d o n a t e u r s v a n 1 8 9 4 a f hebben zich tot dusver opgegeven
voor het achter hun namen vermelde bedrag:
H. Vink, » » 2 '5°
A. B. Bauer, * " I-
B. Deutz Hartong, « » 2-
M. Geverding Jr. » v 5-
B. Helders, » » '-5 0
J. Helders Azn. » >> '-5 0
J. E. M. Hoes, » " 2 -5°
J'. Huinck, » » 2 5°
J. C. Johan, » » J , 5°
J. M. Schnitzler, » " I-
L. J. Terneden, » » '-5 0
E. H. E. van Woelderen, » <1
2 -5°
J. C. de Wolff. » » ,-—
J. F. Heemskerk, Sas van Gent ,, 2 5-
J. G. Haas, Utrecht >, 5—
Jhr. J. Heemskerck van Beest, » j> 5-
J. J. R. Moquette, » » 2 -5°
A. G. Olland, » >> 1 - 5°
A ls donateurs van 1 8 9 5 af hebben zich tot dusver opgegeven
voor het achter hun namen vernielde bedrag:
219
J. J. Veraart, » „ 1-5°
J. Andriessen, 's Gravenhage ,, I-50
W. P. Mulié Jr., Leiden ». '-50
L. N. de Jong, Oude-Wetering „ 2.50.
M. F. Onnen, Soerabaya „ 12 —
G. A. van Haeften, Rotterdam ,> 5-
Zoodat de ontvangsten van den Bond over het jaar 94 met 183 gulden
gebaat worden.
PGSACVI^II SPEL.
Consultatie-partij.
\ R. J. Loman 1 S. Susnoiz
b. Süsholz
i A. E. van Foreest. 'I D. van Foreest.
7- P g5 — f3 e5— e4 14.
14 b3 X c4 c7 — c6
8. D dl — e2 Pa5 X C4 Op 14 . . • La6 moet Wit
9. d3 X C4 L f8 — C5 niet spelen 15. Pc3, want dan kan
volgen: c6! 16 dcó: (La3 ?
10. C2 — C3
Da5) Dd4: 17 Lb2 ... Lc4 met
Gewoonlijk speelt men hier h3 mooi spel voor Zwart, maar Dc2Ü
om na 0—0, 11 Ph2 te kunnen
Speelt Zwart nu c6 dan volgt 16 Da4!
laten volgen. De tekstzet werd
15.
I S - L ci — a3 T f8 — e8
veelal door den Heer de Lelie
gespeeld. 16. d5 — d6 D d8 — a5f
0—0 17. D e2 — d2 D a5 — a6
t i . P f3 d4 LC5 X 4 d 18. D d2 — C3 L c8 - g4 !
Dit, gevolgd door b5, schijnt de 19. O—O
220
Giuoco Piano.
