Платье-рубашка р.40-60 (рос)

plak-/lijmvlak - niet afknippen
Artikel KM2010-21overhemdjurk_pdfpatroon
Artikel KM2010-22top_pdfpatroon
Belangrijk!
Voordat u verder gaat, eerst deze pagina goed lezen!
Voordat u begint met het printen van alle Pas nadat u deze pagina heeft geprint en het Zijn beide vierkanten excact 10 bij 10 cm, dan
pagina’s, print u eerst ALLEEN DEZE PAGINA. vierkant exact 10 bij 10 cm is, print u met is het patroon juist geprint en kunt u beginnen
DEZELFDE INSTELLINGEN (ware grootte op met het knippen en plakken van het patroon.
Als u deze pagina heeft geprint, controleert u A4 papier) de resterende pagina’s.
met behulp van een liniaal of het onderstaande Op één van de pagina ’s in het patroon is voor Doet u voorgaande stappen niet, dan bestaat
vierkant exact 10 bij 10 cm is. een laatste controle ook nog eenzelfde vierkant de kans dat het patroon qua maatvoering niet
geplaatst. klopt.
Zo niet, dan print u nogmaals alleen deze Voordat u begint met het knippen en plakken
pagina, waarbij u controleert of u print op ware van het patroon, controlee rt u ook nog of dit
grootte (100%) en op het juiste papierformaat; vierkant de juiste afmetingen heeft.
A4 (210 x 297 mm).

CONTROLE VLAK
10 cm
10 cm
Copyright © Newskoolmedia BV – KnipMode – Niets uit dit document of patroon mag geheel of gedeeltelijk worden ve
rveelvoudigd,
opgeslagen of openbaar worden gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.
Copyright © New Skool Media - KnipMode

AG EN
VR
?
HOE TE BEGINNEN BOVEN
WIJDTE
Spiegelen
WELKE PATROONMAAT TAILLE
WIJDTE patroond
worden.
Let op: onze pa ronen z n nie e verge ken Heb je vragen over patronen uit HEUP
WIJDTE een keer
me confec iema en. He is aarom heel het blad? Mail onze coupeuse: deel uit. J
belangr k om eers e ma en goe e me en coupeuse@newskoolmedia.nl spiegel
voor a je begin .
heel patr
Knoop als ui gangspun een ban je om
e aille en laa i ens he maa nemen HOE MEET JE DE MATEN?
zi en. Lichaamslengte Mee van boven op je
Als je e ma en geno eer heb , kun je hoof o op e gron pat
vas s ellen in welke kle ngmaa je val . B ovenwijdte Mee ron e bors op
Omcirkel in e maa abel e ma en ie he he mees ui s eken e ge eel e. Con roleer
mees me e opgeme en ma en overeen- of he mee lin goe horizon aal lig .
komen. Mees al zullen e cirkel jes in Taillewijdte Mee ron he smals e eel van
verschillen e kolommen s aan. Da be eken je aille, over je navel heen. Reken ± 2 cm
a voor verschillen e kle ngs ukken ex ra als je nie van een s rakke aille hou . Aansluitli
an ere ma en gekozen moe en wor en en Heupwijdte Leg e cen ime er over he in twee o
a soms e pa ronen ie s aangepas zwaars e eel van je billen of heupen. Zorg Plak deze
moe en wor en. ervoor a he mee lin horizon aal lig . aangege
RUGLENGTE
Ga voor bovens ukken (b voorbeel een Ruglengte Mee van he knobbel je in e
jurk, blouse of jasje) ui van e bovenw e nek o op he ban je in e aille.
en voor een broek of rok van e heupw e. Bovenarmwijdte Leg he mee lin ron om
Verge k e geme en lichaamsma en al he zwaars e eelvan e arm.
LICHAAMSLENGTE

me e maa abel. Mee voor e volle ig- Schoudermouwlengte Mee vanaf e hals
hei ook he pa roon na. Let op: afhanke via je gebogen elleboog naar 1 cm on er he Doorknip
van he mo el is een oegif in he pa roon polsgewrich . delen mo
verwerk . Zithoogte Ga rech op op een vlakke s oel doorgek
BINNENBEENLENGTE
Heb je een an ere lichaamsleng e an aan- zi en. Mee vanaf e hoog e van e z kan een deel
gegeven, an kun je b een klein verschil he van je aille in een rech e n naar e zi ing knippen
pa roon aanpassen oor he kor er of langer van je s oel. Let op: laa he mee lin nie in beeld om
e maken. een boch om je heupen lopen. Tip: gebruik lengte ku
Heb je een an ere cupmaa an C? Pas he een liniaal i.p.v. een mee lin .
pa roon an aan. K k voor e ui leg in he 2
han boek b 'Pa ronen aanpassen'. De volgen e ma en s aan nie in e maa abel
maar z n wel belangr k.
doorkniplijn
zijnaad
JE MAAT NEMEN Binnenbeenlengte Mee vanaf he kruis
Draag ens he me en alleen on erkle ng naar e gron .
en een goe passen e bh. Zorg ervoor a je Bovenbeenwijdte Mee ron om over he afkniplijn
he mee lin nie e s rak aan rek , he moe zwaars e eel van he bovenbeen.
kunnen raaien/gl en. Achterlengte Mee van he knobbel je
in e nek o e zoom.
Roklengte Mee van he ban je in e aille
o e zoom. De ailleban wor nie mee-
gereken
PATROONMAAT VROUWEN LICHAAMSLENGTE 172 CM EN CUPMAAT C Teken de

Eenvou
Maat 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56
of tailleb
S S M M L L XL XL XXL XXL XXXL
Deze pa
83 87 91 95 99 103 107 113 119 125 131 137 staan b
T 67 70 73 77 81 85 89 95 101 107 113 119 zelf’ en
92 95 98 102 106 110 114 120 126 132 138 144 vouw n
R 41,6 41,8 42 42,2 42,4 42,6 42,8 43 43 43 43 43 stippell
28 29 30 31,5 33 34,5 36 38 40 42 44 46
70,5 71,5 72,5 73,5 74,5 75,5 76,5 77,5 78,5 79,5 80,5 81,5
10 CM LANG
26 26,5 27 27,5 28 28,5 29 29,5 30 30,5 31 31,5

