Gids Van Nemen in Hand

De Nayer :Paul Felique ISIM :Jacques Boucqueneau Siemens : Guido Van Welden
1
Inleidende bemerking en opbouw van de cursus
In deze cursus worden de verschillende mogelijkheden voor het simuleren

van processen via ProcesSim toegelicht.
De cursus is opgebouwd zodanig dat na een algemeen overzicht over de
mogelijkheden en de installatie,de verschillende tools worden toegelicht
In de volgende hoofdstukken wordt uitgelegd hoe de verschillende onderdelen
voor de opbouw van een proces kunnen gebruikt worden en ingesteld .
Dit wordt dan steeds verder uitgewerkt aan de hand van eenvoudige voorbeelden
met de bijhorende PLC sturing.
Bij een aantal hoofdstukken worden ook procesbeelden getoond die als voorbeeld
kunnen gebruikt worden voor verdere programmering.
2
3
4
5
Hoofdstuk 10 Addendum
Programmeermogelijkheden binnen ProcesSim
Algemeen 141
Keuze van de taal 143
Programmeren in Ladder 144
Programmeren in FBD 146
Programmeren in Graphcet 150
6
Hoofdstuk 1 Inleiding Algemene begrippen en mogelijkheden
ProcesSim
Hoe werkt het ?
Wat kan het ?
7
S7/200 S7/300- Programmatie
WIN AC 400 Snelle testen
Besturen ?
Testen en valideren
Oplossing
ProcesSim
Visualiseren ?
WIN CC
-De software ProcesSim is ontwikkeld door de Hogeschool in Mons

En biedt de mogelijkheid om processen te simuleren.
De verdeling van deze software in Vlaanderen gebeurt door Hogeschool
W&K [De Nayer Instituut ]
-Deze processen worden aangestuurd door een PLC van het type Simatic
S7-200,S7-300 of S7-400 of via de simulator PLCSim dewelke deel uitmaakt
van het pakket onder Simatic Manager.
-Er bestaat eveneens een versie voor de koppeling met PLC van
Télémécanique van de Groupe Schneider.
-Men kan deze software ook gebruiken als visualisatiepakket.
-Men kan echter ook de koppeling maken met een industrieel

visualisatiepakket type WinCC of andere en dit via de verbindingvia het MPI
netwerk.
8
ProcesSim ?
Opertioneel Samenstellen
van het
virtueel virtueel proces
Analyse van de
bevelen gedeelte
Bediend door :
Intelligentie
Het proces
Supervisie
P.C
.
De intelligentie voor de besturing van het proces kan via een PLC ofwel via
een inwendige programmeertool. Deze is evenwel niet volgens de Norm
IEC61131 en komt niet aan bod in deze cursus.
Deze cursus behandeld hoofdzakelijk de besturing via de PLC’s van het type
Simatic.
ProcesSim kan gebruikt worden voor de simulatie van processen die de

werkelijkheid kunnen benaderen. Men kan op deze wijze de besturing van
werkelijke processen vooraf testen, zoadat de indienstname van het
werkelijk proces beter kan voorbereid worden.
9
Virtueel proces met Dynamisch
Standaard elementen van een proces visualiseren
Virtueel
laboratorium
Commando funkties
Operationeel gedeelte
Via een PC wordt het proces opgebouwd en getest met mogelijkheden voor
bediening, en controle . De PC dient als interface tussen het virtuele proces
en de PLC software voor het opvolgen van de sturing via de on-line
testfunkties ( Status variabelen ….)
10
Proces en bediening in een gesloten kring
Proces
Dynamische visualisering
Automatisering
De procesbesturingen via een gesloten kring bieden de mogelijkheid een

volledige interactie te bekomen tussen proces, PLC-sturing en geven
hierdoor de mogelijkheid de proceskennis en de besturing ervan grondig te
bestuderen met een goed inzicht naar de realiteit.
De verschillende logiscsche schakelingen kunnen hierdoor beter begrepen
worden door de leerlingen en studenten.
Ook de industrie kan hierdoor bepaalde kritische processen op vooraf
onderzoeken, teneinde oplossingen te zoeken voor bepaalde sturingen
11
Integratie in de industriele omgeving
Herstellen en aanpassen.
aanpassen.
Supervisie
Produktie
Opleiden van operatoren
ie ur
ur
en onderhoudspersoneel
ennie
ngge
t i in
toot Programma testen
or t
at tor
er ra
Opbouw en samenstelling van

oppe
het gewenste proces

n o
VVaan
Ontwerp
Principes van logische sturingen bestuderen
Ontdekken en gebruiken van verschillende technieken hetzij

elektrische,
elektrische, pneumatisch,
pneumatisch, hydraulisch…
hydraulisch…
Analyse
Motiveren van studenten door het gebruik van virtuele processen
met goede overeenkomst met de werkelijkheid
-Vertrekkende van een concrete situatie kan men komen tot een geschikte
oplossing voor een besturing.
Dit biedt enige voordelen ten opzichte van de eerder abstracte benadering
van een besturingsopdracht.
-Door de simulatie kan men de eerder abstracte theorie van

elektromechanische systemen concreet visualiseren en begrijpen.
-Vanaf de conceptfase tot de fase van implementatie kan men het proces
opvolgen.
Later kan het gesimuleerde proces ook gebruikt worden voor opleiding van
onderhoudspersoneel en kan men bepaalde optimalisaties doorvoeren
zonder het werkelijke proces te moeten verstoren.
12
Verbinding met S7 automaten
Siemens
ProcesView
MPI & OPC
ActiveX
Opmerking : Voor S7_200 en S7-300 dient men MPI verbinding te

Gebruiken ( Via PC met CP5611_kaart of PC-USB adapter voor PC of Laptop
De koppeling van de software naar de PLC verloopt volgens standaard

communicatieprotocol biedt de mogelijkheid verschillende PLC’s van een
bepaalde fabrikant te koppelen ( S7-200/300 en 400)
13
Volledige integratie naar TIA ( Totally integrated automation)
S7 200 – S7 300 – S7 400 – Win Ac - PlcSim
MPI
Bedienen , besturen en visualiseren
ProcesSim kan volledig geintegreerd worden in het MPI netwerk en past

volleditg in de filosofie van
Totally Integrated Automation. Hierdoor kunnen
verschillende PLC’s gekoppeld worden via de RS485 interface van het MPI
netwerk.
14
Adresseren van in-
in- en uitgangen
PLC kaarten toevoegen door « Drag and drop »
De koppeling van de verschillende sensoren, actoren gevisualiseerd binnen

ProcesSim en de PLC gebeurt door een drag en drop actie naar de
adressen van in- en uitgangen van de PLC
15
Verschillende werkingswijzen
De PC als PLC ( geen verbinding met S7
De PC bedient het werkelijke proces

(S7 wordt gebruikt als interface)
De S7 bedient het virtuele proces. De

in- en uitgangen op het scherm
worden gebruikt als in_ en uitgangen
De S7 bedient het proces en

ProcesSim is gebruikt voor
visualisatie
Men gebruikt verschillende werkingsmodi

-Besturing door de interne PLC software
-Besturing via een werkelijke PLC
-Visualisatie van een werkelijk proces en een werkelijke PLC
-Deze modi kunnen eenvoudig ingesteld worden door de beschikbare
keuzemenu.
16
2. Installatie van de software
17
Eigenschappen
van de verschillende
versies
Er zijn vier versies beschikbaar (A,B C en Professioneel)

Deze versie verschillen op basis van het aantal te gebruiken in- en uitgangen
digitaal en of analoog
De versie A is eerder beperkt en kan gebruikt worden voor een eerste
kennismaking. Er is ook een gratis versie beschikbaar ( ProcesSim View). Deze
versie kan alleen de bijgeleverde processen gebruiken.
Voor een kennismaking kan men een versie installeren die men een beperkte tijd
als test kan gebruiken. Voor verdere details kan men beter contact opnemen met
de leverancier
( Hogeschool W&K De Nayer Instituut) voor Vlaanderen via Paul Felique (
paul.felique@skynet.be)
18
Inhoud van de installatie CD
Detail van installatie files
Installatie software
De installatie CD bevat de installatiesoftware en een aantal files met beschrijvingen.

