Professional Documents
Culture Documents
Fiscale Wetgeving Hoofdstuk 10 Deviezenwet
Fiscale Wetgeving Hoofdstuk 10 Deviezenwet
WET
WIE MAAKT DEEL UIT VAN DEVIEZENBELEID? / WELKE INSTANTIE IS BELAST HIERMEE?
1. De Centrale Bank van Suriname is verantwoordelijk voor de uitvoering van het deviezenverkeer
namens de staat.
2. Andere banken en bankiers kunnen door de Centrale Bank gemachtigd worden om als
deviezenbank te opereren, onder bepaalde voorwaarden.
3. Deviezenbanken vallen onder het toezicht van de Centrale Bank van Suriname.
WISSELKOERSEN
1. De Centrale Bank van Suriname, in overeenstemming met de Minister van Financiën, bepaalt de
wisselkoersen voor buitenlandse valuta en publiceert deze.
2. Indien er geen gepubliceerde koersen zijn voor specifieke valuta, kan de Centrale Bank van
Suriname op verzoek van belanghebbenden wisselkoersen vaststellen.
3. De douanekoers wordt elke twee weken op dinsdag gepubliceerd. Als dinsdag op een zondag
gelijkgestelde dag valt, wordt de bekendmaking op de volgende dag gedaan.
VERBODSBEPALINGEN
Het is verboden, tenzij er een vergunning is verleend, te beschikken over:
a. Goud
b. Edele metalen
c. Buitenlandse geldswaardige papieren
d. Buitenlandse vorderingen
e. Buitenlandse effecten
f. Goederen of rechten van ingezetenen die in het Buitenland berusten.
g. Onroerende goederen of rechten van ingezetenen die in het buitenland gelegen zijn.
h. Andere buitenlandse onlichamelijke zaken
i. Niet in verhandelbaar papier belichaamde aandelen in buitenlandse rechtspersonen,
vennootschappen en gemeenschappen
j. Buitenlandse betaalmiddelen.
Hoofdstuk 11 Havenwet 1|P a g e
VRIJSTELLING VAN DE CENTRALE BANK VAN SURINAME
1. De Deviezenwet heeft beperkende en verbodsbepalingen met betrekking tot het omgaan met
buitenlandse valuta en waardepapieren.
2. Deze bepalingen zijn niet van toepassing op de Centrale Bank van Suriname.
3. De vrijstelling geldt voor de waarden die de Centrale Bank voor haar eigen rekening bezit of
namens de staat beheert.
BEVOEGDHEDEN
Naast de personen die bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering zijn
aangewezen, zijn de volgende ambtenaren belast met het opsporen van strafbare feiten volgens de
Deviezenwet:
1. Ambtenaren van de Centrale Bank van Suriname die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering
van het deviezenverkeer.
2. Ambtenaren van de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst.
3. Ambtenaren van de Invoerrechten en Accijnzen.