Spiegelen Soms moet er van een half

patroondeel een heel patroondeel gemaakt HOEVEEL STOF HEB JE NODIG?
worden. Leg het overgenomen patroon nog K k daarvoor naar het schema dat is
een keer op het papier en knip het patroon- afgebeeld b de werkbeschr ving.
deel uit. Je hebt nu twee delen die je op de B onze knipvoorbeelden gaan w alt d uit
spiegel n tegen elkaar plakt. Zo ontstaat een van een standaard stofbreedte van 1,40 m.
heel patroondeel. Heb je een andere stofbreedte? Neem dan
de betreffende stofbreedte – b voorbeeld
door een andere stof neer te leggen en deze
m.a. stofvouw
om te vouwen op deze breedte, of zet hem HET KNIPPEN VAN DE STOF

gespiegeld
spiegellijn
patroondeel
patroondeel uit op je tafelblad, eventueel met afplaktape Stofvouw De vouw die ontstaat als de stof
– en leg de patroondelen erop om te k ken wordt dubbelgevouwen.
hoeveel je nodig hebt. Zelfkant Is de afgewerkte rand van de stof.
Gebruik je grote dessins , zoals ruiten en Stof in de breedte dubbel Vouw de stof
strepen, dan is er meer stof nodig: leg de pa- dubbel waarb de goede kant van de stof
troondelen zo op de ruit, streep of het des- en de zelfkanten op elkaar liggen.
Aansluitlijnen Sommige patroondelen staan
sin, dat deze na het stikken mooi doorlopen. Stof enkel Leg de stof open met de goede
in twee of meer delen op het patronenblad.
Een panel is een grote afbeelding. kant naar boven. Let op dat je in dit geval
Plak deze delen na het overnemen volgens de
Let op: katoen en linnen kunnen krimpen linker- en rechterpatroondelen knipt.
aangegeven tekens aan elkaar.
het wassen. Was, droog en str k deze stoffen Twee stofvouwen Vouw de stof naar het
voordat je de delen gaat knippen. midden dubbel, zodat de zelfkanten in het
midden óf op de gewenste breedte tegen
elkaar aan komen te liggen. Hierdoor ontstaan b
LICHAAMSLENGTE
twee stofvouwen.

STOFBREEDTE 70 CM
V
Doorknippen/afknippen Sommige patroon-
delen moeten vóór het knippen uit de stof DE PATROONDELEN D
doorgeknipt worden. B voorbeeld omdat er OP DE STOF LEGGEN
een deelnaad in komt. Of ze moeten vóór het Leg de patroondelen in één richting, rekening
STOFVOUW
STOFVOUW
ZELFKANT
knippen uit de stof afgeknipt worden. B voor- houdend met de vleug of het dessin.
beeld omdat je het kledingstuk in een kortere
lengte kunt maken.
STOFVOUW
ZELFKANT
Let op: Knipmode is niet aansprake k voor

DRAAD
RECHT
VAN
2 2 2 2
3
2
de gevolgen van foutjes in de stofberekening
of de stofkeuze. Om je patroon mooi passend
middenachter
middenachter
middenachter
doorkniplijn
doorkniplijn
doorkniplijn
doorkniplijn
doorkniplijn
te maken en om problemen te voorkomen F

zijnaad
zijnaad
zijnaad
Patroondelen horen recht van draad uit de stof kun je eerst een proefmodel maken van een
afkniplijn
geknipt te worden. In het patroondeel staat goedkope stof, voordat je het model uit een 1
afkniplijn afkniplijn afkniplijn afkniplijn
de recht-van-draadl n aangegeven. Zorg dat mooie stof gaat knippen.
2
deze n evenw dig loopt met de zelfkant van
de stof. NADEN EN ZOMEN AANTEKENEN 3
Let op: sommige delen liggen meerdere In de patroondelen z n geen naden en zomen L
keren op het knipvoorbeeld. verwerkt. b
Knip daarom de volgende naadbreedtes aan:
h
1 cm b ronde naden en belegranden, 1 cm
aan de onderkant van de armsgaten, naar de o
Teken de volgende patroondelen zelf schouderkop verlopend tot 2 cm, 2 cm b T
Eenvoudige rechte delen, zoals een zakklep mouwkoppen, 2 cm b overige naden,
56 7
of tailleband, staan niet op het patronenblad. 3 à 6 cm b zomen. Knip b rechte delen
Deze patroondelen teken je zelf. De maten rondom 1 cm naad aan.
137 staan b ‘Teken de volgende patroondelen GESPIEGELD PATROONDEEL 8
119 zelf’ en z n zonder naad beschreven. De Let op Knipmode is niet aansprakelók voor de gevolgen van
foutjes in de stofberekening of de stofkeuze. Om je patroon mooi
144 vouw n van deze patroondelen is met een 9
passend te maken en om problemen te voorkomen kun je eerst
43 stippell n aangegeven een proefmodel maken van een goedkope stof, voordat je het
model uit een mooie stof gaat knippen.
16 CM BREED
46
81,5
r veelvoudigd, 1
10 CM LANG
31,5 VOUWLIJN

IP T IP S
KN
1
Leg voor het stikken de delen met
de goede kanten op elkaar.
2
Werk de naden met een lock- of zigzagsteek af.
3
Strijk de naden na het stikken open en
de figuurnaden plat.
4
Zet eventueel de letters die in het knipvoorbeeld
staan op de patroondelen. KM2010-21
21 JURK
Kók altód eerst naar de informatie ‘Hoe te beginnen’ en de
E
1/2 stofbr. 70 cm
2 11
B
C B
n basis naaitips op knipmode.nl/naaitips.
C 9

