Professional Documents
Culture Documents
Eindtermen:
14.1 De leerlingen tonen zelfvertrouwen bij het verkennen en gebruiken
van digitale infrastructuur en toepassingen;
14.2 De leerlingen gebruiken doelgericht en adequaat standaardfunctionaliteiten
van digitale infrastructuur en toepassingen om digitaal inhouden te creëren,
te delen en te beheren;
14.3 De leerlingen gebruiken doelgericht en adequaat standaardfunctionaliteiten
van digitale infrastructuur en toepassingen om digitaal te communiceren,
samen te werken en te participeren aan initiatieven;
14.4 De leerlingen lichten toe hoe bouwstenen van digitale systemen
zich tot elkaar verhouden en op elkaar inwerken;
14.5 De leerlingen lichten toe hoe bouwstenen van digitale systemen zich tot
elkaar verhouden en op elkaar inwerken.
14.6 De leerlingen leggen wederzijdse invloeden uit tussen enerzijds het individu
en anderzijds media, digitale infrastructuur en digitale toepassingen;
14.7 De leerlingen passen regels van de digitale wereld toe;
14.8 De leerlingen evalueren mogelijkheden en risico’s van hun mediagedrag en
dat van anderen.
Inhoudsopgave
Digitale systemen 3
Bit 3
Input en output 4
Algoritme 5
Digitale systemen en hun relaties 12
Zenden, ontvangen, verwerken en opslaan 12
Verbindingen 12
Vakterminologie 15
Het OSI-referentiemodel 17
Digitale systemen en hun uitdagingen 19
Veiligheid 19
Compatibiliteit 22
Foutmeldingen 23
Digitaal leren: Digitale systemen Pagina 3 van 25
Digitale systemen
Verwerking
gegevens +
Invoer data Uitvoer informatie
Tijdelijke opslag
tussenresultaten
Bit
Deze gigantische datastroom dat continu door computers verwerkt wordt bestaat
eigenlijk alleen maar uit massa’s nulletjes en eentjes.
12
64 32 16 8 4 2 1
→ 8
0 1 0 1 1 0 1 0
Herken je de getallen uit de eerste rij? Waar vind je deze getallen nog terug?
De machten van 2 in wiskunde.
Input en output
De invoer van gegevens bij een computer kan gebeuren aan de hand van een muis,
toetsenbord, microfoon/headset, … De uitvoer van jouw invoer lees je af op het
beeldscherm, rolt uit de printer of hoor je uit de luidsprekers.
Voor de verwerking zorgt een processor.
Hoe krachtiger die is, des te sneller de verwerking ☺
Algoritme
Een algoritme is dus een reeks opdrachten die in een bepaalde volgorde uitgevoerd
moeten worden om een probleem op te lossen.
In ons dagelijks leven maken we (dikwijls onbewust) gebruik van algoritmes. Denk maar
aan:
● Een recept volgen in een kookboek;
● Een das knopen;
● De handleiding bij een bouwpakket;
● Enzovoort.
Opdracht
Via deze link kan je in Scratch digitaal kaartjes terugvinden waarmee we nu gaan leren bits
tellen/berekenen. Ieder bolletje op deze kaartjes stelt 1 bit voor.
Je krijgt 5 kaartjes van je leerkracht met daarop 1, 2, 4, 8 en 16 bolletjes op. Ieder bolletje
stelt 1 bit voor.
Wat is het grootste aantal bits dat we kunnen bekomen met deze 5 kaartjes? …..........
0 0 0 0 0 0
4 0 0 1 0 0
7 0 0 1 1 1
11 0 1 1 1 1
12 0 1 1 0 0
15 0 1 1 1 1
19 1 0 0 1 1
25 1 1 0 0 1
29 1 1 1 0 1
31 1 1 1 1 1
0 0 1 0 1
=5
3 0 0 0 1 1
8 0 1 0 0 0
13 0 1 1 0 1
17 1 0 0 0 1
27 1 1 0 1 1
a 0 0 0 0 1
a 0 0 0 0 1
p 1 0 0 0 0
h 0 1 0 0 0
a 0 0 0 0 1
l 0 1 1 0 0
l 0 1 1 0 0
o 0 1 1 1 1
Schrijf opnieuw een woord van maximaal 4 letters en zet dit om naar computertaal, maar
toon dit niet aan de persoon naast je:
Werk nu samen en laat de persoon die naast je zit het woord vertalen.
Doe deze oefening nu nog een keer met een woord van maximaal 8 letters.
Het elementaire doel van een computer die in verbinding staat met een netwerk is het
overbrengen van gegevens van één locatie naar een andere d.m.v. een medium.