De files voor koppeling met de PLC’ van Siemens en enkele voorbeelden.
Deze files zijn voorlopig in het Frans en komen op termijn beschikbaar in het
Nederlands, Engels .. In de software zelf zijn de nodige documentaties in het
Nederlands beschikbaar.
Door het aanklikken van de file Setup.exe wordt de software geinstalleerd op de
harde schijf naar keuze.
19
Na installatie bekomt men volgende files
Algemene hulpfiles
Toepassingen
Tekeningen
Objecten
Files met vertalingen
Executable voor het programma
De verschillende files die na installatie op de harde schijf geinstalleerd zijn.

Het starten van het programma via de file ProcesSim.exe
Op het scherm van de PC is hiervoor een icoon aangemaakt na de installatie van
de software.
Na het installeren van de software wordt een licentiecode gevraagd. Deze zal zich
bevinden in de files
Author.lic en Interface.bmp
Men kan deze files ( na installatie van de software) best copieren naar een veilige
plaats ( USB-stick of diskette)
Indien de software na een crash van de PC opnieuw moet geinstalleerd worden kan
men op die manier de licenties opnieuw plaatsen door het overschrijven van deze
files vanuit de Stick of de diskette. Overdragen op een andere PC is echter niet
mogelijk.
20
Na installatie en opstarten bekomt men een registratiescherm.
Keuze van de te gebruiken taal;
De taalkeuze kan later ook nog gewijzigd worden
Bij aanvang van de installatie moet de taal gekozen worden. Men kan dit later nog
aanpassen.
21
Opvragen van het
Scherm met registratie
Gegevens
In te vullen code
Na installatie en bij het opstarten van de software verschijnt een scherm voor de
sleutelcode.
Deze moet aangevraagd worden door de gepaste toets te drukken en en
informatiebladen in te vullen.
22
Persoonsgegevens Gegevens instelling
Gegevens over de opleiding
Indien alle gegevens

Correct ingevuld zijn, wordt er
een file aangemaakt
ProcesSimRegistration.txt
De verschillende informatiebladen moeten ingevuld worden en daarna wordt indien

een printer is aangesloten een gegevensblad gedrukt met een PC code.
Deze code moet doorgegeven worden naar de leverancier.
De vrijgavecode wordt dan bezorgd indien de faktuur betaald is.
23
Attachment met de code
Door te geven
code
Versie van software
Daarna bekomt men de code die men moet invullen in het opstart scherm
Het programma moet nu afgesloten worden en opnieuw opgestart.
Indien geen printer is aangesloten kan men het gegevensblad terugvinden onder de
schijf waar de software is geinstalleerd en via een teksteditor zichtbaar gemaakt
worden ( de file is ProcesSimRegistration.txt)
Dit gegevensblad doorsturen. Men kan dit ook mailen naar

paul.felique@skynet.be ( Na verificatie van de betaling wordt de vrijgave code
opgestuurd. U bekomt dan een mail met attachment zoals in de slide is
aangegeven.
24
3. Werkbalken
Tools voor het samenstellen van processen
25
Opstart scherm : Klik hierin met de linkermuis toets
Volgende scherm met info
Scherm met uitleg.

Klik op OK
Klik op keuze.
Na het opstarten van de software via ProcesSim.exe verschijnen achtereenvolgens

een aantal schermen
Deze schermen bevatten algemene informatie over de software en gegevens over
de beide Hogescholen
( ISIM Mons voor de bestelling en facturatie)
( De Nayer Instituut voor de ondersteuning in Vlaanderen)
Men kan naar het volgende scherm door OK te klikken en het 3-de scherm geeft
een keuze voor de programmeer-
methode. Dit is voor het programmeren via een werkelijke PLC niet belangrijk en
men klikt gewoon op
“Bevestig uw keuze”
26
Openingsscherm voor de aanmaak van een project.
Dit is het opstartscherm voor het aanmaken van een project.

Alleen de menutoets “ Bestand” is actief.
De andere menutoetsen blijven in het grijs en worden pas geactiveerd na het
aanmaken nieuw of openen van een bestaand project.
Na installatie van de software zijn er enkel projecten meegeleverd.
27
Klik op bestand : Een keuzemenu wordt zichtbaar.
Na het aanklikken van de menutoets “ Bestand” verschijnt er een pop-up scherm

met een aantal keuzes.
Klik voorlopig op “ Aanmaak van een project”
Men ziet ook

Openen van een project.
Openen van een model ( zie later)
Opslaan van een project of opslaan als ( nieuwe naam geven aan een project) ....
Opslaan van een model
De andere mogelijkheden zijn zoals ze voorkomen bij
klassieke Windowsprogramma’s
28
Oproep van de schermen met procesonderdelen
Via het menu
Of via de werkbalk
Via de toets Virtueel Proces bekomt men een scherm met een verwijzing naar de
verschillende mogelijke procesonderdelen. Door een keuze hiervan bekomt men de
schermen met keuze van sensoren of actoren of andere procesonderdelen.
Men kan ook gebruik maken van de icoontjes voor oproep van de
procesonderdelen. Door de cursor op deze icoontjes even vast te houden bekomt
men de tekts met de inhoud van de betreffende schermonderdeel.
29
Toolbox met werktuigen
Ingangen
Drukknopschakelaars (NO/NG)
Fotocellen ( Links, Rechts, Boven,Onder)
Hulpcontacten
Pulsgevers
...;;
Uitgangen
Signalisatielampen
Eindeloopschakelaars
Diversen
Genereren van objecten
Vervangen van objecten
....
Het eerste icoon open een scherm met de diverse

sensoren en actoren in een proces dit zowel digitaal als analoog.
Door tegelijkertijd de SHIFT toets en de linker muistoets te drukken kan men de
elementen uit de toolbox met werktuigen plaatsen in het werkvlak.
Deze kunnen achteraf nog verplaatst worden door dezelfde actie ( SHIFT en
Linkermuistoets)
30
Digitale in- en uitgangen voor bediening en detectie
Digitale ingangen
Drukknop- Draai- Wissel en Sleutelschakelaars

( te kiezen als Normaal Open of Gesloten.
Fotocellen ( links,rechts, boven of onder.
Hulpcontacten, Pulsgever, Spanningsdetectie
Interne Merker, Snelheidsbegrenzing en
Details van in- en uitgangen.

Let op de drukknopschakelaars ( Keuze Normaal Open of Normaal gesloten) Men
kan dit later nog wijzigen door de
CTRL en Rechtse Muistoets. ( Zie later)
Andere tools zijn nog fotocellen ( onder, links, rechts, boven)
Hulpcontacten, Pulsgevers ........
31
Uitgangen
Signalisatielampen
Bediening van cilinders
Interne merker
Toeter
Aanvoermagazijn
Voor de uitgangen zijn er de verschillende gekleurde signalisatielampen,

bedienelementen voor cilinders...
Door de cursus op het betreffende element bekomt men uitleg over de funktie.
Andere Onderdelen geeft een aantal elementen voor het plaatsen, vervangen of
verwijderen van objecten. Hier vindt men ook een aanvoermagazijn.
( In het betreffende hoofdstuk wordt dit uitvoerig behandeld)
32
Verwerking van analoge waarden
Duimwielschakelaar en 7-segment display
Sensoren voor druk, temperatuur

Niveau.
Setpoint cursor.
Merker- en uitgangswoord
Elementen voor het verwerken van bytes

( Ingang via Duimwielschakelaar, Uitgang via 7-segment display)
Diverse sensoren voor meting van analoge signalen

Temperatuur, Debiet .......
33
Motoren met verschillende aandrijvingsmogelijkheden.
Het icoon “ MOTOR” opent een scherm voor de keuze van een motor.
Men heeft de keuze uit verschillende aandrijfmethodes zoals aangegeven op het
scherm.
Onder de motor vindt men de te gebruiken contactoren voor de besturing en dit
komt mee met de motor op het werkvlak. Naast het keuzemenu ziet men ook het
vermogencircuit voor de aansluiting van de contactoren naar de motor ter informatie
van de gebruiker.
In het gele vakje kan men een TAG naam ingeven voor de motor.
Het plaatsen van de motor is eveneens via

SHIFT en Linker Muistoets.
34
Cilinders
Icoon voor keuze van cilinders.