Van dit model is de achterlengte ± 116 cm. AA
DIT HEB JE NODIG 2 8
34 36 en 40 en 44 en 48 en 52 54 13
38 42 46 50 F
F
Wil je geruite stof? Koop dan extra stof als je de ruit mooi wilt laten
doorlopen of neem het patroon mee naar de winkel. 7
Stof van 1,40 m breed.
10
2,20 m 2,25 m 2,85 m 2,95 m 3,05 m 3,15 m 3,25 m
Fournituren: Vlieseline (H 180) Ř 13 knopen Ř doorstikgaren. G E
Knip de volgende patroondelen uit: 12 G

A
stofvouw
zelfkant
1 voorpand 4 kraag–boven en onder

2 achterpand 5 mouw
3 staander–buiten en binnen B
Let op: de patroondelen 1 en 2 staan in twee delen op het patronen-
1
blad. Plak deze delen op de tekens 1 en 2 aan elkaar. Knip
het patroondeel 2 op de aangegeven Oón door, zodat de achterpas 2
ontstaat. Maak van de patroondelen 3 en 4 hele patroondelen.
TEKEN DE VOLGENDE PATROONDELEN ZELF
7 ceintuur (2x knippen): 82–84–85–87–89–91–93–96–99–102–105 cm
lang en 8 cm breed.
8 borstzakklep (2x knippen): 8 cm lang en 11,5–11,5–11,5–12–12–12–12–
12,5–12,5–12,5–12,5 cm breed. 5
9 borstzak (2x knippen): 13,5–13,5–13,5–14–14–14–14–14,5–14,5–14,5–
G F
14,5 cm lang (incl. 2 cm beleg) en 11–11–11–11,5–11,5–11,5–11,5–12–
D 4
12–12–12 cm breed.
D 3
voudigd, 10 zakklep (2x knippen): 10 cm lang en 16–16–16–17–17–17–17–18–18–18– E
18 cm lang breed.
11 zak (2x knippen): 18–18–18–19–19–19–19–20–20–20–20 cm lang (incl.
2 cm beleg) en 15,5–15,5–15,5–16,5–16,5–16,5–16,5–17,5–17,5–17,5–
17,5 cm breed.

12 manchet (2x knippen): 12 cm lang en 19,5–20,5–21,5–22,5–23,5–

24,5–25,5–26,5–27,5–28,5–29,5 cm breed.
13 splitbies (2x schuin knippen): 2 cm lang en 20 cm breed.
VOOR JE BEGINT
Ř Leg de patroondelen volgens het knipvoorbeeld op de stof. Knip na
het knippen voor het linker–voorpand het patroondeel 1 op de aange-
geven Oón af, knip wel naad aan.
Ř Verstevig de gróze delen in het knipvoorbeeld, de staander–binnen 3
en de kraag–onder 4 .
Ř Stik de aangegeven naden met een enkel stiksel door, tenzó het an-
ders wordt beschreven.
ZO ZET JE HET MODEL IN ELKAAR

Borstzakken en zakken
1. Stik de Ɠguurnaad in het voorpand 1.
2. Vouw het beleg van de borstzak 9 en de zak 11 naar de verkeerde
kant en stik hem op belegbreedte door.
3. Vouw de naden A of B van de zakken naar de verkeerde kant. Stik,
smal op de kant, de borstzak volgens de zakOón A en de zak volgens
KM2010-21 de zaklón B op het voorpand.
Borstzakkleppen en zakkleppen
4 . Vouw de borstzakklep 8 en de zak-
klep 10 dubbel. Stik de zóranden
van de klep. Keer de klep en róg de
open randen op elkaar. Stik de klep
door.
5. Stik de klep 1 cm boven de borst-

zak of de zak op het voorpand,
de klep wóst naar boven. Vouw
de klep naar beneden en stik de
aanzetrand door.
Linker–voorpand
6. Vouw de naad aan de voorrand van het linker–voorpand naar de
verkeerde kant en róg hem vast. Vouw het beleg van het linker–voor-
pand naar de goede kant en stik de onderrand op elkaar. Vouw het
beleg naar de verkeerde kant.
7. Stik het linker–voorpand op belegbreedte door.
Rechter–voorpand
8. Geef de vouwOónen 1e , 2e en 3e van het rechter–voorpand met een
rógdraad aan.
9. Vouw het rechter–voorpand onderaan op de 2e vouwlón naar bin-
nen. De 1e en 3e vouwOón liggen nu op elkaar. Vouw het voorpand
op deze Oón op het beleg. Vouw de naad aan de belegrand van de
bies om de 2e vouwOón op de verkeerde kant. Stik de onderranden
op elkaar. Keer het voorpand en vouw het zo ver mogeOók open.
10. Vouw het beleg op de 3e vouwlón naar binnen. Maak de knoopsga-
ten in deze rand.
11. Vouw het voorpand op de 1e vouwlón naar binnen. Stik het voor-
pand zo ver mogeOók volgens de stikOón door. Je hebt nu de 2e
vouwOón vast gestikt en de naad van het beleg zit tussen de randen.
12. Vouw de rand met de knoopsgaten onder de bovenste en strók al-
les plat. Zet de lagen tussen de knoopsgaten met een steekje vast.
Zoom het onderste stukje aan de verkeerde kant op het stiksel vast.
Panden
13. Stik de dwarsnaden C van het achterpand 2 en de achterpas 2 . Stik
de naad C op de pas door.
14. Stik de schoudernaden. Stik de naad op het achterpand door. Stik
de zónaden tot het splitteken.