Het uitwisselen van deze gegevens komt neer op het versturen van 0’en en 1’en,
via een transmissiemedium.
De 0’en en 1’en worden daarbij omgezet in een vorm van energie die zich via het
transmissiemedium kan verplaatsen.
Data dat verstuurd wordt via een netwerk wordt altijd opgedeeld in kleine blokken van
karakters of pakketten ( = packetizing ).
Concreet wil dit zeggen dat de data (bits) van een foto op computer A wordt opgesplitst in
meerdere pakketjes, en dat dit pakketje dan over bv. een UTP-kabel gestuurd wordt
richting computer B.
Wanneer computer B deze data (bits) ontvangt, stelt hij deze zodanig samen dat jouw
oorspronkelijke foto behouden bleef.
Uiteraard zijn we hier niet veel mee wanneer we over geen groot netwerk beschikken om
al deze data over te verzenden.
Verbindingen
We kunnen het ons haast niet meer inbeelden, maar ooit was er dus een
😐 w e r e l d z o n d e r i n t e r n e t 😐
Of nog niet zo heel erg lang geleden, een wereld waarin internet wel bestond, maar waar
nog lang niet elk toestel verbinding had met het internet.
Vraag eens aan je leerkracht hou oud zij/hij was toen zij/hij hun eerste toestel dat in
verbinding stond met het internet kreeg.
Het leerkrachtenteam is nog heel jong, maar in de wereld van de informatica zijn ze helaas
al een beetje …… Zoek zelf maar de beste term uit 😐
We spreken van een netwerk zodra er twee of meer toestellen met elkaar verbonden
zijn en beschikken over:
Een hedendaags thuisnetwerk bestaat uit meer componenten dan twee computers die
onderling met een kabel of via een draadloze verbinding met elkaar verbonden zijn.
Welke toestellen zijn nog verbonden met je netwerkverbinding bij jou thuis?
Waterkoker, koelkast, thermostaat, vaatwasmachine, verlichting, …
Bekijk de video “Wat is een IP-adres?” van DigiTaal van het Klokhuis.
Meer weten over IP-adressen én hoe je dit kan wijzigen of zelfs verbergen: VPN consult
vertelt je graag meer in deze video.
Hoe wordt een IP adres toegewezen?
Meestal krijgt een toestel zoals een computer, laptop, tablet of gsm automatisch een IP-
adres toegewezen door de DHCP server van jouw router.
DHCP betekent Dynamic Host Configuration Protocol. De DHCP server kijkt welke IP-
adressen vrij zijn en kent het eerstvolgende IP adres dat vrij is toe aan een computer die
verbinding met het netwerk wil maken.
Een IP-adres ziet er als volgt uit:
192.168.10.115
Wanneer je bovenstaand IP-adres omzet naar binaire waarden krijg je volgende uitkomst:
Elk IP-adres bestaat telkens uit 32 bits, hoeveel bytes zou dat zijn?
……4… bytes.
Tip: bekijk de binaire waarde van ons IP-adres. Elk cijfer van de decimale weergave
wordt opgesplitst in 8 bits.
Intussen bestaat er een nieuwe versie van de IP-adressen. IPV4-adres heeft een opvolger:
IPV6-adressen.
Hoe ziet een IPV6-adres eruit?
We zijn steeds “verbonden”. Het aantal apparaten die we gebruiken wordt steeds hoger.
Steerd meer mensen (en hun toestellen) willen toegang tot het internet. Om die blijvende
vraag te kunnen ondersteunen hebben we meer IP-adressen nodig. IPV6-adressen zorgt
ervoor dat we het aantal beschikbare IP-adressen kunnen verhogen.
0123:4567:89ab:0123:4567:89ab:cdef
We hebben het nu telkens gehad over computers die verbinding maken met het internet.
Maar we weten allemaal dat dit zich niet enkel beperkt tot computers.
Smartphones, tablets, tv’s, auto’s, koelkasten, … je kan het zo gek niet bedenken of het
toestel dat je aankoopt kan verbinding maken met het internet.
Zo bestaat er ook zoiets als “domotica”.
Onderzoeksvraag: Wat is domotica? Welke toestellen kunnen door een
domoticasysteem “aangestuurd” worden?
Opdracht: Doe een online onderzoek. Welke zoektermen ga je gebruiken?
Een zoekterm is een woord of woordengroep die je typt in de zoekmachine
om een overzicht te krijgen van websites die dit woord of woordengroep
bevat en jou hier meer uitleg kan over geven. Mogelijke zoekmachines
zijn: Google, Bin of Yahoo!.
Jouw antwoord: Wat is domotica?
domoticasysteem.