In het scherm moet men de aandrijvmethode ingeven
( Monostabiel, Stabiel of Stabiel met tussenpositie)
Ook de reikwijdte en de breedte van de cilinderkop is in te stellen.
Men kiest eveneens de aanwending van de cilinder

-Met Grijper
-Voor het splijten
-Voor het samendrukken
-Voor het blokkeren van objecten.
35
Loopkat voor verticaal of horizontaal positioneren
Het icoon voor de keuze van een loopkat.

Men kan een test uitvoeren van de beweging via de groene bedientoetsen.
De aandrijving is te kiezen
Loopkat verticaal of horizontaal.
Na het plaatsen van de cilinder klikt men met de linkermuistoets op de cilinder ( niet
op de gele rechthoek, maar ernaast) en daarna kan men met de linkermuistoets de
objecten aanduiden die gekoppeld worden aan de cilinder.
36
Transportbanden
Vooraleer men een motor kan kiezen moet een motor geplaatst zijn
Men bekomt hierover een melding. In de lijst kiest men de overeenkomstige motor
Icoon voor keuze van een transportband.
Men moet eerst een motor plaatsen die de transportband zal aandrijven, zoniet
bekomt men een verwittigingsscherm.
Men kiest de snelheid van de tansportband, de richting en het uitzicht.
Men kan eveneens een getal invullen voor het maximum te transporteren objecten.
Indien dit aantal overschreden wordt dan is er overbelasting van de motor.
37
Kleppen
Icoon voor keuze van kleppen.
Hier zijn verschillende parameters te kiezen.

-Soort aandrijving ( Motor, Manueel ....) Bi- of Monostabiel
-Orientatie.
-Snelheid
-Ook gegevens over de ingangsdruk, ladingsverlies en diameter kunnen ingesteld
worden.
Verdere details worden gegeven in het betreffende hoofdstuk.
38
Vaten en leidingen
Leidingen tussen
Vaten en kleppen
Icoon voor de keuze van vaten.

-Vorm van het vat is te kiezen
-Initieel niveau
-Afmetingen met cursor in te stellen en zichtbaar op een scherm.
-De wiskundige bewerkingen voor de berekening van het
niveau van het vat bij het vullen of het ledigen in funktie van de vorm en de
afmetingen zitten intern in de software en geven een nauwkeurige weergave van de
realiteit.
39
Koppeling met de PLC
Activeren van de verbinding

Selectie van PLCSIM ( PLC simulator)
Selectie van S7-300 of S7-400
Selectie van S7-200
ProcesSim als Visualisatiesoftware
Besturing van het proces door de PLC
Besturing van het proces door het interne PLC programma.
Icoontjes voor de koppeling van ProcesSim met de stuureenheid.
In volgorde
-Keuze van de automaat
-Activeren van de koppeling
-Keuze van de methode
40
Programmeertools binnen ProcesSim
Logische funkties via FBD
Afloopsturingen via Graphcet
Ladderdiagramma.
De software is niet te structuren volgens de norm ICC61131 en dit

Wordt in deze cursus niet verder behandeld.
Icoontjes voor de programmeermethode

De gebruikte programmering is niet gestruktureerd en niet
Volgens IEC61131. Dit wordt niet verder behandeld in deze cursus.
Op speciale aanvraag kan hier een handleiding gegeven worden.
41
Gegevens voor het project
Label met gegevens instelling en gebruiker.
Menu Editeren.
Hier kan men via het menu Gebruiker enkele gegevens invullen over het project, de
programmeur en het niveau van de opleiding ( Groep, Jaar....)
Dit is minder belangrijke informatie en eerder bedoeld als algemene info ( voorbeeld
indien het project later als model wordt opgeslagen)
42
Invullen van een symbolenlijst
De onderdelen van het

proces moeten reeds
geplaatst zijn vooraleer
men deze tabel kan invullen
Menu Commentaren en adressering.

Dit is in feite een symbolenlijst die aangemaakt wordt bij de verschillende actoren
en sensoren.
Deze sensoren en actoren moeten eerst geplaats zijn in het werkscherm vooraleer
men ze kan invullen.
Voor de PLC S7-300 is er een speciale procedure die het mogelijk maakt de
symbolenlijst van het PLC programma te importeren naar ProcesSim of omgekeerd
te exporteren van ProcesSim naar de SimaticManager
43
Achtergrondbeeld plaatsen
Menu voor het plaatsen van een achtergrondbeeld.

Bij het aanklikken van dit menu opent er een file met de mogelijke
achtergrondbeelden. Een aantal zijn beschikbaar, maar men kan dit zelf aanmaken
in een formaat met extensie WMF of BMP. Dit bestand moet men plaatsen onder
een op te vragen directory. Standaard is dit de directory DESSINS.
Na het plaatsen van het achtergrondbeeld kan men dit

aanpassen aan de grootte van het werkvlak en dan toekennen ( Men kan het
formaat later ook nog wijzigen)
44
Forceren van bepaalde variabelen.
Code :
Meestercode gevolgd
door 123
Initieel is de meerstercode
CAAO
Na het activeren kan men bepaalde ingangen forceren op een vaste

Waarde ( toepassing : Inbreng van fouten). Dit kan alleen op een model
De extensie van een model is .MDF. De extensie van een project is .CAA
Menu : Forceren
Dit kan alleen voor een project dat is opgeslagen als model. Men moet hiervoor een
code invullen ( 123, achter de mastercode)
Hiermee kan men bepaalde in- of uitgangen op een vaste waarde blokkeren. Men
kan deze tool gebruiken voor fouten in de simulatie. Door de code is dit menu niet
toegankelijk voor de studenten.
45
Visualisatie van procesgegevens.
Menu Display
Dit is te gebruiken voor het visualiseren van signaaltoestanden.

Dynamische visualisatie van de interne programmas en vergelijkbaar met de menu
STATUS en STAT VAR van de Simatic Manager ( Dit wordt niet gebruikt)
Menu Chronogram : Oscilloscoop funktie ( digitaal)

Analoge waarden : Oscilloscoopfunktie :Trendcurve
Visualisatie S7 : Dynamisch zicht op de in-
uitgangskaarten ( S7-300, maar
ook te gebruiken voor S7-200
46
Parameters : Voorkeuren
Menu Parameterrs
-Voorkeuren
-In dit scherm kunnen een aantal instellingen gekozen worden met betrekking tot
het opslaan van een project
-Bij het aanklikken op een element kan men kiezen of de TAG naam wordt
weergegeven.
47
Algemeen Schermgrootte Taal
Docentgegevens Toegangscode Instelling voor debieten
Onder het menu Voorkeuren vindt men verder een aantal keuzemogelijkheden
-Gedrag bij afsluiten van een project

-Taalkeuze
-Grootte van het werkvlak
-Docentgegevens
-Password
-Schaalfaktor voor snelheid van vullen of ledigen van vaten
48
Opmerking : Meestercode
Invullen van hoofdcode

( initieel :CAAO)
Na invullen kan men deze code

Aanpassen.
Initieel staat de hoofdcode ingegesteld op CAAO

Men kan dit terugvinden in het bestand config.dat onder
van de directory waar ProcesSim software staat.
Door deze funktie kan een toepassing beveiligd worden tegen verdere
aanpassingen.
"ModeEnregist"," 1"
"EnregistrerSous","1"
"VisuSpash"," 1"
"EditComment",#FALSE#
"Taille","0"
"PasseMaitre","CAAO"
"PasseLog","123"
"PasseLad","321"
49
Zie hoofdstuk over koppeling met de PLC
Menus voor koppeling van symbolenlijsten tussen Simatic S7-300 en ProcesSim
Instelling van het nummer van het MPI netwerk
Instelling voor de koppeling van adressen van ProcesSim en de PLC
50
4. Instellingen voor koppeling met de PLC
MPI
51
Volledige integratie naar TIA ( Totally integrated automation)
S7 200 – S7 300 – S7 400 – Win Ac - PlcSim
MPI
Bedienen , besturen en visualiseren
ProcesSim kan volledig geintegreerd worden als onderdeel van TIA.