Kraag met staander

15. Stik de buitenrand van de kraag–boven en onder 4 op elkaar, laat de
onderrand D open. Keer de kraag en stik hem smal op de kant door.
Róg de naden D van de kraag op elkaar.
16. Róg de naad D van de staander–binnen 3 en de kraag–boven op
elkaar. Speld de naad D van de staander–buiten 3 en de kraag–on-
der op elkaar. Je hebt nu vier lagen op elkaar. Stik de naad D van de
staanders tot de halsOón E op elkaar. Keer de staander.
17. Stik de halsnaad E van de staander–binnen en de panden, houd de
goede kant op de binnenkant van de panden. Knip de halsnaad E
tot 2 mm vóór het stiksel in. Stik de halsnaad E van de staander–bui-
ten met een inslag smal op de kant op de halsnaad E van de panden
en stik hem verder door.
Mouwsplitten
18. Knip de splitOón F van de mouw 5 in. Leg de goede kant van de
splitreep 13 op de verkeerde kant van de mouw.
19. Stik één lange rand F van de splitreep met 0,5 cm naad langs het
split F, bó de bovenkant van het split is de naad 1 mm.
20. Vouw de splitreep met de verkeerde kant op elkaar dubbel. Stik de
andere naad F van de splitreep smal op de kant met een inslag op
de naad F van de mouw.
21. Vouw de mouw op de splitreep dubbel. Stik de splitreep aan de
bovenkant met een schuin hoekje op elkaar.
22. Vouw de splitreep bó de brede kant van de mouw naar binnen en
róg hem op de onderrand G van de mouw vast.
23. Geef met een rógdraad de plooLOónen van de mouw aan. Vouw de
plooLOónen in de richting van de pól met de goede kant op elkaar.

Speld de plooi vast.
24. Vouw zo ook de andere plooien op elkaar. Róg de plooidieptes op
de onderrand G van de mouw vast.
Mouwen
25. Stik de mouwnaden van de mouw. Keer de mouw. Zet de mouw in
het armsgat.
Manchetten
26. Leg de goede kant van de manchet 12 op de binnenkant van de
mouw; laat de naad aan de uiteinden bó het split uitsteken. Stik de
naad G van de niet–verstevigde rand van de manchet en de mouw
op elkaar. Vouw de naad G aan de andere rand van de manchet naar
binnen en róg hem vast.
27. Vouw manchet dubbel en stik de uiteinden op elkaar. Keer de man-
chet. Stik de andere naad G van de manchet smal op de kant op de
naad G van de mouw.
Ceintuur
28. Stik de naden van een kort uiteinde van de ceintuurdelen 7 op
elkaar. Vouw de ceintuur dubbel en stik de lange randen en de uit-
einden op elkaar, laat in het midden een stukje op en om te keren.
29. Keer de ceintuur. Zoom de opengelaten naad dicht. Stik de ceintuur
rondom smal op de kant door.
Afwerking
30. Stik een zoom van 1 cm breed in de onderrand en splitranden van
de overhemdjurk.
31. Maak de knoopsgaten. Zet de knopen aan.
32. Haak van het doorstikgaren een sliertje van lossen. Zet het sliertje
als een lusje op taillehoogte op de zónaad vast.

KM2010-22
22 TOP
Kók altód eerst naar de informatie ‘Hoe te beginnen’ en de
basis naaitips op knipmode.nl/naaitips.
Van dit model is de achterlengte ± 73 cm.
DIT HEB JE NODIG

1/2 stofbr. 70 cm
34 36 en 40 en 44 en 48 en 52 54
13 C 6
38 42 46 50 B F
2
Stof van 1,40 m breed F
1,80 m 1,85 m 1,90 m 1,95 m 2,00 m 2,15 m 2,25 m
Fournituren: Vlieseline (H 180) Ř 2 knopen. C

D
Knip de volgende patroondelen uit:
A 2
1 voorpand 5 mouw D B
stofvouw
2 achterpand 6 halsboord met strik–buiten en binnen
zelfkant
C
Let op: knip de patroondelen 1 en 2 op de aangegeven Oónen af. Knip D
het patroondeel 2 op de aangegeven Oón door, zodat de achterpas 2 1
ontstaat. Maak van het patroondeel 6 een heel patroondeel.
TEKEN DE VOLGENDE PATROONDELEN ZELF G C

12 manchet (2x knippen): 12 cm lang en 19,5–20,5–21,5–22,5–23,5– 12
24,5–25,5–26,5–27,5–28,5–29,5 cm breed. G
13 splitbies (2x schuin knippen): 2 cm lang en 20 cm breed.
5 C
VOOR JE BEGINT

Ř Leg de patroondelen volgens het knipvoorbeeld op de stof.
Ř Verstevig de gróze delen in het knipvoorbeeld. F
G
ZO ZET JE HET MODEL IN ELKAAR

Panden
1. Stik de Ɠguurnaad in het voorpand 1.
2 . Stik met een inslag een zoom in de splitranden A van de achterpas
2 . Stik de dwarsnaad B van het achterpand 2 en de achterpas.
3. Stik de schoudernaden. Stik de zónaden.
Halsboord met strik
4. Stik de naden C van de halsboord met strik–buiten en binnen 6
vanaf en tot de halsOón D op elkaar. Keer de halsboord met strik.
5. Stik de halsnaad D van de halsboord–buiten en de panden op
elkaar. Knip de halsnaad D tot 2 mm vóór het stiksel in.
6. Vouw de halsnaad D van de halsboord–binnen 0,75 cm naar binnen
en róg hem aan de binnenkant op de halsnaad D van de panden
vast. Stik de panden op de goede kant in de halsnaad D door.
Mouwsplitten, mouwen en manchetten
7. Kók voor de uitleg bó model 21 en volg de nummers 18 t/m 27.
Afwerking
8. Stik met een inslag een zoom van 1 cm breed in de onderrand van
de top.
9. Maak de knoopsgaten. Zet de knopen aan.

