Drugspreventie/ druggebruik herkennen???

Wat is belangrijk voor ons als hulpverlener:

- a) Wat zijn drugs/definitie.

Om druggebruik beter te begrijpen, is het belangrijk om te

weten dat 99,9% van de drugs die gebruikt worden hun
werking te danken hebben aan de stoffen die reeds
aanwezig zijn in onze hersenen, met de voornaamste groep
de Catecholamines, meest gekend zijn: Dopamine,
Noradrenaline, Serotonine, endorfine, GABA, THC,
acetylcholine, enz….

Dus neem nu dat je een lijntje cocaïne snuift, dan

verandert die cocaïne de werking van bepaalde
catecholamines in dit geval komt er meer Dopamine vrij in
de hersenen en wordt, de heropname ervan afgeremd =
grote concentratie van Dopamine in de hersenen. Idem met
het vrijkomen van Noradrenaline.

- b)De verschillende soorten en hun werking +

gevaren/bijwerkingen. De uitwerking…… AFKICKEN
( dat is pas kicken )

- C)Het verslavingspatroon……??

- Stepping-stone theorie!?!!...... (eerder afhankelijk van de

directe en indirecte omgeving van de gebruiker. Vb
Kortrijk=Cocaïne, Menen=heroïne speed,
Geeraardsbergen=liquid city,…. Natuurlijk ook eigen
voorkeuren, beetje chillen of vollen bak gaan…..
Het zit ook in onze natuur om steeds maar meer en meer
en altijd maar beter en beter te willen “hebben, zijn of
doen”. De aangeleerde “sociale prestatie- verwachtingen”
de druk vanuit onze maatschappij. Voldoe je niet aan deze
verwachtingen, hoepel dan maar op. Je kan dus maar
beter aan de eisen voldoen, zo ontstond de aan amfetamine
verslaafde werknemer, die dan s avonds een paar pintjes
drinkt of een jointje rookt om te kunnen ontspannen. Zo
zijn er miljoenen voorbeelden van mensen die niet in staat
zijn om “nuchter” door het leven te gaan.
Maar het feit dat als je eenmaal een joint rookt je eindigt
met een spuit heroïne in je armen, dat noem ik nu dus eens
dikke zever. De man die na een zwaar ongeval plots geen
morfine meer krijgt voorgeschreven van zijn dokter en
hier geen of niet de juiste ondersteuning bij krijgt is een
vogel voor de kat, enz…..

- Van oud naar nieuw.

- De ®evolutie ( achterpoortje in de wetgeving )

Verander 1 deeltje (atoom) aan een verboden
molecule en het is in principe een andere stof, deze
staat nog niet op de verboden lijst en is dus ook niet
strafbaar. Beste voorbeeld is MDMA, het kleine
broertje van MDA.
Verontrustender zijn de cantiones, dewelke
evenwijdig lopen van werking met hun amfetamine
achtige grote broer, maar wel anders gaan inwerken
op onze hersenen.

- De nieuwe lichting=de oude informatie

De vele “Nieuwe designer-drugs” die op de markt komen

zijn het gevolg van veel onderzoek van farmacologen die
zichzelf graag bestempelen als Psychonauten, ( de
verkenners van de menselijke psyche ). Pionier op dit vlak
is Alexander Shulgin die 182 verschillende
phenethylamines synthetiseerde en er een boek over
uitbracht met zijn ondervindingen over de werking van de
stoffen alsook de chemische synthese (“het chemisch
recept”) van iedere stof in zijn boek en van de
verschillende precursoren nodig om deze stof zelf te
maken. Hij bracht ook een soortgelijk boek uit over
Tryptamines. Andere designer-drugs zijn meestal
gebaseerd op oud gepatenteerd werk van pharma-reuzen
zoals BAYER, Pfizer, enz… Als je bvb in de Merx-index
zoekt naar een synthese voor Mephedrone (oxidatie van
secundaire alcoholen )te maken, dan zal je zien dat de eerst
synthese dateert van 1932.
- De syntheses (afkomst) + nieuwe designer drugs / De
kracht van het atoom H

Hoe druggebruik herkennen?:

- Herkennen onder andere door, “specifieke” attributen
die gebruikt worden bij een “specifieke” drugssoort.

a) Heroïne, de specifieke geur ( verbrande uitwerpselen ), attributen

zoals zwartgeblakerd zilverpapier, veel lege aanstekers, roetsporen op
tafel, zetel, op de kleren, zwarte vingers ( bij roken/chinezen ).

Ascorbine zuur, flesje citroensap, het oranje en witte dopje van de

spuit, zwartgeblakerde lepels, roet- en bloedsporen op de tafel,
kleren, enz… rondzwervende broeksriem, nylonkous, ‘rubberen
band’ of tourniquet (eerder uitzonderlijk). Watjes of kapotgesneden
sigarettenfilters.

b) Cocaïne, Snuiven spiegel, bord, plateau met poeder sporen, al dan

niet zwaar gehavende betaalkaarten met of zonder poeder resten.
Stukjes van balpen, opgerolde briefjes, stukken papier uitgescheurd
en opgerold. Soms “scheermesjes” of dergelijke ‘kap-tools’.

Chinezen, attributen zoals zwartgeblakerd zilverpapier, veel lege

aanstekers, roetsporen op tafel, zetel, op de kleren, zwarte vingers.

Free-basen, omgebouwde PET-flesjes om op te basen, veelal de

typische lange asresten van een sigaret, verbrande staalwol, kleine
pijpjes. De typische ammoniakgeur, kan ook terug in base worden
gemaakt door op te warmen met Na-bicarbonaat ( maagzout ) of
natriumcarbonaat (soda ), het nadeel van deze methode is dat ze niet
zo goed samen gaat met bepaalde stoffen die gebruikt worden om de
 cocaïne mee te versnijden, geeft een slechte smaak, niet de typische
cocaïne smaak.

- - b)De verschillende soorten en hun werking +

gevaren/bijwerkingen. De uitwerking……
AFKICKEN ( dat is pas kicken )

- Herkennen aan de hand van bepaalde al dan niet

drastische gedragsveranderingen bij een cliënt.

- Cliënten de vraag stellen?? (Hoe

kan je dit het best benaderen?)
- Wat te doen bij een overdosis