Men kan een MPI adres geven aan het Simulatiepakket, samen met andere
tools zoals ander PC’s, PLC’ en MMI ( Protool en WinCC)
In de toekomst wordt hier ook gedacht aan mogelijkheden via Ethernet en of
OPC
52
1: Communicatie met een PLC ?
S7 / 200 S7/300-400 PlcSim
2- Verbinding met de PLC? Verbinding
3- Keuze van de methode ?
Intelligentie Materiaal
ProcesSim Automaat Gesimuleerd Werkelijk
Deze slide geeft een beeld van de verschillende mogelijkheden voor

koppeling en gebruik
Via de keuzetoetsen wordt dit automatisch samen met de

initialisatiebestanden in het PLC programma gerealiseerd.
Keuze PLC : S7-200/S7-300/400 of PLCSim

Keuze van de mode
PLC realiseert de besturing
Intern Programma realiseert de besturing
ProcesSim wordt gebruikt als visualisatie
samen met een werkelijk proces bestuurd
door een PLC
53
Verschillende werkingswijzen
De PC als PLC ( geen verbinding met S7
De PC bedient het werkelijke proces

(S7 wordt gebruikt als interface)
De S7 bedient het virtuele proces. De

in- en uitgangen op het scherm
worden gebruikt als in_ en uitgangen
De S7 bedient het proces en

ProcesSim is gebruikt voor
visualisatie
54
Menu voor de keuze van het adres van de PLC op het MPI netwerk. ( Indien slechts
1 PLC gebruikt wordt is dit meestal op nummer 2 ingesteld.
Het veranderen van dit adres gebeurt via MicroWin voor S7-200 of via Simatic
Manager voor S7-300/400 of PLCSim
55
PLC kaarten toevoegen door « Drag and drop »
Adresseren van de PLC in- en uitgangen

Hiermee wordt een koppeling gemaakt tussen de adressering binnen
ProcesSim ( I1,I2… Q1,Q2..) met de adressen van de PLC : I0.0,
I0.1…Q0.0, Q0.1
Door drag en drop worden deze gekoppeld. Met de rechtst muistoets
kunnen die opnieuw verwijderd worden
Dit moet zeer precies gebeuren. Men kan dit bekijken als een soort
bedrading tussen het proces en de PLC.
HINT :
Men kan hier mogelijk ook fouten inbrengen teneinde het opsporen ervan
door de studenten aan te leren
56
Synchronisatie van de PLC met ProcesSim
Lees ingangen.
Een routine voor het al of niet maskeren van

ingangen afhankelijk van de gebruiksmode
Het eigenlijke programma
Een routine voor het verwerven van de

uitgangen en de koppeling met de PLC
Stuur uitgangen.
De algemene struktuur van een PLC programma in een cyclische

verwerking bestaat in een opeenvolging van
Lezen van Ingangen
Verwerken van de instrukties
Schrijven naar de uitgangen.
Teneinde de koppeling met ProcesSim te maken wordt na het lezen van de

ingangen een routine verwerkt die het PII overschrijft met info van
ProcesSim en op het einde wordt na het schrijven van de uitgangen het PIQ
vervangen door de info vanuit ProcesSim
57
Materiaal S7 200
Software Step7 MicroWin:
• Versie 4 sp1
• Versie 3.2 sp ….
Automaat S7-200: Vanaf CPU 222 voor de communicatie met ProcesSim
Verbinding met S7-200
• Een PC ADAPTER USB V1.1( goedkoopste oplossing )

.
• Hetzij een MPI verbinding met CP5611 (vaste PC ) of CP5512
(PCMCI) voor een laptop
• Met PPI koppeling ( niet tegelijk ProcesSim en PLC koppelen )
58
Communicatieprogramma S7 200
Als basis voor het programma moet bij aanvang een routine PS_BEGIN
opgeroepen worden die het PII overschrijft met info vanProcesSim
Daarna komt het eigenlijke programma voor de besturing
Op het einde van de cyclus wordt een programma PS_END gebruikt via
hetwelke het PIQ van de PLC koppelt met ProcesSIM
Deze hulproutines worden meegeleverd met de software.

Teneinde het programmeren te vergemakkelijken kan men deze routines
opnemen in Micro-Win onder de directory : Library. ( Zie hiervoor de
handleiding van Micro-Win.
59
Subroutine PS_BEGIN
60
Subroutine PS_END
61
Materiaal . S7 300
Software Step7 Simatic Manager

• Versie 5.0 of hoger …. 5.3
Automaat S7-300: Vanaf CPU 312 voor de communicatie met ProcesSim

Simulator PLC_SIM onder Simatic Manager.
Verbinding met S7-300

• Een PC ADAPTER USB V1.1( goedkoopste oplossing )
• Hetzij een MPI verbinding met CP5611 (vaste PC ) of CP5512
(PCMCI) voor een laptop
62
Voor de PLC S7-300, S7-400 en PLCSim verloopt de verbinding tussen de PLC en

ProcesSim iets verschillend omwille van de verschillende struktuur van de cyclische
verwerking
-Opstarten van de cyclus

-Instructie voor koppeling met ProcesSim
-Schrijven van de uitgangen
-Lezen van de ingang
-Verwerken van de instructies
-Sprong naar begin van de cyclus.
63
OB1 : Netwerk 1 :
Basisprogramma Koppelen van de IN- en OUT-registers
afhankelijk van een keuzecommando
OB 1
Gereserveerde Data-bouwstenen
DB 1 (Buffer voor gegevensoverdracht tussen PLC en ProcesSim)
DB 2 •DB1 Beeld van de ingangen
SFC 20 •DB2 Beeld van de uitgangen
NOOIT
WISSEN
SFC20 : Systeemfunctie voor het copiëren.
Configuratie van het materiaal ( Hardware van de PLC)

is afhankelijk van de PLC in de proefopstellen
Cmd : Code voor de werkingswijze ingesteld via ProcesSim
De instructies voor koppeling met ProcesSim worden meegeleverd met de

installatiediskette.
64
65
Hierna de oproep van het eigen programma
66
Keuze van de PLC die het proces bestuurt
Verbinding starten
S7-300 ( Simulator S7-PLCSIM)
S7-300 ( Hardware PLC)
S7-200 ( Hardware ) : Nog niet mogelijk.
Soft PLC in ProcesSim ( of alleen visualisatie )

Melding indien de automaat verbonden is
Starten, stoppen en pauze
Het principe van koppeling verloopt via een procedure van keuzetoetsen
-Kies de automaat
-Maak de verbinding
-Maak de keuze van de gebruikersmode
-Start e simulatie
-Men kan ook stoppen of pauzeren.
67
ProcesSim :
• Keuze van de werkingsmode
• Overgaan naar Run en testmode
PLC : Overgaan naar Run

• Manipulatie van ingangen in funktie van de toepassing
Step 7 :
• Debug mode : Visualiseren van signaaltoestanden, timer en
tellers ( zie Step7)
68
Aanmaak van symbolenlijst in ProcesSim
Vanuit de symbolenlijst aangemaakt binnen ProcesSim kan men men file

*.SDF aanmaken.
Deze kan men importeren in het project onder Simatic-Manager en
gebruiken in het programma.
69
Vanuit het menu Synchroniseren van de tabellen.
Aanmaak van een *.SDF file
Genereer lijst voor Step 7 Importeer lijst vanuit Step 7
Menu : Synchronisatie van de tabellen oproepen
70
Koppeling met S7-variabelen Genereren van een *.sdf
Import *.sdf naar Symbols in S7
71
Omgekeerd een lijst aanmaken vanuit Step 7 voor import
in ProcesSim
Symbolenlijst in Step7
Export naar een *.sdf file en importeren in ProcesSim
72
5. Oefening met logische schakelingen
Funkties voor documentatie en test
73
Openen toolbox
Via CTRL en rechte toets de teksteditor openen

Via SHIFT en linkse toets de tekst verplaatsen
Via CTRL en rechtse toets kan

De tekst aangepast of gewist worden
In een eerste project wordt een eenvoudige sturing gemaakt met een Start en een
Stop drukknop en twee lampen ( melding aan moet rood knipperen en melding uit
een groene lamp.
Neem uit de toolbox voor werktuigen een rode drukknop als Normaal Open en een
groene drukknop Normaal Gesloten Dit doet men met de SHIFT en linkermuistoets
via drag en drop.
Met de rechtse toets op het element kan men de funktie van de drukknoppen
veranderen ( wisselen NO naar NG of omgekeerd, of vervangen door een ander
object
Geef ook bij de elementen de nodige tekst als commentaar
74
Invullen van de symbolenlijst van het project : Commentaren en Adressering
Ga nu naar het menu Commentaren en Adressering en vul dit in.