10-22
IP T IP S 12 manchet (2x knippen): 12 cm lang en 19,5–20,5–21,5–22,5–23,5–
KN 24,5–25,5–26,5–27,5–28,5–29,5 cm breed. Kraag met staander
KM2010-22
Artikel KM2010-21overhemdjurk_pdfpatroon
22
13 splitbies (2x schuin knippen): 2 cm lang en 20 cm breed. 15. Stik de buitenrand van de kraag–boven en onder 4 op elkaar, laat de
Artikel KM2010-22top_pdfpatroon onderrand D open. Keer de kraag en stik hem smal op de kant door. TOP
VOOR JE BEGINT Róg de naden D van de kraag op elkaar. Kók altód eerst naar de informatie ‘Hoe te beginnen’ en de
Ř Leg de patroondelen volgens het knipvoorbeeld op de stof. Knip na 16. Róg de naad D van de staander–binnen 3 en de kraag–boven op basis naaitips op knipmode.nl/naaitips.
AG EN het knippen voor het linker–voorpand het patroondeel 1 op de aange-
VR elkaar. Speld de naad D van de staander–buiten 3 en de kraag–on- Van dit model is de achterlengte ± 73 cm.
1 geven Oón af, knip wel naad aan. der op elkaar. Je hebt nu vier lagen op elkaar. Stik de naad D van de
?
HOE TE BEGINNEN BOVEN Ř Verstevig de gróze delen in het knipvoorbeeld, de staander–binnen 3 staanders tot de halsOón E op elkaar. Keer de staander. DIT HEB JE NODIG
WIJDTE
Leg voor het stikken de delen met
WELKE PATROONMAAT Spiegelen Soms moet er van een half en de kraag–onder 4 . 17. Stik de halsnaad E van de staander–binnen en de panden, houd de 1/2 stofbr. 70 cm
TAILLE
patroondeel een heel patroondeel gemaakt HOEVEEL STOF HEB JE NODIG? de goede kanten op elkaar. 34 36 en 40 en 44 en 48 en 52 54
WIJDTE Ř Stik de aangegeven naden met een enkel stiksel door, tenzó het an- goede kant op de binnenkant van de panden. Knip de halsnaad E C 6
2
worden. Leg het overgenomen patroon nog K k daarvoor naar het schema dat is 38 42 46 50 B
13
Let op: onze pa ronen z n nie e verge ken ders wordt beschreven. F
Belangrijk!
Heb je vragen over patronen uit HEUP afgebeeld b de werkbeschr ving. tot 2 mm vóór het stiksel in. Stik de halsnaad E van de staander–bui-
een keer op het papier en knip het patroon- 2
Stof van 1,40 m breed
me confec iema en. He is aarom heel WIJDTE F
het blad? Mail onze coupeuse: deel uit. Je hebt nu twee delen die je op de B onze knipvoorbeelden gaan w alt d uit ten met een inslag smal op de kant op de halsnaad E van de panden
belangr k om eers e ma en goe e me en coupeuse@newskoolmedia.nl van een standaard stofbreedte van 1,40 m.
Werk de naden met een lock- of zigzagsteek af.
spiegel n tegen elkaar plakt. Zo ontstaat een ZO ZET JE HET MODEL IN ELKAAR en stik hem verder door. 1,80 m 1,85 m 1,90 m 1,95 m 2,00 m 2,15 m 2,25 m
3
voor a je begin .
heel patroondeel. Heb je een andere stofbreedte? Neem dan
Borstzakken en zakken
Voordat u verder gaat, eerst deze pagina goed lezen!
Knoop als ui gangspun een ban je om Mouwsplitten
de betreffende stofbreedte – b voorbeeld
e aille en laa i ens he maa nemen HOE MEET JE DE MATEN? door een andere stof neer te leggen en deze
1. Stik de Ɠguurnaad in het voorpand 1. 18. Knip de splitOón F van de mouw 5 in. Leg de goede kant van de Fournituren: Vlieseline (H 180) Ř 2 knopen. C
zi en. Lichaamslengte Mee van boven op je
Strijk de naden na het stikken open en D
2. Vouw het beleg van de borstzak 9 en de zak 11 naar de verkeerde splitreep 13 op de verkeerde kant van de mouw. Knip de volgende patroondelen uit:
m.a. stofvouw
om te vouwen op deze breedte, of zet hem HET KNIPPEN VAN DE STOF
Als je e ma en geno eer heb , kun je hoof o op e gron de figuurnaden plat. A 2
spiegellijn
gespiegeld
patroondeel uit op je tafelblad, eventueel met afplaktape Stofvouw De vouw die ontstaat als de stof kant en stik hem op belegbreedte door. 19. Stik één lange rand F van de splitreep met 0,5 cm naad langs het 1 voorpand 5 mouw D B
4
patroondeel
vas s ellen in welke kle ngmaa je val . B ovenwijdte Mee ron e bors op
stofvouw
– en leg de patroondelen erop om te k ken wordt dubbelgevouwen. achterpand 6 halsboord met strik–buiten en binnen
Vouw de naden A of B van de zakken naar de verkeerde kant. Stik, 2
zelfkant
Omcirkel in e maa abel e ma en ie he he mees ui s eken e ge eel e. Con roleer 3. split F, bó de bovenkant van het split is de naad 1 mm. C
hoeveel je nodig hebt. Zelfkant Is de afgewerkte rand van de stof.
mees me e opgeme en ma en overeen- of he mee lin goe horizon aal lig . smal op de kant, de borstzak volgens de zakOón A en de zak volgens 20. Vouw de splitreep met de verkeerde kant op elkaar dubbel. Stik de Let op: knip de patroondelen 1 en 2 op de aangegeven Oónen af. Knip D
KM2010-21
Voordat u begint met het printen van alle Pas nadat u deze pagina heeft geprint en het Zijn beide vierkanten excact 10 bij 10 cm, dan Gebruik je grote dessins , zoals ruiten en Stof in de breedte dubbel Vouw de stof Zet eventueel de letters die in het knipvoorbeeld
komen. Mees al zullen e cirkel jes in Taillewijdte Mee ron he smals e eel van
strepen, dan is er meer stof nodig: leg de pa- de zaklón B op het voorpand. andere naad F van de splitreep smal op de kant met een inslag op het patroondeel 2 op de aangegeven Oón door, zodat de achterpas 2 1
pagina’s, print u eerst ALLEEN DEZE PAGINA. vierkant exact 10 bij 10 cm is, print u met is het patroon juist geprint en kunt u beginnen dubbel waarb de goede kant van de stof staan op de patroondelen.
verschillen e kolommen s aan. Da be eken je aille, over je navel heen. Reken ± 2 cm
DEZELFDE INSTELLINGEN (ware grootte op met het knippen en plakken van het patroon. troondelen zo op de ruit, streep of het des- en de zelfkanten op elkaar liggen. Borstzakkleppen en zakkleppen de naad F van de mouw. ontstaat. Maak van het patroondeel 6 een heel patroondeel.
a voor verschillen e kle ngs ukken ex ra als je nie van een s rakke aille hou . Aansluitlijnen Sommige patroondelen staan
Als u deze pagina heeft geprint, controleert u sin, dat deze na het stikken mooi doorlopen. Stof enkel Leg de stof open met de goede 4 . Vouw de borstzakklep 8 en de zak-