1. e2 e4— e7 — e5 7.P bi — d 2 L c 8 — e6
2. P gï — <3 P b8 — c6 8. D di e2 D d 8 — e7
3. L fi -— C4 P g8 — f6 9. o o h7 — h6
4. d 2 — d3 L f8 — C5 10. L e3 X b 6
5. I. ci e3 L c5 — b6 Deze zet is af te keuren; de
y • c2 _ d7 d6 open a-lijn is zeer sterk voor
221
1 b2 — b4 d7 — d5 11. L a4 — b3 a7 — a5
2. L ci — b2 D d8 — d6 12. P gi — e2 g y — g5
3. a2 — a3 e7 — e5 13. D dl — c2 L f8 — e.y
4 e2 — e3 L c8 — e6 14. o—0—0 X b4
5- E fi — b5f C7 — có 15. a3 X b4 bi — b6
6. L b5 — a4 f7 — f5 16. d3 d4 b6 X 05
7. d2 — d3 P g8 — f6 17. b4 X c5 e5 — e4
8. P bi — d2 P b8 — d7 18. f2 — f3 T h8 — b8
9. C2 — C4 K e8 — f7 19. f3 X 64 d5 X e4
lo. C4 —t c j D d6 — C7 20. P d2 — C4 P f6 — d5
6
222
21 L b2 — C3 T b8 x b3 31- D d3 X <5t P d7 - f6
22. D C2 X b3 P d5 X e3 Wit geett op.
2, L es — a5 T a8 X a5 Aanteekeningen in deze partij
K, v/ , T «ft v- r/t zouden slechts de bekoring heb-
24. D b3 X e3 L e6 X c4 ben verstoord van den lezer! die
25. P e2 — c3 L C4 d3 nj,et anders dan met klimmend
26. Kei — d2 D c7 — b8 genot de bijna klassieke wijze
27. K d2 — ei D b8 — b4 heeft gadegeslagen, waarop Wit
28 T dl • d3 e4 X d3 letterlijk wordt doodgebeukt, een
r, x, ,, T . welverdiende straf voor zoo'n on-
29. D c2 X d3 a5 - alt , t als b4,
30. Kei — e2 T ai X hl :
Giuoco Piano.
1. e2 - e4 e7 - e5 P c6 ~ d8
2. P gi — f3 P b8 — c6 13. P bi — c3 f7 — <5?
3. L fi — C4 L 18 — C5 14 P t3 — d2 L §4 X e2
4 d2 _ d3 d7 — d6 15. Ddi X «2 P d8 — f7
5. L cl — e3 L c5 — b6 16. f2 — f4 T a8 — e8
6 c2 _ 03 Lc8 -- e6 17- L e3 — b6 07 X b6
L _ b5 Toch wel wat kras voor een
Pd2 of Lb3 houd ik voor eerste-klasse speler! De pionnen-
stelling op den damevleugel van
ster , Zwart is nu plotseling zeer slecht
P gS — e7 geworden. Het is bekend genoeg,
Veel beter is de natuurlijke dat men! natuurlijk enkele buiten
den.
g 25. P d2 - e4 Pe7 X d5
223
T a i
11 Tal — ei- e i 25. D c 4 - c 8 t D dó - b8
Krachtiger nog is Tadi. 2Ó' L b5 ~ c6 mat-
Problemen.
(Redacteur: H. J. den Hertog, Marnixkade 43, Amsterdam.
155. H Mendes da Costa, 156. L. N. de Jong,
Amsterdam. Oude-Wetering.
'm ^
m. Él II Wk
43©. 1. Le3, Ke6 2. Lfsf enz. 1—, Ke5 2. Te7f enz. 1—, Pf7 2. Tg6;|
enz. 1—, anders 2. Ld4f enz.— 131- 1. 05, Ke5 of h5 2. Tgsff) enz. 1—:
h6 2. Lc3 : enz. 1—, Pe4 of Pa4 2. Tg7: enz. 1—, Pe2 2. Tf5 enz. 1—,
anders 2. Tgs enz.— 138. 1. Db3, e5 2. Db6f enz. 1—, e6 2. Db4f enz.
1—, anders 2. Le6 enz.— 133. I. Dg7, Tg7: 2. Pb8 enz. 1—, Pg7 • 2.
Pe5 enz. 1—, Pf6: 2. Df6: enz.— 13-4. 1. Db7 enz. N e v e n o p l o s s i n g ,
1. Pcb4 enz.— 135. 1. Dbi enz.— 33«. Incorrect! (In 3 zetten op te
lossen.)— 133. 1. Pes, Ke5 : 2. Tcsf enz. 1—, Pe3f 2. de3 :f enz. 1—,
Pe7 2. Ld6: enz. In andere gevallen mat in 2 zetten.— 13^. De vermoe
delijke auteursoplossing gaat niet op. Wij hebben in de Boheemsche schaak
rubriek, waaraan wij dit probleem ontleenden, te vergeefs naar eene verbetering
gezocht.— 13®. 1. Kg3, Ke4 2. DcS enz. 1—, Lc4 of-b3 2. Dd7f enz.