Na het invullen van een Tag naam moet men dit bevestigen door OK vooraleer dit
aanvaard wordt
75
Opmerkingen voor wijziging van tools.
Door rechtse toets op het object kan men gegevens veranderen
Men kan ook direct de symbolenlijst invullen of het object

Vervangen via editeren
Door te klikken met de rechtste muistoets kan men ingrijpen op de configuratie van
een object.
Via het menu EDITEREN krijgt men opnieuw toegang tot het keuzescherm en kan
men het object aanpassen.
Men kan in de gele rechthoek de TAGnaam aanpassen of invullen en ook
commentaar rechtstreeks ingeven.
76
Koppeling van de adressen van in- en uitgangen
Toevoegen van in- of uitgangsbytes
Rechtse toets op S7
Bit adressen toekennen
Via drag en drop de elementen

toevoegen. Overeenkomstige
ingangen en uitgangen.
Via rechtse muisklik de
In- en uitgangen wissen.
Voor het koppelen van de adressen van ProcesSim met deze van de PLC opent
men het menu PARAMETERS en verder het menu ADRESSEREN van de PLC
Er opent zicht een scherm waar men eerst de BYTE adressen ingeeft en daarna via
Drag en Drop de ingangen van ProcesSim koppelt met de gewenste adressen van
de PLC ( Door op + te drukken ziet men de verschillende BIT adressen van de
PLC. Voor de uitgangen verloopt dit gelijkaardig.
Men kan adreskoppelingen verwijderen door rechtse muisklik op het te verwijderen

adres.
77
Koppeling van de PLC met het programmeerapparaat
( Met S7-200).
Dit moet via de tools binnen de Simatic software gebeuren.
PG/PC Interface Communication.
De instellingen via een PG/PC Interface met MPI en via USB

Voor de programmering van de PLC ( in dit geval S7-200)

gebruikt men de instellingen vanuit
MicroWin :
PG-PC interface ( moet via MPI en liefst 187,5 kB
In funktie van de interface is dit de CP 5611 kaart ofwel de PG-PC kabel op USB
Men maakt de koppeling via het Icoon Communication

Voor verder details wordt verwezen naar de handleidingen van MicroWin.
Voor de koppeling met de PLC S7-300 is eveneens een instelling te maken via het
menu PG/PC interface vanuit de Simatic Manager van Step 7
78
Het bijhorende S7-Programma.
Voor het eigenlijke programma gebruikt men in het eerste netwerk de hulproutine
PS_BEGIN en als laatste netwerk de oproep van de hulprouting PS_END.
Tussen deze netwerken kan men de hulproutine oproepen met het te uit te voeren
programma.
Voor de koppeling met S7-300 wordt verwezen naar de initialisatie in OB1, met DB1
en DB2 in het hoofdstuk over de koppeling met een PLC S7-300
Dit programma moet men laden naar de PLC en deze moet in RUN geplaatst
worden, via de gebruikelijke tools van MicroWin of Step7
79
Dit is uiteraard niet dynamisch.
Men kan een BMP file maken van het programma in de PLC en dit ter informatie
als achtergrondbeeld plaatsen op het werkblad van ProcesSim.
80
Men kan de tools dermate schikken dat de in- en uitgangen naast de
Betreffende ingangen en uitgangen staan op het beeld.
Voor complexere opstellingen wordt dit moeilijk.
Herschikken van de verschillende tools voor bediening naast het beeld van het
programma kan de werking van dit laatste verduidelijken.
81
Verbindingen met de automaat activeren
Selectie S7-200
Verbinding maken
Keuze van de simulatie met besturing via de PLC

Starten van de simulatie.
Simulatie in Pauze
Simulatie stoppen
Simulatie starten
Opstarten van de verbinding

Kies in dit geval voor S7-200
Maak nu de verbinding
Activeer het icoon voor sturing via de PLC
Activeer de Toets voor simulatie starten en test de toepassing.
82
Dynamische visualisatie van de signalen
De tools binnen MicroWin ( DEBUG : Chart Status )
Program Status Status Chart met visualisatie
Voor verdere details zie de handleidingen MicroWin
Het programma kan getest worden binnen MicroWin met de gebruikelijke funkties
van DEBUG en STATUS evenals de tool STATUS VARIABELEN met zicht op de
oscilloscoopfunktie.
Dit loopt gelijktijdig met de test via ProcesSim
83
Dynamische visualisatie via ProcesSim
Visualisatie van de PLC kaart

( Dit is wel steeds het beeld van de
S7-300, maar in en uitgangskaarten
zijn zichtbaar
Dynamische visualisatie van een beeld van de PLC

Via het menu DISPLAY en de verder naar dynamische visualisatie van de S7-300
bekomt men een zcht op de kaarten van de PLC ( dit is voor S7-300) maar kan
eveneens gebruikt worden bij de S7-200. Het beeld van de hardware komt niet
volledig overeen maar kan toch een hulp bieden bij het testen van de programma’s
teneinde na te kijken of de koppeling tussen adressen van de PLC en deze van
ProcesSim correct is uitgevoerd.
84
Gebruik van het chronogram ( oscilloscoop funktie)
Tweemaal klikken in dit scherm
Zicht op variabelen
De te visualiseren
variabelen aanduiden
Binnen ProcesSim is het eveneens mogelijk een osciloscoop funktie voor de digitale
signalen te gebruiken.
Dit kan via het menu DISPLAY en verder via
Dynamische Visualisatie van het Chronogram.
Er opent zicht een scherm waar men via drag en drop de zichtbaar te maken
signalen kan invullen.
Verder kan men een aantal instellingen geven voor het gedrag van de weergave in
funktie van de tijd.
Let wel : Dit is pas mogelijk indien de simulatie actief
85
Resultaat van de visualisatie
De funktie werkt alleen wanneer de simulatie is ingeschakeld.

Men kan de toets pauze gebruiken. Bij het stoppen verdwijnt
het scherm.
De dynamische visualisatie van analoge waarden is alleen mogelijk

Indien analoge signalen gebruikt worden ( zie later)
Na het invullen van de gegevens voor dynamische visualisatie van het chronogram
ziet men dikke lijnen voor actieve bits en dunnen lijnen voor passieve bits.
86
6. Gebruik van transportbanden en motoren
- Aanvoer en verplaatsing van objecten

- Detectie en tellen van objecten
- Visualisatie voor telling en vergelijking met een ingestelde setpoint.
87
Opbouw van het project
In hetvolgende voorbeeld wordt een transportband aangestuurt via een motor met
twee draairichtingen.
Hiertoe gebruikt men start links(NO) en start rechts(NO) evenals een stop( NG).
Via een aanvoermagazijn ( champ pesenteur) worden produkten aangebracht en

automatisch verwijderd op het einde van de band.
Met een duimwielschakelaar wordt een aantal te produceren produkten ingesteld.
Het aantal wordt gemeten via een detector ( fotocel), het aantal wordt zichtbaar
gemaakt op een 7-segment-display. De teller wordt geinitialiseerd op 0 indien het
aantal bereikt is.
88
Keuze van een transportband.
Instellen van aantal te vervoeren