A4 papier) de resterende pagina’s. an ere ma en gekozen moe en wor en en Heupwijdte Leg e cen ime er over he in twee of meer delen op het patronenblad. 21. Vouw de mouw op de splitreep dubbel. Stik de splitreep aan de
Een panel is een grote afbeelding. kant naar boven. Let op dat je in dit geval
met behulp van een liniaal of het onderstaande Op één van de pagina ’s in het patroon is voor Doet u voorgaande stappen niet, dan bestaat a soms e pa ronen ie s aangepas zwaars e eel van je billen of heupen. Zorg Plak deze delen na het overnemen volgens de klep 10 dubbel. Stik de zóranden bovenkant met een schuin hoekje op elkaar. TEKEN DE VOLGENDE PATROONDELEN ZELF G C
21
vierkant exact 10 bij 10 cm is. een laatste controle ook nog eenzelfde vierkant de kans dat het patroon qua maatvoering niet Let op: katoen en linnen kunnen krimpen linker- en rechterpatroondelen knipt.
moe en wor en. ervoor a he mee lin horizon aal lig . aangegeven tekens aan elkaar. van de klep. Keer de klep en róg de 12 manchet (2x knippen): 12 cm lang en 19,5–20,5–21,5–22,5–23,5– 12
het wassen. Was, droog en str k deze stoffen Twee stofvouwen Vouw de stof naar het JURK 1/2 stofbr. 70 cm 22. Vouw de splitreep bó de brede kant van de mouw naar binnen en
RUGLENGTE
geplaatst. klopt. Ga voor bovens ukken (b voorbeel een Ruglengte Mee van he knobbel je in e
Zo niet, dan print u nogmaals alleen deze voordat je de delen gaat knippen. midden dubbel, zodat de zelfkanten in het open randen op elkaar. Stik de klep róg hem op de onderrand G van de mouw vast. 24,5–25,5–26,5–27,5–28,5–29,5 cm breed. G
Voordat u begint met het knippen en plakken jurk, blouse of jasje) ui van e bovenw e nek o op he ban je in e aille. E 11
2
pagina, waarbij u controleert of u print op ware van het patroon, controlee rt u ook nog of dit midden óf op de gewenste breedte tegen Kók altód eerst naar de informatie ‘Hoe te beginnen’ en de B door. 23. Geef met een rógdraad de plooLOónen van de mouw aan. Vouw de 13 splitbies (2x schuin knippen): 2 cm lang en 20 cm breed.
en voor een broek of rok van e heupw e. Bovenarmwijdte Leg he mee lin ron om C B
grootte (100%) en op het juiste papierformaat; vierkant de juiste afmetingen heeft. elkaar aan komen te liggen. Hierdoor ontstaan basis naaitips op knipmode.nl/naaitips. 5. Stik de klep 1 cm boven de borst-
Verge k e geme en lichaamsma en al he zwaars e eelvan e arm. plooLOónen in de richting van de pól met de goede kant op elkaar.
LICHAAMSLENGTE
A4 (210 x 297 mm). twee stofvouwen. C 9 5 C
me e maa abel. Mee voor e volle ig- Schoudermouwlengte Mee vanaf e hals
STOFBREEDTE 70 CM
Van dit model is de achterlengte ± 116 cm. AA zak of de zak op het voorpand, Speld de plooi vast. VOOR JE BEGINT
hei ook he pa roon na. Let op: afhanke via je gebogen elleboog naar 1 cm on er he Doorknippen/afknippen Sommige patroon-
DE PATROONDELEN DIT HEB JE NODIG 8 de klep wóst naar boven. Vouw 24. Vouw zo ook de andere plooien op elkaar. Róg de plooidieptes op Ř Leg de patroondelen volgens het knipvoorbeeld op de stof.
van he mo el is een oegif in he pa roon polsgewrich . delen moeten vóór het knippen uit de stof 2
doorgeknipt worden. B voorbeeld omdat er OP DE STOF LEGGEN de klep naar beneden en stik de de onderrand G van de mouw vast. Ř Verstevig de gróze delen in het knipvoorbeeld. F
verwerk . Zithoogte Ga rech op op een vlakke s oel G
Leg de patroondelen in één richting, rekening 34 36 en 40 en 44 en 48 en 52 54 13
aanzetrand door.
BINNENBEENLENGTE
een deelnaad in komt. Of ze moeten vóór het
STOFVOUW
STOFVOUW
Heb je een an ere lichaamsleng e an aan- zi en. Mee vanaf e hoog e van e z kan
ZELFKANT
F Mouwen
houdend met de vleug of het dessin. 38 42 46 50
knippen uit de stof afgeknipt worden. B voor- ZO ZET JE HET MODEL IN ELKAAR
CONTROLE VLAK gegeven, an kun je b een klein verschil he
pa roon aanpassen oor he kor er of langer
van je aille in een rech e n naar e zi ing
van je s oel. Let op: laa he mee lin nie in beeld omdat je het kledingstuk in een kortere
Wil je geruite stof? Koop dan extra stof als je de ruit mooi wilt laten
F Linker–voorpand
6. Vouw de naad aan de voorrand van het linker–voorpand naar de
25. Stik de mouwnaden van de mouw. Keer de mouw. Zet de mouw in
het armsgat. Panden
e maken. een boch om je heupen lopen. Tip: gebruik lengte kunt maken.
doorlopen of neem het patroon mee naar de winkel. 7 verkeerde kant en róg hem vast. Vouw het beleg van het linker–voor- 1. Stik de Ɠguurnaad in het voorpand 1.
Heb je een an ere cupmaa an C? Pas he een liniaal i.p.v. een mee lin . Stof van 1,40 m breed. Manchetten
STOFVOUW
ZELFKANT
Let op: Knipmode is niet aansprake k voor pand naar de goede kant en stik de onderrand op elkaar. Vouw het 26. Leg de goede kant van de manchet 12 op de binnenkant van de 2 . Stik met een inslag een zoom in de splitranden A van de achterpas
DRAAD
RECHT
pa roon an aan. K k voor e ui leg in he
VAN
2 2 2 2 10
3
2
de gevolgen van foutjes in de stofberekening 2,20 m 2,25 m 2,85 m 2,95 m 3,05 m 3,15 m 3,25 m 2 . Stik de dwarsnaad B van het achterpand 2 en de achterpas.
han boek b 'Pa ronen aanpassen'. De volgen e ma en s aan nie in e maa abel beleg naar de verkeerde kant. mouw; laat de naad aan de uiteinden bó het split uitsteken. Stik de
of de stofkeuze. Om je patroon mooi passend
Stik de schoudernaden. Stik de zónaden.
middenachter
maar z n wel belangr k.
middenachter
middenachter
Stik het linker–voorpand op belegbreedte door.
doorkniplijn
doorkniplijn
doorkniplijn
doorkniplijn
3.
doorkniplijn
te maken en om problemen te voorkomen Fournituren: Vlieseline (H 180) Ř 13 knopen Ř doorstikgaren. G E 7. naad G van de niet–verstevigde rand van de manchet en de mouw
zijnaad
zijnaad
zijnaad
JE MAAT NEMEN Binnenbeenlengte Mee vanaf he kruis
Halsboord met strik
Patroondelen horen recht van draad uit de stof kun je eerst een proefmodel maken van een Knip de volgende patroondelen uit: 12 G Rechter–voorpand op elkaar. Vouw de naad G aan de andere rand van de manchet naar