1—, Lbi 2. Dg8f enz. 1—, Pdi ad lib. 2. Pc3f enz. 1—, Ph7 ad lib. 2.
Pf6:f enz. 1—, f5 2. Dg8f enz. 1—, g5 2. Pd4 enz.— 14©. 1. Lb8 enz.
De auteur van dit mooie probleem is gebleken te zijn James Rayner, pro
bleem-redacteur van »British Chess Magazine.«— 1-41- 1. Lf8 enz.— 142.
1. Lc5 enz.
227
Probleem No. 137 is bij nader onderzoek incorrect gebleken. Tot ons
leedwezen is de ons toegezonden verbetering verloren gegaan. Zou de auteur
ons die nogmaals willen mededeelen ?
Goede oplossingen ontvingen wij van de HH. C. C. W. Mann (alle); W.
B. H. Meiners (alle); A. Okkinga (alle, behalve 139); H. Mendes da Costa
(alle); W. Beekhuis Jzn. (alle); C. T. van Ham (alle); W. Albregts (alle) ;
A. Korst (alle); W. Ulle en F. H. H. Schuite (alle, behalve 139).—
UIT DE PROKLKIHI-WUKELl).
tellende, die nooit naar problemen omkijken, stelt eene motie van
wantrouwen in de prudentie der Jury door het bedoelde
voorstel van Jury en Hoofdbestuur af te stemmen.
De waarheidsliefde van den Heer Schuite kan geheel buiten kwestie ge
laten worden; het is natuurlijk best mogelijk, dat zijne imitatie zonder opzet
geschiedde.
Maar, nu de Rotterdamsche vergadering zich zoo beslist verklaard heeft
tegen al wat men in 't buitenland in dergelijke zaken pleegt te doen, nu is
het heel goed te verwachten, dat bij een volgenden wedstrijd iemand, die
om zijn reputatie nu niet zoo heel veel geeft, het in zijn hoofd krijgt, spie
gelbeelden in te zenden van 10 mooie driezetten van verschillende auteurs,
ontleend b. v. aan schaakrubrieken, die slechts in beperkten kring worden
gevolgd. Als er dan een Jury is, die gerekend wordt, vrij wfel op de hoogte
te zijn van de probleemliteratuur, dan zal ze misschien van 9 van die 10
problemen aantoonen, dat ze als plagiaat te beschouwen zijn, maar het 10e . . .
krijgt misschien wel den ien prijs. We kunnen zoo in onze Bondsprobleem-
wedstrijden nog aardige dingetjes beleven !
Uit het schrijven der Vereeniging »Excelsior- maken wij op, dat men
aanstoot genomen heeft aan twee uitdrukkingen in het verslag van het debat
over de kwestie-Schuite. (Zie ons vorig nummer.)
» . . . e n d e H e e r Schuite krijgt zijn z u u r v e r d i e n d e n prijs.*
Wij meenen, dat onze verslaggever hier volkomen in zijn recht was. Er is
229
S c I» |j n o p 1 o s s i n g e 11.
(Ingezonden.)
Veel is reeds over dit onderwerp gesproken en altijd nog zijn er twee
Zwart goed heeft opgemerkt. Bij deze soort van problemen is het echter niet
zoo zeer een kwestie van moeielijkheid voor de constructie, als wel van fijne
motiveering van den eersten zet. Hetzelfde geldt ook van al die tempopro
blemen, semi-tempoproblemen en schijnbare tempoproblemen, waar deze
schijnoplossingen den nasleep vormen van den eersten zet en juist, omdat die
eerste zet gemotiveerd is, den componist niet in moeielijkheden brengen. Er
blijven ons dus alleen nog over al die stille schijnoplossingen te bespreken,
die geen gevolg zijn van den eersten zet en evenmin zijn opgenomen in het
denkbeeld, dat de componist wilde belichamen.