Objecten ( indien dit overschreden
Wordt dan is de motor overbelast.
Vooraleer een transportband tekiezen moet een motor geplaatst worden ( Kies
motor met 2 draairichtingen, directe aanloop en 1 snelheid)
Kies daarna via het menu transportband een gepast band met het gevraagde
uitzicht ( horizontaal)
Men kan de transportband selecteren met een maximaal

te transporteren produkten ( Indien dit overschreden wordt dan komt de motor in
een toestand van overbelasting.)
Ook indien voor een motor met 2 drraairichtingen, waarbij de 2 relais tegelijk
zouden bediend worden, verschijnt dit beeld voor kortsluiting
89
Aanvoermagazijn ( Champ pesanteur)
( In de toolbox met werktuigen)
Aanvoer Afvoer Via rechtse muisklik naar

Instellingen.
Afmetingen
Valsnelheid
Afvoerzone maskeren
Wissen
Kies een aanvoermagazijn onder de toolbox met werktuigen en scheidt het

aanvoergedeelte en het afvoergedeelte.
Via de rechtse muistoets kan men de afmetingen aanpassen. Teven kan de
aanvoersnelheid ingesteld worden. Het object kan men plaatsen op de
transportband, dit zal mee bewegen indiend dit object op de band geplaatst worden
tijdens de configuratie.
Vanuit het afvoergedeelte komt het object automatisch terug via het
aanvoermagazijn.
Kies een object via het VIRTUEEL PROCES en verder via
BEELD VAN EEN OBJECT. Men kan dit object via de rechtst muistoets
dimensioneren en perfect binnen de aanvoerzone laten passen ( Indien het object
te groot is zal het niet aangevoerd kunnen worden.)
90
Selectie van een fotocel.
Meetbereik
Men kan later de instellingen van fotocellen nog wijzigen ( via rechtse toets)
Voor de keuze van de detector vanuit het menu Virtueel Proces opent een scherm
met keuze voor links, rechts, onder boven. Men kan hier de reikwijdte instellen en
men moet ook de te detecteren objecten aanduiden.
Verdere instellingen zijn TAG Naam en symbool.
Via de rechtste toets van de muis op het object kan men steeds terugkeren naar de
instellingen van de sensor
91
Editeren van de fotocel opent een scherm met aanduiding van
het meetbereik en van de objecten die gedetecteerd worden.
Voorbeeld van de geplaatste objecten aanduiding van de te detectern objecten (

zijn in rood omkadert)
Aanduiden gebeurt door gewoon aanklikken via de linker muistoets.
Door de rechtste toets op het object te plaatsen bekomt men een keuze voor het
dupliceren.
Rechtse toet op object.
92
Instelling setpoint voor aantal
Visualisatie van het aantal
Duimwiel-
Schakelaar.
Uit de toolbox met werktuigen kiest men eveneens de elementen

Duimwielschakelaar en 7-segmentdisplay.
Deze werken beid in BCD code en men moet het gebruik ervan in de programmatie
aanpassen.
93
Instellingen voor koppeling.
BYTE van het

BYTE van de 7 segment display
duimwielschakelaar
Het adresseren van in en uitgangen verloopt voor de bits identiek als voorgaande
voorbeeld.
Voor de duimwielschakelaars wordt nu gebruik gemaakt van een volledige BYTE,

het element wordt gewoon gekoppeld met de BYTE in het scherm van de adressen
van de PLC
94
Het PLC programma voor de besturing.
Het PLC programma met de nodige omzettingen voor de BCD naar Integer voor de
vergelijking en van Integer naar BCD voor de visualisatie;
Het MAIN programma met initialisaties ( PS_BEGIN en END) is hiet niet

weergegeven.
95
Oefening met wisseling
objecten
Objecten plaatsen, vervangen en verwijderen.
96
Genereren van objecten
Aanvoermagazijn waarvan de
afvoer is verwijderd.
Vervangen van objecten
Voor het vervangen van objecten moet het symbool R in het centrum
Staan van het te detecteren object.
In dit voorbeeld wordt de basis van de transportband behouden maar zullen

objecten vervangen worden door andere na detectie via een fotocel.
De besturing van de motor is in slechts 1 richting noodzakelijk.
In het aanvoermagazijn wordt een object gegenereerd via een ingangsbevel.

Bij de tussenliggende detectoren wordt het object vervangen door een ander en op
het einde wordt het afgevoerd.
Voorbeeld Oorspronkelijk object : Lege Fles
1-ste vervanging : Volle Fles.
2-de vervanging : Volle fles met etiket en stop
97
Genereren van een object
Hier de cellen aanduiden die het object

moeten herkennen
Genereren van een object via een tool in de toolbox met werktuigen.
Bij het plaatsen opent een scherm voor de keuze van het object uit een lijst en
eveneens een vraag voor welke detectoren dit moeten kunnen herkennen.
Men kan ook instellen wanneer dit object gegenereerd wordt in funktie van het
aantal cycli van de PLC. Op de genereertoets moet men hiervoor niet noodzakelijk
een flankdetectie programmeren.
98
Vervangen van een object.
De afmetingen van het nieuwe object kunnen blijven of kunnen aangepast

worden.
Vervangen van een object.
Er opent een scherm met keuze van het object dat het vorige moet vervangen.
Het symbool voor vervangen moet in het centrum staan van het vorige
gedetecteerde object.
De herkenning door de fotocellen blijft gelijk aan dit van het oorspronkelijke object.
99
Laten verdwijnen van een object
Bij het binnenkomen van een object

of met een voorwaarde
Het verwijderen van een object via
Men kan kiezen voor het automatisch verwijderen of door een bevel via een ingang
( vb ook een fotocel of schakelaar)
100
Het programma ( vergeet niet ps_begin en ps_end en MAIN
Het programma is tot een absoluut minimum herleid.

Starten-Stoppen van de transportband en detectie door de fotocellen voor
vervangen.
101
Objecten op een draaitafel plaatsen
Besturing links of rechts
Vrijgave van het draaien en instellen
van de draaihoek
De draaitafel laat toe van objecten die van een transport komen te draaien naar een
te kiezen richting.
De draaitafel kan men vinden onder het menu
TRANSPORT.
Het is belangrijk te object correct te positioneren t.o.v de draaitafel.
Men kiest de draaihoek en het bevel voor activering, evenals de draairichtin.
102
Aanvoer van produkten en via draaitafel op transportband.
Het positioneren van de banden en

van de draaitafel dient correct te gebeuren
Kies de verschillende transportbanden, de motor voor de bediening en een object

op de band, aangevoerd via een aanvoermagazijn en een afvoermagazijn.
Slecht 1 motor bediend de 3 transportbanden.

Dit kan later in een uitgebreidere toepassing aangepast worden.
103
Vereenvoudigd PLC programma.
Eenvoudig programma voor de test
104
Mogelijke toepassingen voor latere oefening.
105
6. Gebruik van cilinders
106
Oproep van een cilinder. Keuze van de bediening
Keuze van de opstelling
Afmetingen
Keuze van de funktie
Voor toepassingen met cilinders kan men een cilinder kiezen via het menu
Cilinders.
Er opent een scherm met de verschillende instellingen voor dergelijke cilinder op

het vlak van aandrijfmethode, gebruik ( splijten, grijpen, samendrukken)
De afmetingen ( breedte van de cilinderkop, en reikwijdte) kunnen via een slider

ingesteld worden.
107
Diverse types en instellingen voor bediening en gebruik
Voorbeelden van de mogelijke instellingen en keuze van een cilinder.
108
Detectie van positie van de cilinder met eindeloopschakelaars en
tussenliggende eindeloopschakelaars
De eindeloop moeten op
de cilinder geplaatst worden.
Tussenliggende positie-
detectoren
Men kan op de cilinder eindeloopschakelaars plaatsen en eveneens detectoren

voor de tussenliggende positie ( deze worden gekozen in % van de maximale
reikwijdte)
Deze eindeloopschakelaars kan men vinden in de toolbox voor werktuigen.
109
PLC Programma
Eenvoudig programma voor het testen van de cilinder voor persen.
110
Voorbeeld voor het verplaatsen van onderdelen en het splijten van de objecten.
Het programma hiervoor is niet verder weergegeven.
111
Oefening : Cilinder afloopsturing.
Voorbeeld voor het verplaatsen van objecten, via 4 cilinders bestuurd via een
afloopsturing.
112
PLC programma Afloopsturing
Het programma van de afloopsturing.
113
Vervolg van het programma van de afloopsturing
114
Voorbeeld voor het persen van objecten
Toepassing van een cilinder voor het blokkeren
Enkele voorbeelden voor het gebruik van cilinders

