You are on page 1of 3

Ivar Römer 01 - Het kippetje dat niet wist waar het haar eieren zou leggen (zondag 9 april

2000).doc pagina 1 van 3

Het kippetje dat niet wist waar het


haar eieren zou leggen.

E
r was eens een kippetje dat drie mooie eieren wilde leggen maar niet wist wáár ze ze zou
leggen. Het was een mooi hennetje. Wit, rond in de veren, een rood kammetje, twee kleine lel-
letjes, een geel snaveltje en een wit donzen staartje. Ze had drie mooie eieren en ze zocht
een veilig beschut plekje om ze te leggen. Een plekje waar ze beschermd waren en waar ze ze kon
bebroeden.

Het kippetje liep van het boerenerf af het weiland in en kwam aan de rand
van het bos. Daar kwam ze een klein hertje tegen. Een jong hertje, het had
nog amper horentjes. Het was bruin, had een paar witte stippen op haar
zij, twee grote donkere ogen een zwart neusje. Het had ook een klein
donsstaartje. De hen vroeg aan het hertje: ,,Weet jij niet een mooi
plaatsje waar ik mijn eieren kan leggen?” ,,Nee”, zei het hertje: ,,op het
land is het te open en in het bos te donker en gevaarlijk. En bovendien
leggen hertjes ook geen eieren, al heb ik wel net zo’n staartje als jij. Maar
misschien kun je het aan het eekhoorntje vragen.”

Het hennetje trok verder en ontmoette spoedig een jong, maar niet al te jong goudbruin eekhoorntje
met een grote pluimstaart dat speels op de takken hipte. ,,Zo, eekhoorntje”, vroeg de hen: ,,weet jij
misschien een veilig plekje waar ik mijn eieren kan leggen?” Het eekhoorntje stond even stil, spitste
zijn oortjes, trok zijn snuitje in de lucht en zei: ,,Hierboven in de bomen is het wel ruimer en lichter
dan op de grond - de vogels bouwen hier ook hun nestjes - maar ik denk niet dat zo’n mooie grote kip
als jij met zulke korte vleugeltjes zo hoog in de boom kan vliegen.” ,,Nee, dat is zo”, zegt het
hennetje bedachtzaam. ,,Trouwens, en wij leggen ook geen eieren al hebben we wel net zo’n
pluimstaart als jij”, zei het eehoorntje: ,,maar misschien kun je het aan de schildpad vragen, want
schilpadden kunnen heel oud worden, wel 100 jaar. Misschien weten zij het.”

Zo trok het kippetje verder en het duurde niet lang of ze ontmoette aan de rand van een plas een
heel klein schildpadje. Het was een waterschildpadje: klein, donkerbruin met een plat ruggetje en
een paar stippen, kleine vinnetjes als pootjes en een soort snaveltje als bekje. Het had ook een
piepklein staartje al was het geen pluimstaart. Het hennetje vroeg: ,,Klein schildpadje, weet jij waar
ik mijn eieren kan leggen?” ,,Nou, zegt het waterschildpadje, ik ben nog erg klein, ik zou het niet
weten, maar mijn familie legt wel eieren, die weten het wel. Ga maar met mij mee naar mijn
grootvader en grootmoeder bij het strand. Die zijn heel oud en heel groot en die weten het vast
wel!”

Zo liep het hennetje langs de wal met het schildpadje mee en


kwam bij een strandje waar veel riet groeide. De oude
schildpad was een reuze zeeschildpad van wel meer dan een
meter groot. Het had een grote donkere rug en grote poten om
mee te zwemmen en een klein staartje. De oude schildpad wist
dat heel ver, helemaal aan de andere kant van de zee, een bij-
zonder land lag waar je de mooiste plekjes had om eieren te
leggen. Vroeger toen hij nog klein was, was hij daar ook
geweest, herinnerde hij zich. Hij kwam er zelfs vandaan. Heel enkel kwam hij er nog wel eens maar
het was een lange reis. De oude schildpad wilde er wel eens weer kijken en het hennetje mocht dan
wel mee op zijn rug varen. Zo gezegd zo gedaan en de volgende dag klom het hennetje op de rug van
Ivar Römer - 01 - Het kippetje dat niet wist waar het haar eieren zou leggen (zondag 9 april 2000).doc Pagina 2 van 3

de reuze schildpad en trokken ze beide de zee in. Het hertje, het eekhoorntje en het kleine water-
schildpadje zwaaiden ze vrolijk uit.