Behalve het bovengenoemde probleem van R. L'Hermet haalt L a w s in
zijn werkje: The two-move Chess- Problem, pag. 102 ook nog aan den vol
genden tweezetter van J. Jespersen: Wit; Khl, Dc7, Lh7, Pf8, Ph6, a3, a4,
d2. Zwart: Kd5, Pc5, d4, d3 als een voorbeeld van schijnoplossingen, die
den oplosser kunnen verwarren. Thans weten wij, dat dit de waarde er van
niet verhoogt, omdat het altijd subjectief blijft, maar wel een bewijs is voor
den beoordeelaar, dat aan de constructie groote zorg is besteed en dat er
geen moeielijkheden zijn uit den weg geruimd door de keuze van een on
voldoenden eersten zet.
Ten slotte mag zeker nog wel worden opgemerkt, dat hoe meer en hoe
meerderlei schijnoplossingen een probleem heeit, hoe hooger het stijgt in
waarde, ofschoon één enkele fijne schijnoplossing reeds een probleem aan
merkelijk doet rijzen. Niet vergeten mag echter worden, dat schijnoplossingen
niet d e maatstaf van beoordeeling mag wezen, maar een van de vele maat
staven, die gewicht in de schaal leggen.
L. N. de Jong.
BINNENLAND.
klasse van de grootste club van ons land wel is, blijkt ten overvloede nog
overtuigend uit het feit, dat de drie prijzen niet minder bedragen dan
resp. f 6.22, f 4,67 en f 3.11 ! ! ,
Den volledigen uitslag der drie klassen vermeld ik later.
Schotsche Partij.
10) Zwart had met het oog op zijn sterken e-pion de partij nog wel eeni-
gen tijd kunnen voortzetten.
Engelsche Partij.
1) Wit heeft reeds veel tijd verloren met zijn b-paard en is daarom achter
gebleven in de ontwikkeling; doch deze zet is een bepaalde fout, die Zwart
een zeer sterken aanval verschaft.
2) Beter: f5.
3) Beter: I13 bijv D h4 18- L f5 ! enz.
4) Tegen de dreiging T d3:, gevolgd door T e2 is geen kruid gewassen.
Op 22. Taei volgt Tei : 23 Lei : L f5! en wint.
5) Zwart heeft zeer sterk gespeeld.
niet kwalijk te nemen) ; men kan iemands kracht niet naar ééne partij tax-
eeren, al blijft het jammer, dat de deelnemers, die een te sterken concurrent
in hun klasse hebben, de dupe ervan zijn.
In de eerste klasse spelen ditmaal mee : D. van Foreest, J. F. Heemskerk,
Dr. A. van Rhijn, E. H. E. van Woelderen en C. T. van Ham.
Een groote verbetering in de bepalingen van dezen wedstrijd, vergeleken
bij die van den vorigen, is zeker, dat thans de winner van elke groep zeker
is van een prijs.
Den uitgevers zij veel succes en den deelnemers veel geduld toegewenscht!
Tot groot verlies van alle Amsterdamsche schakers is J. Vijzelaar aan het
eind van November naar Indië teruggekeerd, om daar, naar ik hoop, spoedig
als Resident zijn arbeid te hervatten. De twee jaren, die hij in ons midden
doorbracht, zijn voor de Nederlandsche schaakwereld vette jaren geweest.
Het leeuwenaandeel van zijn kracht, zijn invloed, zijn geld is ten nutte ge
komen van onze koninklijke liefhebberij. Van den aanvang af voelde Vijze
laar zich thuis in onze schaakkringen; geen wedstrijd bijna of match, waar
bij hij niet compareerde. Yooral te Amsterdam behoorde hij tot de vaste
klanten, en des te inniger met de andere Amsterdamsche schaakspelers
vormende één ijverige schaakgemeente, omdat hij niet alleen was een vurig
enthousiast, maar tevens een zeer sterk speler.