( Persen, blokkeren)
115
8. Positionering met Loopkat
Zuigerstangloze cilinder ( LINTRA)
Cilinders zonder stengel.
116
Keuze van de loopkat en instellingen voor de bediening
Voor het positoneren van objecten ( pick and place ....)

kan men gebruik maken van een loopkat of van een zuigerstangloze cilinder (
LINTRA)
Men kan dit vinden onder het menu Actoren : Cilinders zonder stengel.
Men heeft de keuze uit verticaal of horizontaal en instellingen voor de soort

aandrijving ( Motor, Perslucht, via een analoge waarde)
De keuze van een motor met frequentieregeling is voorzien in een volgende versie.
117
Aanpassen van instellingen via rechtse toets
Cilinder plaatsen en via Mechanische verbindingen

Koppelen aan de loopkat.
Bij het plaatsen van de cilinder ( SHIFT en Linker Muistoets) via drag en drop
worden de bedieningsonderdelen eveneens geplaatst.
Na het plaatsen van de cilinder kunnen de elementen die mee met de cilinder
bewegen aangeduid worden met de linker muistoets. Zo kan een cilinder met
stengel mee bewegen met de verplaatsing van de cilinder.
118
Bediening links rechts en meelopende cilinder in en uit
In het voorbeeld als test wordt een cilinder met stengel verbonden met een cilinder
zonder stengel.
Men voorziet 4 drukknoppen voor de bedieningen.
119
Oefening Poortsturing : Poortobject koppelen aan de loopkat.
Voorbeeld voor de bediening van een toegangspoort.

Voorzie een object ( symbool van een poort) gekoppeld aan een cilinder en de
nodige detectoren ( EL)
120
Verticaal en horizontale beweging en verbinden met een plateau met een
object
Voorbeeld voor het positioneren van een produkt

( verticaal en horizontaal)
Horizontale lintra met motor links en rechts

Verticale lintra met motor boven en onder.
Een STEUN ( Onder het menu : TRANSPORT)

Een object kan opgevangen worden onder deze steun.
Het object op een steun zal mee

Bewegen.
121
Behandeling van platen ( let op het achtergrondbeeld)
Mogelijke toepassing voor de behandeling van produkten in opeenvolgende baden

voor behandeling
( Reinigen, Bijtsen, Fixeren ....)
Het bijhorende programma kan bestaan uit een afloopsturing.
122
9. Vaten Kleppen en Leidingen.
Analoge signalen ( Niveau, Debiet)
123
Vooorbeeld van een opstelling met vaten, kleppen en leidingen + Sensoren
Er is een vat met in te stellen vorm en afmetingen met een bepaalde vloeistof met
de kiezen eigenschappen.
De toepassing kan erin bestaan een vat te vullen via een servoventiel die voorlopig
bediend wordt via een analoog ingangssignaal ( in te stellen via een slider)
De uitloopklep wordt bediend door een pneumatische klep en voorzien van

schakelaars voor het bevel openen en sluiten.
Op het vat is een sensor voor niveau en op de klep een meting van druk en debiet.
124
Via het icoon Vaten opent een scherm voor het kiezen van een vat
Keuze van een vat.
Men heeft de keuze uit de vorm, de opstelling en de afmetingen.

De Schaal heeft te maken met de hoogte van het vat ten opzichte van een
horizontale, dit is vooral belangrijk indien verschillende vaten naast elkaar moeten
gebruikt worden ( principe van communicerende vaten) De opstelling van de vaten
op het scherm heeft minder belang maar de relatieve positie ten opzicht van elkaar
wordt ingestel door deze schaal.
Indien het vat overloopt bekomt men volgende

beeld.
125
Het niveau van het vat in funktie van een uit- of instromende vloeistof wordt intern
berekend. Deze berekeningen hoeven derhalve niet in het PLC programma
uitgevoerd worden.
Na het plaatsen van het vat is er een scroll bar voorzien voor het weergeven van
info over Geoimetrische hoogte, niveau vloeistof,volume
Scroll bar
126
Plaatsen van een klep.
Voor de keuze van kleppen open een schem voor de instelingen
Verschillende soorten aandrijvingen zijn mogelijk.

Instelling van snelheid voor openen en sluiten via een slider.
Men kan de ingangsdruk aan de klep instellen en evenneens het ladingsverlies in

de klep
Het debiet van de klep is berekend door volgende formule
Q = S 2 g∆P
Hierbij is Q het debiet, S de sectie en Delta P het drukverschill tussen ingang en
uitgang
127
Voorbeelden van enkele klep keuzes
Testmenu
128
Diverse sensoren voor meting van analoge signalen
Temperatuur Druksensor
sonde
129
Mogelijkheden voor het plaatsen van sensoren
Niveausensor op een vat
Instellen van een setpoint
Druksensor aan aan klep

Debietmeting in
een klep
130
Plaatsen van een niveausensor op een vat
( Er moet vooraf een vat geplaatst worden )
Keuze of editeren van een niveausensor
De niveausensor wordt geselecteerd.

Er opent een scherm met de verschillende instellingen voor de sensor
-De fysische grenzen voor het meetsignaal wordt ingesteld. Voor niveausensoren is
dit bv 3cm tot 300cm
-De keuze van het bereik van de PLC kaart ( 0-10V, -10..+10V of 4 tot 4 mA)
-Het gedrag van de sensor ( lineair of niet lineair)
-Meting van vrije hoogte of van de de vloeistofhoogte
-De grenzen van de kaart met betrekking tot de inhoud van het woor
Dit betekent eigenlijk dat men een regel van drie toepast op de meetsignalen,
( Vb in S7-300 gebruikit men hiervoor de funktie SCALE :FC105) Bij
de S7-200 doet men dit met een specifieke eigen te schrijven subrouting.
-Het invullen van de Tag-naam of commentaar zijin niet absoluut noodzakelijk.
131
Instelling van het verloop van een sensor ( waardentabel)
Indien men de sensot kiest voor niet lineaire meting, dan kan men gebruik maken
van een tabel met meetomettingen. Dit kan in een tabel of kan ook grafisch worden
weergegeven.
Men kan ook een funktie invullen dit de transferfunktie van de sensor beschrijft. Bij
het verlaten van het scherm voor instelling van het gedrag van de sensor
verschrijnt een scherm voor het al of niet bevestigen van de instellingen .
132
Keuze of editeren van een druksensor
De instellingen van een druksensor zijn gelijkaardig voor alle ander sensoren.
Fysysche grenzen.
Meetbereik van de PLC kaart
Schaalfaktor ( Min-Max)
Lineiar of niet lineair.
133
Keuze of editeren van een sensor voor debiet
Idem voor de de sensor voor het meten van een debiet.
134
Keuze of editeren van een analoge setpoint
Voor het instellen van een setpoint heeft men eveneens een scherm voor het
aanpassen van de fysische grenzen naar signaalgrenzen..
Met ProcesSim in run bekomt men een cursor die toelaat een setpoint in te geven..
135
Aansturen van analoge uitgangen ( Merkerwoord of uitgangswoord)
Ook voor deze tools kan men een aantal instellingen geven voor het gedrag.
Dit komt grotendeels overeen met de instellingen voor sensoren en setpoint.
136
Visualisatie van analoge waarden ( onder menu DISPLAY
Keuze van de weer te geven grootheden.
Weergave scherm.
De analoge signalen kunnen weergegeven worden in een trendcurve.
Men gebruikt hiervoor de tool onder DISPLAY : Dynamische visualisering van