Op de rug van de reuze schildpad had het witte kippetje het grootse plezier. Ze vond het prachtig,
want ze had nog nooit zo over die blauwe zee uitgekeken, waar je in alle richtingen de horizon zag.
Het was stralend weer met een prachtige blauwe lucht en er waaide een frisse wind. Met grote rus-
tige slagen zwom de zeeschildpad het kippetje over het water. Het kippetje had het erg naar haar
zin.

Het duurde echter niet zo lang toen opeens de lucht betrok. De lucht werd donker en steeds
donkerder. Het begon te waaien en de golven werden steeds onrustiger. Het begon zelfs nog te
regenen ook. Nu vond de hen het niet meer zo leuk. Ze werd ook een beetje bang en ze moest steeds
meer moeite doen om te blijven staan. Door de regen en wind gleed ze steeds bijna van de rug van de
schildpad, die door de regen heel glad geworden was.

Maar, telkens als het kippetje in het water dreigde te


vallen werd ze zachtjes teruggeduwd. Alsof ze vanuit het
omringende water opgetild werd. Oeps! Daar gleed ze
weer, maar ze werd onmiddellijk weer zachtjes verend
omhoog geduwd. Hoe kon dat nu, vroeg het kippetje zich
af? Toen ze eens beter keek, zag ze dat rondom de
schildpad een kring van de mooiste en kleurigste vissen
zwom die ze ooit had gezien. Prachtige blauwe, roze,
groene en gele vissen zwommen om de schildpad heen.

Het was alsof het water in de omtrek een en al kleur was. Wat was nu het geval? Het waren deze
vissen die met hun mondjes telkens het hennetje zachtjes op de rug van de schildpad terugduwden.
Het hennetje was heel dankbaar dat de vissen haar zo hielpen. En dat ze er niet afgegleden was. Ze
dacht: ik ben toch wel erg geholpen door iedereen. Door het hertje, die me naar het eekhoorntje
bracht; door het kleine schildpadje die me naar de grote schildpad bracht; door de reuze schildpad
die me naar de overzijde brengt en nu door deze prachtige kleurige vissen.

Toen het de volgende dag was, de lucht bijna opgeklaard was en het hennetje weer helemaal blij was
- ze kakelde er vrolijk op los - dacht ze opeens: ,, Ik krijg toch wel een beetje honger zo lang-
zamerhand. En wie weet hoe lang de reis nog duurt?” De schildpad die nooit veel zei, begreep haar
wel. Zelf at hij al zwemmend hele kleine stukjes voedsel van planten en vruchtjes uit het water: daar
had hij genoeg aan. Maar hij begreep wel dat het kippetje dat niet kon. En hoewel de schildpad niet
veel praatte kon hij wel hele bijzondere geluiden maken. Een soort zingen was het. Net zoals
walvissen dat kunnen. Maar dan nog mooier. Hij zong zo prachtig dat het leek alsof de hele zee uit de
mooiste klanken bestond. De zee zelf werd een klankenzee. De mooiste klanken en geluiden als
duizend instrumenten klonk op uit de zee. En dat trok ook de vogels aan. Allerlei vogels en vooral
meeuwen werden aangetrokken door deze prachtige klanken.

Er waren namelijk witte meeuwen die de overtocht ook maakten. Of in ieder geval een heel eind van
het thuisstrand de zee opvlogen. Bijna tot het eind. Ze werden aangetrokken door de prachtige
muziek die de zeeschildpad maakte. En in die klanken hoorden ze de vraag van de schildpad dat het
kippetje niets meer te eten had.