Op den avond vóór zijn vertrek werd hem door een tiental zijner schaak
vrienden een souper aangeboden en een herinneringsmedalje. Alle gevoelens,
welke bij deze gelegenheid in korte en lange toasten uitdrukking vonden,
behoeven hier niet te worden vermeld. Slechts dezen éénen oprechten wensch
wil ik hier herhalen, die den vertrekkenden jovialen schaakbroeder door allen
om 't zeerst werd opgedragen : Tot weerziens, Vijzelaar !
ROTTERDAM. Het is een goed teeken voor het schaakleven in ons land,
dat er tegenwoordig ook op het gebied van ons zoo vreedzaam oorlogsspel
»kwesties« zich kunnen voordoen, die de gemoederen maanden lang in be
roering houden. Rust roest, zegt het spreekwoord, en een weinig concurren
tie of verdeeldheid, die ten slotte niet anders is dan reclame maken voor de
goede zaak, schijnt mij niet uit den booze te zijn. Al die deftige eensgezind
heid en onprikkelbare gedweeheid geven te dikwijls onmacht en geesteloos
te kennen en spruiten slechts voort uit een verderfelijk, gemakzuchtig met
hand en tand vasthouden aan den ouden sleur. Ik herhaal, het is een goed
teeken, zoo thans het aantal schakers en de schaakambitie groot genoeg zijn,
om een onderlinge onschuldige animoniteit te verwekken en te billijken.
Gelukkig Rotterdam! gelukkige Rotterdamsche afdeeling! binnen uwe pa-
238
meting dezer nadeelen door een Rotterdamsch schaker in ons vorig tlummer
(bladz. 187), de mededeeling gevoegd werd, dat een plan tot oprichting
eener vrije schaakclub rijpte.
Laat ik nu hieraan onmiddellijk toevoegen, dat dit plan inderdaad is uit
gevoerd en dat is o p g e r i c h t d e n i e u w e R o t t e r d a m s c h e
S c h a a k v e r e e n i g i n g , thans tellende 18 leden e n w e k e l i j k s d e s
Dinsdagavonds vergaderende te 8 uur in een lokaal van
café Rondeel, Hoogstraat. Het bestuur wordt gevormd door de
heeren B. van Dantzig, President, A. Kramer, Vice-President, en G. A. van
Heeften, Secretaris-Penningmeester.
Intusschen ontving ik het volgende stukje van den Heer Geverding Jr.
dat ik billijkheidshalve den lezers niet mag onthouden:
»In het laatste nummer van het tijdschrift komt een artikel voor van een
afdeelingslid over het schaakleven alhier, waarin beweerd wordt, dat bijna
nergens zooveel geschaakt wordt als te Rotterdam. Ik geloof, dat deze be
wering sterk overdreven is, want buiten het Leescabinet en de nieuwe club>
door de heeren Lantsinck en van Haeften opgericht, en dan misschien twee
kleine clubjes, bemerkt men van schaakspelen nooit iets; het schaakmateriaal in
de meeste café's is eenvoudig ellendig en dit zou het niet zijn, indien
er veel vraag naar was; sommige café's bezitten niet eens een schaakspel.
Als wij dan verder in aanmerking nemen dat Rotterdam een stad is van p.
m. 230.000 inwoners en dat de pas opgerichte club het niet verder kon bren
gen dan tot geloof ik, 18 leden, waaronder minstens 6 van het Leescabinet
afkomstig zijn, en dat hier misschien slechts een IOO a 150 schaakspelers
gevonden kunnen worden, dan mogen wij, dunkt mij, gerust aannemen, dat
in de provincie-steden veel drukker wordt geschaakt.
