You are on page 1of 3

Leiderschap in coronatijd is essentieel

bgmagazine.nl/leiderschap-in-coronatijd-is-essentieel

23 juni 2020

Na de forse stijging van het aantal verzuimmeldingen in de maand maart 2020 met 30
procent, neemt het aantal nieuwe verzuimmeldingen in april en mei fors af. Toch duurt
het gemiddeld langer voordat iemand weer is hersteld.

Arbodiensten ArboNed en HumanCapitalCare waarschuwen voor langdurend verzuim


door psychische klachten als gevolg van het coronavirus en de nieuwe werksituatie.

Alertheid en contact met werknemers, duidelijke kaders en op tijd hulp inschakelen van
experts is het devies. Leiderschap is hierbij essentieel.

Gevolgen coronavirus onderschat


Bedrijfsarts Jurriaan Penders, directeur medische zaken bij HumanTotalCare, voorziet
gevolgen van het coronavirus op de iets langere termijn die volgens hem nog teveel
worden onderschat. Er is volgens hem (nog meer) leiderschap nodig om deze gevolgen
het hoofd te bieden.

Penders: “De balans werk-privé staat onder druk door het thuiswerken; dat was al
bekend. Het is lastig voor thuiswerkers om die balans in de gaten te blijven houden. Je
laptop ligt op de keukentafel en het is zo gemakkelijk om tussendoor toch even te kijken
en die mail te beantwoorden. Daar ligt een taak voor de leidinggevende: geef het goede
voorbeeld. Mail bijvoorbeeld niet na werktijd en verwacht dat ook niet van je mensen.
Toon vertrouwen in je mensen in plaats van ze te controleren”.

Risicovol beroep
Volgens Penders spelen er op de achtergrond echter andere zaken die nu nog te
onbekend zijn en waarvan de gevolgen groot kunnen zijn als er niet tijdig wordt
ingegrepen.

“Werknemers die een partner hebben in een risicovol beroep staan onder grotere druk
dan andere werknemers. Als de partner van je werknemer bijvoorbeeld in de zorg werkt,
is er meer risico op besmetting. Dus is er meer druk, meer stress. Weet dat dat kan
spelen en handel daarnaar.”

Ook werknemers die corona hebben gehad en weer terug op het werk zijn, kampen soms
met onbegrip, vertelt Penders. Ze zijn officieel uitgeziekt, weer terug aan het werk, maar
dat dat toch langer duurt en veel meer energie vergt dan bij een normaal griepje, kan
ook voor onbegrip en spanningen zorgen. Penders: “Hier geldt ook: toon leiderschap!”

1/3
Verwijdering in het contact
Het thuiswerken en beeldbellen kan ook voor een verwijdering in het contact met de
bedrijfsarts zorgen.

Penders: “Niet voor alle spreekuren voldoet telefoon of beeldbellen. Je hebt als
bedrijfsarts soms een lichamelijk onderzoek nodig om de juiste analyse te kunnen
maken. Met alleen een beeldscherm is het ook veel moeilijker een vertrouwensrelatie op
te bouwen. Die is juist bij psychische klachten en arbeidsconflicten van belang. Als we
naar een situatie kunnen gaan van beeldbellen én (weer) fysieke ontmoetingen zou dat
al een enorme verbetering zijn. Fysiek wanneer daar aanleiding voor is met behoud van
de winst van flexibeler beschikbaar en minder reisbelasting in de rest van de gevallen”.

Geef vertrouwen
Penders onderscheidt grofweg drie verschillende sectoren: de zorg, de horeca en
kantoor.

“In de zorgsector is nog steeds grote werkdruk aanwezig, daar valt niet aan te ontkomen.
In de horeca is dat andersom: er is weinig tot geen werk, maar mensen hebben zich niet
ziek gemeld, omdat ze vaak oproepcontracten hebben. Ze ervaren echter wel dezelfde
stress en onzekerheid voor de toekomst. Dat kan langdurige psychosociale klachten
opleveren. In kantooromgevingen zie je een voorzichtige terugkeer, vaak gecombineerd
met thuiswerken. Ik vind dat een positieve ontwikkeling, maar ook daar geldt: blijf als
leidinggevende alert. Geef vertrouwen, onderhoud goed contact met je mensen.”

Zorgen
Daarnaast ziet Penders, in het algemeen, extra psychosociale klachten ontstaan doordat
mensen de afgelopen maanden meer in isolement zijn gaan leven, zorgen hebben
ontwikkeld over de toekomst, én zorgen hebben over de besmettelijkheid als ze weer
terug naar het werk zouden gaan. “Ik denk dat hierdoor veel psychosociale klachten
kunnen gaan ontstaan.”

Penders kijkt voor oplossingen onder meer naar het buitenland, waar men al meer
ervaring heeft opgebouwd met tijd- en plaatsonafhankelijk werken. “Ik denk namelijk
dat thuiswerken, of deels thuis en deels op het werk, zeker een scenario voor de
toekomst wordt. En daarbij geldt dan als absolute voorwaarde: investeer meer in
begeleiding van je mensen, toon meer begrip en geef het goede voorbeeld.”

Trends
Jannes van der Velde, woordvoerder AWVN, gaat een voorspelling over
psychosomatisch verzuim op langere termijn iets te ver.

2/3
“Dat kun je onder deze omstandigheden gewoonweg niet voorspellen. Wel zie ik al een
poos lang een aantal maatschappelijke trends die zich ontwikkelen en die door de
coronacrisis en het thuiswerken versterkt worden. Daar zou je als werkgever, maar ook
als werknemer, op kunnen anticiperen.”

Mantelzorg
Die trends betreffen de vergrijzing en mantelzorg, de werk-privébalans en de
ontwikkeling van de technologie.

“Wij zien dat werknemers steeds meer mantelzorg gaan geven, omdat onze samenleving
steeds meer vergrijst. Dat doet een extra beroep op de privétijd, die al onder druk is
komen te staan doordat mensen het steeds lastiger vinden om werk en privé goed te
combineren. Dat wordt in diverse cao’s al ingevuld, maar de privéroosters worden
steeds ingewikkelder. Voeg daarbij de derde trend – de toegenomen technologie – die
zich vooral vertaalt in het continu in contact willen/moeten zijn via de smartphone, en
je ziet dat deze trends elkaar versterken. De coronacrisis en het daaruit vloeiende
thuiswerken, heeft die trends verder versterkt. Los daarvan staat het relatief hoge
ziekteverzuim in het begin van de coronacrisis: mensen melden zich ziek om het zekere
voor het onzekere te nemen. Begrijpelijk, want niemand wist waar hij aan toe was. Beter
even ziekmelden dan ziek worden.”

Maatregelen onbalans
Maatregelen die werkgevers zouden kunnen treffen om de onbalans een halt toe te
roepen, zijn volgens Van der Velde het (nog) coulanter zijn naar de werknemer waar het
gaat om de invulling van werkuren. Dat moet je niet in protocollen vastleggen, maar
juist in onderling overleg formuleren.

Werkgevers zouden ook opleidingsbudgetten nog ruimer kunnen toepassen,


bijvoorbeeld in het opnemen van vrije dagen om daarmee de privédruk te verlagen.

Werknemers kunnen daarbij vakantiedagen in plukjes opnemen om die privébalans te


herstellen én om een leegloop in de zomermaanden te voorkomen. “Voor alle
maatregelen geldt: blijf in gesprek met elkaar. Dat is echt het allerbelangrijkste”, besluit
Van der Velde.

3/3

You might also like