Draag ens he me en alleen on erkle ng naar e gron . A
4. Stik de naden C van de halsboord met strik–buiten en binnen 6
stofvouw
geknipt te worden. In het patroondeel staat goedkope stof, voordat je het model uit een Geef de vouwOónen 1e , 2e en 3e van het rechter–voorpand met een
zelfkant
en een goe passen e bh. Zorg ervoor a je Bovenbeenwijdte Mee ron om over he afkniplijn afkniplijn afkniplijn afkniplijn afkniplijn 1 voorpand 4 kraag–boven en onder 8. binnen en róg hem vast.
de recht-van-draadl n aangegeven. Zorg dat mooie stof gaat knippen. vanaf en tot de halsOón D op elkaar. Keer de halsboord met strik.
he mee lin nie e s rak aan rek , he moe zwaars e eel van he bovenbeen. 2 achterpand 5 mouw rógdraad aan. 27. Vouw manchet dubbel en stik de uiteinden op elkaar. Keer de man-
deze n evenw dig loopt met de zelfkant van
kunnen raaien/gl en. Achterlengte Mee van he knobbel je
3 staander–buiten en binnen 9. Vouw het rechter–voorpand onderaan op de 2e vouwlón naar bin- chet. Stik de andere naad G van de manchet smal op de kant op de 5. Stik de halsnaad D van de halsboord–buiten en de panden op
de stof. NADEN EN ZOMEN AANTEKENEN B
in e nek o e zoom.
10 cm
Let op: sommige delen liggen meerdere In de patroondelen z n geen naden en zomen Let op: de patroondelen 1 en 2 staan in twee delen op het patronen- nen. De 1e en 3e vouwOón liggen nu op elkaar. Vouw het voorpand naad G van de mouw. elkaar. Knip de halsnaad D tot 2 mm vóór het stiksel in.
Roklengte Mee van he ban je in e aille
keren op het knipvoorbeeld. verwerkt. blad. Plak deze delen op de tekens 1 en 2 aan elkaar. Knip 1 op deze Oón op het beleg. Vouw de naad aan de belegrand van de Ceintuur 6. Vouw de halsnaad D van de halsboord–binnen 0,75 cm naar binnen
o e zoom. De ailleban wor nie mee-
Knip daarom de volgende naadbreedtes aan: bies om de 2e vouwOón op de verkeerde kant. Stik de onderranden en róg hem aan de binnenkant op de halsnaad D van de panden
gereken het patroondeel 2 op de aangegeven Oón door, zodat de achterpas 2 28. Stik de naden van een kort uiteinde van de ceintuurdelen 7 op
1 cm b ronde naden en belegranden, 1 cm
ontstaat. Maak van de patroondelen 3 en 4 hele patroondelen. op elkaar. Keer het voorpand en vouw het zo ver mogeOók open. elkaar. Vouw de ceintuur dubbel en stik de lange randen en de uit- vast. Stik de panden op de goede kant in de halsnaad D door.
aan de onderkant van de armsgaten, naar de
10. Vouw het beleg op de 3e vouwlón naar binnen. Maak de knoopsga- Mouwsplitten, mouwen en manchetten
einden op elkaar, laat in het midden een stukje op en om te keren.
PATROONMAAT VROUWEN LICHAAMSLENGTE 172 CM EN CUPMAAT C Teken de volgende patroondelen zelf schouderkop verlopend tot 2 cm, 2 cm b
mouwkoppen, 2 cm b overige naden,
TEKEN DE VOLGENDE PATROONDELEN ZELF
ten in deze rand. 7. Kók voor de uitleg bó model 21 en volg de nummers 18 t/m 27.
Eenvoudige rechte delen, zoals een zakklep 7 ceintuur (2x knippen): 82–84–85–87–89–91–93–96–99–102–105 cm 29. Keer de ceintuur. Zoom de opengelaten naad dicht. Stik de ceintuur
Maat 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56 3 à 6 cm b zomen. Knip b rechte delen Afwerking
of tailleband, staan niet op het patronenblad. 11. Vouw het voorpand op de 1e vouwlón naar binnen. Stik het voor- rondom smal op de kant door.
S S M M L L XL XL XXL XXL XXXL lang en 8 cm breed.
Deze patroondelen teken je zelf. De maten rondom 1 cm naad aan.
pand zo ver mogeOók volgens de stikOón door. Je hebt nu de 2e 8. Stik met een inslag een zoom van 1 cm breed in de onderrand van
83 87 91 95 99 103 107 113 119 125 131 137 staan b ‘Teken de volgende patroondelen GESPIEGELD PATROONDEEL 8 borstzakklep (2x knippen): 8 cm lang en 11,5–11,5–11,5–12–12–12–12–
vouwOón vast gestikt en de naad van het beleg zit tussen de randen.
Afwerking
de top.
T 67 70 73 77 81 85 89 95 101 107 113 119 12,5–12,5–12,5–12,5 cm breed. 30. Stik een zoom van 1 cm breed in de onderrand en splitranden van
10 cm zelf’ en z n zonder naad beschreven. De Let op Knipmode is niet aansprakelók voor de gevolgen van 5
12. Vouw de rand met de knoopsgaten onder de bovenste en strók al- 9. Maak de knoopsgaten. Zet de knopen aan.
92 95 98 102 106 110 114 120 126 132 138 144 vouw n van deze patroondelen is met een foutjes in de stofberekening of de stofkeuze. Om je patroon mooi
passend te maken en om problemen te voorkomen kun je eerst 9 borstzak (2x knippen): 13,5–13,5–13,5–14–14–14–14–14,5–14,5–14,5– de overhemdjurk.
R 41,6 41,8 42 42,2 42,4 42,6 42,8 43 43 43 43 43 stippell n aangegeven een proefmodel maken van een goedkope stof, voordat je het G F les plat. Zet de lagen tussen de knoopsgaten met een steekje vast. 31. Maak de knoopsgaten. Zet de knopen aan.
model uit een mooie stof gaat knippen. 14,5 cm lang (incl. 2 cm beleg) en 11–11–11–11,5–11,5–11,5–11,5–12–
28 29 30 31,5 33 34,5 36 38 40 42 44 46
16 CM BREED D 4 Zoom het onderste stukje aan de verkeerde kant op het stiksel vast. 32. Haak van het doorstikgaren een sliertje van lossen. Zet het sliertje
12–12–12 cm breed.
3 Panden
70,5 71,5 72,5 73,5 74,5 75,5 76,5 77,5 78,5 79,5 80,5 81,5
10 zakklep (2x knippen): 10 cm lang en 16–16–16–17–17–17–17–18–18–18–
D als een lusje op taillehoogte op de zónaad vast.
r veelvoudigd, E 13. Stik de dwarsnaden C van het achterpand 2 en de achterpas 2 . Stik
10 CM LANG
26 26,5 27 27,5 28 28,5 29 29,5 30 30,5 31 31,5 VOUWLIJN
18 cm lang breed.
de naad C op de pas door.
11 zak (2x knippen): 18–18–18–19–19–19–19–20–20–20–20 cm lang (incl.
rveelvoudigd, 14. Stik de schoudernaden. Stik de naad op het achterpand door. Stik
opgeslagen of openbaar worden gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. 2 cm beleg) en 15,5–15,5–15,5–16,5–16,5–16,5–16,5–17,5–17,5–17,5–
de zónaden tot het splitteken.
17,5 cm breed.

