Professional Documents
Culture Documents
Algemeen
Het Grote Netebekken kent een historische verontreiniging met radioactieve elementen:
Het FANC voert verhoogd toezicht uit op de water-, sediment- en bodemkwaliteit van deze rivieren in het kader
van haar opdrachten. De resultaten hiervan vindt u terug in de rapporten van het radiologisch toezicht van het
grondgebied (/nl/dossiers/radioactiviteit-het-leefmilieu/radiologisch-toezicht-op-het-belgisch-grondgebied).
Voor de Molse Nete en Grote Laak is reeds aangetoond dat de radiologische impact van de verontreiniging van
oevers en waterbodem op de bevolking en leefmilieu zeer beperkt is en geenszins de dosisreferentieniveaus voor
blootstelling van de bevolking overschrijdt. Dit met uitzondering van de impact van radongas in het geval van
bewoning op met radium verontreinigde percelen. Het onderzoek naar potentieel geïmpacteerde woningen is
dan ook een prioriteit.
Voor de Grote Nete kan men, op basis van de huidige kennis van de verontreiniging en in afwachting van het
bodemonderzoek, stellen dat de radiologische impact van de bodemverontreiniging op de bevolking gelijkaardig
of lager is dan langs de Grote Laak en Molse Nete. Voor de chemische impact verwijzen we naar de evaluatie van
de OVAM.
De radiologische impact in geval van recreatieve activiteiten langs deze rivieren is in elk scenario
verwaarloosbaar.
De situatie wijzigt echter sterk in geval van werken in overstromingsgebieden, langs de oever en in de
waterbodem, gezien:
een verhoogd risico is op blootstelling van de personen die de werken uitvoeren, met name door
inademing en ingestie van stof.
er afvoer of in-situ hergebruik kan optreden van verontreinigd materiaal
door werken de verontreiniging op het terrein en dus ook de geassocieerde dosisinschatting kan wijzigen.
Hoewel het risico op verhoogde blootstelling in de meeste gevallen laag is, raadt het FANC vanuit het
voorzorgsprincipe aan om bij werken in de zones langs de oevers waar verontreiniging aangetoond is of waar
een bodemonderzoek loopt (zie boven), de volgende maatregelen in acht te nemen:
Gezien het risico bij beperkte (beheers)werken de facto aantoonbaar verwaarloosbaar is, legt het FANC vast dat
werken zonder grondverzet korter dan 14 werkdagen geen aangifte vereisen. In geval van grondverzet is
dus sowieso aangifte vereist, ongeacht de duur van de geplande werken, zodat kan worden bepaald wat de
afvoer- of gebruiksopties zijn voor het materiaal.
Na evaluatie van de aangifte zal het FANC - indien het dit nodig acht, en waar nodig in overleg met de OVAM - per
FANC-besluit bijkomende maatregelen opleggen.
Het FANC vraagt om tijdig een melding in te dienen, d.w.z. minstens een maand voor de werken op volgend
adres: bodem@fanc.fgov.be (mailto:bodem@fanc.fgov.be).
[1] Koninklijk besluit houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en
het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen. Voor 226Ra gaat het om Artikels 4
(http://www.jurion.fanc.fgov.be/jurdb-consult/consultatieLink?wettekstId=11546&appLang=nl&wettekstLang=nl)
en 9 (http://www.jurion.fanc.fgov.be/jurdb-consult/consultatieLink?
wettekstId=11552&appLang=nl&wettekstLang=nl), m.b.t. aangifte voor beroepsactiviteiten waarbij natuurlijke
stralingsbronnen worden aangewend. Voor de kunstmatige nucliden langs de Molse Nete gaat het om een
overschrijding van de vrijstellings/vrijgavelimieten en is melding aan het FANC vereist.