analoge waarden.
In het scherm dat opent kan men dan de verschillende te visualiseren grootheden
aanvinken door eerst het menu : Weer te geven variabelen aanduiden ( deze zijn
gegroepeerd per sensor, sentpoint en analoge uitgang) Men kan de kleuren van de
curven selecteren.
De sample tijd is in te stellen
Het bereik van de cursus kan men kiezen.
137
Eenvoudige bediening van de opstelling via de PLC
138
Alarmverwerking : Knipperlicht indien een grens overschreden.
Uitbreiding van de netwerken :
139
Voorbeeld van een proces met regeling.
140
10. Bijlage : Programmeren via ProcesSim
141
Via deze buttom terug
naar keuzescherm
Info of keuze bij het opstarten
Voor snel een aantal testen uit te voeren kan men gebruik maken van de interne
programmeertool.
Dit kan volgens Ladder, Graphset of FBD
Men kan verschillende netwerken aanmaken, echter geen subroutines of interupt
routines. Alles verloopt via een main programma
De initialisaties via PS_BEGIN of PS_END zijn dan ook niet nodig.
142
Keuze van de programmeermode
Ladder
Graphset
FBD
Men kan dit ook vanuit het menu Programmering.
Via de Buttom o
143
Programmeren in Ladder.
Passen we dit toe op een eenvoudig voorbeeld.
Sluit het venster

Help
Status
Testmodus (Starten/Stoppen)
Invoegen van een netwerk
Bevestigen van een netwerk
Annuleren van laatste ingave
Volleldig netwerk wissen
Teller
Timer
Setten
Resetten
Uitgang
Dalende flank
Stijgende flak
Inversie
Ingang
Vergelijkingen ( > < = >= ....)
Verticale verbinding
Volle lijn naar einde
Horizontale verbinding.
144
145
Programmeren in FBD Icoon
Via Programmering : Logische Voorwaarden
Keuze programmering en test
Zicht op de
waarheidstabel
146
Koppeling tussen voorwaarden en uitgangen
Klikken op geeft
Via drag en drop de voorwaarden

aan de ingang koppelen met de
betreffende uitgang
Na het invullen :Valideren
147
Logische funkties met Set-Reset
148
Het gebruik van Graphcet
Men maakt een keuze voor de programmering in

Graphcet met ladder of met logische funkties.
Opstart.
Oproep van de structuur in graphcet
149
Lijst van te gebruiken logica
Oproep configuratie logica
Lijst van gemaakte verbindingen ( transitie en stappen)
Verwijderen van de gemaakte verbindingen.
Annuleren van de actuele verbinding
Toevoegen van een actie bij een stap
Transitievoorwaarden
Verbinding tussen stappen
Stappen
Werkbalken voor het aanmaken van een afloopsturing via Graphcet.
150
Invullen van de transitievoorwaarden via Logische funkties
Invullen van de logische voorwaarden via het menu Logische funktie.

Dit kan ingesteld zijn als FBD of als Ladder.
Automatische omzetting van FBD naar Ladder is niet mogelijk in deze software.
151
Voorbeeld van een eenvoudige afloopsturing.
Transitie
Actie bij stap
152
Toevoegen van een transitie
1 Keuze van de link tussen stappen
2) Toevoegen van transitie via
drag en drop.
153
Toevoegen van de acties aan een stap.
Naar betreffende
Stap overbrengen
en scherm invullen
via drag en drop
Conditie van de stap.
Koppelen van de acties bij de s tappen, door drag en drop kan men de acties
invullen evenaals de bijkomende voorwaarden bij een actie. Deze worden vooraf
geprogrammeerd via Logische funkties
154
Onder display : Dynamische visualisatie van de graphcet.
Onder het menu DISPLAY vindt men het menu dynamische visualisering van de
graphcet stappen.
155
EN Divergentie en convergentie.
Gewone verbinding
Divergentie
Convergentie
Verbindingen wissen.
Voor een divergentie in EN

Kies via het symbool rechts de vertrekstap en duidt dan de bestemmings
Stappen aan. Klik daarna in het werkvlak
Voor de convergentie
Klik het symbool voor convergentie en geef de vertrekstappen, klik daarna in het
werkvlak den duidt dan de eindstap aan en klik opnieuw in het werkvlak
Voor een gebruik van convergenties en divergenties moeten er op de

acties Merkers gebruikt worden om de synchronisatie mogelijk te maken.
156

Gids Van Nemen in Hand

Uploaded by

Document Information

Original Title

Copyright

Available Formats

Share this document

Share or Embed Document

Sharing Options

Did you find this document useful?

Is this content inappropriate?

Copyright:

Available Formats

Gids Van Nemen in Hand

Uploaded by

Copyright:

Available Formats

De Nayer :Paul Felique ISIM :Jacques Boucqueneau Siemens : Guido Van Welden

In deze cursus worden de verschillende mogelijkheden voor het simuleren

-De software ProcesSim is ontwikkeld door de Hogeschool in Mons

-Men kan deze software ook gebruiken als visualisatiepakket.

-Men kan echter ook de koppeling maken met een industrieel

ProcesSim kan gebruikt worden voor de simulatie van processen die de

De procesbesturingen via een gesloten kring bieden de mogelijkheid een

Opbouw en samenstelling van

het gewenste proces

Ontdekken en gebruiken van verschillende technieken hetzij

-Door de simulatie kan men de eerder abstracte theorie van

Opmerking : Voor S7_200 en S7-300 dient men MPI verbinding te

De koppeling van de software naar de PLC verloopt volgens standaard

S7 200 – S7 300 – S7 400 – Win Ac - PlcSim

Bedienen , besturen en visualiseren

ProcesSim kan volledig geintegreerd worden in het MPI netwerk en past

PLC kaarten toevoegen door « Drag and drop »

De koppeling van de verschillende sensoren, actoren gevisualiseerd binnen

De PC als PLC ( geen verbinding met S7

De PC bedient het werkelijke proces

De S7 bedient het virtuele proces. De

De S7 bedient het proces en

Men gebruikt verschillende werkingsmodi

Er zijn vier versies beschikbaar (A,B C en Professioneel)

Detail van installatie files

De installatie CD bevat de installatiesoftware en een aantal files met beschrijvingen.

Executable voor het programma

De verschillende files die na installatie op de harde schijf geinstalleerd zijn.

Keuze van de te gebruiken taal;

De taalkeuze kan later ook nog gewijzigd worden

Gegevens over de opleiding

Indien alle gegevens

De verschillende informatiebladen moeten ingevuld worden en daarna wordt indien

Versie van software

Dit gegevensblad doorsturen. Men kan dit ook mailen naar

Volgende scherm met info

Scherm met uitleg.

Na het opstarten van de software via ProcesSim.exe verschijnen achtereenvolgens

Dit is het opstartscherm voor het aanmaken van een project.

Na het aanklikken van de menutoets “ Bestand” verschijnt er een pop-up scherm

Klik voorlopig op “ Aanmaak van een project”

Men ziet ook

Via het menu

Het eerste icoon open een scherm met de diverse

Drukknop- Draai- Wissel en Sleutelschakelaars

Fotocellen ( links,rechts, boven of onder.

Hulpcontacten, Pulsgever, Spanningsdetectie

Interne Merker, Snelheidsbegrenzing en

Details van in- en uitgangen.

Andere tools zijn nog fotocellen ( onder, links, rechts, boven)

Hulpcontacten, Pulsgevers ........

Voor de uitgangen zijn er de verschillende gekleurde signalisatielampen,

Duimwielschakelaar en 7-segment display

Sensoren voor druk, temperatuur

Elementen voor het verwerken van bytes

Diverse sensoren voor meting van analoge signalen

Het plaatsen van de motor is eveneens via

Icoon voor keuze van cilinders.

Ook de reikwijdte en de breedte van de cilinderkop is in te stellen.

Men kiest eveneens de aanwending van de cilinder

Het icoon voor de keuze van een loopkat.

Loopkat verticaal of horizontaal.

Icoon voor keuze van een transportband.