N.B. De twee kleine clubjes alhier hebben nooit eenig teeken van leven
gegeven; één ervan hief zelfs geen contributie; deze of de andere vergader
de in een kroegje onder de spoorwegviaduct 1 Zóó kunnen er nog wel
meer zijn !«
Ook de heer Smalt, Voorzitter der Afdeeling «Rotterdam*, zond een pro
test in tegen «onnauwkeurigheden» in het bewuste artikel en tegen zekere
zinsnede daarin voorkomende. Wat het laatste betreft, geef ik liever het
woord aan den geïnteresseerde zelf, den heer J. F. Malta, die in de Wereld
kroniek van 1 Dec. schrijft:
«Zondag 18 November ontvingen de Leden van den Nederl. Schaakbond
tegelijk twee afleveringen, Aug. en Sept. van het Tijdschrift, welker toezen
ding hun, na zulk een lang wachten, bijzonder aangenaam zal zijn.
Onder andere merkwaardige zaken bevat deze dubbele aflevering ook een
brief van een der Rotterdamsche Bondsleden. (Zie blz. 187.) Het ligt niet
239
Schotsche Partij.
1. e4 e5 6. D e3 L b4f 11. L b3 h6
2. P f3 P c6 7. C3 L a5 12. L e3 P e7
3. d4 P d4: 8. L C4 d6 13. Lb6: ab6:
4. P d4: ed4: 9. 0—0 L b6 14. Le6: fe6:
5. D d4: D t6 10. D g3 L e6 15. P d2 P g6
Schotsche Partij.
Caro—Kann Opening.
1. e4 c6 8. P g 6 : hg6: 15. L 04 P f8
2. P 03 d5 9. L e 3 D 07 16. L f4 D d7
3. d4 de4: 10. D f3 P d7 17. L e5 0—0—o
4. P e 4 : L f5 11. P e 4 L b4f 1) 18. 0 - - 0 — o D e j
5- P g 3 I-g6 12. 03 Las 19. g3 Pbd7??
6 . P f3 e6 13. h4 P gf6 20. D c 6 : f !
7. P e5 : L d6 14. P g5 L b6 21. mat.
1) O p L h 2 : volgt 12. L f 4 !
1) Door 23. Df7 :f Kf7: 24. P esf had wit nog kans op remise behouden.
1. N. W. v.
v. Lennep A'dam I) T
No. Naam.
1. Fles |
2. v. d. Wolk »' Fles wint I
3. Bakker . Bakker 1 Fles wint j
4. Vreede I wint. I I Mulié
5. Samson ^ Mulié j l vv'nt-
No. Naam.
1. Malta ) Malta }
2. Kruyt ) wint. /
3. Willemse ) Ridderhof j MaIta wint-
4. Ridderhof ) wint.
Den i s t e n prijs won dus N. W. van Lennep, den 2den B. Vies, den 3den
Dr. A. van Rhijn, den 4den A. B. Stijger, den 5den J. F. Malta, den 6dcn
W. Ridderhof, den 7den W. P. Mulié Jr. en den 8sten J. Fles Jr.
De volgende partij van dezen wedstrijd moge hier een plaats vinden.
Spaansche partij.
1) Op 19. Pg4: volgt DIh 20. f3 Pf4, gevolgd door Lc4 ! en wint, daar
21. Lf4: wegens ef4:, dreigende LcSf, niet mag geschieden.
2) Op 22. ed6: volgt Th2 : 23. Kh2 : ? f3 en wint.
3) Want op 36. Pf2: volgt Te8, en het mat is niet te dekken.
247
W i t : Helder. Z w a r t : Arnhem.
a3-Opening.
RIIIHKLAMU.
4- No. 123.
Hollandsche partij.
Hier overschreed Steinitz den tijd (18 zetten per uur.) H:tmoet niet prettig
voor hem geweest zijn, op deze wijze eene gemakkelijk te winnen partijte verliezen.
Spssnsche Partij.
Giuoco Piano.
W i t : Pillsbury. Z w a r t : Albin.
Geweigerd Dame-gambiet.
Te New-York spelen Albin en Showalter een match. Winner zal hij zijn,
die 't eerst 10 partijen gewonnen heeft. De stand is op 't oogenblik: Sho
walter 8, Albin 6, bij 6 remise. Na afloop van den kamp zullen wij een
paar der meest belangwekkende partijen publiceeren.