CONTROLE VLAK
10 cm
10 cm




17,5 cm breed.



























CONTROLE VLAK
10 cm
10 cm






Платье-рубашка р.40-60 (рос)

Uploaded by

Document Information

Copyright

Available Formats

Share this document

Share or Embed Document

Sharing Options

Did you find this document useful?

Is this content inappropriate?

Copyright:

Available Formats

Платье-рубашка р.40-60 (рос)

Uploaded by

Copyright:

Available Formats

plak-/lijmvlak - niet afknippen

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

PATROONMAAT VROUWEN LICHAAMSLENGTE 172 CM EN CUPMAAT C Teken de

26 26,5 27 27,5 28 28,5 29 29,5 30 30,5 31 31,5

Copyright © New Skool Media - KnipMode

Spiegelen Soms moet er van een half

om te vouwen op deze breedte, of zet hem HET KNIPPEN VAN DE STOF

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Let op: Knipmode is niet aansprake k voor

te maken en om problemen te voorkomen F

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

DIT HEB JE NODIG 2 8

Fournituren: Vlieseline (H 180) Ř 13 knopen Ř doorstikgaren. G E

Knip de volgende patroondelen uit: 12 G

1 voorpand 4 kraag–boven en onder

Copyright © New Skool Media - KnipMode

12 manchet (2x knippen): 12 cm lang en 19,5–20,5–21,5–22,5–23,5–

ZO ZET JE HET MODEL IN ELKAAR

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

Kraag met staander

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

DIT HEB JE NODIG

1,80 m 1,85 m 1,90 m 1,95 m 2,00 m 2,15 m 2,25 m

Fournituren: Vlieseline (H 180) Ř 2 knopen. C

TEKEN DE VOLGENDE PATROONDELEN ZELF G C

plak-/lijmvlak - niet afknippen

ZO ZET JE HET MODEL IN ELKAAR

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode

plak-/lijmvlak - niet afknippen

Copyright © New Skool Media - KnipMode