1
Slimme lampen
2
Robotstofzuiger
3 smart tv
Sommige van de toestellen die hierboven opgesomd werden kunnen echter geen
verbinding maken indien deze niet-draadloos zou zijn. Denk maar aan je smartphone,
tablet of wagen.
Zij maken verbinding met het draadloze internet via wifi of via mobiele data.
Waar staat de afkorting wifi voor? Ga online op zoek naar de voluit geschreven
term voor wifi: …
Wireless Fidelity
In plaats van een kabel, maakt het draadloos internet via wifi en mobiele data gebruik van
radiogolven om met hoge snelheden gegevens te kunnen ontvangen en versturen.
Vakterminologie
Laten we wat meer leren over de vakterminologie. Afkortingen als http en firewall klinken
je misschien bekend in de oren – of niet? Daarentegen als we starten met DHCP, interface
en bandbreedte hoor je het misschien donderen in Keulen.
Via een interactieve PowerPoint-presentatie leer je de vakterminologie kennen. Daarna
maak je hier een aantal opdrachten rond om de leerstof te verwerken.
Ga naar smartschool < Digitaal leren < Document < Digitale systemen < Vakterminologie.
o een domeinnaam;
o een hostnaam;
o een protocolnaam.
De verschillende lagen van het OSI-model communiceren met elkaar door gebruik te
maken van:
o een protocol;
o een interface;
o een netwerk.
De afkorting bps staat voor:
o Bandbreedte per seconde;
o Bit per seconde;
o Byte per seconde.
http : een protocol dat ervoor zorgt dat je website correct kunt bekijken
https: protocol gebruikt voor website die een beveiligde verbinding vereisen
geen
Wist-je-datje
Data-opslag gebeurt in Bytes, data-transport gebeurt in bits per seconde.
Snelheid Afstand
Het OSI-referentiemodel
Stel dat een broodfabriek een lading brood gaat afleveren aan een bakker.
Om deze lading op de plaats van bestemming te krijgen worden er op verschillende
niveaus beslissingen gemaakt en gecommuniceerd.
De lading moet voorbereid worden: De afmetingen en inhoud van het brood moeten
bepaald worden en het brood moet gebakken worden.
De afnemer van het brood moet voorbereid worden op de komst van het brood, anders
wordt het niet in ontvangst genomen. Er moet een tijdstip en plaats van levering
afgesproken worden.
Er moet bepaald worden hoe het brood verzonden gaat worden. Per vrachtauto? En in
hoeveel vrachtauto's?
Er moet een weg bepaald worden die de vrachtwagen af zal leggen om de afnemer snel te
bereiken.
Eventueel moet de afnemer een 'brood ontvangen' bericht sturen zodra de lading binnen
is.
Deze logistieke beslissingen worden op een netwerk ook genomen om data af te leveren.
🡺 Het OSI model helpt om de verschillende stappen die genomen moeten worden bij het
afleveren van data inzichtelijk te maken. Elke laag van het OSI model maakt gebruik van
de diensten van de onderliggende laag en verzorgt diensten voor de bovengelegen laag.
De 7 lagen
Veiligheid
RANSOMWARE
Adware TROJAN Worms
Spyware
Keylogger Mobile malware
Welk antivirusprogramma gebruik jij?
Antivirusprogramma’s
Gratis Betalend
Jouw computer
Schoolcomputers
Jouw buur
Ga online op zoek naar een site waar je de sterkte van je wachtwoord kunt
testen. Hoe sterk is jouw wachtwoord?
Compatibiliteit
Bij een bloedtransfusie is het belangrijk dat de bloedgroep van de donor compatibel is
met die van de ontvanger.
Opdracht
Je wilt de volgende software op je computer installeren. Bezoek de website van de
software en noteer de systeemvereisten. Kun je ook terugvinden of je
computer aan die vereisten voldoet?
Foutmeldingen
Het kan soms gebeuren dat bepaalde zaken niet werken zoals wij het vragen van de
computer of andere apparatuur. Dit heet dan een functionaliteitsprobleem,
hiervoor krijgen we een foutmelding.
Ieder functionaliteitsprobleem heeft een oorzaak, sommige zijn heel makkelijk op te lossen,
anderen dan weer niet.
Enkele voorbeelden van mogelijke foutmeldingen of problemen die we kunnen krijgen zijn:
● Je printer werkt niet;
● Je computer staat aan maar je krijgt geen beeld;
● Je internet valt weg;
● …
We gaan je probelmsolving skills eens even aanscherpen. Geef voor onderstaande
problemen een oplossing, je mag hiervoor gebruik maken van het internet.
Je printer werkt niet