PARIJS. De correspondentie—partijen met St. Petersburg zijn als volgt
voortgezet. (Zie Blz. 192 van 't vorig nummer.)
Parijs— St. Petersburg: 16—, Pe4 17. Lei, Pd6 18. Tci, Tc8, 19. Lg3,
Le7 20. Da3, Pb8 21. PeS, f6 22. Pg4, Pe4 23. Da7:, Pg3 :f 24. hg3 :, Db5
25. e4, Pa6 26. Pe3, Tc7 27. Da8f, Ld8 28. a4, Dd3 29. Pc2, en St.
Petersburg abandonneert.
St. Petersburg— Parijs: 18—, Pf6 19. f3, Tc8 20. Pd2, La5 21. Lb2, b5
22. Ke2, Kc6 23. a4, ba4: 24. Ta4:, Lb6 25. Tc4j, Kb7 26. e5, Pd5 27.
g3> Le3 28. Pfi, Lg5 29. Tg4, Lh6 30. h4, Tb8 31. Kd3, Tf8 32. f4, Td8
33. KC2, PE7 34. HS, Pfs 35. Lei, c5 36. Pe3, Pe3 : 37. Le3 :, c 4.
Het is reeds eenige jaren geleden en onze schaakclub was nog in vollen
bloei, toen de voorzitter tot mij kwam en mij berichtte, dat er 's avonds
op de club zou worden geïntroduceerd een meneer D, die wel eens schaak
gespeeld had. Mij werd opgedragen, die komst te berichten aan meneer B,
den erkenden matador der club, die zeer ongaarne eene partij verloor. Dezen
deelde ik volgens afspraak met den voorzitter meê, dat er 's avonds op de
schaakclub zou komen een schaakspeler van buitengewone kracht, meneer D.
van wien B. zeker wel eens zou hebben gehoord. Heer B. rilt.
De avond komt, de leden zijn op de club aanwezig, ook meneer B.
De vleugeldeuren worden opengeworpen en, van weerszijden be
geleid door president en secretaris, verschijnt de heer D. De voorzitter
251
J. D. T.
R E G I S T E R
op clen Eersten en Tweeden Jaargang.
Amsterdam, »V. A. S.", I 20, SB, II i. 56, «9, 232. New-York, II 10, li, 247.
Amsterdam, »A. S.", I 35, II 5, 233. Rotterdam, (Afd.), II 8, 68, 72, 158, 241.
» «Amsterdammer", II 183 "N. S. B.", II 203.
Arnhem, »N. S. B.", I 122. Scheveningen, »N. S. B.", 1892, I 6.
»A. S.'\ II 58. Terre Haute, II 39.
Beetsterzwaag, »B S", II 70 Utrecht, »U. S.", I 107, II 8, 109, 158, 245.
Breda (Afd.), II 5. »N. S. B ", II 211, 242.
. »N. S. B.", 1 130, 141. Zwolle, S. B", I 104.
Groningen, »N. S. B', I 124—125, II 157.
1 WEDSTRIJDREGLEMENTEN.
••Staunton", I 144, II 6, 60, 61.
'sHage. »N. S B", II 155. Alkmaar, II 33.
» »D D.", II 184. Amsterdam, I I l o t , 141.
Helder, -H. S.", II 6, 60. Arnhem, I 101.
Hilversum »H. S.", II 6. Breda, I 121.
»N. S. B", I 87. Groningen, I 118, II 104.
Leiden, «Heemskerk", I 35, II 188. 'sHage. II 104.
» «Handelspost" II 48, 58. Hilversum, I 69.
«N. S B ", II 245. Leiden, II 210.
Leipzig, »D. S. B ", II 162, 207. Rotterdam, II 144.
Londen, Simpson's Divan, II 101. Zwolle, I 85.