Op sommige plekken staken boven de zee rotsblokken uit. Grote grijze rotsblokken. Vanaf het vaste
land waren door de wind allerlei zaadjes komen aanwaaien. Die kon je daar dan vinden en dat maakte
ook dat er zelfs wat gras en kleine bloemetjes en struikjes op groeiden. De meeuwen zochten die
vruchtjes en zaadjes en aten ze onderweg op. De meeuwen gingen nu deze zaadjes zoeken en
brachten ze naar het kippetje. Ze lieten het zo vanuit de lucht vallen boven op de rug van de

2
Ivar Römer - 01 - Het kippetje dat niet wist waar het haar eieren zou leggen (zondag 9 april 2000).doc Pagina 3 van 3

schildpad! Het kippetje kreeg zo genoeg te eten en het bedankte de meeuwen erg. Weer dacht het
eraan hoe goed het wel niet door iedereen geholpen was. Door het hertje met zijn donsstaartje, het
eekhoorntje met zijn pluimstaart, het schildpadje met zijn piepkleine staartje, de prachtige
kleurige school vissen, de zingende zeeschildpad en nu ook nog door de witte zeemeeuwen!

Het duurde nu niet lang meer of ze kwamen bij het nieuwe land aan. De
hen zag het in de verte al liggen. Toen ze op het strand wandelde zag de
hen al dat de reuze schildpad niets te veel had gezegd want het was er
werkelijk prachtig. Zulke bijzondere bomen, vormen en kleuren had ze
nog nooit gezien. Het was er heel kleurrijk en beschut zonder dat het er
donker was zoals in het bos waar ze vandaan kwam. Er waren de mooiste
plekjes om eieren te leggen. Het kippetje had dan ook snel een veilig
plekje gevonden om haar eieren te leggen.

Nu het hennetje klaar was dacht het: ik heb zoveel van iedereen gekregen, als ik nu weer terug ga
dan moet ik ook een geschenk mee terug nemen naar de dieren in het woud. Voor de dieren die mij zo
geholpen hebben. Wat voor geschenk kan ik dan mee terug nemen? Het hennetje kon echter maar
niet bedenken wat het moest zijn. Het had zelf zoveel gekregen en had ook haar beste eieren naar
hier gebracht. Dat was het geschenk wat ze naar déze oever gebracht had, maar wat kon ze nu mee
terúg brengen?

En toen was het alsof er vanuit de omtrek, vanuit de lucht, een stem
klonk die zei: ,,Een ster! Je moet een ster mee terugnemen!” ,,Wanneer
je dieper dit land in trekt, dit nieuwe land waar je nu bent gekomen dan
kom je op een plaats waar geen wereld meer lijkt te zijn. Het binnenste
van dit land lijkt op een plaats waarvan je niet kan zeggen of het nu uit
land, water of lucht bestaat. Het lijkt nog het meest op een zilverblauw
klinkend sterrelicht. Een heel bijzonder sterrelicht. Van dit licht kun je
iets opnemen dat je dan in je binnenste mee kunt terugnemen. En de
andere dieren zullen deze ster in jou opmerken en dat zal hun beloning
zijn. Want met de kracht van dit sterrelicht kun je ook de andere dieren
helpen en hen de weg wijzen zoals zij jou geholpen hebben.”

Het kippetje had deze woorden goed beluisterd en bedankte de stem erg, deed wat het gezegd had,
klom op de rug van de schildpad en keerde weer huiswaarts. Thuis gekomen waren alle dieren blij dat
het kippetje weer terug was. Iedereen was verrast door het licht wat ze had meegenomen en ze
dansten vrolijk.

(En sindsdien wordt elke keer, wanneer het hennetje in de nacht is weggeweest om haar eieren weg
te brengen - maar dat geld ook voor de andere dieren - bij terugkomst het bos een beetje lichter.)

You might also like